DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Een Engelsch witboek over Duitsche
concentratiekampen.
Waar is de City of Flint?
De Volkenbond zal vergaderen.
No.
141e Jaargang
Fransche legerberichten.
Het Duitsche legerbericht.
De Russisch-Finsche
onderhandelingen.
De situatie aan het front.
De algemeene toestand.
De wereld
luistert.
Talkmaarsche courant.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon-
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—,
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIENs
Van 15 regels 1.25, elke regel meer f 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
257 Dit nummer bestaat uit twee bladen.
Directeur; C. KRAK. Dinsdag 31 October 1939
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
In antwoord op Duitsche beschuldigingen over wreedheden welke Engeland
in den Boerenoorlog zou hebben bedreven, heeft de Britsche regeering een
witboek laten verschyncn waarin mededeelingen worden gedaan over de
behandeling van gevangenen in Duitsche concentrtaeikampen. Hierin worden
mededeelingen gedaan over de arrestaties van Joodsche mannen door leden
van de S.A. en over de wijze waarop men ongeveer een jaar geleden heeft
huisgehouden in het paleis van den YVeenschen aartsbisschop, kardinaal
Innitzer en in tal van kerken en synagogen.
Het witboek herinnert aan de plundering van Joodsche winkels en aan de
mishandelingen in vele concentratiekampen.
De Amerikanen kunnen er nog altijd niet achter ko en waar het Amcri-
kaansche vrachtschip de City of Flint, dat door de Duitschers in bezit
was genomen, gebleven is, nadat het de Russische haven Moermansk heeft
verlaten. Volgens de Amerikaansche gezante in Stockholm zou het schip
gistermiddag eenige uren in Tromsö in Zweden hebben gelegen, maar was
het daarna weer met onbekende bestemming in Zuidelijke richting ver
trokken.
De Volkenbondsraad en de Assemblée van den Volkenbond zullen resp. op
3 en 4 December te Genève bijeenkomen. Men zou zich niet met den oorlog
bezighouden, daar de neutrale staten geen lust gevoelen er door de diverse
besprekingen in betrokken te worden.
Het Fransche legerbericht van gisteravond
Jtódt als volgt;
Activiteit van de verkenningselementen
ian het geheele front, plaatselijke actie van
de artillerie, intens optreden van de verken-
niiigs- en jachtvliegtuigen.
Ip.de eerste twee maanden van den oorlog
zijn zes Fransche koopvaardijschepen, in
totaal mètende 41.000 ton, verloren gegaan.
In denzelfden tijd werden vier Duitsche
schepen buit gemaakt, een hiervan, de
„Halle", werd door de bemanning tot zinken
gebracht De drie overige schepen, in totaal
19.000 ton, worden door ons gebruikt. Sedert
het begin van den oorlog heeft dus onze
koopvaardijvloot een verlies geleden van
22.000 ton, ongeveer 1 procent van het totale
tonnage van de Fransche koopvaardij.
Het legerbericht van hedenochtend luidt;
een kalme nacht aan het geheele front.
Het opperbevel van de Duitsche weer
macht maakt bekend:
In het Westen tusschen Moezel en Pfal-
zer zwakke activiteit van artillerie en ver
kenners.
Aan de overige deelen van het front geen
bijzondere gebeurtenissen. Vier vijandelijke
vliegtuigen werden omlaag geschoten.
Een boodschap van Roosevelt.
De plaatselijke pers te Helsinki bericht,
at een hoog ambtenaar van de Amerikaan
sche legatie Paasiviki tijdens zijn laatste be-
*e Moskou een persoonlijke
°°°dschap van president Roosevelt heeft
verhandjgci, waarin deze uitdrukking gaf
zijn sympathie voor Finland en waarin
ij vroeg op de hoogte te worden gesteld van
der onderhandelingen.
1 Helsinki wordt nader gemeld: De be-
J6 "\8en, welke Zondag zijn gevoerd tus-
DoliV i regeer'n8 e" de leiders van de
v 'f i Partijen over de Sovjet-Russische
eer/! en hebben, tot een volledige over-
Fins h 'ng geleid" Dinsdagavond zullen de
keeren* onderharidelaars naar Moskou terug-
ACTTVITEIT LANGS DE MOEZEL
EN SAAR.
tcrmor'UXemburg wordt gemeld: Sedert gis-
luchtm8eu Va^ een groote activiteit van de
en <je waar te nemen langs de Moezel
E VeRANTWOORDELIJKHEID VAN
De duitschland.
cortimis PuJtsch-Amerikaansche gemengde
kend aa'6 ,,ft gister vijftig millioen toege-
i.i.- ..Amerikaansche eischers, die
Van de vT ng verlangen naar aanleiding
(New tÜ age te Diack Tom en Kingsland
GUteïf^ 1916 1917.
gekomen j commissie tot het besluit
wa5 voor i Duitschlard verantwoordelijk
de rampen van toen.
HET AANHOUDEN VAN DE
„CITY OF FLINT
Een <jer opvarenden van het Britsche schip
„Slonegate", die door het Amerikaansche
schip „City of Flint" aan boord waren geno
men, nadat hun schip door de „Deutschland"
tot zinken was gebracht, heeft medegedeeld,
dat de commandant van de „Deutschland"
den Amerikaanschen kapitein van de „City
of Flint" voor de keus stelde het schip tot
zinken te brengen of naar Duitschland. De
kapitein verklaarde, dat hij dan liever had,
dat het schip naar Duitschland werd ge
bracht.
De Duitsche prijsbemanning, bestaande uit
achttien man, gewapend met handgranaten
en pistolen, kwam aan boord, sloot de Brit
ten van de „Stonegate" op in de ziekenboeg,
doch liet de Amerikanen vrijheid van be
weging. De „City of Flint" werd naar Trom
sö gebracht, waar de Britten aan land wer
den gezet. Nadat water was ingenomen, werd
het schip buiten de Noorsche territoriale
wateren gebracht.
De Amerikaansche zaakgelastigde te Ber
lijn, Alexander Kirk, heeft gister aan het
Amerikaansch departement van Buitenland-
sche zaken getelegrafeerd, dat men op het
Duitsche ministerie van Buitenlandsche Za
ken nog geen berichten over de City of Flint
heeft.
De City of Flint heeft Tromsö weer
aangedaan.
Het staatsdepartement heeft een rapport
ontvangen van mevr. Harriman, gezant der
Vereenigde Staten in Oslo, waarin wordt
aangegeven, dat zij officieus, maar uit goede
bron, heeft vernomen, dat de City of Flint
gistermiddag om 13 uur plaatselijken tijd
in Tromsö is aangekomen. Het schip voerde
de Duitsche vlag en vertrok om 14 uur in
Zuidelijke richting. Mevr. Harriman voegt
hieraan toe, dat zij geen officieele bevesti
ging heeft kunnen krijgen van dit bericht,
aangezien het ministerie van Buitenlandsche
Zaken gesloten was.
DE TOESTAND IN ESTLAND.
Uit Tallin wordt gemeld: Twee weken
geleden waren 7500 Duitschers, de helft der
Duitsche minderheid in Estland, gerepa
trieerd. Dertig landgoederen van meer dan
vierduizend h.a. oppervlakte, 13 distilleer
derijen en verscheidene molens waren on
beheerd achter gebleven. Binnenkort zal bij
de wet voorzien worden in de curateele, in
de gevallen, waarin de eigenaars hun eigen
domsrechten niet bij de staatsbank hebben
doen inschrijven.
De Russische minderheid.
De Russische minderheid in Estland
82.000 zielen heeft besloten instellingen
van cultureele autonomie in het leven te
roepen op het model van de Duitsch-Jood-
sche autonomie. De kwestie is ruim twee
jaar besproken. Tot dusverre onderhield de
regeering de Russische scholen. De Russi
sche minderheid wenscht dat de regeering
alle uitgaven der autonome organisatie dekt.
ONBEKEND VLIEGTUIG BOVEN NAMEN.
Gistermiddag heeft een vliegtuig van on
bekende nationaliteit op groote hoogte boven
Namen en omgeving gevlogen. De luchtdoel-
artillerie heeft het vuur geopend.
Havas meldt uit Parijs: Na lange dagen
van werkloosheid is de luchtmacht gisteren
weer opgestegen. Beschermd door esca
drilles jachtvliegtuigen en hoog vliegende
tusschen de wolken in 'n weer opgehelderde
lucht gingen de verkenningstoestellen het
gebied achter de Duitsche linies waarnemen.
In de afgeloopen week hadden het laag
hangende wolkendek, het slechte weer en de
voortdurende regenbuien ieder luchtverken-
ningswerk letterlijk onmogelijk gemaakt.
In den huldigen staat der operaties, nu het
zeker is, dat Duitsche troepen in grooten
getale samengetrokken .worden achter de
vuurlinie, terwijl concentraties van het groot
ste strategische belang voltrokken worden
aan den linkeroever van den Rijn, heeft het
Fransche opperbevel met vreugde de ver
betering der weersomstandigheden begroet.
Het mooie weer heeft het den Franschen
en Engelschen verkenningsvliegtuigen stel
lig mogelijk gemaakt een ruimen oogst in
lichtingen van allerlei aard binnen te halen.
Op den grond doet zich nog steeds de
zelfde bedrijvigheid voor van de vooruitge
schoven elementen, gevechten tusschen
patrouilles, kort vuur uit de automatische
wapens, wederzijdsch geschutvuur en over
vallen op kleine Fransche voorhoedeposten.
BRITSCHE VERZEKERING AAN DE
AMERIKAANSCHE REGEERING.
De Britsche ambassadeur te Washington
heeft de Amerikaansche regeering de ver
zekering gegeven, dat de „Athenia" geen
goud, kanonnen of munitie vervoerde, niet
tot zinken is gebracht door 'n Britschen mijn,
een Britsche duikboot of kanonvuur van
Britsche jagers, dat het schip niet gewapend
was en dat, de eerste officier, Copland, on
der eede verklaard'heeft nooit met Ander-
son te hebben gesproken over de vraag, of
er kannonen aan boord waren.
BRITSCHE AMBASSADEUR OVER DE
TORPEDEERING VAN DE ATHENIA.
De ambassadeur van Groot-Britannië te
Washington heeft aan de regeering der Ver
eenigde Staten verzekeringen gegeven over
de torpedeering van de Athenia.
Het ministerie van voorlichting publiceert
diènaangaande het volgend communiqué:
In opdracht van Zr.M. regeering heeft
Zr.M. ambassadeur te Washington aan de
regeering der Vereenigde Staten de volgen
de verzekeringen overgebracht met betrek
king tót 'het verlies van de Athenia:
1. De Athenia vervoerde noch metaal geld,
noch kostbaarheden, noch kanonnen, noch
oorlogsmunitie, noch ontplofbare stoffen,
hetzij als lading, hetzij als verbruiksvoor-
raad;
2. de Athenia werd niet tot zinken gebracht
door aanraking met een Britsche mijn, noch
door een Britsche duikboot, noch door artil
lerievuur van Britsche torpedojagers, noch
door een inwendige ontploffing, doch volgens
de bewijzen waarover Zr.M. regeering be
schikt werd hét schip door een Duitsche
duikboot tot zinken gebracht;
3. de Athenia was niet bewapend, noch
versterkt om eenigerlei bewapening te ont
vangen;
4. het was niet de bedoeling het schip te
gebruiken als kaperschip, noch als gewapen-
den hülpkruiser, noch voor andere offensieve
oogmerken aan het eindè der reis geduren
de welke het schip werd tot zinken gebracht.
5. De gezagvoerder van de Athenia, M. B.
M. Copland, heeft onder eede verklaard, dat
hij nimmer met Gustav Anderson gespro
ken heeft over de kwestie of er al dan niet
kanonnen aan boord waren en dat er in
werkelijkheid noch kanonnen noch andere
munitie als lading werd vervoerd door het
schip tijdens deze reis.
DE FINSCHE DELEGATIE VANAVOND
NAAR MOSKOU.
Uit Helsinki wordt gemeld:
De Finsche delegatie zal vanavond met
een door de regeering in overleg met de lei
ders der rijksdaggroepen uitgewerkt schrif
telijk antwoord naar Moskou vertrekken.
BRITSCHE PARLEMENTSLEDEN IN
FRANKRIJK.
Minister-president Daladier heeft gister
middag de delegatie van Britsche parle
mentsleden, welke op het oogenblik in
Frankrijk vertoeft, ontvangen.
Aan de pers werd een communiqué over
handigd, waarin werd gezegd, dat de Fran
sche en Britsche Kamerleden bij hun bezoek
aan het front getroffen werden door het
goede moreel van de soldaten, door de hooge
kwaliteit van het commando en door de soli
diteit van de gemeenschappelijke verdedi
gingslinie.
Bij de besprekingen, welke zijn gehouden,
is gebleken, dat de inzichten volkomen gelijk
zijn. Men is ervan overtuigd, dat de geal
lieerden zullen triomfeeren over het Duit
sche imperialisme en dat een rechtvaardige
vrede tot stand zal komen, gegrondvest op
het beginsel dat de landen vrij binnen hun
grenzen moeten leven, dat het interna
tionale recht geëerbiedigd moet worden en
dat de aanval moet worden verhinderd of
bestraft. Besproken werd tevens hoe het
contact tusschen beide groepen versterkt
kan worden.
KERSTVERLOF VOOR MILITAIREN.
Van officieele zijde wordt vernomen, dat
de Britsche troepen in Frankrijk van begin
December af met Kerstverlof zullen gaan.
ZUIDSLAVTSCH MEEL VOOR
DUITSCHLAND.
Te Belgrado wordt een Duitsche delegatie
verwacht, die zal komen onderhandelen over
den prijs voor 2500 wagons meel, die Zuid-
Slavië op zich genomen heeft aan Duitsch
land te leveren.
ITALIAANSCHE KOOPVAARDERS ALS
MIJNENLEGGERS.
Elf Italiaansche koopvaardijschepen zijn
ingedeeld bij de Italiaansche marine en als
mijnenleggers uitgerust. Het zijn zes stoom-
booten van 360 tot 1.000 ton en vijf motor
schepen van 2.000 tot 3.500 ton.
Zie verder Buitenland pag. 4, 2e blad.
Men is het in Duitschland, Engeland en
Frankrijk niet met elkander eens.
Dat is geen nieuws, want iedereen weet,
dat de sterkste legermachten welke ooit in
een oorlog hebben gevochten thans in grim
mige vastberadenheid tegenover elkaar
staan. En juist de gedachte, dat er een ox-
fensief op groote schaal kan losbreken,
waarbij duizenden en duizenden men-
schenlevens verloren kunnen gaan, maakt
het eigenlijk zoo dwaas, dat de groote mo
gendheden elkaar bevitten op een paar
vliegtuigen meer of minder, die verloren zijn
gegaan of op het al dan niet doen verdwij
nen van om in de gebruikelijke termen
als vestzakkruisers enz. te blijven van
een handjevol duikbooten.
Wie bedenkt hoe duizenden vliegtuigen
en tientallen duikbooten wellicht reeds bin
nen enkele dagen vernietigd kunnen wor
den, luistert met eenige verwondering naar
de wederzijdsche beschuldigingen en vraagt
zich onwillekeurig af of hij hier met een
strijd van tot de tanden bewapende Euro-
peesche mogendheden dan wel met de ruzie
van een paar straatjochies heeft te maken.
In een officieel Duitsch legerbericht is
Vrijdag gemeld, dat drie Duitsche onder
zeeërs tot zinken zijn gebracht sedert het
uitbreken van den oorlog.
Een dergelijke verbluffende mededee-
ling „neemt" de Fransche admiraliteit niet
en er is gister in Parijs verklaard, dat dit
aantal dus drie stuks vermoedelijk
nog lager is dan het aantal duikbooten dat
alleen door de Fransche marine tot zinken
is gebracht en waarbij men dan heelemaai
geen rekening houdt met de prestaties der
Engelschen.
Trouwens de Engelschen „nemen" het
evenmin. De beweringen van de Duitsche
radio over de Britsche verliezen tengevolge
van duikbooten worden, naar uit Londer.
door Reuter wordt gemeld, eenvoudig be-
lacheliik genoemd. Het Duitsche opperbe
vel, zoo wordt gezegd, deelde gisteren mede,
dat' drie Duitsche duikbooten niet zijn terug
gekeerd, terwijl de Duitsche admiraliteit
denzelfden dag het verlies van negen stuks
bekend heeft gemaakt.
Wanneer de bevelhebbers van leger en
vloot elkaar zoo tegenspreken en de een
driemaal zooveel verloren schepen wil be
kennen dan de ander, dan is het in allen ge
valle wel duidelijk, dat er groote kans is.
dat het aantal tot zinken gebrachte duik-
oooten in werkelijkheid nog veel grooter
geweest is.
Churchill, de Britsche minister van Ma
rine, heeft kort geleden al verkondigd, dat
er zijns inziens van de zestig Duitsche duik
booten twintig vernield waren en Reuter
beweert thans, dat wat Churchill en Cham-
oerlain verklaard hebben volkomen juist
is, want er zouden dertien duikbooten tot
zinken gebracht zijn en vijf ernstig bescha
digd, terwijl van twee stuks het lot nog on
zeker zou zijn
Men ziet, dat de groote leiders aan beide
kanten het over de geleden verliezen hope
loos oneens zijn en men beschuldigt elkaar
wederzijds van opzettelijke overdrijving.
De bewering van Duitsche zijde, dat een
aantal Britsche oorlogsschepen zooals de Ark
Royaï, de Hood, dc Southampton en de
Edinburgh tot zinken zijn gebracht er
was in de Duitsche bladen zelfs een foto
van den verongelukten Edinburgh opgeno
men wordt in gezaghebbende Engelsche
kringen belachelijk genoemd.
Duitschland verkondigt, dat de Britsche
koopvaardij reeds 475.000 ton scheepsruimte
heeft verloren en men staat in Londen een
voudig paf van een dergelijke bewering. Bij
deze tonnage, zoo zegt men, zullen de Duit
schers die van de gezonken oorlogsschepen
meegeteld hebben, maar zelfs in dat geval
is het cijfer nog tweemaal zoo hoog als hst
moet wezen.
Al die pro- en contra-beweringen zijn
voor een buitenstaander natuurlijk niet te
controleeren, maar hij kan er toch wel eeni
ge gegevens uit distilleeren, die een beeld
van den aigemeenen toestand geven. Want
als die 475.000 ton tweemaal te veel is, dan
is 237.500 ton dus ongeveer het juiste cijfer
en dat is een verlies van ontstellende
grootte.
De tot nu toe in October verloren ton
nage bedraagt ongeveer 65.000 ton tegen
156.000 ton in September, zoo wordt uit
Londen gemeld en men zou dan in totaal
op 221.000 ton komen, wat trouwens niet
zoo'n heel groot verschil maakt.
De Fransche verliezen worden op 22.000
ton geschat.
Van gezaghebbende zijde wordt uit Lon
den verklaard, dat in de afgeloopen week
tengevolge van de actie der Duitsche duik
booten 21.000 ton werd verloren, terwijl de
Duitsche schepen welke door de Britten
werden buitgemaakt, 19.500 ton scheeps
ruimte hadden.
Eigenlijk is dat dus een officieele erken
ning, dat men meer heeft verloren dan ge
wonnen en tegelijkertijd is dit een onloo
chenbaar bewijs, dat de dreiging der Duit
sche duikbooten nog zeer groot is.
Wanneer Engeland de zee beheerscht is
alleen al het feit, dat men bijna 20.000 ton
scheepsruimte van Dutische vaartuigen in
eén week tijds in beslag neemt, het beste
bewijs, dat de Duitsche schepen nog geens
zins van de zeeën zijn verdwenen.
Evenmin als het feit, dat 21.000 ton aan
eigen scheepsruimte verloren ging een be
wijs is, dat men de duikbooten naar de Oost
zee zou verjaagd hebben en het gevaar ter
zee voor de geallieerden dus grootendeels
zou zijn geweken.
Het duikbootengevaar blijkt uit dergelijke
min of meer officieele cijfers nog zeer groot
te zijn en men zal er ernstig mee rekening
moeten houden als straks de Britsche sche
pen volbeladen met vliegtuigen en krijgs
tuig de leveranties uit Amerika naar Europa
overbrengen.
De woordenstrijd beperkt zich niet alleen
tot de grootte der geleden verliezen.
Voor het oor van de luisterende wereld
worden op het oogenblik nog heel andere
kwesties uitgevochten en als twee families
die ruzie hebben haalt men gebeurtenissen
op, die lang geleden zouden hebben plaats
gevonden en waaraan men elkaar nog eens
even nadrukkelijk wil herinneren.
Engeland, zoo wordt van Duitsche zijde
betoogd, heeft veertig jaar geleden men
excuseere het lange tijdsverloop want de
kwestie blijkt niet alleen niet vergeten,
maar ook niet vergeven te zijn Engeland
dus heeft veertig jaar geleden wreedheden
in Zuid-Afrika gepleegd.
Er stond toen ook een Chamberlain aan
het roer van het Britsche Schip van £>taat
en men herinnert zich uit de versjes, die in
den boerenoorlog populair waren, dat men
destijds ook in Nederland niet over het
Britsche optreden in Zuid-Afrika was te
spreken.
Evenwel, geen Nederlander en zelfs geen
Zuid-Afrikaan zal zich daar nu nog boos
over maken, maar in Duitschland heeft men
het weer opgehaald en de Britsche regee
ring is daar zoo verontwaardigd over, dat zij
ook wel eens even zal vertellen hoe zij over
de wreedheden van Duitschland denkt.
Er is gister zelfs een officieel witboek
gepubliceerd, waarin rapporten zijn opge
nomen over de behandeling van Duitschers
in Duitschland, waarbij naar Reuter ver
der meldt een opsomming is gegeven
van mishandelingen waarvan volgens dit
witboek de gedetineerden in Duitsche con
centratiekampen, speciaal dat te Buchen-
wald by Weimar het slachtoffer zijn ge
worden.
Thans is dan weer het woord aan
Duitschland, waar men zich zeker niet on
betuigd zal laten en heel de wereld luistert
in groote onrust en vraagt zich af wan
neer die woordenstrijd zal eindigen en of
het intusschen werkelijk nog tot een oorlog
van daden inplaats van woorden zal komen.