Verhooging posttarieven met fiscale
strekking uitgesloten.
Staat vari beleg binnenkort in enkele
deelen van het land.
tweede blad.
De prijspolitiek der
regeering.
5rherp onderscheid tusschen
verhooging en opdrijving
van prijzen.
Aari de belangen van het platteland
wordt gedacht.
Telefoon-automatiseering
wordt voortgezet.
Tweede Kamer
Minister de Geer beantwoordt het debat.
Opnieuw de kabinets-formatie.
Dr. Coiijn Eerste Kamerlid.
JUuUopcogc(umta
oooeooe@^@oo&#
«TH vernemen van bevoegde zijde:
de eerste week na het uitbreken van
10 orlog verklaarde de minister van
den mische zaken een verhooging der
eC°n°n boven het peil van Augustus 1.1. on-
pnJZrloofd, tenzij een dergelijke verhoo-
ie0° avond van stijging van den kost-
2 gerechtvaardigd was.
Tevens werd het standpunt in
genomen, dat een prijsberekening,
waarbij van de vervangingswaarde
werd uitgegaan, in beginsel niet
kon worden aanvaard.
Intusschen is het vraagstuk der vervan-
«swaarde in beteekenis verminderd,
rdat de voorraden, welke bij het uit
breken van den oorlog aanwezig waren,
leidelijk worden geruimd. De tot nu toe
genomen maatregelen droegen vooral een
Lidenteel karakter.
De minister acht thans het oogenblik
gekomen, om tot een meer systematische
behandeling van het prijsprobleem over te
^Daarbij zal ervan worden uitgegaan, dat
de prijsontwikkeling het beste kan worden
gevolgd, door in de eerste plaats de prijzen
der grondstoffen bij den invoer of by de
productie dus bij de bron te contro
leeren en ook ertegen te waken, dat onre
delijke prijsverhooging plaats vindt. Door
deze controle aan de bron zal de basis voor
de prijspolitiek worden gelegd en zal het
gemakkelijker vallen prijsopdrijving tegen
te gaan, dan wanneer het product zijn vol-
genda stadia bij den groothandel en bij den
kleinhandel doorloopt. De controle in deze
stadia kan dan beperkt blijven tot het na
gaan, of niet meer dan de normale marge
in rekening wordt gebracht. De kosten van
levensonderhoud zullen aldus niet meer
stijgen dan strikt noodzakelijk is.
De regeering, die de prijzen der voeding
door haar landbouw-crisispolitiek bein-
vloedt kan op deze wyze ook de prijzen
van andere levensbehoeften als kleeding,
schoene nen dergelijke, die voor het le
vensonderhoud der minder draagkrachti-
gen van veel beteekenis zijn, meer in de
hand houden.
In de Memorie van Antwoord aan de
weede Kamer betreffende de begrooting
van het Staatsbedrijf der Posterijen, Tele
grafie en Telefonie over 1940, lezen wij o.m.
het volgende:
Aan de leden, die naar aanleiding
van het medegedeelde in de Memo
rie van Toelichting tariefsverhooging
met fiscale strekking in het ver
schiet meenen te zien, antwoordt de
minister van binnenlandsche zaken,
dat een verhooging van tarieven
met zulk een strekking in zijn ge-
dachtengang te eenenmale is uitge
sloten.
De beslissing 01 het gebied van tarieven,
afschrijvingen en winstuitkeering aan de
schatkist dient in de eerste plaats te worden
getoetst aan de belangen van het Staatsbe
drijf zelf. Het doel moet zijn: het zoeken
van de juiste verhoudingen tusschen de be
langen van gebruikers, personeel, bedrijf en
Rijk.
In de tegenwoordige omstandigheden zal
het bedrijf zich in de eerste plaats moeten
instellen op het tot stand brengen van die
werken, die noodig zijn voor de diensten,
welke ook in de weerbaarmaking van ons
land een belangrijke rol vervullen (b.v. de
telefoonautomatiseering)
De winstraming van 10 millioen, ge
schied voordat de oorlog uitbrak, ongeveer
10 pet. der gewone bedrijfsinkomsten, mag
in een tyd, waarin 's Rijks schatkist drin
gend behoefte aan versterking der middelen
heeft, stellig niet overmatig genoemd wor
den.
Zou verhooging van tarieven in beraad
werden genomen, dan zou dit alleen mogen
zijn, wanneer overwegingen van gezond be
drijfsbeleid, dat in den boven aangegeven
zin rekening houdt met alle daarbij betrok-
Bij de controle aan de bron staat niet de
bedoeling voor om starre prijzen vast te
stellen, maar prijzen, die met de groote be
weeglijkheid van de huidige economische
ontwikkeling rekening houden.
Ook thans zal weer een scherp
onderscheid worden gemaakt tus
schen een geoorloofde prijsverhoo
ging en een strafbare prijsopdrij
ving. Alleen dit laatste zal met
kracht worden tegengegaan. Geen
bezwaar zal kunnen worden ge
maakt tegen een prijsverhooging,
die voortspruit uit hoogere pro
ductiekosten, tegen een prijsver
hooging die een gevolg is van een
prijsstijging van het product op de
wereldmarkt, van gestegen vrach
ten, hoogere verzekeringspremies
enz.
De regeering vertrouwt op deze wijze 'n
geleidelijke prijsontwikkeling te kunnen
bevorderen, waarin het productieproces
zich aanpast bij de gewijzigde economische
verhoudingen, terwijl tegelijk de bevolking
van Nederland tegen prijsopdrijving wordt
beschermd.
Het spreekt vanzelf, dat de overheid
voortdurend aan deze materie grooten aan
dacht schenkt. Het is uiteraard niet moge
lijk om thans reeds, waar de practijk nog
gering is, principieele wijzigingen aan te
brengen.
ken belangen, daartoe zouden nopen.
Het tariefspeil van het bedrijf is thans
zoo gunstig, dat er zonder twyfel een zekere
ruimte is geschapen, waar binnen een moge
lijk noodzakelijke herwaardeering van be
langen zou kunnen geschieden.
Het spreekt intusschen wel vanzelf, dat
naar alle waarschijnlijkheid van tariefsver
lagingen, tenzij bijzondere en incidenteele
redenen, geen sprake zal kunnen zijn. En
wat de belangen van het personeel betreft,
al zal ook in de toekomst het oog gericht
blijven op verbetering van arbeidsvoorwaar
den en zorg voor de maatschappelijke en
persoonlijke belangen van het personeel, het
spreekt eveneens vanzelf, dat de bijzondere
omstandigheden ook h'er beperkingen op
leggen.
Belangen platteland.
De belangen van het platteland
hebben inderdaad de voortdurende
aandacht, der bedrijfsleiding. Er ont
staat thans gaandeweg een toestand,
waarin aan redelijke verlangens is
voldaan.
Het is de bedoeling met de stichting van
nieuwe gebouwen en verbouwing van be
staande tot verbetering van de huisvesting
van den post- en telegraafdienst en ten be
hoeve van de automatiseering van den tele
foondienst zoolang mogelijk voort te gaan
volgens het daarvoor vastgestelde program.
Ook met de verdere automatiseering van
de telefoon zal derhalve, zoo eenigszins mo
gelijk, op den besiaanden voet worden door
gegaan.
De loketbediening op de postkantoren
heeft de volle aandacht van de bedrijfslei
ding. Onlangs neeft deze aangelegenheid op
nieuw een onderwerp van bespreking uit
gemaakt met de diensthoofden. Het noodige
wordt gedaan om een vlugge bediening
zooveel mogelijk te verzekeren.
Ten einde na te gaan of de wachttijden
aan de loketten binnen redelijke grenzen
blijven, wordt op verschillende kantoren
daarvan regelmatig aanteekening gehouden.
Het plan bestaat binnenkort een aantal
locale krachten tot schrijver bij den P.T.T.-
dienst en een aantal locale krachten tot kan
toorbediende bij den P.T.T.-dienst te benoe
men.
Op 1 September 1939 waren in totaal 1219
mannelijke arbeic scontractanten beneden
den 21-jarigen leeftijd in dienst, van wie
666 een volle dagtaak verrichten. Van dit
Gistermiddag dan heeft de mi
nister-president, jhr. mr. D. J. de
Geer de algemeene beschouwingen
der Tweede Kamer over de Rijks-
begrooting voor 1940 beantwoord.
Overeenkomstig de verwachtingen,
welke in Kamerkringen werden ge
ventileerd, heeft hij het niet lang
gemaakt; de ministerieele rede
duurde slechts 1V, uur.
Wanneer niet binnenkort nog eenige wets
ontwerpen en begrootingshoofdstukken zou
den worden behandeld, waarbij diverse on-
derdeelen van het regeeringsbeleid nader
besproken kunnen worden, zou zijn ant
woord langer zijn uitgevallen. Zoo kon hij
zich nu met betrekking tot de werkloos-
heidspolitiek en de prijsopdrijving- en vor-
ming tot enkele opmerkingen bepalen.
Vooraf liet de minister een uiteenzetting
gaan betreffende een aantal „losse" punten,
waartoe nu ook de zooevengenoemde gere
kend konden worden.
De klachten over een tekort aan
veevoeder wees hij af; bijtijds heeft
de regeering voorraden gevormd en
het is zaak, deze nu nog niet op te
blaken. Met betrekking tot de prijs
politiek kon de regeering er niet
aan denken, de vervangingswaarde
in aanmerking te nemen; anders
zouden de prijzen dadelijk sterk
zijn gestegen en de controle erop
zijn bemoeilykt.
Evenmin zijn de klachten over de beper-
jnng van het benzinegebruik gemotiveerd;
e voorraden zijn bevredigend, maar di*
geldt niet voor alle soorten olie; bij een
zeer moeilijke en belangrijke materie als
°ne en benzine moet de regeering nu een-
Waal ver vooruit zien. Voorts wees minister
ha eer erop, dat voor zeer ruime economi-
e vo°rlichting wordt gezorgd en dat de
a ie móet inzien, dat ieder zijn offers heeft
te brengen.
Subsidieering bedrijfsleven.
dirf3 taa't ^er regeering bij de bestrij-
be van t*e werkloosheid nog eens te heb-
nomschreveu (terugbrengen, zooveel mo-
driifi' Van de werkloozen naar het vrije be-
van !i Ze'de hij in antwoord op een vraag
van I' Deckers (r-k.), dat de veredeling
ring werkloosheidszorg door subsidiee
gen r?n bedrijfsleven wordt overwo-
ven h toegezegde verbindendverklaring
Water co"ectieve arbeidscontracten voor
soort SWerken 2al alleen voor de.Ze
ven „e,n. n'et voor andere overheidsbedry-
en gelden.
kjnJei de Indische defensie en de verster-
Woen de vloot' zal binnenkort nader
constat Worci°n gesproken. De minister
zaak ,!frde met voldoening, dat over de
van d 6 ve' de noodzakelijke vergrooting
blijkt t Seen verschil van meen in g
bestuurt taan" gouverneur-generaal
r,ische r ^ns het rapport van de tech-
tbtg epr>°'kIn'liS'e en daarna zal de regee-
beslissing nemen; of de vlooteom-
missie der Kamer inzage van dit rapport zou
kunnen krijgen, wilde de minister wei eens
overwegen.
De financieele toestand.
Met voldoening had de minister
waargenomen, dat verschillende
sprekers de visie op den financiee-
len toestand deelen; hij is ernstig,
maar mag toch geen aanleiding ge
ven tot défaitisme.
Het volgend jaar zal een wetsontwerp
met betreKking tot de gemeentefinancien
worden ingediend, in de hoop, dat het op 1
Januari 1941 in werking zal kunnen treden.
Aanvankelijk had minister Coiijn het reëele
tekort op de begrooting voor 1940 op 80 tot
90 millioen geraamd, minister ue Geer zelf
raamde dit in Augustus op 80 millioen,
maar kon het, nadat nadere gegevens waren
verkregen, stellen op 55 millioen. Een be
drag, dat de heer Schouten (a.r.), blijkens
diens antwoord bij de replieken veelzeg
gend achtte, daar er dan op de begrooting
een bedrag van 23 millioen moest zijn
bezuinigd, gerekend met een geraamde
hoogere inkomst van 1'A millioen.
Over het leeningsfonds, waaraan de Ka
mer eveneens haar goedkeuring heeft ge
hecht, zal nader gesproken kunnen worden
als het desbetreffende wetsontwerp er is.
derhalve dus ook over de inkomsten van dat
fonds.
De kabinetsformatie.
Wat de kabinetsformatie betreft, weer
hield de minister zich er vari om op de voor
geschiedenis diep in te gaan, na de uitvoe
rige uiteenzetting in de memorie van ant
woord.
Hij kwam slechts op tegen de principieele
bezwaren van den heer Schouten tegen de
opneming van socialisten en herinnerde er
daarby aan, dat ook hij, de Geer, in 1933 nog
principieele bezwaren had gevoeld, alhoe
wel hij toen reeds de hoop had uitgesproken,
dat zoodanige veranderingen zich bij da
sociaal-democratie zouden voordoen, dat zij
ook in afzienbaren tijd aan de regeeiing
zouden kunnen deelnemen. Welnu, deze
veranderingen hebben plaats gehad, o.a. ten
opzichte van het vorstenhuis en de detensie.
tegenover de nationale waarden in het al
gemeen, zoodat de kabinetsformateur da
Geer geen bezwaar meer gevoelde om met
een paar vertegenwoordigers van die partij
in zee te gaan; ook in andere landen is da
houding van de socialisten tegenover het
koningschap veranderd. De heer de Geer
zeide er meer van te houden, met sympa
thie en vertrouwen de ontwikkeling van de
sociaal-democratie gade te slaan dan mok
kend langs den kant te staan.
Hij noemde dit kabinet een „ex
tra-parlementair noodkabinet" en
daarin mochten zeker niet verte
genwoordigers van de op een na
grootste politieke party in ons land
ontbreken.
Wat de samenstelling en het karakter be
treft, vertoont dus dit kabinet veel overeen
komst met dat van 1933. In verband me
diens principieele bezwaren wees jhr. e
Geer er den heer Schouten nog op, dat dr.
Coiijn, toen hij contact zocht met de zes
groote Kamerfracties, geen principieele be
zwaren ondervond om een kabinet op de
breedst mogelijke basis te vormen, derhalve
met sociaal-democraten erin en dat er dus
ten aanzien van dit speciale punt blijkbaar
verschil van inzicht tusschen de beide anti-
revolutionnaire voormannen bestond, een
verschil, dat de heer Schouten bij de replie
ken heeft toegegeven.
Met betrekking'"tót deinternationale po
litiek kon minister de Geer vaststellen, dat
de regeering den steun van alle groepen
had waar het geldt de handhaving van onze
neutraliteit. Deze moet ook niet door on
doordachte of onbehoorlijke persuitingen
e.d. in gevaar worden gebracht. Ook per
soonlijk moet men op zijn woorden passen.
Maar een persoonlijke meening, die geuit
wordt is nog wat anders dan de houding die
een land ten opzichte van een der strijden
de partijen inneemt. Alhoewel de heer de
Geer nog niet het antwoord der regeering
op de schriftelijke vragen van den heer Rost
van Tonningen (n.s.b.) gereed had, liet de
minister wel eenigszins doorschemeren, dat
het geval-Kupers (adhaesie-betuiging van
het I.V.V. aan de politiek der geallieerden')
in dit licht moest worden beschouwd. Daar
aan knoopte hij vast de opmerking, dat er
uitlatingen zijn van bladen van de richting
waartoe de heer de Marchant et d'Ansem-
bourg behoort, die blijkbaar geen begrip
hebben van de gevaarlijke wijze (voor onze
neutraliteit) waarop zij schrijven.
Daartegen zal de regeering met
kracht moeten optreden, zoo noodig
door toepassing van den staat van
beleg, omdat onze Grondwet een
dergelijke scherpe repressie van de
persvrijheid niet kent. Andere re
pressieve middelen zouden toch
niet voldoende helper. Bij wijze
van waarschuwing was dit in'de
memorie van antwoord medege
deeld.
Staat van beleg in sommige streken.
Om een geheel andere reden zal binnen
kort misschien de staat van beleg in som
mige grensstreken en in inundatiegebieden
worden afgekondigd. De minister zette die
redenen niet nader uiteen, maar we kunnen
er wel van op aan, dat de militaire autoritei
ten het noodig vinden uit bepaalde gebieden
vreemde pottenkijkers en onbetrouwbare
individuen te weren.
Ten slotte behandelde de minister nog
enkele opmerkingen van den heer Zandt
(s.g.), die herinnerd had aan zijn wantrou
wen in den Volkenbond en aan de onmacht
van den mensch. Maar dit alles behoeft niet
te verhinderen, verklaarde de minister om
te blijven streven naar een ideaal. Alle
groote hervormingen hebben hun „ups and
downs" gehad en we moeten hopen, dat bij
het sluiten van den vrede de fouten van het
verleden zullen worden voorkomen.
Replieken.
En daarmede was de rede van
den minister uit. Bij de replieken
bleek, dat de voorzitter van den
raad van ministers menige ophelde
ring had gegeven en dat ook de
vrij critische anti's en liberalen ta
melijk tevreden waren gesteld.
Wat de kabinetsformatie aangaat, moest
de heer Schouten (a.r.) zijn standpunt
handhaven, dat de Kamer de daden van het
vijfde kabinet-Colijn had moeten afwach
ten. Van den heer Deckers wenschte hij nog
nadrukkelijk te weten of er van de R.K.
fractie een actie was uitgegaan om een op
dracht tot kabinetsformatie te ontgaan; uit
de katholieke pers en partij-organen had
hij een en ander in die richting bespeurd.
Dr. Deckers ontkende dit nadrukkelijk in
zijn repliek, er aan toevoegend, dat hij voor
hetgeen de katholieke pers schreef niet
verantwoordelijk was. In het bijzonder
moest de heer Schouten zijn principieele
bezwaren tegen de deelneming van sociaal
democraten aan het kabinet handhaven.
De heer Bierema (lib.) was er eveneens
benieuwd naar of de katholieken aan het
streven van dr. Coiijn naar een kabinet op
zoo breed mogelijke basis, wel loyale mede
werking hadden verleend. Als de liberalen
niet tot het kabinet-de Geer waren toege
treden, dan was dit geschied omdat alge-
heele samenwerking ontbrak en omdat an
ders de vrijz.-democraten er geen zitting in
hadden gekregen, hetgeen zij wilden ver
mijden. Constateerde deze afgevaardigde,
dat de rede, welke dr. Coiijn in het Centrale
Convent der A.R. partij had gehouden de
voorgeschiedenis in de kabinetscrisis en het
verloop van de kabinetsformatie alles had
opgehelderd, dr. Deckers (r.k.) meende, dal
deze opheldering slechts gedeeltelijk was
geweest. Wel was daardoor duidelijk gewor
den, dat dr. Coiijn ook met de soc.-democra-
ten medewerking had gewenscht, piaar
diens mededeelingen over de breuk, die in
de coalitie was ontstaan, waren teleurstel
lend geweest. Spr. betoogde uitvoerig, dat
het uiteenvallen der coalitie niet de schuld
der katholieken was.
Verder heeft de heer d'Ansembourg
(n.s.b.) nog gerepliceerd. Hij herhaalde zijn
opmerkingen en bezwaren in eersten ter
mijn, voornamelijk zich opwindend over het
verbod voor ambtenaren om lid der n.s.b. te.
zi.in, dat alleen opgeheven zou worden a's
zij zich veranderden. Moeten wij dan anti-
revolutionnair, christelijk-historisch of de
mocraten worden, zouden wij dan onze prin
cipes eerst moeten verloochenen?" vroeg de
heer d'Ansembourg. Een stem ter rechter
zijde viel in: „Jullie moeten Nederlan
ders worden!" Waarop de heer Rost var,
Tonningen (n.s.b.) een ontoelaatbare inter-
runtie plaatste, welke den voorzitter tot in
grijpen en een scherpe waarschuwing
noonte.
Vandaag zijn de replieken voortgezet er.
vermoedelijk wel beëindigd.
Er is gisteravond nog een korte Eerste
Kamer-vergadering geweest, waar een klein
wetsontwerpje zonder discussie onder den
hamer doorging, n.L de goedkeuring van
het Nederlandsch-Duitsche verdrag tot vast
stelling van een ontginningsgrens voor de
beide zijden van de grens langs de daarin
gelegen steenkolenmijnen, dat 17 Mei j.1. in
den Haag xs gesloten. In deze vergadering
is dr. H. Coiijn als opvolger van dr. W. de
Viugt, Amsterdams burgemeestei', als lid
geïnstalleerd. Van 19141920 en 1926
1929 was dr. Coiijn reeds Eerste Kamerlid.
Er wai'en vele leden, en ook eenige pers
fotografen op de tribune, zoodat deze be-
eediging wel de noodige aandacht had!
Nadat de heer de Zeeuw (s.d.) rapport
over de geloofsbrieven van dr. Coiijn had
uitgebracht en tot toelating had geadviseerd,
legde de oud-minister-president de ver-
eïschte eeden in handen van den voorzitter
af, waarna deze, baron de Vos van Steen-
wijk hem gelukwenschte met de woorden:
„Ik wensch het vaderland geluk met uw
toelating tot lid dezer Kamer". Vei'scheidene
leden, en ook minister Albarda, die achter
de regeeringstafel zat, kwamen dr. Coiijn
de hand drukken. Na de behandeling van
het bovengenoemde werd de vergadering
verdaagd tot hedenochtend en begaf de Ka
mer zich in de afdeelingen tot onderzoek
van een aantal wetsontwerpen.
aantal waren er 370 in opleiding bij den
technischen dienst. Waar mogelijk heeft ge
leidelijk vaste aanstelling plaats.
Met betrekking tot de geopperde mogelijk
heid van herplaatsing van wachtgelders
merkt de minister op, dat de overwegingen,
die tot de opwachtgeldstelling hebben ge
leid, in het algemeen een beletsel vormen tot
herplaatsing, in het bedrijf over te gaan. In
hoeverre in ander verband in dezen tijd een
beroep op deze wachtgelders zal kunnen
worden gedaan, zal worden overwogen.
T.a.v. de opmerking over het doorgeven
per radio van berichten, voor den lucht
beschermingsdienst, zegt de minister dat het
orimogelyk is de organen hiervan, welke
over het geheele land verspreid zijn, op
andere wijze zonder verwijl in kennis te
stellen.
Donderdag November. A
HILVERSUM, 301,5 M. (AVRO- X
uitz.) 8.ANP-ber., gr.pl. 10.
Morgenwijding. 10.15 Gewijde mu- O
ziek (gr.pl.) 10.30 Voor de vrouw. ft
10.35 Omroeporkest. 11.Voor de
vrouw. 11.15 Omroeporkest en so-
liste. 12.15 Gr.pl. 12.45 ANP-ber., O
gr.pl. 1.Viool en orgel. 1.30 Avro- A
Musette-ensemble en soliste (opn.) X
2.Voor de vrouw. 2.30 Pianovoor- 'j'
dracht. 3.Brei- en borduurcursus.
3.45 Gr.pl. 4.Voor zieken en ft
thuiszittenden. 4.30 Dansmuziek
(gr.pl.) 5.Avro-Weekkaleidos-
coop. 5.25 Gelukwenschen. 5.30
Avro-Amus.-orkest en solist. 6.30 ft
Sportpr. 7.Voor de kinderen. 7.05 X
Progr. voor militairen. 8.ANP- Jj*
ber., mededeelingen. 8.20 Concert-
gebouworkest, Toonkunst-koor en
solisten. 10.05 Gr.pl. 10.20 Gr.pl. met gt
toelichting. 11.ANP-ber., hierna
Avro-dansorkest. 11.3512.Gr.pi.
HILVERSUM, 1875 en 414,4 M.
(8.—9.15 en 11.—2.— KRO, de X
NCRV van 10.—11.—en 2.—12.—X
8.— ANP-ber. 8.05 Gr.pl. 8.15 Ca-
rillonbespeling. 8.309.15 en 10.
Gr.pl. 10.15 Morgendienst. 10.45 -s»
Gr.pl. 11.30 Godsd. halfuur. 12.
Ber. 12.15 KRO-orkest. 12.45 ANP-
ber., gr.pl. 1.10 KRO-orkest en so-
list. 2.2.55 Handwerkuurtje. 3.
Vrouwenhalfuur. 3.30 Gr.pl. 3.45 X
V Bijbellezing. 4.45 Gr.pl. 5.Han- ffl
A denarbeid voor de jeugd. 5.30 En-
a semble Zingaresca en gr.pL 6.45 A
J? Causerie in Esperanto. 7.Ber. 7.15 X
Q Wat er op de wereld gebeurt, eau-
serie. 7.45 Metaalbewerking, cause-
rie. 8.ANP- en herh. SOS-ber.
8 15 Dankstond voor het gewas. 9.45
Christ. Geref. Zangver. „Crescendo",
10.ANP-ber., act. halfuur. 10.30
X Kamermuziek en gr.pl. 11.15 Gr.pl. A
11.5012.Schriftlezing. A
SP ENGELAND, 391 en 449 M. 9.50—
10.20 Variété. 11.20 Ber. 11.35 Or-
gelspel. 12.05 Vocaal ensemble. 12.25
X Radiotooneel of gev. progr. 12.50
1.20 Lichte muziek. 2.20 Variété. P
2.50 Orkestconcert. 3.20 Ber. 3.35
BBC-Harmonie-orkest. 4.05 Voor de
X vrouw. 4.20 Kinderhalfuur. 4.50 Cal- X
V lender' Blaasorkest. 5.20 Ber. 5.35
Voor knutselaars. 5.50 Variété. 6.20
Orkestconcert. 6.50 Mededeelingen.
X 7.20 Radiotooneel. 8.— Optreden
van een solist(e). 8.20 Ber. 8.35 Act.
8 causerie 8.50 Revue-muziek. 9.20
Korte avond wij ding. 9.40 BBC-
Theater-orkest. 10.20 Radiotooneel X
of gevar. progr. 10.50 Dansorkest.
11.20—11.35 Ber.
RADIO PARIS, 1648 M. Geen op-
X gave ontvangen.
KEULEN, 456 M. 5.50 H. Hage-
stedt's orkest. 7.40 Gr.pl. 9.3010.20
Amus.-progr. 11.20 Het Omroep-
ii orkest en het Omroepkoor. 1.35 Po-
x pulair concert. 3.35 Leo Eysoldt's jjj?
orkest. 5.20 Blaasconcert. 7.35G3
12.20 Zie Deutschlandsender.
X BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: ft
X 11.20 Gr.pl. 11.50 en 12.30 Omroep- X
orkest. 12.50—1.20 Gr.pl. 4.20 Het
Endré Gertler-kwartet. 5.55 en 6.45
A Gr.pl. 7.20 Omroeporkest en solis-
X ten. 7.50 Omroeporkest. 8.20 Het
W Belgische Kamerorkest van Meche- W
len en soliste. 9.3010.20 Gr.pl. 484
X M.: 11.35 Gr.pl. 11.50 en 12.30
T Radio-orkest. 12.501.20f 4.20, 5.35 X
en 6.35 Gr.pl. 7.20 Uitz. voor solda-
ten. 7.50 Radio-orkest. 9.3010.20
SHt Gertler-kwartet.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. «fc.
7.35 Veldpostprogr. 8.05 Het Ber-
lijnsch Omroeporkest, -kleinorkest
ft en -koor en soliste. 9.20 Ber. 9.50 O.
«T Dobrindt's orkest. (10.Rep.) 11.20 X
Ber. Hierna tot 12.20 Nachtconcert. J
GEMEENTELIJKE O
S RADIODISTRIBUTIE
Lijn 1: Hilversum.
Lijn 2: Hilversum,
iip Lijn 3: Keulen 8.10.20, D.sender
ft 10.20—11.20, Keulen 11.20—11.50,
S Brussel VL 11.50—13.20, Keulen X
13.2013.50, Danmarks Radio 13.50
15.50, Keulen 15.5016.20, Brus- tp
A sel VI. 'l6.20—18.35, Fr. 18.35—18.50,
ft VI. 18.5020.05, D.sender 20.05
21.20, Brussel VI. 21.20—22.20,
Q D.sender 22.2024.
Lijn 4: Brussel VI. 8.8.20, Enge-
A land 8.2011.20, Brussel Fr. 11.20X
X 12.20, Engeland 12.20—12.50, Parijs V
W Radio 12.5014.20, Engeland 14.20
16.20, Brussel Fr. 16.20—16.50, En-
ft geland 16.5017.35, Brussel Fr. jA
X 17.35—18.20, Engeland 18.20—18.50
V Motala 18.50—19.20, Keulen 19.20— O
19.30, Brussel Fr. 19.30—19.50, Pa-
Q rys Radio 19.5020.20, Engeland
X 20.20—21.20, Keulen 21.20—21.35, X
W Motala 21.35—22.20, Florence 22.20
22.40, Boedapest 22.4023.20, En-
ft geland 23.2024.ft
X Lijn 5: Diversen. X