SPORT EN WEDSTRIJDEN. ItelteaHE! Nederland wint den jubileum-wedstrijd tegen Belgie. Verdiende overwinning van het Oranje-elftal. Poode Duivels met 5-2 verslagen. AMERICAN CIGARETTE Debutanten speelden bevredigend. Productieve Nederlandsche voorhoede. Belgen stelden teleur. De meening van anderen. In de kleedkamers. DERDE BLAD ALKMAAR3CHE COURANT VAN MAANDAG 11 DECEMBER 1939. Voetbal Nederland Michel Caldenhove Slot Paauwe Poulus Stijger Drager Lenstra Vente Smit de Harder Het Nederlandsche elftal heeft den jubi- leerenden Koninklijken Nederlandschen Voetbalbond gistermiddag een prachtig ge- schenk gegeven. Ontwerp en uitvoering was tot in de kleinste onderdeelen eigen werk. De grondstoffen waren goed voetbal, bezie- lend enthousiasme en ijzeren wilskracht en het resultaat een klinkende, welverdiende overwinning op de Belgen, onze meest sym- pathieke en meest gevreesde tegenstanders door alle jaren heen. Met 52 werd de zege bevochten en dat deze keurige en door velen niet verwachte prestatie werd geleverd in tegenwoordigheid van Prins Bernhard, generaal Reijnders en vier leden van ons kabinet, is een reden tot des te grooter blijdschap. Een daverend gejuich van de circa 25 tot 30.000 toeschou- wers, die op de tribunes van het Feijenoord- stadion stonden geschaard, onderstreepten de hulde, die het Nederlandsch elftal met deze overwinning het K.N.V.B.-bestuur kon brengen. Hooge belangstelling. Een druilerige regen, die uit een aaneen- gesloten grauw wolkendek, dat boven de Maasstad hing, gaf dezen dag een trooste- loozen aanblik. Hij was mogelijk nog troos- teloozer, nu aart de vele masten van het sta- dion geen vlaggen wapperden, hetgeen niet is toegestaan, voorzoover het buitenlandsche vlaggen betreft. Uit beleefdheid woeien er nu ook geen Nederlandsche vlaggen. De lage entreeprijzen in aanmerking genomen, was de belangstelling voor dezen wedstrijd teleurstellend. De tribunes vertoonden groo- te open plekken. Meer dan 30.000 toeschou- wers, waarbij een groot contingent militai- ren, die in een breed zijvak een zitplaats hadden, waren er zeker niet. Begroet met het Wilhelmus en onder hartelijke toejui- chingen nam de prins, die gekleed was in het uniform van kapitein, kort voor twee uur zijn plaats op de eeretribune in. Hij was vergezeld door zijn waamemend adjudant luitenant kolonel Phaff. Voorts waren op de eeretribune aanwezig de opperbevelhebber van leger en vloot, generaal Reijnders, de ministers van Kleffens, Dijxhoorn, Steen- berghe en Welter, de voorzitter van de Tweede Kamer, mr. van Sch..ik, de minister van Staat, mr. J. B. Kan, de gezant van Belgie, de heer Leon Nemry die in gezel- schap was van den gezantschapsraad baron Ruzette, de burgemeester van Rotterdam, mr. P. Oud, de voorzitter en vice-voorzitter van de F.I.F.A., de heeren J. Rimet en mr. R. W. Seeldrayers, de voorzitter van den Luxemburgschen voetbalbond, de heer Jacquemard en vele anderen. Voor den aanvang van den wedstrijd werd in de koffiekamer achter de eere-tribune aan de ter gelegenheid van het 50-jarig be- staan van den K.N.V.B. benoemde bonds- ridders hun onderscheidingsteeken uitge- reikt. De wedstrijd. Precies twee uur, terwijl nog steeds een druilerige regen viel, kwamen de Belgen door een haag van Feijenoord-adspiranten, die een eerewacht vormen, op het veld. Zij werden begroet met hun volkslied. Even later kwamen de Nederlanders. Luicle weerklonk het Wilhelmus, dat uit duizen- den kelen wordt meegezongen: als altijd een treffend moment. Op het laatste oogenblik moest ons natio- nale team gewijzigd worden. Stam moest wegens een kaakontsteking uitvallen. Zijn plaats werd ingenomen door Poulus, terwijl Stijger van Blauw-Wit als linkshalf me- despeelde. De Belgische aanvoerder Paverick won den toss. Van eenige beteekenis was dit in- tusschen niet. Er stond geen vleugje wind. Onder leiding van den Luxemburgschen scheidsrechter Pfirrmann stelden de elftal ien zich als volgt op: Voorhoof Fievez v. d.Kerkhoven Paverick Buyle R. Braine v. Craen Paul Henry Gommers v. Calembergh Deraedt Belgie De eerste aanvallen werden op het Ne derlandsche doel ondernomen. Raymond Braine kreeg een goede kans, maar hij mis- te. Lang duurde dit Belgische offensief niet. Een snelle uitval der onzen maakte er een einde aan. De Harder kreeg den bal. Razend snel rende de Hagenaar op het Bel gische doel af. Zijn schot ging evenwel ver naast. Het veld was zeer glad. Men zag het de spelers aan, dat zij moeite hadden zich staande te houden. Balcontrole eischte on der deze omstandigheden groote technische vaardigheid. Voor de derde maal in zeer korten tijd kreeg de Harder een prachtige kans. Op uitstekende wijze had Stijger den bal naar hem doorgegeven. Maar ook dezen keer werd de voorzet door de tactisch opgestelde Belgische verdediging onderschept. Zoowel aan Belgische als aan Nederlandsche zijde werd nog al geweifeld. Van doortastend spel was nog geen sprake. Langzamerhand echter kwamen beide ploegen er beter in. Een snelle aanval op het Nederlandsche doel werd onderschept door Slot, die zich onvervaard voor de voeten van Braine gooi- de. Een zeker schijnend doelpunt was daar- mede voorkomen. De Belgen kwamen ech ter terug. Ze waren in deze periode beslist sterker. De Nederlandsche achterhoede kreeg zeer veel werk. Zij werd goed onder- steund door onze middenlinie en ook Smit, die ook in dezen wedstrijd als „zwerver" fungeerde, kwam te hulp. Het eerste werk van Michel de debutant in het doel was het stoppen van een keihard hoekschot van Voorhoof. Onberispelijk ving hij den bal op. Dat gaf niet alleen het publiek, maar ook den V.S.V.-er zelf het zoozeer ge- wenschte vertrouwen. De Belgen nemen de leiding, De toejuichingen, waarmede deze bijzon- dere prestatie werd beloond, waren nog niet verstomd, toen de Belgen er in slaagden de leiding te nemen. Bij een aanval op het Ne derlandsche doel kreeg Stijger den bal Dij het wegtrappen verkeerd op den voet. De bal kwam hoog voor den Nederlandschen doelmond en voor onze verdedigers eigen- lijk beseften wat er was gebeurd, had de Belgische linksbuiten Buyle den bal in het net gewerkt. Er waren toen ruim 10 minu- ten gespeeld. Tot nu toe had onze voorhoede niet veel bijzonders gepresteerd. Men aarzelde nog te veel, de balcontrole liet nog te wenschen over en ook de opstelling was niet juist. Lenstra had de opdracht Vente te steunen, althans in de voorhoede te blijven, maar hij deed het voorloopig niet. Na zeventien minuten krijgt de Harder een uitstekende kans om gelijk te maken. Het schot ging echter naast. Van de tribu nes steeg een kreet van teleurstelling op. De combinatie vlotte allerminst in onze voorhoede. Caldenhove en Slot deden "oed werk. Een corner op het Belgische doel, ge nomen door de Harder, gaf den onzen na 25 minuten wederom een goede sco-ings- kans. De hoog voor doel geplaatste bal werd opgevangen door Lenstra, die inkopte, maar op het nippertje stompte Deraedt den bal nog weg. Onze landgenooten kwamen er beter in en daardoor werd het gevaar voor het Belgische doel steeds dreigender. In een periode, dat de Nederlanders voort- durend met levendig spel aanvielen, kwam de sensatie van dezen wedstrijd. Zij speelde zich af voor den Nederlandschen doelmond. toen onze verdedigers op een gegeven mo ment bleven staan, omdat zij dachten, dat een der Belgische aanvallers buitenspel stond. De scheidsrechter liet echter doorspe- len en zoo zag men drie Belgen Buyle, Braine en van Craen op het Nederland sche doel afstormen. Alleen Michel hadden zij nog voor zich. De V.S.V.-er stoDte val- lende het schot van van Craen. Braine en Buyle schoten toe. Eecstgenoemde kwam dan te vaRen en gleed door tot vlak bij de doelldn. Ook Michel lag on en grond. Buvle. die den bal had weten te bemachtigen, kon nu ongehinderd inschieten. De bal stuitte evenwel van het lichaam van Braine terug. Michel, die nog steeds op den grond lag, greep den bal en het gevaar was geweken. Dat was pech voor de Belgen. Gelijk. Eenige minuten later maakten de onzen gelijk. Stijger had den bal goed opgevan gen en doorgegeven aan de Harder, die op het Belgische doel afstormde en op het juiste moment overgaf naar Vente. Foutloos en onhoudbaar was het schot, waarmede de Rotterdammers de partijen weer op gelij- ken voet bracht. De Nederlandsche aanvallen volgden el- kaar nu snel op. Het overwicht der onzen werd steeds grooter. De tweede goal voor Holland. Nadat Michel voor de zooveelste maal een ovatie in ontvangst had genomen, omdat hij bij een Belgischen aanval den bal voor de voeten van een tegenstander wist weg te pakken, namen onze landgenooten vijf mi nuten voor rust de leiding. De Harder was doorgebroken. Met een goeden pass gaf hij door naar Vente, die eenige tegenstanders passeerde en toen een schot in den hoek loste. Via de paal stuitte de bal echter in het veld terug, maar nu was het Drager, die zijn kans waamam en toe- stormend met een zuiver schot onhoudbaar inschoot (21). Het is 3L Dezelfde speler legde nog voor de rust den grondslag voor het derde doelpunt. Keurig dribbelde hij met den bal na 'r vo- ren tot vlak bij de out-lijn. Op drie meter van het Belgische doel zette hij voor en thans was het de toegeloopen de Harder, die keurig inschoot (31). Twee minuten later was het rust. De tweede helft. In de pauze vierde het „rats, kuch en boo- nen" hoogtij. Het Feijenoord-stadion daver- de van het gezang. Ondanks den regen, die nog steeds neerviel, waren de toeschouwers in een goede stemming. Geen wonder, Ne derland had een nuttigen voorsprong. Na de hervatting namen de onzen onmid- dellijk het initiatief tot den aanval. Het spel van onze voorhoede wordt nu goed open ge- houden. De Nederlandsche aanvallen sticht- ten in de Belgische verdediging voortdu- rend de grootste verwarring. De aanvallen de- Belgen waren lang niet zoo gevaarlijk. Het vlotte niet best in de Belgische voor hoede en de middenlinie schoot in haai aan- vallende taak schromelijk te kort. De Bel gen wisten eenige corners te forceeren, die De Jub ileum wedstrijd tegen Belgie heeft een volkomen verdiende overwinning van bet Nederlansch elftal opgeleverd, een zege, waarmede het vijftigjarig bestaan van den K.N.V.B. ook op het groene veld op waar- dige wijze gevierd is. Het is een spannende, aardige ontmoeting geweest met enkele pe- rioden van zeer goed spel aan beide zijden, al dient er onmiddellijk aan te worden toe- gevoegd, dat over het algemeen het peil van het vertoonde spel aan Nederlandschen kant hooger stond dan dat bij onze zuiderburen. Opmerkelijk was het zeer snelle tempo, dat vrijwel den geheelen wedstrijd werd volge- houden. Alleen tegen het einde geraakten er enkelen uitgespeeld, geen wonder met dit zware veld en den moeilijk in bedwang te houden glibberigen bal. Dat de debutanten het eerst vermoeid raakten behoeft ook al geen verwondering te wekken, immers, zij moeten nog leeren hun krachten op de juiste wijze te verdeelen. Te geestdriftig gooiden zij zich van den aanvang af in het spel, te moeilijk konden zij zich in den be- ginne aanpassen en dat alles kostte energie, hetgeen zich tenslotte moest wreken. Maar niettemin mag men tevreden, meer dan te- vreden zijn over het spel der nieuwelin- gen, doch daarop komen wij nog terug. Het Nederlandsch elftal, dat gezien de verwachtingen in zijn prestaties meeviel, terwijl de ploeg der Belgen wat teleurstel de, heeft de zege verdiend. Misschien mo- gen de cijfers, ^—2, wat geflatteerd worden genoem, maar dan dient men toch niet te vergeten, dat de Oranjevoorhoede een veeJ grooter aantal kansen heeft gekregen dan de tegenstanders enwat zeker belang- rijker is, men wist daarvan beter te profi teered Wil men de betrekkelijk zware nederlaag van Belgie verklaren, dan zou in de eerste plaats kunnen worden aangevoerd, Jat de spelopvatting van het Nederlansch elftal nuttiger, zakelijker en productiever was dan dat van de Belgen. Inderdaad werd door de Oranjehemden in de meeste gevallen het doel der tegenstanders via den kortsten weg gezocht. Het was de lange pass, over de lengte van het veld, die overheerschte. Die lange pass werd vooral toegepast naar de vleugels, hetgeen vanzelfsprekend was. omdat hier twee buitenspelers, Drager en de Harder stonden, die behalve over een goede techniek en een zuiver schot, over groote snelheid beschikten. Zoo werd de verdedi ging der Belgen uit elkaar gerukt, ontston den er gaten, waarvan ook't binnentrio van Nederland kon profiteeren, al was het niet in voldoende mate, want de score had inder daad nog hooger kunnen zijn. Dit verras sende, echt Nederlandsche spel is vrijwel voortdurend toegepast en met succes. Daar tegenover stelde Belgie het oude tecept, het korte samenspel, dat verre van zuiver werd uitgevoerd en waarbij het bin nentrio elke schietvaardigheid miste. Wei speelden de Roode Duivels met veel ent housiasme, wel zaten zij fel op den bal, vooral in het eerste halfuur, maar het tem po werd door hen zelf gedrukt door het m de breed te te zoeken in plaats van in de lengte. Met een Voorhoof en vooral een Braine in de voorhoede, zal men niet gauw tot een andere speluitvoering, een gewijzig- den opzet komen. En indien men dan nog weet, dat Braine de schaduw is van wat hij yroeger was en, dat het inderdaad tijd wordt, dat men voor hem een vervanger zoekt, dan is het dui- delijk,, dat niet alleen het verschil in spelop vatting de oorzaak van de nederlaag is ge weest, maar ook het onderscheid in de kracht der linies en het feit, dat de gemid- delde prestatie van iederen Nederlandschen speler hooger stond dan bij de Belgen. De Nederlandsche achterhoede was ster ker, homogener, moeilijker te passeeren dan die van Belgie. De middenlinies waren van ongeveer gelijke kracht, zonder dat wij daarmee zouden willen zeggen, dat het zes- tal buitengewone capaciteiten heeft ont- wikkeld, daarvoor ontbrak er nog te veel aan, vooral wat het plaatsen betreft. De Belgi sche voorhoede was voorts beslist minder dan die van Nederland. Het Nederlandsche vijftal wist, wat het wilde, voelde elkaar goed aan, vooral toen Lenstra na een matig begin er steeds beter in kwam. Het mocbt dan wel eens mislukken, vooral waar het de afwerking van den aanval betrof, maar de opzet was goed, men begreep op welke wijze het beste resultaat kon worden be- reikt. Het tegendeel was het geval met de voorhoede der Roode Duivels. Daar zat wei- nig systeem in, voor het doel werd het rom- melig en om er een einde aan te maken schoot men vaak Braine bijvoorbeeld in het wilde weg. In onze ploeg waren feitelijk nog maar drie spelers van de oudere garde aanwezig, te weten Paauwe, Smit en Caldenhove. Smit speelde ziin 27en intemationalen wedstrijd, Paauwe ziin 26en en Caldenhove jubileer- de, zijn 25e internationale ontmoeting, te- vens zijn eerste als aanvoerder. Alle ande ren speelden minder dan tien maal in het Nederlandsch elftal, zelfs Vente is daar nog niet aan toe. Voorts telde het team niet min der dan vier debutanten, Michel, Slot, Stij ger en Poulus, een respectabel aantal. Dat geen van hen gefaald heeft is toch wel een bewijs, dat er op het oogenblik voldoende jong spelersmateriaal aanwezig is om op nieuw een sterke ploeg op te bouwen. In technisch opzicht viel er ook bij de de butanten veel te loven, maar in tactiek ont brak er nogal wat aan, hetgeen overigens begrijpelijk is en dus ook te verontschuldi- gen. Stijger b.v. beging de fout te veel zijn vleugel los te laten: met een snelleren jon- geren vleugel tegenover zich had hem dat zeker parten gespeeld. Poulus was eigenlijk alleen maar in staat om defensief zijn taak naar behooren te vervullen. Het ging nog boven zijn krachten om zich voldoende te wijden aan het voeden van de voorhoede en vooral in zijn plaatsen schoot hij herhaal- delijk te kort. Maar heeft Anderiesen zoo bij zonder goed gespeeld in zijn eersten in temationalen wedstrijd en was men ook toen niet vol critiek op den Ajax-spil? Smit de zwerver, bouwde het spel in het mid- d en veld uitstekend op, waarmede de taak van Poulus natuurlijk aanmerkelijk verlicht werd. De spelers Doelverdediger Michel heeft uitstekend voldaan. Wij hebben den Velzenaar geen fout van beteekenis zien maken en enkele malen heeft hij werkelijk op fantastische wijze gered. Een debuut, waarover hij zeer zeker tevreden mag zijn. Caldenhove bleek in verdedigend opzicht nog altijd de beste achterspeler van ons land te zijn. Maar toch is zijn wegwerken niet meer zoo zuiver als in vroegere jaren, te veel belandt de bal bij het wegtrappen voor de voeten van een tegenstander, waar- door het nuttig effect teloor gaat. Hij was overigens de beste van het viertal achter- spelers. Slot heeft ook al op voldoende wijze zijn debuut gemaakt. Natuurlijk stond hij aan- vankelijk wat onwennig in dit milieu, maar hij paste zich snel aan, te snel misschien, want in het laatste kwartier kreeg hij een inzinking, omdat de Blauw-Witter toen uit gespeeld was door een verkeerde verdeeling van zijn krachten en te veel gebruik van energie op momenten, dat het niet noodig was. In de middenlinie was Paauwe de beste. Hij was den linkervleugel van Belgie volko men de baas en daarnaast stelde hij voort durend de voorhoede in staat tot aanvallen. De Feijenoorder heeft een gaven wedstrijd gespeeld. Over Poulus hebben wij reeds geschre- ven. Hij moest Stam vervangen, maar dat was geen bezwaar, immers de Schiedammer speelt m zijn vereeniging altijd op de spil- plaats. Ontzaglijk heeft Poulus gezwoegd; met grooten geestdrift, zooals indertijd ook Anderiesen is begonnen, wierp hij zich in den strijd en in het breken van de aanval len der Belgen heeft hij een grooten rol ge speeld. Stijger kwam er na een kwartier de debutanten hadden alien tijd noodig om zich te spelen goed in. Zijn af nemen was voortreffelijk, hij liet zijn tegenstanders niet los en indien te groot enthousiasme het hem r.iet belette gaf hij den bal ook nog zuiver aan de voorhoede door. Zijn handigheid viel op en het zou ons niet verwonderen, indien de Blauw-Witter met het klimmen der jaren en bij het verkrijgen van meer internationa le routine zich tot een speler van bijzondere klasse zou ontwikkelen. Drager wist altijd wat goeds met den bal te doen. Hij is een voetballer, die het spel nuchter, zakelijk bekijkt. Hij berekent zijn kans, beheerscht zich in alle siluaties en be- grijpt heel goed, dat hij er in de eerste plaats voor moet zorgen, dat het binnen trio in de gelegenheid wordt gesteld om te scoren. Maar gelukkig schiet hij zelf ook, als hij vindt, dat hij er beter voor staat. De wijze, waarop hij den bal bij het derde doel punt opbracht en de Harder in de gelegen heid stelde tot scoren, was onverbeterlij k. Lenstra was misschien de minst opval- lende speler uit de voorhoede. Hij had veel tijd noodig „er in" te komen en in de twee de helft had hij beslist met enkele schoten pech. Eerst bleef hij te veel achter en had het Nederlandsche elftal twee „zwervers", maar die fout werd gelukkig spoedig inge- zien. Vente was bewegelijk, wist de Belgische achterhoede door bliksemsnel wijzigen van opstelling in de war te brengen. Hij ver- deelde het spel heel verdienstelijk, maar zijn schot was niet zoo goed als in de laatste in- terlandwedstrijden. Smit heeft twee doelpunten gemaakt, waarvan de goal uit den voorzet van Dra ger een juweeltje mocht genoemd worden. Op het midden veld dirigeerde hij het spel op tactische wijze, hij was de grondlegger van de aanvallen en in vele gevallen wist hij door zijn geraffineerde techniek de Bel gen tot wanhoop te brengen. Tenslotte de Harder op den linkervleu gel. In de eerste helft heeft hij enkele kan sen niet benut, omdat hij te onzelfzuchtig speelde. In plaats van zelf in vrije positie te schieten, gaf hij den bal gewoonlijk weer aan het binnentrio terug, dat er dan minder gunstig voor stond, Toch maakte zijn spel een uitnemenden indruk, trouwens, over de geheele voorhoede mag men zeer tevreden zijn. Doelverdediger Deraedt heeft geen schuld aan de doelpunten. Moedig was zijn ingrij- pen bij gevaarlijke momenten en door zijn uitstekenden kijk op het spel heeft hij veel onheil voorkomen. Aanvoerder Paverick hebben wij wel eens beter zien spelen. Hij en Van Caelembergh zochten voortduren naar de juiste opstel ling en aangezien de vleugelhalfs, Henry en van de Kerkhoven geen constant spel ver toonden, had het backstel het buitengewoon moeilijk. Tenslotte hebben zij moeten capi- tuleeren voor het tempo der Nederlandsche voorhoedespelers. Spil Gommers viel weinig op. De Belgi sche voorhoede had in opbouwenden zin weinig aan hem. Uitblinkers waren er in den aanval- niet. De jaren vai, Fievez schij- nen nu mee te gaan tellen, hetgeen zeker het geval is bij Raimond Braine, wiens schot nergens naar leek. Van Craen, die in de Belgische voetbalwereld, een vondst van beteekenis werd genoemd, viel tegen. Zijn debuut was verre van goed, hetgeen te meer verwondering moet wekken, omdat hij naast hem zijn clubgenoot Voorhoof had, die wel de beste van het vijftal was. Buyle heeft tegen Paauwe weinig kunnen uitrichten. Zijn doelpunt was uitstekend. Scheidsrechter Pfirrmann had het niet moeilijk. Hij had wel wat last met den bui- tenspelregel, hetgeen veroorzaakt werd door het feit, dat hij te veel op het vlaggen van de grensrechters vertrouwde en daardoor niet voldoende meeliep. Overigens was het een faire, in zeer prettige verstandhouding gespeelde wedstrijd. De voorzitter van de keuzecommissie, de heer H. W. H. Herberts verklaarde, dat zon der uitzondering dit Nederlandsch elftal goed voldaan heeft. Dat was niet alleen zijn meening, maar de opinie van de geheele keuzecommissie. Nadat de debutanten wa ren ingespeeld, zat het elftal vrij behoorlijlt in elkaar. Het spel werd over de vleugels geleid, een opvatting, welke wij de juiste achten bij het Nederlandsch elftal. De vijf doelpunten spreken voor de kracht van de voorhoede, van de nuttigheid van den op zet. Theoretiseerend zou men wel kunnen opmerken, dat dit spel veel meer kansen heeft opgeleverd, dan dat er benut zijn maar het is toch ook een bewijs, dat de op- bouw van den aanval goed is geweest. Er is geprofiteerd van de razend snelle buiten spelers, de midvoor was doortastend, uiterst bewegelijk en altijd gevaarlijk voor Toel Smit beheerschte het centrum van het veld. Toch waren aan het einde van den wedstrijd verscheidene spelers leeggespeeld, hetgeen acntoont, dat de training niet zoo intensief is geweest als gewenscht zou zijn. Maar de omstandigheden, waaronder gewerkt moest worden, zijn bekend en met die moeilijkhe- den heeft natuurlijk ook Belgie te kampen In iedere linie zat een geroutineerde speler. Caldenhove achter, Paauwe in de midden linie, Smit voor. Met deze kernspelers en de talrijke jongeren is een elftal op te bouwen, hetwelk veel mogelijkheden voor de toe komst biedt. Aanvoerder Caldenhove was best tevre den met de prestaties van zijn spelers. Na tien minuten had hij het voile vertrouwen dat het elftal den wedstrijd kon winnen. De voorzitter van den Belgischen voet balbond, de heer A. van Kesbeeck was van oordeel, dat zijn landgenooten geslagen zijn door een voorhoede, die te sterk was voor de Belgische verdediging. „Ik wil niemand uit de Nederlandsche voorhoede in het bij- zoner noemen" zoo zeide de heer van Kesbeeck, „ik vond ze alien even goed". In het elftal van zijn landgenooten vond hij Voorhoof, Braine en de drie middenspelers bepaald slecht. Zou de Belgische ploeg over een doortastender en beter combineerender voorhoede hebben beschikt, dan zou het re sultaat volgens hem heel anders zijn ge weest. De Nederlandsche voorhoede wist te overrompelen, de Belgische niet. In ieder geval is het een faire en prettige wedstrijd geweest. De aanvoerder van het Belgische elftal Paverick vond 't een pittigen en sportieven wedstrijd. De Nederlanders hadden een beter elftal zoo vertelde hij ons en ze hebben verdiend gewonnen. Toch meende hij, dat zijn elftal in het eerste kwartier meer had verdiend. Heel jammer vond hij het, dat Buyle op een gegeven moment te gen den op de doellijn liggenden Braine schoot. Hadden wij toen een beetje meer geluk gehad, dan zouden we een 20-voor- sprong hebben gehad en zou het verloop zeer zeker heel anders zijn geweest zoo luidde zijn oordeel. In de Nederlandsche kleedkamer van het Feijenoordstadion zat een zeer vermoeid elftal. Het duurde geruimen tijd voor de tongen los kwamen: de wedstrijd was zwaar geweest. Maar spoedig liepen de warme douches, sloeg de damp spelers en officials in het gezicht. Caldenhove had nog genoeg adem om zijn clubgenoot Drager en ook Lenstra een ver- haal op te hangen over de juiste tactiek in de voorhoede. Toen Drager tegenwerpingen maakte, zei Caldenhove, dat hij het van- daag nog te vertellen had, als aanvoerder. Drager legde er zich bij neer, morgen, wan- neer beiden weer in militairen dienst zijn, had Caldenhove te gehoorzamen aan Dra ger, want de laatste is boven hem geplaatst. Smit grinnikte, waarschijnlijk over het prachtige doelpunt, dat hij gemaakt had. Paauwe was stil, zei weinig. Hij had dit too- neel al zoo veel jaren meegemaakt. Lotsy kwam binnen, wenschte iedereen geluk, zelfs de pers. Feliciteerde Herberts met de overwinning, met het vijftigjarig bestaan en met zijn onderscheidingsteeken. Bob Glendenning zorgde voor iedereen. In de Belgische kleedkamer heerschte een gedrukte stemming. De spelers schoten snel onder de warme douches. Dat deed hun zichtbaar goed. De trainer van den Belgi schen voetbalbond Goetinck was in vroegere jaren zelf een bekend internationaal, had voor ieder een vriendelijk woord. Spelers zoowel als trainer, vonden het een sportie ven wedstrijd. Allen waren het er over eens, dat het Nederlansch elftal sterker had gespeeld en dat de overwinning verdiend was. Trainer Goetinck vond de Harder een brillanten vleugelspeler en Vente 'n uitste kende midvoor. De Nederlandsche voorhoe de in haar geheel vond hij sneller en pro ductiever dan die der Belgen. Doelman Deraedt vertelde, dat hij respect had voor de harde schoten, waarmede de Nederlandsche aanvallers hem hadden be- laagd. Vooral Vente. Braine zei niet veel. Hij meende, dat de Belgen erg ongelukkig waren geweest. Zijn oordeel werd onderstreept door den secre- taris van de Belgische keuzecommissie, den heer Hanze, die zei, dat snel spel op het middenveld in dezen wedstrijd had gedomi- r.eerd en "dat het resultaat over het geheel genomen, een weinig geflatteerd is.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 9