JeuUXetoa VACANTIE EEN VEELBEWOGEN Centrale levensmiddelendistributie-raad geinstalleerd. Als het winter wordt VERSTOPPING het voorval te Venlo. De minister van econom. zaken over de taak van den raad. Door het ijs gezakt en verdronken. Al weer verschillende slachtofiers. De kostwinnersvergoeding wordt verhoogd met Kerstgave. Scheepvaart in het IJseU meer. Wordt bemoeilijkt door het ijs. FOSTEP's MAAGPILLEN Regeering heeft volledige genoegdoening verlangd. Ongeluk op onbewaakten overweg. Meisje gedood. Twee dooden door gas- verstikking. TWEEDE BLAD ALKMAARSCHE COURANT VAN DINSDAG 19 DECEMBER 1939. De minister van economische zaken, mr. M. P. L. Steenberghe, heeft gisteren den centralen levensmiddelendistributieraad ge- installeerd. In zijn rede tot installatie van dezen raad zeide de minister o.m., dat de beslissing, of in een bepaald geval tot rantsoeneering zal moeten worden overgegaan, door de regee- ring zelf moet worden genomen. De motie- ven, die tot een dergelijke beslissing voeren, zijn in het algemeen zoo zeer afhankelijk van de nationale en internationale economi sche situatie, dat zij zich uiteraard niet lee- nen tot een bespreking in dit college. De taak van den raad. De minister stelt zich echter voor, dat, nadat een beslissing in principe eenmaal genomen is en de alge- meene gedragslijn, welke in acht genomen moeten worden, zijn vast- gelegd, hij zich tot den raad mag wenden en over de verschillende probleme, die dan rijzen, zijn oor- deel mag inroepen. De minister noemde verder eenige proble- men die's raads aandacht zullen opeischen. In de eerste plaats het aanpassen van de distributieregeling voor een zeker product aan de bijzonderheden van dit product en aan de eischen, die de conumenten in hun verschillende schakeeringen aan dit pro duct stellen. Hierbij dacht hij ook aan de onderscheidene bevolkingsgroepen, die uit den aard van hun arbeid, speciaal wanneer deze geschiedt, teneinde de vitale behoeften van ons volk te verzorgen, aanspraak kun- nen maken op een bijzondere behandeling. Hiernaast meende de minister, dat de raad uitmuntend werk zou verrichten, indien hij de noodzaak en de doeltreffendheid eener rantsoeneering beter bij het publiek zou kunnen doen begrijpen. Een wederzijds vertrouwen en verstaan is voor een goede werking eener distribu tieregeling een eerste vereischte. Niet alleen echter het belang van den consument ten aanzien van deze maatrege- len, ook de belangen van distribuant en pro- ducent kunnen door den raad, die in dit opzicht over vele bij uitstek deskundigen be- schikt, behartigd en naar voren gebracht worden. Advies aan den minister. Het is ook de bedoeling van den minister, dat de raad zich niet slechts bezighoudt met die vraagstukken, welke hij op zijn uitdruk- kelijk verzoek zal willen bestudeeren, doch eveneens zal hij het op prijs stellen, ten aanzien van die problemen, die naar's raads meening daarvoor in aanmerking komen, ongevraagd advies te mogen ontvangen. Gaarne is de minister bereid deskundige critiek te aanvaarden, omdat hij er zeker van is, dat wij alien werken voor een doel, n.l. het welzijn van het Nederlandsche volk. De taak, die de raad op zich genomen heeft, is voorloopig nog niet al te zwaar, omdat nog slechts twee artikelen gedistri- buerd zijn. Naarmate echter het aantal dis- tributie-artikelen toeneemt en de grootte der rantsoenen afneemt hetgeen naar hij hoopt niet het geval zal behoeveo te zijn zal ook zijn taak zwaarder worden. In het het bijzonder verheugde het den minister een aantal vertegenwoordigsters van de Nederlandsche huisvrouwen in dezen raad te mogen begroeten. Na eenige waardee- rende woorden tot prof. Romme, den voor- zitter van den raad te hebben gericht be- sloot de minister met een voor de installatie eener commissie misschien wat ongewonen wensch, n.l. dezen, dat de raad geen inge- spannen arbeid zal behoeven te verrichten en weinige moeilijke problemen zal behoe ven op te lossen, want dan blijkt immers daaruit, dat de economische toestand in Ne- derland gunstig is en blijft. De voorzitter van den raad, prof. mr. C. P. M. Romme heeft vervolgens op deze rede 1 met een korte toespraak geantwoord. Uit verschillende plaatsen van ons land komen weer de berich- ten van schaatsenrijders, die door het ijs zakten en verdronken. Gistermiddag is te Boornzwaag (Fr.) de 25-jarige veehouder.die op de Langstaarten- poel aan het schaatsenrijden was, in een wak gereden en verdronken. Gistermiddag is de 25-jarige landarbeider J. Raggers uit Steggerda (Fr.) bij het schaat senrijden op de gekanaliseerde rivier de Linde door het ijs gezaki en verdronken. R. laat een vrcuw en twee kinderen achter. De dertigjarige arbeider K. Reitsma uit Oenkerk (Fr.) is gistermiddag bij het schaatsenrijden in de Ringvaart ter hoogte van de werkverschaffing Buitenveld onder Veenwouden in een wak terecht gekomen en verdronken. Gistermiddag zijn twee militairen van on- geveer dertigjarigen leeftija, P. de Winter en M. de Wilde, beiden wonende te Gaaster- land en gedetacheerd te Ossesluis, bij het schaatsenrijden op de Hoogeveenschevaart aldaar door het ijs gezakt en verdronken. Onmiddellijk stelde de sluiswachter po- gingen in het werk om de urenkelingen op het droge te krijgen, waarbij hij gebruik maakte van een ladder Na eenigen tijd ge- lukte het hem de militairen uit het water te halen, doch de levensgeesten waren toen reeds geweken. De W. was gehuwd en had twee kinderen. De regeeringspersdienst meldt: De minister van defensie heeft bepaald, dat de kostwinnersver goeding, die is vastgesteld op het steunbedrag, hetwelk een dienst- plichtige als ondersteunde werk- looze voor zijn opkomst laatstelijk genoot. in de week van 1823 Dec. 1939 wordt verhoogd met het bedrag dat de dienstplichtige dit jaar als Kestgave vermoedelijk zou hebben genoten, indien hij niet in werke- lijken dienst zou zijn geweest. FELLE BRAND OP URK. Gisteravond is brand ontstaan in een van de houten keten van de aannemersfirma van Marken en Co., die op Urk werkzaamheden aan de in aanbouw zijnde sluisput uitvoert. In deze keet waren vijf motoren aan- wezig, welke gebruikt worden bij het leeg- pompen van de sluisput, terwijl er voorts enkele vaten ruwe olie en benzine stonden opgeslagen. In deze brandbare materie vonden de vlammen gretig voedsel. De brandweer van Urk bond den strijd tegen het vuur aan en had na twee uur uard werken den brand onder de knie. Men acht de mogelijkheid niet uitgesloten, dat het vuur is ontstaan, doordat een vonk van een der in werking zijnde motoren is overgeslagen op een der vaten benzine. De keet is geheel verwoest. DE KONINGIN NEEMT DEEL IN DE NIEUWE STAATSLEENING. Naar het A.N.P. verneemt zal de Koningin voor een aanmerkelijk bedrag deelnemen in de nieuwe staatsleening. De scheepvaart heeft op het IJselmeer thans reeds met groote moeilijkheden te kampen. Was het Zondag voor motorschepen nog wel mogelijk, om, zij het niet zonder moeite, zich een weg te banen door het ijs op het Buiten-IJ, thans blijkt dit uitgeslo ten. Vijf vaartuigen, voorzien van sterke moto ren, voeren gisteren de Oranjesluizen te Am sterdam uit, doch bleven op het Buiten-IJ steken en moesten terugkeeren. Een dezer motorschepen had nog de hulp van een sleep- boot, maar ook dit mocht niet baten. Beide waren gedwongen ter hoogte van Durgerdam naar de Oranjesluizen terug te varen. De schipper van dit vaartuig deelde mede, dat het ijs op het Buiten-IJ ongeveer 8 c.m. dik was. Met zijn verrekijker had hij de situatie nabij Pampus bezien. Zoover hij kon kijken, ongeveer een uur gaans, was ook daar niets dan ijs. Op het oogenblik is het alleen voor stoom- schepen nog mogelijk om het IJselmeer over te steken. VERLIEFDE VARENSGEZEL DOET DOMME DINGEN. Foging tot doodslag. In den nacht van Zaterdag op Zondag heeft een 30-jarige varensgezel op het Spui te Den Haag een revolverschot gelost op de 45-jarige echtgenoote van een cafehouder en haar dochter. De kogel trof gelukkig geen doel, hij verbrijzelde alleen een ruit in de deur van de woning boven het cafe. De varensgezel is op het hoofdbureau van po litic in bewaring gesteld en zal wegens po- ging tot doodslag vervolgd worden. Tot voor kort woonde de man bij den cafehouder in. Aangezien hij een bij zondere sympalhie aan den dag legde voor een 20-jarige dochter des huizes en de cafe houder er niets voor voelde den varensge zel tezijnertijd als schbonzoon aan te ne- men, wees hij den man de deur. De conflic- ten, die hieruit voortvloeiden hadden het bovengenoemde gevolg. dan vraagt Uw extra verzorging lichaam Wintervoeten.Verkoudheid, Rheumathitfk! Neem BADZO-baden en spoel Uw winterkwalen met het badwater weg. I Kg. pakken 20 ct. Voordeeliger en tevens voor kuipbaden: 3 Kg. pakken 4 5 ct. Verkrygbaar by A.poth. en Drogisten Vraagt brochure I en alechte epijsvertering veroorzaken hoofdpijn, luateloosheid. gemelijkhei<£ t haitwater, tnaagpijn enz. Foster's MaagpilleP zijn het probate laxeermiddel en dragen zorg voor een volkomen norm ale ondastine, doordat zij zoo zacht werken. Priis f 0.65 Op de vragen van het Tweede Kamerlid de Marchant et d'Ansembourg in verband met het optreden van gewapende Duitschers op Nederlandsch grondgebied bij Venlo op 9 November 1939 luidende: 1. Is het waar, dat op 9 Nov. LI. eenige leden van de Duitsche geheime politie ge- wapend de Nederlandsche grens bij Venlo hebben overschreden en op Nederlandsch territorium onder bedreiging met wapenge- weld de inzittenden van een auto, waaron- der een Nederlandsch off icier, overmeesterd hebben? 2. Is het waar, dat de genoemde Duit schers een aantal der inzittende personen evenals de auto met geweld over de grens naar Duitschland gebracht hebben? 3. Indien de beide voorgaande vragen in bevestigenden zin worden beantwoord, heeft de regeering dan van de Duitsche regeering volledige genoegdoening voor deze schending van onze souvereiniteit verlang en daarbij de onmiddellijke invrijheidstel- ling van de ontvoerden, van welke nationa- liteit ook, geeischt? Heeft de minister van algemeene zaken a.i., mede namens den minister van buiten- lrndsche zaken, als volgt geantwoord: 1. Het is waar, dat op 9 November j.l. eenige wapende Duitschers de Nederlandsche grens bij Venlo heb ben overschreden en op Neder landsch grondgebied onder bedrei ging met wapengeweld de inzitten den van een auto, waaronder een Nederlandsch officier, hebben over meesterd. De identiteit der genoemde Duitschers kon dezerzijds niet wor den vastgesteld. 2. Het antwoord op deze vraag luidt bevestigend. 3. De regeering heeft van de Duit sche regeering volledige genoegdoe ning verlangd voor deze schending van ons grondgebied, met inbegrip van de invrijheidstelling van den ontvoerden Nederlandschen chauffeur en het lijk van den Nederlandschen officier, die bij den overval volgens de verklaring van ooggetuigen den dood heeft gevonden. ALGEMEENE VEREENIGING VOOR BLOEMBOLLENCULTUUR. 191e Algemeene Vergadering. In de gisteren te Haarlem gehouden alge meene vergadering van de algemeene ver- eeniging van bloembollencultuur werd na de openingsrede van den voorzitter, den heer A. J. Verhage, overgegaan tot voorzie- ning in de vacatures in het hoofdbestuur, ontstaan door het periodieke aftreden van de heeren Jac. Bakker en A. J. Braam, die niet terstond herkiesbaar waren. In hun plaats werden gekozen de heeren C. Hoebe te Wognum en W. Jonkheer te Hillegom. Bij de rondvraag kwamen nog diverse wenschen naar voren. De afdeeling Hillegom gaf het bestuur in overweging een commissie te benoemen, evt. bijgestaan door een jurist, die van ad vies zou kunnen dienen en bemiddelen bij de te verwachten moeilijkheden voor de on- derhandelingen met de 1 Mei-betalingen. De afdeeling OverveenBloemendaal was van meening, evenals het bestuur, dat de ver- goeding, welke het rijk gaf, bij vernietiging van 3 ct. per k.g. in elk opzicht onvoldoen- de was. De afd. Voorhout vroeg of geen vervroegde betaling in het surplusfonds kon plaats vinden. De voorzitter achtte dit niet mogelijk. Bovenkarspel achtte opheffing van het snijbloemcontract voor tulpen en gladiolen wenschelijk. De voorzitter zegde toe, dat het bestuur, hoewel deze zaak reeds uitvoe- rig besproken is, de kwestie opnieuw in studie zal nemen. Een belangrijk voorstel werd tenslotte ter sprake gebracht door den heer Rijnveld uit Hillegom, die het bestuur in overweging gaf, het initiatief te nemen tot oprichting van een instituut, waarover alle binnen- landsche betalingen kunnen loopen op de- zelfde wijze als door de veilingvereeniging wordt toegepast. Daardoor zou het crediet- risico door alien gezamenlijk gedragen wor den en zou vermeden worden, dat bij beta- lingsmoeilijkheden elke onderneming afzon- derlijk een te grooten achterstand bij bank of hypotheek zou krijgen. Het bestuur zegde bij monde van den voorzitter gaarne bestudeering van het voorstel toe, waarna de vergadering werd gesloten. N V. KONINKLIJKE NED. ZOUTINDUSTRIE BOEKELO Gistermiddag is op den onbewaakten over weg van den Hoogen Zeedijk te Zevenberg- schehoek (N.Br.) het twaalfjarig meisje Marie Kapitein, dat per rijwiel van school huiswaarts keerde, door den sneltrein uit Breda gegrepen. Het meisje was op slag dood. De trein had ruim zeven minuten ver- traging, daar de geheel verwrongen fiets tusschen het drijfwerk van de locomotief was verward geraakt. Gisteren bemerkten de bewoners van een huis aan de Duinkerkschstraat te Den Haag, dat de medebewoners, de 34-jarige J. B. J. en zijn 78-jarige huishoudster de weduwe M. L. op het appel ontbraken. J. was ziek en werd door zijn huishoudster verpleegd. Deze laatste is gisternacht bij het ziekbed gaan zitten en is daar in slaap gevallen. In de ka- mer brande een niet-goedgekeurde gas- kachel, die bovendien geen uitlaat in de buitenlucht had voor verbrandingsgassen en aan een lekken gasslang stond aangesloten. Zoodoende heeft een vergiftigingsproces plaats gehad. Beiden personen bleken over- leden te zijn. KERSTCOLLECTE „BIO-VACANTIE- OORD" IN DE BIOSCOPEN. Sajnenwerking met Algemeen Steun- comite. Zooals bekend is de stichting „Bio-Vacan- tieoord", welke jaarlijks met Kerstmis en Paschen in de bioscopen geldinzamelingen houdt bestemd voor de uitzending van zwak- ke kinderen uit behoeftige gezinnen naar het „Russenduin" te Bergen aan Zee, inder- tijd door het Nederlandsche film- en bioscoopbedrijf opgericht ter compensatie van de tevele collecten welke door tal van liefdadigheidsinstellingen voordien in de bioscopen werden gehouden. Op verzoek van het Algemeen Steuncomite 1939 heeft het hoofdbestuur van den Neder landschen Bioscoopbond zijn bemiddeling verleend bij het tot stand brengen eener samenwerking tusschen genoemd comite en de stichting „Bio-Vacantieoord" met 'tdoel een zoo groot mogelijke opbrengst te verkrij- gen van de aanstaande kerstcollecte en deze opbrengst tusschen beide instellingen gelijde- lijk te verdeelen. Dat hiervoor bij wijze van hooge uitzonde- ring is afgeweken van de algemeen gedrags lijn, n.l. dat in de bioscopen uitsluitend voor het Bio-Vacantieoord wordt gecollecteerd, vindt uitsluitend zijn oorzaak in de buiten- gewone tijdsomstandigheden. De organisatie en de leiding der gemeenschappelijke collecte is in handen van het bestuur der stichting „Bio-Vacantieoord", dat aanstonds in de Kerstweek op het bioscoopbezoekend pu- bliek een beroep zal doen ten bate van beide genoemde instellingen. WIJZIGING PENSIOENWET VOOR DE SPOORWEGAMBTENAREN. Blijkens het eindverslag van de commissie van rapporteurs der Eerste Kamer over het on twerp van wet tot wijziging van de pen- sioenwet voor de spoorwegambtenaren 1925 werd in de afdeelingen waardeering geuit voor de door de regeering in haar aanvanke- lijk voorstel gebracht wijziging, waardoor de in 1936 ingevoerde korting op spoorweg- pensioenen niet geleidelijk, doch met ingang van 1 Januari 1940 volledig zal worden inge- trokken. Naar't Engelsch Van Maxwell March. 29) Het uitgemergelde gezicht van Saxon Marsh deed den jongen man onprettig aan. Sir Leo was volgens zijn opinie niet wat .men in de wandeling noemt een misdadig type. Achter zijn praatjes probeerde hij zijn lafhartigheid te verbergen, meende David. Maar deze man in het grijs had een heel ander voorkomen. Hij was geen type, maar een individu, en volgens Davids ondervin- ding waren individuen, of mehschen met een sterke persoonlijkheid, geenszins ge- makkelijk te hanteeren. De manier waarop hij zich gedroeg was, zooals David dadelijk voelde, voor hem karakteristiek. „Mijn beste mijnheer", zei hij met zijn af- gemeten, vlakke stem, „u begrijpt mij ver- keerd. Ik ben niet tevreden. De steenen van dit pad zijn ongelijk. Bovendien is hier ner- gens een schaduwrijk plekje. De manier waarop hier in dezen tuin de zon op je valt, is afschuwelijk. Door de warmte bevangen. struikelde ik over een van die helsche stee nen en kon maar met de grootste moeite voorkomen. dat ik over dat belachelijk lage muurtje naar beneden viel". De gerant, een flinke man, die er ver- standig uitzag, wel een heel groot verschil met den hysterischen Populof van het Em press hotel, keek hem zeer verwonderd aan. „Maar mijnheer Marsh", wierp hij tegen, en David grifte dien naam in zijn geheugen, „ik denk, dat u er niets van begrijpt. Er is een gast van dit hotel, bijna gedood. Ik vind, dat u zich wel mag verontschuldigen voor den grooten schrik, die zij heeft ge had. Mijn beste mijnheer, zij had best dood kunnen zijn. Stelt u zich eens voor, wat er dan had moeten gebeuren! Over het gelaat van Saxon Marsh kwam een onaangenaam lachje. „Dat vind ik nu juist een bijkomstigheid waar u eens goed over moet nadenken", zei hij. „En niet ik. De juffrouw en ik zijn bei den de onschuldige slachtoffers van uw ver- regaande zorgeloosheid, doordat u zich ver- oorlooft er zulke ouderwetsche monster- achtigheden in uw tuin op na te houden". De gerant kreeg een kleur en David rea- lisserde zich, dat de oude man het pleit ge- wonnen had. Hij wist genoeg van de wetten af, om te weten dat, als Marguerite Fernev gedood zou zijn en de zaak voor de recht- bank kwam de onaangename oude kerel met behulp van een handig advocaat er niet veel moeite mee zou gehad hebben om de schuld op de directie van het hotel te schui- ven. Als hij niet op zoo toevallige manier van het voorval getuige was geweest, zou hij misschien zelf ook geloof aan het ver- haal hebben gehecht. „Het spijt mij heel erg voor het meisje", ging Marsh zalvend verder, terwijl hij er onbewogen aan toevoegde. „Ik vrees, dat zij erg gewond is". „Neen, gelukkig niet", zei een andere man, klaarblijkelijk ook iemand van de di rectie, die zich pas bij het groepje had ge- voegd. „Ik heb den dokter gesproken. 't Is alleen maar de schrik. De pul heeft haar heelemaal niet geraakt. Ze was al opge- staan voor de pul viel en, ofschoon ze bij het neerploffen op den grond werd gewor- pen, heeft zij niet meer dan een paar schrammetjes. U mag van geluk spreken, mijnheer Marsh". „Heelemaal niet". Saxon Marshs glimlach had meer van een grjjns en David zou heb ben kunnen zweren, dat er iets van teleur- stelling, ja zelfs kwaadheid in zijn oogen te zien was. ..Heelemaal niet. Ik ben blij voor die arme vrouw, dat zij geen letsel van be- teekenis heeft opgeloopen, maar ik dien mijn beklag in en meteen. Die tuin is een gevaar, een bedreiging. Ik zal erover naar „The Times" schrijven en in ieder geval aan het gemeentebestuur. U kunt mij mijn rekening geven". En zich op zijn hielen omdraaiende. baande hij zich een weg tusschen de men- schen door, hen volkomen onthutst achter- latend. David volgde hem met de oogen en bemerkte zoodoende meteen sir Leo Thyn, die hem dwars over het gras heen tegemoet kwam. De twee mannen ontmoetten elkaar op het midden van de laan, sir Leo keerde zicn om en ging met zijn vriend samen naar het hotel terug. David trok zijn wenkbrauwen op. Sir Leo en Marsh kenden elkaar dus. Nu was hij er zeker van, dat hetgeen hij uit zijn kamerraam had zien gebeuren geen onge luk was geweest, maar wel degelijk een weloverwogen poging om Marguerite Fer- ney op een duivelsche manier uit den weg te ruimen. David voelde, dat hij eindelijk een spoor te pakken had. HOOFDSTUK X. De Vlucht. „Absoluut niets". Inspecteur Winns levendige stem klonk ontmoedigd door de telefoon. „Hij is in lucht opgegaan, Blest. Ik dacht niet, dat je iets te rapporteeren zou heb ben, maar er werd om inlichtingen ge- vraagd en ik doe dus mijn best, den chef zooveel mogelijk tevreden te stellen. Ik heb alle 1 "ens op de hoogte gebracht en ik hoop laar, dat wij hem nog te pakken zul len krijgen. Dank je wel voor je telefoontje. Bonjour". David hing den hoorn op den haak en wandelde de eel uit en de hall van het Ar cadian hotel in, ging aan een kleine tafel zitten en bestelde een biertje. Hij zat er ge- weldig over in, welke houding hij moest aannemen ten opzichte van Winns zaak. Op het eerste gezicht hield hij waardevolle inlichtingen achter om Judy te beschermen, maar, daar hij die inlichtingen had van Bloomer en Bloomer er weer op teruggeko- men was, oordeelde hij zich gerechtigd, er niet uit eigen beweging mee voor den dag te komen. Hij zat nog aan zijn tafeltje, toen Oude Charley op hem af kwam. De oude man was in praatgrage stemming. „Ze komt direct beneden", fluisterde hij half. „Ze houdt niet van halve maatrege- len. Je zou bijna denken, dat het heele ho tel op haar gevallen was, en niet dat een bosje geraniums haar rakelings gemist heeft". „Wie? Juffrouw Ferney?" zei David, die de bedoelingen van den ouden man heel goed begreep. „Precies". De kellner keek eens onder- zoekend door de hall. „Dokters en ver- pleegsters en specialisten en een auto en ik weet niet wat nog meer. Dat soort dingen doet ons in den regel geen goed. De men- schen denken er nooit aan, dat wij ons best doen om hun een menschwaardig bestaan te verschaffen". „Dus juffrouw Ferney gaat weg, he?" merkte David op, begeerig om de conversa- tie gaande te houden. „Waar naar toe?" „Dat zou ik niet kunnen zeggen", was het antwoord. „Naar het ziekenhuis zou ik denken. Of naar een particuliere inrichting misschien. Ze heeft niets, mijnheer, ze mankeert totaal niets. Maar als die bloem- bak haar geraakt had, dan had het er heel anders uitgezien, dat is zeker. Hallo", liet hij hooren, „daar komen ze aan. Natuurlijk door de hall. Zooveel mogelijk publiek, als- je-belieft. Zich laten bewonderen, dat is al- les wat ze te doen heeft". David keek eens door de zaal, toen de lift langzaam naar beneden kwam. De deu- ren zwaaiden open en er kwam een heele processie uit. David stond er raar van te kijken. Mar guerite Ferney had hem niet een van die personen toegeschenen, die veel drukte om niets maken, maar daar had hij zich in ver- gist. Zij had het verzoek van den gerant, om door een van de zijuitgangen te ver- trekken, van de hand gewezen en was er klaarblijkelijk op gesteld, dat zooveel mo gelijk menschen van haar heengaan getuige zouden zijn. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 5