De taak van den Officier van Justitie, interview met mr. G. C. B. van der Feen de Lille. Txauiuciaai Tiieuws WIERINGEPWAARD OUDKARSPEL BERGEN OUDORP DERDE BLAD. ALKMAARSCHE COURANT VAN VRIJDAG 2 FEBRUARI 1940. Het groote publiek heeft er geen notie van, wat een officier van justitie eigenlijk is. De een zegt: „Het is een soort rechter" en de ander meent, dat het zijn taak is om zooveel mogelijk menschen, zoo lang mogelijk in de gevangenis te krijgen. Dit woord, gesproken door mr. G. C. B. van der Feen de Lille, op 30 December 1939, bij het afscheid van mr. E. H. Hij mans, als officier van justitie, was voor ons aanleiding, om onzen bekenden sub stituutofficier om een onderhoud te ver zoeken en hem te vragen, ter voorlichting van onze lezers, een uiteenzetting te geven van de taak van den officier van justitie. Mr. van der Feen de Lille, die zich in het maatschappelijk leven met isoleert en als justitie-ambtenaar allerminst in ieder medeburger een aanstaand misdadiger ziet, verklaarde zich aanstonds daartoe bereid. Voor wie weet, dat mr. van der Feen de Lille, vooral van moederszijde, uit een geslacht stamt, dat in Alkmaar en omgeving sinds eeuwen een vooraanstaande plaats heeft ingenomen, is het begrijpelijk, dat mr. van der Feen de Lille, Alkmaarder van geboorte, het bizonder waardeert, in zijn functie bij de Alkmaarsche Rechtbank, waar zijn vader de functie van griffier heeft vervuld, verbonden te zijn. De oude re Alkmaarders zullen zich de aristocrati sche persoonlijkheid, die wijlen mr. van der Feen de Lille was, nog wel herinneren. Dagelijks stapte hij op het Alkmaarsche paardentrammetje om zich van zijn patri ciërswoning aan de Langestraat naar de griffie te begeven en vaak was hij dan als eenig passagier in druk gesprek met den conducteur-koetsier Piet Eiland. Wijlen mr. van der Feen de Lille was een aristocraat van de goede soort. Zijn op het landgoed Ter Coülster, te Heiloo, wo nende pachters," droegen hem op de han den, want het begrip mobiele pacht w'as hem vreemd, leven en laten leven hem eigen. Ongetwijfeld is het voor de rechtsbehan- deling in ons gewest van groote waarde, dat mr. G. C. B. van der Feen de Lille, onze substituut-officier, in dit gewest ge boren en getogen is, want daardoor ver staat hij den stuggen Westfries met z'n: „Ik zeg niet ja en ik zeg niet nee", beter dan eenig ander. Niet allen, die achter de groene tafel zitten, zijn rechters. Het is een groote misvatting van het publiek, aldus mr. van der Feen de Lille, toen hij ons op het Parket, voor het ge vraagde interview ontving, te veronder stellen, dat allen, die achter de groene tafel zitten, rechters zijn. Een officier van justi tie is lid van het openbaar ministerie en het O. M. is een apart corps, dat geplaatst is bij diverse rechtsprekende colleges. Zoo heeft men bij hei kantongerecht een amb tenaar van het O. M., bij de rechtbank een officier van justitie met één of meer sub stituut-officieren, bij de Gerechtshoven een procureur-generaal met één of meer advocaten-generaal en bij het hoogste rechtscollege, den Hoogen Raad, -ook een procureur-generaal en een of meer advo caten-generaal. Opperste chef van deze organisatie is de minister van justitie. Wij leven, als bij de militairen, in een 'hiërarchisch verband. Bevelen van meer deren moeten worden opgevolgd. Wanneer ik b.v. een zaak niet vervolg, dan kan de procureur-generaal of de minister mij ge lasten dit wel te doen. Juist het verschil tusschen een rechter en een lid van het O. M. is, dat de rechter voor z'n leven is benoemd (sinds kort geldt de bepaling, dat hij op 70-jarigen leeftijd moet bedanken) en dus geheel on afhankelijk staat van den minister, terwijl een lid van het O. M., wanneer hij niet voldoet, op voordracht van den minister, door de koningin kan worden ontslagen. Zoo bestaat er ook voor de leden van het O. M. een ranglijst, waarnaar als regel promotie bepaald wordt. Momenteel maken drie substituut-officieren kans, officier van justitie te worden, want zoowel in 's-Hertogenbosch, als Haarlem en Alk maar, moet er een worden benoemd. Wie in aanmerking wil komen, moet, ondanks zijn plaats op de ranglijst, solliciteeren en bovendien kunnen er nog bizondere om standigheden zijn, die maken, dat er van de volgorde wordt afgeweken. De taak van den officier van justitie. Onze taak, zoo vervolgde mr. van der Feen de Lille, is een tweeledige: de straf rechterlijke en de niet-strafrechterlijke. Wij zijn belast met de vervolging van alle strafbare feiten, van welke de rechtbank kennis neemt, maar wij zijn vrij, eventueel de zaak in de kast te deponeeren; dit krachtens het zgn. opportuniteitsbeginsel. Op gronden, aan het algemeen belang ontleend, kan een officier van justitie (substituut) zeggen: „Ik vervolg die zaak niet." Er zijn voorts vele kleine zaakjes, be rustend op wraaknemingen, scheidpartij tjes en onbeduidende mishandelingetjes, die niet worden aangebracht. In verband met deze mededeeling, stel den wij den officier de vraag, of hij ook wel eens ter voorkoming van strafvervol ging, bemiddelend optrad. Mr. van der Feen de Lille verzekerde ons, dat dit dikwijls het geval is. Vaak worden wij als zoogenaamd incaso-bureau gebruikt. Dikwijls komen er klachten we gens verduistering. Wanneer wij daarnaar een .onderzoek instellen, wordt er meestal alsnog betaald. Wanneer het niet om groote sommen gaat, vervolgen wij in zulke gevallen niet en de klager heeft zijn doel bereikt, want hij kreeg gratis zijn vordering geïncasseerd. Herhaaldelijk gelukt het mij en ook den rechter-commissaris, wanneer partijen scherp tegenover elkander staan om die door onze bemiddeling, in vrede uiteen te laten gaan. Dit wordt geprobeerd in ge vallen, waarin het algemeen belang geen vervolging eischt en het schenkt ons vol doening, wanneer menschen, die zoo ver van elkaar stonden, ons verklaren, op vervolging geen prijs meer te stellen. Ervaart u later nog wel eens, dat de menschen u verzekeren, dat ze dwaas wa ren, toen ze op vervolging aandrongen? Daar kan ik u geen antwoord op geven, aldus mr. van der Feen de Lille. Maar waar wij ook groote voldoening van heb ben is van de voorwaardelijke niet-vervol- gingen. Het kan voorkomen, dat in een vrij ernstig misdrijf, wanneer dit op de zitting komt, het gevolg is, dat daardoor een geheel gezin ten gronde gaat, omdat noodwendig de betrokken persoon, die in speciale omstandigheden het misdrijf pleegde, zijn naam verliest. In dergelijke gevallen vervolgen wij zoo iemand voorwaardelijk niet. Over hem wordt dan een rapport ingewonnen en als dit rapport er aanleiding toe geeft, wordt aan den deliquent een proeftijd gegeven en in dien proeftijd worden voorwaarden op gelegd. Houdt hij zich daaraan gedurende den gestelden tijd, dan is de zaak van de baan. Dit gebeurt alleen in speciale ge vallen en daarvoor ondervinden wij groote erkentelijkheid. Als officier van justitie bent u gebon den aan de wet. De wet poogt het recht vast te leggen. Maar net begrip, „recht" groeit. In de Middeleeuwen zou u mij ls rechter strafbaar moeten oordeelen, om dat ik het recht van den een of anderen grondbezitter op mijn persoon niet had erkend. Ja, wij moeten de wet handhaven, maar ik ga daarbij van h°t standpunt uit: „Wij moeten de zaak objectief bekijken." Het publiek denkt dikwijls, dat de officier den verdachte in de gevangenis wil werken en dat de advocaat hem eruit wil houden. Dit is niet juist, want zoowel de officier als de advocaat pleiten voor hetzelfde be lang: „Handhaving van de wet, bescher ming van de maatschappij, handhaving van het recht, met de minste schade." Heel dikwijls varen dus de advocaat en de officier in hetzelfde vaarwater. In zijn afscheidswoord verklaarde mr. Hijmans, dat menschen uit bepaalde mi lieu's, die er zeker altijd zullen blijven, door hun aanleg wel de prooi van het wet boek van strafrecht zullen blijven. Daar mede erkende mr. Hijmans, dat geboorte en omstandigheden de plaats bepalen, die het individu inneemt. Dit geldt dan ook voor den rechter, die uit een goed gesitu eerd milieu komt en dus heel moeilijk be grip kan hebben van het milieu, waaruit de misdadigers komen. Wij trachten altijd, aldus mr. van der Feen de Lille, elk geval objectief te bekij ken en er rekening mee te houden, dat elke medaille z'n keerzijde heeft. Ik stem u toe, dat de omstandigheden van grooten invloed kunnen zijn op iemands daden en dat het dikwijls moeilijk kan zijn om zich in het milieu van een ander in te denken. Persoonlijk vind ik het dan ook gelukkig, dat ik soldaat ben geweest, want in het leger maakt men kennis met alle milieu's. Het milieu is op den mensch van grooten invloed. In 1921 kwam ik hier als ambtenaar bij het kantongerecht. Sinds 1927 ben ik substi tuut-officier en in die jaren heb ik wel ge leerd, dat het milieu op den mensch van grooten invloed is. Vooral het ruwe werk van de droogmaking der Zuiderzee schonk mij de ervaring, dat op zichzelf geen kwade menschen in confücten veel ruwer zijn en gemakkelijker het mes of iets dergelijks ge bruiken. Wij zijn, zoo vervolgde de substituut-offi cier, ook belast met de executie van straf vonnissen. Het vele werk, daaraan verbon den, zal u duidelijk zijn. Wanneer een von nis onherroepelijk is geworden en het extract-vonnis mij vanwege den griffier be reikt, dan komt het maar al te dikwijls voor, dat na het uitreiken van het arrestatie bevel, de beschikbare ruimte in de gevan genis er niet meer is, omdat de politie er niet in kon slagen, den diliquent op den be paalden dag op te sporen. Ook komt het vaak voor, dat de menschen op 't laatste mo ment de boete betalen en dat noodeloos ruimte in een strafgesticht voor hen gereser veerd is. Wanneer de menschen tijdig om uitstel vragen, dan trachten wij hen zooveel moge lijk te helpen. Ook verzoeken om boeten in termijnen te mogen betalen, willigen wij zooveel mogelijk in. U kunt toch iemand, die tot een boete is veroordeeld, subsidiair hechtenis, ook civiel- rechterlijk voor de boete aanspreken? Mr. van der Feen de Lille: Ja, dat kar., maar in de praktijk komt dat niet voor, want degenen, die iets bezitten, wat aange pakt kan worden, betalen weL Als officier hebben wij ook de plicht om periodiek de strafgestichten te bezoeken; de daar gedetineerden, die ons spreken willen, krijgen daartoe dan gelegenheid. De reclasseering. Hoe denkt u over de reclasseering? Deze vraag stelden wij, in verband met de opmerking van mr. Hijmans in zijn af scheidswoord, dat door de reclasseering in den loop der jaren niet die groote vooruit gang is gekomen, die men ervan verwachtte. Ook ik geloof niet, aldus mr. van der Feen de Lille, dat daardoor de criminaliteit wel een mooi ding, want een groot gedeelte is verminderd. Maar de reclasseering is toch van de menschen, die voorwaardelijk worden veroordeeld, men schat het wel op circa 70 slagen. Het is altijd heel moeilijk om de ernstige van de niet-ernstige te onder scheiden. Als ze in de knel zitten, beloven ze allemaal gouden bergen, maar er zijn er, die er niets van meenen. Politiek speelt bij ons geen rol. Het kan ons niets schelen tot welken godsdienst iemand behoort of welke politieke richting hij is toegedaan. Het is een feit, dat een zeker maatschap pelijk milieu ons de meeste klanten levert. Wanneer men geen steuntrekker is, kan men ook geen steunfraude plegen. Menschen, die altijd langs de straat gaan, komen gauwer met de politie in aanraking dan menschen, die zich nooit op straat bevinden. Met zwer vers, vaak menschen, komende uit behoor lijke gezinnen, valt weinig aan te vangen om hen in een geregeld werk-milieu te plaatsen. Zij zijn onze geregelde klanten. Het toezicht op de voorwaardelijk ver oordeelden geeft heel wat beslommeringen. Mijn systeem is, dat ik naleving eisch van de opgelegde voorwaarden. Natuurlijk leg ik niet op ieder slakje zout, maar, wanneer iemand opgelegd is, dat hij niet in het café mag komen en hij komt er toch in, dan treed ik op, want dan krijg ik het gevóél, dat wij bedrogen worden. Een andere taak. De officier van justitie vertuit ook nog een andere taak. Hij is de schakel tusschen de regeering en de maatschappij en in vele opzichten behoudt de regeering het contact met de burgers door middel van den offi cier, zoowel in gevallen, door de wet ver- eischt, als in gevallen van de praktijk. Aan vragen om de koninklijke goedkeuring voor een vereeniging, die bij het departement van justitie moeten worden ingediend, ko men, b.v. via den procureur-generaal, bij ons om advies. Wij stellen dan een onder zoek in naar de personen van de bestuurs leden, het soort van vereeniging en ons ad vies gaat langs denzelfden weg terug. Hetzelfde heeft plaats bij naamsverande ring van de achternamen, wat veel voor komt bij buitenechtelijke kinderen, die op genomen zijn in gezinnen. Ook naturalisatie-veTzoeken van personen uit ons arrondissement geven ons veel be slommering. Loterij verzoeken, boven een waarde van 100, worden aan ons oordeel onderworpen. Onze bemoeiingen strekken zich ook uit In zake het onder curateele stellen van per sonen en het voorloopig toevertrouwen van minderjarigen aan den voogdijraad. Het krankzinnigenwezen. Een belangrijk onderdeel van het parket is het toezicht op het krankzinnigenwezen. In ons arrondissement hebben we drie groo te gestichten, n.l. die te Castricum, Heiloo en Medemblik. Alle patiënten, die erin ko men of uitgaan, loopen over onze admi nistratie. Wij hebben de inspectie over die gestichten en de Officier 'van Justitie moet iedere drie maanden elk gesticht bezoeken om te kijken of er niemand in zit zonder wettelijke gronden. Bovendien hebben de patiënten, dié dit wenschen, dan de gele genheid, om ons te spreken. Zij hebben ook vrije correspondentie met ons. Alle brieven, die zij ons schrijven, moeten worden door gestuurd. Wij kunnen ook het ontslag van patiënten bevorderen, als wij dat noodig achten. In den tegenwoordigen tijd acht ik het dan ook uitgesloten, dat men iemand in een krankzinnigengesticht kan zetten, alleen, omdat men hem kwijt wil wezen. Men kan inderdaad, op verklaring van een dokter, in een krankzinnigengesticht worden opgenomen. Maar die dokter mag geen dokter zijn, Verbonden aan het ge sticht. En de verklaring mag ook niet ouder wezen dan zeven dagen. Voorloopig kan men op de verklaring van een dokter én van den burgemeester worden opgenomen, doch dit geldt slechts voor een zekeren tijd. Over een definitieve opname beslist de Recht bank. De Officier van Justitie kan ook kinde ren uit slechte milieu's aan den Voogdijraad toevertrouwen, in afwachting van de ont zetting uit de ouderlijke macht, die de Voogdijraad vordert. Wij adviseeren ook de Rechtbank over verzoeken om tot makelaar te worden toe gelaten. Via den procureur-generaal bereiken ons soms verzoeken om den minister over spe ciale punten, waarnaar in de Kamer ge vraagd werd, in te lichten. Voorts moeten wij verlof tot begraven ge ven in alle gevallen van een gewelddadigen dood. Van iederen brand krijgen wij een pro- ces-verbaal om te beoordeelen of er al dan niet strafrechterlijk moet worden ingegre pen. Uit het buitenland ontvangen wij de rech terlijke stukken, die uitgereikt moeten wor den aan Nederlanders. Een heel groot werk. Wat ook een heel groot werk is, dat is het archief van den Burgerlijken Stand. De burgerlijke stand wordt in duplo bijge houden. Eén blijft er op de secretarie van de betreffende gemeente en de andere van alle gemeenten in ons arrondissement wordt naar den griffier van de rechtbank gezon den, die ze niet opbergt, alvorens ze stuk voor stuk door den officier van justitie zijn nagekeken. Van de bevindingen worden processen-verbaal opgemaakt, die gezonden worden naar den procureur-generaal en die ter kennisse worden gebrari.t van de ambte naren van den burgerlijken stand. Dat dit werk weken minutieusen arbeid vordert, zult u begrijpen, wanneer u weet, dat ons arrondissement plm. 72 gemeenten telt en wanneer u bedenkt, dat het archief van den burgerlijken stand omvat de acten van ge boorte, overlijden, huwelijk en echtschei dingen, huwelijkstoestemming en huwelijks afkondiging. De kantonrechters-plaatsvervangers tre den om de vijf jaar af en wij moeten zor gen, dat er tijdig bij den procureur-gene raal voor de vervulling een aanbeveling wordt ingediend.' Ook moeten wij alle installaties van rech terlijke ambtenaren aan hooger hand be richten, omdat dan pas die functie is inge gaan. Verzoeken om huwelijksdispensatie moe ten wij alle onderzoeken en daarover advies uitbrengen. In bizondere gevallen kunnen wij dispensatie van den wachttijd vóór het huwelijk, die minstens tien dagen moet zijn, verleenen. Het kan b.v. voorkomen, dat het schip van een marineman, die in ondertrouw is, plotseling eerder vertrekt dan verwacht werd en in een dergelijk geval verleenen wij toestemming, dat het huwelijk binnen 10 dagen na den ondertrouw, kan worden gesloten. De declaraties over het transport van ge vangenen, die van de deskundigen, alsmede die van de verrichtingen van den reclassee- ringsambtenaar over onderzoekingen, op last van den officier of den rechter-commis saris gedaan, moeten door ons worden ge controleerd. .Ook kunnen wij adviseeren, te besluiten, tot vervallen-verklaring van de rechtsper soonlijkheid eener vereeniging op grond van verrichtingen, in strijd met de openbare orde. Voorts bestaat het instituut van voor waardelijke invrijheidstelling. Personen, die een straf ondergaan van meer dan 9 maan den, kunnen, wanneer zij twee-derde van hun straftijd hebben ondergaan, voorwaar delijk in vrijheid worden gesteld. Daarover beslist de minister, op voorstel van het be trokken strafgesticht, op ons advies. Ik huldig het systeem om zoo min moge lijk kindéren beneden 16 jaar, strafrechter lijk te vervolgen. Zij worden dan op mijn requisitoir civiel rechterlijk behandeld door den kinderrechter en onder toezicht ge steld. Zoo worden dan jaarlijks een groot aantal kinderen onder de leiding van een gezinsvoogd geplaatst en wordt hun aldus een strafvonnis bespaard. Ook de voogdij raad kan aan den kinderrechter zulk een ondertoezichtstelling verzoeken. Kinderen van 16 tót 18 jaar vervolgen wij, als het eenigszins kan, ook niet. Onder die groep zijn er echter meerderen, die als volwassenen moeten worden behandeld. Vroeger handelde men zoo niet en kwam het voor, dat een jongen op lateren leeftijd, als hij solliciteerde naar een rijksbetrekking, niet in aanmerking kon komen, omdat hij als jongen van 12 jaar wegens een klein diefstalletje tot een geringe boete was ver oordeeld. En dan zijn wij nog de vraagbaak voor de re°eering over alles, wat ze weten wil. Het komt nog herhaaldelijk voor, dat het publiek ons allerlei advies vraagt, maar daar gaan wij niet op in. Hen verwijzen wij naar de advocaten. Met de erkenning, dat een officier van justitie heel veel werk heeft, waarvan het publiek geen notie heeft, namen wij ten slotte met een woord van dank van dezen sympathieken officier afscheid. Vrije liefdadigheid. Woensdagavond vergaderde de vereeni ging „Vrije Liefdadigheid" onder leiding van den heer C. Haringhuizen. Als gewoon lijk was de opkomst gering. Uit het half- jaarlijksche verslag noteerden we dat het ledental iets achteruit is gegaan door ver trek en overlijden. Er werd verstrekt 1369 liter melk tot een bedrag van 102.14, 1004 eieren voor 51.27, vleeschwaren 7.50, terwijl aan 35 gezinnen brandstof werd verstrekt voor 27.70. De ontvangsten hadden met inbegrip van het saldo van het vorige jaar bedragen 553.50 J4; de uitga ven 398.87, er was dus een batig saldo van 154.63)4. De verkiezing van een bestuurs lid werd tot een volgende vergadering uit gesteld. Ziekenhuisverpleging. Ten huize van den heer M. Visser alhiei vergaderde de vereeniging voor ziekenhuis verpleging, onder leiding van den heer C. Borst Pz., die in zijn openingswoord wees op het 15-jarig bestaan van de vereeniging en de oprichters herdacht. De secretaris, de heer J. Bruin, gaf een uitvoerig jaarverslag, waarin wordt vermeld, dat het ledental is gestegen van 1107 tot 2203 (waarvan 59 niet-betalende). Er wer den 39 patiënten voor rekening der vereeni ging verpleegd, met een aantal ligdagen van 628 Het financieel verslag van den penning meester, den heer P. K. Volkers, gaf aan, dat de ontvangsten totaal 3001.88, de uit gaven 2310.70 hebben bedragen. Het kas saldo was alzoo 691.18. Er is aan zieken huiskosten 1756.10 uitgekeerd. Het bezit der vereeniging is gestegen tot 754.28. In een overzicht van de werkzaamheden gedurende de 15 jaren van het bestaan der vereeniging heeft de secretaris medegedeeld, dat het ledental is gestegen van 657 tot 1203. In totaal werden 526 patiënten voor reke ning der vereeniging verpleegd, met een to taal aantal ligdagen van 9270. Het bedrag der ziekenhuiskosten was in die jaren 26419,05. De totale ontvangsten beliepen 30960.49. Dé aftredende, bestuursleden, de heeren J. Bruin, E. Slooves en L. Kalverdijk, wer den herkozen. Na eenige besprekingen besloot men, dat de vereeniging opneming in een ziekenhuis tengevolge van oorlog, enz. niet zal vergoed worden. Besloten werd het aantal ligdagen dat vergoed wordt te brengen van 28 op 35. Voorts besloot de vergadering, een bedrag van 250 in de reservé te storten. Bij de rondvraag stelde de heer A. G. Visser voor, het inleggeld voor personen die den 16-jarigen leeftijd bereiken, af te schaf fen. Dit is soms heel moeilijk te innen. Het bestuur zal dit nog eens onder oogen zien. Antwoord van B. W. Naar aanleiding van de door het bestuur der afd. Oudkarspel van de Comm. Partij Nederland tot B. W. gerichte vragen, welke in ons blad gepubliceerd zijn, hebben B. W. het volgende antwoord verzonden: 1. Wat het eerste betreft zijn B. en W. van meening, dat dit (het vragen van hoogere steunuitkeering) in de eerste plaats ligt op den weg van de betrokken organisaties. Wanneer de besturen dezer organisaties ons berichten, dat een dergelijk verzoek tot den betrokken minister is uitgegaan en ons ver- Door moet Sloan's aan te pas zoekten om dat adres te steunen, dan zullen wij een en ander ernstig overwegen. 2. Ten opzichte van het tweede verzoek deelen B. W. mede dat uitkeering van steun B in natura stagnatie ondervindt van de bij zondere tijdsomstandigheden. Het grootste gedeelte der goederen is Donderdagavond uitgereikt. Het Avro-dansorkest In Bergen. Woensdagavond gaf het A. V. R. O.- dansorkest onder leiding van Klaas van Beek, een uitvoering in de „Rustende Ja ger". Oorspronkelijk was het de bedoeling deze avond te doen doorgaan in de groote canti- netent, die plaats biedt aan ongeveer dui zend personen. In verband met de felle koude werd op het laatste moment besloten de groote zaal van de „Rustende Jager" te huren. De groote zaal was stampvol, en velen moesten met.een staanplaats genoegen ne men, terwijl een groot aantal moest terug- keeren wegens gebrek aan plaatsruimte. In den vooravond wam het bericht bin nen dat het orkest was ingesneeuwd. In afwachting van het orkest hield Alex de Haas het publiek bezig met het zingen van populaire liedjes. Daarna bracht Dora Schrama operette gedeelten. Een zangeres met een prachtige, volle stem, die met haar zangvoordracht de militairen wist te boeien en geweldige ovatie's in ontvangst moest nemen. Omstreeks acht uur arriveerde het orkest. Majoor Zaayer opende de uitvoering, en herdacht de. geboorte van prinses Beatrix. Het orkest bracht zoowel populaire jazz muziek als origineele schlagers ten gehoore. Een en ander afgewisseld met zang van Dora Schrama. De conferancier Alex de Haas wist met zijn pittige moppen soms het publiek in extase te brengen. In één woord de avond was af. De artisten, gezamenlijk of indivi dueel, oogstten veel applaus. Het nummer waarin vier militairen het danso.rkest dirigeerden viel bijzonder in den smaak. Sergeant Tiesema won den eersten prijs, het applaus was stormachtig. Aan het slot van den avond dankte de voorzitter van O. en O. te Bergen, dr. de Vries voor de spontane medewerking van 'e zijde van den A. V. R. O. Hij bood alle medewerkers een plaat aan voorstellende Bergen als garnizoensplaats. De zangeres Dora Schrama werd 'n' bouquet bloemen aangeboden. De heer P. Swager Kz. is benoemd tot president-kerkvoogd van de herv. ge meente te Noordscharwoude. Loop der bevolking. De bevolking dezer gemeente bestond bij den aanvang van het vorige jaar uit 3066 m. en 3711 vr., totaal 6777 inwoners. Er werden in 1939 geboren 51 j. en 45 m„ er vestigden zich 339 m. en 637 vr., totale vermeerdering 390 m. en 682 vr. Er vertrok ken 290 m. en 589 vr. en wegens overlijden werden afgeschreven 32 m. en 36 vr., zoo dat de vermindering bedroeg 322 m. en 625 vr. De bevolking bestond dus op 1 Jan. j.l. uit 3134 m. en 3768 vr., totaal 6902 per sonen. In het afgeloopen jaar werden 46 huwelijken gesloten. Ingekomen personen. W. G. Klompalberts, R.K., brood- en ban ketbakker, Heerenweg A 59, van Haarlem. A. Gootjes (echtg. L. Vethaak), Ger.K., zonder, Heerenweg A 43, van Sint Maarten. P. J. M. Rohde, R.K., broodbakber, Hee renweg A 40, van Avenhorn. A. Vis, GerK., huishoudster, Burg. G. Bosstraat 38, van Andijk. C. M. Brink, R.K., dienst bode, Heerenweg A 21, van Alkmaar. P. van Bremen, N.H., chemicus, Burg. G. Bos straat 4, van Rotterdam. A. de Jong, N.H., bloemist, en echtgenoote, Burg. G. Bosstraat 41, van Bergen. Vertrokken personen. J. Blokker, geen, zonder, van Kievitstraat 30, naar Hillegom. W. G. Klompalberts, R.K., brood- en banketbakker, van Heeren weg A 59, naar Haarlem. M. Mastemaker. geen, grondwerker, van Burg. G. Bosstraat 46a, naar Alkmaar. S. Post, N.H., zonder, van Kanaaldijk 1, naar Alkmaar. F. Bo- gers, R.K., chauffeur, en gezin, van Burg. G. Bosstraat 28, naar Rotterdam. P. Vis ser, geen, expediteur, en echtgenoote, van Friescheweg 12, naar Alkmaar. Het geld voor nuttig adverteeren, Dat bl\jkt geweldig te rendeerenï

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 9