Haansteen JCeck&Sxfiooi Hoaneel Tlededand Ovevzee IBucgediike Stand DE r" DERDE BLAD. B i j a r t e n. KAMPIOENSCHAPPEN NEDERLAND TWEEDE KLASSE. Van der Pol behaalt den titel. Zondagavond viel de beslissing om het kampioenschap van Nederland tweede klas se groot biljart cadre in de partij tusschen van der Pol en Gehrels, die beiden slechts één partij in dit tornooi hadden verloren. Zoowel Gehrels als van der Pol hadden hun algemeen gemiddelde in de voorafgaan de partijen reeds zoodanig opgevoerd, dat hun de kans op promotie niet meer kon ontgaan. Gehrels opende de partij met een poedel, waarna van der Pol een fraaie serie van 52 maakte, welke in de vijfde beurt gevolgd werd door een serie van 70, waaradoor de Maasstadspeler zijn totaal op 130 bracht. Gehrels stond na de vijfde beurt op 10. Wel herstelde hij zich eenigszins, doch van der Pol behield een veiligen voorsprong. Na de veertiende beurt stond hij op 245, 124 ca ramboles meer dan zijn tegenstander. Met een serie van 55 maakte van der Pol in de volgende beurt de partij uit. Hij heeft in deze partij wel op overtuigende wijze ge toond de sterkste te zijn. Katoen maakte tegen Vreeswijk in 22 beurten de vereischte 300 caramboles. Van der Pol en Gehrels behaalden beiden een algemeen gemiddeld boven de 12, waar door zij in de eerste klasse zullen terug- keereru De einduitslag van het tornooi luidt: v. d. Pol 6 2010 109 94 18.44 Gehrels 5 1847 144 161 12.82 Metz 4 1931 172 173 11.22 Katoen 4 1730 164 107 10.54 Vreeswijk 3 1857 179 76 10.37 v, Lochem 3 1706 208 79 8.20 Vos 2 1468 161 77 9.11 Beuming 1 1416 163 53 7.33 WIEMERS—SWEERING. Zaterdag hebben de Amsterdammer Sweering en de Dokkumer Wiemers te Leeuwarden een wedstrijd 300 punten cadre 71/2 en 400 punten cadre 45/2 gespeeld. Wiemers behaalde in 't cadre 71/2 de over winning, terwijl in 45/2 de Amsterdammer het eerst de 400 maakte. De uitslag luidt: Cadre 71/2: Wiemers 300 37 44 8.10 Sweering 285 37 36 7.10 Cadre 45/2: Sweering 400 28 74 14.28 Wiemers 365 28 53 13.03 Dammen, OM HET KAMPIOENSCHAP VAN NEDERLAND. Keiler behoudt den titel. In de elfde, tevens laatste ronde van het tornooi om het kampioenschap van Neder land, viel de beslissing: Keiler veroverde opnieuw het kampioenschap. De uitslagen luiden: Jurg—Vos 11 Suyk—Ham 11 KellerBom 11 DukelLochtenberg 20 De eindstand is: 1 en kampioen van Nederland Keiler 16 punten; 2 en 3 Rustenburg en Suyck, bei den 14 punten; 4 en 5 Dukel en Bom, hei den 13 punten; 6 Ligthart 11 punten; 7 en 8 Ham en Kalden beiden 10 punten; 9 Jurg 9 punten; 10 en 11 van Dartelen en Vos, bei den 8 punten; 12 Lochtenberg 6 punten. De laatste drie bleven beneden de 40 pet. van het aantal te behalen winstpunten. Kolven. OM DEN PRINSTITEL VAN DEN NEDERLANDSCHEN KOLFBOND. De wedstrijd om den prinstitel van den Nederlandschen kolfbond, uitgeschreven door de pers- en propaganda-commissie van dezen bond, werd Zondag in „De Ridder Sint Joris" te Berkhout gehouden. Deze wedstrijd was voor de deelnemers uit de derde klasse van de bij den bond aangeslo ten clubs. Er waren 33 deelnemers. De uitslag van dezen geanimeerden wed strijd was, dat de heer Joch. Blauboer van Barsingerhorn den titel van prins verwierf met een aantal van 170 punten in vier se ries. Tweede prijs de heer Jb. Kloek te Bin nenwijzend met 169 punten en derde prijs de heer S. Dekker te Wognum met 167 pnt. Dat de strijd spannend was, bleek ook wel uit het feit, dat de heer Ruiter die te Bin- nenwijzend, die vierde werd, 166 punten had. De uitslag der overige spelers waren als volgt: Vier partijen: G. Blaauboer te Barsinger horn 162 p.; C. Rolff te Alkmaar 140 p. De ze laatste'sloeg in zijn vierde partij slechts acht p. Drie partijen: M. Haringhuizen te Berkhout 110 p.; Jb. de Vries te Berkhout 106 p.; dr. Van der Linde te Berkhout 112 p.; J. Scher merhom te Alkmaar 116 p.; C. Borst te Barsingerhorn 125 p.; C. Langedijk te Noordscharwoude 109 p.; M. Maars te Noordscharwoude 106 p.; Jac. Prijs te Noordscharwoude 75 p.; C. Hopman te Noordscharwoude 106 p.; J. Deutekom ie Oudkarspel 89 p.; D. Bakker te Noordschar woude' 117 p.; J. Buiter te Zuidscharwoude 97 p.; D. de Lange te Noordscharwoude 118 p.; P. Volkers te Spanbroek 111 p.; Schuur man te Spanbroek 111 p.; K. Hoek te Hoog woud 114 p.; mr. de Boer te Hoogwoud 77 p.; C. Rooker te Hoogwoud 91 p.; dr. de Boer te Nieuwe Niedorp 92 p.; R. Zilver te Binnenwijzend 116 p.; G. Mastebroek te Binnenwijzend 121 p.; K. Graaf te Venhui zen 119 p.; C. Groen te Venhuizen 122 p.; H. Bart te Venhuizen 59 p.; A. Groot te Hoogkarspel 89 p.; H. Pijper te Hoogkar- spel 87 p.; L. Boot te Hoogkarspel 91 p. Roeien. DE VARSITY NAAR UTRECHT. Definitief besluit van het bestuur van den studenten roeibond. Naar wij vernemen heeft het bestuur van den Nederlandschen Studenten Roeibond in zijn vergadering Zaterdag, te Amsterdam gehouden, definitief besloten de universi- teits-roeiwedstrijden dit jaar te organisee- ren op het AmsterdamRijnkanaal in de gemeente Jutphaas en Ouderijn nabij Utrecht. Als datum is bepaald Zondag 5 Mei. De voorzitter van den Nederlandschen Studenten Roeibond, de heer J. F. Ch. Stey- ling, deelde na afloop van de bestuursbij- eenkomst aan een redacteur van het A.N.P. de motieven mede, waardoor het bestuur bij zijn beslissing werd geleid. In de eerste plaats is het de bedoeling geweest het her stel van de 3 K. M.-haan. Voorts bleek het uitzonderlijk karakter van de Varsity de laatste jaren als studenten-roeiwedstrijd ge heel verloren te zijn gegaan, zoodat naar een andere oplossing werd gezocht. Het fi nancieel bezwaar de universiteitsroeiwed- strijden naar elders over te brengen verviel, omdat studenten en oud-studenten uit ent housiasme voor het plan zich garant stelden voor de dekking van een mogelijk tekort. ONDANKS DE TIJDSOMSTANDIGHEDEN TOCH SCHOOLWEDSTRIJDEN. De secretaris der Alkmaarsche Commissie voor Schoolwedstrijden schrijft ons: Het zal den meesten Uwer bekend zijn, dat elk jaar omstreeks Paschen in onze goe de veste de schoolwedstrijden gehouden worden. Jongens en meisjes van lagere- en mid delbare scholen uit Alkmaar en omgeving nemen deel aan de voetbal-, korfbal-, hoc key-, athletiek- en zwemwedstrijden, die de commissie, daartoe gevormd, dan organi seert. En het is dan een lust om de jeugd, strijdende voor de sportieve eer van haar school, aan het werk te zien. Dat er voor dit jaarlijks terugkeerende festijn belangstelling bestaat, blijkt wel uit het feit, dat het aantal deelnemers (en deelneemsters) het vorige jaar pl.m. 1400 bedroeg. Onder alleszins vertrouwde en deskundige leiding wordt onze jeugd van 11 tot 19 jaar een prettig, gezonde afleiding bezorgd. Het is dan ook niet te verwonderen, dat het streven van de organiseerende commis sie den steun en aanmoediging der autori teiten heeft. Dit jaar heeft het doorgaan der wedstrij den aan een zijden draadje gehangen: de tijdsomstandigheden waren er de oorzaak van. Gelukkig is de commissie er in geslaagd de grootste moeilijkheden te overwinnen, zoodat met zekerheid gemeld kan worden: de schoolwedstrijden in 1940 gaan door! De lezers begrijpen echter wel, dat het organiseeren van zoo'n grootsch sportfestijn vele kosten met zich brengt. Ditmaal zijn de voetbalbonden niet in staat subsidie te geven. Er wordt daarom een beroep gedaan op de offervaardigheid van het Alkmaar sche publiek: Aan allen, die sympathiseeren met het streven der commissie en wij denken zoowel aan sportvereenigingen, als aan particulieren (o.a. de ouders der scho lieren) vraagt die commissie: Als U helpen kunt, doet dat dan ook! Dezer da gen werden in dit blad de klacht geuit, dat de jeugd geen gelegenheid had om te spe len. Thans stellen eenige onderwjjsmen- schen hun tijd en krachten beschikbaar om gelegenheid te geven tot het spel. Steunt dit streven door een bijdrage hoe klein ook! te schenken of een prijsje (medail le, boeken, enz.) beschikbaar te stellen: het is voor de jeugd! De voorbereiding voor 't schoolvoetbaltour- nooi is in vollen gang (de jongens kunnen dus trainen). Begin volgende week worden de inschrijfformulieren aan de onderwijs inrichtingen verzonden en op 26 Maart en de Paaschvacantie dus, treden de elftallen van de lagere scholen reeds aan! De commissie hoopt op Uw aller mede werking en wekt U allen op, eens te komen kijken naar de wedstrijden: U zult vast en zeker genieten! Nadere mededeelingen zul len spoedig volgen. Voor inlichtingen kan men zich desgewenscht wenden tot de se cretaris: C. J. Mol Jr., Rippingstraat 16 (Gi ronummer 350672). CONFERENTIE VOOR NIET- KATHOLIEKEN. In het kader der conferenties voor niet- katholieken, die in de St. Jozefkerk worden gegeven, werd gisteravond de derde confe rentie gehouden over het onderwerp: De Aflaten. De inleider, pater dr. C. Pauwels, begon zijn verhandeling met op te merken dat de kerk reeds veel is verweten over de aflaten: zij zou er een soort handel mee drijven, zegt de een; een ander verklaart dat een af laat een vrijbrief is om te zondigen, en meer dergelijke aantijgingen. Spreker gaf toe, dat er in den loop der eeuwen misbrui ken in de toepassing van de leer der aflaten z)jn voorgekomen. Voorop moet echter gesteld worden, dat niet-katholieken het be lang der aflaten te veel overschatten en er zich een absurde voorstelling over vormen; de aflaten zijn een zuiver kerkelijke instel ling en ofschoon het onwaarschijnlijk is, zou het kunnen gebeuren dat de aflaten ge heel uit de kerk verdwenen. Wat is nu eigenlijk een aflaat? Een aflaat is de kwijtschelding van tijde lijke straffen, door de kerk op bepaalde voorwaarden aan de menschen geschonken; zij is dus geen vergeving van zonden, dat geschiedt praktisch alleen door de biecht. Evenmin kunnen eeuwige straffen door af laten kwijtgescholden worden. De spr. zette vervolgens het verband tus schen de vergeving van zonden en de kwijt schelding van zondestraffen uiteen. De priester in den biechtstoel heeft de macht gekregen zonden te vergeven. Na de belij denis der zonden volgt een vermaning, woorden van troost of goede raadgevingen en wordt een boete, de penitentie, opgelegd, meestal bestaande uit het verrichten van be paalde gebeden. Al worden de zonden vergeven, daarom zijn de tijdelijke straffen nog niet altijd kwijtgescholden, er zijn middelen om van die straffen af te komen, n.l. de aflaten. Met de tijden veranderde ook het karak ter der aflaten, omdat dit nu eenmaal een kerkelijke instelling is en zoo kwam men er toe ook aflaten te verbinden aan het ge ven van een aalmoes, bijv. voor den bouw van nieuwe kerken en dit wordt de kerk r>« zoo zwaar aangerekend en wordt er van af laten verkoopen gesproken. Toch is dit niet zoo, het geven van een aalmoes is altijd nog een offer en slechts dan kan er een aflaat verdiend worden, in dien alle zware zonden zijn gebiecht en daarover een hartelijk en gemeend berouw is verwekt. Hierna zette pater Pauwels den band uit een, die er bestaat tusschen de strijdende kerk op aarde, de lijdende kerk in het va gevuur en de zegepralende kerk in den he mel, waardoor ook zielen, die ter uitdelging van zondestraffen in het vagevuur verblij ven, m de aflaten kunnen worden betrok ken. Zoo kunnen ook zieken door het ge duldig dragen van hun lijden aflaten ver dienen voor anderen, die ze niet eens ken nen. Aan het slot van zijn beschouwing geko men, sprak de spreker de hoop uit, dat, al valt het voor velen moeilijk het gesprokene voetstoots aan te nemen, de andersdenken den eenig inzicht hadden gekregen in de leer der aflaten en sommige vooroordeelen zouden zijn weggenomen. Pater Pauwels besloot met de opwekking vooral de slotconferentie bij te wonen, waar in de ingekomen vragen en opmerkingen behandeld worden. Beroep aangenomen. i:' Ds. J. L. Brinkerink te Groot schermer heeft het beroep naar de herv. gemeente te Eext (Dr.) aangenomen. BEVESTIGING EN INTREDE TE WIERINGERWAARD. Zondagmorgen werd de nieuws gods dienstonderwijzer te Wieringerwaard, de heer A. Kalis, als zodanigo bevestigd door ds. Vorstman, die als tekst voor deze plechtige gebeurtenis had gekozen Rom. 12 11. In goed gekozen woorden werd eerst de gemeente toegesproken en daarna ..de godsdienstonderwijzer, die oo zijn plichten werd gewezen. Nadat gezongen was Gez. 1941 en 4, betrak de heer A. Kalis het gestoelte. Hij had tot tekst Nehemia- 2, waarin gespro ken werd over opbouw. In samenwerking met de gemeente wilde spr. trachten ok hoet kerkelijk leven op te bouwen. Aan het slot van den dienst richtte spr. eenige har telijke woorden van dan ktot ds .Vorstman, kerkeraad en kerkbestuur en hoopte op prettige samenwerking. Speciaal werd burgemeester Kaan dank gebracht voor zijn aanwezigheid. Burgerlijke en geeste lijke gemeente kunnen zoo goed samen gaan. Met de woorden: „Bouwt mede aan den bloei van onze kerk", werd de dienst besloten. LOUIS DE VRIES OVERLEDEN. In den ouderdom van 69 jaar is de be kende tooneelspeler Louis de Vries Zondag ochtend overleden, naar wij uit Nice ver nemen, waar hij tot herstel van zijn gezond heid verblijf hield. Met Louis de Vries, den bekenden Neder landschen acteur, is een tooneelspeler heen gegaan, die door vele generaties tooneel- liefhebbers in binnen- en buitenland in tal- looze glansrollen is bewonderd. Louis de Vries was op 18 October 1871 te Amsterdam geboren en is dus 68 jaar oud geworden. In zijn jeugd leerde hij het dia mantvak, doch dit bedrijf had voor de Vries niet voldoende bekoring en spoedig ging zijn belangstelling meer uit naar het tooneeL Na zich de eerste tijden aan het liefhebberij- tooneel te hebben gewijd, ging hij in 1900 naar de tooneelschool en daarmede ving hij dan een grootsche acteurscarrière aan, die hem tot vér over de landsgrenzen heeft ge bracht. In 1914 kwam hij bij de Kon. Vereeniging „Het Nederlandsch Tooneel", waar hij de rollen vervulde van De Bode in de Gijs- brecht, De Idealist van Carel Scharten en Gabriel Schilling's vlucht van G. Haupt- mann. In dat jaar ging hij voor den eersten keer op tournee naar Nederlandsch Oost-Indië, waar hij twee jaren vertoefde en groote •successen boekte in Dolle Hans en De Rechte Lijn van Jan Fabricius. Tijdens deze tour nee kwam hij met de premiere van Tropen- adel van Henri van Wermeskerken. Van zijn verdere rollen noemen wij de hoofdrol in De Bokkenrijder, Androcles en de Leeuw, Judas Iskhariot, De rechter van Zalamea, De Despoot, Samson, De dief en Jacqueline. In Juni 1927 begaf de Vries zich met een gezel schap naar Parijs, waar hij met Ghetto van Heijermans groote belangstelling trok, ter wijl hij het jaar daarop in Kopenhagen ta zien was, waar men dermate over zijn spel verrukt was, dat de Deensche koning hem spontaan met de Danebrog Orde begiftigde. Talloos waren de keeren, dat hij te Ant werpen, Gent en Brussel en in verschillende steden van Vlaanderen stukken van zijn repertoire vertoonde. Te Rome heeft hij Pirandello opgevoerd en tijdens zijn bezoek werd hij toen door Mussolini ontvangen. In 1938 maakte de Vries nog een tournee naar West-Indië. De Vries was directeur van het „Holland- sche Tooneel", voorzitter van den raad van bestuur der N.V. Hollandsche Schouwburg te Amsterdam, in welk theater hij groote triomfen vierde, eerelid van den Bond van Nederlandsche Tooneelschrjjvers en lid van het hoofdbestuur van Societe Universelle du Theatre te Parijs. De Vries was een gezellig causeur en van zijn vele reizen naar het buitenland, en niet in het minst van die naar NederL-Indië, wist hij smakelijke verhalen op te dienen. Het overlijden van Louis de Vries is gis teravond in verscheidene Amsterdamsche schouwburgen herdacht. In den Stadsschouwburg heeft de waarne mend-directeur van „Het Nederlandsch Too neel", de heer H. D. van Dellen, voor het begin van de voorstelling van Romain Rol- land's „Spel van liefde en dood" het publiek in kennis gesteld van het overlijden van den grooten acteur. De aanwezigen verhie ven zich van him zetel en namen eenige oogenblikken stilte in acht. In het Beatrix-Theater was het Louis Saalborn die gevoelvolle woorden wijdde aan de nagedachtenis van Louis de Vries. Fritz Hirsch gewaagde in den Neder landschen Schouwburg in een korte toe spraak van zijn bewondering en. vriendschap voor den overleden kunstenaar. LEPRA-BESTRIJDING. Een stap in de goede richting. Zooals bekend, is enkele jaren geleden een Zweedsch geleerde professor Renstierna, voor een studiereis in Nederlandsch-ïndlë geweest, teneinde onderzoekingen te ver richten op het gebied der lepra-bestrijding. Aan de hand der bevindingen kon een se rum worden bereid, waarmede in Zweden teruggekomen, uitgebreide proeven werden gedaan op schapen. In navolging van het serum van professor Renstierna is men thans te Semarang bezig, hetzelfde serum uit eigen materiaal samen te stellen, meldt de Indische Crt. Met het serum van professor Renstierna, werden te Semarang drie schapen geïnjec teerd. Alhoewel sterk vermagerd, zijn de dieren tot dusverre in leven gebleven. Proe ven met dit oude serum van den professor op patiënten hebben uitgemaakt, dat sterke neusbloedingen, een der symptomen van de lepra na enkele injecties niet meer voor kwamen. Volgens een deskundige: een zeer gunstig en verblijdend teeken, na vele jaren van proefnemingen. s. ZUIDSCHARWOUDE (Februari). Geboren: Catharina Maria, d. v. Kraakman en A. C. Kos. Overleden: J. H. Buter, oud 60 jaren. B. Beemsterboer oud 2 jaren. L. Slot oud 89 jaren. A. de Waard oud 55 jaren en J. Blok oud 77 jaren. OUDORP (Febr.) Geboren: Petrus Georgius z. van A. M. Pieters en E. van der Heijden. - Petrus z. van A. Reus en J. M. Verhaar. Oege z» van K. J. Borsboom en G. van der Wal. Pieternella d. van H. P. Appelman en R. Nauta. Albertus z. van A. Kremer en G. Groen. Adriaan z. van C. Tip en I. M. C, van 't Hof. EGMOND AAN ZEE. (Febr.) Geboren: Eddy Cornelis, z. v. Pieter Groen en Cornelia de Graaff. Pieter Christoffel, z. v. Pieter Wijker en Kniertje Glas. Johanna Elisabeth, d. v. Jan Willem Dirk Meihuizen en Adolfine Helena van Em- den. Maria, d. v. Johan Jacob Bosman en Aagje Blok. Ondertrouwd: Pieter Meuldijn, te Rotterdam en Cornelia Zwart. Getrouwd: Gerardus Stefanus Laar man en Maria Bakker. Jan Blok, te Vel- sen en Neeltje Groen. Overleden: Adelbertus Koenradus Eeltink, oud 1 jaar. Maria de Mooij, oud 66 jaar, wed. van Cornelis Post. Maria Bakkum, oud 61 jaar, wed. van Koenraad Eeltink. Aagje Stoker, oud 83 jaar, wed. van Jacob Zwart. DOOR WILKIE COLLINS NEDERLANDSCHE BEWERKING VAN A. A. HUMME Jr. Tim i i ui 37) „Wat is u van plan?" vroeg mijnheer Bruff verbaasd. „Ik ga met den eerstvolgenden trein naar .Yorkshire". «Waarvoor?" „Mijnheer Bruff, mijn deelnemen aan het opsporingswerk is nog steeds een onver geeflijke fout in Rachel's oogen. Ik neem daar geen genoegen mee. Ik ben van plan de reden te vinden van haar geslotenheid tegenover haar moeder en van haar vijand schap jegens mij. Als tijd, geld en moeite de beslissende factoren zijn, zal ik alsnog den dief van den Maansteen aanwijzen". Tegen zonsondergang, dienzelfden avond, Stond ik weer op het van ouds zoo bekende terras. Ik liep langs het pad om het huis naar den achtertuin en zag daar mijn goe den ouden vriend Betteredge in zijn rieten stoel, een pijp in den mond, een opengesla gen boek op zijn knieën en de hónden, aan weerskanten naast hem, op den grond uit gestrekt, Gewaarschuwd door het grommen van de honden, stond de oude man op, om te zien wie de late bezoeker was. Mijn oogen stonden vol tranen en ik wachtte even voor ik durfde spreken, om mijn emo tie niet te verraden. HOOFDSTUK n. „Betteredge!" riep ik uit, op hem toetre dend, „je had zeker niet verwacht mij van avond hier te zullen zien?" „Mijnheer Franklin!" riep hij verheugd. „Welkom in Yorkshire! Komt u binnen, dan zal ik zorgen, dat u wat te eten krijgt en dan kunt u mij later verklaren, wat u hier heeft gebracht. Er is hier veel veranderd sedert u weg ging. Het huis is gesloten en de bedienden zijn vertrokken. Maar dat hin dert niet. Ik kan wel wat koken en de vrouw van den tuinman kan uw kamer in orde brengen". Het speet mij, hem te moeten teleurstel len. Maar het huis behoorde nu aan Rachel en na haar houding in Londen kon ik on mogelijk gast in haar huis zijn, of zelfs den drempel overschrijden. Ik moest Betteredge wel vertellen hoe de vork in den steel zat en- ik kon zien dat mijn mededeeling hem zeer bedroefde. „Het is een prachtige avond", zei ik „en ik wandel naar Frisinghall, waar ik mijn intrek neem in het hotel. Kom dan mor genochtend bij mij, dan ontbijten wij sa men en kunnen rustig praten, want ik moet je wat vertellen". „Ik had zoo gehoopt, dat alles weer in orde was tusschen u en juffrouw Rachel", zuchtte de oude man, „maar u hoeft niet heelemaal naar Frisinghall te loopen, als u onderdak zoekt. Op drie kilometer hier vandaan ligt de boerderij van Hotherstone. U kunt geen bezwaar maken, daar te logee- ren, want de boerderij staat op zijn eigen grond". Ik herinnerde mij de hoeve, toen Better edge den naam noemde. Zij lag in een dal, aan den oever van een riviertje, in een .der mooiste streken van Yorkshire en de eige naar had twee kamers, die hij aan schilders en visschers placht te verhuren. Een aange namer tehuis had ik moeilijk kunnen vin den. „U zei, dat u mij iets te vertellen had, mijnheer", zei Betteredge, nadat wij ons op weg hadden begeven. „Als het geen ge heim is, zou ik wel graag eerst willen we ten, wat u hier heeft gebracht". „De Maansteen, Betteredge, evenals de laatste keer. Ik ben van plan het onderzoek te hervatten en uit te vinden, wie den steen heeft weggenomen en ik hoop, dat je mij zult willen helpen voort te bouwen aan het werk, dat brigadier Cuff heeft moeten la ten liggen". „Dat spreekt van zelf, mijnheer. Herin nert u zich dat arme meisje Rosanna Spear man?" „Ja zeker". „Zij heeft een verzegelde brief achterge laten, die aan u geadresseerd is". „Waar is die brief?" „In het bezit van haar vriendin, Manke Lucy, de dochter van den visscher Yolland, die in Cobb's Hole woont". „Waarom is die brief mij niet nagezon den?" „Manke Lucy wilde den brief alleen aan u ter hand stellen en u had Engeland ver laten, voor ik kon schrijven". „Laten wij er direct heen gaan, Better- erde, om dien brief te halen". „Daar is het te laat voor, mijnheer. Het zijn hier zuinige menschen aan de kust, die met de kippen op stok gaan, om kaarsen te sparen". Hij wees naar een licht, dat bene den ons, door de invallende duisternis scheen. „Daar is de boerderij. Ik hoop, dat u een aangename nachtrust zult hebben en verwacht u morgen bij mij, dan kunnen wij samen naar Cobb's Hole gaan". HOOFDSTUK III. Den volgenden ochtend, bij het* krieken van den dag„ begaf ik mij in gezelschap van Betteredge op weg naar het huis van den visscher. Niettegenstaande het vroege uur, vonden wij vrouw Yolland reeds druk in de weer in haar keuken. Zij zette een flesch jenever op tafel, legde er een paar steenen pijpen naast en vroeg: „Wat is het laatste nieuws uit Londen, mijnheer?" Voordat ik antwoord kon geven op deze alomvattende vraag, viel mijn oog op een meisje, dat in een hoek zat en dat nu naar mij toe kwam, waarbij zij mij met een blik vol nieuwsgierigheid en tevens afkeer, op nam. „Mijnheer Betteredge", zei zei, zonder haar oogen van mij af te wenden, „wie is dit?" „Dit is mijnheer Franklink Blake", ant woordde Betteredge. Zij keerde mij meteen den rug toe en verliet de kamer. Ik hoorde het gestamp van haar stok op de trap en op de planken boven ons hoofd en toen zij weer beneden kwam, had zy een brief in de hand. „Hier!" zei ze, terwijl zij mij den brief toereikte. „Ik heb u nooit eerder gezien en ik hoop, dat ik u nooit weer zal zien". - Met deze woorden verliet zij het vertrek, bij mij den indruk achterlatend, dat zij niet goed wijs was. Nadat wij de visscherswoning verlaten hadden, verbrak ik het zegel en zag dat de enveloppe een brief en een klein vel papier bevatte. Ik las eerst den brief: „Mijnheer. Als u belang stelt in de re den van mijn gedrag tijdens uw verblijf in het huis van mijn meesteres, lady Verinder, volgt u dan de aanwijzing, die u hierbij zult vinden doch zorg dat u alleen is. Uw dienares, Rosanna Spearman". Ik keek daarna wat op het velletje papier geschreven stond. Ik las het volgende: „Ga naar het Beefzand, hij het keeren van het getij. Loop langs de Zuidelijke rotskaap, totdat het baken, dat daar staat en de vlaggestok van het kustwachtsation bij Cobb's Hole in één lijn liggen. Leg op de rotsen een stok of ander recht voorwerp, in de richting van die lijn, zoodanig dat één uiteinde van dien stok aan den rand van de rots ligt, aan de zijde van 't Beefzand. Voel dan vlak bij dien stok, tusschen het zeewier, waar de ketting tusschen de steenen is vastgeklemd. Volgt dien ketting tot waar zij in het drijfzand verdwijnt en trek". „Cuff had toch gelijk!", riep Betteredge uit. „Hij heeft steeds beweerd, dat zij iets bij het Beefzand had verstopt. Het is nu eb. Hoe lang zou het nog duren, voor het vloed wordt?" Hij keek rond en zag een jongen bezig met het herstellen van een net. „Tammie Bright!" riep hij hem toe. „Om hoe laat keert het getij?" „Over een uur!" Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 10