ALKMAARSCHE COURANT DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Rusland en Finland nog niet tot overeen stemming gekomen. etsee \HcuuL De geallieerden zijn bereid Finland militaire hulp te verleenen. De hechtheid der Duitsch-ltaliaansche vriendschap. Belangrijke verklaringen van Chamberlain in het Lagerhuis. De Russen sluiten den ring om Viborg. De algemeen© toestand. Tankschip „Eutota" door ontploffing vervaan. Indien U zich thans voor minstens 3 maanden abonneert, ontvangt U de tot 1 April gratis* et „Holland en raad van Schouwburg er hij groote in Bond van s en lid van niverselle du iseur en van land, en niet lederl.-Indië, p te dienen. Vries is gis- ïsterdamsche t de waarne- •landsch Too- n, voor hei Romain Rol- het publiek ■rlijden van :igen verhie* men eenige as het Louis •den wijdde de Vries, den Neder» korte toe» vriendsehap G. ede richting, geleden een Renstierna, andseh-Indlë en te ver- i-bes trijdtag. kon een se in Zweden >ven werden an professor tarang bezig, eriaal samen rt. Renstiema, pen geïnjec- •d, zijn de ileven. Proe en professor t, dat sterke men van de meer voor- zeer gunstig jaren van >ruari). d. v. J. ud 60 jaren, i. L. Slot Dud 55 jaren z. van A. n. Petrus r. Oege z. der Wal. nan en R. remer en G, en I. M. C. Febr.) z. v. Pieter Pieter en Kniertje Jan Willem sna van Em- Bosman en leuldijn, te anus Laar- Hok, te Vel» Koenradus e Mooij, oud Maria a Koenraad 13 jaar, wed. dat zij niet ng verlaten a zag dat de in vel papier elt in de re- v verblijf in dy Verinder, i hierbij zult n is. Spearman". illetje papier gende: het keeren Zuidelijke daar staat twachtsation ;en. Leg op it voorwerp, anig dat één rand van de sfzand. Voel het zeewier, steenen is tot waar i trek". Bettered ge dat zij iets Het is nu i, voor het ingen bezig m toe. „Om ALKMAARSCHE COURA Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.S0. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIES Van 15 regels 1.25, elke regel meer f 0-25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/b. KERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3310. N©« él Dit nummer bestaat uit twee bladen. Directeur: C. KRAK. Dinsdag 12 Maart 1940 Hoofdredacteur; Tj. N. ADEMA. 142© Jaargang De meest tegenstrijdige geruchten over het stadium waarin de onderhan delingen in Moskou verkeeren blijven de ronde doen. Nu eens wordt gemeld, dat er binnen zeer afzienbaren tijd een compromis zal worden bereikt en later weer dat er over den duur der onderhandelingen en het verloop daar van hoegenaamd niets kan gemeld worden. Volgens de laatste berichten zou de Finsche delegatie heden in den loop van den dag uit Moskou terug- keeren, daar de Russen hun laatste voorwaarden hebben bekend gemaakt en de delegatie dus naar Helsinki zou gaan om instructies van de Finsche regeering te krijgen. Welke die Russische eischen zijn, is op het oogenblik nog niet te bekijken en de meest tegenstrijdige berichten doen daarover de ronde. Zweden en Noorwegen maken moeilijke uren door, omdat van het verloop dezer vredesonderhandelingen ook de toekomst van deze staten in groote mate afhankelijk is. Opmerkelijk is, dat het belangrijkste sociaal-democrati sche dagblad in Zweden voor een krachtige Scandinavische hulpactie pleit. Chamberlains verklaring in het Lagerhuis, dat de geallieerden bereid zijn Finland afdoende militaire hulp te verleenen, wanneer dit land daarom vraagt, zal van grooten invloed op de matiging der Russische eischen kun nen zijn. De Deutsche Diplomatisch-Politischc Korrespondent ziet in deze verklaring een symptoom voor de begeerigheid waarmede iedere mogelijk heid om den oorlog in het Noorden uit te breiden door de democratieën wordt uitgebuit. Het blad spreekt van de arrogantie waarmede door de Westelijke mogend heden over vreemde landen wordt beschikt. Von Ribbentrop is weer naar Berlijn vertrokken. In Duitschland wordt verklaard, dat het bezoek opnieuw van de hechtheid van het Duitsch Italiaansche bondgenootschap getuigd heeft. Ook in de Italiaansche pers wordt over het voortduren van de DuitschItaliaansche vriendschap ge sproken. De transporten van üuitsche steenkool. Gistermiddag heeft Chamberlain in het Lagerhuis in antwoord op tot hem gerichte •vragen het volgende verklaard ten aanzien van de Italiaansche transporten van Duit- sche steenkool: Het verheugt mij te zeggen, dat op 9 Maart een overeenkomst tot stand is geko men met de Italiaansche regeering over dit onderwerp. Het blijkt thans, dat de instruc ties, die door de Italiaansche autoriteiten voor eenige der onderhavige schepen waren uitgegeven om na 1 Maart te vertrekken, ondanks onze aankondiging van den datum waarna controle £ou worden uitgeoefend, gebaseerd waren op een misverstand. Dit misverstand erkennende, heeft de Engelsche regeering er in toegestemd de schepen vrij te laten, welke met hun ladingen waren vastgehouden. Aan den anderen kant heeft de Italiaan sche regeering zich van haar zijde verbon den er zorg voor te dragen, dat de overige Italiaansche steenkoolschepen, die thans in de haven liggen, in ballast zullen vertrek ken en dat geen verdere Italiaansche vracht schepen naar die havens gezonden zullen worden om steenkool te laden. Ik twijfel er r.'Bt aan, of er zal in dit land oprechte voldoening heerschèn (toejuichingen) over de2e oplossing voor wat een lastig conflict had kunnen zijn doordat gezond verstand en goede wil op het probleem zijn toegepast (toejui chingen). Gehoopt mag worden, dat thans de weg geopend is voor de hervatting der onderhandelingen tusschen onze beide landen ter bevordering van den handel tot ons wederzijdsch voordeel (toejui chingen). Nadat Chamberlain zijn verklaring had afgelegd, vroeg het lid der Labouroppositie Thorne, of de Engelsche regeering in staat was geweest regelingen te treffen voor de levering van meer steenkool aan Italië op dit oogenblik. Chamberlain antwoordde hierop: Dat zal ongetwijfeld het onderwerp vormen van verdere besprekingen. Chamberlains verklaring over hulp aan Finland. In het vervolg van de zitting vroeg Attlee Chamberlain een verklaring af te leggen betreffende de onderhandelingen tusschen Finland en Rusland. Chamberlain zeide: Het huis zal er zich van bewust zijn, dat zoowel de Fransche als de Britsche regeering ma- terieelen bijstand heeft gezonden en voortgaat te zenden aan Finland. Dit is van aanzienlijke waarde geweest voor de Finsche strijdkrachten. Gelijk de En, gelsche en de Fransche regeeringen reeds ter kennis hebben gebracht van de Finsche regeering, zijn zij bereid om in antwoord op een beroep 'op verdere hulp onmiddellijk en gezamenlijk over te gaan tot hulp aan Finland met ge bruikmaking van .alle tot haar beschik king staande hulpbronnen. Een mogelijke regeling van het conflict. Nadat Chamberlain zijn verklaring over hulp aan Finland had afgelegd, vroeg Attlee om inlichtingen over een mogelijke regeling van het conflict. Chamberlain antwoordde: „Ik vrees, dat ik niet beschik over voldoende betrouwbare inlichtingen om op dit oogenblik over dat Bij den aanvang dér vredesonderhandelingen hebben de Russen geen moeite meer gedaan hun front bij Tammisuo uit te breiden, zoodat hun 'offensief is tot staan gekomen. De Finnen hebben zich op hun derde verdedigingslinie teruggetrokken. De Russen trachten echter ten Zuiden van Viborg over het ijs de Viborg-baai over te trekken; eenige eilandjes werden door hen bezet. onderwerp aan het huis mededeelingen te verstrekken". Maxton, van de onafhankelijke arbeiders partij, vroeg: Is het niet waar, dat de eerste minister en de Britsche regeering het ver zoek hebben ontvangen om in deze zaak te bemiddelen? Chamberlain antwoordde: Het zou onjuist zijn te zeggen, dat de Britsche regeering het verzoek had ontvangen om te bemiddelen. Er was echter een gelegenheid, toen de Sovjet-ambassadèur zekere voorwaarden noemde, welke'zijn regeering bereid zou zijn aan Finland aan te bieden. De Britsche re geering voelde zich niet in staat die voor waarden door te geven aan Finland. (Toe juichingen). In antwoord op eën verdere vraag van Attlee zeide Chamberlain: Iedere hulp aan Finland zou in overeenstemming zijn met Groot-Britanjes verplichtingen volgens het Volkenbondshandvest. Wat de samenwer king met andere staten betreft, ik heb Frankrijk reeds in verband met onszelve ge noemd. Natuurlijk kan ik niet zeggen, wat andere staten zich verplicht zouden kunnen gevoelen om te doen. Kirkwood, van de oppositioneele La- bourpartij, vroeg: Komt dit niet overeen met ten oorlog te trekken tegen Rus land? Chamberlain antwoordde: Zoo ver is het nog niet gegaan. Sloan, van de oppositioneele Labour- partij, vroeg: Zal de Britsche regeering troepen naar Finland zenden en, zoo ja, is zij bereid de neutraliteit van Noor wegen daarbij te schenden? Chamberlain zeide: Ik kan niets toe voegen aan de verklaring, die ik heb afgelegd. Finland heeft nog geen hulp gevraagd. Uit Londen wordt gemeld: Downingslreet 10 (de zetel der regeering) heeft een ver klaring uitgegeven van den volgenden in houd: Aangezien er éen misverstand schijnt te bestaan omtrent hel antwoord, dat door den eersten minister is gegeven op een vraag van Attlee in het Lagerhuis over hulp der geallieerden aan Finland, wenscht de eerste minister hot duidelijk te maken, dat nog geen beroep op ver dere hulp van de Finsche regeering is ontvangen. De „Diplo" over Chamberlains verklaringen. De verklaringen, die Chamberlain giste ren met. betrekking tot Finland heeft afge legd, kenmerkt de Deutsche Diplomatisch- Poiititsche Korrespondenz als een symptoom voor de begeerigheid waargoede om bepaalde redenen iedere laatste mogelijkheid, welke ;zicn nog voordoet om den oorlog in het Noorden uit te breiden, door de politici van de Westelijke democratieën aangegrepen en uitgebuit 'worden. Het zou, schrijft het of ficieuze blad, inderdaad merkwaardig zijn, wanneer op de arrogantie, waarmede dooi de Westelijke mogendheden eenvoudig over vreemde landen wordt beschikt, niet einde lijk van de zijde der voor de rol van mili taire objecten uitverkorenen duidelijk ge reageerd zou zijn. Thans is het niets ont ziende imperialisme van Engeland en- Frankrijk, niet in de laatste plaats door de Finsche ervaringen, ontmaskerd. Eenige stadswijken bezet. Het Russische legerbericht. Het hoofdkwartier van het militaire district Leningrad deelt mede, dat op il Maart de Sovjet-Russische troepen den ring rondom Viborg hebben besloten. De Ooste lijke en Noordelijke wijken van de stad zijn door de Russen bezet. Op den Westelijken oever van de baai van Viborg rukken de Russische troepen zegevierend op. De infanteriegevechten bij het station Lojmola aan den spoorweg tusschen Suojar- vi en Serdobol duren voort. HET FRANSCHE LEGERBERICHT. Het Fransche legerbericht van gister avond luidt: „Een vrij hevig plaatselijk ge vecht ten Zuidoosten van de Nied. Artille rievuur in de Vogezen. Bedrijvigheid van de luchtmacht aan beide zijden". Het Fransche legerbericht van heden morgen luidt: In den loop van den nacht viel er niets bijzonders te vermelden. Finland laat zich den vrede niet dicteeren. Gisternamiddag werden de geruchten terker, dat er binnen zeer afzienbaren tijd ■en overeenkomst tusschen Rusland en Fin- .and tot stand zou komen. De Finsche delegatie 'in Stockholm sprak het bericht tegen, dat de Russische voor stellen aanvaard zouden zijn, maar dadelijk daarna kwam het bericht door, dat een com promis tusschen Rusland en Finland binnen den tijd-van 24 uur zeer waarschijnlijk ge acht werd. Een overeenkomst binnen zoo korten tijd van besprekingen is zeer opmerkenswaard en kon slechts tot stand komen als de Fin nen zoo strijdensmoe en zoo gedesillusion- neerd zouden zijn, dat zij in het voortzetten van den strijd geen enkel lichtpunt meer zagen. Dan wel, dat de Russen zoo'n haast zou den hebben om aan het Finsche avontuur een einde te maken, dat zij zulke tamme vredesvoorwaarden zouden stellen, dat de Finnen ze dadelijk konden accepteeren. Noch het een, noch het ander was waar schijnlijk en enkele minuten na de bekend making, dat het compromis elk oogenblik verwacht kon worden, bracht onze telex dan ook een bericht uit Stockholm met de mededeeling, dat de Finsche minister van Buitenlandsche Zaken, Tanner, in een inter view uit Finland aan- Reuter verklaard had, dat de vredesonderhandelingen in Rus land nog altijd voortduren. Minister Tanner sprak daarna met groote stelligheid de geruchten tegen, dat de Rus sische vredesvoorwaarden al door de Fin nen zouden geaccepteerd zijn en hij bleek zelfs niet in staat zijn oordeel over de vor dering der onderhandelingen te geven. Alles wat hij kon verklaren is, dat de geruchten welke van een compromis binnen zeer af zienbaren tijd spraken ten stelligste konden worden tegengesproken. Dat zag er heel wat geloofwaardiger uit, temeer omdat tegelijkertijd uit Londen ge meld werd, dat Chamberlain in het Lager huis heeft meegedeeld, dat de Engelsche en Fransche regeeringen de Finsche regeering ervan in kennis hadden gesteld, dat zij be reid waren om, in antwoord op een beroep op verdere hulp, over te gaan tot onmid dellijke en gezamenlijke hulp aan Finland met gebruikmaking van alle tot haar be schikking staande hulpbronnen. Het is voor Finland slechts te betreuren, dat men het zoo lang aan zijn lot heeft over gelaten en tot dusver den zwaren strijd der dappere Finnen met betrekkelijk kleine wa penzendingen en kleine groepen vrijwilli gers gesteund heeft. Had Finland eerder Bemanning gered. Naar wij van de N.V Petroleum- Maatschappij „La Corona", een dochtermaatschappij van het Konin klijk Shell concern vernemen, is het motortankschip „Eulota" op weg van Rotterdam naar Curasao gister avond op de Noordzee dooi een ont ploffing verloren gegaan. De geheele bemanning bestaande uit 42 personen, is door een Engelsch oorlogsschip gered. De „Eulota" is een schip van 9000 ton, dat in 1936 is gebouwd en uitge rust was met paravanen. Op 8 Maart was het van Rotter dam vertrokken en voei in ballast naar Curasao. De ontploffing had plaats op 48 gr. 35 min. n.b. en 8 gr. 22 min. w.i. De gezagvoerder van de „Eulota" is kapitein B. Elzinga. den krachtigen steun der geallieerden ge noten, dan zou er zelfs van het vrij geringe succes, dat de Russen met groote offers thans op de Karelisehe landengte behaald hebben geen sprake zijn geweest. Wat evenwel geenszins zeggen wil, dat de verklaring van den heer Chamberlain juist op dit oogenblik voor Finland niet van groote beteekenis zou zijn. Immers, daaruit blijkt, dat er aan de half slachtige houding der Engelsche politici tegenover Rusland een eind is gekomen, dat men niet meer speculeert op een los making van Rusland van Duitschland zooais in den tijd dat Russische troepen het derde gedeelte van Polen bezetten en er in Enge land alleen maar over de wederopstanding van het daar door Duitschland bezette ge bied werd gesproken. Daaruit blijkt ook, dat men ondanks de tot dusver niet verbroken diplomatieke betrekkingen Rusland meer als een ge vaar voor de positie van eigen land ziet dan als een staat waarmede men voordeelige handelsrelaties kan onderhouden. In Frankrijk eertijds Ruslands groot ste vriend heeft men dat al begrepen toen men begonnen is al het communistisch zaad uit Franschen bodem zoo doeltreffend moge lijk te verwijderen. Engel;jid is eerst veel later tot een zoodanig besluit gekomen en het aanbod dat nu aan Finland is gedaan bewijst wel, dat men er thans zelfs voordeel in ziet de Russische legermachten in Finland met eigen mannen en wapenen te gaan be strijden. Finland, zoo hebben wij gezegd, heeft schijnbaar, in de omstandigheden waarin het thans verkeert, niet veel meer aan het royale aanbod der geallieerden, maar in werkelijk heid is het ook nu nog en juist nu van bijzondere beteekenis. Want men laat daardoor den Finnen we ten, dat zij den Strijd niet behoeven te sta ken in het vooruitzicht dezen toch binnen afzienbaren tijd door gebrek aan mannen en materiaal te moeten opgeven, maar dat integendeel het verdere verloop van den oorlog voor de Finnen nog veel succesvoller kan zijn dan het tot dusver geweest is. Al zullen de geallieerden bij het verstrek ken van de thans toegezegde hulp op groote tiansportmoeilijkheden stuiten, omdat Noor wegen noch Zweden tot doorlating daarvan bereid zijn, er is tenslotte wanneer men beide landen de gevaren van dien doortocht wil besparen nog een weg over zee en men begrijpt in Rusland natuurlijk heel goed, dat de Britsche vloot best in staat is om de geallieerde troepen een veiligen over tocht te verzekeren. Is deze Engelsche toezegging een rugge steun voor Finland in de moeilijke oogen- blikken van onderhandeling, anderzijds is. zij een ernstige waarschuwing voor Rusland en Duitschland. Want zij toont dezen beiden staten de be reidheid der geallieerden om den strijd naar het Noorden te verplaatsen. Duitschland heeft zijn verdediging naar het Westen ge richt en is klaarblijkelijk allesbehalve ge steld op een actie der geallieerden in Fin land, welke waarschijnlijk niet binnen de grenzen van dien staat zou blijven. En de hongerige Russische beer heeft wel een hap uit het begeerenswaardige Finland willen nemen, maar nimmer de bedoeling gehad daadwerkelijk in den grooten Euro- peeschen strijd te worden betrokken. De mogelijke komst van geallieerde hulp troepen zal de Russen zeker nog meer doen verlangen aan het gevaarlijke avontuur in Finland zoo spoedig mogelijk een einde te maken, wat niet anders kan geschieden dan door het stellen van zulke voorwaarden, dat de Finnen ze zonder risico voor de toekomst kunnen aanvaarden. Tenslotte heeft ook Finland meer belang bij het staken dan bij het voortzetten van den strijd en het zal geheel van de voor waarden van Moskou afhangen of men in Europa weer van vrede zal spreken, al is het dan helaas ook nog niet de vrede waar naar men in elle neutrale staten reikhalzend uitziet. COMMUNISTEN TE LUIK GEARRESTEERD. Vijf communistische propagandisten zijn te Luik gearresteerd, beschuldigd, van on dermijnende propaganda. Een huiszoeking heeft geleid tot de ontdekking van duizen den vlugschriften, dagbladen en brochures, gedrukt ir. Rusland. Zie verder Buitenland pag. 3, 2e blad. k De gratis toezending geldt niet voor week-abonnementen. vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 1