Waar het recht zijn loop heeft. Jijdscfieigtm ALKAARSCHE COURANT VAN WOENSDAG 13 MAART 1940. HET RUIM 2000 TON METENDE STOOMSCHIP „AMOR" VAN DE K.N.S.M., DAT OP EEN MIJN IS GELOOPEN EN VEEGAAN. DE BEMANNING WERD GERED DOOR EEN 1ERSCH SCHIP. Alkmaarsche Politierechter. Het paard van den orgeldraaier verslond alle' financiën. Huisvredebreuk bij Maatsch. Hulp betoon. Het was weer eens een keer zoo bij het Alkmaarsch Maatschappelijk Hulpbetoon. Een nog jonge orgeldraaier, vader van zes kinderen, was komen vragen om steun en had, toen hij nul op request kreeg en aange maand werd de deur aan den buitenkant te sluiten, geweigerd voetstoots aan het bevel te voldoen, hetgeen opleverde het misdrijf van huisvredebreuk. De man had zich dus voor den Alkmaar- schen politierechter te verantwoorden. Hij bleek allesbehalve een onverschillige bok te zijn, want hij bepleitte met vuur zijn zaak, die hij een rechtvaardige vond en op het eind werd de ontroering hem zelfs te mach tig, al kon hij zijn tranen nog bedwingen. In het kort was zijn verhaal aldus: Hij had een orgel en een paard om het orgel van plaats te doen veranderen. Het was in de barre wintermaand Februari en de wegen waren dusdanig, dat het ondoenlijk was er langs te trekken met een zwaar orgel en een niet al te krachtig trekdier. De man moest thuis blijven en omdat zijn paard al een paar dagen geen eten had gehad, had hij de drie rijksdaalders, die hij eenige dagen van tevoren van Maatschappelijk Hulpbetoon had gekregen, besteed voor het koopen van twee balen hooi. Hij moest dat doen, wilde hij niet, dat het paard zou sterven. Het mocht niet sterven, want het was een on misbaar onderdeel van zijn broodwinning. Omdat het geld op was en het orgel geen baten kon opleveren, kon er voor de kinde ren geen eten meer worden gekocht en voor de kachel geen brandstof. De man ging weer naar Maatschappelijk Hulpbetoon. De secre taris zei hem des middags terug te komen. Hij kwam des middags terug, maar toen zei een ambtenaar, dat de secretaris niet te spre ken was. De orgeldraaier protesteerde en weigerde heen te gaan, al poogde de amb tenaar hem met 'n zoet lijntje weg te krij gen. Toen de politie kwam, ging hij. Omdat zijn kinderen dien avond slechts één snee brood konden krijgen van de sol daten en omdat in de bittere kou de kachel niet kon branden, ging de orgeldraaier in arrenmoede naar den wethouder van sociale zaken om zijn nood te klagen. De wethouder beloofde een onderzoek en den volgenden morgn kreeg de arme eenige guldens om althans wat eten te kunnen koopen. De ambtenaar, die als getuige werd ge hoord, stelde zich op het standpunt, dat de man drie rijksdaalders had gekregen voor zijn gezin en dat het niet de taak is van Maatschappelijk Hulpbetoon ook paarden te onderhouden. Overigens kon hij maar wei nig tegen het relaas van den arme in het midden brengen. De officier en de rechter vonden het een beetje moeilijk dit geval zoo maar een juis- ten maatstaf aan te leggen en besloten werd daarom den heer Wiggers, den reclassee- ringsambtenaar, op te dragen eens een on derzoek in te stellen naar de omstandighe den van den verdachte. Driftige vader van een onwilligen leerling. Het was wel heel erg, waarvan een breed geschouderde vijftiger uit Hoorn werd be schuldigd. Hij zou een tengere, twintigjarige onderwijzeres van de openbare school, onder het uiten van zeer grove woorden, met dood slag hebben bedreigd. Hij zou haar „kop door het bord heen hebben willen slaan". De reden van zijn bruut, optreden was een briefje van de juffrouw mot de klacht, dat zijn zoontje in de tweede klas zoo slecht op paste. De man, die kennelijk een zenuwpa tiënt is maar dat merkte het schoolper- soneel niet zoo direct verwekte heel wat consternatie onder de juffrouwen van de school, temeer, omdat het drama zich in de klas, ten aanschouwe der leerlingen, af speelde. Men nam de bedreiging buitenge woon serieus op en holde naar de politie. Zoo stond de opvliegende vader voor den rechter. Hij trachtte te ontkennen en zich tevens te verdedigen, maar hij deed dat wat ongelukkig door sommige dingen te over drijven. Zoo zei hij o.a., dat een andere on derwijzeres, die als getuige optrad en ge- deeltelijk de bedreigingen had gehoord en was toegesneld, er heelemaal niet bij was geweest en zich wel op veertig meter afstand had bevonden achter muren, ter dikte van de spanwijdte der armen van een mensch. De officier keek erg leelijk naar den groo- ten man, die volgens hem als een bruut te gen een tenger meisje, dat heelemaal geen partij was, was opgetreden. Het was niet den eersten keer, dat deze vader terecht stond wegens mishandeling. Hij was al twee keer veroordeeld, den laatsten keer 28 jaar geleden! Drie maanden gevangenisstraf vorderde de officier. De verdachte viel, uitbundig snikkend, op het verdachtenbankje neer. Zijn verde diger, mr. Winkel uit Hoorn, bracht in het midden, dat de man een zenuwpatiënt is en zeer opvliegend van aard, met meer groote woorden dan gevaarlijke daden. De 'man heeft twaalf kinderen, waarbij er twee zijn, die op school heel slecht mee kunnen en erg lastig zijn. Deze kinderen, die men niet op een gewone school had mogen toelaten, brengen den niet normalen man steeds in moeilijkheden. De pleiter achtte het voor den man en de gemeenschap beter, wanneer er een voorwaardelijke veroordeeling werd uitgesproken, met als flinke rem een proef tijd van minstens drie jaar. De politierechter vond den schrik, dien verdachte het jonge onderwijzeresje had aangejaagd, zoo erg, dat hij hem tot twee maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf veroordeelde. Een onverbeterlijke. De groentenhandelaar uit Wester-Blokker, die een maand geleden terecht stond, omdat hij zonder de minste aanleiding te Hoorn op een avond iemand een mes in het lijf had gestoken en wiens zaak voor een reclassee- ringsrapport was aangehouden, stond weer voor. De reclasseerings-ambtenaar, de heer Wiggers, had een rapport opgemaakt met behulp van den secretaris der r.k. reclas- seeringsvereeniging te Hoorn, mr. Windhau- sen. In het rapport stond o.a., dat de ver dachte driftig was van aard, slecht tegen plagen kon, zijn geld besteedde aan cafébe zoek en rooken, maar aan den anderen kant ijverig was en thuis goed in den omgang. Er waren zeker reclasseeringskanscn, maar he laas wilde de jongeman niet beloven het cafébezoek te staken. „Het is mijn natuur, in een café te zitten", had hij gezegd. Daarmee sloeg hij alle goede kansen vol komen weg. De officier had geen considera tie meer en vorderde drie maanden gevan genisstraf, welke straf door den rechter ook werd opgelegd. Bovendien werd de jonge man veroordeeld tot schadevergoeding aan het slachtoffer, in totaal 118.45. Het is soms beter zijn „natuur" ie be dwingen. HET ZWAAR BESCHADIGDE ITALIAANSCHE SCHIP „AMELIA LAURO", DAT OP DE NOORDZEE DOOR VLIEGTUIGEN WERD GEBOMBARDEERD. EEN LID DER BEMANNING KWAM HIERBIJ OM HET LEVEN. DUIDELIJK ZIET MEN OP DEZE FOTO, WELKE VERWOESTINGEN DOOR DE BOMMEN WERDEN AANGERICHT. Arrondissements-Rechthanh. Zitting van Dinsdag 12 Maart. Hij kwam zijn geld halen. En werd afgetuigd. Voor de Alkmaarsche Rechtbank speelde zich Dinsdag het (voorloopig?) slotbedrijf af van een hevige kwestie tusschen een Me- demblikker groentenhandelaar en een huis houden, dat klant van hem was geweest. De groentenkoopman stond terecht, omdat hij des Zaterdags voor Kerstmis mejuffrouw K.B. bij de borst zou hebben gegrepen en mishandeld. De man ontkende ten stelligste hetgeen hem ten laste werd gelegd en om zijn beken tenis kracht bij te zetten, had hij twee ge tuigen a décharge meegebracht. Hij vertelde, dat genoemde juffrouw hem drie gulden schuldig was geweest, van welk bedrag hij met veel moeite een gulden had ontvangen. Toen hij op genoemden Zaterdagavond een kwartje ter afbetaling wilde gaan innen, werd hij zeer onheusch te woord gestaan door de vrouw en een van haar zoons. Ze smeten de deur, na het noodige gezegd te hebben, voor zijn neus dicht, of wilden dat althans doen, want het lukte niet heele maal, omdat de koopman zijn voet er tus schen had gezet. Gelegenheid om de vrouw ook maar met een vinger te beroeren, had hij niet. Even later ging de deur weer heelemaal open en toen stoven de twee zoons van de vrouw, Anne, een matroos en Hendrik, een flink uit de kluiten gewassen jongen van 16 jaar, op hem af om hem op een vreeselijke manier af te tuigen. Ze had den hem „knap toegetakeld", zoo besloot de I groentenkoopman zijn vertoog, dat op de rechtbank, die natuurlijk al eenigszins wist wat er komen zou, een geloofwaardigen in druk leek te maken. Juffrouw K.B. moest als getuige voor het hekje komen. Ze weigerde echter den eed af te leggen, omdat de Heer had gezegd, dat men niet mag zweren. Wijl ze niet Doopsge zind was maar Nederduitsch Hervormd, werd haar beroep op haar godsdienstige overtui ging, dat meer weg had var een poging om van den eed af te komen, niet aanvaard, zoodat de officier af zag van haar verhoor. Toen wilde ze wel den eed af leggen, maar toen de president, Mr. Ledoboer, haar zei: „nu toe dan, wat staat u toch vreemd te doen,,, begon ze weer bezv/aren te maken. Ze werd toen naar de getuigenbank terug gestuurd. Haar zoon Anne wilde wel den eed af leggen. Hij zei, dat hij had gezien, dat zijn moeder door den groentenhande laar werd vastgegrepen. Ook hijzelf werd bij den keel gegrepen, toen hij er bij kwam. Het relletje'liep uit op een vechtpartij. I De officier, Mr. v. d. Feen de Lille, vroeg vrijspraak wegens gebrek aan bewijs, want één getuige is bij een ontkentenis niet vol- doende. Van het verhoor der getuigen a décharge werd afgezien. De groentenhande laar kon zich met den eisch best vereenigen. De daders veroordeeld. Vervolgens stonden de twee broers Anne en Hendrik terecht, omdat ze den groenten handelaar hadden afgeranseld. De eerste gaf toe te hebben gevochten, maar uit zelfver- dediging. De tweede ontkende alles. I De groentenhandelaar getuigde natuurlijk tegen hen en zei bovendien, dat de familie in kwestie al een heel slecht adres van betalen I was. Twee neutrale getuigen, een vader en zijn 16 jarige dochter, waren van de geschie- dennis van begin tot het eind getuige ge weest. Volgens hun verklaringen was de groentenhandelaar door de twee broers on verhoeds aangevallen en afgeranseld. De officier twijfelde niet aan de schuld van het tweetal. Van zelfverdediging, waar Anne K. zich op beriep, was niets gebleken. De officier vond het niet alleen treurig, dat men een leverancier zijn rechtmatig geld onthield, maar nog meer, dat men dien leve rancier zoo leelijk had getiacteerd. Hij vor derde tegen Anne K. 25 of 15 dagen en tegen Hendrik K. 10 of 1 week tucht school. De verdediger van Hendrik K. Mr. D. Buiskool uit Hoorn, meende bij de getuigen tegenspraak te ontdekken. Hij achtte het niet vaststaand, dat het was gegaan als de getuigen hadden verteld Hij vroeg daarom vrijspraak, subsidiair de uiterste clementie. Hij hield zich niet bij de boeken. De Schoorlsche boekhouder P.D., in dienst bij de coöp. Melkfabriek „De goede ver wachting" te Schoorl, moest terecht staan, omdat hij in een circulaire aan de 32 leden van de coöperatie op zeer uitvoerige wijze de eer en de goede naam zou hebben aange rand van den bedrijfsleider-kaasmaker der fabriek, P.S. Hij had z.g. een relaas gegeven van den gang van zaken bij c'e fabriek in de laatste jaren, het bestuur een beetje den mantel uitgeveegd en van S. gezegd, dat die geknoeid had bij het koopen van botervaten en bi' '-et installeeren van nieuwe machines, nadat de fabriek door brand Was vernield. Met zooveel woorden werd S feitelijk be- 1 schuldigd van diefstal en verduistering. D. zei, dat hij alleen aan de leden de waar heid wilde mededeelen over hetgeen in de laatste jaren was geschied. Hij bleek niet te kunnen begrijpen, dat hij door het bekend maken van de gewraakte feiten de eer en goeden naam van S. had aangerand. Hij vond, dat hij voor een rechtvaardige zaak streed. De bemiddeling, van den rechter commissaris, om de zaak in der minne te schikken, had hij afgewezen. Getuige K„ voorzitter van de coöperatie, deelde mede op de hoogte te zijn geweest van het voornemen van den boekhouder, om de circulaire rond te sturen. Hij had geen poging gedaan het te verhinderen. Toen de president hem vrij duidelijk liet voelen, dat het bestuur te slap was opgetreden, zei ge tuige, dat de zelfstandigheid van den boek houder langzamerhand gegroeid was. De aantijgingen tégen den bedrijfsleider waren onjuist. Er was een 'vergadering van leden geweest over de circulaire, maar in die ver gadering was meer gesproken over de ver houding tusschen bestuur en boekhouder, dan over de beschuldigingen tegen S. De vatenhandelaar B. uit Alkmaar ver klaarde als geiuige o.a. nog, dat van knoeierij door S. geen sprake kon zijn geweest. Ver dachte had ook getuige beschuldigd van fraude in diens boeken. De officier gaf zijn meening, dat de hiërar chie bij „De goede verwachting" wel een beetje zoek was. Verdachte had absoluut niet begrepen waar hij staan moest, wellicht mede door de slappe leiding van het bestuur, dat hem maar zijn gang liet gaan. Schrijven is een gevaarlijk werk en verdachte had zich daar leelijk mee in de vingers gesneden, al begreep hij het klaarblijkelijk Zelf niet, Spr. vorderde tegen D. 75 of 30 dagen. Verdachte, die de pleitnota aan den presi dent overhandigde, zei vrijspraak te hebben verwacht. De rechters lachten even. Uitspraak in alle zaken op Dinsdag a.s. „Toeristenkampioen''. De „Toeristenkampioen" wijdt ditmaal zijn hoofdartikel aan het Zwerftoerisme in Eigenland met de A. N. W. B.-bons, waarin men leest hoe men met deze bons een va- cantie kan hebben met een minimum aan contanten en een maximum genot. Dat de Lente nadert beschrijft M. Baren- drechtHoen in een mooi geillustreerd ar tikel „Lente Boden", en Bertus Bol in zijn „Berichten uit het Bollenland". Een zeer lezenswaardig artikel is „Op be zoek bij de Zeearenden" door A. B. Wig man, dat met een aantal zeer mooie foto's is toegelicht. Een mooi geïllustreerde bij drage „Een dagje uit met Overgrootvader" van P. J. v. d. Zanden en de gebruikelijke rubrieken besluiten dit nummer. SCHEEPVAARTLIJNEN. Rotterdamsche Lloyd. Brastagi J.N.L. 12 Maart v.m. te Boston. Sibajak thuisr. 13 Maart 11.30 u. v. Colombo Buitenzorg uitr. 13 Maart te Batavia. Kertosono J.N.L. 12 Maart van Batavk M IN EEN DER MILITAIRE BAKKERIJEN zijn een 233-, een 264- en een 98 ponder geza menlijk te werk gesteld; behalve tot grappen gaf dit aanleiding tot 't maken van deze foto, EEN ROODBORSTJE IN ENGELAND KOOS DE ZADELTASCH VAN EEN FIETS ALS PLAATS VOOR ZIJN NEST.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 5