EEN TWEEDE ORANJEBOEK VERSCHENEN. Ontwerp-Winstbelasting aangenomen. VRAAG EN AANBOD Tegen elke neutraliteitsschending werd krachtig geprotesteerd. Duifschland zwijgt over Venlo. Tweede Kamer Verschillende wetsontwerpen door de Kamer aangenomen. De Wieringermeer een gemeente. WOENSDAGS EN ZATERDAGS. 35 cent per vijf regels, -TWfcJ'iDE. BLAD. 2 r Een trouwe weerspiegeling van de evenwichtige Nederlandsche neutra liteitspolitiek wordt geleverd door het zoo juist verschenen tweede oranje- boek, waarin het departement van buitenlandsche zaken de voornaamste aangelegenheden, in de periode NovemberApril behandeld, voor zoover zij voor openbaarmaking geschikt waren heeft vervat. Een groot deel van dit nieuwe oranjeboek, dat 53 folio-pagina's bevat, wordt ingenomen door de gedachtenwisseling onzer diplomatieke vertegen woordigers met belligerente regeeringen over gevallen, waarin onzerzijds tegen rechtssehending moest worden geprotesteerd. Dat de Nederlandsche regeering naar beide zijden voor de handhaving der neutraliteit is opge komen, blijkt overal uit het oranjeboek, waarin zoowel een aantal gevallen is opgenomen, waarin Nederland zich genoopt heeft gezien zich tegen handelingen van geallieerde zijde te keeren, als gevallen zijn vermeld, waarin dit tegen optreden van Duitsche zijde is geschied. De regeering heeft ieder geval gewogen op zijn eigen beteekenis. Zoo is dan ook in de formuleering van de verschillende protesten rekening gehouden met den ernst van de betrokken inbreuk op onze rechten. De vorm en bewoordihgen van elke nota is telkens afgewogen naar den aard der gepleegde handeling. Een geval van bijzondere belang rijkheid, aldus zegt het oranjeboek ó.m., is het grensincident bij Venlo. Dat de Nederlandsche regeering uitputtend alle middelen, welke het internationale recht biedt, naar vo ren heeft gebracht om tot een oplossing te komen, welke dit inci dent tot klaarheid zou kunnen brengen, blijkt uit een passage in het oranjeboek waarin de overval uitvoerig wordt besproken. Minister van Kleffens. Verklaard wordt o.m., dat de Britsche gezantschapssecretaris, majoor Stevens, aan den chef van den inlichtingendienst van den generalen staf had medegedeeld, dat Britsche organen in verbinding stonden met hooggeplaatste Duitsche officieren en dal hij opdracht had ontvangen te onderzoeken of misschien een basis voor vredesonder handelingen zou kunnen worden gevonden. Aangezien de besprekingen noch in Enge land noch in Duitsch] md konden worden gevoerd, stemde onze regeering erin toe deze op ons gebied te voeren. Dit onder voorwaarde, dat de eerste luitenant Klop de besprekingen zou bijwonen met de op dracht ervoor te waken, dat geen daden in strijd met cnze neutraliteit zouden worden verricht. Op 9 November, toen de derde bijeenkomst bij Venlo zou plaats hebben, zijn toen de Engelschen majoor Stevens en kapitein Best, benevens luitenant Klop en de chauf feur Lemmens overvallen en beschoten door lieden, die de grens overschreden, lui tenant Klop neerschoten en de ande ren met geweld over de Duitsche grens voerden. De doode of gewonde werd even eens over de grens gesleept. Het voorval speelde'zich in zeer korten tijd af, zoodat de grenswacht, '.ie zich daar niet in de on middellijke nabijheid van de grens bevindt, niet tijdig heeft kunnen ingrijpen. Aangezien degenen, die den over val pleegden, in burger gekleed wa ren, was er aanvankelijk geen aan leiding de Duitsche regeering aan sprakelijk te stellen. Wel is onmid dellijk aan de Duitsche regeering verzocht een onderzoek in te stellen. Toen evenwel in een Duitsch pers communiqué werd medegedeeld, dat de overval was ge schied door Duitsche organen, is tegen het Duitsche optreden dien zelfden dag ernstig bezwaar ge maakt en opheldering verzocht. Van Duitsche zijde is op deze stap pen, niettegenstaande daarop her haaldelijk werd teruggekomen, niet geantwoord. Het Nederlandsche gezantschap heeft te Berlijn op 25 Januari aan de Duitsche re geering doen weten, dat het voor de Neder landsche regeering onmogelijk was deze zaak te laten rusten. Zij stelde aan de Duitsche regeering voor, de beoordeeling van het gebeurde aan de Nederlandsch Duitsche grens bij Venlo te onderwerpen aan een in gemeen overleg aan te wijzen instantie: hetzij- een NederlandschDuit sche commissie ad hoe, de permanente con- ciliatie-commissie die tusschen beidelan - den bestaat, of een arbitrale instantie, dan wel- een internationale rechterlijke instan tie, daarbij de keuze tusschen de evenge- noemde instanties aan de Duitsche regee ring overlatende. Ook op dit voorstel heeft de Duitsche regeering ondanks eenige malen herhaald rappel nog niets laten hooren". Schendingen door vliegtuigen. „In de periode van November tot Maart", aldus vervolgt het oranjeboek, „is het Ne derlandsch rechtsgebied herhaalde malen overvlogen door vliegtuigen der oorlogvoe renden, De Nederlandsche krijgsmacht heeft steeds met alle beschikbare mid delen dergelijke schendingen tegengegaan Meermalen is het hierbij tot een luchtge vecht gekomen tusschen genoemde vlieg tuigen en Nederlandsche jachtvliegtuigen. Telkenmale wanneer de nationaliteit van het overvliegende vliegtuig kon worden vastgesteld, is bij de regeering van het land waartoe het vliegtuig behoorde geprotes teerd. In die gevallen, waarin de wederpartij de schen ding erkende, werden door haar verontschuldigingen aangeboden. Indien de nationaliteit der vliegtuigen niet kon worden vastgesteld, werden aan beide partijen inlichtingen gevraagd. Vrij wel volgde als antwoord op een dergelijk verzoek om inlichtingen dat niet de eigen vliegtuigen maar die van den tegenstander de schuldigen waren. Met de Duitsche regeering heeft een vrij uitgebreide nota-wisseling plaats gehad, waarbij van Duitsche zijde beweerd werd, dat Britsche vliegtuigen herhaaldelijk onge straft het Nederlandsche rechtsgebied over vlogen. Van Nederlandsche zijde is hierop geantwoord dat, voorzoover de Duitsche be weringen met de Nederlandsche gegevens in overeenstemming waren, niet is nage laten de noodige stappen te Londen te doen en dat de Nederlandsche regeering zich steeds met alle middelen tegen schendingen van haar rechtsgebied verzet en blijkens de voortdurende uitbreiding van de lucht- afweermiddelen er naar streeft dit verzet nog aan kracht te doen toenemen. De erva ringen, door de belligerenten zelve opge daan inzake vijandel'jke verkenningsvluch ten boven hun gebied, wijzen er overigens wel op, dat zelfs bii de grootste waakzaam heid en de meest uitgebreide verdedigings middelen het overvliegen niet steeds kan worden voorkomen". Beschieting van Nederlandsche vliegtuigen. Drie gevallen hebben zich voor gedaan, waarin Nederlandsche vliegtuigen boven ons grondgebied door een Duitsch vliegtuig werden beschoten. Hef eerste geval deed zich op 18 Novem ber 193.9 boven Vlieland voor het 2e den volgenden dag nabij Schiermonnikoog en het derde geval op 25 Februari boven N. Brabant. In alle drie gevallen is te Eerlijn geprotesteerd. In de eerste twee gevallen heeft.de Duitsche regeering een tegenpro- test ingediend, het derde voor val werd door de Duitsche regeering betreurd. Gewelddaden tegen Nederlandsche schepen. De Nederlandsche vertoogen en verzoe ken tot het instellen van een onderzoek naar aanleiding van de vernietiging van een aantal Nederlandsche schepen en de verdere briefwisseling voor eenige gevallen, waarin de Nederlandsche scheepvaart in ge vaar is gebracht, zijn in het gisteren ver schenen oranjeboek in een afzonderlijk hoofdstuk opgenomen. De commandant van de onderzeeboot, die de „Sliedrecht" torpedeerde, heeft onschul dige onderdanen van een neutraal land in open booten, en in een slechts jaargetijde, in volle zee aan de gevaren der zee prijs gegeven en daardoor hun dood veroorzaakt Bovendien is de vernietiging van de „Sliedrecht" in strijd met het protocol van Londen van 22 April 1930, tot welk protocol Duitschland op 3 November 1936 is toege treden, aangezien onvoldoende maatregelen voor de veiligheid van de bemanning wer den getroffen. Op deze gronden heeft het ge zantschap opdracht gekregen in naam van de Nederlandsche regee ring met den meesten nadruk te protesteeren tegen de vernietiging van de „Sliedrecht" en de behande ling van de opvarenden en mede te deelen, dat de Nederlandsche re geering zich voorbehoudt, haar rechten met betrekking tot het ver lies aan menschenlevens en ook overigens te doen gelden. De Duitsche regeering echter er kende het protest niet, waarna een tweede nota-verbaal van het ge zantschap volgde. De droevige ondergang van de „Simon Bolivar" gaf de regeering aanleiding zich met de vraag, of de plaats, waar het schip verloren is gegaan, harerzijds mijnen wa ren gelegd, zoowel tot de Duitsche als tot de Engelsche regeering te wenden. De Duit sche regeering antwoordde, dat zij niet wist of de ondergang van het schip door een Duitsche mijn -verd veroorzaakt. Tot het bekendmaken van de ligging van mijnen velden kon uit militaire overwegingen niet worden overgegaan. De Rijksregeering, aldus dit antwoord, moge haar spijt over den ondergang van de „Simon Bolivar" tot uiting brengen, temeer omdat daarbij ook menschenlevens te be treuren zijn. Zij voelt zich echter wegens de aangevoerde gronden niet in staat, eenige aanspraak op schadevergoeding te erken nen, welke zou voortvloeien uit dit voorval, dat haar niet kan worden toegerekend. Het Nederlandsche gezantschap betwistte deze „volkomen onaanvaardbare" opvatting in een nota-verbaal, waarop intusschen een antwoord van de Duitsche regeering nog kan worden verwacht. De Britsche regee ring schreef den ondergang van de „Simon Bolivar" aan Duitsche mijnen toe. De „Tajadoen" ging 7 December 1939 door een ontploffing verloren. Het gezant schap te Berlijn uitte het vermoeden, dat het schip door een Duitschen bodem was getorpedeerd, en vroeg de Duitsche regee ring om een onderzoek. Hetgeen met de „Arendskerk" gebeurde, heugt een ieder. Od weg naar Zuid-Afrika is het schip op 15 Januari getorpedeerd. Het Nederlandsche gezantschap te Berlijn dien de een protestnota in, waarbij de regeering de rechtmatigheid der torpedeering ver werpt, zich het eischen van volledige scha devergoeding voorbehoudt om een streng onderzoek in te stellen. In een antwoord dd. 30 Maart j.l. heeft de Duitsche regeering de rechtmatigheid dezer vernietiging staande gehouden op grond dat meer dan de helft der lading uit contra bande zou hebben bestaan, en op grond van overtredingen, waaraan de „Arendskerk" zich zou hebben schuldig gemaakt. De Nederlandsche regeering stelt zich voor hierop terug te komen. In een nota-verbaal naar aanleiding van de torpedeering van de „Burgerdijk" door een duikbootcommandant, wien scheepspa pieren geen belang inboezemden, wordt o.m. gezegd: „Nog afgezien van de vraag, off de vei ligheid van de bemanning voldoende ge waarborgd was, heeft de onverantwoorde lijke houding van den commandant van de onderzeeboot, die weigerde de scheepspa pieren in te zien en ook verder geenerlei onderzoek naar de lading instelde, niets meer met de uitoefening van eenig door het volkenrecht erkend prijsrecht ter zee te ma ken. Zij is niet anders dan een daad van willekeur en geweld tegenover neutraal eigendom in volle zee, welke de levensbelangen treft van Nederland bij den toevoer van de voor dat land noodige levensbe hoeften. Het feit, dat het bij deze vernietiging een schip betrof, waarvan de lading, in hoofdzaak voor de Nederlandsche regeering en voor de voeding van het Neder landsche volk bestemd was. geeft deze torpedeering een bijzonder hatelijk karakter. Vervolgens vraagt dt^ regeering schadevergoeding en maatregelen tegen den duikbooten commandant. Contrabandecontrole Nederlandsche schepen zijn gedwonge: door de britsche autoriteiten voor verdere contrabande-controle van de reede van Duins naar Londen op te varen. Het vracht schip Spaarndam ging zoodoende door een mijnontploffing in de Theemsmonding ver loren. Onze gezant te Londen schreef te vertrouwen, dat de Britsche regeering, wanneer het varen in de Britsche wateren een sterk verhoogd gevaar zou meebrengen, onze schepen bij haar controle niet zou noodzaken dit risico te nemen. Anders zou de Engelsche regeering aansprakelijk moe ten worden gesteld voor de schade aan onze scheepvaart. De belemmeringen van het vrije verkeer door de opgestelde uitgebreide contrabande- lijsten en de daartegen ondernomen stap pen bij de belligerenten vormen een hoofd stuk op zichzelf. Precies de helft van dit Oranjeboek wordt ingenomen door de ver toogen, welke over en weer over dit vraag stuk met de geallieerde regeeringen zijn ge wisseld. Zij hebben verklaard, dat de rech ten der neutralen zooveel mogelijk zullen worden ontzien. Van de Duitsche regeering werd geen antwoord ontvangep. Maatregelen tegen den Duitschen uitvoer. Het volgende hoofdstuk betreft de maat regelen tegen den Duitschen uitvoer. Toen de Duitschers zonder waarschuwing mijnen hadden gelegd, was dit fei voor de geal lieerden aanleiding maatregelen tegen den Duitschen uitvoer aan te kondigen. Aange zien deze maatregelen een benadeeling van Nederlandsche belangen zouden medebren gen, heeft de Nederlandsche regeering reeds in die aankondiging reden gevonden te Londen en te Parijs, resp. op 22 en 28 Nov overeenkomstige stappen te ondernemen. In de antwoorden hierop zeggen de re geeringen der geallieerden het te betreuren dat deze maatregelen moesten worden ge nomen. Verzekerd wordt, dat het uiterste beproefd zal worden om het bezwaar voor de neutrale reeders en kooplieden tot een minimum terug te brengen. Toen de aangekondigde maatregelen In werking waren gesteld is daartegen te Lon den en te Parijs geprotesteerd. In ant woord hierop wordt o.m. gezegd, dat de Britsche regeering onmogelijk een afdoen de represaille-methode kon vinden. „Be halve zoodanige actie tegen Duitschland als waarvan zij wordt weerhouden door haar eerbied voor het'oorlogsrecht". Aanhouding van personen op onze schepen. Verschillende gevallen hebben zich nog voorgedaan, waarbij onderdanen van de ééne oorlogvoerende partij door de andere oorlogvoerende partij van Nederlandsche schepen zijn afgehaald. Steeds is in zooda nige gevallen op vrijlating aangedrongen. Eindelijk, mogen we wel zeggen, is de Tweede Kamer met de be handeling van het ontwerp-winst- belasting gereedgekomen. Vier dagen heeft ze er over gedaah en pas laat gistermiddag werd het ontwerp, na weinig ingrijpende wijzigingen te heb ben ondergaan, zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. Het late uur verhinder de den voorzitter geenszins om de agenda verder af te werken; dat was begrijpelijk, want anders hadden de leden de volgende week misschien voor niet meer dan een halven middag moeten terugkeeren. Om kwart voor 7 was men daarmede gereed. De Kamer kan nu een poosje op haar lau weren rusten totdat ze weer een agenda heeft die haar eenige dagen bezigheid ver schaft; intusschen is er nog wel afdeelings- onderzoek op enkele dagen. We zullen ons niet verdiepen in de uit voerige debatten over de amendementen van den heer Teulings (r.k.) op art. 5 en art. 7; hij zag zich door de afwijzende hou ding van den minister en den weinigen bij val uit de Kamer gedwongen ze in te trek ken. We herinneren er slechts aan, dat het eene amendement beoogde den aftrek we gens dubbele belasting (als een lichaam in de overzeeschë gewesten of in het buiten land reeds is belast) niet op 9/10, maar op 2/3 van de belastbare winst te brengen. Het tweede wilde het criterium van het be zit van aandeelen in andere vennootschap pen enz., zooals dat in de dividend- en tantièmebelasting is nergelegd, ook in deze wet opnemen. Het aangehouden amende ment op art. 5 had de strekking om de af trekbaarheid van de winstbelasting zelf bij de berekening van de winst wederom te herstellen. De heer IJsselmulden (r.k.) was al niet gelukkiger dan zijn partijgenoot met een amendement, om de winstbelasting pro gressief te maken. De heer IJzerman (s.d.) en Schilthuis (v.d.) achtten het juist verstandig van den minister om geen progressieve heffing voor te stellen, die bij een belasting als deze on juist moet worden geacht. De eerstgenoem de afgevaardigde die terloops, toen het in zijn betoog even te pas kwam, consta teerde, dat de n.s.b.-fractie dezer dagen weinig aanwezig is geweest bracht den voorsteller onder het oog, dat een progres sieve winstbelasting bij de Eerste Kamér niet de minste kans zou maken. Enfin, de heer IJsselmuiden trok zijn amendement in. De heer de Visser deed ook nog een .poging om op een wat minder elegante wijze de belasting progressief te maken, doch on dervond bij de indiening van zijn amende ment geen voldoenden steun. Na wat heen en weer gepraat verwierf de heer Teulings ten slotte toch nog een succesjes. Hij wenschte den termijn waar binnen aangifte van de belastbare som moet worden gedaan, van veertien dagen op 2 maanden te brengen. De minister en hij maakten den handel toen af op één maand! Maar met zijn amendement om een com missie van beroep in te stellen naast de ra den van beroep, teneinde het bedrijfskun dige element tot gelding te kunnen brengen was het weer mis. Minister de Geer wilde niet verder gaan dan een ministerieele com missie van advies, zooals indertijd voor de toepassing van de O. W.-belasting heeft ge werkt; zijn grootste bezwaar was, dat door het amendement de Hooge Raad als cassa tie-instantie opzij zou worden gezet, het zelfde bezwaar dat de heer Wagenaar (a.r.) er tegen inbracht. Maar dan bleven er nog bedenkingen van practischen aard genoeg voor den bewindsman over om het amen dement. zelfs al zou de hooge raad behou den blijven voor cassatie, af te ketsen. Hijr ichtte er zijn zware geschut op door het „onaanvaardbaar" te noemen. En toen trok de heer Teulings het in! Doch deze ontving dadelijk een pleister op de wonde, toen de minister een ander amendement van hem overnam, dat echter weinig meer dan een redactieverbetering inhield. Ook de heer Wagenaar deelde met een soortgelijke verbetering in de vreugde Wanneer de dividend- en tantièmebelasting wordt vervangen door de winstbelasting moet er 'n overgangsperiode worden over brugd. De heeren Teulings en IJsselmuiden waren van oordeel, dat jhr. de Geer wat te coulant was ten aanzien van de oude re serves, waaruit dividend kan worden be taald en, in het algemeen ook, met betrek king tot de winst, die op het tijdstip van overgang bestond. Het amendement, dat de heer Teulings had ingediend kwam feite lijk neer op het verleenen van terugwer kende kracht aan de winstbelasting, waar toe de minister in geen geval wilde mede werken. Minder bezwaren had hij tegen een amendement-IJsselrr.uiden, dat de waak zaamheid van den minister ten aanzien van In een groot aantal gevallen is van de Britsche regeering de vrij lating van personen, die van boord waren gehaald, verkregen. Ook in het geval waartegen te Berlijn is opgekomen heeft de Duitsche regeering in vrijlating toegestemd. Tenslotte drukt het oranjeboek eenige nota's af nopens het algemeene standpunt inzake de houding van het postvervoer. De regeering heeft betoogd, dat zij de Engel sche controle op het postverkeer als on rechtmatig beschouwt. Van Duitsche zijde werd het tegendeel betoogd, terwijl ver klaard werd dat het oponthoud tengevolge van de controle zooveel mogelijk zal wor den beperkt. de schatkist wilde voorkomen. Hij liet de beslissing aan de Kamer over, die het amendement met 46 tegen 21 stemmen aan nam. Zonder hoofdelijke stemming aan vaardde ze een amendementje van den heer van Kempen (lib.), dat een kleine te gemoetkoming beteekende, waarvan met name Indische naamlooze vennootschappen wellicht profiteeren. Daar kwam zyn amendement op neer; door de verwijzing alleen naar artikelen was de formuleering allesbehalve duidelijk, zoodat we, daar we den tekst niet vóór ons kregen (het werd tijdens de discussie ingediend) met deze aanduiding moeten volstaan. Toen dit wetsontwerp was afgehandeld^ kwam de heffing van 15 opcenten op de winstbelasting ten behoeve van de gemeen ten aan de orde. Alleen de heer Sweens (r.k.) sprak hierover en klaagde, dat de gemeen ten zoo schriel werden behandeld, waarop de minister antwoordde, dat de gemeenten door de vervanging van de opeentenheffing van de dividend- en tantièmebelasting door deze er niet op achteruit zouden gaan. Een amendement van mr. Donker (s.d.), van ad ministratieven aard voor de toepassing van de wet, werd overgenomen, waarna het wetsontwerp z.h.s. werd goedgekeurd. Bij de herziening van de wet op de Mili taire Willemsorde stemde de heer Bajetto (r.k.), gesteund door den heer Duymaer van Twist (a.r.) minister Dijxhoorn vrij goed- gustig ten aanzien van een amendement om de riddersoldij voor de laagste groepen, na melijk korporaals, matrozen en soldaten ge lijk te maken aan die van de sergeants, na melijk op 200 gulden te brengen. De minis ter liet de beslissing aan de Kamer over en deze nam het amendement z.h.s. aan. De beide generaals hebben dus een onbloedige overwinning bevochten! Gemeente Wieringermeer ingesteld. Zonder discussie en z.h.s. gingen er door de vaststelling van het totaal bedrag der bij dragen over 1940 aan de gemeenten, name lijk 26.250.000; een grenswijziging tusschen Rotterdam en Overschie en het wetsont werp tot instelling van een gemeente Wie ringermeer. De heer Wendelaar (lib.) maak te bij een wijziging van de begrooting van de landsdrukkerij voor 1939 wederom aanmer king op het „dictatorale" beleid van den di recteur dezer instelling. Deze schijnt van half Januari af al ziekteverlof te hebben wegens een lichte operatie. Minister van Boeyen zeide hierop niet te zullen ingaan, maar vroeg den.heer Wendelaar te wachten tot de overwegingen van de commissie van toezicht op de landsdrukkerij Maar de minister betwistte, dat er machines zouden zijn aangeschaft, met aantasting van het budgetrecht der Kamer. Als het niet zoo laat was geweest, zou deze kwestie wel een onderwerp zijn geweest voor de Haagsche Kamerleden! Nederlanders te Oslo in veiligheid. - Blijkens van het Nederlandsche consulaat- generaal te Oslo bij het departement van buitenlandsche zaken ingekomen ambtsbe richten, bevinden zich de leden der Neder landsche kolonie aldaar in welstand. Wielrijdster overreden en gedood. - Gisteren is in de Frederik Hendrikstraat te Amsterdam een 25-jarige wielrijdster door een vrachtauto gegrepen. Het slachtoffer werd zwaar gewond en overleed even later ter plaatse. Alléén 2de handsch goederen. uitsluitend contant. (Dinsdags en Vrijdag' inzenden.) Het Naaimachine Huis. Singer inzinkb. trapm. als nieuw zeer voordeelig Veritas Trap 37.50, nog eenige gebr. handm. Gritzner, Veritas enz. vanaf 10 m. garantie. J. H. DE BOER, Geestersingel 48, Alkmaar. Te koop eikenhouten Duitsche piano, billijk. NIC. BEETSKADE 44. Pracht Naaimachines te koop: prima Wisselman handnaaimachine, werkt vóór- en achteruit voor 22, Naaima chines met garantie vanaf 5. DEKKER, Spoorstraat 5. Te koop uit netten inboedel: Lief kamergemakje, closetstoelen, mangel, pracht Damesjaponnen en kinderjur ken, veerenbed enz. (Koopjes). DEKKER, Spoorstraat 5. Pracht Naaimachines te koop: hand-, trap- en inzihkbare Singers voor zeer lagen prijs. Prima Naumann hand- machine 15 met garantie. DEKKER, Spoorstraat 5. We hebben nog te koop: een gebr. goed heerenrijwiel a 8 en een Meis- jesrijw jirima 17.50. Rijwielhandel A. BOOD, Heerenstraat 3. Te koop: een mooie zomermantel, ge wone maat, 6. LYCEUMSTRAAT 49. Te koop: Ford '29 goed loopend, alleen radiateur lek. Bevragen J. C. KOK, Burgerbrug. Gebruikte Damesrijwielen z. g. a. el. FIRMA K. DIK, Ritsevoort 17. Telef. 2814.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 6