EEN TWEEDE ORANJEBOEK VERSCHENEN.
Ontwerp-Winstbelasting aangenomen.
VRAAG EN AANBOD
Tegen elke neutraliteitsschending werd
krachtig geprotesteerd.
Duifschland zwijgt
over Venlo.
Tweede Kamer
Verschillende wetsontwerpen door
de Kamer aangenomen.
De Wieringermeer een
gemeente.
WOENSDAGS EN ZATERDAGS.
35 cent per vijf regels,
-TWfcJ'iDE. BLAD.
2
r
Een trouwe weerspiegeling van de evenwichtige Nederlandsche neutra
liteitspolitiek wordt geleverd door het zoo juist verschenen tweede oranje-
boek, waarin het departement van buitenlandsche zaken de voornaamste
aangelegenheden, in de periode NovemberApril behandeld, voor zoover
zij voor openbaarmaking geschikt waren heeft vervat.
Een groot deel van dit nieuwe oranjeboek, dat 53 folio-pagina's bevat,
wordt ingenomen door de gedachtenwisseling onzer diplomatieke vertegen
woordigers met belligerente regeeringen over gevallen, waarin onzerzijds
tegen rechtssehending moest worden geprotesteerd. Dat de Nederlandsche
regeering naar beide zijden voor de handhaving der neutraliteit is opge
komen, blijkt overal uit het oranjeboek, waarin zoowel een aantal gevallen
is opgenomen, waarin Nederland zich genoopt heeft gezien zich tegen
handelingen van geallieerde zijde te keeren, als gevallen zijn vermeld, waarin
dit tegen optreden van Duitsche zijde is geschied. De regeering heeft ieder
geval gewogen op zijn eigen beteekenis. Zoo is dan ook in de formuleering
van de verschillende protesten rekening gehouden met den ernst van de
betrokken inbreuk op onze rechten. De vorm en bewoordihgen van elke
nota is telkens afgewogen naar den aard der gepleegde handeling.
Een geval van bijzondere belang
rijkheid, aldus zegt het oranjeboek
ó.m., is het grensincident bij Venlo.
Dat de Nederlandsche regeering
uitputtend alle middelen, welke het
internationale recht biedt, naar vo
ren heeft gebracht om tot een
oplossing te komen, welke dit inci
dent tot klaarheid zou kunnen
brengen, blijkt uit een passage in
het oranjeboek waarin de overval
uitvoerig wordt besproken.
Minister van Kleffens.
Verklaard wordt o.m., dat de Britsche
gezantschapssecretaris, majoor Stevens, aan
den chef van den inlichtingendienst van
den generalen staf had medegedeeld, dat
Britsche organen in verbinding stonden met
hooggeplaatste Duitsche officieren en dal
hij opdracht had ontvangen te onderzoeken
of misschien een basis voor vredesonder
handelingen zou kunnen worden gevonden.
Aangezien de besprekingen noch in Enge
land noch in Duitsch] md konden worden
gevoerd, stemde onze regeering erin toe
deze op ons gebied te voeren. Dit onder
voorwaarde, dat de eerste luitenant Klop de
besprekingen zou bijwonen met de op
dracht ervoor te waken, dat geen daden in
strijd met cnze neutraliteit zouden worden
verricht.
Op 9 November, toen de derde bijeenkomst
bij Venlo zou plaats hebben, zijn toen de
Engelschen majoor Stevens en kapitein
Best, benevens luitenant Klop en de chauf
feur Lemmens overvallen en beschoten
door lieden, die de grens overschreden, lui
tenant Klop neerschoten en de ande
ren met geweld over de Duitsche grens
voerden. De doode of gewonde werd even
eens over de grens gesleept. Het voorval
speelde'zich in zeer korten tijd af, zoodat de
grenswacht, '.ie zich daar niet in de on
middellijke nabijheid van de grens bevindt,
niet tijdig heeft kunnen ingrijpen.
Aangezien degenen, die den over
val pleegden, in burger gekleed wa
ren, was er aanvankelijk geen aan
leiding de Duitsche regeering aan
sprakelijk te stellen. Wel is onmid
dellijk aan de Duitsche regeering
verzocht een onderzoek in te stellen.
Toen evenwel in een Duitsch pers
communiqué werd medegedeeld,
dat de overval was ge
schied door Duitsche organen,
is tegen het Duitsche optreden dien
zelfden dag ernstig bezwaar ge
maakt en opheldering verzocht.
Van Duitsche zijde is op deze stap
pen, niettegenstaande daarop her
haaldelijk werd teruggekomen, niet
geantwoord.
Het Nederlandsche gezantschap heeft te
Berlijn op 25 Januari aan de Duitsche re
geering doen weten, dat het voor de Neder
landsche regeering onmogelijk was deze
zaak te laten rusten. Zij stelde aan de
Duitsche regeering voor, de beoordeeling
van het gebeurde aan de Nederlandsch
Duitsche grens bij Venlo te onderwerpen
aan een in gemeen overleg aan te wijzen
instantie: hetzij- een NederlandschDuit
sche commissie ad hoe, de permanente con-
ciliatie-commissie die tusschen beidelan -
den bestaat, of een arbitrale instantie, dan
wel- een internationale rechterlijke instan
tie, daarbij de keuze tusschen de evenge-
noemde instanties aan de Duitsche regee
ring overlatende.
Ook op dit voorstel heeft de
Duitsche regeering ondanks eenige
malen herhaald rappel nog niets
laten hooren".
Schendingen door vliegtuigen.
„In de periode van November tot Maart",
aldus vervolgt het oranjeboek, „is het Ne
derlandsch rechtsgebied herhaalde malen
overvlogen door vliegtuigen der oorlogvoe
renden, De Nederlandsche krijgsmacht heeft
steeds met alle beschikbare mid
delen dergelijke schendingen tegengegaan
Meermalen is het hierbij tot een luchtge
vecht gekomen tusschen genoemde vlieg
tuigen en Nederlandsche jachtvliegtuigen.
Telkenmale wanneer de nationaliteit van
het overvliegende vliegtuig kon worden
vastgesteld, is bij de regeering van het land
waartoe het vliegtuig behoorde geprotes
teerd.
In die gevallen, waarin
de wederpartij de schen
ding erkende, werden door
haar verontschuldigingen
aangeboden.
Indien de nationaliteit der vliegtuigen
niet kon worden vastgesteld, werden aan
beide partijen inlichtingen gevraagd. Vrij
wel volgde als antwoord op een dergelijk
verzoek om inlichtingen dat niet de eigen
vliegtuigen maar die van den tegenstander
de schuldigen waren.
Met de Duitsche regeering heeft een vrij
uitgebreide nota-wisseling plaats gehad,
waarbij van Duitsche zijde beweerd werd,
dat Britsche vliegtuigen herhaaldelijk onge
straft het Nederlandsche rechtsgebied over
vlogen. Van Nederlandsche zijde is hierop
geantwoord dat, voorzoover de Duitsche be
weringen met de Nederlandsche gegevens
in overeenstemming waren, niet is nage
laten de noodige stappen te Londen te doen
en dat de Nederlandsche regeering zich
steeds met alle middelen tegen schendingen
van haar rechtsgebied verzet en blijkens de
voortdurende uitbreiding van de lucht-
afweermiddelen er naar streeft dit verzet
nog aan kracht te doen toenemen. De erva
ringen, door de belligerenten zelve opge
daan inzake vijandel'jke verkenningsvluch
ten boven hun gebied, wijzen er overigens
wel op, dat zelfs bii de grootste waakzaam
heid en de meest uitgebreide verdedigings
middelen het overvliegen niet steeds kan
worden voorkomen".
Beschieting van Nederlandsche
vliegtuigen.
Drie gevallen hebben zich voor
gedaan, waarin Nederlandsche
vliegtuigen boven ons grondgebied
door een Duitsch vliegtuig werden
beschoten.
Hef eerste geval deed zich op 18 Novem
ber 193.9 boven Vlieland voor het 2e den
volgenden dag nabij Schiermonnikoog en
het derde geval op 25 Februari boven N.
Brabant. In alle drie gevallen is te Eerlijn
geprotesteerd. In de eerste twee gevallen
heeft.de Duitsche regeering een tegenpro-
test ingediend, het derde voor
val werd door de Duitsche
regeering betreurd.
Gewelddaden tegen Nederlandsche
schepen.
De Nederlandsche vertoogen en verzoe
ken tot het instellen van een onderzoek
naar aanleiding van de vernietiging van
een aantal Nederlandsche schepen en de
verdere briefwisseling voor eenige gevallen,
waarin de Nederlandsche scheepvaart in ge
vaar is gebracht, zijn in het gisteren ver
schenen oranjeboek in een afzonderlijk
hoofdstuk opgenomen.
De commandant van de onderzeeboot, die
de „Sliedrecht" torpedeerde, heeft onschul
dige onderdanen van een neutraal land in
open booten, en in een slechts jaargetijde,
in volle zee aan de gevaren der zee prijs
gegeven en daardoor hun dood veroorzaakt
Bovendien is de vernietiging van de
„Sliedrecht" in strijd met het protocol van
Londen van 22 April 1930, tot welk protocol
Duitschland op 3 November 1936 is toege
treden, aangezien onvoldoende maatregelen
voor de veiligheid van de bemanning wer
den getroffen.
Op deze gronden heeft het ge
zantschap opdracht gekregen in
naam van de Nederlandsche regee
ring met den meesten nadruk te
protesteeren tegen de vernietiging
van de „Sliedrecht" en de behande
ling van de opvarenden en mede te
deelen, dat de Nederlandsche re
geering zich voorbehoudt, haar
rechten met betrekking tot het ver
lies aan menschenlevens en ook
overigens te doen gelden.
De Duitsche regeering echter er
kende het protest niet, waarna een
tweede nota-verbaal van het ge
zantschap volgde.
De droevige ondergang van de „Simon
Bolivar" gaf de regeering aanleiding zich
met de vraag, of de plaats, waar het schip
verloren is gegaan, harerzijds mijnen wa
ren gelegd, zoowel tot de Duitsche als tot de
Engelsche regeering te wenden. De Duit
sche regeering antwoordde, dat zij niet wist
of de ondergang van het schip door een
Duitsche mijn -verd veroorzaakt. Tot het
bekendmaken van de ligging van mijnen
velden kon uit militaire overwegingen niet
worden overgegaan.
De Rijksregeering, aldus dit antwoord,
moge haar spijt over den ondergang van de
„Simon Bolivar" tot uiting brengen, temeer
omdat daarbij ook menschenlevens te be
treuren zijn. Zij voelt zich echter wegens
de aangevoerde gronden niet in staat, eenige
aanspraak op schadevergoeding te erken
nen, welke zou voortvloeien uit dit voorval,
dat haar niet kan worden toegerekend.
Het Nederlandsche gezantschap betwistte
deze „volkomen onaanvaardbare" opvatting
in een nota-verbaal, waarop intusschen een
antwoord van de Duitsche regeering nog
kan worden verwacht. De Britsche regee
ring schreef den ondergang van de „Simon
Bolivar" aan Duitsche mijnen toe.
De „Tajadoen" ging 7 December 1939
door een ontploffing verloren. Het gezant
schap te Berlijn uitte het vermoeden, dat
het schip door een Duitschen bodem was
getorpedeerd, en vroeg de Duitsche regee
ring om een onderzoek.
Hetgeen met de „Arendskerk" gebeurde,
heugt een ieder. Od weg naar Zuid-Afrika
is het schip op 15 Januari getorpedeerd. Het
Nederlandsche gezantschap te Berlijn dien
de een protestnota in, waarbij de regeering
de rechtmatigheid der torpedeering ver
werpt, zich het eischen van volledige scha
devergoeding voorbehoudt om een streng
onderzoek in te stellen.
In een antwoord dd. 30 Maart j.l.
heeft de Duitsche regeering de
rechtmatigheid dezer vernietiging
staande gehouden op grond dat meer
dan de helft der lading uit contra
bande zou hebben bestaan, en op
grond van overtredingen, waaraan
de „Arendskerk" zich zou hebben
schuldig gemaakt. De Nederlandsche
regeering stelt zich voor hierop
terug te komen.
In een nota-verbaal naar aanleiding van
de torpedeering van de „Burgerdijk" door
een duikbootcommandant, wien scheepspa
pieren geen belang inboezemden, wordt o.m.
gezegd:
„Nog afgezien van de vraag, off de vei
ligheid van de bemanning voldoende ge
waarborgd was, heeft de onverantwoorde
lijke houding van den commandant van de
onderzeeboot, die weigerde de scheepspa
pieren in te zien en ook verder geenerlei
onderzoek naar de lading instelde, niets
meer met de uitoefening van eenig door het
volkenrecht erkend prijsrecht ter zee te ma
ken.
Zij is niet anders dan een daad
van willekeur en geweld tegenover
neutraal eigendom in volle zee,
welke de levensbelangen treft van
Nederland bij den toevoer van de
voor dat land noodige levensbe
hoeften. Het feit, dat het bij deze
vernietiging een schip betrof,
waarvan de lading, in hoofdzaak
voor de Nederlandsche regeering en
voor de voeding van het Neder
landsche volk bestemd was. geeft
deze torpedeering een bijzonder
hatelijk karakter. Vervolgens vraagt
dt^ regeering schadevergoeding en
maatregelen tegen den duikbooten
commandant.
Contrabandecontrole
Nederlandsche schepen zijn gedwonge:
door de britsche autoriteiten voor verdere
contrabande-controle van de reede van
Duins naar Londen op te varen. Het vracht
schip Spaarndam ging zoodoende door een
mijnontploffing in de Theemsmonding ver
loren. Onze gezant te Londen schreef te
vertrouwen, dat de Britsche regeering,
wanneer het varen in de Britsche wateren
een sterk verhoogd gevaar zou meebrengen,
onze schepen bij haar controle niet zou
noodzaken dit risico te nemen. Anders zou
de Engelsche regeering aansprakelijk moe
ten worden gesteld voor de schade aan onze
scheepvaart.
De belemmeringen van het vrije verkeer
door de opgestelde uitgebreide contrabande-
lijsten en de daartegen ondernomen stap
pen bij de belligerenten vormen een hoofd
stuk op zichzelf. Precies de helft van dit
Oranjeboek wordt ingenomen door de ver
toogen, welke over en weer over dit vraag
stuk met de geallieerde regeeringen zijn ge
wisseld. Zij hebben verklaard, dat de rech
ten der neutralen zooveel mogelijk zullen
worden ontzien. Van de Duitsche regeering
werd geen antwoord ontvangep.
Maatregelen tegen den Duitschen
uitvoer.
Het volgende hoofdstuk betreft de maat
regelen tegen den Duitschen uitvoer. Toen
de Duitschers zonder waarschuwing mijnen
hadden gelegd, was dit fei voor de geal
lieerden aanleiding maatregelen tegen den
Duitschen uitvoer aan te kondigen. Aange
zien deze maatregelen een benadeeling van
Nederlandsche belangen zouden medebren
gen, heeft de Nederlandsche regeering reeds
in die aankondiging reden gevonden te
Londen en te Parijs, resp. op 22 en 28 Nov
overeenkomstige stappen te ondernemen.
In de antwoorden hierop zeggen de re
geeringen der geallieerden het te betreuren
dat deze maatregelen moesten worden ge
nomen. Verzekerd wordt, dat het uiterste
beproefd zal worden om het bezwaar voor
de neutrale reeders en kooplieden tot een
minimum terug te brengen.
Toen de aangekondigde maatregelen In
werking waren gesteld is daartegen te Lon
den en te Parijs geprotesteerd. In ant
woord hierop wordt o.m. gezegd, dat de
Britsche regeering onmogelijk een afdoen
de represaille-methode kon vinden. „Be
halve zoodanige actie tegen Duitschland als
waarvan zij wordt weerhouden door haar
eerbied voor het'oorlogsrecht".
Aanhouding van personen op onze
schepen.
Verschillende gevallen hebben zich nog
voorgedaan, waarbij onderdanen van de
ééne oorlogvoerende partij door de andere
oorlogvoerende partij van Nederlandsche
schepen zijn afgehaald. Steeds is in zooda
nige gevallen op vrijlating aangedrongen.
Eindelijk, mogen we wel zeggen,
is de Tweede Kamer met de be
handeling van het ontwerp-winst-
belasting gereedgekomen.
Vier dagen heeft ze er over gedaah en
pas laat gistermiddag werd het ontwerp,
na weinig ingrijpende wijzigingen te heb
ben ondergaan, zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen. Het late uur verhinder
de den voorzitter geenszins om de agenda
verder af te werken; dat was begrijpelijk,
want anders hadden de leden de volgende
week misschien voor niet meer dan een
halven middag moeten terugkeeren. Om
kwart voor 7 was men daarmede gereed.
De Kamer kan nu een poosje op haar lau
weren rusten totdat ze weer een agenda
heeft die haar eenige dagen bezigheid ver
schaft; intusschen is er nog wel afdeelings-
onderzoek op enkele dagen.
We zullen ons niet verdiepen in de uit
voerige debatten over de amendementen
van den heer Teulings (r.k.) op art. 5 en
art. 7; hij zag zich door de afwijzende hou
ding van den minister en den weinigen bij
val uit de Kamer gedwongen ze in te trek
ken. We herinneren er slechts aan, dat het
eene amendement beoogde den aftrek we
gens dubbele belasting (als een lichaam in
de overzeeschë gewesten of in het buiten
land reeds is belast) niet op 9/10, maar op
2/3 van de belastbare winst te brengen.
Het tweede wilde het criterium van het be
zit van aandeelen in andere vennootschap
pen enz., zooals dat in de dividend- en
tantièmebelasting is nergelegd, ook in deze
wet opnemen. Het aangehouden amende
ment op art. 5 had de strekking om de af
trekbaarheid van de winstbelasting zelf bij
de berekening van de winst wederom te
herstellen.
De heer IJsselmulden (r.k.) was al niet
gelukkiger dan zijn partijgenoot met een
amendement, om de winstbelasting pro
gressief te maken.
De heer IJzerman (s.d.) en Schilthuis
(v.d.) achtten het juist verstandig van den
minister om geen progressieve heffing voor
te stellen, die bij een belasting als deze on
juist moet worden geacht. De eerstgenoem
de afgevaardigde die terloops, toen het
in zijn betoog even te pas kwam, consta
teerde, dat de n.s.b.-fractie dezer dagen
weinig aanwezig is geweest bracht den
voorsteller onder het oog, dat een progres
sieve winstbelasting bij de Eerste Kamér
niet de minste kans zou maken. Enfin, de
heer IJsselmuiden trok zijn amendement in.
De heer de Visser deed ook nog een .poging
om op een wat minder elegante wijze de
belasting progressief te maken, doch on
dervond bij de indiening van zijn amende
ment geen voldoenden steun.
Na wat heen en weer gepraat verwierf
de heer Teulings ten slotte toch nog een
succesjes. Hij wenschte den termijn waar
binnen aangifte van de belastbare som
moet worden gedaan, van veertien dagen
op 2 maanden te brengen. De minister en
hij maakten den handel toen af op één
maand!
Maar met zijn amendement om een com
missie van beroep in te stellen naast de ra
den van beroep, teneinde het bedrijfskun
dige element tot gelding te kunnen brengen
was het weer mis. Minister de Geer wilde
niet verder gaan dan een ministerieele com
missie van advies, zooals indertijd voor de
toepassing van de O. W.-belasting heeft ge
werkt; zijn grootste bezwaar was, dat door
het amendement de Hooge Raad als cassa
tie-instantie opzij zou worden gezet, het
zelfde bezwaar dat de heer Wagenaar (a.r.)
er tegen inbracht. Maar dan bleven er nog
bedenkingen van practischen aard genoeg
voor den bewindsman over om het amen
dement. zelfs al zou de hooge raad behou
den blijven voor cassatie, af te ketsen.
Hijr ichtte er zijn zware geschut op
door het „onaanvaardbaar" te noemen. En
toen trok de heer Teulings het in!
Doch deze ontving dadelijk een pleister
op de wonde, toen de minister een ander
amendement van hem overnam, dat echter
weinig meer dan een redactieverbetering
inhield. Ook de heer Wagenaar deelde met
een soortgelijke verbetering in de vreugde
Wanneer de dividend- en tantièmebelasting
wordt vervangen door de winstbelasting
moet er 'n overgangsperiode worden over
brugd. De heeren Teulings en IJsselmuiden
waren van oordeel, dat jhr. de Geer wat te
coulant was ten aanzien van de oude re
serves, waaruit dividend kan worden be
taald en, in het algemeen ook, met betrek
king tot de winst, die op het tijdstip van
overgang bestond. Het amendement, dat de
heer Teulings had ingediend kwam feite
lijk neer op het verleenen van terugwer
kende kracht aan de winstbelasting, waar
toe de minister in geen geval wilde mede
werken. Minder bezwaren had hij tegen een
amendement-IJsselrr.uiden, dat de waak
zaamheid van den minister ten aanzien van
In een groot aantal gevallen is
van de Britsche regeering de vrij
lating van personen, die van boord
waren gehaald, verkregen.
Ook in het geval waartegen te
Berlijn is opgekomen heeft de
Duitsche regeering in vrijlating
toegestemd.
Tenslotte drukt het oranjeboek eenige
nota's af nopens het algemeene standpunt
inzake de houding van het postvervoer. De
regeering heeft betoogd, dat zij de Engel
sche controle op het postverkeer als on
rechtmatig beschouwt. Van Duitsche zijde
werd het tegendeel betoogd, terwijl ver
klaard werd dat het oponthoud tengevolge
van de controle zooveel mogelijk zal wor
den beperkt.
de schatkist wilde voorkomen. Hij liet de
beslissing aan de Kamer over, die het
amendement met 46 tegen 21 stemmen aan
nam. Zonder hoofdelijke stemming aan
vaardde ze een amendementje van den
heer van Kempen (lib.), dat een kleine te
gemoetkoming beteekende, waarvan met
name Indische naamlooze vennootschappen
wellicht profiteeren. Daar kwam zyn
amendement op neer; door de verwijzing
alleen naar artikelen was de formuleering
allesbehalve duidelijk, zoodat we, daar we
den tekst niet vóór ons kregen (het werd
tijdens de discussie ingediend) met deze
aanduiding moeten volstaan.
Toen dit wetsontwerp was afgehandeld^
kwam de heffing van 15 opcenten op de
winstbelasting ten behoeve van de gemeen
ten aan de orde. Alleen de heer Sweens (r.k.)
sprak hierover en klaagde, dat de gemeen
ten zoo schriel werden behandeld, waarop
de minister antwoordde, dat de gemeenten
door de vervanging van de opeentenheffing
van de dividend- en tantièmebelasting door
deze er niet op achteruit zouden gaan. Een
amendement van mr. Donker (s.d.), van ad
ministratieven aard voor de toepassing van
de wet, werd overgenomen, waarna het
wetsontwerp z.h.s. werd goedgekeurd.
Bij de herziening van de wet op de Mili
taire Willemsorde stemde de heer Bajetto
(r.k.), gesteund door den heer Duymaer van
Twist (a.r.) minister Dijxhoorn vrij goed-
gustig ten aanzien van een amendement om
de riddersoldij voor de laagste groepen, na
melijk korporaals, matrozen en soldaten ge
lijk te maken aan die van de sergeants, na
melijk op 200 gulden te brengen. De minis
ter liet de beslissing aan de Kamer over en
deze nam het amendement z.h.s. aan. De
beide generaals hebben dus een onbloedige
overwinning bevochten!
Gemeente Wieringermeer ingesteld.
Zonder discussie en z.h.s. gingen er door
de vaststelling van het totaal bedrag der bij
dragen over 1940 aan de gemeenten, name
lijk 26.250.000; een grenswijziging tusschen
Rotterdam en Overschie en het wetsont
werp tot instelling van een gemeente Wie
ringermeer. De heer Wendelaar (lib.) maak
te bij een wijziging van de begrooting van de
landsdrukkerij voor 1939 wederom aanmer
king op het „dictatorale" beleid van den di
recteur dezer instelling. Deze schijnt van
half Januari af al ziekteverlof te hebben
wegens een lichte operatie. Minister van
Boeyen zeide hierop niet te zullen ingaan,
maar vroeg den.heer Wendelaar te wachten
tot de overwegingen van de commissie van
toezicht op de landsdrukkerij Maar de
minister betwistte, dat er machines zouden
zijn aangeschaft, met aantasting van het
budgetrecht der Kamer.
Als het niet zoo laat was geweest, zou deze
kwestie wel een onderwerp zijn geweest
voor de Haagsche Kamerleden!
Nederlanders te Oslo in veiligheid. -
Blijkens van het Nederlandsche consulaat-
generaal te Oslo bij het departement van
buitenlandsche zaken ingekomen ambtsbe
richten, bevinden zich de leden der Neder
landsche kolonie aldaar in welstand.
Wielrijdster overreden en gedood. -
Gisteren is in de Frederik Hendrikstraat te
Amsterdam een 25-jarige wielrijdster door
een vrachtauto gegrepen. Het slachtoffer
werd zwaar gewond en overleed even later
ter plaatse.
Alléén 2de handsch goederen.
uitsluitend contant.
(Dinsdags en Vrijdag' inzenden.)
Het Naaimachine Huis. Singer inzinkb.
trapm. als nieuw zeer voordeelig
Veritas Trap 37.50, nog eenige gebr.
handm. Gritzner, Veritas enz. vanaf
10 m. garantie. J. H. DE BOER,
Geestersingel 48, Alkmaar.
Te koop eikenhouten Duitsche piano,
billijk.
NIC. BEETSKADE 44.
Pracht Naaimachines te koop: prima
Wisselman handnaaimachine, werkt
vóór- en achteruit voor 22, Naaima
chines met garantie vanaf 5.
DEKKER, Spoorstraat 5.
Te koop uit netten inboedel: Lief
kamergemakje, closetstoelen, mangel,
pracht Damesjaponnen en kinderjur
ken, veerenbed enz. (Koopjes).
DEKKER, Spoorstraat 5.
Pracht Naaimachines te koop: hand-,
trap- en inzihkbare Singers voor zeer
lagen prijs. Prima Naumann hand-
machine 15 met garantie.
DEKKER, Spoorstraat 5.
We hebben nog te koop: een gebr.
goed heerenrijwiel a 8 en een Meis-
jesrijw jirima 17.50. Rijwielhandel
A. BOOD, Heerenstraat 3.
Te koop: een mooie zomermantel, ge
wone maat, 6.
LYCEUMSTRAAT 49.
Te koop: Ford '29 goed loopend, alleen
radiateur lek. Bevragen
J. C. KOK, Burgerbrug.
Gebruikte Damesrijwielen z. g. a. el.
FIRMA K. DIK, Ritsevoort 17.
Telef. 2814.