DE GEVECHTEN IN NOORWEGEN
Aantal verkeersongevallen
sterk afgenomen.
In Februari 34 dooden,
225 gewonden.
Japan en Nederlandsch-
Oost-lndië.
Arita beantwoordt
vragen.
De Duitschers zouden meer dan 2000 Noren krijgsgevangen
hebben gemaakt.
Duitschers uit Narvik over de Zweedsche grens gekomen.
De Quisling-regeering afgetreden.
Een boodschap aan het Noorsche volk.
zie je dat
Duitsche verklaring over de
Britsche mijnenvelden.
Kunnen de Vereen. Staten
buiten den oorlog
blijven?
Een opmerkelijke rede
van Roosevelt.
TWEEDE BLAD.
3
Blijkens de voorloopige gegevens, verstrekt
door het Centraal Bureau voor de Statistiek,
Was het aantal slachtoffers van verkeerson
gevallen in de maand Febr. 1940 aanzien
lijk minder dan in Februari van het vooraf
gaande jaar, schrijft de K.N.A.C. Evenals
voor de maand Januari komt deze verminde
ring voor een groot gedeeltfe voort uit de
door de winterornstandigheden sterk ver
minderde verkeersfrequentie.Anderzijds ver
oorzaakten de gladde wegen uiteraarc
nieuwe gevaren op den weg.
De cijfers voor de laatste zes maanden zijn
als volgt (tusschen haakjes de overeenkom
stige cijfers van voorgaand jaar):
gedood ernstig gewond
September 1939
October
November
December
Januari 1940
Februari
Een groote
421 (452)
415 (408)
378 (365)
341 (812)
281 (326)
225 (314)
68 (68)
76 (90)
59 (68)
55 (42)
27 (42)
34 (46)
vbron van gevaren
vormt te'allen tijde het onvoldoende
rechts houden en het daardoor noo-
deloos en gevaarlijk versmallen van
de beschikbare wegbreedte.
Het snelverkeer zal zich op wegen, welke
uitsluitend voor motorrijtuigen openstaan,
uiteraard geheel op de rechter rijbaan moe
ten voortbewegen en zal slechts bij het in
halen van andere voertuigen de tweede baan
mogen gebruiken, zulks echter niet, alvo
rens zich door de achteruit-kijkspiegel goed
overtuigd te hebben, dat dit kan geschieden
zonder het overige verkeer in gevaar te
brengen. Het gebruik maken van de rich
tingaanwijzer bij deze manoeuvre kan zeer
nuttig zijn, doch nimmer mag men aan het
gebruik hiervan het recht ontleenen klakke
loos naar een andere baan over te gaan, in
dien hierop reeds ander verkeer met groo-
tere snelheid nadert.
Op wegen met gemengd verkeer zal het
langzame verkeer den uitersten rechterkant
moeten houden, terwijl hét snelverkeer dan
links van deze strook voor langzaam verkeer
blijft. Nog immer is in Nederland in te
genstelling met bijna alle andere landen
niet algemeen voorgeschreven, dat wielrij
ders met niet meer dan twee naast elkander
mogen blijven rijden, hoewel zulks in ver
schillende gemeentelijke en provinciale ver
ordeningen wel reeds is opgenomen. In ver
schillende gemeenten treedt men tegen dit
euvel, dat reeds aanleiding gaf tot zoovele
ongevallen, op, op grond van de algemeene
bepaling, dat men zich niet verder van den
kant van den rijweg mag verwijderen, dan
door de omstandigheden wordt gerechtvaar
digd. Wel zelden zullen er kantonrechters
gevonden worden, die voor de meest link-
sche van drie naast elkaar rijdende wielrij
ders als „rechtvaardigende omstandigheid"
voor deze verkeersgevaarlij ke handeling de
gezelligheid of de drang van een politiek de
bat op een rijwiel zullen aannemen.
VERBETERING VAN DE HAVEN
VAN DELFZIJL.
Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi
ging van de begrooting van inkomsten en
uitgaven van het Verkeersfonds voor 1941,
waarbij de minister van waterstaat, 300.000
vraagt voor verbetering van de haven van
Delfzijl.
In de memorie van toelichting zegt minis
ter Albarda: Het havenverkeer te Delfzijl
heeft zich sedert het uitbreken van den oor
log, wegens uit den oorlogstoestand voort
gekomen gevaren voor de vaart langs Ne-
derland's westkust, sterk ontwikkeld. Daar
bij is dit verkeer van een geheel andere
structuur geworden. Was namelijk Delfzijl
in hoofdzaak een haven, waar de produc
ten, afkomstig van en bestemd voor noord
oostelijk Nederland, werden gelost en gela
den (invoer van steenkolen en kunstmest
stoffen, uitvoer van stroocarton, ijzeraarde
en aardappelmeel), sinds September jl. is
de haven van Delfzijl van beteekenis voor
ons geheele land geworden. Over Delfzijl
vindt thans de invoer plaats van producten,
bestemd voor geheel Nederland, terwijl ook
de uitvoer niet meer een overwegend re
gionaal karakter draagt. Het is noodzake
lijk de haveninrichting en outillage aan het
huidige verkeer aan te passen, De uitvoe
ring van deze werken zal vermoedelijk een
bedrag van ten hoogste 300.000 vorderen.
SUBSIDIEERING VAN BUREAUX
VOOR JEUGDREGISTRATIE.
Op vragen van den heer Smeenik (a.r.)
in verband met de su-bsidieering van bu
reaux voor jeugdregistratie heeft de mi
nister van sociale zaken o.m. als volgt ge
antwoord
ad, 1 de circulaire van 29 Januari 1940
houdende een verzoek om het bureau v-oor
jeugdregistratie te verbinden aan de ar
beidsbeurs, is gezonden aan de besturen
van alle 22 gemeenten, welke reeds een
zoodanig bureau hadden ingesteld.
Tot de besturen van 46 gemeenten is
voorts, eveneens bij circulaire van 29
Januari 1940 het verzoek gericht om bij de
arbeidsbeurs een bureau voor jeugdre
gistratie in het leven te roepen. In Noord
holland is diit verzoek gericht tot Alkmaar,
Beverwijk, Bussum, Haarlemmermeer,
Hilversum, Hoorn, Velsen en Zaandam;
ad. 3 de gedachte, omtrent de financie
ring door het Rijk van de uitgaven der
jeugdegistratie, berust op een misver
stand. De kosten komen nl. niet ten laste
van het werkloosh-eidssubsicliefonds, doch
van art. 124 van het elfde hoofdstuk der
rijksbegrooting voor het dienstjaar 1940
(wet van 9 Februari 1940 Staatsblad 3800)
In de desbetreffende circulaires werd er
op gewezen, dat de uitgaven vanwege het
departement van sociale zaken zouden
worden gesubsidieerd naar fiet objectieve
percentage van het werkloosheidssubsidie
fonds. De regeling inzake uitkeering uit
dit fonds dient dei halve slechts als maat-
s'af om h i •-•in r+nije te hmalen.
i -■ (v.I. ip Ra pet 1
val. _k 1 i -ife -d. 1
Op een hem door vertegenwoordigers van
de pers gestelde vraag betreffende het stand
punt van Japan ten aanzien, van een even'
tueel betrokken raken van Nederland in den
Europeeschen oorlog en de gevolgen daar
van voor Nederlandsch Oost-Indië, heeft de
Japansche minister van buitenlandsche za
ken, Arita, het volgende antwoord gegeven
„Met de Zuidzee gebieden, in het bijzon
der Nederlandsch Oost-Indië, is Japan eco'
nomisch verbonden door nauwe betrekkin
gen van wederkeerigheid in dé bediening
van elkanders behoeften. Op soortgelijke
wijze handhaven andere landen in Oost-
Azië nauwe economische betrekkingen met
die streken. Dat wil zeggen, dat Japan, deze
landen en deze streken tezamen bydragen
tot de welvaart van Oost-Azië door weder
zijdsche hulp en onderlinge onafhankelijk'
heid. Mochten de vijandelijkheden In Euro'
pa uitgebreid worden tot Nederland en, zoo.
als gij zegt, gevolgen hebben in Neder
landsch Oost-Indië, dan zou dat niet alleen
ingrijpen in de handhaving en bevordering
van bovengenoemde betrekkingen van eco
nomische onderlinge afhankelijkheid, in het
tezamen leven en in de gezamenlijke wel
vaart, maar ook aanleiding geven tot een
onwenschelijken toestand, gezien van het
standpunt van den vrede en de stabiliteit in
Oost-Azië. Met het oog op deze overwegin
gen kan de Japansche regeering slechts diep
bezorgd zijn over iedere ontwikkeling van
den oorlog in Europa, waarmede een agres
sie zou gepaard gaan, die van invloed zou
kunnen zijn op den Status Quo van Neder
landsch Oost-Indië".
Nederlandsche gezant bij Arita.
Alvorens Arita de vertegenwoordigers
van de pers ontving, om hun vragen over de
Japansche houding in verband met een mo
gelijk betrokken raken van Nederland bij
den Europeeschen oorlog te beantwoorden,
had de miniters van buitenlandsche zaken
den Nederiandschen gezant in Tokio, gene
raal P C Pabst, uitgencodigd een bezoek te
komen brengen aan zijn departement. De
Nederlandsche gezant verscheen om 16 uur
50 op het departement, waar Arita hem een
uiteenzetting gaf van Japans werkelijke be
doeling ten aanzien van deze kwestie en den
gezant verzocht zijn regeering hiervan op de
hcogte te brengen. Het onderhoud tusschen
Arita en Psbst duurde 45 minuten.
HET HOOFDBESTUUR DER N. V. L.
POLEMISEERT NIET.
Het hoofdbestuur van de Nederlandsche
Vereeniging voor Luchtbescherming heeft
aan de dagbladpers de navolgende ver
klaring doen toekomen:
Naar het hoofdbestuur uit een publicatie
in verschillende dagbladen is gebleken,
heeft men zich van „bevoegde zijde"
een instantie, die niet nader wordt aange
duid en zelfs voordat de publicatie van
de mededeelingen van het hoofdbestuur
had plaats gehad tot de dagbladpers ge
wend, om de uiteenzetting zooals deze door
het hoofdbestuur in de persconferentie van
10 April j.l. is gegeven, te bestrijden. Het
hoofdbestuur wil van deze gelegenheid ge
bruik maken, om tweeërlei vast te stellen.
Ten eerste, dat het overbodig is om aan
de verklaringen, die het heeft afgelegd, en
welker juistheid het staande houdt, nog
iets toe te voegen.
Ten tweede, dai het niet wen-schelijk ge
acht moet worden, dat, gezien de ernstige
omstandigheden, vt aarin ons land verkeert,
het hoofdbestuur nieuwe stof bijdraagt
voor een polemiek, waarmede de zaak der
luchtbescherming in het geheel niet wordt
gediend.
Het hoofdbestuur heeft zooals bekend
eerst in de uiterste noodzaak het stil
zwijgen verbroken. Totdat het nu op een
voikomen zakelijke wijze een weerlegging
heeft gegeven van de beschuldigingen, die
door den minister van binn-enland-sehe za
ken in de openbaarheid zijn gebracht. Het
hoofdbestuur za-1 ook in de toekomst zoo
veel mogelijk ditzelfde stilzwijgen be
trachten.
De moord te Leidschendam. - De bur
gemeester van Oegstgeest heeft één dezer
dagen een schrijven ontvangen, geteekend
A., poststempel Amersfoort, betrekking
hebbende op den militair, die zich te Oegst
geest verkleedde. Hij verzoekt thans na
dere inlichtingen, waarbij aan den schrijver
de door dezen gevraagde geheimhouding
wordt verzekerd.
- Vermist meisje opgehaald. - Sedert
Vrijdag j.l. werd te Veendam de 15-jarige
Marietje Reinders vermist. Gisteravond is
het lijk van het kind uit de Ommelander-
wijk opgehaald. Het is niet bekend hoe het
meisje te water is geraakt.
Glimlachje.
Maar natuurlijk houd ik het
meest van je van alles in de we
reld, maar waarom wil je dat
steeds weten als juist de nieuws
berichten uitgezonden worden?
De berichten van het Duitsche Nieuws
bureau, die, welke uit Stockholm afkomstig,
zijn en de publicaties uit Londen geven
onderling een geheel verschillend beeld van
den toestand in Noorwegen.
Volgens een D.N.B. bericht uit Oslo zou
den de Duitschers ten Z.O, van de Noorsche
hoofdstad, bij het bedwingen van den Noor-
schen tegenstander, 300 gevangenen hebben
gemaakt, zeven stukken geschut en veel ge
weren en munitie hebben buitgemaakt.
Bij de bezetting van Haenefoss zou door
de in het gebied van Oslo opereerende
troepen een kruitfabriek bezet zijn en op
het Noorsche oefenterrein Hvalsmoen en in
de wapenfabriek van Kongsberg zouden een
groot aantal wapens in beslag zijn geno
men.
Volgens een aanvullend bericht uit Ber
lijn zouden dit voornamelijk geweren, ma
chinegeweren en kanonnen zijn.
Botsing in het gebied van
Christiansand.
Een in het gebied van Christiansand ge-
stationneerd Duitsch bataljon is gister bij
den opmarsch in den loop van den dag op
sterke Noorsche strijdkrachten gestooten.
Het betrof hier drie Noorsche bataljons,
welke door artillerie waren versterkt.
Ondanks de grootere getalsterkte, zegt
het D.N.B., hebben de Duitsche troepen aan
gevallen. Na een kort geyecht hebben de
Noren de wapenen neergelegd. 150 officie
ren en T00 m-n. h*hu-n zich overgegeven.
waar de Britsche troepen aan land zijn ge
gaan. In berichten van Zweedsche zijde
wordt gezegd, dat de Duitschers zich uit
Narvik teruggetrokken hebben langs den
spoorweg, welke naar Kiruna in Zweden
leidt. De Noren zouden trachten, hen te om
singelen.
Zeven Duitschers over de Zweedsche
grens.
Uit Narvik zijn volgens Aftonbladet ze
ven Duitschers, vier man van de marine en
drie matrozen ter koopvaardij, over de
Zweedsche grens gekomen.
De regeering-Quisling afgetreden,
De onder Duitsch controle staande radio
zender van Oslo heeft gsteravoni medege
deeld, dat de Noorsche tegenregeering van
majoor Quisling is afgetreden.
Het beheer over de door de Duitschers
bezette streken van Noorwegen is overge
nomen door een „bestuurscommissie" on
eer leiding van Christensen, het hoofd van
den gemeenteraad van Oslo, aldus deelde
de omroeper verder mede.
Quisling heeft waarschijnlijk ontslag ge
nomen, als minister-president, omdat de
Duitschers inzagen, dat zijn positie wankel
en zfjn onpopulariteit groot was.
Een boodschap aan het Noorsche
volk.
De Noorsche regeering heeft het Noor
sche volk gisteravond in een boodschap op-
ge:'-i°en Engelsrhe en Fransche betaalmid-
2E VECHTEN OM EEN FlFTy - FiFTy-JJGAR^ET j
De Duitschers bij Kongsvinger.
Uit Stockholm wordt gemeld: Volgens
den correspondent van Aftonbladet te
Kongsvinger gelooft men, dat de Duitschers
op zes mijl van Kongsvinger zijn aan den
spoorweg van Stockholm naar Oslo. Zij
wenschen de spoorwegverbinding af te
snijden. Gemeld wordt dat Duitsche troe
pen zich ook in de streek van Skarnes op
12 mijl ten westen van Kongsvinger ophou
den.
Bij Elverum wordt de strijd voortgezet.
Verklaard wordt, dat de Duitsche troepen
Kornsjoe, een grensstation in het uiterste
zuidoosten van Noorwegen, dat zij gisteren
hadden bezet, hebben ontruimd.
De Duitschers zijn op Halden bij de kust
teruggetrokken. Zij vreezen een verrassing
van de zijde der Noorsche troepen.
Het krijgsbedrijf.
In later berichten uit Stockholm wordt
meegedeeld dat de Duitschers in Noorwe
gen aan het Z. O.-front aanzienlijke plaat
selijke successen boeken. Zij probeeren de
Noorsche troepen, die met een flank dicht
tegen de Zweedsche grens worden gedrukt,
op te rollen. Het einddoel schijnt daarbij te
zijn noordwaarts op te rukken en 'de Noren
terug te dringen in de bergachtige streken.
De toestand te Kongsvinger wordt critiek
geacht.
Volgens Social Democraten hebben de
Duitschers er naar schatting minstens
16.000 man. De val van de stad wordt spoe
dig verwacht. Ondanks den dapperen te
genstand der Noren, militaire kringen ver
klaren evenwel, dat deze snelle successen
weinig tellen, tenzij voortdurend verster
kingen worden gezonden. Voorts wordt uit
eengezet, dat de Duitschers zware artillerie
en andere voorraden moeten hebben, welke
niet door de lucht kunen worden vervoerd.
Gezegd wordt, dat de Duitschers reeds met
een benzine tekort beginnen te kampen en
dat twee vliegtuigen in Zweden wegens
benzinegebrek noodlandingen hebben moe
ten maken.
De Duitschers uit Narvik terugge
trokken.
Volgens de laatste berichten uit Zweden
hebben de Britsche marine-detachementen
onder dekking van zwaar geschut een ge
deelte van Narvik bezet. Te Londen wordt
niets medegedeeld omtrent de plaatsen,
- Knaapje overreden. - Gistermiddag
werd het vierjarig zoontje van het gezin F.
Koopmans uit Hiehtum, gemeente Wonse-
radeel, bij het plotseling oversteken van den
weg, aangereden door een vrachtauto. De
jongen bekwam zware verwondingen en
werd in zorgwekkenden toestand naar het
St. Anthoniusziekenhuis te Sneek overge
bracht, waar hij 's avonds is overleden.
delen in ontvangst te nemen, daar de geal
lieerde troepen niet voldoenden tijd hebben
gehad Noorsch geld te verkrijgen.
De officieele koers zal worden hekend
gemaakt na een tusschen de Noorsche
staatsbank en de bank van Engeland te slui
ten overeenkomst.
De boodschap der Noorsche regeering
an de Noren verklaart: De hulp aan Noor
wegen, waarom de Noorsche regeering aan
de Britsche en Fransche regeering heeft
gevraagd, wordt gegeven en neemt grooten
omvang aan. De eerste teekenen daarvan
zijn de herovering van Narvik en het rond
die stad liggende gebied.
Een aantal Noorsche loodsen heeft reeds
werkzaamhede bij de marine aangevangen.
Noorsche officiere, dié gedetacheerd zijn bij
het expeditieleger, zijn op 15 April in Enge
land aangekomen. Zij hebben het contact
met de militaire autoriteiten tot stand ge
bracht. Vervclgens behandelt de mededee-
ling de kwestie der betaalmiddelen.
Alle Noorsche militaire en civiele autori
teiten hebben opdracht gekregen met de
Britsche en Fransche bondgenooten en zoo
nauw mogelijk contact te onderhouden en
hun allen bijstand te verleenen, welken zij
kunnen geven.
Melding van vrijwilligers gestaakt.
De Noorsche legatie te Parijs deelt mede,
dat in verband met den geweldigen toeloop
van vrijwilligers, de legatie zich verplicht
ziet voorloopig de aanmelding te staken.
Duitsche parachutisten bij Dombaas
gedaald.
De zender van Stockholm heeft een be-
rcht van den radiozender der Noorsche re
geering bekend gemaakt, waarin wordt
verklaard, dat gisteren Duitsche parachu
te-troepen bij Dombaas, een knooppunt van
spoorwegen, zijn gedaald.
ENGELSCH SCHIP DOOR
DUIKBOOT AANGEVALEN.
Mackay Radio te New-kork meldt
noodseinen te hebben opgevangen van het
Britsche s.s. Graig, groot 3683 ton. De
seinen meldden:
„Duikboot komt nabij". De positie werd
opgegeven al-s ongeveer 800 mijl ten N.O.
van New-York,
Mackay Radio deelt nader mede, d-at een
Canadeesch draadloos station, dat de sei
nen van de Graig heeft opgepikt en door
gezonden, een uur later meldde, een tweede
sein van de Graig te hebben opgevan-gen.
Het schip gaf toen S.O.S. en gaf te keninen,
dat het werd aangevallen.
BRITSCH VLIEGTUIG NEERGESTORT.
Het Deensche vrachtschip „Esbjerg" heeft
medegedeeld, dat gister boven de Noordzee
een Britsch bombardementsvliegtuig na
een luchtgevecht gevallen is.
De scheepvaart mag zich niet van
de wijs laten brengen.
Het Duitsche nieuwsbureau bericht, dat
de Britsche admiraliteit het geheele gebied
der zee ten oosten van 'n lijn van de Neder
landsche territoriale wateren tot Noorwe
gen tot mijnenveld heeft verklaard. Van
Duitsche deskundige zijde wordt gezegd,
dat de mededeeling, dat het gebied in de
Noordzee ten oosten van deze lijn ook wer
kelijk met mijnen gevaarlijk is gemaakt, op
vaklieden geen indruk maakt. Ook wordt
de Britsche verklaring, dat vanaf Kiel tot
ver in de Oostzee mijnen zijn gelegd „bluf"
genoemd.
In Berlijn verklaart men, zoo meldt het
D.N.B., verder, dat de Britten zich slechts
belachelijk maken, wanneer zij beweren
mijnen in de Oostzee te kunnen leggen.
Teneinde een tegenwicht te hebben voor
het in Noorwegen geleden fiasco, pogen zij
thans een activiteit voor te spiegelen, welke
de schijn wekt, dat zij zich vrij kunnen be
wegen in Noord- en Oostzee. Wat hiervan
waar is, hebben de jongste gebeurtenissen
bewezen. De Engelschen waren niet eens in
staat de landing van de Duitsche troepen
tot benoorden den Poolcirkel te verhinde
ren, hoe zou men dan kunnen gelooven, dat
zij eenigen invloed zouden hebben in de ge
bieden, waar zij thans huh papieren mijnen
velden hebben gelegd.
Het doel van deze bluf is te pogen de
neutralen af te schrikken van den han
del in de Oostzee. Er is sprake van een
zoo groot gebied, dat de versperring in
geen geval een kleinigheid is. Wat de
Britsche admiraliteit ook poogt wijs te
maken, aldus besluit het D.N.B., er be
staat voor de scheepvaart geen aanlei
ding zich door deze beweringen van de
wijs te laten brengen.
Amerikaansche militaire deskundi
gen gelooven, aldus schrijft de corres
pondent van deNew-York Post te
Washington, dat de Ver. Staten, welke
politieke partij bij de verkiezingen ook
zal zegevieren, binnen anderhalf jaar
in den oorlog betrokken zullen zijn. Na
zeven maanden oorlog, schrijft hij, zijn
de deskundigen meer dan ooit ervan
overtuigd, dat deelneming der Ver, Sta
ten onvermijdelijk is. In het land be
gint een interventionnistische geest
merkbaar te worden en dit is het ge
volg van de reactie, veroorzaakt door
den Duitschen inval in Noorwegen en
Denemarken.
Roosevelt spreekt tot de Pan-
Amerikaansche Unie,
In een rede tot de pan-Amerikaansehe
unie heeft president Roosevelt onder meer
gezegd: „De nieuwe wereld heeft zich van
de voornaamste en eenvoudigste oorzaken
der oorlogen bevrijd, alleen door overeen te
komen, dat elke staat de integriteit en de
onafhankelijkheid der andere zal eerbiedi
gen. De vrede tusschen onze Amerikaansche
volken blijft verzekerd door de instrumen
ten, die wij hebben kunnen smeden, Al
thans in de groote lijnen behelzen zy de
beginselen, waarop, naar ik geloof, de vrede
in de geheele wereld gebaseerd moet zijn.
Wij allen hebben afgezien van ieder recht
tot interventie in de binnenlandsche aange
legenheden van den ander. Er heerscht
thans vrede tusschen ons, doordat wij heb
ben besloten, elk verschil van meening, dat
zou kunnen rijzen, te regelen door vriend
schappelijke onderhandelingen in overeen
stemming met rechtvaardigheid en billijk
heid, in plaats van door geweld.
Wij op dit halfrond behoeven
niet naar een nieuwe internationale
orde te zoeken: wij hebben haar
reeds gevonden. Wij heben dat niet
bereikt door hysterisch geschreeuw
of hevige troepenbewegingen. Wij
hebben geen volken vernietigd,
geen regeeringen gevangen geno
men, geen onschuldige menschen
verdreven van de haardsteden, die
zij zich gebouwd hadden. Wij
hebben geen dwaze theorie van ras
meerderheid uitgevonden, geen dic
tatuur door middel van een alge
meene revolutie verkondigd. De
inter-Amerikaansche orde is niet
opgebouwd uit haat of terreur, zij
is tot stand gebracht door een ein
deloos doeltreffend werk van men
schen van .goede gezindheid.
Wij kunnen thans geen illusies hebben,
de oude droomen van een wereldrijk vie
ren weer hoogtij. Wij weten, dat, hetgeen
in de oude wereld gebeurt, een directen en
machtigen invloed op den vrede en wel
vaart in de nieuwe wereld heeft. Daarom
hebben wij besloten tot procedures, die ons
in staat stallen het hoofd te bieden aan al
les, wat komen kan".
BIJEENKOMST VAN HET ROODE
KRUIS.
Het comité van het internationale Roode
Kruis en de bond van Roode Kruisvereeni-
gingen hebben het Roode Kruis van een
aantal niet-oorlogvoerende landen verzocht
te Genéve bijeen te komen om technische
vraagstukken te bespreken tot het organi-
seeren van hulp aan de slachtoffers van den
oorlog.
Het Roode Kruis van België, Bulgarije,
Spanje, Estland, Letland, Litauen, Luxem
burg, Nederland, de Ver. Staten, Hongarije,
Roemenië, Zwitserland, Turkije en Zuidsla-
vië hebben medegedeeld, dat zy zullen deel
nemen aan deze besprekingen op 16 en 17
April.