DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. De ontwikkeling van den strijd in Noorwegen. No. 100 Zaterdag 27 April 1940 142e Jaargang Het Belgische kabinet zal aanblijven. De politieke partijen in Zweden demonstreeren hun samenwerking. Hst kabinet Pierlot blijftaan. Hedenmiddag verklaring van rijksminister von Ribbentrop. Roeros toch door bezet. Duitschers De algemeene toestand. De verhouding tusschen Rusland en Duitschland. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door bet geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK. A PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN Van 1 -5 regels 1.25, elke regel meer ƒ0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voor dam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. De Duitsche bezettingstroepen uit Bergen trekken nu ook naar het Oosten om aan den strijd deel te nemen en zijn in de buurt van Voss aan den spoor weg naar de hoofdstad gesignaleerd. Uit Oslo rukten de Duitschers langs dien spoorweg op tot zij tusschen Gol en Hönefoss op Noorsche troepen gestuit zijn. Ten N. daarvan wordt gevochten. In het Gudbrandsdal zouden de geallieerden genoodzaakt zijn ten Z. van het spoorwegknooppunt Dombaat terug te trekken. Anderzjjds is de opmarsch der Duitschers in het Osterdal gestuit. De pant sertroepen waren hier reeds tot Röros genaderd, welk stadje zij weer prijs moesten geven. Volgens latere berichten zou het stadje weer heroverd zijn en zouden de Duitschers reeds verder naar het Noorden zijn opgerukt. Zij trekken ook in Westelijke richting naar Storen, blijkbaar met de bedoe ling den ring te verbreken, welke de geallieerden om Drontheim willen sluiten. Bij Steinkjer, ten Noorden van Drontheim, schijnen Duitsche pogingen om de linies der geallieerden te doorbreken met zware verliezen te zijn afge slagen. De gevechtskracht der geallieerden wordt vergroot nu zij de beschikking over luchtafweergeschut en vliegtuigen hebben gekregen. Verschillende vliegvelden, waaronder die van Aalborg en Stavanger, zijn opnieuw door de geallieerden gebombardeerd, Narvik schijnt nog steeds in handen der Duitsche bezettingstroepen te zijn. In de Hardangerfjord hebben de geallieerden Duitsche voorraadschepen gebombardeerd. De ministercrisis in België is weer geëindigd, daar de afgetreden Kabinetsleden, op verzoek van den koning, op hun ontslagaanvrage zijn teruggekomen. De koning heeft zeer terecht laten weten, dat deze tijd niet geschikt is om een ministercrisis uit te lokken over kwesties van binnen- landsche politiek. - Op 1 Mei zullen de leiders der verschillende politieke partijen in Zweden redevoeringen houden waarin zal uitkomen, dat men naar groote éénheid streeft en een krachtige neutraliteitspolitiek wenscht. Daarin komt ook tot uiting, dat men de schending van vreedzame naties veroordeelt en bereid is de vrijheid en zelfstandigheid van Zweden te verdedigen, CT DE OORLOG IN NOORWEGEN. Burgers zoeken beschutting in de bosschen tijdens een luchtaanval. Het stadje Rena is gebombardeerd. Een bom kwam terecht op een trein bij het stationnetje. ZWEDEN OP 1 MEI. Radio Stockholm heeft een dagorder uitgezonden, waarin een kort overzicht wordt gegeven van de redevoeringen, welke de leiders van de Zweedsche poli tieke partijen ter gelegenheid van den eersten -Mei zullen uitspreken. Dit over zicht luidt: Wij, mannen en vrouwen, vertegen woordigende alle sociale klassen en dé verschillende partijen, verklaren eensge zind te zijn op het tijdstip, dat onze eens gezindheid noodzakelijk is. Wij willen de politiek van juiste en krachtige neutrali teit voortzetten. Wij veroordeelen de over weldiging van vreedzame landen. Wij wil len onze vrijheid bewaren en verdedigen. Leve de vrijheid, leve Zweden. De aartsbisschop van Zweden, mgr. Eidem, heeft een oproep gericht tot het Zweedsche volk, waarin hij.zeide: wij zijn verantwoordelijk voor het erfdeel onzer vaderen, onze heldhaftige geschiedenis, ons leven onder het teeken der vrijheid binnen het kader der wet. Het geloof zal ons helpen onze plicht te doen om het vaderland, dat God ons heeft geschonken, te verdedigen. HET FRANSCHE AVONDLEGER- BERICHT. Het Fransche avondlegerbericht ver meldt: Opmerkelijke activiteit der wcder- zijdsche artillerie en patrouilles. De vijand heeft een overval uitgevoerd op een onzer posten, die na een levendig gevecht ten slotte in onze handen bleef. Ten aanzien van de operaties in Noorwe gen wordt verwezen naar het Britsche communiqué. Op uitdrukkelijk versoek van dea koning, De Belgische kabinetsraad is onder voor zitterschap van den premier, Pierlot, bijeen gekomen en heeft besloten op uitdrukkelijk verlangen van den koning, zijn taak voort te zetten. De tekst van den brief, welke koning Leopold tot Pierlot heeft gericht, luidt als volgt: „Op het oogenblik, dat het leger de wacht houdt aan de grenzen, en dat de toestand aan alle Belgen de plicht oplegt zich nog hechter aan een te sluiten, is de tijd niet ge schikt een ministercrisis te openen over kwesties van binnenlandsche politiek. Ik zou tegen de hoogste belangen des lands handelen, in dien ik het ontslag van de regee ring zou aanvaarden, juist nadat de Senaat onlangs'nog bevestigd heeft, dat onze buitenlandsche politiek practisch de volkomen instemming van de natie heeft. Ik verzoek u dus onverwijld de taak voort te zetten, welke de regeering op zich geno men heeft en welke het belang van het vaderland vereischt. Opnieuw spreek ik in u mijn vertrouwen uit." Over de politieke situatie. De rijksminister van buitenlandsche za ken von Ribbentrop zal hedenmiddag om half drie in bijzijn van het diplomatieke corps alsmede de Duitsche en de buiten landsche pers een verklaring afleggen over den politieken toestand. De redevoering zal door alle Duitsche radiozenders worden verspreid. Uit alle van de ZweedschNoorscho grens ontvangen berichten blijkt, dat de stad Roeros weder door de Duitschers bezet is. Naar men weet, hadden de Duitschers deze stad reeds bezet, doch als gevolg van den tegenstand, vooral van de Noorsche vrijwilligers, hadden zij haar moeten ontruimen. „Dagens Nyheter" bevestigt, dat Duitsche afdeelingen zich definitief van Roeros meester hebben gemaakt. Een afdeeling Duitsche pioniers is reeds verder naar het Noorden opge marcheerd. De Noorsche troepen hebben zich gedeeltelijk op Storen teruggetrok ken. Zie verder Buitenland pag. 3, 3e blad. Men heeft de laatste dagen met verwon dering geconstateerd, dat Italië het bevel om te werken en te zwijgen verbroken had door heftige aanvallen op de Middelland- sche Zee-politiek van Engeland te publicee- ren. In Londen heeft men zich daarover on gerust gemaakt en men weet hoe minister Cross' het schenken van klaren Italiaan- schen wijn verlangd heeft en hoe de heer Churchill Italië niet onduidelijk te kennen heeft gegeven, dat de Britsche vloot zoo machtig is, dat er, ondanks de expeditie in Noorwegen, nog altijd wel een paar slag kruisers over zijn om oproerige elementen in de Italiaansche wateren tot zwijgen te brengen. Dat heeft men in Italië allesbehalve pret tig gevonden, maar het is opmerkelijk, dat het juist minister Reynaud was, de premier van de natie waarvan Italië in de toekomst de grootste concessies wil verkrijgen, die den Italianen duidelijk gemaakt heeft, dat de Britsche minister het niet zoo kwaad be doeld had en dat Frankrijk te allen tijde bereid is om eens met den Duce over ver schillende burenkwesties te komen confe- reeren. In Italië heeft men laten blijken, dat de tijd voor dergelijke conferenties nog lang niet is aangebroken, maar men heeft daar ook verder Frankrijk met rust gelaten en, hoewel de toon der Italiaansche pers minder heftig is geworden, voornamelijk Engeland verantwoordelijk gesteld voor het feit, dat Italië in zijn eigen zee .volkomen afhanke lijk is van een staat, die daar, volgens Ita liaansche opvattingen, niet thuis hoort en er niets heeft te maken. Het is opmerkelijk, dat men zich daarna in Frankrijk blijkbaar niet meer druk over de Italiaansche verontwaardiging maakt <?n men schijnt daar tot de conclusie te zijn gekomen, dat dreigende woorden en dave rende persartikelen nog allerminst het be wijs zijn, dat er binnen afzienbaren tijd een verandering in het voorschrift zal komen, dat de Italianen hun tijd het nuttigst met werken en zwijgen kunnen doorbrengen. Het is eigenaardig, dat men in Frankrijk blijkbaar veel meer gevaar van de zijde van Rusland dan van Italië vreest. De tijd, dat Frankrijk en Rusland gezworen kame raden waren .en dat de Fransche staatslie den al hun best deden de heeren in Lon den van de noodzakelijkheid van een Rus sisch verbond te overtuigen, ligt al lang achter ons. Integendeel zijn het de laatste maanden juist de Franschen geweest, die hun best hebben gedaan alle communistische veree- nigingen te ontbinden, alle Russische ver dachten over de grens te zetten en alle ka merleden, - die bewonderaars van de Sovjet- Unie waren van hun mandaten vervallen te verklaren en voor den rechter te bren gen. En dat Russische gevaar schijnt men nu juist in Engeland weer niet zoo groot en belangrijk te achten. Ondanks het feit, dat Rusland de zijde van den gemeenschappelijken vijand koos, toen Engeland en Frankrijk in Moskou over een deelnemen aan de- omsingeling van Duitschland onderhandelden, ondanks te omstandigheid, dat Rusland een derde ge deelte van het onder den voet geloopen Polen accepteerde, Littauen, Estlcnd en Let land tot vazalstaten maakte en zich begee- rig op het kleine maar dappere Finland wierp, ondanks dat alles en ondanks het feit, dat ook Engeland er toe meegewerkt heeft, dat Rusland v'* het schuitje van den Volkenbond getild en overboord gezet werd is het nimmer tot een openlijke verbreking der Britsch-Russische relaties gekomen. Men mag aannemen dat dit van Engelsche zijde minder uit sympathie met de commu nistische ideeën dan wel uit zakelijke over wegingen gèschied is en men schijnt daar nog altijd te verwachten, dat een staat, die plotseling met Duitschland kon samengaan toen het daarin voordeel zag, ook plotseling aan den anderen kant kan komen als de politieke wind gedraaid is en er aan die zijde misschien meer winst is te halen. Engeland heeft nooit de hoop opgegeven, dat Rusland nog eens aan de zijde der geal lieerden zal komen, omdat men in Engeland nooit goed heeft kunnen begrijpen, hoe het communisme en het nationaal-socialisme zij het dan ook tijdelijk hand in hand konden gaan. En nu is het opmerkelijk, dat de laatste dagen het contact tusschen Engeland en Rusland nauwer 'schijnt te worden. De Rus sische gezant in Londen is eenige malen bij lord Halifax op bezoek geweest en men heeft gezamenlijk de vraag bekeken of er in dezen tijd niet weer een voor beide par tijen voordeelige handelsovereenkomst kan worden gesloten. In Londen heeft men niet direct een af wijzende houding aangenomen, maar men is er evenmin dadelijk op ingegaan omdat een handelsovereenkomst met Rusland beide landen voor uiterst moeilijke proble-* men zal stellen. De Engelschen zullen na tuurlijk allereerst de garantie willen, dat niets wat aan Rusland geleverd wordt zjjn weg naar Duitschland zal vinden en men mag aannemen, dat er ook nog wel eenige andere garanties verlangd worden, zoodat men in Engeland meer zekerheid over de toekomstige Russische plannen zal krijgen. Het is nog niet zoo lang geleden, dat Vosa Ribbentrop naar Moskou trok, dat de hee ren Hitler en Mussolini een conferentie op den Brenner hadden en dat men uit deze politieke actie een gezamenlijk optreden van Duitschland, Italië en Rusland ver wachtte. Maar intusschen schijnt er hier of daar iets niet precies zoo geloopen te zijn als men dat in Berlijn gehoopt en verwacht had en de schuld daarvan schijnt men in Mos kou te moeten zoeken. Vast staat, dat er sedert eenigen tijd een verkoeling in de vriendschappelijke betrekkingen met Duitschland geconstateerd wordt. Molotof, die naar Berlijn zou komen, bleef rustig in Moskou, men zocht vanuit de Rus sische hoofdstad weer contact met Londen en de geheele toekijkende wereld heeft zich belangstellend afgevraagd wat er zich nu weer achter de diplomatieke schermen zal afspelen. Rusland heeft Roemenië duidelijk laten blijken, dat het nog altijd grooten prijs op Bessarabië blijft stellen en het heeft naar men aanneemt op aandringen van Engeland vriendschappelijke betrekkingen aange knoopt met Zuid-Slavië, wat men in Rome blijkbaar allesbehalve prettig vindt en waaruit misschien voor een groot deel de Italiaansche verontwaardiging tegen Enge land is te verklaren. Verder hebben Stalin noch Molotof den heer Hitier op zijn verjaardag een geluk- wensch gezonden en dat heeft men overal zoo merkwaardig en teekenend voor de ver houding óp dit oogenblik gevonden, dat de geheele wereldpers er op gereageerd heeft. Rusland heeft zich tot dusver onthouden van eenige critiek op het Noorsche avon tuur, maar men mag veilig aannemen, dat het daarover nu niet bepaald enthousiast gestemd is. De Sovjet-Unie zorgt allereerst voor zich zelf en daarna voor zijn vrienden. Het heeft zich aan de Oostzeekust te veel offers en moeite getroost om een sterke po sitie te krijgen dan dat men het in Moskou prettig zal vinden, dat Noorwegen en De nemarken Duitsch bezit zijn geworden. Nog minder zal men er op gesteld sign Zweden in Duitsche handen te zien. Men heeft in Rusland genoegen genomen met Hangö als vloot- en vliegtuigbasis, maar men zou natuurlijk veel liever de Alandseilanden gehad hebben om daardoor de geheele Botnische Golf te kunnen be- heerschen. Wanneer de Duitsche troepenconcentra ties aan de Oostzeehavens inderdaad een aanval op Zweden en voornamelijk op de Alandseilanden ten doel hebben, is het de groote vraag of Rusland werkeloos zal blij ven toekijken. Natuurlijk kan Duitschland de medewer king van den grooten broeder, die zijn ge heele Oostelijke grens dekt, nog altijd niet missen en men beweert dan ook al, dat het opnieuw Ruslands inschikkelijkheid gekocht zou hebben door dit land eenige Atlanti sche havens aan de Noorsche kust te belo ven. Maar voor men de huid kan weggeven moet men eerst den beer hebben geschoten en het is de groote vraag of het zoover nog ooit zal kunnen komen. Vast staat, dat Moskou blijkbaar niet zoo verrukt over het Noorsche avontuur is als Berlijn en dat men in Engeland met groote spanning den loop der gebeurtenissen volgt omdat een breuk tusschen Rusland fa Duitschland, zelfs zonder dat Rusland zich openlijk aan de zijde der geallieerden schaart, van zeer groote beteekenis voor het verdere verloop van den Europeeschen strijd zou wezen. A la guerre comme a la guerre, Rusland moge in Engeland niet als de meest gelief de en betrouwbaarste bondgenoot geno teerd staan, het kan door een nieuwe poli tieken omzwaai de krijgskansen volkomen in 't voordeel der geallieerden doen keeren en het is daarom, dat men in Groot-Britan- nië de relaties met den ondoorgrondelijken staat uit het Oosten nimmer verbroken heeft, en er zeker naar zal streven Rusland evenveel te beloven als het van Duitsche zijde zal krijgen. Wie de grootste voorraden heeft, kan er het meeste van afstaan en wat dat betreft zal men in Rusland beter een handelsover eenkomst met Engeland dan met Duitsch; land kunnen sluiten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 1