DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
De strijd om Narvik wordt voortgezet.
No. 106
Maandag 6 Mei 1940
142e Jaargang
Critiek op het beleid van het Britsche kabinet
en de oorlogsleiding.
De Noorsche minister van Buitenlandseh© laken
Koht in Londen.
DE ACTIE TER ZEE EN IN DE LUCHT.
Narvik in het centrum der belangstelling.
De Duitschers zouden de Britsche vloot groote
verliezen hebben toegebracht.
Een Britsche tegenspraak.
De algemeen© toesfand.
Een radiorede van Koht.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
Dit nummer bestaat uit drie bladen.
Directeur: C. KRAK.
A
PRIJS DER GEWONE ADVERTENT IEN:
Van 1 -5 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Nu de geallieerde troepen zich in Andelsnes en Namsos hebben ingescheept
en de strijd in Zuid-Noorwegen met uitzondering van het verzet van
eenige Noorsche troepen - dus als geëindigd mag worden beschouwd, is
thans aller belangstelling op Narvik in het hooge Noorden gevestigd, de
belangrijke uitvoerhaven van het Zweedsche ijzererts, waarmee de Duit-
schers tot voor enkele weken een geregelde verbinding onderhielden.
De Duitschers hebben den tijd dat zij deze plaats bezetten nuttig besteed
en rondom de stad verdedigingswerken aangelegd.«De meest noordelijke
stellingen worden thans door een sterke strijdmacht der geallieerden aan
gevallen en de militaire bezetting wordt voortdurend door de Britsche
luchtmacht gebombardeerd, aan welk bombardement ook Engelsche oor
logsschepen deelnemen.
Volgens het Noorsche Telegraafagentschap zou een groote Duitsche bom
menwerper zijn zware projectielen op de stad Kirkenes en omgeving, ten
N. van Narvik, hebben geworpen. Vanuit de fjorden van Drontheim en
Namsos zouden Duitsche duikbooten naar het Noorden zijn gezonden om
de troepentransporten der geallieerden te bemoeilijken.
In Midden-Noorwegen zou than's niet alleen Röros, maar ook het zoo
lang door de Noren verdedigde fort Hegra in Duitsche handen zijn.
Ten N. van Drontheim hebben de Duitschers Namsos en Grong ingenomen.
Berichten over groote verliezen der Britsche vloot bij Namsos o.a. een
slagschip en een kruiser worden van Engelsche zijde tegengesproken.
In Engeland is men allesbehalve tevreden over den afloop van de
Britsche actie in Noorwegen. Men verwacht, dat het kabinet dezer dagen
aan heftige critiek zal bloot staan. In een der Britsche bladen heeft Lloyd
George reeds geëischt, dat de oorlogsleiding grondig zal worden gewijzigd.
Minister Koht van Noorwegen is naar Engeland gegaan om in Londen
en daarna in Parijs besprekingen met de Britsche en Fransche regeeringen
te houden-. In een radiorede heeft hij de Noren verzocht niet ongeduldig te
zijn, daar hij er zeker van is, dat de geallieerden Noorwegen zullen be
vrijden.
Britsche tegenspraak.
In gezaghebbende kringen te Londen
noemt men de passage in het Duitsche leger-
bericht waarin gezegd wordt, dat „het ver
lies van vijandelijke en neutrale, door den
vijand gebruikte vrachtschepen thans bijna
2.300.000 ton bedraagt", schromelijk over
dreven. Zooals gewoonlijk, aldus zeggen
deze kringen hebben de Duitschers de juiste
cijfers verdubbeld.
Geen slagschip en geen zware krui
ser gezonken.
De Britsche admiraliteit deelt mede: „De
Duitsche bewering, als zouden een Britsch
slagschip en een kruiser van de York-klasse
bij operaties ter hoogte van Namsos tot zin
ken zijn gebracht, is. onjuist".
Engelschen in Zweden geïnterneerd.
Drie en veertig opvarenden van den Brit-
schen torpedofcootjager Hunter, die op 8
April bij Narvik is gezonken, zijn te Gum-
mam bij Lycksele in N.-Zweden aangeko
men en geïnterneerd. Naar gemeld wordt,
hebben de Duitschers hen weggezonden,
blijkbakr wegens voedselgebrek. Men ge
looft, dat twee officieren van de Hunter nog
te Narvik gevangen gehouden worden.
Britsch slagschip bij Narvik door
bom getroffen?
Het D.N.B. meldt:
Ook gisteren zijn Duitsche luchtstrijd
krachten opgetreden tegen vijandelijke zee-
strijdkrachten, die door de verkenners wa
ren waargenomen in het zeegebied van Har-
stad en Narvik, alsmede tegen vijandelijke
troepen in de zone van Narvik. Volgens de
voorloopig ontvangen berichten werd een
vijandelijk slagschip bij Narvik door een
bom van het zwaarste kaliber getroffen.
Sterke rookontwikkeling toonde de uitwer
king van den treffer aan. bij' een aanval op
een vijandelijk troependepot werd een mu
nitie-opslagplaats tot ontploffing gebracht.
Engeland heeft nog
niet verloren
Narvik gebombardeerd.
Volgens 'r. bericht uit Londen hebben de
geallieerden Narvik zoowel van de land-
als van de zeezijde gebombardeerd en voe
ren zij-een omsingelingsbeweging uit.
Uit Stockholm wordt nader gemeld, dat
gister bij Narvik de strijd in een z'waren
sneeuwstorm is voortgezet. De geallieerden
bombardeeren de Duitsche stellingen te land
en uit zee. Volgens de laatste berichten zou- j
den de voornaamste Duitsche defensiestel
lingen zich buiten de stad bevinden.
Het Noorsche telegraafagentschap deelt
mede, dat een groot Duitseh vliegtuig vier
bommen heeft laten vallen boven Irkenes,
ten Noorden van Narvik, zonder schade aan
te richten. Een dorp in de nabijheid werd
eveneens gebombardeerd. Men meent te we
ten, dat het toestel op verkenning uit 'wal
en de uit Namsos en Andalsnes teruggetrok
ken troepen trachtte te ontdekken.
Het Duitsche legerbericht.
Het opperbevel van het Duitsche leger
deelde gister mede:
Sterke vijandelijke afdeelingen hebben
met hulp van vliegtuigen talrijke aanval
len gedaan op de Duitsche stellingen ten
N. van Narvik .Zij werden met medewer
king van eigen gevechtsvliegtuigen afge
slagen.
Op het vliegveld Lejaskog, ten ZO. van
Andalsnes zijn 20 verbrande Britsche
vliegtuigen gevonden. In het gebied van
Röros en Trysil wordt het terrein gezui
verd.
Zooals reeds werd medegedeeld, heeft de
luchtmacht op 3 Mei bij Namsos een
Britsch slagschip, een zwaren kruiser en
een groot transportschip tot zinken ge
bracht. Op 4 Mei werden twee vijandelijke
koopvaardijschepen bij Namsos tot zinken
gebracht, terwijl bij Narvik een Poolsche
torpedojager werd vernield. Een eigen
vliegtuig moest door gebrek aan brandstof
een noodlanding maken.
Sedert 9 April zijn talrijke lichte strijd
krachten van de Duitsche marine gebruikt
voor de beveiliging van de troepentrans
porten en materieel verzending naar Noor
wegen. Deze strijdkrachten hebben hun
opdracht tegen de vijandelijke onderzeeërs
en tegen de bedreiging in de flank vol
komen vervuld en hierdoor bijgedragen aan
het snelle succes van den veldtocht in
Noorwegen, mijnenvegers, voorpostensche
pen, duikbootjagers en bewakingsvaar-
tuigen hebben sedert 9 April 23 vijande
lijke onderzeeërs tot zinken gebracht.
Niettegenstaande de zware eischen
welke aan de Duitsche duikbooten bij de
actie tegen Noorwegen warden gesteld, n
ook in April de handelsoorlog tegen En
geland met succes voortgezet. In totaal is
thans 2.3'OCI.OOO ton scheepsruimte van den
vijand en door den venand gebruikte neu
trale scheepsruimte tot zinken gebracht.
De kustverdediging in het door de Duit
sche troepen bezette deel van Noorwegen
versterkt door het opstellen van kustbat-
terijen van licht, middelbaar en zwaar
kaliber
Duitsche successen bij Narvik.
Het D. N. B. meldt, dat ook bij Narvik
vijandelijke vlooteervheden door Duitsche
vliegers werden aangevallen met het ge
volg, dat een slagkruiser werd beschadigd
en deelen van de artillerie der geallieer
den buiten gevecht werden gesteld. Op een
kruiser brak brand uit, en een transport
schip zou een voltreffer hebben gekregen.
Het D. N. B. zegt, dat het thans' voldoende
is aangetoond, dat de suprematie van een
nog zoo sterke vloot in het tijdperk van den
luchtoorlog overal kan worden gebroken
waar de verreikende arm van dit nieuwe
wapen bliksemsnel en krachtig toeslaat.
De Duitsche troepentransporten.
Het Duitsche troepentransportverkeer
naar Noorwëgen gaat met onverminderde
intensiteit voort door de lucht en over zee,
zoo meldt de correspondent te Gothenburg
van de Nye Dagligt Allehanda. Buiten
Strömstad worden vele Duitsche schepen
dagelijks waargenomen. De naar het noor
den varende zijn zwaar belader met troe
pen, de schepen, die in zuidelijek richting
gaan, keeren klaarblijkelijk ledig terug.
Uit Parijs wordt gemeld, dat de Duitsche
luchtmacht voor het eerst aan den strijd
bij Narvik heeft deelgenomen door een
dorp ten N. van Narvik te boinbardeeren.
De Duitschers zouden hier 3000 man sterk
zijn, waarvan 1000 de bruggen en tunnels
bewaken aan de spoorlijn naar Zweden,
terwij-l 2000 anderen zich in twee groepen
rondom Narvik ophouden. Hun stellingen
zijn door artillerie te land en scheepska-
nonnen beschoten.
Lijst van Britsche verliezen bij
luchtmacht.
Het ministerie van luchtvaart publiceert
de grootste lijst van verliezen sinds het begin
van den oorlog, omvattende 119 man, waar
van zeven gewond, 52 vermist en de overi
gen dood of vermoedelijk dood. Onder de
vermisten bevindt zich eskaderleider Ken
neth Doran, oud 26 jaar, die den vermaarden
Britschen aanval leidde op Kiel, een dag'na-
dat de oorlog was uitgebroken.
De Noorsche minister van buitenlandsche
zaken, Koht, heeft gisteravond in een radio
rede'vanuit Londen gezegd:.
„Ik ben eenige dagen in Londen om te
hespreken hoe wij het beste hulp kunnen
krijgen tegen de krachten van het geweld.
Van hier ga ik naar Parijs, maar vandaar
a ik naar mijn land terug om den strijd te
hervatten. Beide oorlogvoerenden hebben
Noorwegen herhaaldelijk ervan beschuldigd
de neutraliteit niet strikt in acht te nemen.
Dit is t beste bewijs, dat onze neutraliteit
waarlijk onpartijdig was. Geen hypocritisch
gepraat kan verbergen, dat de Duitsche
aanval op Noorwegen vooruit was beraamd.
De westelijke mogendheden hebben er een
eerezaak van gemaakt, Noorwegen te ver
lossen van den Duitschen greep, en zij zullen
het doen ook".
„Wat de Duitschers niet durfde te doen
tegen de landen, waarmede zij. in oorlog
waren, durfden zij wel tegen het arme,
weerlooze Noorwegen, dat slechts neutraal
wenschte te zijn. Dat deel van ons land, dat
zij niet bij het eerste treffen onderwierpen,
mishandelden zij met een meedoogenloos
geweld.
Duitschland wenschte ons door geweld
aan zijn zijde in den oorlog te brengen. Het
kwam met eischen, die ons tot een Duitseh
oorlogsinstrument tegen de westelijke mo
gendheden gemaakt zouden hebben. Het
begon zelfs met de bezetting van ons land.
vóór- het eenig voorstel gedaan had, omdat
het vastbesloten was Noorwegen in zijn
mach't te krijgen.
Wie kon onderstellen, dat de Duitsche
regeering ons de vrijheid na den oorlog zou
hergeven? Ieder, die zich herinnert, wat er
gebeurde met Oostenrijk, Tsjecho-Slowakije
Polen, na alle mooie beloften, die zij van
Duitschland kregen, zal weigeren in een
nieuwe Duitsche belofte van denzelfden
aard te gelooven.
Koht verwierp de stelling, dat de inval
De eerste slag is een daalder waard, zegt
een Hollandsch spreekwoord en na acht
maanden wereldoorlog moet geconstateerd
worden, dat die daalder door Duitschland
verdiend is
Het beeld, dat dit oorlogvoerende we
relddeel den neutralen toeschouwer op het
oogenblik vertoont, is een Duitschland
waarin men elkaar gelukwenscht met den
goeden afloop van het gewaagde Noorsche
avontuur, waar onderscheidingen aan
militaire medewerkers worden uitge
deeld en waar men elkaar verzekert, dat
nu wel afdoende gebleken is, dat de sterk
ste oorlogsvloot voor het moderne luchtwa-
pen moet wijken.
Het is tevens een Italië waarin men tot
dezelfde verheugende conclusie is gekomen.
Jaren en jaren heeft men in het zonnige
Italië slechts één schaduw gekend. Dat was
de schaduw van de hooge schoorsteenen der
groote Br.itsche kruisers, de geweldige drij
vende forten waarop de kracht van het
Britsche imperium in kanonnen en man
schappen gedemonstreerd werd, de slag
schepen die onophoudelijk als de politie
agenten van Europa door de Middelland-
sche Zee voeren en die plotseling opdoken
waar men ze liever zou willen missen.
Is inderdaad het luchtwapen de meer
dere van de vloot?, vraagt men zich thans
in Italië af en men bedenkt er onwillekeu
rig, dat het moment van de bevrijding der
Britsche voogdij dan nader dan ooit schijnt
gekomen.
Want Italië heeft met zijn bescheiden
vloot tegen de Engelsche geen schijntje van
een kans, maar het heeft een luchtwapen,
dat in den aanval van zeer groote betee-
kenis kan zijn en de feiten hebben al bewe
zen, dat in den strijd van dit Oogenblik één
bommenwerper van grooter betnekenis dan
het kostbaarste slagschip kan zijn.
s
Engeland, zegt men, heeft het eerste ge
deelte van den Europeeschen strijd roem
loos verloren en zoo voldaan men daarover
in de autoritaire staten kan zijn, zoo onaan
genaam is men daardoor getroffen in de
landen der geallieerden en alle staten, die
daarmede van ganscher harte sympathisee-
ren.
Allereerst natuurlijk in Engeland zelf,
waar men zich de groote vraag stelt, wie er
vcor deze tegenslagen verantwoordelijk is
en waar vooraanstaande volksleiders reeds
openiijk tot verzet prediken en verkondi
gen, dat het noodzakelijk wordt, de mannen
wien dit overkomen is zoo spoedig mogelijk
te vervangen.
Nog altijd heeft Chamberlain, de voor
zichtige, het vertrouwen van het parlement
kunnen behouden, nog altijd beschouwt men
hem in Engeland als de man," die niet door
het zoeken van gevaarlijke risico's, maar
door een weldoordacht, zij het dan ook veel
langzamer, optreden op den duur de meeste
successen zal behalen. Duitschland is de
staat waar men .behoefte aan éclatante suc
cessen heeft, ook al zal de waarde daarvan
niet groot zijn. Engeland is de staat waar
men den tijd heeft en liever een langjarige
blokkadepolitiek met de zekerheid op een
uiteindelijke overwinning zal voeren, dan
toe te slaan op een oogenblik, dat men ge
vaar loopt door een ondoordachte actie een
gevoelig verlies aan mannen en materiaal
te moeten boeken.
Toen het 'Lagerhuis Donderdag bijeen
was en verschillende critici voornemens
waren de regeering onderhanden te nemen,
heeft .Chamberlain den opkomenden storm
bezworen door een beroep op de parle
mentsleden te doen, hun aanvallen nog
eenige dagen uit te stellen. Men had alge
meen den indruk, dat dit noodzakelijk was
om de krijgsverrichtingen in het Noorden
zoo voordeelig mogelijk te kunnen liquidee
ren, maar nu deze liquidatie een feit is ge
worden kan niet verwacht worden, dat men
het antwoord op het Britsche mijnleggen
was. Leger en vloot waren niet zoo voorbe
reid als voor een dergelijken plotselingen
aanval wel wenschelijk ware geweest. Daar
voor zijn sommigen onzer verantwoordelijk.
Maar niet alleen de vloot, ook het leger
heeft daarna weerstand geboden. Ook nu
nog zijn de Noren meester- in een groot deel
van hun land en trouw aan hun koning en
hun wettige regeering.
Koht sprak'over de hulp der geallieerden
en deelde mede, dat zelfs de Poolsche re
geering 4000 man gezonden heeft.
Koht vroeg den Noren niet ongeduldig te
worden, indien de ontwikkeling langzaam
schijnt te gaan.
Zie verder Buitenland pag. 3, Ze blad. moeten constateeren.
de regeering de critiek nog langer zal spa
ren. Het Britsche kabinet kan er op reke
nen, dat het dezer dagen zal worden aanga-
vallen door de mannen, die van den aan
vang af zoogenaamd hebben geweten, dat er
iets verkeerd ging, door mannen, die het
zelf zooveel beter zouden hebben gedaan.
Maar daarbij zal men natuurlijk ook reke
ning moeten houden met de verwijten van
deskundigen, die werkelijk hebben begre
pen, dat de militaire actie in Noorwegen
tot mislukking gedoemd was en die de
leger- en vlootleiding hun bemerkingen
zeker niet zullen sparen.
Natuurlijk verkeert een land als Groot-
Britannië in een uiterst moeilijke positie.
Men heeft daar altijd en dat is nu een
maal een bijkomstig kwaad in de democra
tisch geregeerde staten te veel gerede
neerd, te veel uitgelegd en te veel beloofd.
Iedereen wist uit de Britsche parlements-
verslagen en radio-redevoeringen, dat En
geland voor de vrijheid en zelfstandigheid
van de kleine staten vecht, iedereen wist,
dat men Noorwegen verweet waarom het
geen partij had gekozen en zich niet onder
Britsche bescherming had gesteld. Noorwe
gen is daarna door de Duitschers overval
len en het was niet alleen de plicht der ge
allieerden het thans de zoo lang beloofde
bescherming te bieden, maar tevens het
welbegrepen Britsche belang te trachten de
Duitschers van de Noorsche kust te verdrij
ven omdat men in Engeland heel goed be
grijpt, dat Duitschland door het bezit van
de Noorsche vliegtuigbases- een geweldigen
voorsprong heeft gekregen.
Het is voorspeld en het ligt in de logische
lijn der gebeurtenissen, dat thans de Brit
sche kust van Noorwegen uit aan een zeer
krachtig luchtoffensief zal worden bloot
gesteld en de positie waarin het zoo lang
door de zee beschermde Britsche Rijk ver
keert is dan ook allesbehalve gemakkelijk
geworden.
a
Vrienden in den noodr dat is het wat niet
alleen een mensch maar ook een in zorg
verkeerende staat noodig heeft.
Men verheugt zich in Engeland over de
sympathie van Amerika die het zelfs niet
eens bij sympathiebetuigingen heeft gela
ten, maar door zijn optreden in Italië een
ernstige waarschuwing tegen mogelijke uit
breiding van den strijd heeft gegeven
men verheugt er zich over het vertrouwen,
dat de Fransche bondgenoot nog altijd in
de kracht van het Britsche imperium stelt,
over de verklaring van Spanje, dat het in
alle omstandigheden neutraal zal blijven,
over het blijkbaar nog ongeschokte vertrou
wen in de Balkanstaten en, last not least,
over de krachtige houding welke door de
dominions en de aan Britsche zijde strij
dende landen gedemonstreerd wordt,
wordt.
Noorwegen moge in het grootboek der
oorlogsgeschiedenis als een verliespost ge
boekt worden, de kracht van het geweldige
Britsch rijk is daardoor nog geenszins ge
broken. Na regen komt zonneschijn, ook in
den oorlog en men mag er op rekenen, dat
de bordjes zoo nu en dan wel eens verhan
gen zullen worden en dat men ook in Ber
lijn de tijden zal kennen, dat men de toe
komst met meer zorg tegemoet ziet. dan op
het oogenblik het geval is,
Men vergete daarbij niet, dat de krachts
verhouding der oorlogvoerende partijen nog
altijd van dien aard is, dat met eenige ze
kerheid voorspellingen over den afloop van
den grooten strijd niet kunnen gedaan wor
den.
Het is nog te vroeg voor landen als Rus
land en Italië om openlijk partij te kiezen,
omdat zij daardoor de kans loopen aan de
verkeerde zijde te staan en gedupeerd te
wordt als de oorlog eens in het nadeel van
Duitschland beslist wordt.
Men mag zelfs de vraag stellen of deze
beide staten bij een overwinning van
Duitschland gebaat zouden zijn. Een Duit
sche overheersching van den Balkan en van
de Middellandsche Zee zou Italië waar
schijnlijk onaangenamer zijn dan een Brit
sche en een Duitsche beheersching van
Scandinavië en het geheele Oostzeegebied
zou Rusland binnen afzienbaren tijd in con
flict met den machtigen buurman brengen.
Vandaar wellicht dat Mussolini den Ame-
rikaansehen gezant gerustgesteld heeft .met
de verzekering, dat Italië den tijd nog niet
gekomen acht om zich wellicht noodge
dwongen aan Duitsche zijde te scharen
en dat handelsbetrekkingen zoowel van
Italiaansche als van Russische zijde met En
geland overwogen worden, wat het' beste
bewijs is, dat men er in beide landen naar
streeft geen Britsche schoenen weg te
gooien voor men er volkomen zeker van is,
dat ze niet meer gerepareerd kunnen wor
den.
Trouwens, ook het Noorsche avontuur is
blijkbaar nog niet ten einde.
Er kan een tweede acte met nieuwe spe
lers volgen waarvan het slot' eén geheel an
der resultaat geeft dan i tot dusve."
helaas voor En& ,as. heeJ;