DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Het Duitsche legerbericht.
Italiaansch legerbericht.
ALKMAARSCHE
URANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsoriis per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
No. 167
Dit nummer bestaat uit twee bladen. Directeur: C. KRAK.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENT IEN:
Van 1 -5 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Tefef. 3320, redactie 3330.
Woensdag 17 Juli 1940
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
142e Jaargang
Het opperbevel der weermacht maakt be
kend:
Een duikboot meldt, dat zij scheepsruimte
der vijandelijke koopvaardij met een inhoud
van 23,600 bruto registerton tot zinken heeft
gebracht. Een tweede duikboot heeft een
vijandelijke tankboot van 9000 ton, die in
een sterk beveiligd convooi voer, in den
grond geboord.
Bij herhaalde luchtaanvallen op 15 Juli
op het Engelsehe scheepvaartverkeer in het
Kanaal gelukte het drie koopvaardijschepen
met een totalen inhoud van 18.000 bruto
registerton tot zinken te brengen en nog
vijf koopvaardijschepen met bommen te be
schadigen.
In den loop van den dag viel het lucht-
wapen verder de Britsche vliegvelden van
Pembroke, St. Athanatan, Phymouth en
Bicester, de haveninstallaties in Cardiff en
Brighton, benevens een vliegtuigfabriek in
Yeovil aan. De neergeworpen bommen deden
talrijke branden en ontploffingen ontstaan.
Engelsehe vliegtuigen hebben in den af-
geloopen nacht wederom in Noord- en West-
Duitschland op eenige plaatsen bommen
neergeworpen, zonder schade aan te richten.
Het Italiaansche algemeene hoofdkwartier
publiceert legerbericht no. 36. Het luidt als
volgt;
Maandag is gemeld, dat een vijandelijke
torpedoboot jager is getorpedeerd. Dit was
het resultaat van Ce fortuinlijke ontmoeting
van een onzer duikbooten, die stoutmoedig
den strijd aanbond met zes vijandelijke tor-
pedobootjagers.
Een onzer formaties luchtstrijdkrachten
heeft in Palestina de basis van Haïfa ge
bombardeerd, een belangrijk petroleum-
centrum. Verscheidene opslagplaatsen, een
raffinaderij en andere installaties werden
getroffen. Er ontstonden geweldige bran
den, welke onze vliegers, die allen, na^r hun
bases terugkeerden, nog op den terugweg
op een afstand van ongeveer 200 km kon
den zien.
Tijdens luchtaanvallen op Tobroek, die
zonder resultaat bleven, werd een Engelsch
vliegtuig neergehaald. De inzittenden wer
den gevangen genomen.
In Oost-Afrika hebben bnze troepen, dank
zij een schitterende actie van onze troepen,
de plaatsjes Doekeila, Terkeile, Tagana,
Kokay,a Dula en Dandula bezet in Somali-
land in de richting van Dolo, waardoor het
front in deze richting met ongeveer 300 km
is bekort.
Een poging van den vijand om een aanval
te ondernemen op onze stellingen in de
zóne van het Rudolphmeer is afgeslagen
met behulp van de plaatselijke bevolking,
waarbij den vijand verliezen werden toe
gebracht.
DUITSCKE TEGENSPRAAK.
De Britsche radio heeft op 15 Juli be
weerd, dat de Duitsche fabrieken thans 21
uur per dag gifgas vervaardigen en voegde
hieraan de ironische opmerking toe, dat
Duitschland zich zeker spoedig beklagen zal
over het gebruik van gifgas door Engeland.
Het doel, dat de Britsche radio met dit be
richt nastreeft, is, naar van Duitsche zijde
wordt verklaard, al te doorzichtig. Duitsch
land heeft den oorlog tot dusver strikt vol
gens de bepalingen van het volkenrecht ge
voerd. Thans echter schijnen de Britten
weder opnieuw, zooals reeds zoo dikwijls,
een nieuwe schending van internationale
overeenkomsten te willen plegen. De mo
tieven hiertoe zijn klaarblijkelijk de zooge
naamde Duitsche voorbereidingen tot den
gasoorlog, die geheel en al verzonnen zijn.
„Wij waarschuwen Engeland", zoo voegt
men hieraan toe.
EEN VERKLARING VAN ATTLEE.
De lord-grootzegelbewaarder, Attlee, heeft
in het Lagerhuis verklaard, dat de regeering
haar plan voor het overbrengen der kinde
ren naar overzeesche landen had uitgesteld,
tot de toestand ter zee het mogelijk zou ma
ken, dat men voldoende escorteschepen ter
beschikking zou hebben. Er is echter een
grondige wijziging ingetreden door de ver
hezen aan scheepsruimte en het wegvallen
van een groot deel der Fransche vloot. In de
bestaande omstandigheden heeft de geheele
Britsche vloot in de eerste plaats de taak,
de nationale veiligheid te waarborgen. Daar
voor moeten, aldus Attlee, alle andere over
wegingen wijken.
DE OORLOG IN DE LUCHT.
Tegenover beweringen der Engelsehe pro
paganda, volgens welke de Duitsche ver
liezen aan vliegtuigen in den tijd van 23
Juni tot 12 Juü in een verhouding van vijf
tot een of zelfs van zes tot een staan tot de
Engelsehe verliezen, constateert de Duitsche
pers: in de genoemde tijdruimte verloor
volgens de legerberichten het Britsche
luchtwapen 223 vliegtuigen, terwijl 47
Duitsche toestellen als vermist of verloren
opgegeven werden.
SPAANSCHE PERSSTEM OVER DEN
TOESTAND VAN ENGELAND.
Naar aanleiding van Churchills radiorede
constateert de ABC, dat de blokkade tegen
Engeland van uur tot uur doeltreffender
wordt en dat de „splendid isolation" thans
voor Engeland tot een onaangename werke
lijkheid is geworden. De Duitsche luchtaan
vallen hebben drie gevolgen: In de eerste
plaats de belemmering van de voorziening
van overzee door het verstrooien van - alle
convooien, in de tweede plaats de voortdu
rende bedreiging van het militaire weer
standsvermogen door de vernietiging van
industriecentra, havenwerken enz. En ten
slotte het murw maken der burgerbevol
king. Deze drie dingen verklaren het gebrek
aan ernst in de rede van Churchill en de
paniekstemming onder het volk, dat werke
loos moet toezien, hoe zijn heerschappij over
de wereldzeeën verdwijnt, zonder dat de
home fleet daaraan ook maar iets kan ver
anderen. Het ergste voor Engeland is echter,
dat elk initiatief zonder uitzondering in
Duitsche handen is.
DE DOOR HET FRANSCHE LEGER
AANGERICHTE VERWOESTINGEN.
De verwoestingen door de terugtrekkende
Fransche legers in België en in het eigen
land, aldus het D. N. B., konden tot
dusverre alleen door bezichtiging ter
plaatse bewezen worden. Thans zijn het
Duitsche leger verschillende documenten
in handen gevallen, waaruit onomstootelijk
blijkt, dat de Fransche troependeelen vol
gens uniforme, van te voren verstrekte aan
wijzingen hebben gehandeld.
In dit verband verschaft een besluit van
den generalen staf van den opperbevelheb
ber van het Fransche Noordoost front zeer
veel opheldering Dit besluit is gedateerd 29
Mei 1940 en luidt ongeveer als volgt:
Ten einde door verwoestingen en vernie
lingen een ernstige vertraging in den op-
marsch van vijandelijke gemotoriseerde af-
deelingen te verkrijgen, moeten deze op
doeltreffende wijze ten uitvoer worden ge
legd. Zoo mag bv. niet geaarzeld worden in
een dorp verscheidene huizen in de lucht te
laten vliegen, teneinde zoodoende bij den
uitgang van het dorp groote puinhoopen te
vormen, voor het opruimen waarvan de
vijand langen tijd noodig heeft.
DE KABINETSCRISIS IN JAPAN.
Het plotseling aftreden van het kabinet
Yonai heeft in Tokio algemeene verrassing
gewekt, ofschoon sinds langen tijd een
reconstructie der regeering werd verwacht.
Men vermoedde, dat Yonai tenminste zou
probeeren het huidige kabinet met nieuwe
functionnarissen voor de portefeuilles van
buitenlandsche zaken en oorlog voorloopig
bijeen te houden. Een dienovereenkomstig
verzoek aan den minister van oorlog, Hata,
zijn opvolger aan te wijzen, werd echter
onder verwijzing naar het gemeenschappe
lijke besluit der vooraanstaande generaals
van de hand gewezen, daar het leger niet in
staat was een nieuwen minister voor de
portefeuille van oorlog aan te wijzen, waar
op het geheele kabinet tot aftreden was ge
dwongen.
Volgens een Domeibericht heeft de mi
nister van oorlog zijn aftreden uitdrukkelijk
verklaard met het feit, dat de regeering-
Yonai zich passief gedragen heeft tegenover
een nieuwe politieke structuur. Wil Japan
echter de gestadig toenemende moeilijk
heden overwinnen, dan is een binnen-
landsch-politieke hervorming noodzakelijk.
Wanneer Japan in het algemeen de voorge
nomen nieuwe ordening in Oost-Azië ten
uitvoer leggen wil, dan moet het vastbeslo
ten de consequenties trekken uit de reeds
duidelijk zichtbare beslissingen van den
Europeeschen oorlog. De voornaamste taken
van het nieuwe kabinet zijn de volgende:
1. Een inzet zonder eenige terughoudend
heid voor de door het volk en de partijen
geëischte en door de weermacht ondersteun
de eenheidsbeweging als voorwaarde voor
de autoritaire staatsleiding.
2. Een volkomen bewapening door gebruik
te maken van een door den staat gecontro
leerd economisch leven.
3. Een duidelijke buitenlandsche politieke
doelstelling ter beëindiging van het conflict
met China als voorwaarde voor de politieke
en economische reorganisatie van Oost-
Azië.
HET VERVOER NAAR CHINA OVER
BIRMA.
Op de vraag, wat de houding van Amerika
is ten aanzien van de berichten, dat de Brit
sche regeering op verzoek van Japan het
vervoer van bepaalde goederen naar China
over Birma tegelijk zal verbieden, heeft
staatssecretaris Huil verklaard: De regee
ring der Vereenigde Staten heeft er een
wettig belang bij, dat overal ter wereld de
belangrijke handelsaders open blijven. Zij
beschouwt den bedoelden maatregel, wan
neer hij tot uitvoering zou worden gebracht,
evenals de reeds plaats gehad hebbende
sluiting van de route over Fransch-Indo-
China als een „ongerechtvaardigde oprich
ting van hinderpalen voor den wereldhan
del".
VOOR DEN AANVAL OP ENGELAND.
Over de situatie aan den vooravond van
den beslissenden slag tegen Engeland schrijft
de Deensche „National Tidende":
Te oordeelen naar de reactie op de rede,
Zondag door Churchill gehouden, zal de slag
van Duitschland tegen Engeland met ver
schrikkelijke kracht aankomen. Indien het
Engelsehe volk niet de volslagen verwoes
ting van Engeland en de vernietiging van
het Britsche rijk wenscht. dan moet het zich
haasten zich van de plutocratische kliek van
Churchill te ontdoen. „Berlingske Tidende"
schrijft: Uit de jongste commentaren op de
rede van Churchill blijkt, dat alle praatjes
over een vredesinitiatief zijn weggevaagd.
De Duitsch-Engelsche oorlog komt in een
beslissende phase.
LUXEMBURGS SOUVEREINEN NAAR
AMERIKA.
Het departement van buitenl. zaken deelt
mede, dat zich aan boord van den Ameri-
kaanschen kruiser „Trenton", die uit de
Europeesche wateren op de thuisvaart is, de
groothertogelijke familie %/an Luxemburg
bevindt. Toestemming om naar de Vereenig
de Staten te reizen is aan de groothertoge
lijke familie verleend nadat zij een beroep
had gedaan op het asylrecht. Op den krui
ser bevinden zich de prins-gemaal Felix en
zijn zes kinderen. De groothertogin zou te
Lissabon zijn achtergebleven.
DE OORZAKEN VAN DEN BELGISCHEN
NEDERLAAG.
Het Belgische gezantschap te Washington
heeft een verklaring gepubliceerd, waarin
wordt geconstateerd, dat België niet door
verraad het onderspit heeft gedolven, maar
ten eerste door de betere strijdkrachten en
de betere militaire tactiek aan Duitschen
kant en ten tweede door het volkomen ge
brek aan bescherming door het luchtwapen
der Engelschen. De Belgen, zoo constateert
de verklaring verder, hebben gestreden
zonder hulp der geallieerden, die zich reeds
naar Duinkerken terugtrokken, tot een
verdere strijd alleenp,raar nutteloos bloed
vergieten zou zijn geweest en de Belgische
koning derhalve den strijd staakte.
HET PARTIJCONGRES TE CHICAGO.
De voorzitter van het Huis van Afgevaar
digden, Bankhead, heeft Maandagavond te
Chicago op den democratischen partijdag
een toespraak gehouden, waarvan de inhoud
een aanwijzing is voor het verdere verloop
van het congres der democratische partij.
Bankhead heeft het grootste gedeelte van
zijn rede gewijd aan de verdediging van het
achtjarige democratische bewind. Voorts
gaf hij een opsomming van de binnenland-
sche hervormingen van Roosevelt, terwijl
hij zich, in aansluiting hierop, energiek
keerde tegen de „listige intriges" de demo
cratische partij te bestempelen als oorlogs
partij. Hij diende den republikeinen van
antwoord en noemde hun verkiezingspro
gram een politieke uitvlucht. Volgens Bank
head zou de democratische regeering zich
tegen een deelneming door de Ver. Staten
aan den Europeeschen oorlog onvoorwaar
delijk hebben verzet. De president, staats
secretaris Huil en het congres, dat door de
democraten wordt beheerscht, zouden al
het mogelijke hebben gedaan om den we
reldvrede te bewaren en zouden alle voor
zorgsmaatregelen getroffen hebben om de
Ver. Staten buiten den oorlog te houden.
DE VERANTWOORDELIJKHEID VOOR
DEN OORLOG.
Het blad Oeuvre schrijft ten aanzien van
de verantwoordelijkheid voor den oorlog:
De jongste verklaringen van Bonnet toonen
duidelijk aan, dat het ergste vermeden had
kunnen worden. De verantwoordelijkheid
van Engeland is verpletterend. De oorlogs
verklaring van Frankrijk is door valsch
spel verkregen. Dit woord is niet te sterk.
De Paris-Soir ziet eveneens de oorzaak
van het mislukken der laatste Italiaansche
poging om den vrede te redden in de door
het Britsche kabinet gestelde voorwaarde,
dat de Duitsche troepen uit Polen moesten
worden teruggetrokken. Deze voorwaarde
is voor de door Mussolini voorgestelde con
ferentie gesteld, omdat men van te voren
wist, dat de Führer haar nooit zou aanvaar
den. Frankrijk heeft toen echter niet met
zijn bondgenoot willen breken.
DE ENGELSCHE VERLIEZEN IN DE
MIDDELLANDSCHE ZEE.
De verliezen, die het Engelsehe eskader
bij den zeeslag bij de Balearen heeft ge
leden, worden thans vanuit Gibraltar be
vestigd.
Ofschoon bij het ontschepen van de doo-
den en gewonden van het Britsche eskader
het publiek door troepen achteruit werd ge
drongen, opdat de aan land gebrachte slacht
offers niet geteld zouden kunnen worden,
is dit plan mislukt.
Twee Spaansche dokwerkers hebben de
ontscheping bijgewoond en zijn daarna met
verschillende arbeiders ontsnapt. Zij hebben
minstens 128 dooden en 23 gewonden ge
teld en deelen mede, dat bijna alle Engelsehe
schepen duidelijke sporen van den strijd
vertoonden. De Hood vertoonde slagzij.
DE ITALIAANSCHE OPERATIES IN DE
MIDDELLANDSCHE ZEE.
In een speciaal bericht van het Italiaan
sche leger worden de volgende bijzonderhe
den medegedeeld over het verloop van de
Italiaansche oorlogsoperaties in de Middel-
landsche Zee, voornamelijk in de afgeloo-
pen week.
Van bijzondere beteekenis zijn de gege
vens over de bedrijvigheid, die door het
Italiaansche luchtwapen in het westelijke
en oostelijke gebied van de Middelandsche
Zee is onwikkeld, teneinde den terugtocht
van de Engelsehe eskaders naar Gibraltar
en Alexandrië te belemmeren. Volgens de
ze gegevens werd de vijand niet minder dan
veertig maal aangevallen, waarbij de vij
andelijke eskaders door vijftig bommen,
waaronder van het zwaarste kaliber, wer
den getroffen en zichtbare schade opliepen.
Tien vijandelijke jachtvliegtuigen werden
neergeschoten. Uit ooggetuigeberichten, fo
tografische documenten, de langzaamheid,
waarmede de vijandelijke schepen zich op
den terugtocht bewogen en het zwijgen van
de vijandelijke luchtdoelartillerie blijkt met
zekerheid, dat deze schade aanzienlijk is.
Een torpedojager en een vrachtschip zijn,
naar vaststaat, tot zinken gebracht. Twee
slagschepen, vier kruisers, twee vliegtuig
moederschepen en twee torpedojagers zwaar
getroffen. Twaalf vliegtuigen zijn neerge
schoten. Van de vliegtuigen aan boord van
de vliegtuigmoederschepen zijn er ongeveer
tien vernield of beschadigd. Het staat on
omstootelijk vast, dat het slagschip Hood
door drie bommen is getroffen en wel de
centrale plaats van de vuurleiding voor het
zwaarste geschut en in de meetkamer.
Het vliegtuigmoederschip Ark Royal is
door een bom getroffen, waardoor het aan
den rechterhoeg uitstekende gedeelte van
zijn vliegtuigbaan werd vernield en zeven
vliegtuigen werden vernietigd.
Het vliegtuigmoederschip Eagle vertoont
aan den boeg een groote scheur in den
scheepswand. Uit het bericht met de bij
zonderheden van den zeeslag blijkt, dat het
vuur van de Italiaansche slagschepen Ce-
sare en Cavour, op een afstand van 2600
meter werd geopend en snel op het doel
werd gericht, zoodat verschillende treffers
konden worden waargenomen. Een van de
vijandelijke schepen helde sterk voorover
en staakte het vuren. Ook het vuren van
den vijand was goed gericht, want een 38.1
centimeter granaat heeft een Italiaansch
slagschip midden op het dek in de buurt
van een schoorsteen getroffen. Hierdoor
werd het Italiaansche slagschip echter niet
gehinderd, het vuren met onverminderde
snelheid voort te zetten, daar geen vitaal
deel was getroffen.
ROOSEVELT EN DE PRESIDENTS
VERKIEZINGEN.
President Roosevelt heeft even na mid
dernacht het partijcongres door senator
Barkley doen mededeelen, dat hij noch den
wensch, nóch het voornemen heeft om zich
eigener beweging wederom candidaat te
stellen. Het staat echter allen gedelegeerden,
op wie hij niet den geringsten druk heeft
uitgeoefend, vrij om voor eiken candidaat,
dien zij willen, te stemmen.
Deze verklaring van Roosevelt wordt over
het algemeen aldus uitgelegd, dat de presi
dent alleen candidaat zou willen worden
gesteld door een spontaan besluit van den
partijdag.
DE ENGELSCHE BOMBARDEMENTEN.
Uit Londen werd op 14 Juli gemeld, dat
de aanval van de Royal Air Force op
Emden, in den nacht van 12 op 13 Juli,
buitengewoon veel succes zou hebben gehad.
Petroleumopslagplaatsen, fabrieken en pak
huizen zouden hevig zijn gebombardeerd.
Het zou gemakkelijk zijn geweest om deze
doelen te herkennen, daar het zicht buiten
gewoon goed was. Van Duitsche zijde wordt
hiertegenover vastgesteld, dat in werke
lijkheid 40 bommen boven Emden zijn neer
geworpen. Daardoor zijn slechts twee woon
huizen verwoest en verschillende bescha
digd Er zijn vijf burgers gedood en 16
gewond.
BULLITT NAAR AMERIKA
VERTROKKEN.
De Amerikaansche ambassadeur Bullitt is
gister met het clippervliegtuig naar New-
York vertrokken. Vóór zijn vertrek heeft hij
aan het blad „Diaria de Noticias" een inter
view toegestaan, waarin hij verklaarde, dat
hij gisteren reeds telefonisch met Roosevelt
heeft gesproken. Roosevelt zal hem reeds
morgenavond in het Witte Huis ontvangen.
Op een vraag antwoordde Bullitt, dat de be
zetting van Parijs door de Duitsche troepen
zonder bloedvergieten was geschied. Vóór
hij uit Parijs was vertrokken, had de
Duitsche delegatie hem een beleefdheids
bezoek op de ambassade gebracht. Tenslotte
sprak Bullitt het gerucht tegen, dat hij het
voornemen zou hebben de Amerikaansche
ambassade bij de Fransche regeering in de
toekomst naar Madrid over te brengen. Zijn
reis naar de Vereenigde Staten heeft uit
sluitend ten doel Roosevelt op de hoogte te
stellen van den toestand in Europa.
DE JAPANSCHE REGEERINGSCRISIS.
Onder voorzitterschap van den lordgroot-
zegelbewaarder, Markies Kido, is tegen
hedenmiddag een vergadering belegd, waar
aan zullen deelnemen persoonlijkheden, die
in nauw contact met den troon staan, zooals
prins Konoye en verscheidene vroegere
eerste ministers en de voorzitter van den
geheimen staatsraad, Hara, teneinde den
toestand te bespreken, zooals die is ontstaan
door het aftreden van het kabinet Yonai, en
te beraadslagen over de opvolging. In aan
sluiting hierop zal Kido een bespreking
hebben met prins Saionji.
Na deze beraadslagingen zal de lordgroot-
zegelbewaarder rapport uitbrengen aan den
keizer en voorstellen doen tot benoeming
van den nieuwen premier, resp. het nieuwe
kabinet. In politieke kringen is men van
meening, dat nog vandaag een beslissing
van den keizer verwacht kan worden.
Volgens berichten in de bladen zien Kido
en de overige in nauw contact met den troon
staande persoohlijkheden in prins Konoye
den geschikten nieuwen minister-president,
zoodat nog nauwelijks kan worden getwij
feld aan diens benoeming.
In politieke kringen in Tokio is men al
gemeen van opvatting, dat de eenige staats
man, de de moeilijke binnen- en buitenland
sche politieke problemen van het oogenblik
tot oplossing kan brengen vorst Konoye is.
Men beschouwt de houding van het leger
en de politieke partijen als beslissend voor
de verwachte benoeming van Konoye tot
minister-president. Zooals men weet, heb
ben de politieke partijen zich uitgesproken
ten gunste van de z.g. nieuwe politieke
structuur.
Naar men in politieke kringen verder ver
klaart, staat Konoye dan voor de volgende
drie groote taken:
1. De vorming van een politieke eenheids
organisatie, welke gesteund wordt door alle
volkslagen zoowel als door de weermacht
en het zakenleven.
2. De vorming van een regeering, waarin
de nieuwe politieke structuur haar eenheids
uitdrukking vindt.
3. Uitvoering van de op grond van den
veranderden toestand in de wereld nood
zakelijk geworden binnen- en buitenlandsch
politieke hervormingen, gesteund op een
eenheidspartij in den Rijksdag.
Aangezien de ontbinding van de meeste
partijen reeds is geschied en de ontbinding
van de Minseito binnenkort verwacht wordt,
houdt men de vorming van een politieke
eenheidsorganisatie, aan welker hoofd
Konoye moet staan.
Welingelichte kringen zijn, naar de Tokio
Nitsji Nitsji meldt, van meening, dat prins
Konoye alleen dan de functie van minister
president zal aanvaarden, wanneer de mili
tairen zekere voorwaarden accepteeren.
Daarmede wil Konoye een goede samen
werking met de militairen voor de toekomst
verzekeren. Mocht de weermacht echter een
afwijzende houding aannemen, dan zal
Konoye de kabinetsformatie van de hand
wijzen. Men zou dan eventueel een over
gangskabinet moeten verwachten.
DE MEENING VAN JULES ROMAINS.
De Fransche schrijver Jules Romains, die
uit Portugal te New-York is aangekomen,
heeft naar het D. N. B. uit New-York meldt,
tegenover persvertegenwoordigers ver
klaard, dat Frankrijk nooit „fascistisch zal
worden". De overwegende meerderheid van
het Fransche volk is tegen „fascisme" en de
invoering van een regeeringsvorm, welke op
fascisme lijkt, is onmogelijk.
DE VLUCHTELINGEN VAN GIBRALTAR.
Uit welingelichte bron, zoo meldt het
agentschap Stefani, is thans de ware oor
zaak vernomen van de terugreis der vluch
telingen uit Gibraltar, die eerst naar
Fransch Marokko waren vervoerd, naar hun
eigen stad. Na het sluiten van den wapen
stilstand tusschen de spilmogendheden en
Frankrijk had de Britsche regeering onge
veer 20.000 Franschen uit Engelsehe gebieden
gewezen. Dit waren Franschen, die
weigerden de z.g. regeering van de Gaulle
te erkennen. De uitgewezenen werden op de
oudste en meest vervallen schepen geladen
en kwamen in vreeselijken toestand in
Fransch Marokko aan Vol verontwaardi
ging namen de Fransche autoriteiten tegen
maatregelen, waardoor de vluchtelingen uit
Gibraltar in Fransch Marokko werden ge
troffen.
DE VERKIEZINGEN IN LETLAND.
De op 14 en 15 Juli in Letland gehouden
parlementsverkiezingen hebben een rustig
verloop gehad. Volgens een voorloopige
mededeeling van het centrale kiescomité,
bedroeg de deelneming aan de verkiezingen
voor de door de communistische partij op
gestelde candidatenlijst in de steden rond
90 procent, op het platteland rond 84 procent
en in Riga rond 95 procent.
Het nieuwe parlement komt waarschijn
lijk op 20 of 21 Juli bijeen om de belang
rijkste staatsrechtelijke vraagstukken, de
nieuwe grondwet en veranderingen oj
sociaal gebied in behandeling te nemen.