Gewichtig! Een interessant onderzoek op Schokland. m\u borende Kiespijn Jhhaakaétiek Xf-amciéüek W WW/ ww m 'M <m:tï'W wk w4 wé m*m P P P WW m, m I ymm. '"""mei '"'""n R m w md f||§M||p, JeuiWetw Fundamenten van de oudste kerk aldaar en schedels van Schoklanders gevonden. Radioprogramma voor Zondag en Maandag. mm... JilsLÉIS HÉ $81 Wm 'IK 1 jj| TWEEDE BLAD. Onlangs is een bijeenkomst te Zwolle gehouden, in welke vergadering de richt lijnen werden aangegeven van een uitge breid wetenschappelijk onderzoek in den Noord-Oostpolder. Het doel van dit onder zoek zou niet alleen zij, vast te stellen, wat allicht voor de toekomstige bewoners van het droog te leggen land van belang zou kunnen zijn. Maar mede ook wilde men te weten komen wat de levensgewoonten, de gedragingen en het lot van de bewoners waren, die in een vroegere periode in het binnen den N.O. polder vallend gebied ge woond hadden, of er nog hun bestaan vinden. Een om een geleerd woord te bezigen, anthropologisch onderzoek dus, waarvoor zoowel Urk, waar nog eenige duizenden menschen wonen, als Schokland, waar wel licht eenige duizenden menschen gewoond hebben, in aanmerking kwamen. Nu wil het geval, dat Urk zoowel als een deel van Schokland in de tweede helft der 17e eeuw tot Amsterdam kwamen te be- hooren. En het is waarschijnlijk uit dien hoofde, dat de gemeentelijke Universiteit van de hoofdstad des lands zich in het bij zonder voor het wetenschappelijk onderzoek op die eilanden interesseert. Er werd een be drag voor dit doel uitgetrokken; er werd volle medewerking verkregen van den dienst der Zuiderzeewerken; aan dr. A. de Froe, hoofdassistent van prof. dr. M. W. Wcerdeman en docent in de anthropologic aan de medische faculteit te Amsterdam, werd het onderzoek opgedragen. En deze vond een tiental zijner studenten bereid hem behulpzaam te zijn bij zijn opsporings- arbeid. Expeditie naar het vrijwel onbewoonde eiland. Nu is een expeditie voor welk doel dan ook, in de bewoonde wereld zoo bezwaarlijk niet. Men neemt een koffertje met reisbe- noodigdheden mee, installeert zich in een of ander hotel, laat zich daar op zijn wenken bedienen, en verricht overigens de werk zaamheden die men zich had voorgesteld te verrichten. Maar een onderzoek, dat vier weken in beslag zal nemen, tezamen met een tiental jonge menschen op een vrijwel verlaten eiland, is niet zoo „van alle gemakken door zien". Want in zoo'n geval moet men zelf voor onderdak zorgen niet alleen, maar ook voor voedsel en verzorging. Doch ook deze moeilijkheid is overwonnen door middel van „de kampeertent". Dank zij de zeer gewaardeerde hulp van de Directie der Zuiderzeewerken werd een kleine tentenstad naar de uiterste Zuidpunt van Schokland, naar Ens, gesieept; een bootje van dien dienst brengt eiken dag het noodige voedsel in rauwen en ruwen staat ter plaatse; 'n tweetal studenten- corveeërs heeft tot taak, de slaboontjes en aardappels en wat er nog zoo bij komt, in eetbaren toestand te brengen. En hiermee hebben we dan in enkele woorden ge schetst de studiegemeenschap, die daar op het oogenblik als een kleine nomaden- kolonie, op het eens bewoonde Ens, te midden van wind en golven leeft. Het zou een Arkadië kunnen zijn als de over heid er maar toe kon besluiten, wat extra broodbonnen beschikbaar te stellen, voor de altijd hongerige magen van hen, die nu de dompige collegezalen verwisseld hebben voor de frissche zeelucht en de geleerde vertoogen en folianten voor spade en hou weel. Maar dat is een klein inconveniënt, dat men als tol aan den „nieuwen tijd" heeft te brengen. Bezoek bij de onderzoekers. Dank zij een goede relatie waren we begin dezer week in de gelegenheid een bezoek te brengen aan de expeditie, die daar nu al reeds een kleine week aan den arbeid is. Het was nog vrij vroeg in den morgen, toen we op het tot ondergang gedoemde Schokland aankwamen. En daar het kamp nog in diepe rust lag, en we uit ervaring weten, dat menschen, die pas uit hun slaap ontwaken, niet graag direct worden lastig gevallen, liepen we maar liever eerst nog „een straatje om". Hetgeen op Schokland beteekent een wandeling van tweemaal 5 kwartier van Zuidert, over Molenbuurt of Ens, naar Emmeloord met zijn nog altijd vriendelijke en beschuttende haventje. Wan delend over het smalle, afbrokkelende dijk pad, konden we het geheele langgerekte eiland overzien, waar hier en daar stukken wild land onder water staan, hier en daar nog weidevelden liggen, waar een enkel paard zich „te goed" doet aan schraal gras, en waar nog rietvelden staan, die dit jaar wel voor het laatst gesneden zullen worden. Maar de Molen- of Middenbuurt alias Ens is nog een lieflijk plekje. Daar huiven nog de kronen van een eikenboomengroep bescher mend boven een woning en een klein kerk- gebouwtje; daar woont nog een gezin, dat er nog een boerenbedrijfje op na houdt met een paard, wat schapen en geiten en kippen. Doch dit jaar nog zal het gezin met heel zijn hebben en houden dit eenzame, niettemin lieflijke plekje hebben te verlaten. Want even Noordelijker zijn reeds werklieden met machines begonnen de zeewering weg te breken, het eiland te ontmantelen en de basaltbrokken weg te voeren, die tot bouw stof moeten dienen voor den dijk, den hoo- gen steenen rug, die den grooten NO.-pol- der van het IJsselmeer zal scheiden. En hoe hooger naar het Noorden men komt, des te verder voltrekt zich de afbraak. Daar lig gen in het haventje van Emmeloord, de uiterste Noordpunt, behalve een aantal turftj alken, die er beschutting zoeken tegen het stormachtige weer, ook groote bakken, die geladen worden met steen en steenslag, afkomstig van het eiland-in-afbraak. Ja, Schokland is ten ondergang gedoemd, dat is nu eenmaal zoo vastgesteld en on vermijdelijk. Toch is dat wel een beetje jammer ook. Want het eiland heeft nog een oude his torie. En ook reeds van dien gezichtshoek uit gezien, is het verblijdend, dat de anthro- pologische dienst een stukje van Schokland tot onderwerp van studie en onderzoek heeft uitgekozen. Waarmede we ook met een weer na de omzwerving op het eiland, tot ons uitgangspunt zijn teruggekeerd. Opgravingen. Nu was het kamp ontwaakt, en waren de studenten met hun docent en leider druk bezig de verborgenheden van dit verlaten oord te ontsluieren. Dr. De Froe stak, toen hij ons zag, tot vriendelijken groet de hand naar ons uit en zijn spade in den grond en nam ons mee, om van zijn bevindingen een en ander mede te deelen. Hij was opgetogen over de reeds verkregen resultaten. Uit oude ge schriften is bekend, dat, op wat thans de uiterste Zuidpunt van het eialnd is, om streeks 1200 een vroeg-Gothische kerk met Romaanschen toren moet hebben gestaan. Op die plek, waar thans o.a. de vuurtoren van Ens staat, is men aan het graven ge gaan. Het was een zwaar werk. Want een laag zware zeeklei gemengd met puin, ter dikte van pl.m. 60 c.m. moest voorzichtig en met voor dit werk niet getrainde men schen worden weggegraven. Maar de uitkomst was verheugend. Het is gelukt de fundamenten bloot te leggen, van ,het heele gebouw, dat daar oorsprongelijk heeft gestaan, een kerk gebouw, van zulk een omvang, dat er voor 6 a 700 menschen plaats moet zijn ge weest. De muren hebben een gemiddelde dikte van 85 cm; de steunbeeren een nog grooter dikte. Het koor wordt gevormd door 5 muren van ieder ruim 2 m lengte, samen vormende 5 zijden van een 10-hoek. De Zuid- en de Noordmuur staan 10 meter van elkander verwijderd; in de Zuid-muur bevinden zich twee openingen, waarin waarschijnlijk boogvensters waren aangebracht. Aan de Oostzijde zijn de fundamenten gevonden van een hoogst waarschijnlijk Romaanschen toren. Ach ter dezen toren zijn lichtere fundamenten aangetroffen. Hier heeft hoogstwaar schijnlijk de pastorie gestaan. Want ge heel Westelijk van het bouwwerk, dus achter de vermoedelijke pastorie, en door een muur daarmede verbonden, is een kelder gevonden, waarvan de muren rondom bezet zijn met een rij prachtig geel en groen geglazuurde groote plavui zen. Tot zoover wat aangaat de gevonden metselwerken. We kunnen daarover thans nog niet verder schrijven, primo omdat het ontgravingswerk daartoe nog niet voldoen de gevorderd is, secundo omdat we anders in allerlei technische détails zouden moeten afdalen, die voor een krantenartikel minder geschikt zijn. In elk geval kan .echter reeds gezegd worden, dat de vondst voor de be- sludeering van de historie van Schokland en zijn bewoners van groot gewicht is. Skeletten. Eén ding is jammer en belemmerend voor het onderzoek. Midden in het schip van de kerk heeft men den Schokker vuurtoren ge bouwd; een paar regenwaterputten werden eveneens daarin gegraven, ten behoeve van de vuurturenwachterswoning. Bij het uit diepen van de fundamenten hiervoor stootte men destijds op de resten van in de kerk begravenen. De werklieden wierpen des tijds de menschelijke beenderen door elkan der op een hoop.' Het zou echter juist zoo belangrijk zijn geweest voor het onderzoek naar den aard der vroegere bewoners, als men deze menschelijke resten ongeschon den had kunnen opgraven. Toch zijn er reeds verscheidene schedels gevonden, die stellig van waarde zijn voor het anthropologisch onderzoek. Boven dien ligt het in de bedoeling en men is er ook mee bezig met omzichtigheid dieper te graven. De verwachting is ge rechtvaardigd, dat op grooter diepte, en vooral in het koor ongeschonden graven zullen worden gevonden.' Op Donderdag 18 Juli zijn de eerste on derzoekingswerkzaamheden begonnen. Nog geen week nadien had men reeds, zooals uit bovenstaande blijkt, heel belangrijke vondsten gedaan. Het is zeker niet al te optimistisch, te verwachten, dat in de drie weken die nog resten, nog belangrijke gege vens zullen worden verkregen, waardoor de sluier die er hing over de vroegste histo rie van dit thans verlaten oord, wellicht een heel eind kan worden opgelicht. Een wensch. Tenslotte nog dit en we spraken daarover met dr. De Froe. Zooals reeds medegedeeld ligt het in de bedoeling van de directie der Zuiderzeewerken, om het eiland geheel met den polder gelijk te magen. Reeds nu komt echter de wen- schelijltheid aan den dag, het hoog gele gen hoekje grond, waarin de fundamen ten gevonden zijn, te sparen en te bewa ren voor het nageslacht. Het zou in Noord-Oost-polöer het eerste cultureels monument kunnen vormen, dat herinnert aan de eerste bewoners van dit eenzame deel van Nederland. Zondag 28 Juli. JAARSVELD, 414,4 M. (8.—12.— en 7.— NCRV, de VARA van 12.—6en 8.— 10.25 en de VPRO van 7.8.uur). 8. Schriftlezing, meditatie. 8.15 Orgelconcert (opn.) 9.Arnh. Orkestvereen. (opn.) 9.15 Gewijde muziek (gr.pl.) 9.50 Vrij Evang. Kerkdienst. Hierna gewijde muziek (opn.) 12.VARA-orkest (opn.) 12.45 ANP-ber. 1.Esmeralda en solisten. 1.50 „Voornamen en mode", causerie. 2.„The Kilima Ha- waiïans" en orgelspel. 2.30 Uit Bayreuth: le acte van de opera „Die Walküre". 3.35 Tuin- bouwpr. 4.De Ramblers. 4.30 „Het schil dersleven", causerie. 4.50 Gr.pl. 5.15 ANP- ber. 5.30 Gr.pl. 5.35 De golfbrekers. 5.45 Rep. 6.Wijdingswoord. 7.Studiodienst. 8.ANP-ber. 8.15 Revue-progr. 9.15 Radio- tooneel. 9.45 Orgelspel. 10.1510.25 ANP- berichten. KOOTWIJK, 1875 M. (AVRO-uitz.) 7.— Ber. (Duitsch). 7.15 Ber. (Eng.) 7.30 Gr.pl. 9.Omroeporkest en solisten (opn.) 9.45 Gr.pl. 10.Morgenwijding. 10.15 Gr.pl. 10.30 De Twilight Serenaders (opn.) 11.15 Ber. (Eng.) 11.30 Gr.pl. 11.45 Sylvestre-trio. 12.30 Ber. (Duitsch). 12.45 ANP-ber., event. gr.pl. 1.Avro-Amus-orkest en soliste (opn.) 1.35 Puszta-orkest. 2.Berichten (Duitsch). 2.15 Concertgebouw-orkest en so list (opn.) 3.15 Ber. (Eng.) 3.30 Avro- Tango-orkest (opn.) en Avro-dansorkest. 4.30 „Nieuwe wegen in de lichamelijke op voeding", interview. 4.45 Orgelspel. 5. Ber. (Duitsch). 5.15 ANP-ber. 5.30 Avro- Amus.-orkest. 6.15 Ber. (Eng.) 6.30 Avro- Amus.-orkest en solist. 7.— Gr.pl. 7.20 Weensch progr. 8.Ber. Duitsch). 8.15 A Veilig en vlug als geen ander helpt hierbij altijd een poeder of cachet van Mijnhardt Mijnhardt's Poeders per stuk 8 ct. Doos 45 ct. Cachets genaamd „Mijnhardtjes" Doos 10 en 50 ct. N.V.Pharmaceutische Fabriek A. Mijnhardt, Zeist. In een partij Dr. Tarrasch-Swiderski gespeeld in het meestertournooi te Neu renberg in het jaar 1906, ontstond na a b c d e i g h don 38en zet van Wit bovenstaande stelling. Na lang nadenken speelde Zwart hier 38Telc3f met het gevolg, dat de partij na nog 52 zetten met remise eindigde. Zwart had hier de winst in 'handen. Probeert U eens„ hoe U 't zou aanleggen. Kunt U 't niet vinden, draai dan de cou rant onderste boven. qeui XIJO Tb 4-Sq— 83i 0* l8l°A uep 'sq—fMN 'SPX9PG UBA sjee[d ut •)bui mxpx mXspa 'EI 4iq—iaa gSXzq 'Sf> 8§XS3X ES— 'It- !l3—ua SPX9PO 'OF (8P do qeeqos apueSia.ip }oq uee qoiz iqo.irjuo) iiq 8§N IR—£§N '68 -i-83—83X88 •Suissojdo ANP-ber. 8.30 Ber. (Eng.) 8.45 Gr.pl. (9.15 9.30 Ber. Eng.) 10.Ber. (Duitsch). 10.15 —10.30 ANP-ber. 10.30—10.45, 11.15—11.30, 0.15—0.30 en 1.15—1.30 Ber. (Eng) Maandag 29 Juli. JAARSVELD, 414,4 M. (VARA-uitz.) 8— ANP-ber., gr.pl. 10.VPRO-morgenwij- ding. 10.15 Zang met pianobegeleiding en gr.pl. 10.50 Deel. 11.10 Gr.pl. 11.20 Zang en orgel. 12.Esmeralda en solist. 12.45 ANP- ANP-ber. 1.VARA-orkest (opn.) 1.40 Gr. pl. 2.Uit Bayreuth: le acte van de opera „Siegfried". 3.20 Deel. 3.50 Gr.pl. 4.15 Causerie over Wagner's „iSegfried". 4.20 Uit Bayreuth: 2e acte van de opera „Sieg fried". 5.30 Voor de kinderen. 6.Gr.pl. 6.15 Brabantsch beteekenis voor Neder- landsch cultureele opbouw". 6.35 Uit Bay reuth: 3e acte van de opera „Siegfried". 8. ANP-ber. 8.15 Puzzle-uitz. 8.30 Arnh. Or kestvereen. (opn.) 9.25 Radiotooneel. 9.55 Vragen van den dag (ANP). 10.1510.25 ANP-ber. KOOTWIJK, 1875 M. (NCRV-uitz.) 7.— Ber. (Duitsch). 7.15 Ber. (Eng.) 7.30 Gr.pl. 8.ANP-ber. 8.10 Schriftlezing, meditatie. 8.25 Gewijde muziek (gr.pl.) 8.35 Gr.pl. 9.45 Zang met pianobegeleiding en gr.pl. 10.25 Gr.pl. (11.15—11.30 Ber. Eng.) 11.45 iPanovoordr. en gr.pl. 12.30 Ber. (Duitsch). 12.45 ANP-ber. 1.Consonanten en gr.pl. (2.—2.15 Ber. (Duitsch). 3.15 Ber. (Eng.) 3.30 Gr.pl. 4.Viool, orgel en gr.pl. 5. Ber. (Duitsch). 5.15 ANP-ber. 5.30 Arnh. Orkestvereen. (6.156.30 Ber. Eng.) 7. Vragen van den dag (ANP). 7.15 Ber. 7.30 Rep. of muziek. 8.— Ber. (Duitsch). 8.15 ANP-ber. 8.30 Ber. (Fng.) 8.45 Gr.pl. 9.15 Ber. (Eng.) 8.45 Gr.pl. 9.15 Ber. (Eng.) 9.30 Gewijde muziek (gr.pl.) 10.Berichten (Duitsch). 10.15—10.30 ANP-ber. 10.30— 10.45, 11.15—11.30, 0.15—0.30 en 1.15—1.30 Ber. (Engelsch). in hel voorjaar: de inwendige organen, bloed en darmen zuiveren, VERSTOPPING, overtollig vet. aambeien, rheumatische pijnen doen ver dwijnen. slakken en giftstoffen uit het lichaam verwijderen door een grondige kuur met Dr. Schieffer's Stoff- wisselingzout. De weldadige wer king is verrassend. Flacon 11.IS, Dubbele tlacon 11.7S bij apotheker, en vakdrogisten Aan de Dammers. In onze vorige rubriek gaven wij ter oplossing probleem 1655. Stand. Zw. 7 sch. op: 8, 11, 15, 16, 18, 30, 37. Wit 7 sch. op: 20, 21, 27, 29, 38, 46, 47. Oplossing. 1. 27—22 1. 15X42 2. 22X 2 2. 16X27 3. 2X25 3. 42—48 4. 47—42 4. 37—41 5. 46X37 en wint. Miniaturen. Wij geven nog een tweetal miniaturen uit hetzelfde concours van het Luiksche blad Le Grognard. -m fr r) 'j^ mm' m y|-:; Zw. 7 sch. op: 3, 19, 23, 24, 26, 30, 34. W. 7 sch. op: 25, 28, 31, 35, 37, 47, 48. Wit speelt: 1. 25—20 - 1. 23X41 2. 20X40 2. 26X37 3. 35X13 3. 41—46 4. 4741 gewonnen. In het standje, dat nu volgt: mm.. I Wi ':tÈ ip m IJP'pp n H jpp Zw. 7 sch. op: 7, 8, 9, 17, 18, 22, 27. W. 7 sch. op: 19, 31, 33, 38, 41, 46, 48. speelt wit: 1. 33—28 1. 27X47 (gedw.) Op.-2X42 volgt 31X4, 4X36, 48—42, 36—4, 1913 en 4X36. 2. 19—13 2. 22X42 3. 13X 4 3. 47—36 4. 48X37 4. 36—47 5. 46—41 5. 47X36 6. 3731 en wint. Speelt zw. bij den vierden zet 3641, dan volgt 431 en 3137. Ter oplossing voor deze week: Probleem 1656 van A. Polman te Almelo. ■m, WW i|: Zw. 10 sch. op: 7, 8, 13, 14, 18, 19, 23, 24, 29, 34. W. 9 sch. op: 15, 27, 31, 33, 85, 38, 40, 41, 49. In onze volgende rubriek geven wij de oplossing. J, BECHDOLT. 15) Mary trok haar hand schielijk terug. Ze bloosde hevig. En ze vond het een opluch ting, toen ze Jeth Hanley zag komen aan rijden en wuifde vroolijk. Jeth reed naar hen toe en was blij, hen beiden te ontmoe ten. Hij verkeerde zelf in een uitstekende stemming. „Waarvoor schudden jullie elkaar zoo de hand? Het had er veel van weg, of je be zig was een vrendsehapsverbond met India nen te sluiten, Ben. Mary kon best dienst doen als roodhuidige prinses, zoo'n kleur heeft ze". „We geven elkaar de band, omdat we eindelijk iets gevonden hebben, waarover we het eens konden zijn", antwoordde Ben glimlachend. „We vonden beiden, dat een gpoorlijn het landschap nu juist niet ver fraait en dat al die rommel en herrie daar uit den weg geruimd moest kunnen wor den". „Herrie? Kom, nou maak je gekheid", riep Jeth uit. „Iets grootschers kan een mensch in zijn leven immers niet te zien krijgen! Het is do geweldigste gebeurtenis die hier ooit voorgevallen is. Spoorwegen! Nieuwe steden! Gemakken en beschaving! Werkgelegenheid voor iedereen! Kijk maar eens, hoeveel vreemdelingen zich hier ko men vestigen! Duizenden! Lui, die land koopen en gaan bouwen. Weet je, wat ik zelf op het land van den ouden Cabinal van zins ben? Een stad te houwen! Een stad te stichten! Misschien wordt het nog eens een wereldstad!" Jeth wendde zich vol trots tot Mary. „Vanmorgen heb ik net mijn besluit ge nomen. Ik zal de nieuwe stad Cabinal noe men. Als aandenken aan en uit dankbaar heid tegenover je oom Les". Mary wist haar eigen gedachten en ge voelens onder gepaste verwondering te ver bergen, maar ze sloeg tersluiks een blik op Ben. Ze dachten beiden hetzelfde: Zou de oude Cabinal dit niet een verdacht compliment vinden? Was het niet veeleer een soort be spotting van den man, die door den spoor weg van huis en have verdreven was? HOOFDSTUK VII. Het ontstaan eener stad. Jeth reed met Mary huiswaarts. Hij was heel opgewekt en in de wolken over het nieuwe tijdperk aan welks aanvang ze nu stonden. Zijn hoofd was vol plannen over de nieuwe stad Cabinal en hij sprak over niets anders. „Het wordt een knooppunt van spoorlij nen. Mary! Ik heb al heel wat aanvragen voor bouwterrein. De menschen komen van alle kanten opzetten". „Menschen van het slag van Ace Moseby en zijn aanhang", zei Mary vinnig. „Kom nou, we kunnen nu niet ineens de heilige boontjes uithangen! Ik geef dadelijk toe, dat Ace Moseby geen brave jongen is, maar ik heb geen recht, hem te X'eroordee- len. Zoolang als hij zich rustig en behoor lijk gedraagt, kan ik hem en zijn soort hier niet vandaan jagen". Mary glimlachte eens en knikte. Maar haar gedachten waren elders. „Het zal zoo lang niet duren, of we heb ben hier een stad", vervolgde Jeth. „Met kerken, banken, theaters en huizen. Het wordt nog een tweede Chicago. Wie weet!" „Ja, wie weet!" beaamde Mary, uit haar droömen gewekt. „Och, Jeth, ik hoop het voor jou. Het moet heerlijk wezen, een man te zijn en een nieuwe stad te stichten". Wat schattig van haar, vond Jeth. Dat was juist zoo aardig in Mary, dat ze altijd wist te deelen in de belangstelling harer vrienden. Ze was een snoezig meisje! Onder het rijden hield Jeth haar voort durend in het oog. „Wonder, dat een van jullie nog niet wakker wordt en in de gaten krijgt, hoe een aardig meisje Mary toch eigenlijk is", had zijn moeder nog kort ge leden gezegd. Ja, gelijk had ze! Mary was in den laatsten tijd heel wat veranderd. Ze was plotseling geen kind meer; ze was een volwassen vrouw geworden. „Je ziet er zelf anders vandaag ook bij zonder opgewekt en op je best uit, Mary!" „Dank je", zei Mary, nauwelijks hooren- de, wat hij zei, omdat ze aan haar gesprek met Ben dacht. Arme Allan! Hoe moest zij hem helpen? Zoodra ze met haar zuster alleen was, be sprak ze het geval met Bess en vertelde haar, wat ze nu ook van Ben gehoord had, „Wanneer heb je^ Ben dan gesproken?" Bess vergat Allan' totaal, nu ze wel iets anders aan haar hoofd had. Ze beet zich op de lippen, toen ze naar het verhaal van Mary over haar ontmoeting met Ben luis terde. Ze was zelf dien morgen uitgereden in de hoop, hem op een dergelijke toeval lige manier aan te treffen. Waarom moest Mary nu zoo boffen en zijzelf niet? „Toch gek, dat Ben niet even hierheen is komen rijden om gedag te zeggen", be klaagde ze zich. „Hij kon toch wel een oogenblikje vinden, om zich wat hoffelijk te toonen. Dat kan iedereen immers!" „O, maar dat doet hij nog wel. Hij heeft beloofd, binnenkort aan te komen". „Het kan mij persoonlijk geen klap sche len", zei Bess met een nijdig rukje van haar hoofd. „Het komt er niets op aan. Ik zou me toch de moeite niet geven, hem te woord te staan". „En je zei juist, dat je graag hadt, dat hij kwam?" „Welnee, zooiets heb ik niet gezegd, In elk geval, het komt er geen snars op aan. Schei nou maar uit met me te treiteren". „Maar kind, het is heelemaal geen trei teren van me", riep Mary uit. Bess had zich omgewend en Mary hoorde haar verdacht sniffelen. „Och, Bess, kind, wat scheelt er aan?" Bess klemde zich aan haar vast. „Waar om komt Ben toch niet meer? Ik zou hem zoo graag nog eens zien. Ik verlang zoo naar hem!" „Hij komt immers, lieve meid! Hij wil jou ook graag eens spreken. Hij verlangt er natuurlijk heel erg naar!" verzekerde Mary, al kostte ieder woord haar ontzag gelijk veel pijn. „Maar nu wilde ik even met je over Allan praten". „O, wat kan Allan me schelen!" „Kom nou, Bess! Ik heb je immers al verteld, dat hij al het geld, dat hij voor zijn hoeve had gespaard aan het verspelen is? Dat is toch verschrikkelijk! Daar moeten zijnzijn vrienden toch iets tegen zien te doen?" „Daar kan niemand iets tegen doen!" zei Bess koppig. „Dat zou je beter begrijpen, als je Allan kende, zooals ik hem ken. Wie hem raad probeert te geven is een volsla gen idioot". Haar zuster staarde haar verbluft aan. „Maar Bess, je hebt toch van hem gehou den?" „Niet waar. Dat heb ik misschien mezelf verbeeld, maar wat was onzin. Ik weet nu beslist, dat ik nooit van hem gehouden, heb". Gekrenkt en verbaasd gaf Mary het op. Ze had Bess voor onnadenkend, maar nim mer voor hardvochtig hekeken. Die hard heid ergerde haar. Misschien zou ze alles beter begrepen hebben, als ze haar zuster na het gesprek nog in het oog had kunnen houden. Want toen deze alleen was achter gebleven, barstte ze in bittere snikken los en bejammerde zichzelf als het ongelukkig ste schepsel ter wereld. Mary ging naar Etta om raad. De oude vrouw liet haar rustig uitspreken. „Vermoedelijk kan niemand iets voor Allan doen, als hij zich beslist als een gek wil aanstellen. Maar het blijft een schande. Waarom vraag je Jeth niet, of hij je wil helpen?" (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 8