Inrichting en samenstelling van den opbouwdienst. De torpedeering van den Griekschen kruiser Helli. Men luistere niet naar verboden zenders. De rijksmiddelen in de maand Juli. TWEEDE BLAD. De Staatscourant van gisteravond bevat de volgende verordening van den wnd. secretaris-generaal van het departement var. algemeene zaken, betreffende de inrichting en samenstelling van den Nederlandschen opbouwdienst. Op grond van par. 1. van de verordening no. 23/1940 overeenkomstig de paragrafen nos. 2 en 3 van de verordening no. 3./1940 van den rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied wordt bepaald: Hoofdstuk 1. Leden van den Nederlandschen opbouwdienst. Artikel 1. Van den opbouwdenst maken deel uit: 1. het geheele reserve- en dienstplichtig personeel van de voormalige Nederlandsche land- en zeemacht, dat zich op den 14den Juli. 1940 in werkelijken dienst bevond, met uitzondering van de reserve-officieren; 2. de werklooze reserve- en dienstplichtige onder-officieren, korporaals en manschappen van de reserve van de Nederlandsche land en zeemacht, die sinds 15 Mei 1940 met groot verlof zijn gegaan, indien zij een verzoek indienen om in den opbouwdienst opgeno men te worden en op het oogenblik, dat het verzoek wordt ingediend, nog zonder werk zijn. Artikel 2. (1) Op verzoek kunnen in den opbouwdienst bij wijze van proef wor den opgenomen: 1. beroeps-officeren en onder-officieren alsmede reserve-officieren van de Neder landsche land- en zeemacht; 2. beroeps-korporaals en -manschappen van de Nederlandsche land- en zeemacht, voor zoover zij den leeftijd van 35 jaar nog niet overschreden hebben; 3. iedere andere mannelijke Nederlandsche onderdaan van onbesproken gedrag, die het 19de levensjaar heeft volbracht en tot licha- melijken arbeid in staat is. (2) De in de eerste alinea genoemde per sonen kunnen drie maanden na hun opname in den opbouwdienst daarin blijvend wor den opgenomen. A r t i k e 1 3. Zij, die deel uitmaken van den opbouwdienst kunnen daaruit ontslagen worden: 1. indien zij voor den dienst niet meer bruikbaar zijn; 2. op eigen verzoek, indien zij daarbij be wijs kunnen overleggen, dat zij in het be zette Nederlandsche gebied of in het- Duit- sche rijk werk hebben gevonden; 3. op voorstel van een arbeidsbeurs. Hoofdstuk 2. Rechtspositie van hen, die deel uitmaken van den Nederlandschen opbouwdienst. Artikel 4. (1) Wat betreft de aan spraken van hen, die deel uitmaken van den opbouwdienst, op bezoldiging, voeding, huis vesting, geneeskundige verzorging, schade loosstelling, arbeidsverzekering (invalid i- teits- en ongevallenwet), kostwinnersver- ALKMAARSCHE COURANT VAN ZATERDAG 17 AUGUSTUS 1940. i - De door een onbekende duikboot op de reede van Tinos (een eiland in de Egeische zee), getorpedeerde Grieksche kruiser „Helli." (Holland) Wie heeit het schip tot zinken gebracht? Naar aanleiding van de torpedeering van den Griekschen kruiser Helli verklaart men in verantwoordelijke Romeinsche kringen, dat het na de tendentieuse insinuaties van de Britsche pers, die ook door een Ameri- kaansch blad gepubliceerd zijn, gemakke lijk is, de perverse en laffe manoeuvre te reconstrueeren, die wederom op touw is gezet door hen, die er belang bij hebben, alles te doen om den brand te steken in het kruitvat van den Balkan. De torpedeering van de Helli is een nieuw bewijs van het cynisme, waarmede de Engelsche kliek onder leiding van Churchill den oorlog voert. De pogingen, andere volken ertoe te brengen, zich voor Engeland op te offeren, zijn mislukt en de overwinningen van de wapens der as heb ben de plannen, die beoogden, de onrecht vaardigheden van Versailles voor altijd te laten voortbestaan, verijdeld. Daarom neemt Engeland zijn toevlucht tot alle mid delen, zelfs de wanhopigste, in de hoop het vuur aan te wakkeren en den internatio nalen toestand te verergeren. Londen heeft zich overigens gehaast, Woensdagav. te ver klaren, dat zich in de nabijheid van de ha ven Tinos geen enkele Britsche dukiboot bevond en dat daarentegen wel Italiaan- NU WAARDE. Overal in de veenderijen is men druk aan den ar beid, om zoo veel mogelijk van deze brandstof te vervaardigen. De-machine heeft óok al haar intrede gedaan. De gebaggerde turf wordt op het land gespoten. (Holland) goeding, gelden de desbetreffende voor schriften van de Nederlandsche land- en zeemacht. Dit zelfde is van toepassing op leveringen of andere prestaties van de bur gerbevolking ten behoeve van den opbouw- dient en op hieruit voortspruitende vorde ringen, een en ander als bedoeld in de in- kwartieringswet. (2) Het bepaalde in den eersten zin van de vorige alinea van dit artikel geldt ook voor hen, die op grond van een privaat rechtelijke overeenkomst (arbeidscontract) bij de administratie van den opbouwdienst werkzaam zijn, vóór zoover bij deze over eenkomst niet anders is bepaald. Hoofdstuk 3. Bevoegdheden van de leiding. Artikel 5. De commandant van den Nederlandschen opbouwdienst: 1. is belast met de bevelvoering en de handhaving der discipline ten aanzien van allen, die deel uitmaken van den Neder landschen opbouwdienst en leidt de vorming en opleiding van het personeel van den op bouwdienst; hij vaardigt een reglement uit betreffende de organisatie en de discipline; 2. is verantwoordelijk voor de organisatie van den arbeid en de goede uitvoering van de door den Nederlandschen opbouwdienst uit te voeren werken; 3. beslist over plaatsing en indeeling in den opbouwdienst overeenkomstig art. 2.; 4. beschikt over het ontslag uit den op bouwdienst overeenkomstig art. 3.; 5. is belast met het toezicht op de medische en hygiënische behandeling van hen, die deel uitmaken van den opbouwdienst; 6. voorziet in de huisvesting en verpleging van de leden van den opbouwdienst alsmede in de verschaffing van inrichtingen, gereed schappen en materialen, die benoodigd zijn voor de uitvoering der werken en houdt toezicht op het onderhoud en de verdeeling daarvan. A r t i k e 1 6. Het hoofd van de admi nistratie van den Nederlandschen opbouw dienst: 1. staat aan het hoofd van allen, die bij het administratieve bestuur van den opbouw dienst werkzaam zijn; 2. ontwerpt de door den wnd. secretaris generaal van het ministerie van algemeene zaken op grond van art. 4. van de verorde ning no. 71/1940 van den rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied uit te vaardigen voorschriften; - 3. houdt toezicht op dc uitvoering van de op grond van art. 3. van de verordening no. 71/1940 van den rijkscommissaris voor het Strenge straften opgelegd in Duitschland. Het A.N.P. meldt: Van Duitsche- zijde wijst men er nog eens op, aan welke strenge straffen men zich blootstelt, als men luistert naar verboden radiozenders. In Duitschland zijn enkele recente geval len aan te wijzen, waarbij de overtreders van het verbod zich zware, straffen zagen toebedeeld. Zoo werden door de bijzondere rechtbank te Klagenfurt vier inwoners van die stad veroordeeld, één tot drie jaren, zijn ech'tgenoote tot 15 maanden en twee ande ren tot twee jaren tuchthuisstraf. In het vonnis wordt o.m. overwogen, dat deze per sonen „gezellige avondjes" hadden gehou den met het doel om naar buitenlandsche zenders te luisteren, in het bijzonder naar de Duitsche nieuwsberichten van Londen. Iemand uit Dortmund is veroordeeld tot drie jaren tuchthuisstraf en drie jaren eer verlies, daar hij regelmatig naar buitenland sche zenders luisterde en het gehoorde ver spreidde. Dezelfde straf zag zich iemand door de bijzondere rechtbank te Essen opgelegd, daar bij in een vrij gezellen woning in Glad- bach op een gemeenschappelijke kamer meermalen zijn toestel op buitenlandsche zenders had afgestemd en hiermede voort ging ondanks de protesten van de overige inwoners van het huis. Tot dezelfde straf werd iemand veroor deeld, die zelf een zeven-lamps toestel had gebouwd om naar buitenlandsche zenders te luisteren. Deze man antwoordde op de waar schuwingen van zijn familieleden, dat hij in zijn eigen huis de baas was. Het is echter duidelijk, dat men tijdens de oorlog niet meer baas in eigen huis is, doch dat men zich te voegen heeft naar de wetten. Ook de Nederlandsche verordening be treffende- het luisteren naar radiozenders bedreigt, zooals bekend is, de overtreders met zeer zware straffen. Men -neme dus een voorbeeld aan bovengenoemde gevallen en stemme alleen af op die zenders, waarvan het beluisteren is toegelaten. bezette Nederlandsche gebied vastgestelde jaarlijksche begrooting; 4. heeft de leiding van het archief van .den Nederlandschen opbouwdienst. Artikel 7. Deze verordening treedt op den dag van haar afkondiging in werking, met terugwerkende kracht tot 15 Juli 1940. In 7 maanden 13 millioen beneden de raming. Blijkens het overzicht van de rijksmiddelen was op ultimo Juli 1940 de opbrengst der directe be lastingen in totaal 85.202.866, tegen 94.027.941,op ultimo Juli van het vorige jaar. Aan grondbelasting was hiervan einde Juli j.l. 10,8 millioen (verleden jaar 10,6 millioen) ontvangen, aan in komstenbelasting 46,2 millioen (verle den jaar 62,4 millioen, dus thans ruim 16 millioen minder dan tot en met einde Juli in het vorige jaar), aan vermogens belasting thans 9,9 millioen (verleden jaar 13,2 millioen). en aan verdedigings belasting 1/5 millioen (vorig jaar 7,6 millioen). Daartegenover staat, dat de bij de wet van 2 Dec. 1939 ingevoerde opcen ten op de gemeentefondsbelasting voor den dienst 1940 reeds 13,1 millioen heb ben opgebracht. Wat de overige middelen be treft, deze leverden in de afge- loopen maand een totale ont vangst van 38.009.128,tegen 50.026.196,— in Juli 1939, des- halve thans rond 12,millioen minder op. Over de afgeloopen zeven maanden brachten deze middelen 249,6 binnen, tegen 274, millioen in de overeenkomstige periode van '39, dus thans 23,4 minder. Uit deze cijfers blijkt wel, hoezeer de bijzondere omstandigheden der laatste maanden zich ten nadeele van den fiscus hebben doen gelden, al dienst opgemerkt, dat 1/12 der raming over 1940 niet meer dan 37,5 millioen was. De wolhandkrab in de Vecht. - In de Utrechtsche Vecht heeft men opnieuw een wolhandkrab aangetroffen. Visschers vingen er twee bij Vreeland, één bij Breukelen en drie bij Maarssen. Pakketverkeer met Duitschland. - In afwijking van een vroeger bericht wordt medegedeeld, dat in het verkeer met Duitsch land thans gewone pakketten, dringende apkketten, pakketten met expresse-bestel ling- en pakketten, waarbij de afzender de invoerrechten voor zijn rekening neemt, toe gelaten zijn. Rembuurspakketen zijn nog niet toegelaten. sche duikbooten in dat gebied waren. Dit vormt het bewijs, dat de Britsche admira liteit getracht heeft, een voorsprong 'te krij gen, teneinde de verdenkingen, die na hef precedent van het mailschip Athenia licht ten nadeele van Engeland zouden kunnen rijzen, af te wenden. Geen enkele Italiaansche duikboot heeft gemeld, dat zij een Grieksch oorlogsschip heeft getorpedeerd en bovendien heeft de laatste dagen geen enkele Italiaansche duikboot in de wateren, waarin de torpe deering van den Griekschen kruiser is ge schiedt, gekruist. Hoe het schip getorpedeerd werd. Het Grieksche staatssecretariaat voor pers en toerisme heeft Donderdagmiddag om 1 uur aan de buitenlandsche persvertegen woordigers het volgende medegedeeld: Op de reede van Tinos, het voornaamste eiland der Cycladen, werd Donderdagmorgen om 8.30 uur de Grieksche kruiser Helli, die zich daar ophield voor het vieren van den belangrijken Griekschen feestdag van de Heilige Maagd van Tinos, door een duik boot van onbekende nationaliteit getorpe deerd. Twee torpedo's misten het schip en troffen de kade. Eén torpedo trof het midscheeps, veroorzaakte ketelontloffingen en brand in de olietanks. De kruiser zonk om 9.45 uur. Van de talrijke bedevaartgangers die uit geheel Griekenland in Tinos zijn aangeko men en die zich op de kade bevonden, wer den er eenige gewond. De duikboot kwam niet boven en haar nationaliteit kon nog niet worden vastgesteld. Deelneming met de slachtoffers. De Grieksche koning heeft, naar het Atheensch telegraafagentschap meldt, aan minister-president Metaxas een brief ge zonden, waarin hij uiting geeft aan zijn diepe smart over de onverwachte torpe deering van den kruiser Helli. Hij verzoekt Metaxas, aan de officieren en de beman ning van den kruiser en aan de gezinnen der slachtoffers zijn innigste deelneming te betuigen. Metaxas heeft tot de marine een dagor der gericht. Hierin wordt o.a. gezegd: Met diepe smart doen wij mededeeling van het verlies van de kruiser Hellie, die voor anker lag in de Golf van Tinos, waar hij het wonderbeeld van de Maagd en Moeder Gods zijn hulde bewees. Het schip, dat ge- pavoiseerd was, is door een onderzeeboot getorpedeerd. Terwijl ik uiting geef aan de smartelijke gevoelens van het Helleensche volk, richt ik mijn hartelijken groet tot den commandant, de officeren en de bemanning van de Helli, die overeenkomstig de oude Grieksche tradities hun plicht deden. Ik betuig mijn deelneming met de slachtoffers van deze ongehoorde torpedeering. Als slachtoffer zijn één doode, vier ver misten en 26 gewonden te betreuren. Grieksche marine in de rouw. Op last van den minister van marine heeft de Grieksche vloot gedurende twee dagen rouw aangenomen als gevolg van het ver lies van de Helli. De koning heeft vandaag den minister president Metaxas ontvangen. DE PRUIMENOOGST IS DIT JAAR IN DE BANGERT (N.-H.) ZEER OVERVLOE DIG. Met duizenden kilo's worden de heerlijke vruchten op de veilingen aange voerd. (Polygoon) NIJMEGEN HEEFT TOCH ZIJN VIERDAAGSCHE! De eerste dag van de z.g. „nood-vierdaagsche": een groep dames onderweg. (Polygoon)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 5