DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTRFKEN. i Bulgaren trokken eens uit Rusland den Balkan binnen. VELE BRITSCHE VLIEGVELDEN ZWAAR BESCHADIGD. Russen bevrijdden de Bulgaren van de Turksche overheersching. Ontploffing in munitiedepot te Bologna. Geen demonstraties voor het huis van Oranje. Engelsche luchtaanvallen leverden geen noemens- m waardige resultaten op. Catastrofaal ongeluk te Zaitbommei. Stuk van Waalbrug kan telde en viel op arbeiders. Op bon 73 een half ons thee of *|2 pond koffie. Een kilogram suiker op bon 72. Volgende week broodbonnen no. 4 geldig. Italiaansche aanvallen op Malta. nog Te- win de de ver zoo ning des -» Kt w ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij voaruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVEKTENTIEN: Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. No. 205 Dit nummer bestaat uit twee bladen. Directeur: C. KRAK. Vrijdag 30 Augustus 1940 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 142e Jaargang Eenvoudig, degelijk boerenvolk. Met de teruggave door Roemenië van de Zuidelijke Dobroedzja aan Bulgarije, staat het land van Koning Boris weer eens een oogenblik in den schijnwerper van de pu blieke belangstelling. In de klassieke oudheid vormde dit land noch als staat, noch naar bevolking een eenheid. Een deel ervan heette Thracië, n.l. het stuk tusschen het Balkangebergte en de Grieksche zee. Benoorden den Balkan, tot aan den Donau heette het Moesië, maar hier toe werd ook een deel van het tegenwoor dige Servië gerekend. Men ziet dus dat destijds de legkaart van den Balkan weer heel anders in elkaar zat dan thans. Deze Thraciërs en Moesiërs zijn als rand- barbaren" eerst zoo'n beetje onder Griek- schen invloed geraakt, en vervolgens door de Macedoniërs ingelijfd. De naam Philip- popel herinnert nog aan koning Philippus, den vader van Alexander den Groote. Daar na geraakte dit geheele land onder Ro- meinsche heerschappij. Het stadje Orestia werd toen tot Hadrianoupolis verdoopt, en de groote zeestad Byzantium kwam Con- stantinoupolis te heeten, naar den eersten christelijken keizer, die zijn residentie te vens uit Rome naar deze nieuwe oostelijke hoofdstad des Rijks verplaatste. Sindsdien heeft het Oost-Romeinsche of Byzantijnsche keizerrijk zijn eigen bestaan moeten leiden, totdat het in 1453 voor het opdringen van de Turken bezweek. In de vroegste Middeleeuwen werd er op den Balkan nog vrij algemeen Latijn ge sproken, hoewel de bevolking, die zich op grond daarvan Romeinen noemde, met Ro me enkel de taal gemeen had, doch overi gens van allerlei ander ras moet zijn ge weest. Ondertusschen zijn de Arabieren en Turken dit gedeelte der wereld altijd blij ven aanduiden als Roemeli, d.i. Romeinen- land. De naam is bewaard gebleven in Oost-Roemelië, het gewest waarvan Philop- pel de hoofdstad is, en dat bij etappes uit het Turksche rijk is overgegaan naar den Bulgaarschen staat. Vermoedelijk is het gros der tegenwoor dige bevolking van Bulgarije reeds in de vroegste Middeleeuwen in die streken bin nengedrongen als onderdeel van de groote Slavische vloedgolf die toen over Oost- Europa heentrok. Of er reeds vroeger Sla ven gewoond hebben, en of wellicht de Syriërs en Sarmaten van den beneden- Donau tot dat ras behoord hebben, staat niet vast; het is echter niet uitgesloten. In elk geval schijnen de Slavische sammen het den reeds aldaar wonenden Romanen dus- danis onbehaaglijk gemaakt te hebben, dat dezen over den Donau getrokken zijn naar het huidige Roemenië. Ook echter den Sla ven zelf wachtte een verrassing: uit het Noordoosten, om de Zwarte Zee heen, ver scheen een met de Mongolen verwant volk, Bulgaren genaamd, dat oorspronkelijk aan de Wolga gewoond schijnt te hebben. Al daar zijn n.l. nog Bulgaarsche volksresten achtergebleven, eveials trouwens ook hier en daar in Bessarabië, waar hun weg door heen leidde. Men behoeft niet te twijfelen of deze steppenruiters hadden het gemuni op de rijke keizerstad aan den Bosporus. Zij hebben het zoover niet gebracht, maar wel zijn de daarop volgende eeuwen één voortdurende worsteling geweest tusschen de barbaarsche maar krijgshaftige Bulgaren en de beschaafde doch tevens verslapte Byzantijnen. Inmiddels had zich op den Balkan echter hetzelfde verschijnsel voltrokken als in Gallië: een kleine schare van doortastende veroveraars was er in geslaagd om het zittende" volk aan zich te onderwerpen en daar den naam der nieuwe heeren aan op te leggen, hoewel deze laatsten overigens naar taal en volksaard geheel in de reeds aanwezige bevolking opgingen. Aldus is in het geromaniseerde Gallië geschied met de Germaansche Franken en Bourgondiërs, en aldus is het ook gegaan met de Oeral-Alta- rische (zeg gemakshalve: Mongoolsche) Bulgaren, die hun naam geplakt hebben op het Slavische Balkanvolk, doch overigens zelf daarmee zijn samengesmolten. Sindsdien woonde er dus, reeds dicht buiten de poorten van Constantinopel, een half-geciviliseerde natie die zich Bulgaren noemde, en die een voortdurende bedrei ging vormde voor het pronklievende doch gedegenereerde Byzantijnsche Rijk. Als eerste koning dezer Bulgaren of Woelgaren vinden wij sinds 705 Tervel, die nog heiden was. In 865 nam hun vorst het christendom aan onder den gemengd Grieksch-Slavischen naam van Michael Bo ris, en met den titel van tsaar, d.i. dus cae sar of keizer. Deze bekeering bracht even wel geen vrede met de heilige moederstad des geloofs mede, want omstreeks 900 heeft tsaar Simeon aan de Byzantijnen nog eens een gevoelige nederlaag toegebracht. Het is in die oorlogen echter voortdurend op en neer gegaan, zoodat de Byzantijnsche keizer Basilos II zich kon tooien met den eere naam van Boulgaroktonos of Bulgarendoo- der. Omstreeks het jaar 1000 hebben de Byzantijnen weer eens een klinkende over winning behaald. Toen in 1054 de definitieve afscheiding tusschen de Roomsche en Grieksche kerken plaats vond, volgden de Balkanvolkeren het Grieksch Katholieke of orthodoxe geloof. Sinsdien namens echter in de binnenlanden van den Balkan de Serviërs de leiding, dus danig dat onder hun koning Stjepan Does jan Oerosj het Servische rijk, evenals te voren het Bulgaarsche, tot voor Constanti nopel reikte. Doch op hun beurt werden de Serviërs verpletterd door de onweerstaan baar oprukkende Turken, die in 1354 voor het eerst naar Europa waren overgestoken. In 1389 werd op St. Vitusdag (Vidovdan) het Servische leger vernietigd; die datum wordt nog steeds in Joegoslavië als natio nale rouwdag in acht genomen. Een laatste poging om de Turken te verslaan en ten minste Constantinopel nog te redden, is in 1444 ondernomen door een Poolsch-Hon- gaarsch leger, doch bij Warna, aan de Bul gaarsche zeekust, zegevierden de Turken, en nu was de keizerstad niet meer te hou den. In 1453 trok de Sultan in Constanti nopel binnen. Onder de Turksche overheersching zijn de Balkanvolkeren grootendeels veorientaalscht doch hun taal en godsdienst hebben zij over het algemeen behouden. Toen in den loop der 19e eeuw het Otto- maansche gezag begon af te brokkelen, gingen ook de Bulgaren weer den kop op steken, zij het aanvankelijk ook aarzelend. Pas na 1870 kon er opnieuw van Bulgaar sche nationale eischen gesproken worden. De groote mogendheden onderhandelen met de verheven Porte over vrijlating der christelijke Balkanvolkeren, maar toen de Russen ongeduldig werden, verklaarden de zen den Sultan den oorlog, en zoo zijn zij toen, door de Bulgaren als bevrijders ver welkomd, in 1877 den Balkan binnengeval len, waar zij bij Plevna en op den Sjipka- pas de Turken versloegen. De toenmalige Russische tsaar Alexander II wordt in Bul garije nog steeds vereerd als Tsaar Oswobo- ditel (Bevrijder). Sindsdien heeft Bulgarije zich uitegbreid door Oost-Roemenië, hoofdstad Plovdis (d.i. Philippopel) in te lijven. Na den eersten Balkanoorlog (1912) kreeg het den lang verbeiden toegang tot de Aegeische Zee, doch de tegenslag in den wereldoorlog sneed de Bulgaren weer van deze zuidkust af. Aan Roemenië moesten zij de Dobroeds- ja (d.i. het land bezuiden de Donaumon- ding) afstaan, maar wij hebben zoo juist kunnen lezen dat zij een strook van dit ge west weer teruggekregen hebben. De Bulgaren zijn een zeer eenvoudig, de gelijk boerenvolk, bekend om zijn zuinig heid en vlijt, bij uiterst geringe levensbe hoefte. Het zijn voortreffelijke tuiners; ver maard is de goede sigarettentabak uit de Maritsa-vallei, alsmede de rozenolie die bij Kazanlik, op de zuidhelling van het Bal kangebergte, gewonnen wordt. Voorts staat de Bulgaarsche soldaat bekend als trouw geduldig en vasthoudend. Overigens gaat het in Bulgarije nog zeer primitief toe. Er valt nog heel wat te ver beteren en te ontwikkelen, doch met wat kapitaal en onder goede technische en com- mercieele leiding zou er zeker het een en ander tot stand te brengen zijn. Het is vooral de eeuwenlange onrust, onderdruk king, weer eens onrust, die de opkomst eener Bulgaarsche welvaart heeft belemmerd. Tot nu toe 150 gewonden geborgen. Bologna, 29 Aug. (Stefani). Vanmiddag werd hier een hevige ontploffing gehoord, gc/olgd door twee andere explosies, die, naar later bleek, zich in een munitie depot op ongeveer 10 kilometer van de stad hebben voorgedaan. Een deel van het gebouw is verwoest. Tot op heden zijn 150 gewonden go' r- gen. Of er onder de puinhoop'en nog doo- den liggen, is niet bekend. Het A. N. P. meldt: 's-Gravenhage, 29 Augustus. Er wordt op grond van bepaalde omstandigheden uit drukkelijk aan herinnerd, dat door de op 1 Augustus j.l. in opdracht van den rijks commissaris uitgevaardigde verordening ieder demonstratief optreden en elke betoo ging van individueelé personen of van groepen personen tegenover de bezettings autoriteiten, inzonderheid ook demonstra ties ten gunste van leden van het Huis van Oranje, dat den oorlog tegen het groot- Duitsche rijk blijft voortzetten, strafbaar gesteld zijn. Het doet hierbij niet ter zake, op welke wijze een dergelijke demonstratie tot uiting gebracht wordt en of een even tueel optreden ten gunste van het Huis van Oranje door een be vlagging of door het aanbrengen van andere opsieringsvoorwer- pen aan gebouwen of door het dragen van een of ander insigne, gekleurde linten of door het dragen van bloemen en dergelijke plaats vindt. In twijfelgevallen wordt iedere buitengewone ge draging als een demonstratie van bovengenoemde soort opgevat. In dit verband wordt er nadrukkelijk op gewezen, dat de 31sté Augustus als een normale weekdag moet beschouwd worden, zoodat alle bureaux en zaken op dezen dag niet vroeger mogen sluiten, dan zulks op iederen anderen Zaterdag het geval pleegt te zijn. Een eventueele geheele of ver vroegde sluiting van zaken, café's, theaters, bioscopen, enz. kan derhalve niet worden toegestaan. Zouden zaken, café's en andere ondernemingen op grond van een bepaalde versiering van hun étalages en localiteiten of door het ophangen van platen in de étalage en dergelijke den indruk wekken, dat zij een demonstratie van den in den aanvang van dit stuk genoemde soort trachten tot uiting te brengen, dan hebben zij met het sluiten van hun onderneming rekening te houden. In aansluiting aan de verordening van 1 Augustus wordt er nogmaals met nadruk op gewezen, dat overtredingen van boven staande bepalingen op de scherpste wijze zullen worden gestraft en dat al naar den aard van het geval ook de verordening no. 33 van 1940 over inbeslagneming van het vermogen toegepast zal kunnen worden. Bijzonder zware straffen hebben die per sonen te verwachten, die demonstraties van de genoemde soort uitlokken, veroorzaken of begunstigen. Zoowel de Duitsche als de Nederlandsche politie heeft de opdracht ontvangen, zorg te dragen voor de meest nauwgezette nako ming van deze bekendmaking. Duiisch frontbericht. Berlijn, 29 Aug. (Frontbericht van het D'.N.B.) Terwijl de afdeelingen Duitsche gevechtsvliegers den voor- gaanden dag hun actie tegen Britsche vliegvelden hadden geconcentreerd op de westelijke verdedigingszone van Londen, waren de aanvallen van giste ren gericht tegen een reeks vliegvelden in het oosten en het noorden van de Britsche hoofdstad. Buitengewoon zwaar getroffen zijn, zooals het weermachtsbericht van 29 Augustus meldt, de vliegvelden Southend en Aast- church, waar verscheidene rechtstreeksche treffers op de vliegtuigloodsen en talrijke bominslagen in het vliegersnest en op andere onderkomens geconstateerd konden worden. In het noorden van Londen zijn in het be gin van den nacht nog de vliegvelden van Hatfield en Hemswell met succes gebom bardeerd. Andere aanvallen zijn volgens het weermachtsbericht ondernomen op de havenwerken en de dokken van Middles- borough, Thameshaven en Chatham en vooral op Liverpool en het naburige Bir kenhead. De verwoestende uitwerking dei bommen juist hier aan den Merseymond kon volkomen worden bevestigd door Duitsche verkenners, die van verre de branden konden zien. Het zwaartepunt der massa-aanvallen op het Britsche bewapeningscentrum in het binnenland lag ditmaal op de lijn Sheffield —F irmingham—Coventry, aan de kust wer den de vliegtuigfabrieken van Norwich doel treffend gebombardeerd. Bij de gevechten, die zich in den loop van deze krijgshandelingen ontwikkelen, zijn 44 Britsche vliegtuigen en een versperrings ballon neergeschoten. Vijftien* Duitsche vliegtuigen zijn niet teruggekeerd. Vijandelijke vluchten boven havens aan de Fransche Kanaalkust hebben even wei nig succes gehad als twee Britsche vluchten in de buurt van Hamburg. Ook bij de Leunafabriek hebben de vijandelijke vlie gers geens noemenswaardige schade aange richt. Daarentegen moet de gisternacht her haalde luchtaanval op Berlijn beschouwd worden als de eerste stelselmatige actie der Engelschen tegen woonwijken. Verschei dene vliegtuigen wierpen brandbommen en explosieve bommen over het stadgebied, troffen eenige woonhuizen en veroorzaak ten hier en daar zolderbranden. Tien bur gers werden gedood en 28 gewond, doch ge constateerd moet worden, dat de slacht offers uitsluitend personen zijn, die hebben nagelaten de schuilkelders op te zoeken. De luchtbeschermingsmaatregelen te Berlijn zijn bij dezen aanval in elk opzicht vol doende gebleken. Militaire objecten zijn niet getroffen. Een der Britsche vliegtuigen is door het luchtdoelgeschut neergehaald voor het de stad had bereikt. Terwijl de Duitsche luchtmacht door het voortdurend mijnen leggen voor Engelsche havens en voor uitgestrekte deelen van de kust de Britsche scheepvaart steeds meer verliezen toebrengt, heeft ook de Duitsche marine haar aandeel in den handelsoorlog tegen Groot-Britannië. Een duikboot onder bevel van kapitein-luitenant Schepke meldt zoojuist, dat hij zeven gewapende vijande lijke vrachtschepen met een gezamenlijken inhoud van 43.000 tbn tot zinken heeft ge bracht. Dit bericht zegt voorts, dat vijf dezer schepen die in één convooi voeren, door steeds herhaalde aanvallen tot zinken werden gebracht. Van denzelfden strijdgeest der Duitsche duikbootvloot getuigt het even kranige op treden van twee andere duikbooten, dat pas nu bekend is geworden: passagiers van het 6792 ton metende Britsche m.s. „Newfound land" van de Furness-lijn hebben bij aan komst verklaard, dat hun convooi van onge veer 50 schepen 16 Augustus, ongeveer 800 zeemijlen van de Engelsche kust, hardnek kig is aangevallen door twee Duitsche duik booten. De duikbooten slaagden er in, hoe wel het convooi door Britsche oorlogssche pen krachtig werd beschermd, vier groote schepen tot zinken te brengen, en wel twee Engelsche, een Nederlandsch en een Zweedsch. Een treffend bewijs voor de toe nemende onveiligheid in de Britsche con- vooien. Omtrent den aanval van Engelsche vlieg tuigen op Berlijn verneemt het D.N.B. van bevoegde zijde, dat eenige Engelsche toe stellen over een breed front boven het stadsgebied hebben gevlogen en van groote hoogte, zonder systeem, explosieve en brandbommen op uitsluitend niet-militaire doelwitten hebben laten vallen. De inlich tingen over de aangerichte schade en het, ook door buitenlandsche journalisten inge stelde onderzoek, bewijzen, dat in het ge bied van de hoofdstad slechts woonhuizen en burgers getroffen zijn. Van bevoegde zijde wordt nog verklaard, dat ook in de Leunafabriek, waar 15 exploisieve bommen zijn gevallen, slechts geringe schade is aan gericht. Er zijn een zwaar- en een licht gewonde. De Londensche correspondent van „Stock- holms Tidningen" heeft Dover en Ramsgate bezocht. Zijn verhaal over Dover geeft de opvatting weer, dat men deze stad moet be schouwen als een voorpost. Meer dan de helft der bevolking heeft de stad verlaten. De openbare diensten functioneeren niet meer, men kan feitelijk niet meer over een stad spreken. Een inwoner van Ramsgate heeft hem verteld, dat de stad reeds 93 maal luchtalarm heeft beleefd. De doelen van den laatsten grooten luchtaanval op Ramgate waren de haven, de gasfabriek en het station. Naar het Deensche Tel. Ag. meldt, zijn eenige Deensche visschersvaartuigen uit Esbjerg op de Noordzee blootgesteld ge weest aan machinegeweeraanvallen van een Engelsch vliegtuig. Een der schippers ver telde, dat tijdens de vangst een plotseling opduikende Engelsche vlieger een regen van kogels op de boot deed neerdalen, waar door het stuurhuis en de wanden werden doorboord. De aanval kwam zoo plotseling, dat de bemanning het dek niet kon verla ten. De kok werd door vier kogels zwaarge wond. Veertiq slachtoffers. Vanochtend omstreeks negen uur is bij de herstelwerkzaamheden aan de spoorburg te Zaitbommei een ongeluk van catastrofalen omvang geschied. Bij het opblazen van de spoorbrug in de eerste oorlogsdagen is het noordelijke ge deelte van deze brug intact gebleven. Dit gedeelte was men thans bezig te verwijde ren, ten einde het over te brengen naar de spoorbrug t° Hedel, waarin dit gedeelte juist paste. Het bruggedeelte werd tusschen de pijlers losgebrand en daarna op hulppij lers geplaatst, ten einde het met zoogenaam de bokken naar de nieuwe plaats van be stemming te vervoeren. Vanochtend nu, bij het wegslee- pen van het brugstuk tusschen de pijlers is het door tot nog toe on bekende oorzaak in schuine richting komen te hangen, tengevolge waar van het gevaarte kantelde en in de Waal stortte. Bij zijn val kwam het brugstuk op twee „bakken" terecht, die in het water lagen en waarop zich ongeveer veertig arbeiders be vonden van de Nederlandsche Droogdokmaatschappij, die 't werk uitvoert. De bakken werden in de diepte gedrukt en allen raakten te water. Het reddingswerk werd onmid dellijk ter hand genomen. Zeven dooden heeft men reeds kunnen bergen. Verder zijn elf gewonden in het ziekenhuis te Zaitbommei opge nomen, waarheen ook de lijken zijn vervoerd. Intusschen wordt de rivier op de plaats van het ongeluk afgedregd. Men vermoedt, dat nog twintig dooden te betreuren zijn. Gedurende het tijdvak van Zaterdag 31 Augustus tot en met Vrijdag 27 September geeft de met „73" genummerde bon van het algemeen distributiebonboekje recht op het koopen van een half pond koffie of een half ons thee. Gedurende het tijdvak van Zaterdag 31 Augustus tot en met Vrijdag 27 September geeft de met „72" genummerde bon van het algemeen distributiebonboekje recht op het koopen van een kilogram suiker. Gedurende het tijdvak van Maandag 2 tot en met Zondag 8 September geven de met „4" genummerde bonnen van het brood- bonboekje tezamen recht op het koopen van 2500 gram roggebrood of 2000 gram ander brood. Elk der bonnen geeft derhalve recht op het koopen van 125 gram roggebrood of 100 gram ander brood. De bonnen, welke 8 September nog niet gebruikt zijn, blijven voorts nog tot en met 12 September geldig. Ergens in Italië, 29 Aug. (Stefani). Een bijzondere correspondent van Stefani aan het luchtvaartfront meldt, dat Italiaansche afdeelingen bommenwerpers vanmorgen militaire doelen op het eiland Malta hebben aangevallen. Het afweergeschut en de vij andelijke jagers hebben gepoogd het op treden van de bommenwerpers te belemme ren, welke door jachtvliegtuigen beschermd werden hun bommen op de doelen konden uitwerpen. Na met succes hun opdracht ver vuld te hebben, zijn alle Italiaansche toe stellen op hun basis teruggekeerd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 1