DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Het Drie-mogendhedenverdrag
DISmiBBlIE-VADEMFCiM
Alkiaircrie Curait
r
voor
y
Groot enthousiasme in Duitschland,
Italië en Japan.
Verklaringen van Von Ribbentrop,
Ciano en Koeroesoe.
VERDUISTERINGS
TIJDEN.
van 19.26 tot 7.37.
van 19.24 tot 7.38.
op 3.23 onder 17.44
.J
Op bon 114 een half pond
koffie of 75 gram
thee.
Een verklaring van den
keizer van Japan.
Heeft U zich reeds geabon
neerd op het
van de
Vraag een bestelbiljet
PARIJS THANS
Een andere en tóch dezelfde Parijzenaar,
O m), Baro-
N.Z. (2120
instkans met
yan N.Z. als
rij 3e en 4e
inschrjjvin-
vid O., Dou-
arvester (al-
ddrie, Bobi
jn 1780 m),
na Dosa (al-
A.mazone O,,
et als out-
verij 4e kl.
baan nog
nen, afstand
vingen, n.L
700 m), Doe-
m) en Bor-
de (elk 1740
voorspeld:
Iman.
mpioenschap
averij verre
zijn 14 in
den Claudy
T., Barones
Farm Relief,
i, dat de ge-
ïeft beschik-
•ij Heinekens
ïxtra-prijzen.
lO-uitz.) 8.
djding. 10.15
35 Zang met
ing voor de
1.20 Omroep-
2.45 Nieuws-
1.Avro-
0 Viool en
(gr.pl.) 4.—
Nieuws- en
e Romancers.
.45 Ber.) 7*~
15 Gr.pl. 7.40
in van 2-1-13
8.10 AVTO-
-9.— ANP-
3-uitz.) 7.—
7.30 Wij be-
8.15 Gr.pL
12.Rococo-
1.45 Nieuws-
1.15 KRO-
15 Gr.pL 3.30
?r. (Duitsch).
P. 5.30 Musi-
6.30 Rep.
7.15 KRO-
n. 8.Ber.
1. 8.30 Ber.
iten den dag.
tüKWERK!
TEL. 3320.
Jetje
erbank,
an ver
leid be-
tje.
mand achter
men. Met een
zich.
John", zei
laarten?"
wel", ant-
3 het oogen-
lenkelijk wat
tten praten".
Warwick,
iuwen butler
jn suikertante
arbij? Ja, het
an hem over-
is! En deze
lomen. Schijnt
goede ge
goed", glim-
je was, hield
valt me niet",
i juist aange-
meening zoo
zei Berklan
ndigestie heb-
len! Daar heb
•wiek.
vervolgd).
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij voaruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het gebeele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 370150. Telef. 3320, redactie 3330.
No. 230 Dit nummer bestaat uit twee bladen. Directeur; C. KRAK.
Zaterdag 28 September 1940
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
142e Jaargang
De plechtigheid in de
rijkskanselarij.
Verklaring van von, Ribbentrop.
Berlijn, 27 Sept. (D. N. B.) Na onder-
teekening van het driemogendheden-
pact trad de Führer de groote zaal van
de nieuws rijkskanselarij binnen. In
tegenwoordigheid van den Führer leg
den de rijksminister van buitenlandsche
zaken, von Ribbentrop, de minister van
buitenlandsche zaken, graaf Ciano, en
de Japansche ambassadeur, Kurusu, re-
geeringsverklaringen af.
De verklaring van den rijksminister
van buitenlandsche zaken, von Ribben
trop luidde o.a. als volgt:
Sedert de nationale en socialistische revo
lutie in het jaar 1933 was het het doel van
de Duitsche rijksregeering om langs den weg
van vreedzame overeenkomsten die herzie
ningen tot stand te brengen, die niet alleen
de ongerechtigheden van het verdrag van
Versailles wegnemen, maar ook konden bij
dragen tot een nieuwe en blijvende samen
leving van de Europeesche volken.
Het streven van het Duitsche volk naar
een vrij optreden in de levensruimte welke
het toekomt krachtens zjjn aardrijkskundige
ligging, zijn historisch verleden en zijn na
tionale grootheid, alsmede krachtens de
economische mogelijkheden, beteekende geen
inbreuk op vreemde levensbelangen maar
was in tegendeel slechts in overeenstem
ming met een buitengewone beperking, die
het- zichzelf oplegde. De nationaal-socialis-
tische regeering sloot zich aan bij de pogin
gen van andere landen, bij wie op gelijke
wijze als bij het Duitsche volk gepoogd
was, zijn lévensmogelijkheden te beperken
en het recht op eigen levensruimten te be
twisten. Nadat het na vele jaren arbeid
reeds gelukt was om door vreedzame over
eenkomsten een groot deel van het Duitsch-
land aangedane onrecht goed te maken,
slaagden eindelijk de georganiseerde oor
logsophitsers van de joodsch-kapitalistische
democratieën erin, om Europa te storten in
een nieuwen strijd, welken Duitschland niet
gewild heeft.
Een onhoudbaar geworden status van deze
wereld stort onder de militaire slagen van
de aangevallen volken ineen. Groote naties,
aan wie totdusverre de deelneming als ge
lijkgerechtigde leden van de menschelijke
maatschappij aan het genot van de goederen
dezer aarde was geweigerd, zullen op grond
van het hoogste van alle aardsche rechten
om hun gelijkgerechtigdheid definitief
strijden.
Het driemogendhedenpact, dat ik zoojuist
in opdracht van den Führer met de gevol
machtigden van Italië en Japan ondertee
kend heb, is de plechtige afkondiging der
aaneensluiting van Duitschland, Italië en
Japan tot een blok, dat de hoogste gemeen
schappelijke belangen vertegenwoordigt, te
midden van een wereld, welke een nieuwe
ordening tegemoetgaat. Het pact heeft tot
taak om de nieuwe ordening van de deelen
van Europa, welke zich in oorlog bevinden,
onder de gemeenschappelijke leiding van
Duitschland en Italië, alsmede de nieuwe
ordening in de Grootaziatische ruimte onder
de leiding van Japan te waarborgen. Zijn
grondslag berust niet slechts op de vriend
schap, doch vooral op de belangengemeen
schap der drie jeugdige voorwaartsstrevende
volkeren, die dezelfde sociale doeleinden na
streven.
Met de doelstelling van het pact hebben de
drie mogendheden zoowel bij haar onder
handelingen, als ook in het pact zelf tot haar
groote bevrediging kunnen constateeren, dat
deze nieuwe overeenkomsten de reeds be
staande of nog komende betrekkingen tus-
schen hen en Sovjet-Rusland op geen enkele
wijze beïnvloeden. Het onderteekende pact is
'n militair bondgenootschap tusschen drie der
machtigste staten der aarde. Het moet dienen
om een rechtvaardige ordening te verkrijgen,
zoowel in de Europeesche- als in de Groot-
Aziatische ruimte. Het moet echter in de
eerste plaats ertoe bijdragen om de wereld
zoo spoedig mogelijk den vrede weer te
geven.
Daarom zal elke staat, die met de be
doelingen om de vreedzame betrekkingen
tusschen de volken te herstellen, tegen
over dit pact staat, oprecht en dankbaar
verwelkomd en tot medewerking aan de
politieke en economische hervorming
worden uitgenoodigd. Elke staat echter,
die het voornemen zou hebben, zich in
de eindphase der oplossing van deze
vraagstukken in Europa of Oost-Azië te
mengen en een staat van dit driemo
gendhedenpact aan te vallen, zal het
hoofd hebben te bieden aan de totale ver
eende kracht der drie volkeren, van
ruim 250 millioen zielen. Daarmede zal
dit pact in elk geval dienen tot herstel
van den wereldvrede.
Verklaring van graaf Ciano.
De Italiaansche minister van buitenland
sche zaken, graaf Ciano, heeft na de onder-
teekening van het driemogendhedenpact o.a.
verklaard:
Het verdrag, dat heden Italië, Duitschland
en Japan verbindt, bezegelt en bekrachtigt in
de plechtige verplichting eener politieke,
economische enmilitaire samenwerking, de
gemeenschappelijkheid der belangen en
doeleinden, die in deze jaren, waarin de
nieuwe geschiedenis van de wereld gesmeed
wordt, tusschen de drie landen bestaan
heeft. Italië, Duitschland en Japan zijn de
dragers van deze ontwikkeling geweest, heb
ben, de actieve en scheppende krachten daar
van vertegenwoordigd en zijn erin geslaagd
om aan hun roemvolle overleveringen in
oorlog en vrede, die deugden en krachten
te ontleenen, waarmede zij de vormen van
een nieuwe cultuur bij zichzelf tot stand
hebben gebracht, zooals zij het thans in de
wereld doen. Bij. dit grootsche vernieuwings-
werk zijn ohze drie volken voortdurend - op
denzelfden hardnekkigen en duisteren te
genstand, hetzelfde wanbegrip en dezelfde
vijandigheid gestooten..
De solidariteit, welke zich in deze jaren
tusschen Italië en Japan ontwikkeld heeft
en welke heden onze drie landen in een
bondgenootschap vereenigd, vindt haar
oorsprong en haar kracht in den strijd, dien
wij, evenals totdusverre, ook verder moeten
voeren. Zij is niet het gevolg van een voor-
loopige diplomatieke berekening, maar de
uitdrukking van een bistorischen toestand.
Duitschland en Italië erkennen en eerbie
digen de leidende rol van Japan bij het tot
stand brengen van een nieuwe orde in Oost-
Azië, evenals Japan de leidende rol erkent
en eerbiedigt van Italië en Duitschland bij
het tot stand brengen van een nieuwe orde
in Europa.
Het bondgenootschap, dat het verdrag van
heden bevestigt, om elke onnoodige uitbrei
ding van het conflict te verhinderen en de
blokkade; welke het gevolg is van de ver-
eeniging der militaire en civiele krachten
der drie rijken, beteekenen een geweldig
bolwerk, waarop elke poging, den brand om
zich heen te laten grijpen, zal stranden. De
draagwijdte en de doeltreffendheid van het
verdrag gaan echter verder dan den tegen-
woordigen toestand.
Wij strijden thans voor het scheppen
der grondslagen en voorwaarden eener
nieuwe ordening, welke het gedijen en
het welzijn der volkeren, moet bevorde
ren en waarborgen. De eindoverwin
ning, waarnaar wij met onwrikbare vast
beradenheid streven, en die onder het
bevel van de groote leiders van onze
volken met zekerheid behaald zal wor
den, is voor alle volken der aarde de
veiligste waarborg voor een toekomst
van gerechtigheid en vrede.
Verklaring van Koeroesoe.
De Japansche ambassadeur Koeroesoe
heeft, na de or.derteekening van het drie
mogendhedenpact o.a. gezegd:
Het laatste doel van dit pact is het tot
Men is verplicht te verduisteren
tusschen zonsondergang en zons
opgang, dus hedenavond
Morgenavond
Maans op- en ondergang
2829 September
stand brengen van den algemeenen en blij-
venden wereldvrede, welks kern de gerech
tigheid is. Het spreekt dan ook vanzelf, dat
wij den landen, die dezelfde oriënteering
hebben als wij en zich dezelfde inspanning
getroost hebben, onze medewerking niet
weigeren.
Verder heeft dit pact geen invloed op de
politieke betrekkingen tusschen Japan,
Duitschland en Italië eenerzijds en de Sovjet-
Unie anderzijds.
Ik voel mij gedrongen uiting te geven
aan de hoop, dat dit pact in de handen der
voorvechters, voor de gerechtigheid in de
drie landen, Japan, Duitschland en Italië tot
het zwaard in de hand van den waren
strijder wordt en daarmede bijdraagt tot het
herstel van den wereldvrede.
De plechtigheid door alle zenders
uitgezonden.
De plechtigheid is door alle Duitsche zen
ders uitgezonden. Een groot aantal verte
genwoordigers uit de drie betrokken staten
woonde de plechtigheid bij.
Bij hun vertrek van de rijkskanselarij
werden Ciano en Koeroesoe stormachtig
toegejuicht door de Berlijnsche bevolking,
die zich bij duizenden op de Wilhelmplatz
en in de Wilhelmstrasse had opgesteld.
Toen te 14 uur Adolf Hitler op het balcon
van de rijkskanselarij verscheen, barstte
een orkaan van gejubel los.
Een receptie.
Berlijn, 28 Sept. (D.N.B.) Ter gelegenheid
van de onderteekening van het driemogend
hedenpact tusschen Duitschland, Italië en
Japan heeft de rijksminister van buiten
landsche zaken, von Ribbentrop, ter eere
van den Italiaanschen minister van buiten
landsche zaken, graaf Ciano, en den Japan-
schen ambassadeur, Koeroesoe, een receptie
aangeboden in hotel Kaiserhof.
Gedurende het tijdvak van Zater
dag 28 September tot en met 8 No
vember a.s. geeft blijkens een
mededeeling van den secretaris-gene
raal, wild. hoofd van het departement
van landbouw en visscherij de met
„114" genummerde bon van het alge
meen distributiebonboekje recht op
het koopen van 250 gram koffie of
75 gram thee.
Kort nadat het bericht over de sluiting
van het DuitschJapanschItaliaansch
bondgenootschap bekend was geworden en
door middel van de radio en extra-edities
der bladen aan het Japansche volk was
medegedeeld, is door den keizer van Japan
een toelichting op de alliantie gegeven.
„De rechtvaardigheid op aarde te verhef
fen en van de wereld één huishouding te
maken", aldus luidt deze toelichting, „is het
groote gebod, dat onze keizerlijke voor
ouders ons hebben nagelaten en dat ons
dag en nacht ter harte gaat. Bij de reusach
tige crisis, waarvoor de wereld zich ge
plaatst ziet, blijkt, dat een verscherping van
den oorlog en de verwarring geen grenzen
zullen kennen en dat de rampen, welke over
de menschheid zullen komen, niet te over
zien zullen zijn. Wij hopen vurig, dat de
vrede zoo spoedig mogelijk zal kunnen wor
den hersteld.
Derhalve gaven wij onze regeering op
dracht om met de regeeringen van Duitsch
land en Italië, die de inzichten en aspiraties
van ons keizerrijk deelen, te beraadslagen
over wederzijdschen bijstand en samenwer
king. Wij zijn er zeer dankbaar voor, dat
tusschen deze drie mogendheden een pact
is gesloten. De taak om iedere natie haar
eigen plaats te schenken en alle menschen
in vrede en veiligheid te doen leven, is een
machtige, welke haars gelijke in de geschie
denis niet kent. Maar het doel ligt nog ver
af. Denkt diep na en ziet ver vooruit. Weest
vereend in geest en kracht".
Zie verder Buitenland Pag.3, 2e blad.
ii.
Lofwaardige houding van den
Duitschen militair.
Een ander Parijs, en tóch hetzelfde
Parijs. Dat was de conclusie van mijn
eerst artikel. Eigenlijk geldt zulks ook
voor den Parijzenaar, hij is een andere
en toch dezelfde Parijzenaar.
Hij is anders, omdat hij een stuk van den
oorlog heeft meegemaakt. Ieder had wel fa
milieleden in het leger. Hij is anders, omdat
hij tot de vluchtelingen heeft behoord of op
andere wijze de débacle heeft beleefd. Hij is
anders, omdat het leven van vroeger ver
schilt van het tegenwoordige. Maar hij is de
zelfde optimist van vroeger. Hij bezit nog de
zelfde vaardigheid van geest. En hij be
schikt over hetzelfde, zoo niet meer, aan
passingsvermogen.
Dat aanpassingsvermogen valt het -eerst
op. Er waren geen taxi's, de Parijzenaar nam
een fiets en peddelde langs de boulevards.
Soms met een aanhangwagentje voor de ba
gage. Aan den trein vindt men handkarren.
„Snelvervoer door geheel Parijs" staat er
ironisch op geschreven.
Zoo behelpt men zich en slaat zich door de
moeilijkheden. Het hoogste gebod is thans
„se débrouiller", dat is, vrij vertaald, zich
v/eten te redden. We hebben gedemobili
seerde Fransche soldaten gezien, die een
karretje aanschaften en wat winkelwaren en
daarmede langs de huizen gingen venten.
Dat was in Parijs nog nooit vertoond, voor
heen moest elke huismoeder zelf aansleepen
wat ze noodig had. „Hoe is het mogelijk",
zegt men thans, „minder tijdverlies en de
man heeft een bestaan. Dat men er nooit
eerder aan heeft gedacht". Zoo is een nieuwe
serie beroepen ontstaan, men „débrouilleert"
zich. Alleen is er teveel concurrentie. Voor
drie franken per uur, dus nog geen vijftien
cent, kun je in Parijs al Duitsche lessen ne
men, men verkoopt er tien verschillende
Duitsch-Fransche woordenboeken, het aan
tal Duitsche gidsjes is ontelbaar en reeds
verschenen er souvenirs met opschriften in
de Duitsche taal. Van aanpassing gesproken!
Ook in zijn dagelijksch leven heeft de Pa
rijzenaar zich snel aangepast. Aanvankelijk
mocht hij des avonds na negen uur niet meer
op den openbaren weg verkeeren. Na eeni-
gen tijd werd het tien uur, thans heeft men
tot elf uur den tijd. Men moet de jacht mee
maken naar de laatste métro, 's-avonds tegen
tienen. „Och", zegt de Parijzenaar luchthar
tig, „toen vroeger de ondergrondsche om één
uur des nachts sloot, was het net eender. De
zelfde dwaze holpartij. Het is maar, waar
men zich aan went". Aldus is er na elven
niemand meer op straat en de bewoner van
de banlieue ziet z'n stamcafé reeds om half-
negen gesloten.
We hebben den indruk, dat de Parijzenaar
meer leest dan vroeger Hij was altijd nogal
een lezer; een Parijzenaar zonder krant is
bijna onbestaanbaar. Krantlezen doet hij nog
in de métro voornamelijk, maar menigeen
heeft een boek meegebracht. De kranten zijn
niet altijd even interessant, vele trouwens
versehijnen niet in Parijs. Van de ochtend
bladen is er alleen de Matin, kortelings met
de Dernières Nouvelles de Paris er. La Fran
ce au Travail aangevuld. De Paris-Midi is
verdwenen; 's-avonds is men vrijwel aange
wezen op de Paris-Soir, Oeuvre, Soir en de
Humanité ziet men natuurlijk niet meer,
evenmin als de Intransigeant; Journal en
Figaro verschijnen nog in het onbezette ge-
bied. Temps en Petit Parisien, Marianne
Gringoire en Candide hebben Parijs veria-
t ;n, Pilori en Gerbe namen hun plaats in
Maar reeds verschijnen er nieuwe tijdschrif-
ten, in den trant van Match, zooals La Se-
maine. En men mag zich in gemoede afvra-
gen of iemand, die den voor-oorlogschen
overvloed, de overdaad niet heeft gekend,
eenig gemis aan krantenlectuur zal gevoe
len. De Parijzenaar van thans zoekt in ieder
geval zijn troost meer in het boek en voelt
zich er wel bij.
Er is geen enkele reden om te verhelen,
dat er in den beginne gevreesd werd voor
wrijvingen tusschen de Duitschers en de
Franschen. Ik moet zeggen, dat er van strub
belingen geen sprake is geweest. En ik acht
het mijn plicht te getuigen, dat zulks in de
eerste plaats te danken is geweest aan de
Duitschers, die nergens incorrect zijn opge
treden. Integendeel, hun gedrag was zoo
correct en zoo gedisciplineerd, dat de Fran
schen zich verbaasden en zichzelf de vraag
stelden, of de Franschen van eenzelfde dis
cipline zouden hebben blijk gegeven, als zij
bijgeval als overwinnaars Berlijn waren bin
nengetrokken.
Weliswaar kwamen de Duitschers al da
delijk met tal van maatregelen, die de vrij-
j heid der Franschen beperkten. Maar die
j maatregelen golden ook voor de Duitschers.
Een typeerend voorbeeld. Het werd den
Franschen vrouwen verboden om op café
terrassen te rooken. Dat moeten ze voortaan
maar binnenskamers doen of geheel nalaten.
Den Duitschen soldaat echter, was het to-
j taal verboden om op straat te rooken. Zij
zelf legden zich dus veel grootere beperkin
gen op. Daarvoor had de Franschman, ge
voelig als hij is voor „tenue", toch respect.
De Duitsche autoriteiten wilden elke on
noodige aanraking tusschen Franschen en
Duitschers vermijden. Vandaar, dat zij tal
/an inrichtingen voor de'Duitschers reser
veerden en vooi anderen verbood. Maar het
omgekeerde was minstens even vaak het ge
val: tal van lokalen zijn streng verboden
voor de Duitschers. Trouwens, al spoedig
hadden zij hun eigen bioscopen en hun eigen
theaters. Het tooneel van Kraft durch Freu-
de speelt op de Avenue Wagram te Parijs.
En daar, waar aanraking onvermijdelijk is,
in de groote café's bijvoorbeeld, weet ieder
i zijn houding wel te bewaren. Ik heb eens
I meegemaakt, dat een Fransche dame een
café-restaurant binnentrad, waar muziek
werd gemaakt en dat stampvol soldaten zat.
„Maar dat is geen restaurant", zei de Fran-
caise verontwaardigd, „dat is een kazerne".
Een Duitsch officier, die blijkbaar Fransch
verstond, lachte even gul om de snedige op
merking als de Franschen zelf en bood de
dame hoffelijk z'n stoel aan.
Dat relletjes achterwege bleven, is ook te
danken aan de Fransche politie, die, onder
Duitsch oppergezag, met de garde mobile en
de garde républicaine samenwerkt. De po
litie is niet gevlucht, zij werd ontwapend,
doch doet verder dienst onder de gewone
chefs. Duitschland is van het standpunt uit
gegaan, dat de Fransche belangen zooveel
mogelijk door de Franschen zelf moeten be
hartigd worden. Die richtlijn is tot dusver
steeds gevolgd.
Even heeft een moeilijkheid gedreigd. Dat
was, toen de Duitsche bankbiljetten als be
talingsmiddel werden ingevoerd, dus onmid
dellijk bij den aanvang. Maar de moeilijk
heid werd spoedig opgelost, er kwam een of
ficieel bericht, dat men de biljetten van de
Rijks-credietkas had té' accepteeren op basis
van twintig Fransche franken voor één
Mark. Momenteel wordt er stellig even dik-
wij ls met marken betaald als met franken,
en na den oorlog zal Frankrijk de herstel
betalingen in Duitsch geld, dus met dezelfde
bankbiljetten kunnen voldoen.
Neen, men kan waarlijk niet met recht be
weren, dat de Franschman, per slot van
rekening toch de verliezer, in zijn land ten
achter wordt gesteld bij den Duitscher. De
Franschman kan in het bezette gebied
reizen waarheen hij maar wil: de Duitsche
militairen en civiele personen hebben een
passepartout noodig. Zelfs den militairen,
die in de voorsteden van Parijs in garnizoen
liggen, is den toegang tot de metropool zon
der schriftelijke vergunning verboden. Een
Franschman moet zich kunnen legitimeeren,
doch dit is altijd al zoo geweest, de identi
teitskaart is geen uitvinding van de Duit
schers.
Zoo leeft dus de Parijzenaar in een ander
en tóch hetzelfde Parijs. Dezelfde Parijze
naar en tóch een andere. Maar de meening
van dien Parijzenaar, en de stemming te
Parijs? Daarover in een slotartikel.
T. O.
„Parijs thansI" werd geplaatst in ons
nummer van gisteren.