im
WAT NU?
Gemaal te Lemmer draait.
Scherpe Wind
Verzorging der radioprogramma's
door Staatsomroepbedrijf.
Omroeporganisaties worden
bij de nieuwe regeling
geliquideerd.
Kinderbijslag berekend
bij werkloozensteun.
Een werk van nationale beteekenis en
„Nederlandsch fabrikaat".
Over een jaar is de polder
droog.
HOESTBONBONS
FEUILLETON
TWEEDE BLAD
De gemachtigde voor de con-
,centratie van de radio-omroep-
vereenigingen in Nederland, ir.
Dubois, deelt ons o.m. het vol
gende mede:
Weliswaar is uit de officieele be
scheiden alsmede uit perspublicaties
van officieele zijde reeds veel dui
delijk geworden, doch het blijkt uit
de vele perscommentaren, dat al
lerminst overal een juist begrip
bestaat omtrent hetgeen te gebeuren
staat.
Allereerst dient men een scheiding
te maken tusschen wat de omroep
gaat bieden en de bijdrage, welke
van de luisteraars gevorderd wordt.
Deze bijdrage, welke door iederen
bezitter van een ontvangtoestel of
abonné op een radio-centrale moet
worden betaald, wordt geïnd door
het staatsbedrijf der P. T. T. uit het
aldus geïnde bedrag wordt aan dit
staatsbedrijf een deel toegewezen
voor de verzorging van de zendap-
paraturen, de ontwikkeling van de
zendertechniek en dergelijke met
den omroep verbandhoudende za
ken. De rest, zijnde het overgroote
deel, wordt toegewezen aan den
omroep voor het verzorgen der ra
dio-programma's.
Waar nu déze heffing van staats
wege met ingang van 1 Januari
1941 van kracht geworden is, houdt
op dezen zelfden datum, ter voor
koming van dubbele betaling, het
.storten van bijdragen aan de om
roeporganisaties op. Zij, die reeds
hun lidmaatschapsbijdrage of con
tributie hebben gestort, ontvangen
deze terug, echter niet in contanten,
doch volgens de beschikking van
den directeur-generaal der P. T. T.
in den vorm van radiozegels, welke
zullen kunnen dienen om de radio
heffing, voor zoover deze zegels
zullen reiken, te voldoen.
Veranderingen.
De aangekondigde veranderingen
in wat men in het dagelijksch leven
„den omroep" pleegt te noemen ko
men op het volgende neer:
Gesticht wordt een staats
bedrijf, dat met uitsluiting van
anderen de verzorging van den
omroep ter hand zal nemen. Dit
wil zeggen, dat vanaf het oogen-
blik, dat dit bedrijf zijn taak zal
aanvangen de omroeporganisa
ties zullen ophouden te funcfion-
neeren. Tot zoolang zal de om
roep door de organisaties ver
zorgd blijven.
Dit wil echter niet zeggen, dat ge
durende dien tijd alles onveranderd
zal blijven. In den overgangstijd
zullen toch reeds wijzigingen in de
programma-indeeling en -uitvoe
ring worden voorbereid en uitge
voerd, zoodat een harmonische aan
sluiting met den nieuwen toestand
wordt verkregen.
Daar er na het inwerking
treden van het staatsbedrijf
geen terrein van werkzaamheid
voor de omroeporganisaties
overblijft, zullen deze worden
geliquideerd en hare eigendom
men zullen worden overgedra
gen aan het nieuwe bedrijf.
Een andere oplossing is niet denk
baar, aangezien alleen op deze wij
ze gebouwen en apparaturen hunne
bestemming zullen kunnen blijven
vervullen.
Tijdschriften blijven.
De radio-tijdschriften, welke tot
nu toe bestonden, zullen kunnen
blijven bestaan. Zij zullen naast een
algemeen gedeelte, waarin belang
rijke uitzendingen zullen worden
toegelicht, hun aandacht kunnen
blijven wijden aan die uitzendingen,
welke voor hun eigen lezerskring
van bijzonder belang te achten zijn.
Wat nu het nieuwe bedrijf zelve
betreft het volgende:
De ruimere geldmiddelen waar
over beschikt kan worden, omdai
nu niet meer als voorheen de helft
der Nederlandsche luisteraars zich
aan het geveh van een bijdrage aan
den omroep onttrekken kan, zullen
het bedrijf in staat stellen om de
steeds grootere onkosten, welke de
toenemende vervolmaking eischt,
het hoofd te bieden. Aldus zal het
mogelijk zijn de lijn der artistieke
en technische vervolmaking weder
om krachtig te doen stijgen, terwijl
eenheid van opbouw, opvoering naar
en handhaving van een hoog peil
nu uitvoerbaar is. Wat den inhoud
zal men kunnen bemerken, dat de
gevreesde oppervlakkigheid en
kleurloosheid niet haar intrede zal
doen. Integendeel. Met zorg zal er
naar gestreefd worden, dat dat wat
in alle groepen vaqn ons volk leeft
haar uiting voor de microfoon zat
krijgen.
Aldus zullen de door de thans be
staande omroepvereenigingen verte
genwoordigde groepen zich en el
kaar op een hooger plan terugvin
den, waar door eendrachtige sa
menwerking aan de handhaving
onzer Nederlandsche cultuurgoede
ren en den opbouw van ons vader
land gewerkt kan worden.
Door het geven van reportages,
het organiseeren van vraaggesprek
ken met bevoegde personen, zal de
luisteraar in verbinding gebracht
worden met het gebeuren om hem
heen. Hierbij zal in positieven zin
gewerkt worden en niet getracht
worden door onthouding, moeilijk
heden of wellicht beter, gewaande
moeilijkheden te omzeilen.
Ik meen den luisteraars niet beter
te kunnen raden dan door hun in
overweging te geven geen voorbarig
of pessimistisch oordeel uit te spre
ken, maar met open oog en open
hart het werk te volgen van hen.
die zich voor de nieuwe taak van
den Nederlandschen omroep hebben
ingezet.
Vanwege het departement van
sociale zaken is aan de gemeentebe
sturen een schrijven gezonden, waar
in wordt medegedeeld, dat door dc
invoering van de kinderbijslagwe,
arbeiders in dienst van een onder-
reming en met hen gelijkgestelden.
zoo de gezinssamenstelling althans
daartoe grond oplevert een bijslag
uilen ontvangen op hun loon.
In verband hiermede zal, te
rekenen van 1 Januari j.l. af,
voor de toepassing van de steun
regeling voor werklooze arbei
ders, met name voor wat be
treft de artikelen 8 en 19 en de
daai-bij behoorende schalen, als
loon gelden hetgeen de werk
looze in het bedrijf, waartoe hij
behoort, zou kunnen verdienen,
vermeerderd met het
geen hem uit hoofde van de kin
derbijslagwet bij. tewerkstelling
in dat bedrijf zou toekomen.
Hetzelfde geldt van dien datum af
voor de kleine boeren- en tuinbou
werssteunregelingen, voor zoover bij
de toepassing daarvan het vrije be-
orijf-loon een rol speelt (gedacht
wordt bijv. aan de 95 maximum
grens bij toekenning van den brand
stoffen toeslag.)
Met korte tusschenpoozen hebben de groote momenten, die
tezamen de afsluiting en droogmaking van den Noord-oostpolder
vormen, elkander opgevolgd; 13 November 1940 ging de dam
in het Zwolsche diep dicht; 13 December 1940 is de dijk, die den
polder omsluit, gereed gekomen en Woensdag is het gemaal te
Lemmer in werking gesteld, nadat het een dag tevoren had
proefgedraaid.
(Van onzen specialen verslaggever)
Er zijn van die gebeurtenissen in
de geschiedenis van een land, die
waard zijn, dat ze worden vastge
legd en dat men er meer dan ge
wone aandacht aan besteedt. Zulk
een gebeurtenis is zeker ook het in
bedrijf stellen van het pompgemaal
te De Lemmer.
Want er is nu een begin, ge
maakt met de drooglegging van
een stuk Nederland, waarop
rond 1500 millioen kubieke
meter water staat en dat ons
over 5 of 6 jaren rond 50.000
hectaren best land zal op-
leveren.
Een verre reis.
Het was uit dien hoofde, dat we
Maandagmiddag de onder de «hui
dige omstandigheden bezwaarlijke
reis naar het oude Zuiderzeestadje
in den Zuidwesthoek van Friesland
aanvaardden, teneinde getuige te
;ijn van de historische gebeurtenis.
We wilden den avond vóór den
belangrijken dag De Lemmer nog
bereiken, en wijl het noch met
stoomtram, noch met autobus mo
gelijk was in de plaats van 'bestem
ming te komen, maakten we van
Heerenveen af gebruik van een
taxi die ons veilig en wel door het
prachtig besneeuwde Friesche
landschap naar ons doel bracht.
Gesprek.
We hadden geluk. Want in een
der hotels aldaar troffen we den
vertegenwoordiger van de Heemaf,
ir. de Klerk, en den vertegenwoor
diger van Werkspoor Amsterdam,
ir. van Lobberegt, aan. De indus-
trieele' instellingen, waaraan zij
verbonden zijn, hadden resp. de
electrische installaties en de pom
pen en schuiven geleverd voor het
Lemmergemaal. Zij waren dus bij
uitstek de aangewezenen om ons
over dit prachtige staaltje van
Nederlandsche ingenieurskunst en
vakmanschap in te lichten. Zij ver
telden ons, dat er des Maandags
reeds eenigen tijd was proef ge
draaid, en dat er gelukkig geen
enkele afwijking was waargeno
men. De werken waren zonder
giooté tegenslagen uitgevoerd. En
ware het niet, dat we vorig jaar
zulk een lange vorstperiode hadden
gehad en dat mobilisatie en oorlog
hun remmende, werking -hadden
uitgeoefend, dan zou het gemaal
reeds eenige maanden eerder kun
nen zijn opgeleverd. Doch dat was
geen reden tot ontevredenheid.
Want in de eerste plaats zou de af
sluitdijk toch nog niet gereed zijn
geweest, zoodat toch niet had kun
nen worden gemalen. En bovendien
maakt enkele maanden vertraging
op een werk als deze drooglegging
rekkelijk weinig uit.
Maar nu is het gemaal dan toch
gereed. Er kan gedraaid worden.
De inrichting.
Er zijn, zooals reeds gemeld, in
het gemaal drie centrifugaalpom-
pen met slakkenhuiswanden opge
richt. Zij zuiger, het water uit den
polder en- persen het langs wijde
buizen van gewapend beton op naar
■et IJselmeer. Op het oogenblik, nu
het waterpeil in meer en polder
vrijwel gelijk is, behoeft er niet veel
geperst te worden en werken de
pompen op hoogste capaciteit van
800 kub. m. per pomp en per mi
nuut .Maar naarmate de hoeveel
heid water in den polder lager
wordt en er dus een steeds grooter
peilverschil komt met het IJsel
meer, zal het weggezogen water
moeten wodern opgevoerd. Welnu,
de pompen zijn in staat den wegge
zogen waterkolom tot een hoogte
van 5 Vz meter op te voeren, en dan
nog wordt er per pomp 550 kub. m.
per minuut weggeslagen.
Hoeveel dat wel is?
De „Heemafpost" heeft uitgere
kend, dat er een flink overdekt
zwemtoasin met het in een minuut
verwerkte water gevuld zou kun
nen worden. En- dat er elke 2 uur
ongeveer zooveel water wordt weg
gezogen, als Amsterdam voor een
heel jaar gezinsverbruik noodig
heeft! Wie lust heeft, rekerae het
maar na.
Nog enkele technische gegevens.
De pompen worden aangedreven
met motoren, die een capaciteit
hebben van 850 P.K. elk; de verti
cale centrifuges maken 88 omwen
telingen per minuut.
De machines worden aangedre
ven met stroom tot een spanning
van 60.000 volt, afkomstig van de
lectrisehe centrale te Leeuwarden,
welke stroom bij het gemaal te De
Lemmer getransformeerd wordt
tot 10.000 volt en tot 380 volt voor
ie hulp-machines.
De' pompen zijn uitgevoerd vol
gen-s copie van het gemaal „Lely"
van den Wieringermeer, en zijn op
gesteld pl.m. 9.50 meter beneden
het wateroppervlak.
Wat zullen we onze lezers nog
meer met technische bijzonderheden
en cijfers vermoeien?
Alleen nog dit: het heele pomp
gemaal kan bediend worden door
één man. Daar de pompen dag en
nacht doorwerken, zullen er dus
drie menschen noodig zijn om die
heele machtige installatie in gang
te houden of liever om een toeziend
5bg te houden op afwijkingen. Af
wijkingen overigens, die geen be
vaar kunnen opleveren. Want alles
gaat automatisch. Als er malheur
komt, schakelen! de machines zich
automatisch uit. Als de zui-gbuizen
leeg zouden geraken, worden er
automatisch kleppen neergelaten,
zoodat het water niet terug kan
vloeien.
Er is op letterlijk alles gerekend,
ook op verduistering van 't gebouw.
Het aanzetten.
Misschien doet het wat vreemd
aan dit hier te erkennen: met zeke
ren schroom hebben we dit schitte
rend staal van menschelijk vernuft
en menschelijk kunnen benaderd.'
En toen het handlewiel van de
hoofdschakelaar- werd omgedraaid
en de zekerheidspedaal werd inge
duwd, toen de groote cenfrifugaal-
pompen onder onze voeten lichtelijk
begonnen te dreunen en te grom
men, toen de eerste golven water
uit den Noord-Oostpolder het
IJselmeer in stroomden toen
konden we een zekere aandoening
niet onderdrukken. En we geloo-
ven, dat het velen van hen, die hun
vernuft en hun arbeidskracht aan
dit mooie werk gegeven hadden,
niet anders is gegaan dan ons.
Het Lemmergemaal draait nu.
Elk uur worden er vele tienduizen
den kubieke meters water uit den
polder weggezogen. In April zal
ook het gemaal te Voorst en waar
schijnlijk in Augustus dat op Urk in
werking worden gesteld.
Nu n-og een klein jaar en dan
al, naar mencchelijke berekening,
de Noord-Oostpolder drooggemalen
zijn.
Diefstal en heling. - De politie
van Sneek heeft een magazijnbt
diende gearresteerd, die ten naoeeie
van zijn patroon scheermesjes, scheer
kwasten, scheerzeep, tandenborstels,
broodmessen, zakmessen, portemon-
naies, portefeuilles en andere artike
len had ontvreemd. Wegens heling
van deze artikelen werd een vijftal
personen aangehouden.
Het gemaal te De Lemmer, gezien van de IJselmeerzijde. Op den
voorgrond de drie duikers waardoor het water naar buiten wordt
geperst. (Foto Zw. Courant)
Interieur van het gemaal. Men ziet de drie pompen, die elk op een
duiker aansluiten en de machinerie vormen, metbehulp waarvan
het land geleidelijk aan het water zal worden ontrukt.
(Foto Zw. Courant)
DOOR ONBEKENDE AUTO
AANGEREDEN.
Woensdagavond is op den rijks
weg te Beek (L.) even buiten de
kom der gemeente de 46-jarige
W. Snepvangers, gisthandelaar te
Maastricht, juist toen hij in zijn
auto wilde stappen, door een tot
nu toe onbekend gebleven vracht
wagen aangereden en doodelijk ge
wond. Vermoedelijk heeft de
chauffeur ten gevolge van de duis
ternis niemand opgemerkt, hoewel
een omstander verklaarde, dat de
wagen een eindje verder stopte en
vervolgens weer doorreed. Het
slachtoffer is naar hef Calvariën-
ziekenhuis te Maastricht overge
bracht, waar hij enkele uren later
aan de bekomen verwondingen is
overleden.
Noodlottig ongeluk. - De groen-
tenkoopman H. te Didam, die gisteren
met paard en 'wagen den boer op
ging, is noodlottig om het léven ge
komen. Op een gegeven oogenblik
sloeg zijn paard op hol. H. werd van
den wagen geslingerd en kwam zoo
ongelukkig ten val, dat de wagen
hme dwars over het lichaam ging.
Hij liep ernstige inwendige kneuzin
gen op. Men vervoerde hem naar het
ziekenhuis te Zevenaar, waar hij kort
na aankomst overleed.
maakt Uw keel droog en effent den
weg voor verkoudheden.- Verzacht en
maak Uw keel vochtig met
Aangehouden. - Gisteravond is
te Utrecht door dë politie een 19-
jarig meisje aangehouden, dat niet
voldoen kon aan de identificatie
plicht en weigerde haar naam op
te geven. Het is gebleken, dat het
meisje begin Augustus weggeloopen
was uit het rijksopvoedingsgesticht
te Zeist. Zij is weer op transport ge
steld naar deze inrichting.
KALENDERS.
Van de firma M. Preijer en Zn.
alhier ontvingen wij den jaarlijks uit
gegeven kalender van de Vereenl-
ging van Nederlandsche wijnhande
laars. In tegenstelling met het vo
rige jaar toen de kalender kleurige
en humoristische Fransche teeke-
ningen bood, heeft men nu «e
steendrukken zwart gehouden hoe
wel daarin niet minder uitkomt,
hoezeer de Franschman zich voor de
wijnen van zijn land interesseert.
Een Franschman die de wijnkaart
bestudeert, een gezellig causerietje,4
van twee arbeiders voor een boe
renhuisje natuurlijk met een
glaasje wijn een vroolijke ronde
clans van druivenplukkers en laest
not least een bezoek van grootvader
en kleinzoon aan een wijnvat in den
kelder, het zijn afbeeldingen, waar
bij men aan de goede, oude
Fransche wijnen wordt herinnerd.
Tusschen de vier kalenderbladen
zijn practische wenken over het
schenken en drinken van diverse
wijnen gegeven.
De firma Jung en v. d. Hoek
alhier zond ons weder haar gewo
nen weekkalender, een duidelijke
uitgave met veel gelegenheid voor
aanteekeningen en opgave van chr.
feestdagen. v
DOOR DEN^S MACKAIL.
5)
De heer Cash was ook maar een
gewoon mensch en hoewel hij graag
zijn bezoekers imponeerde en onder
gewone omstandigheden gezegd zou
hebben, dat hij al een afspraak had
met den advocaat van het ministe
rie van financiën, nam hij de uit-
noodiging voor half negen aan. Na
elkaar de hand gedrukt te hebben,
gaf de heer Cash een ruk aan een
koord, dat in het andere lokaal een
bel deed overgaan, waarna een van
de jongens verscheen, die Jim uit
geleide deed.
Jim voelde dat hij een wandeling
noodig had. Dit was inderdaad een
slag. Die vervloekte Lloyd! Cash
was een geschikte vent. Jammer dat
Jim nooit iets van geldzaken had af
geweten. Als hij daarvan op de
hoogte was, kon hij* zich voorstel
len, hoe hij Cash op de onregelma
tigheden zou kunnen wijzen, die aan
zijn aandacht waren ontsnapt, dan
wel zelf financieele transacties on
dernemen, die hem onmiddellijk in
staat zouden stellen een onmetelijk
fortuin te vergaren, waarmee hij
dien gemeenen Lloyd op de een of
andere manier zou ruïneeren.
Grappig, al die menschen, die
denzelfden kant opliepen als hij zelf
Zeker allemaal kantoorbedienden.
Vreeselijk om kantoorbediende te
moeten zijn; hoewel, zij hadden al
len een ink: men, terwijl hij nu,
daar moest hij eens over denken.
Hij moest toch iets naders van Cash
te weten zien te komen. Het eeni
ge bezwaar was, dat hoe meer Cash
verklaarde hoe moeilijker het voor
hem was, de zaak te begrijpen. I.n-
tusschen had hij nog verscheidene
dingen, die hij te gelde kon maken,
maar daartegenover stond, dat hij
die tweede-handsch Sunbeam niet
had gekocht. Hij had trouwens al
een nieuwe Rolls Royce besteld,
maar die lui zouden wel niet van
hem verwachten, dat hij die nam als
hij niet kon betalen. Wel verdraaid!
Het was toch onbestaanbaar, dat
hem zoo iets zou kunnen overko
men. Erfgenaam te zijn van een
millionnair en niets meer te, heb
ben om van televen! Hij lachte
plotseling bij die gedachte en een
paar straatjongens krijschten hem
in antwoord toe, daarbij veelbetee-
kenend tegen hun voorhoofd tik
kend.
Dit bracht hem tot de werkelijk
heid terug en hij zag tot zijn ver
wondering, dat hij zich in een deel
van Londen bevond, dat hem be
kend voorkwam. Een taxi bleef vlak
voor hem staan om een vrachtje af
te zetten en hij stapte vlug in, vóór
een dame, die blijkbaar dezelfde be
doeling had, daartoe in de gelegen
heid was, waarop hij den chauffeur
opdracht gaf naar zijn woning te
rijden. Was dit een gebrék aan rid
derlijkheid in iemand, dien gij on
getwijfeld als den held van dit ver
haal hebt beschouwd? Beoordeeld
naar den maatstaf van de Ronde Ta
fel in de middeleeuwen, is dit moge
lijk het geval, doch het wegkapen
van taxi's voor den neus van con
currenten van beiderlei sekse is een
te diep geworteld instinct van het
moderne menschdom, om nog te
probeeren uw goedgeloovigheid ge
weld aan te doen met te vertellen,
c'at Jim Grant zich beleefd terug
trok. Bovendien, de dame had witte
bovenstukken aan haar laarzen en
zou in de dagen van koning Arthur
als een toovenares zijn beschouwd,
voor wie ridderlijkheid niet noodig
werd geacht. Bekijkt haar echter
goed, want zij zal in dit verhaal nog
maals verschijnen.
Hoe het ook zij, het is een feit,
dat de taxi zich nauwelijks in be
weging had gezet, toen Jim bedacht,
dat een geruïneerd man, hetgeen hij
nu was, niet in een taxi behoorde te
rijden tegen een tarief van acht
stuivers per mijl, plus toeslag, op
gelegd door den minister van finan
ciën, plus losgeld, verwacht en ge-
eischt door den chauffeur. Nu was er
niets meer aan te doen, hij zat in de
taxi en hij bleef in de taxi en hij zou
'n sigaret opsteken in de taxi en naai
den bliksem met de heele geschie
denis; en na deze overpeinzing wierp
hij een woedenden blik naar iemand
in een andere taxi, die de zijne met
een centimeter afstand had gemist.
In dezen onverschilligen gemoeds
toestand kwam Jim bij zijn woning
aan, gaf den chauffeur twee en een
halve shilling fooi en liep de trap
op.
III.
In de kleine vestibulie van zijn
flat kwam hij Lush tegen, zijn be
diende. Lush was knecht geweest in
het vrijgezellentehuis, waar Jim
zijn intrek nam, wanneer deze zich,
gedurende zijn studententijd in Ox
ford, in Londen ophield, dat wil
zeggen, nadat degene die over zijn
lot beschikte, had uitgemaakt, dat
hij niet langer bij zijn leeraar in
huis zou zijn.
In die dagen had Lush hand- en
spandiensten verricht voor de drie
of vier bewoners van het betreffen
de huis. Het was toen een jonge en
minder eerwaardige Lush geweest,
doch hjj had de gave gehad, iederen
bewoner van die flat in Duke Street
het idee te geven, dat hem meer
aandacht en tijd werd geschonken,
dan waar hij recht op had. Dit waS
een waardevolle gave, die aardig
wat geld opbracht en er werden
heel wat vergeefsche pogingen in
het werk gesteld door de verschil
lende bewoners, die uiteindelijk die
flat verlieten om op zichzelf te gaan
wonen. Lush over te halen zijn ver-
hintenis te verbreken met, mijnheer
en mevrouw Turvis, de eigenaars
van de woning en van Lush zelf.
Ook Jim had dit in 1914, het jaar
dat hij Oxford verliet en een eigen
tehuis in Londen inrichtte, vergeefs
beproefd. Lush scheen' toen te aar
zelen, maar voor hij een besluit had
kunnen nemen, was de oorlog uitge
broken, waarop zoowel Jim als Lusn
de onderhandelingen hadden afge
broken om deel te nemen aan den
strijd, de een als officier, de andere
als sergeant.
Hun paden hadden zich in die
oorlogsjaren niet gekruist, doch na
den wapenstilstand, toen Jim zich nog
in een hospitaal bevond, was Lush
plotseling komen opdagen en had
hem het voorstel gedaan, bij hem in
dienst te komen, als Jim hem be
hulpzaam wilde zijn bij zijn po
gingen, spoedig uit den dienst ont
slagen te worden. Hij was direct op
dit voorstel ingegaan en had er
nooit spijt van gehad. Hij was een
gemakkelijke meester en Lush een
uitstekende knecht, en aangezien
een uitstekende knecht zich niet
verstoont, als zijn diensten niet ver-
eischt worden, was Jim eenigszins
verwonderd, hem dezen middag in
de vsetibule te zien, alsof hij op zijn
thuiskomst had gewacht. Nu hij er
evenwel was, kon hij even goed ge
bruik van hem maken.
„O, Lush", zei hij, „wil je even de
Port Club opbellen om te zeggen,
dat ik daar vanavond om half ne
gen zal dineeren. Een tafel voor
twee personen",
„Ja, mijnheer", zei Lush, doch in
plaats van naar zijn eigen kamer
te gaan, waar de hoofdaansluiting
van de telefoon zich bevond, bleef
hij in de vestibule staan. In zijn ge
moedstoestand- kon het Jim niets
schelen of Lush daar bleef staan
tot hij omviel, maar hij was zeker
met van plan hem te vragen wat
hij op zijn hart had. Hij had zeker
iets gebroken of wilde een dag vrij
hebben; in elk geval moesten men
schen, die iets te zeggen hadden aan
iemand, die juist vernomen had, dat
hij geruïneerd was, er maar mee
voor den dag komen, zonder er om
gevraagd te worden.
Bovendien hing er een verduiveld
onaangename salonlucht in de gang.
Zou Lush het soms in zijn hoofd
hebben gehaald zich te parfumee
ren? Deze gedachten gingen Jim
door het hoofd, terwijl hij zich naar
de badkamer begaf om als de
waarheid gezegd moet worden in
den spiegel te kijken of zijn haar
plotseling wit was geworden, of h(J
er twintig jaar ouder uitzag of an
dere uiterlijke kenteekenen van
plotselingen ondergang vertoonde.
Neen, daar was niets van te be
speuren, doch wel bleek, dat hij zijn
haar noodig eens moest borstelen,
hetgeen hij dan ook deed.
(Wordt vervolgd).