Tiel-Mtrecht
Boden van Lente en Blijheid!
HET GEHEIM
SieuMeiou
coulance
NIEUWE PUNTENLIJST
VOOR TEXTIELGOEDEREN
PRIJS 7l/2 CENT.
BUREAU ALKMAARSCHE COURANT
VAN HET
DOODELUKF GIF.
STILÏEJM0. 9
DASHIELL
HAMMETT
53
Haveninstalla
en Birkenhea
Duitsche luc
TWEEDE ELAD.
- -v
Een Maatschappij met zeer groote Reserveszie daar de
veilige en rustgevende gedachte voor ieder, die zijn have
en goed bij de „Tiel-Utrecht" verzekerd weet! Want naast
haar buitengewone coulance in de afwikkeling der schade
staat de oude „Tiel-Utrecht" bekend om haar zéér sterke,
finantieele positie ten voordeele van haar verzekerden
Met reserven bijkans drie maal zoo groot als haar kapitaal 1
ÏEAND INBRAAK - STORM - VARIAVERZEKER!NGEN\
KROMME NIEUWE GRACHT 76 80 UTRECHT
PROVINCIALE PUBLICATIE VAN HET DEPARTEMENT VAN
LANDBOUW EN VISSCHERIJ.
Vervoederen van afgekeurde aardappelen is slechts toegestaan na
schriftelijke machtiging.
De Voedselcommissaris voor Noordholland maakt bekend, dat in
enkele gevallen, waarbij de aardappelen door den handel bij afleve
ring werden afgekeurd, de telers geheel ten onrechte blijkbaar van
meening waren, dat hun aardappelen daarmede tevens voor veevoe
der waren vrijgegeven.
Opgemerkt wordt, dat tot vervoedering alleen mag worden over
gegaan, nadat daartoe op de gewone wijze een schriftelijke machti
ging werd verleend. Hiertoe dient men zich te wenden tot den
Plaatselijken Bureauhouder.
N.V. Boek- en Handelsdrukkerij
v.h. HERMS. COSTER ZN.. Voordam 9.
Nu ook de vogels terugkeeren uit het
Zuiden, zijn er tegelijk de vroolijke,
nieuwe R D-boeken weer! Eén zwaluw
maakt geen zomer, maar één R D-
boek kan voldoende zijn om licht en
zon te brengen in Uw geheele woning!
Heerlijk, deze nieuwe behangseldessins,
die aan onze Hollandsche wanden het
laatste zweem van wintersche duisternis
en schaduw verdrijven. Hamster nu
„zonneschijn per rol." Maak Uw eigen
Lente in huisNu dus frisch laten
behangen! Niemand fleurt Uw woning
zóó grondig op als de behanger.
Vraag hem de welvoorziene groengekafte
R D-Stalenboeken voor 1941, en
speciaal de Boeken No. 48, 49 of 50, ze
zitten vol verrassend-aardige vondsten!
Op elk Stalenboek van origineele R D-Behangsels staat dit
bekende lettermerk.
Door FRANK F. BHAUN.
4)
Er moet iemand bestaan, die hen
beiden uit den weg wilde ruimen.
Wie kan twee jonge menschen van
vijf en twintig en zeven en twintig
jaar van het leven willen berooven?
In hoeverre kunnen ze den moorde
naar in den weg hebben gestaan?
Dat is de andere overweging,
die ons naar ons doel moet leiden.
Kybander. Het motief zal den da
der verraden". Hij vertrok zijn ge
zicht tot een grijns. „Laten we eerst
den moordenaar zien te pakken,
dan zal hij ons wel zijn motief ver
raden".
Hoofdinspecteur Kybander bla
derde in zijn dossier.
„Hier is een poging daartoe", zei
hij, „een moglijke combinatie.
Hoort u maar eens: Het verslag van
een onderzoek een van mijn re
chercheurs".
„In de moordzaak Fabreani heb
ik in opdracht van hoofdinspecteur
Kybander den eigenaar en leider
van het scheikundige laboratorium
dr. Lange verhoord. Deze dr.
Lange verklaarde mij: Mejuf
frouw Inge Lotter is sedert twee
jaren in mijn laboratorium als tech
nische assistente werkzaam. Ze
werkt nauwgezet en heeft op mij
steeds een goeden, betrouwbaren in
druk gemaakt.
„Met haar persoonlijke omstan
digheden heb ik mij nooit ingelaten
en derhalve kan ik ook niets over
haar omgang met vrienden of vrien
dinnen vertellen. Ik kan echter met
beslistheid verklaren, dat mejuf
frouw Lotter gedurende de laatste
maanden een anderen indruk dan
vroeger maakte. Ze scheen me min
der levendig, sprak minder dan te
voren en maakte den indruk, dat
ze door een of andere zorg werd
gekweld. Toen ik bij haar infor
meerde, zeide ze me tot tweemaal
toe, dat ik me moest vergissen en
dat ze niet anders was .dan anders.
Ik nam aan, dat het waarschijnlijk
iets met liefde had uit te staan en
zou het tactloos hebben gvonden,
verder bij haar aan te dringen. Bij
haar werk deed mejuffrouw Lotter
ook toen haar plicht, precies als te
voren.
„Ik verklaar in antwoord op een
mij gestelde vraag, dat een vergift
atropine in mijn laboratorium niet
voorhanden is en derhalve niet bij
mij kan zijn weggenomen. Het is
eveneens uitgesloten, dat iemand
met de hulpmiddelen van mijn la
boratorium atropine zou kunnen
bereiden".
„Heel interessant, Kybander", zei
de commissaris. „Hoe ben je er toe
gekomen, een rechercheur naar het
laboratorium te sturen?"
Kybander glimlachte tevreden.
„Laten we verder gaan, mijnheer
de commissaris", zei hij en sloeg de
volgende bladzijde uit zijn dossier
op. „Hier is het verslag van een
ander onderzoek:
„In de moordzaak Fabreani heb
ik in opdracht van hoofdinspecteur
Kybander een verhoor afgenomen
aan de weduwe Ella Dingemans
De hoofdinspecteur keek even op
„Dat is de hospita van juffrouw
Lotter. Ze verklaarde dit:
„Mejuffrouw Inge Lotter woont
sedert zeven maanden in mijn huis.
Ze gaat eiken morgen om negen
uur naar haar werk en komt over
het algemeen des middags tegen
vijf uur weer thuis. Maaltijden ge
bruikt ze niet hier in huis. Of ze
laat of vroeg in den avond naar huis
komt, dan ik niet zeggen, omdat
haar kamer direct van het trappen
huis uit te bereiken -is. Bezoek
heeft juffrouw Lotter voorzoover ik
weet hoegenaamd niet gehad. Ze is
een paar maal door een vriend van
haar, mijnheer Fabreani, in een
auto afgehaald.
„In antwoord op een mij gestel
de vraag verklaar ik, dat mij den
laatsten tijd zeer zeker verande
ringen bij haar zijn opgevallen.
Juffrouw Lotter maakte den in
druk, ontsteld en zelfs wanhopig te
zijn. Ik heb daarvoor deze verkla
ring, dat ze van haar vriend Fa
breani de bons heeft gekregen
„Die rechercheur heeft blijk
baar uitstekend opgeteekend, wat
zijn getuige gezegd heeft", onder
brak hier commissaris Larris. „Ik
mag dat wel; dat verbreekt ten
minste de eentonigheid in zoo'n
saai dossier".
Hoofdinspecteur Kybander liet
zich door deze opmerking niet van
zijn apropos brengen. Hij ging rus
tig verder:
„Ik weet, dat dit zoo is, omdat ik
een brief gelezen heb, dien mijn
heer Fabreani aan juffrouw Lotter
beeft geschreven. De brief lag open
op haar tafel en juffrouw Lotter
was niet thuis. Ik wilde weten,
wanneer ik haar weer thuis kon
verwachten en heb den brief gele
zen. Mijnheer Fabrearji schreef haar
met heel vriendelijke woorden, dat
er aan een huwelijk tusschen hen
beiden niet gedacht kon worden,
en hij wilde niet, dat zij haar bes
te jaren met heip voorbij liet gaan
of woorden van gelijke strek
king
„Hier komt de politieman weer
te voorschijn", merkte Larris op.
„Ik houd er toch meer van, dat de
rechercheurs de menschen met hun
eigen woorden laten spreken".
„Mijnheer Fabreani zei nog in
dien brief", vervolgde Kybander
onverstoorbaar, „dat hij hoopte, dat
ze ook in de toekomst goede vrien
den zouden blijven. Maar ik wist
wel beter. Den volgenden dag vond
ik in haar prullemand verscheurde
brieven, die juffrouw Lotter aan
mijnheer Fabreani had geschreven.
Den laatste, dien zij werkelijk ver
stuurd heeft, vond ik niet".
„Dat is nogal glad", meende com
missaris Larris te moeten opmer
ken.
„Maar ik heb haar dien avond",
ging Kybander voort, „een postze
gel geleend en ze heeft me ge
vraagd, een brief voor haar op de
post te doen. Onderweg heb ik het
adres gelezen. De brief was aan
mijnheer Fabreani gericht. Op de
snippers in de prullemand heb ik
gelezen, dat juffrouw Lotter aan
mijnheer Fabreani schreef, dat ze
er niet aan dacht, van hem af te
zien. Ze hield van hem en ze wist,
dat hij ook van haar hield. Volgens
haar had hij zich door iemand an
ders laten bepraten. En hij moest
voorzichtig zijn. Ze was niet
iemand, die zich zoomaar opzij liet
schuiven. Ze waarschuwe hem. Hi.i
of het andere meisje zou eraan
moeten gelooven.
„In antwoord op een mij gestelde
vraag verklaar ik, dat juffrouw
Lotter op mij niet den indruk ge
maakt heeft bijzonder hartstochte
lijk te zijn aangelegd. In geen ge
val acht ik haar in staat om mijn
heer Fabreani of iemand anders
lichamelijk letsel toe te brengen,
toen ze deze bedreigingen schreef.
Juffrouw Lotter is veeleer een
zachte persoon.
„Andere vrienden of vriendinnen
van juffrouw Lotter zijn mij niet
bekend".
HOOFDSTUK II.
„Prachtig!" zei commissaris Lar
ris, toen hoofdinspecteur Kybander
klaar was met de voorlezing van
de door de hospita vna Inge Lotter
afgelegde verklaring. „Die achtens
waardige dame heeft juffrouw Lot
ter wel grondig bespionneerd. Zoo
is de nieuwsgierigheid van een hos
pita toch ergens goed voor geble
ken". Hij keek zijn hoofdinspecteur
aan. „Zooals ik je ken, weet je nu
al, waarom Fabreani van zqn
vriendin af wilde en ben je ook «1
den naam van de dame in kwestie
te weten gekomen?"
„Ja", zei Kybonder. „Het is een
dame uit de tooneelwereld. Louise
Weidenberg heet ze".
„Zoo", zei Larris. „Is dat die juf
frouw, die pas geleden in die won
derlijke film voor de dochter
speelde, die haar vader dood
schoot?"
„Die film ken ik niet", zei Ky
bander. „Ik ga weinig naar de bios
coop; maar dat zal ze wel zijn".
„Vooruit!" zei de commissaris.
„Je hebt haar zeker al laten ver-
hooren. Of heb je er nog geen ver
slag van gekregen?"
Kybander schudde het hoofd.
„Had ik haar kopschuw moeten
maken, commissaris? Ik vond het
beter, niet officieel bij haar aan te
kloppen, maar haar zoo'n beetje na
te gaan. Ik ben het volgende te we
ten gekomen: Mejuffrouw Louise
Weidenberg is hier sinds een jaar
in de stad. Ze speelt onder haar
werkelijken naam. Tot nu waren
het maar kleine rollen, die zij kreeg
bij een paar kleine gezelschapjes.
Den laatsten tijd heeft ze echtereen
paar filmcontracten gehad. Daar
door heeft ze bekendheid gekre
gen en nu schijnt ze in de tooneel
wereld vasten voet te hebben ge
kregen. Met Fabreani is ze door
Peter Braubach in aanraking ge
komen".
Commissaris Larris luisterde vol
aandacht.
(Wordt vervolgd).
GESCHREVEN DOOH
XBEKENINGEN VAN
ALEXANDER
RAYMOND
143e Jaargang
Berlijn, 13 Maart
opperbevel van de wee
bekend:
Verscheidene honde:
gevechtsvliegtuigen hel
de den geheelen naeb
schijn en helder uitzit
ken en met zeer groot
veninstallaties van L
kenhead aangevallen,
veninrichtingen en
van levensmiddelen al
haven gelegen fabrii
verwoest of zwaar gei
scheidene schepen gi
brand. Andere nachtel:
van zwakkere format
vliegtuigen waren geri
taire doelen en fabriek
land en het Zuiden vt
Verkenningsvliegtuigen
aanvallen op konvooien
kust van Engeland v
drie groote koopvaart
brachten een schip van
het zeegebied van Gr
tot zinken. Lichte ge\
gen vernielden overdaj
schuilplaatsen op een
Zuid-Engeland. Een
bracht bij een aanval
oostkust van Engeland
torpedojager tot zinker
In het gebied van de
sche Zee ondernamen
vechtsvliegtuigen tezarr
liaansche formaties, ge'
kenningen naar het eil;
In Noord-Afrika bi
Duitsche luchtwapen 1
lonnes voertuigen en
automobielen op doeltr
met bommen en boordv
De vijand wierp vani
en brisantbommen in g
op plaatsen van het Ni
kustgebied alsmede oj
hoofdstad. In woonwijkc
aantal gebouwen, waart
en ziekenhuizen, besi
dustrieele installaties li
onaanzienlijke schade,
burgerbevolking valt ee
den en gewonden te be
der aanvallende vliegtui
door nacht jagers en 1
lerie neergeschoten. Bot
loor de vijand overdag
gen in luchtgevechten. 2
stellen worden vermist.
Woon- en zie
Berlijn getroi
Berlijn, 13 Maart. (D
repde den aanval der Bi
macht, in den afgelcopei
Berlijn ondernomen, zij:
slechts woonwijken, ziel
een op de monumenten!
ste kerk getroffen. Volg
dusverre ontvangen be
16 menschen om het let
en 37 gewond.
Nader wordt gemeld:
loopen nacht hebben 1
vechtsvliegtuigen de ri.
Hamburg en Bremen
De aanval was, zooals
met zijn zwaartepunt
woonwijken. Branden k
meeste gevallen reeds 1
staan gebluscht wordi
woonhuizen werden be:
militaire en militair-
schade is onbeteekenend
ontvangen berichten we:
tal personen gedood
Nachtjagers en afv
dwongen den te"enstan<
scheidene plaatsen ee
koers in te slaan of te
bommen neer te werper
Berlijn, 13 Maart
Behalve Liverpool
waarop Duitsche gevec
ggen, naar reeds gemc
nacht van 12 op 13
grootscheepschen aant
ondernomen, is, naar
verneemt, ook de have
diff aan de Engelsche
hevig gebombardeerd. 1
ontploffingen en tien
de havenwerken van d
haar kolenuitvoer beki
konden waargenomen v
hebben 'verscheidene
Londen aangevallen,
waarvan zich in de ha
ties van Purfleet oi
voordeden. Bovpridi=>n
tien vliegvelden in n