ISlIJlfi c a II 6 a "S IPf §§*°f l§« 0-«W S S a *°Öf fi Welke Yoorraadartikelein moeten worden opgebruikt. Wenken voor de zuinige huisvrouw. Variatie in de bereiding ran spruitjes. Aromatische kruiden, VOOR DE HUISVROUW. Koolraap smaakt best! Nu er weer schapen- vleesch is. O) 0) u 0 a o ro 2 JP; «s JX O <u O c "cd 5 o e O 0.5 «5 o "*5» aJ ■O e 01s a 0 n4 M m.'e s« fc-S m g 8| "m" a> S3 El s 13 O 15 <u cd S 'S „A 5H 73 W a> S) - -*.» <D <D ojO H «J CU i/ï a s - I e Pi s? s o <w> <-> Si - -3 a a 3b <5 O ft 33 üo .8 .sa 0) ;g N Xt X V cm 2 -Q 3 O O) S M -H O» 3 <D •r cö r-, A CU O CU £4 CU «i M £5 W N W W i^ _j ■>Jj* MfiS,, 8 ""2 3 H .sf o ■7 H rj w ?ëiz _Q PH C co <i> H N O ij <ll 3 ^3^3 .a N a S<D g -Q W CD UO p CU C 5-1 Ui CD H cU S-2f'S uöïg^ "3 <i> w 3 g 0 5K d O n) -e ti c ft N ,Q M E -Ö *2 CD 73 cö C bfl «B- s Ui w O CD <D -•§ £i:Q CD *3 o H rj W G •a c rid a S P CU rt Jo co a-S Nh^ S 2 3 So-ë73 W^sssisss1-1 SjH3fG£l0G^w(D!l!0C ^a!§|S:la. SSS^;SSSEo:SiS!> <V Xt rG T3 co-o C l>0 c 73 cd a - XJ rj w -Hf <D I O 'C "O ta - W).tï p H OT X3 CD ft JMg-ë H H--3 I °&s.§ x c§ ■g 2J S-Ö w J N nJ «S -G CD CO rj O bO'Ö +a 3 N w W P I Het Voorlichtingsbureau van den Voedingsraad deelt mede: Nu het voorjaar zijn intrede doet, is het aan te raden den geregeld ge- controleerden voorraad nog eens wat nauwkeuriger na te gaan. Er moet een splitsing gemaakt worden tus- schen die artikelen, welke nog lan- geren tijd bewaard kunnen worden en die, welke nu dienen te worden opgebruikt. De duurzaamheid van bepaalde voedingsmiddelen is moeilijk vast te stellen, daar verschillende factoren hierop hun invloed uitoefenen. Men weet niet, hoe lang een artikel reeds bij den fabrikant, grossier of winke lier gelegen heeft en zoo kan dit reeds oud geweest zijn, toen het in het bezit van de huisvrouw kwam. Vóór alles bedenke men dus, dat de vochtigheid en de temperatuur van de lucht, met daarnaast de kwa liteit en ouderdom van het artikel een grooten invloed op de duurzaam heid uitoefenen. De e i e r e n, in kalk en water glas, moeten langzamerhand worden opgemaakt, vooral als het water glas tot een dikke massa, met hier en daar scheuren, begint te worden. Ook de kalkeieren moeten opge bruikt worden, daar de schalen dun beginnen te worden. De ingelegde boter, waarvan het pekellaagje telkens ver- verscht werd, moet langzamerhand opgebruikt worden. Mocht de boter eenigszins in kwaliteit zijn achteruit gegaan, dan behoeft deze nog niet als „bedorven" te worden beschouwd en worden weggedaan. In de keuken is ze in den regel nog uitstekend bruikbaar, als ze eerst verhit wordt. Hierdoor verdwijnen n.l. de vluchti ge stoffen en aldus de „ranzige" smaak. Het vollemelkpoeder, dat door het daarin aanwezige melk vet op den duur ranzig wordt, kan in het algemeen niet langer dan 36 maanden bewaard worden. Het is dus aan te raden het poeder, dat den vorigen zomer gekocht is, nu te ge bruiken en niet nog eens een warm- terperiode te laten doormaken. Taptemelkpoeder daar entegen, dat weinig vet be vat, kan althans in een waterdichte verpakking, veel langer bewaard worden. Bij de gecondenseerde melk hangt het van het merk af of ze langeren of korteren tijd houdbaar is. Het beste is, eens een blikje te probeeren en afhankelijk daarvan den voorraad snel of geleidelijk op te maken. Spek, worst en gedroogd vleesch moeten, al naar de bewaar plaats, langzamerhand opgebruikt worden. Goed geweckt of ingeblikt vleesch kan bewaard blijven. Heeft men nog een vrij groote hoeveelheid gesteriliseerde groenten en vruchten, dan behoeft deze niet snel achter elkaar opgebruikt te worden. Het te veel kan rustig tot een volgend jaar be waard blijven. Zoodra de jonge groenten ver krijgbaar zijn en binnen het bereik van de verschillende beurzen komen, moet men deze gebruiken. De win terwortelen, bieten en koolraap, die in zand bewaard werden, moeten tegen dat de nieuwe groenten er zijn, zijn opgebruikt. Ht duurt nog wel even voordat de nieuwe aardappelen er zijn. Verschillende aardappelen beginnen echter uit te loopen, doordat men ze niet zoo koel bewaren kan als men wel wenscht. Het verdient aanbe veling deze aardappelhoopen nog eens extra om te zetten. De n a t i n m a a k zal in de meeste gezinnen reeds grootendeels ten einde loopen; mocht dit niet het geval zijn, dan wordt aangeraden ze op te gebruiken. Dezuurk ooi mag bij de ver- sche groenten gerekend worden. Daar zuurkool door de geringe hoe veelheid zout maar weinig geconser veerd is, moet ze nu toch opgebruikt worden, anders bederft ze. Boven dien vermindert het vitamine c ge halte sterk. Depeulvruchten, die, toen ze aangeschaft werden, al overjarig waren, worden opgebruikt in soe pen, stamppotten enz. „Denk aleer gij doende zijt en doende denk dan nog." Dit gezegde is op velerlei van toe passing en vooral ook op het werk van de huisvrouw. Hoe vaak gebeurt het niet, dat wij ons zonder overdenking van onze dagtaak aan ons werk begeven en beginnen met wat we het eerste tegenkomen? Dat is niet de goede manier, want wie zóó te werk gaat, komt altijd te kort, moet zich altijd haasten en heeft nooit tijd voor iets extra's, enz., enz. Hoe kunnen we hierin verandering brengen? Door 's morgens voor den dag be gint of nog liever den avond te vo ren, onze dagtaak te overdenken en in te deelen. Dat wil dus zeggen, dat we eigen lijk een lijstje moeten maken, waar in volgorde op staat, wat er dien dag moet gebeuren. We beginnen bij het opmaken van zoo'n lijstje, eerst op te schrijven, op welke tijden gegeten moet wor den, wanneer man en kinderen thuis komen, enz., enz. Dus eerst alle vaststaande punten in onzen dag. Om deze vaste tijden heen groepee- ren we ons werk, want we moeten het werk ons nooit de baas laten worden en steeds bedenken, dat we al het werk verrichten voor, dus ten behoeve van het gezin en dat dus het gezin hoofdzaak is. Hoe vaak gebeurt het echter niet andersom? B.v.: De kinderen komen thuis uit school, maar moeder heeft geen tijd om zich bezig te houden met de kinderen. „Moeder heeft wel wat anders te doen, dan rustig te gaan zitten en luisteren naar de ver halen van de kinderen". En tóch is het noodig, dat moeder wél gaat zit ten en wél luistert, zij hoeft dezen tijd echter niet werkloos voorbij te laten gaan, al luisterende kan zij best wat stoppen, breien of naaien. Dit is maar een klein voorbeeld, maar zoo zouden er vele te noemen zijn. In welke volgorde rangschikken we nu ons dagelijks, terugkeerende werk? Nadat 's morgens man en kinderen de deur uit zijn, kunnen we met onze dagtaak beginnen. Na de bed den afgehaald te hebben (wanneer de kinderen dit tenminste nog niet zelf hebben gedaan), beginnen we het woonvertrek een beurt te geven, zoodat we er altijd rustig kunnen ontvangen. Daarna maken we de slaapkamers aan kant en vervolgens beginnen we met toebereidselen te maken voor het middagmaal. Wan neer het eten op staat, wasschen we af. Is er voldoende ruimte in de keu ken, dan is het waard om te over wegen of we niet beter de afwasch Nu de groenten duurder zijn, neme men in de eerste plaats die groente, die het seizoen oplevert. Plantkundig bezien behooren spruitjes tot de koolsoorten; toch wijken ze in verschillende opzichten zooveel af van roode, witte en sa- voyekool, dat spruitjes voor velen een aangename afwisseling vormen op het wintermenu. Des te grooter wordt deze afwisseling, als de sprui ten niet altijd worden klaargemaakt volgens het aloude recept, dat van grootmoeder op moeder en van moe der op dochter is overgeleverd. (Dat we van dit aloude recept in zooverre afwijken, dat we de groente nu niet meer onder water opzetten, maar slechts met een bodem water, is voor de verstandige huisvrouw vanzelf sprekend). Juist deze winter is afwisseling in de groentebereiding zoo ge- wenscht, omdat we door samenloop van omstandigheden o.a. doordat vele kassen niet zoo goed verwarmd zijn en wij door een langen, kouden winter langer op de voorjaarsgroen ten zullen moeten Wachten een keertje vaker dan andere jaren de wintergroente op tafel moeten bren gen. Variatie in spruitjes is bijvoor beeld mogelijk door ze te combinee ren met een andere groente. Vrij al gemeen bekend zijn „spruitjes met kastanjes". Daar de laatsten echter op 't oogenblik zeer prijzig zijn, zal een andere, eveneens zeer geslaagde, combinatie meer toepassing kunnen vinderi, n.l. „spruitjes met knolsel derij". Behalve dat dit gerecht heel sma kelijk is, hebben we tevens het voordeel dat een groente, die wel rijk is aan eiwit en aan vitamine-C, maar betrekkelijk arm aan vitamine A (n.l. spruitjes) samengevoegd wordt met een groente, die veel vi tamine A en slechts weinig vitamine C bevat (n.l. knolselderij). Spruitjes met knolselderij. (groente voor 4 personen). 500 gr (1 pond) schoongemaakte spruitjes (niet schoongemaakt ongeveer 1J4 pond); 1 middel matig groote selderijknol (onge veer 1 pond); 20 gr (1 afgestre ken eetlepel) boter; y2 eetlepel zout. Wasch de spruitjes. Snijd de selde rijknol in plakken van ongeveer 1 cm dikte en schil deze zoo dun mo gelijk. Snijd de plakken in reepen en deze weer in blokjes. Wasch de blokjes knolselderij, doe ze met de spruitjes in de pan en schud ze door elkaar. Breng ze aan de kook met een kopje water en laat ze een half uur zachtjes' doorkoken in goed ge sloten pan; het water zal in dien tijd verkoken. Voeg de boter en het zout toe en schud de groente hiermee even om. Dien ze daarna meteen op. (niet nastoven!). Als we een smakelijke vleeschloo- ze jus willen opdienen, die toch nog van 's morgens kunnen laten staan tot na het middageten, we wasschen dan alles in één keer af, dit spaart ons vuur en zeep. Na de middagafwasch is er tijd voor extra werk als strijken, verstel len of andere werkjes. Deze dagindeeling geldt natuur lijk niet op dagen, waarop b.v. ge- wasschen moet worden of wanneer Zaterdagswerk gedaan moet worden, enz. Op dergelijke dagen moeten we het dagelijksche werk beperken tot het allernoodzakelijkste en den maaltijd zoo kiezen, dat er zoo min mogelijk werk aan is, maar ook op die dagen moeten we er aan denken, dat cms gezin niet in gedrang komt. (H. v. h. N.) ALKMAAR. De Leider van den Distributie- dienst ALKMAAR brengt ter ken nis van die handelaren enz., die nog in het bezit zijn van een groote hoeveelheid opplakvellen MD 18, oud model, dat deze formulieren nog tot nader order mogen worden ge bruikt voor alle bonnen, waarvoor zij voorheen werden gebezigd. De handelaren enz., die niet meer over een te groot kwantum opplak vellen MD 18 oud model beschikken, dienen alléén gebruik te maken van MD 18 nieuw model. Alkmaar, 22 Maart 1941. De Leider voornoemd, H. BAKKER. een hooge voedingswaarde bezit, dan gebruiken wij daarvoor taptemelk poeder en bereiden de jus volgens onderstaand recept: voor 4 personen: 60 gr. (3 afge streken eetlepels) boter, 30 gr (4 eetlepels) bloem, 20 gr (2 eet lepels) taptemelkpoeder, 1 bouillon- of jusblokje, zout, pe per en een mespunt-koffiestroop, y, liter water. Laat in een braadpan de boter en de bloem bruin worden. Voeg in eens 5 of 6 kopjes water en de met een weinig lauw water aangemeng de taptemelkpoeder toe. Laat de jus zachtjes enkele minuten doorkoken en maak ze op kleur en - smaak af met de koffiestroop, het bouillon blokje de peper en het zout. die specerijen kunnen vervangen of aanvullen. Een tweetal bereidingswijzen van de ui. We leven in een tijd, waarin we niet altijd alles kunnen krijgen zoo als we dat vroeger gewend waren, we moeten leeren ons zoo goed mo gelijk te behelpen met de dingen, die wél verkrijgbaar zijn. Denk b.v. aan de specerijen, als nootmuskaat, peper, kruidnagelgruis, enz. Tot voor kort meenden we, dat deze specerijen bij de bereiding van ver schillende gerechten niet gemist konden worden. De smaak van het gerecht zou dus bij gebrek aan spe cerijen achteruitgaan. Hoe kunnen we dit nu voorko men? We zoeken natuurlijk naar een vervangingsmiddel voor de gebrui kelijke specerijen en kunnen dit vinden in de versche tuinkruiden, die vroeger, voordat de specerijen in ons land ingevoerd werden, alge meen gebruikt werden. Welke zijn deze tuinkruiden? In de eerste plaats de ui en de aan de ui nauw verwante sjalot, bies- en knof-look. Verder kennen we de tijm, boonenkruid, lavas, mieriks wortel, peterselie, blad- en knolsel derij. Het gebruik van vele van deze kruiden moeten we eerst weer lee ren. Een kleine aanwijzing geeft het volgende lijstje, waaruit we kunnen zien, waarin de verschillende krui den gebruikt kunnen worden: tijm als toekruid bij vleesch in sauzen en soepen; boonenkruid bij tuinboonen; lavas in verschillende soepen; mierikswortel bij vleesch; peterselie en selderij op verschil lende groenten, in soepen en sau zen; knolselderij in soepen; ui, sjalot, bies- en knoflook bij vleesch, groenten, soepen, sauzen en aardappelgerechten. Natuurlijk heeft niet ieder direct al deze kruiden ter beschikking. Het verdient daarom voor houders van tuinen of tuintjes aanbeveling, een VASTGESTELDE MAXIMUMPRIJZEN. Bericht No. I. De achter de hieronder genoemde artikelen vermelde prijzen zijn tot nadere aankondiging de hoogste prijzen waartegen die artikelen aan het publiek in rekening mogen worden gebracht. Aardappelen: Kleiaardappelen Zeeuwsche bonte en blauwe Eigenheimers Alpha Bintje Zand en veenaardappelen Voor thuisbezorging mag 1 cent extra per kg worden berekend. Het vragen van hoogere prijzen is strafbaar. 0.08 per kg 0.07^ per kg 0.07 per kg 0.07 per kg 0.06 M per kg aan het publiek in Bericht No. 2, De volgende prijzen mogen ten hoogste rekening worden gebracht: S p e c e r ij e n witte peper )f ff zwarte peper J> ff kruidnagelen ff Ceylon kaneel J> Foelie ff Nootmuskaat 1) Naar gelang van de kwaliteit. Het vragen van hoogere prijzen is strafbaar. BEWAAR DEZE OPGAVE EN GEBRUIK HAAR. Nieuwe opgaven kunnen de vroegere ongeldig maken. 0.12 per busje van 20 gr. 0.21 if ft it 50 gr. 0.11 ff it ff 20 gr. 0.19 ff ft t> 50 gr. 0.16 ft ft ti 20 gr. 0.33 ft ft fi 50 gr. 0.16 en 0.17 ft ff ft 20 gr. 1) 0.32 en 0.33 0.20 t/m„ 0.27 ff ff it 50 gr. 1) van ft ff ff 20 gr. 1) van 0.40 t/m .0.59 ft ft it 50 gr. 1) van 0.13 t/m 0.18 ff ft it 20 gr. 1) van 0.25 t/m 0.35 ft ft ft 50 gr. 1) kleinen kruidentuin aan te leggen, deze neemt weinig ruimte in en kan veel voldoening geven. Voorloopig zullen we ons moeten redden met de kruiden die de groenteboer ons kan leveren, waarvan ui en sjalot wel de belangrijkste zijn. De ui heeft door de tijden heen steeds een voorname plaats bij de bereiding van onze gerechten inge nomen, denk maar eens aan „het gefruite uitje", wat aan veel saus jes en soepen een lekkeren smaak moet geven, aan het rauwe gesnip perde uitje of sjalotje in vele sla soorten; aan aardappelgerechten, die zonder toevoeging van een uitje weinig smaakvol zouden zijn, enz. enz. Maar bovendien wordt de ui nog op andere wijze gebruikt, b.v. bij verwerking van restantjes vleesch, in haché, in stamppot van uien en aardappelen, verder in de minder bekende uiensoep en gestoofde uien. Uiensoep. Hieronder volgen de recepten van de twee laatstgenoemde gerechten: Uiensoep (4 borden): 2 uien 200 gr.), y, 1 water, y2 1 melk of 1 1 water en 100 gr taptemelkpoeder, 40 gr boter 2 lepels (glad afgestreken), 40 gr. (4 lepels) maizena of bloem, 5 lepels geraspte of ge malen oude kaas, zout en „aroma" naar smaak. Fruit de gesnipperde uien in de boter licht bruin, voeg het water toe. Dan binden we de soep met de mai zena of de bloem, voegen de melk of het met een weinig lauw water aangelengde taptemelkpoeder toe en roeren er van het vuur af de gerasp te kaas door en maken de soep op smaak af met zout en spijsaroma. Deze soep wordt als een bordje vooraf gegeven. Gestoofde uien (4 personen). Kies hiervoor 1 kg kleine uien of snijd groote uien in stukken. Schil en wasch ze en zet ze op met wei nig kokend water en iets zout. Na \y2 uur zijn de uien gaar. Van het overtollige kooknat en melk, boter en bloem maken we een sausje op de volgende manier: Roer voor een sausje van 2 dl 2 lepels bloem en 1 lepel boter in een pannetje op het vuur door elkaar, voeg het mengsel van 1 dl kooknat door MARTINE WITTOP KONING. 't Is maar de kwestie, of U er de juiste bereidingswijze op toepast. Daarom: met een „bodempje" water vlug gaar maken! Er wordt nogal eens geklaagd over den „sterken" smaak van de kool raap, en dat is des te meer jammer, omdat deze groente ons zooveel goeds heeft te brengen, dat nu door den niet gewenschten smaak van zelf maar weinig heeft heeft om te werden aanvaard. Het gehalte van kalk, b.v. en aan de vitamines BI en C is in de koolraap zeker voor onze gezondheid de moeite waard. Wij moeten dus trachten den ster ken rapensmaak weg te nemen. En nu zult U iets verwonderlijks hoo- ren: we doen dat niet door de groente in ruim water op te zetten en af te koken, maar we berei ken ons doel juist door ze met slechts een bodempje water vlug gaar te maken en geen druppel van het water weg te doen! Eigenlijk is de verklaring van dit raadselachtige voorschrift heel een voudig. De koolraap bevat veel sui ker; suiker is in water gemakkelijk oplosbaar en zal dus des te volko- mener aan de groente worden ont trokken, naarmate we ze met meer water opzetten en ze een langeren kooktijd geven. Die suiker echter overheerscht den minder gewensch ten rapensmaak: probeert U 't maar aan een rauw stukje koolraap, dat in 't volle bezit van zijn zoetheid even goed smaakt als b.v. een rauw worteltje. Trouwens menige en 1 dl melk toe en blijf roeren tot het sausje doorkookt. Maak het daarna op smaak af met iets zout en wat aroma. Het is ook zeer smakelijk, het sausje alleen van kooknat te maken, waaraan. 2 lepels taptemelkpoeder en een scheutje azijn zijn toege voegd; de bereiding is verder de zelfde. huisvrouw heeft de gewoonte om de afgekookte, niet meer lekker sma kende koolraapstukjes af te maken met een paar schepjes suiker en ze op die manier tenminste eetbaar te maken. Een vreemde handelwijze, immers eerst onttrekken we de suiker aan de groente en dan roepen we den suikerpot te hulp; voordeelig is dit zeker niet! Bovendien zullen ook andere be- standdeelen in het water oplossen (kalk, ijzer, vitamines); alleen de rapensmaak blijft en 't resultaat van al de pogingen om dien te doen ver dwijnen is dus negatief en brengt zelfs een grooten achteruitgang mee in de waarde van onze groente. Hoe we wél met succes te werk kunnen aan, leeren ons de beide vol gende recepten: Koolraap „als worteltjes" (4 personen). 1 middelmatig groote koolraap ongeveer 1 kg), 30 gr. (1% afgestreken eetlepel) boter, snuifje zout, 1 afgestreken eetlepel gehakte peterselie. Snijd de koolraap in gelijke plak ken, schil ze vrij dik zóó, dat het hcutige gedeelte geheel verwijderd wordt leg eenige plakken op elkaar en snijd die in gelijke reepjes, ongeveer zoo groot als worteltjes. Zet ze op met een bodempje water en een ietsje zout (vooral héél wei nig!); breng ze vlug aan de kook etl laat ze op een zacht vuur gaar en tegelijk droog worden (20 a 30 mi nuten). Schud er tenslotte de boter en de peterselie door. Koolraap met een melksausje (4 personen). 1 middelmatig groote kool raap (ongeveer 1 kg) 1/4 L. mek, 20 gr. (1 afestreken eet- lepel) boter, 20 gr. (2 afge streken eetlepels) bloem, snuifje zout, wat geraspte nootmuskaat. Bereid de koolraap voor op de wijze, die in het vorige recept is be schreven, kook ze ook met slechts een bodempje water en een ietsje zout gaar (20 a 30 minuten). Ver warm intusschen op een zacht vuur roerende de boter met de bloem tot een gelijk papje, verdun dit scheutje voör scheutje met de melk en laat het sausje even doorkoken; roer het door de gare koolraapstukjes en strooi er op de schaal wat nootmus kaat over. Vermeng, wanneer ge b.v. be schikken kunt over een moeilijk te snijden restje van uw kaasrantsoen, de saus op het laatste oogenblik met een paar lepels van de tevoren ge raspte kaas: voor menigeen is dit wegens den pittigen smaak een wel kome toevoeging. Centraal Distributiekantoor: Louise Henriëttestraat 10, 's-Gravenhage. Telefoon 7 2 010 0 Interlocaal letters XXX Inspecteur van het Westen des lands: D. J. Scheffel, Oudegracht 182, Alkmaar. WENKEN VAN DEN VOEDINGSRAAD. Het voorlichtingsbureau van den voedingsraad deel het volgende mede: Nu het weer mogelijk is scha- penvleesch te verkrijgen, is het aan te raden, dat de huisvrouw er ook gebruik van maakt. De voedingswaarde van 't scha- penvleesch is gelijk aan dat van andere vleeschsoorten. Desondanks worden schapenvleesch en lams- vleesch in ons land weinig ge bruikt. Deels komt dit uit vooroor deel, deels omdat men de goede bereiding niet kent. Het schapenvleesch heeft een aparten smaak, maar bij een goede behandeling is het zeer smakelijk te maken. Als vet bij het braden kan scha penvet dienst doen. Smakelijker is het echter om hiervoor ander, zachter vet, boter of margarine te gebruiken, daar schapenvet spoedig stolt. Om dezelfde reden gebruikt men warme borden bij den maal tijd. Het schapenvet kan dan dienst doen voor het braden van rund- vleesch en gaat zoodoende niet verloren. Door op deze wijze te werk te gaan, heeft men bovendien minder last van den smaak van het vet. Nu volgen eenige recepten voor de bereiding van schapenvleesch, berekend voor 4 personen. In de recepten kan men in plaats van de foelie, peperkorrels en lau rierblad ook gemengde vleesch- kruiden nemen. Deze zijn in busjes in den handel. Soep van schapenvleesch. 150200 gr. schapenvleesch of 100 gram vleesch en wat beentjes, l'A L watei;, ui, een wortel, selde rij, peterselie, een flinke eetlepel rijst of gort, zout, aroma. Het vleesch en de beentjes met wat zout met koud water opzetten, aan de kook brengen en 2 uur laten trekken. Na l'A uur het vet van de soep scheppen, dit echter bewaren en na het afkoelen bijv. voor het braden van rundvleesch, voor groente of stamppot gebrui ken. Indien men beentjes gebruikt, de bouillon zeven. Het laatste half uur de gesnipperde ui, wortel en selderij toevoegen met de gewas- schen rijst. Alles nog een half uur zachtjes laten koken.' De soep op smaak afmaken met wat aroma en de fijngehakte peterselie toevoe gen. De soep op vooraf verwarmde borden scheppen. Gebruikt men in plaats van rijst gort, dan wordt deze vooraf in een weinig water gaar gekookt. Wie de soep dikker wil hebben, kan deze met wat bloem binden. Gestoofde schapenlappen. 300 gr. schapenlappen, vet, boter of margarine om in te bakken, zout, gemengde vleeschkruiden, zoo moge lijk wat tomatenpuree of een ver sche tomaat, aardappelmeel. Het vleesch schrappen en met de kruiden en het zout inwrijven. De lappen in de boter of het vet bruin bakken. Een weinig water en de tomatenpure of de in stukken gesne den tomaat toevoegen. De lappen gaar laten stoven. De jus op de ge- wenschte hoeveelheid brengen met wat water en binden met aardappel meel. Schapengehakt. 250 gr. schapenvleesch, wat oud brood, beschuit of gekookte aardap pelen, wat ei of melk, een weinig peper, nootmuscaat, kruidnagelgruis, gemalen foelie, geraspte ui, zout, vet, boter of margarine om in te bakken. Het vleesch wasschen, fijnmalen en vermengen met het ei of de melk, het geweekte, goed uitgeknepen brood, de beschuit of de fijngemaak te koude aardappelen, de ui, de krul den en het zout. Een bal er van ma ken, deze door wat beschuitkruim ofi paneermeel wentelen en aan alle zijden bruin bakken. Wat water toe voegen en het gehakt gaar stoven. Zoodra er een regeling is getroffen voor de huisslachting van schapen zullen nog enkele wenken over het bewaren van schapenvleesch wor den gegeven.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1941 | | pagina 8