Onze kolenvoorziening. SGING ig va|i dg zijn! Nederland heeft genoeg, doch Europa komt tekort. Uiterste zuinigheid vereischt. Het journalistenbesluit. De distributie van kunstmest. TWEEDE BLAD, wasschen van eiende gezicht nez, het kam de haar en het n ouden vorm. ar buiten om ndere hut be- in de kleeren ;n hem om een doeken te vra- in de hut van i ze weer naar de beide man- Je dokter was n schoon wit kunt haar nu en Robin, en as die van een St, Margaret's ncisco, die goe- ingen aan een over zijn meis- ïaar en daarna aan. Hij mom- nbaars en ging ,t toe. nne haar be- r het eerst. Ze gebalde vuist e tegen haar [hoopskreet te ;n, zooals- hij i alles tusschen veer geheel in it vervolgd). ALKMAARSCHE COURANT VAN DINSDAG 17 JUNI 1941. P.S.V. MOEST DEN WEDSTRIJD TEGEN V.S.V. WINNEN, wilde deze vereeniging haar kleine kans op het kampioenschap van Nederland behouden. De wedstrijd eindigde in een overwinning voor P.S.V. met 10. Het kostbare doelpunt van P.S.V.; de scheidsrechter wijst onverbiddelijk naar het midden. (Polygoon) DE ROEMEENSCHE STAATSCHEF ANTONESCU DOOR DEN FüHRER. IN MiiNCHEN ONTVANGEN. De Roemeerasche staatschef, Generaal Antonescu, die op uitnoodiging van de Rijksregeering een bezoek aan München bracht, werd op 12 Juni door den Führeir begroet. (Telefonisch overgebrachte foto Hoffmann) (Van onzen Haagschen correspondent). Nu dezer dagen de nieuwe regeling voor de kolendistribu- tie in de bladen bekend ge maakt is, verdient het aanbeve ling, dat men zich eens bezint op de kwestie der kolenvoor ziening voor den a.s. winter. Er is in dit opzicht helaas geen re den tot optimisme en Het kan derhalve zijn nut hebben, de dingen eerlijk onder de oogen te zien, om gezamenlijk te trach ten, zoo goed mogelijk door den zuren appel heen te bijten en van den toestand te maken ,wat er van te maken is. Want het is een feit, dat er uit de beschikbaar gestelde hoeveelheden door een zuinig, economisch en „deskundig" stoken stellig méér ge haald kan worden dan ook in den afgeloopen winter in het algemeen nog het geval was. Het is inderdaad juist gelijk door velen herhaaldelijk wordt be toogd dat Nederland voldoende kolen 'produceert om in zijn eigen behoeften geheel te voorzien. Afge zien van den invloed der transport moeilijkheden, is er echter nog een geheel ander punt in -het geding, wanneer men zich bezinnen wil op de kwestie van onze kolenvoorzie ning. Het gaat er n.l. bij die kolen- voorziening niet om, hoeveel Nederland voortbrengt en ver bruikt, maar om de vraag, hoe veel continentaal-Europa voort brengt en verbruikt. Dit dient 'men zich klaar voor oogen te stellen. Bovendien staat onze kolenpositie in het teeken der oorlogseconomie. Deze oorlogseconomie heerscht niet alleen in Duitschland, doch betrekt geheel Europa in haar invloedssfeer. Het is goed, dat men zich ook reali seert, dat het een oorlog secono- mie is; in de eerste plaats, omdat men dan inziet, dat het niet altijd zoo zal blijven en in de tweede plaats omdat men de onvermijdelij ke feiten, welke uit dezen bij zonde ren toestand voortvloeien, met meer begrip tegemoettreedt, zij het dan ook dat de feiten er even hard om blijven. In zijn rede, welke commissaris- generaal dr, Fischböck op 3 Mei j.l. in Maastricht heeft gehouden, heeft hij ten aanzien van de kolenvoorzie ning opgemerkt: „Limburg produ ceert voldoende om de behoefte van geheel Nederland te dekken. Het Europeesche continent heeft even wel niet voldoende om zijn geheele behoefte te verzorgen, omdat de aanvoer van Engelsche kolen stop ligt. Duitschland produceert ook meer dan het noodig heeft, maar andere landen hebben te weinig of geen kolen. Deze landen moeten dus door de kolenprodueenten ver zorgd worden. Nederland kan daar bij niet op het standpunt staan, dat het alleen voor zichzelf behoeft te zorgen, maar het moet medehelpen in de Europeesche eenheid". Nu kan men over die Europeesche eenheid denken zooals men wil, doch op dit oogenblik zal men haar, zeker in economisch opzicht, hebben te aanvaarden, en dit brengt de nood-, zakelijkheid van een systeem mede, dat voor Nederland in dit geval tot beperkingen moet leiden. Dit is nu eenmaal een realiteit, waarover elke discussie doodeenvoudig verloren moeite moet worden geacht. Deze zaak heeft echter ook een goede zijde. Want de instelling van het Europeesche clearing-systeem brengt met zich mede, dat wij, wan neer wij aan kolen-arme landen van Europa kolen leveren, op onze beurt ook zullen profiteeren van produc ten uit andere Europeesche landen, waaraan wij zelf een tekort hebben Intüsschen blijft het onmogelijk, zich te wagen aan voorspellingen ten aanzien van onze kolenvoorziening voor den komenden winter. Want zelfs al zou men tot' een verdeeling van de op het continent beschik bare voorraden kunnen komen, dan blijven er nog tal van factoren, wel ke de mensch niet in zijn hand heeft. Zal de winter vroeg invallen en streng zijn? Zullen de rivieren vroeg dichtvriezen of nog ver in den win ter als transportmogelijkheid te „ge bruiken zijn? Dit zijn alle vragen, waarop niemand antwoord kan ge ven en die alle berekeningen in de war kunnen sturen. Het eenige wat zeker is, is, .dat wij ons op een toestand heb ben voor te bereiden, waarin zuinig en economisch stoken een allereerste eisch zal zijn. Een ieder zal goed doen dan ook reeds in den loop van dezen zomer in eigen omgeving na te gaan, hoe hij de hoeveelheid brandstof, die hem is toegewezen, op de meest doeltreffende wijze zal besteden. Billijke regeling. Met voldoening kan bovendien geconstateerd worden, dat de nieu we regeling ook een verbetering van enkele onbillijkheden, welke aan de oude regeling vastzaten, met zich meebrengt.-Er zullen n.l., zooals men heeft kunnen lezen, in eenige bij zondere omstandigheden extra ko len worden verstrekt, n.l. voor hen, die voor het koken alleen zijn aan gewezen op vaste brandstoffen, voor groote gezinnen en voor de bewo ners van groote, geheel of gedeelte lijk vrijstaande huizen, die meer dan twee buitenmuren hebben. Wij hebben in het bovenstaande niet verbloemd, dat onze kolenvoor ziening voor den aanstaanden win- Ni moeilijk zal zijn. Dit beteekent echter niet, dat er slechts reden is voor louter pessimisme. Want dat is evenzeer onjuist Een belangrijk winstpunt bij dit alles is, dat de Duitsche instanties in Nederland alle begrip hebben getoond voor onze koleïi-moeilijkheden en dat zij het tenslotte mogelijk hebben ge maakt, dat men reeds in den zomer binnen enkele weken zullen de eerste bonnen al geldig worden ver klaard met het aanleggen van een kleinen voorraad zal kunnen be ginnen. Den eersten stoot zullen w;j dus zeker kunnen- opvangen! En de goede samenwerking op dit gebied tusschen de Duitsche en de Neder landsche instanties, waarvan wij ons hier hebben kunnen overtuigen, mo ge een aansporing zijn, om de toe komst, met volledig begrip van de moeilijkheden, tóch met een zeker vertrouwen tegemoet te gaan. Et wordt werkelijk van alle kanten aan gedaan, wat in de gegeven omstan digheden maar mogelijk is! BOMMEN OP ONS LAND. Het A.N.P. meldt: In het afgeloopen weekeinde vloog een aantal Britsche vliegtui gen boven ons land. Een aantal brisant- en brandbommen werd omlaag geworpen, doch er werd zoo goed als geen schade aangericht. Enkele woonhuizen werden licht beschadigd. Aan de veldvruchten werd door brandbommen eenige schade toegebracht. Dooden of ge wonden zijn niet te betreuren. MEDEWERKERS W.H.N. HEBBEN LEGITIMATIEBEWIJS. De politie te Den Haag heeft in de laatste dagen meerdere malen net publiek opmerkzaam gemaakt op verschillende ergerlijke gevallen van oplichting door personen, die zich ten onrechte uitgeven voor medewerkers van de Winterhulp Nederland. Daarom wijst het hoofdbureau van de W.H.N. te 's-Graven-hage er nog eens nadrukkelijk op, dat iedere medewerker van de W.H.N. in het bezit moet zijn van een officieel door de W.H.N. afgegeven legitimatiebewijs. GEVANGEN GENOMEN AUSTRALIËRS WACHTEN IN EEN KAMP OP KRETA op het oogenblik, dat zij weggebracht zullen worden. (Hoffmann) DE NEDERLANDSCHE ZEIL- EN ROEIVEREENIGING JS VER HUISD van het IJselmeer naar de Westeinderplassen, waar de eerste wedstrijden plaats vonden .De start van de Draken-klasse. (Polygoon)' Het derde uitvoerings besluit. yerschenen is een derde uitvoe ringsbesluit van den secretaris-gene raal van het departement van volks voorlichting en kunsten van 13 Juni 1941 betreffende het Journalisten- besluit. Het luidt als volgt: Artikel 1. (1) De verkrijging van een drukwerk is alleen dan tot een bepaalden kring van personen, in den zin van artikel 2 van het Jour nalistenbesluit, beperkt, indien dit drukwerk buiten dien kring niet verkrijgbaar is. (2) De secretaris-generaal van het departement van volksvoorlichting en kunsten kan verklaren door mid del van een schriftelijke kennisge ving aan den uitgever, dat een be paalde kring van personen in den zin van artikel 2 van het Journalis tenbesluit niet aanwezig is, indien in feite de mogelijkheid van een beïn vloeding van de openbare meening bestaat. Artikel 2. (1) Ónder van ambts wege uitgegeven nieuwsbladen en tijdschriften worden slechts die nieuwsbladen en tijdschriften ver staan, waarvan de redactie en de uitgave verzorgd worden door een rijks-, provincialen of gemeentelij •ken dienst. (2) In den zin van het Journalis tenbesluit geven alle tijdschriften voorlichting op het gebied van het volksleven, welke niet zuiver we tenschappelijk of technisch zijn. Bovendien kan de secretaris-gene raal van het departement van volks voorlichting en kunsten door middel van een schriftelijke kennisgeving aan den uitgever verklaren, dat een bepaald tijdschrift geen voorlichting op het gebied van het volksleven geeft. Artikel 3. (1) Het is den uitgever op straffe van nietigheid verboden bijzondere richtlijnen te geven in verband met bepaalde feitelijke om standigheden. (2) De richtlijnen, bedoeld in ar tikel 14 van het Journalistenbesluit zijn een onderdeel van de arbeids overeenkomst en moeten derhalve schriftelijk opgesteld worden. Artikel 4. De functie van uitgever is onvereenigbaar met die van hoofdredacteur. In bijzondere geval len kan de secretaris-generaal van bet departement van volksvoorlich ting en kunsten aan een hoofdredac teur toestemming verleenen om 'on der beroepsaanduiding „hoofdredac teur-directeur" zich naast zijn re- dactioheele werkzaamheden tevens te belasten met de commercieele lei ding van of het toezicht op de uitgave. Artikel 5. Het plan van werkver- deeling bedoeld in artikel 17 van het Journalistenbesluit moet de nauw keurige afbakening van de bevoegd heden van iederen journalist die aan een blad medewerkt, omvatten. Artikel 6. (1) Indien voor een af- deeling van een blad, geen journa list uitdrukkelijk verantwoordelijk is gesteld, draagt de .hoofdredacteur de geheele verantwoordelijkheid. (2) Indien voor een afdeeling van een blad, in feite een bepaalde jour nalist regelmatig de bijdragen levert of tot opneming aanwijst, moet deze in het plan van werkverdeeling als verantwoordelijk journalist worden aangewezen. Artikel 7. De naam en woonplaats van iederen journalist, die verant woordelijk is voor den inhoud van een gedeelte van een blad, moet op een vaste plaats van elk exemplaar van dat blad vermeld worden. Artikel 8. (1) Elke journalist is verplicht iedere door hem met den uitgever afgesloten overeenkomst onverwijld toe te zenden aan het Verbond van Nederlandsche jour nalisten. Artikel 9. Dit besluit treedt in werking op den dag zijner afkondi ging. Gewijzigde In de Nederlandsche Staatscourant van gisteravond is verschenen de kunstmestdistributiebeschikking III. inhoudende nadere regelingen voor het koopen, verkoopen en afleveren van kunstmeststoffen. Ter toelichting op deze beschik king kan het volgende worden me degedeeld: Het thans bestaande systeem van toewijzingen met bijbehoorende kunstmestbonnen blijft gehandhaafd. Teneinde een doelmatige spreiding der beschikbare hoeveelheden kunst meststoffen te kunnen bereiken, moet de verdeeling'niet, zooals in het seizoen 1940/41 gebeurde, van boven af, d.w.z: beginnende bij den verkoop door producenten, plaats vinden, doch de aan verbruikers toe gewezen hoeveelheden door middel van bestellingen van kleinhandel, via tusschenhandel en groothandel, tot bij den producent-verkooper gera ken, waarna dezo laatstgenoemde weer via den weg der bestellingen het beschikbare product kan leveren. In verband hiermede verliezen de kunstmestbonnen hun karakter van afleveringsbonnen en krijgen het kenmerk van een bon, welke recht geeft op de bestelling van een be paalde hoeveelheid kunstmeststoffen, opdat deze na aankomst ter plaatse aan den .betreffenden verbruiker af geleverd kunnen worden. Zoodra een handelaar voldoende kunstmestbonnen van verbruikers heeft ontvangen, zendt hij deze bon nen met het aanvraagformulier aan het K.D.B., waarop hij een- machti ging tot het betrekken van kunst meststoffen ontvangt. Deze machti ging zendt hij aan zijn leverancier DE B.E.R.C. ONTBONDEN. De commissaris voor niet com mercieele vereeniigingen en stich tingen te Den Haag heeft met ingang van 14 Juni 1941 op grond van art. 2 lid 1 der verordening no. 41 194 van den rijkscommissaris voor het - bezette Nederlandsche gebied den Bond van Exploitanten van Radio-Centrales (B.E.R.C.), ge vestigd Keizersgracht 296 te Am sterdam opgeheven. Tot liquidateur is benoemd de heer Hoogendoorn te Rotterdam. De liquidateur deelt mede, dat eventueele vorderingen gespecifi ceerd en in drievoud voor 1 Juli 1941 aan het bureau Keizersgracht 296 te Amsterdam moeten worden ingezonden. Zij, die nog betalingen te verrichten hebben, worden uit- genoodigd dit eveneens voor 1 Juli met duidelijke toelichting aan dit adres te doen. 60-DAGENKAARTEN VOOR WEGENBELASTING. Restitutie verzocht^ De A.N.W.B. deelt hét volgende mede: Houders van 60-dagenkaarten der motorrijtuigenbelasting, die niet meer in het bezit zijn van een rijvergunning en dus de kaart niet meer kunnen opgebruiken in het tijdvak van een jaar na de uitrei king, kunnen momenteel geen restitutie verkrijgen voor het niet gebruikte aantal dagen. Toen verleden jaar de ruimere mogelijkheid van het verkrijgen van een 60-dagenkaart wordt open gesteld, werd niet voorzien, dat'de rijvergunningen zoo sterk zouden worden beperkt, als thans is ge schied. Aangezien 1 door deze beperking velen ernstig zijn gedupeerd, ook wat de wegenbelasting betreft heeft de A.N.W.B. aan het depar tement van financiën verzocht in deze gevallen restitutie te willen verleenen over de niet verbruikte dagen van de kaart. De A.N.W.B. heeft vertrouwen, dat het verzoek zal worden ingewilligd. Een beslis sing zal echter eerst eind Juni te gemoet gezien kunnen worden. De geldigheidsduur van de eerste kaarten, die onder, de nieuwe voor waarden uitgereikt zijn, verstrijkt trouwens pas op 1 Augustus a.s. STRAATROOVER TE ROTTERDAM. Winkeljuffrouw mishandeld en taschje ontrukt, In den nacht van Zaterdag op Zondag is de omgeving van den Diergaardesingel te Rotterdam in rep en ifoer gebracht door de wilde achtervolging van, een taschjesdief, aldus de Crt. Helaas zijn de bur gers, die de achtervolging inzetten, er niet in geslaagd den man, die omstreeks 25 jaar oud is, te grijpen en aan de politie over te leveren. Omstreeks halftwaalf begaf een. 29-jarige winkeljuffrouw, die aan den Diergaardesingel woont, zich huiswaarts, toen zij plotseling door een individu hard op het hoofd ge slagen werd, waarna haar hand- taschje, waarin zich geld' en snuisterijen bevonden, haar werd ontrukt. Het hevig geschrokken meisje gilde het uit, maar de aan rander had het reeds op een loopen gezet. Eenige burgers, die zich op dit late uur nog op straat bevon den, zetten evenwel direct een ach tervolging in. Den dief werd het hierdoor blijkbaar angstig te moede, want hij wierp het taschje weg en zocht een goed heenkomen, waarin hij, gedekt door het nach telijk duister, wist te slagen, De juffrouw, die een paar flinke builen op het hoofd heeft opge- loopen, heeft nog denzelfden avond omstreeks 12 uur op het hoofd bureau van politie aangifte gedaan van het voorval, maar de politie is er nog niet in geslaagd den man op te sporen. Men beschikt evenwel over zijn signalement en hoopt hem weldra te vinden, (groothandel of via tusschenper- soon), welke de ontvangen machti gingen aan den verkooper uit de eerste hand zendt onder bestelling van de hoeveelheid waarop de mach tigingen -recht geven. Teneind een en ander een wette lijke basis te geven is de nieuwe be schikking ontworpen. Tevens zijn daarin overgangsregelen gegeven om van het oude op het nieuwe systeem te geraken. De secretaris-generaal van het de partement van landbouw 'bn vissche- rij heeft bepaald, dat de geldigheid van kunstmestbonnen, uitgegeven voor hét bemestingsjaar 19401941, zal zijn geëindigd op 1 Juli 1941. CLANDESTIENE SLACHTINGEN EEN GEVAAR. A.N.P. meldt: Dat vleesch, van clandestiene siachtingen afkomstig, voor de volksgezondheid gevaren kan opleveren, blijkt weer eens uit het volgende: De afdeeling technische controle van den centralen- crisiscontröle- dienst heeft op het eiland NooréT- Beveland een uitgebreid onderzoek ingesteld, waaruit bleek, dat enkele personen in den loop der eerste vijf maanden van dit jaar vijf runderen en vier varkens hadden geslacht. Het vleesph van clandestien in de omgeving verkocht. Blijkens het weekrapport van de technische con trole was één' dezer runderen een wrak dier, zeer ernstig lijdende aan tuberculose. Zoo ziet men weer eens, dat, als men niet voldoende sociaal gevoel heeft om geen vleeSch, van clandestiene slachtin gen afkomstig, te koopen, men de aanschaffing daarvan toch uit wel begrepen eigenbelang achterwege rnoet laten. Uit het bovenvermelde geval blijkt, hoe gevaarlijk het vleesch kan zijn, dat, van een clan destiene slachting afkomstig, in omloop wordt gebracht.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1941 | | pagina 5