VREESELIJKE
W VERDENKING
Ritmeester Freudemann
over zijn ervaringen
in het Oosten.
Research-arbeid ten
bate van onze
industrie.
RADIOPROGRAMMA.
Interessante grepen uit het
programma van den dag.
JmiMeUw.
ALKMAARSCHE COURANT VAN DONDERDAG 21 AUGUSTUS 1941.
Pagina 4
(Van onzen Haagschen
correspondent.)
Onlangs hebben wij reeds in
het kort melding gemaakt van
de rede, die Ritm. Freudemann,
het hoofd van de persafdeeling
van het Groote Hoofdkwartier,
op de dagelijksche persconferen
tie in Den Haag heeft gehouden
over zijn ervaringen aan het
Oostfront. Nu ons de volledige
tekst dezer uiteenzettingen (27
getypte vellen!) ter beschikking
werd gesteld en wij het relaas
van al deze ontstellende voor
beelden der bolsjewistische anti
cultuur nog eens rustig hebben
doorgelezen, willen wij er hier
nog iets meer van vertellen.
Ritm. Freudemann, die sinds het
uitbreken van den oorlog in totaal
reeds ongeveer 200 reizen naar de
oorlogsvelden organiseerde en leid
de, meerendeels met buitenlandsche
jounalisten, heeft vier maal een
tocht ondernomen naar het Oost
front. De eerste ging naar Lemberg;
de tweede naar Brest-Litowsk en
Bialystok; de derde naar Litauen
en Letland, en de vierde naar Minsk
en omgeving. In sobere en volko
men nuchter woorden, geïllustreerd
met door een deelnemenden Ameri-
kaanschen journalist gemaakte fo
to's, heeft hij den Nederlandschen
journalisten verteld wat hij met hun
Amerikaansche, Japansche, Italiaan-
sche, Spaansche, Zwitsersche, Mexi-
caansche, Zweedsche en Hongaar-
sche collega's gezien heeft in de
gevangenissen van Lemberg, waar
de bolsjewisten als ware beesten
hebben huisgehouden; in tallooze
verwoeste steden, b.v. Minsk, dat
nog slechts één vijfde gedeelte telt
van wat het eens aan woningen be
zat; van het wegvoeren der Oekra-
jiensche, Litausche en Lettische na
tionalisten en intellectueelen; van
de verwoestingen der bloeiende
landbouwbedrijven in dat eene jaar,
waarin de rampzalige Baltische lan
den hebben gezucht onder het Sov
jet-juk; enz. enz.
Van deze laatste reis naar Li
tauen en Letland dus willen wij
hier iets vertellen, daar het ondoen
lijk is, van alle reizen en ervaringen
van Ritm. Freudemann en zijn gas
ten een indruk te geven.
Den Hen Juli begon deze reis, met
als eerste reisdoel een bezoek aan
Kowno. Nauwelijks hadden wij
aldus de ritmeester de Duitsche
grens bij Wirballen achter ons, of
wij zagen de sporen van den oorlog.
Wij reden via Vilkaviskis en Ma-
riampole in de richting van Moskou.
Deze twee steden zijn door de terug
trekkende Sovjettroepen tot op het
laatste fundament in brand gesto
ken. Op de wegen waren de duide
lijke sporen van den overhaasten te
rugtocht der Sovjets, in den vorm
van stukgeschoten of verbrande
tanks, vrachtauto's, e.d., te zien.
Kowno gespaard.
Kowno zelf was geheel gespaard
gebleven: een bewijs, dat de vijand
de stad in overhaaste vlucht had
moeten ontruimen. Men kreeg uit
mededeelingen van de bewoners den
indruk, dat welhaast in iedere fa
milie iemand was vermoord of weg
gevoerd. Evenals in Lemberg waren
alle zaken gesloten.
Joneva, op den weg van Kowno
naar Wilna, was door de Sovjets in
brand gestoken, maar Wilna zelf, de
volgende pleisterplaats, was weer
geheel ongerept.
Den geheelen weg van Kowno
naar Wilna behalve dan de stad
Joneva hadden wij weinig van
verwoestingen en van den oorlog
gemerkt. De terugtocht van de Sov
jettroepen geschiedde dan ook langs
den weg van Oekmerge naar Wilna
zoo snel, dat zij bijkans geen sporen
na konden laten.
Na een bezichtiging van de stad
en het ghetto stelde men de buiten
landers in de gelegenheid met een
aantal Litauers en burgers van Wil
na te praten in de zaal van de Feld-
kommandantur. Hierbij was ook de
burgemeester van Wilna tegen
woordig. Spr. wil zich, wat het aan
tal vermoorden en gedeporteerden
betreft, de noodige reserve opleg
gen, daar die getallen bij het vele
ondervragen van de inwoners niet
bijzonder met elkaar in overeen
stemming waren en de psychose,
waaronder de inwoners verkeerden,
een te subjectieve schildering der
gebeurtenissen met zich meebracht.
Belangwekkend waren echter de
mededeelingen, die de commandant
van de burgerewacht van Wilna
over het Sovjetleger deed. De ont
wikkeling van de officieren schetste
hij als zeer laagstaand. Zoo vertelde
hij o.a. van een kolonel der Sovjets,
die slechts 2 jaar schoolopleiding
had en het bij het samenstellen van
al zijn berichten en rapporten niet
stellen kon zonder de hulp van een
hem toegevoegden majoor.
Litausche eenheden waren in het
Sovjetleger opgenomen. De dienst
was daar buitengewoon zwaar. Ver
lof werd den Litauwers niet gege
ven dagelijks werd 17 uur dienst ge
daan, hoofdzakelijk bestaande uit
schieten, bajonetvechten, kruipen en
politiek onderwijs. Kerkgang vond
niet plaats, wél een Sovjet-filmuur.
Nachthemd als avondjapon.
De Litausche commandant had
scherpe critiek op de Sovjet-offi
ciersvrouwen, die wat beschaving,
kleeding en opvoeding betreft bui
tengewoon laag stonden. Toen deze
officiersvrouwen te Wilna kwamen,
hadden zij zich eerst flink in de
kleeren gezet, d.w.z. vóór alles on
dergoed, schoenen en kousen ge
kocht. Het moet zijn voorgekomen
dat de echtgenoote van een Sovjet
stafofficier bij wijze van avondja
pon in nachtgewaad in den schouw
burg verscheen.
Voorts maakt de commandant van
de burgerwacht melding van de luk
rake deportaties uit Wilna. De Sov
jettroepen hadden een blok huizen
afgezet en daarop in het wilde weg
mannen, vrouwen en kinderen
weggevoerd.
In Letland.
Eenmaal in Letland aangekomen
voelden de reizigers zich dichter bij
Duitschland, hoewel zij er feitelijk
verder van waren verwijderd. Men
kan merken, dat dit land 750 jaren
lang door generaties van ridders der
Duitsche Orde en door Duitsche
kooplieden is beheerd en geleid. De
wegen, de huizen, de wooncultuur,
ook het landschap herinneren sterk
aan Oost-Pruisen.
Het land, waar de tocht eerst door
heen gaat, heeft een jaar onder
Sovjetheerschappij geleefd. Daar is
echter op het eerste gezicht voor den
vluchtigen toeschouwer weinig van
te bemerken, ook al omdat de uiter
lijke symbolen van het Sovjetbewind
blijkbaar dadelijk door de bevrijde
bevolking zijn verwijderd.
Via Vecmoeiza naderden wij Riga.
De reizigers moesten de Düna over
steken en konden dat met hun co
lonne reeds doen over de brug, die de
Sovjets in de lucht hadden laten
vliegen. Over die brug leidt thans
alleen nog maar een richtingsver
keer, maar twee dagen later zouden
de Duitsche genietroepen er reeds
voor hebben gezorgd, dat het ver
keer over deze brug in beide richtin
gen kon plaats vinden,
Voor zoover men tot op dat oogen-
blik kon constateeren, hebben de
Sovjets de bruggen buitengewoon
slecht in de lucht laten vliegen.
Reeds na korten tijd konden de Duit
sche pioniers de groote opgeblazen
spoorweg- en gewone bruggen, zon
der dat er speciale noodbruggen be
hoefden te worden gebouwd, in orde
brengen.
Riga.
Op den anderen oever van de
Düna ligt de eigenlijke stad Riga. De
stad is-bijna geheel gespaard, maar
het oude stadsplein is een beeld van
barbaarsche verwoesting. Twee dn
gen voor den intocht van de Duitsche
troepen hadden de bolsjewisten van
de grens van de stad af de huizen
in de oude binnenstad systematisch
met artillerievuur stukgeschoten. Al
les wat hier te vinden was aan oude
gebouwen, voor de Duitschers waar
devolle herinneringen uit den ouden
Duitschen tijd, is vernield. Doch
temidden van de vernielingen staat
de steenen Roland ongedeerd rechtop
op zijn hooge voetstuk. Als een sym
bool!
Ook te Riga zijn alle zaken nog
dicht. Slechts een paar hotels kon
den in den korten tijd, dat Riga toen
nog bezet was, in bedrijf worden ge
steld. Ook de restaurants zijn op een
hoogst enkele na, waar men slechts
wat allerkarigsten kost te eten
krijgt, gesloten. Het reisgezelschap,
dat in verscheidene hotels werd on
dergebracht, at in het officiers
casino. De hotels waren niet vrij van
ongedierte.
Te Riga kreeg het gezelschap nog
gelegenheid het gebouw van de
GPOe, de kamers waar de gevange
nen werden verhoord en de lokali
teiten der executieve te bezichtigen.
Volgens verklaringen van Letten
hebban ook te Riga tal van moorden
plaats gehad, waardoor ook hier elk
gezin wel zal zijn getroffen, alsmede
door arrestaties.
Van Riga ging de reis via Mitau
naar Schaulen. Beide plaatsen zijn
tamelijk intact gebleven. Vandaar
werd gereden langs de bijna volledig
verwoeste plaatsen Kelme en Tau-
roggen over de Duitsche grens naar
Tilsit en zoo terug naar Berlijn.
In een gevangenenkamp.
Tenslotte laten wij hier nog van de
eerste reis, naar Lemberg, eenige
indrukken volgen uit een krijgs
gevangenkamp. Over Lemberg zelf
en over de vooral in de gevangenis
sen van die stad door de Sovjets aan
gerichte bloedbaden, werd indertijd
breedvoerig in de pers bericht.
Op den weg van Przemysl naar
Jaroslaw werd een groot kamp voor
Sovjetgevangenen bezichtigd. In dit
kamp, dat nog niet geheel gereed
was en waaraan onder Duitsche lei
ding door de Sovjets zelf werd ge
werkt, waren alle rangen, van den
generaal tot den gewonen Sovjet
soldaat, vertegenwoordigd.
Ergens in het kamp bevonden zich
50 a 60 officieren, eveneens van al
lerlei ras, die uiterlijk in geen enkel
opzicht aan officieren van Westelijke
troependeelen herinnerden. Uiteraard
hadden hun uniformen in den strijd
geleden, maar toch bevonden deze
zich in zoo'n vuilen en gescheurden
toestand, dat men daaruit bepaalde
conclusies ten aanzien van de levens
houding der officieren kon trekken.
Velen hunner hadden hun laarzen
tegen sigaretten geruild, zoodat zij
alleen nog maar hun puttees hadden.
De gelaatsuitdrukking van een groot
deel van de officieren wees duidelijk
op gebrek aan intelligentie.
Een uitzondering maakte de even
eens in dit kamp doch van de an
deren afgescheiden onderge
brachte Sovjetgeneraal Richter, die
ook reeds aan den wereldoorlog had
deelgenomen. Deze liet zich zeer
minachtend over het Sovjetsofficiers
corps uit, vooral over het lage be
schavingspeil. De generaal had den
rang van generaal-majoor. Een hoo-
geren rang kon hij niet bekleeden,
daar hij geen lid der communistische
partij was. Hij was overigens, tot het
laatste oogenblik strijdend, met zijn
troep gevangen genomen.
De overige Sovjetsoldaten maakten
een zeer verschillenden indruk. Er
waren frissche, aangenaam aan
doende jonge kerels bij, naast bijna
een animalen indruk makende
Aziaten.
In psychologisch opzicht was het
belangwekkenden te zien, dat een
groot deel der gevangenen hun
blouse op oud-Russische wijze droeg
en niet op Sovjetmanier in den broek
gestopt.
In den wereldoorlog heb ik, aldus
ritmeester Freudemann, veel met
Russische troepen te maken gehad
en heb ik ook. duizenden gevangenen
gezien.
Maar wat houding en uitrusting
betreft is de Russische soldaat van
den wereldoorlog niet met den Sov
jetofficier en -soldaat te vergelijken.
Ongeveer 15000 man Sovjettroe
pen zijn hier in drie gevangenkampen
ondergebracht, waarvan elk een
oppervlakte van ongeveer een vier
kanten kilometer beslaat.
Belangwekkend is de voor een deel
zeer misprijzende critiek, vooral van
de jongere Sovjetgevangenen, op
Stalin en consorten, vooral ook,
omdat zij die critiek steeds in aan
wezigheid van 50 a 60 medegevange
nen uitten.
Interessant is ook, dat op het plein
van het gevangenkamp een altaar is
gebouwd voor veldgodsdienstoefe-
ningen.
Opvallend is het veelvuldige getui
genis van gevangenen, dat zij zonder
opleiding onmiddellijk naar het front
werden gestuurd. Dat was b.v. het
geval met zeer jonge, amper 17-jarige
soldaten.
De samenstelling van de kampbe
volking bewees, dat de Sovjetregi
menten niet uit een bepaalden volks
stam worden samengesteld,, doch dat
bewust Letten, Litauers, Oekrajiners
met Mongolen, Tartaren enz. in één
gelid staan.
's-Gravenhage, 21 Augustus. (A.
N.P.) De Nederlandsche industrie
ziet zich in dezen tijd voor groote
moeilijkheden geplaatst, welke
voortvloeien uit de bijzondere om
standigheden, waaronder wij leven.
Deze bijzondere omstandigheden
hebben de Nederlandsche overheid
en het bedrijfsleven voor tal van
onverwachte problemen geplaatst,
v/elke dringend om oplossing vra
gen. Meer dan ooit moet thans over
al de uiterste zuinigheid betracht
worden en vele bedrijven moeten
zich instellen op de verwerking van
grondstoffen, welke tot dusverre
niet gebruikt werden, op het ver
vaardigen van vervangingsmateria
len, of zij moeten zich aanpassen
aan sterk, veranderde marktomstan
digheden.
Bovendien mag onze industrie
niet stil blijven staan op het niveau
van thans. De technische ontwikke
ling gaat over de geheele wereld
verder, en ook Nederland zal straks
gereed moeten zijn om zijn plaats in
het wereldverkeer te hernemen.
Dit inzicht breekt meer en meer
baan, in wijden kring wordt het
wetenschappelijk research-werk op
steeds hooger waarde geschat, om
dat men hier de bouwstoffen hoopt
te vinden voor den reëelen arbeid
van later. De overheid verleent
hieraan niet alleen medewerking
doch wenscht ook leiding te geven
op het gebied van het wetenschap
pelijk speurwerk naar nieuwe mo
gelijkheden en nieuwe toepassingen.
Dit is op zichzelf niets nieuws. Op
verschillende terreinen is reeds veel
verdienstelijk werk verricht. Zoo
werken o.a. op nijverheidsgebied
reeds vele jaren een aantal rijks-
proefstations, welke rechtstreeks
onder het departement van handel,
nijverheid en scheepvaart ressortee
ren, t.w. voor rubber, voor leer,
voor vezel en voor klei. Deze proef
stations hebben c~n groote ervaring
op het terrein van materiaalkeuring
en voorlichting en ook op dat van
het wetenschappelijk onderzoek.
Centrale organisatie T.N.O.
Voor de bevordering van dit on
derzoek ten behoeve van de ver
schillende takken van volkswel
vaart in het algemeen en van de
onderlinge samenwerking op dit ge
bied heeft de overheid reeds voor
vele jaren de Nederlandsche cen
trale organisatie voor toegepast na
tuurwetenschappelijk onderzoek
bij verkorting genoemd centrale
organisatie T.N.O. in het leven
geroepen, waarvan de enkele jaren
later ingestelde Nederlandsche or
ganisatie voor toegepast natuur
wetenschappelijk onderzoek ten be
hoeve van nijverheid, handel en
verkeer bij verkorting genoemd
Nijverheidsorganisatie T.N.O. deel
uitmaakt.
Eenigen tijd geleden werd in
principe beslist, dat de genoemde
rijksproefstations door de Nijver
heidsorganisatie T.N.O., in beheer
zouden worden overgenomen. De
huidige omstandigheden hebben het
probleem van de verhouding van
de Nijverheidsorganisatie T.N.O. tot
de rijksproefstations weer naar vo
ren gebracht. De wenschelijkheid
bleek, dat zij in het groote geheel
van den research-arbeid meer recht
streeks werden opgenomen en dat
het noodige contact tusschen de
overheid de praclijk en de weten
schap bij het beheer dier instellin
gen beter tot zijn recht kon komen.
Alleen op deze wijze zal de arbeid
het grootst mogelijke nut kunnen
afwerpen.
De secretaris-generaal van
het departement van handel,
nijverheid en scheepvaart heeft
in verband hiermede besloten
de reeds eerder genomen beslis
sing inzake de overdracht van
deze rijksproefstations aan de
Nijverheidsorganisatie T.N.O.
thans zonder verder verwijl uit
te voeren. De proefstations voor
klei en vezel zijn reeds overge
dragen en de overdracht van de
beide 'andere instellingen zal
binnenkort volgen.
DEN HAAG HEEFT 5000
„STEMPELAARS."
(Van onzen Haagschen
correspondent!)
Den Haag, 20 Aug. Sedert giste
ren prijkte op de balie van de
Haagsche "V.V.V. een fraaie opge
zette vogel, glanzend mosgroen met
oranje-rooden kop, een z.g. rood
kop-amazone, waarbij stond ver
meld: „Voor den 5000sten stempe
laar."
Hedenmorgen is deze 5000,ste
verschenen; het was zelfs een
„stempelaarster": mevr. J. de
BontSenders, uit Eindhoven, die
met haar man haar vacantie in het
Haagje kwam doorbrengen en zich
natuurlijk bij de V.V.V. liet in
schrijven als deelneemster aan den
stempeltocht-Den Haag, waardoor
zij op gemakkelijke en goedkoope
wijze en bovendien nog met de
kans op een aardigen prijs, indien
zij voldoende stempels verzamelt
in haar V.V.V.-boekje een groot
■aantal van de meest verschillende
bezienswaardigheden en mooie
plekjes van onze residentiestad en
naaste omgeving kan bezichtigen.
Gelijk bekend krijgen deelnemers
van buiten Den Haag 5 stempels
vooruit.
De werkelijk fraaie roodkop
amazone, die, mèt een mooien bos
bloemen, aan de 5000ste stempe
laarster werd aangeboden, was be
schikbaar gesteld door de directie
van het dieren- en vogelpark Was
senaar, dat mede tot de in den
stempeltocht opgenomen beziens
waardigheden behoort.
De eerste geheel vol-gestempelde
boekjes van dezen stempeltocht
1941, waaraan de deelname open
staat tot 30 September a.s., werden
reeds eenigen tijd geleden ingele
verd door twee jongelui tót
Leeuwarden; Nadien worden nog
boekjes ontvangen van inwoners
uit letterlijk alle grootere plaatsen
van ons land: Utrecht, Groningen,
Arnhem, Zwolle, den Bosch, Alk
maar, enz.i; zelfs uit Twente en
Zeeland! De Haagsche stempeltocht
is dus wel een succes geworden.
VRIJDAG.
HILVERSUM I, 415,5 M. 6.45 Gra-
mofoonmuziek. 6.50 Ochtendgymnas
tiek. 7.Gramofoonmuziek. 7.45
Ochtendgymnastiek. 8.BNO:
Nieuwsberichten. 8.15 Schriftlezing
en meditatie (Voorbereid door de
Christ. Radio Stichting). 8.25 Gewijde
muziek (opn.). 8.45 Gramofoorfmu-
ziek. 9.15 Voor de huisvfouw. 9.20
Gramofoonmuziek. 11.Gerard
Lebon en zijn orkest. 11.20 Declama
tie. 11.40 Gerard Lebon en zijn or
kest, 12.Musiquette. 12.40 Alma
nak. 12.45 BNO: Nieuws- en econo
mische berichten. 1.Rovida-sextet
en gramofoonmuziek. 2.Haarlem-
schë orkestvereeniging, soliste en
gramofoonmuziek. 4.Godsdienstige
uitzending. 4.20 Sylvestre-trio. 5.15
BNO: Nieuws-, economische- en
beursberichten. 5.30 Voor de jeugd.
5.45 Zang met pianobegeleiding en
gramofoonmuziek. 6.15 Sportwetens-
waardigheden. 6.30 Viool en piano.
7.Actueel halfuurtje. 7.30 Gramo
foonmuziek. 8.Rotterdamsch phil-
harmonisch orkest. 8.45 Causerie
„Wat is nationaal-socialisme". 9.
Zang, clavecimbel en gramofoonmu
ziek. 9.30 Gramofoonmuziek. 9.45
BNO: Nieuwsberichten. 10.10.15
BNO: Eng. uitz.: Economie News
from Holland.
HILVERSUM II, 301,5 M. 6.45—8.—
Zie Hilversum I. 8.BNO: Nieuws
berichten. 8.15 Gramofoonmuziek.
10.Utrechtsch Stedelijk orkest
(opn.). 10.20 Zang met pianogegelei-
ding en gramofoonmuziek. 11.Voor
de jeugd. 11.20 Orgelconcert. 12.
Gramofoonmuziek. 12.15 Klaas van
Beeck en zijn orkest. 12.45 BNO:
Nieuws- en economische berichten.
1.Orgelspel (gr.pl.). 1.15 Orkest
Malando en solist. 1.45 Gramofoon
muziek. 2.Roemeensch orkest
Gregor Serban. 2.30 Orgelconcert en
zang. 3.Voor de, vrouw. 3.45 Gra
mofoonmuziek. 4.30 Voor de jeugd.
5— Gramofoonmuziek. 5.15 BNO:
Nieuws-, economische en beursbe
richten. 5.30 Ensemble Bandi Balogh.
6.„Onder de leeslamp" (Voorbe
reid door de Christ.. Radio Stichting).
6.15 Ernst van 't Hoff met zijn 15
solisten. 6.45 Gramofoonmuziek. 7.—
Actueel halfuurtje. 7.30 Gramofoon
muziek. 7.45 Toeristische raadgevin
gen. 8.Curt Hohenberger en zijn
orkest en de Romancers m.m.v. solist.
9.Gramofoonmuziek. 9.15 Rococo-
octet. 9.45 BNO: Nieuwsberichten.
10.Avondwijding. 10.0510.15
Gramofoonmuziek.
Ernstige muziek. De H.O.V. concer
teert van 14.16.uur over Hilv.
I m.m.v. Tiny Kaiser. Zij speelt het
pianoconcert in D kl.t. „K.V. 466
van Mozart". Het belangrijkste
orchestrale stuk is de symphonie
No. 7 in A. gr.t. opus 92 van Lud-
wig von Beethoven.
Van 20.20.45 over Hilv. II con
certeert 't R'damsch Philh. Orkest
o.l.v. Prof. Schnévoigt van uit het
Kurhaus te Scheveningen.
Uitgevoerd worden de ouverture
„Oberon" van von Weber, de Ka-
relische rhapsodie van den Fin-
schen componist Klami en de sym
phonie Nr. 38 in D. gr. t. van Mo
zart.
Te 21.uur over Hilv. I zingt
Helene Ludolph een solo-cantate
van Handel en een tiental liederen
van Lorenzo Gregorie (1688 tot
1742). Deze componist werd be
kend, doordat hij het eerst den
naam „concerto grosso" gebruikte.
Hans Schouwman begeleidt hem
op het clavecimbel.
Voor de jeugd. Van 17.3017.45 uur
over Hilv. I. Dr. J. H. Schuurman-
Stekhoven houdt een drietal leer
zame lezingen onder den titel van
„Water naar land". De eerste
lezing die hen vanavond houdt is
getiteld: „Landaanwinning in zee:
slikken en schorren".
Voor de vrouw. Van 15.15.20 over
Hilv. n houdt mevr. Heufke Kan
delaarSchot een causerie over
„De zegen van den arbeid", waar
in zij op zeer warme wijze ons het
gevoel geeft, dat werken iets zeer
schoons is, dat men nooit met min
achting op arbeiders of andere
menschen die den heelen dag
zwoegen, neer mag zien.
DOOR FHILIPFA PRESTON
47)
Audrey verroerde zich niet.
„Ik ben blij, dat we elkaar hebben
leeren kenrten. Ik heb er niet de
minste spijt van. Als je dat maar van
me aanneemt."
„Daar zal ik al mijn best voor
doen."
Weer was het stil. Toen bewoog
Audrey zich, kwam op haar knieën
overeind en ging, zonder Shane aan
te kijken, naar het.meertje, om haar
zakdoek in het heldere water te
doopen. Shane sloeg haar gade. Over
een paar minuten zouden ze naar de
stad teruggaan en dit was het
einde
XXI.
Nogmaals Leonard Peters.
Marash had een vaste-goederen
kantoor gevonden in de nabijheid
van het huis, dat stond naast dat van
Leonard Peters, waarin Stanley
Wilson vermoord was. Hij ging er
heen op den middag, dat Elma zoo
razend was over de weigering van
Shane, om mee te gaan lunchen.
Het kantoor was keurig gemeubi
leerd en de directeur uiterst vriende
lijk, zoodat Marash in een gemakke-
lijken leunstoel plaats nam en een
extra dure sigaar te voorschijn haal
de, die hij meestal aanbood om den
weg voor vesdere onderhandelingen
te effenen.
Hij sprak met veel overredings
kracht en wist zijn zinnen zoo te
wenden, dat de directeur van dat
vaste-goederenbureau in de meening
kwam te verkeeren, dat hij optrad
voor de directie eener vennootschap,
die het huis wilde koopen. Hij haalde
lijsten te voorschijn, om den naam
van den president te weten te komen,
dien Marash zei noodig te hebben,
omdat hij de lijst van aandeelhou
ders wilde inkijken, die het huis
hadden laten bouwen. Onder de
eerste namen vond hij dien van
Elma Beverly.
Marash had wel willen fluiten van
plezier, maar in plaats daarvan vroeg
hij heel bedaard en achteloos: „Ik
geloof, dat een zekere juffrouw
Beverly in het bestuur zit. Ik had er
geen idee van, dat zij in geldzaken
of bestuursfuncties eenig belang
stelde". En hij deed weer een trekje
aan zijn sigaar.
De makelaar in vaste goederen,
James Bryan, keek hem achter
dochtig aan.
„Ik zou wel eens willen weten,
waarvoor u het adres van dien pre
sident noodig hebt. Ik vind, dat ik
lang genoeg heb zitten luisteren en
me heb laten afleiden door uw be
weringen".
Marash glimlachte.
„Dat is toch wel een beetje over
dreven. Op slot van zaken kan ik
dat adres nog wel op een andere
manier te weten komen. Ik zou zelfs
naar juffrouw Beverly kunnen gaan."
Zoo bracht hij Elma weer op het
tapijt, zonder dat Bryan er erg in
had.
„En die zou er heel wat van weten!
Ze was nooit in de buurt van dat huis
geweest, maar ze heeft zitting in dat
bestuur genomen met het idee, dat
er een paar artikeltjes in de krant
over haar zouden komen, u weet wel,
hoe dat gaat: Schatrijke jonge erf
gename begeeft zich in zaken! Ze
heeft er op raad van haar advocaat
wat geld in géstoken, en die weet
wel, waar wat te verdienen is, en ze
heeft een paar vergaderingen bijge
woond met dik geverfde lippen en
heeft niets gedaan, dan nu en dan
eens gegicheld. Ze waren natuurlijk
blij, toen ze daarmee ophield. Ik heb
haar verscheidene koeren ontmoet én
we hebben hoogloopende herrie ge
had,- omdat ze de stoffeering van het
huis niet aan een mijner vrienden
wilde gunnen. Ze heeft het me nooit
vergeven, dat ik me daarmee bemoeid
heb."
Marash had zich wel in de handen
ku"*en wrijven van blijdschap.
Zoo, dus juffrouw Beverly vond,
dat ze zelf een soort binnenhuisarchi-
tecte was; dat wil zeggen, dat zij het
beheer over dat huis had."
„En of, dat zal waar zijn. Zij en
haar vriendin Lila Langley. Ze wa
ren een poosje erg dikke vrienden
en Lila publiceerde artikeltjes over
badkamers in kleuren en over de
vraag, of groen behang gunstig
werkt op de eetlust aan het ont
bijt."
„Och, mijnheer, wat zal dat een in
teressante tijd voor u zijn geweest,
voordat die ruzie ontstond, dat u
twee bekoorlijke jonge dames tel
kens mocht vergezellen, als zij de
kleur van de keuken veranderd wil
den zien, of de tinten van de beste
slaapkamers."
James Bryan haalde zijn schou
ders op.
„Ik heb het veel te druk. Ze had
den zelf de sleutels en toddelden ei
rond, net als ze zin hadden en zoo
lang ze wilden. En dan belden ze me
hier op en vroegen of ik eens wilde
komen praten over de „snoezige
plannetjes" die ze nu weer gemaakt
hadden."
Marash knikte begrijpend.
„Die deftige amateurs zijn lastig
en vervelend. Maar ik zal ze niet
nadoen en uw tijd verknoeien. Be
dankt voor dat adres. Ik zal dien
president vandaag nog schrijven.
Mijn firma heeft bijzonder veel in
teresse voor dat huis." Hij loog bru
taalweg. maar hij wist Bryan te
sussen, die graag nog een van zijn
dure sigaren aannam.
Marash haastte zich de straat op,
want hij had nog veel te doen en
nog veel draden aaneen te knoopen,
voordat hij Leyton in vertrouwen
kon nemen. Marash had assistentie
noodig, die alleen de autoriteiten
hem konden verschaffen en zijn on
derzoekingen werden te ingewik
keld, om het verder alleen af te
kunnen.
Hij trof defectieve Leyton op zijn
bureau aan, warm en slaperig na
een overvloedige lunch, doch hij
werd klaar wakker, toen Marash
binnenkwam en hem joviaal op den
schouder sloeg.
„Wat moet je nu weer?" gromde
Leyton.
Marash glimlachte innemend.
„Dat is nou altijd je eerste vraag,
maar tevens altijd een juiste ver
onderstelling omtrent de reden van
mijn bezoek. Boste vriend, ik heb
heel wat van je noodig. Ik geloof,
dat ik bezig ben, den moordenaar
van Stanley Wilson te vinden."
„Wel verdraaid, is dat zoo?" riep
Leyton opspringend.
Marash breidde zijn handen uit
met een gebaar van blijdschap.
„Luister nu maar eens, dan zal ik
je de feiten voorleggen en daarna
kunnen we naar je chef gaan en de
zaak nog eens bekijken onder het
vergrootglas van zijn reuzenver-
stand. Ik heb geduld gehad en heb
kans gekregen, gebruik te maken
van het vertrouwen, dat mij door
menschen, in deze zaak betrokken,
werd geschonken, een vertrouwen
dat de politie natuurlijk niet heeft
weten te winnen."
Leyton bracht zijn gezicht vlak
bij dat van Marash.
„Je bedoelt zeker, dat je juffrouw
Audrey Merivale om den tuin geleid
hebt?"
„Om den tuin leiden is niet het
juiste woord, m'n vriend, en ik moet
me het recht reserveeren, niet op al
je vragen te antwoorden. Ik heb
langs ongewone lijnen gewerkt; jij
hebt aldoor de draden van voorop
gezette ideeën gevolgd. Jij bent naar
Lila Langley gegaan en hebt haar
ondervraagd. Ik ben ook bij haar ge
weest, maar ik heb meer voorstellen
dan vragen gedaan en ik heb me
ook de moeite gegeven, het persoon
lijke leven van Peters na te gaan,
en zoodoende gevonden wat ik heb
ben moest."
Leyton keek hem belangstellend
aan.
„Daarna heb ik me door jou naar
zijn kamers laten brengen-, waar ik
in bezit ben gekomen van een
looper, die me in de gelegenheid
stelde, er later op mijn dooie gemak
en op eigen houtje een onderzoek
in te stellen. Ik heb den sleutel uit
jouw zak gerold en er een wasaf-
druk van genomen."
Hiermee hield Marash op. Het
verhaal over het schrijfbureau zou
hij later wel eens vertellen.
„Ga door", drong Leyton bij het
brutale mannetje aan.
(Wordt vervolgd).
143e Jaarganc
Hoofdkwartier
21 Aug. (D.N.B.)
van de weermach
In het Z. der i
formaties der Ws
ven- en industi
aan de monding
genomen.
De slag in het
en ten N. van G
reeds in een extr:
gedeeld, geëindigc
nederlaag voor c
macht. Divisies i
toriseerde en gep
hebben in samen
luchtmacht deeler
divisies infanterie
cavalerie, twee p
gemotoriseerde
twee over land
gades luchtlandii
slagen, vernietigd
nomen. De bloedig
den vijand zijn
groot. Het aantal
tot 84.000 gestegen
nonnen tot 848. E
144 pantserwagens
sertreinen in onzs
Tusschen het Iln
meer werd na hi
welke verscheiden
geduurd, een do
zwaar versterkte
Berlijn, 21 Aug.
vulling op het w
van heden verneem
militaire zijde:
Vandaag wordt d
van den veldtocht 1
afgesloten. In deze
heeft de Duitsche v
Oosten letterlijk he
lijke gepresteerd. Z
algemeen hemelsbre
tot achthonderd kili
aanvangsstellingen,
en voortdurende ge
Sovjettroepen. Zij h
maanden de in aan
materiaal sterkere
verscheidene groot
gevechten op zooda
elkaar geslagen, dat
telijk in wanorde
trekken en tevens
oorlogsmateriaal i
hoeveelheden moes
Bijzonder in het oo
de cijfers omtrent 1
vernietigde pantserv
tuigen, die eens de
van de offensieve 1
jetlegers. Volgens de
vangen berichten zi
pantserwagens, me
stukken geschut, v,
ser- en luchtafwe
meer dan 11.000 v
de uitwerking der
vernietigd of door 1
buitgemaakt. Tegeli
meer dan 1.200.000
maakt. Daar de w
ten er telkens wede
wezen, dat de bloed:
Sovjets een veelvoi
nen bedragen, kan j
aangenomen, dat ro
Sovjetsoldaten verlo
Al deze getallen be
ke vernietigende sla
weermacht de. tege
pa opmarcheerend*
tjaaq sast:
beroofd. Doch ook
der Duitsche en v
krachten in de' a
maanden van den
Galicië, Bessarabië e
ne tot aan den Dnj
kleine stukken n;
Duitsche handen,
van Wit-Roethenië
landen tot aan de I
is een oppervlakte
schat 870.000 vierk
dus meer dan het
de nieuw daarbij .j
den in het O. en V
toraat Bohemen en
gouvernement-gener
Unie heeft haar b
vens aan de Zwarte
van haar belangri
industriegebied® y