VREESELIJKE W VERDENKING Ritmeester Freudemann over zijn ervaringen in het Oosten. Research-arbeid ten bate van onze industrie. RADIOPROGRAMMA. Interessante grepen uit het programma van den dag. JmiMeUw. ALKMAARSCHE COURANT VAN DONDERDAG 21 AUGUSTUS 1941. Pagina 4 (Van onzen Haagschen correspondent.) Onlangs hebben wij reeds in het kort melding gemaakt van de rede, die Ritm. Freudemann, het hoofd van de persafdeeling van het Groote Hoofdkwartier, op de dagelijksche persconferen tie in Den Haag heeft gehouden over zijn ervaringen aan het Oostfront. Nu ons de volledige tekst dezer uiteenzettingen (27 getypte vellen!) ter beschikking werd gesteld en wij het relaas van al deze ontstellende voor beelden der bolsjewistische anti cultuur nog eens rustig hebben doorgelezen, willen wij er hier nog iets meer van vertellen. Ritm. Freudemann, die sinds het uitbreken van den oorlog in totaal reeds ongeveer 200 reizen naar de oorlogsvelden organiseerde en leid de, meerendeels met buitenlandsche jounalisten, heeft vier maal een tocht ondernomen naar het Oost front. De eerste ging naar Lemberg; de tweede naar Brest-Litowsk en Bialystok; de derde naar Litauen en Letland, en de vierde naar Minsk en omgeving. In sobere en volko men nuchter woorden, geïllustreerd met door een deelnemenden Ameri- kaanschen journalist gemaakte fo to's, heeft hij den Nederlandschen journalisten verteld wat hij met hun Amerikaansche, Japansche, Italiaan- sche, Spaansche, Zwitsersche, Mexi- caansche, Zweedsche en Hongaar- sche collega's gezien heeft in de gevangenissen van Lemberg, waar de bolsjewisten als ware beesten hebben huisgehouden; in tallooze verwoeste steden, b.v. Minsk, dat nog slechts één vijfde gedeelte telt van wat het eens aan woningen be zat; van het wegvoeren der Oekra- jiensche, Litausche en Lettische na tionalisten en intellectueelen; van de verwoestingen der bloeiende landbouwbedrijven in dat eene jaar, waarin de rampzalige Baltische lan den hebben gezucht onder het Sov jet-juk; enz. enz. Van deze laatste reis naar Li tauen en Letland dus willen wij hier iets vertellen, daar het ondoen lijk is, van alle reizen en ervaringen van Ritm. Freudemann en zijn gas ten een indruk te geven. Den Hen Juli begon deze reis, met als eerste reisdoel een bezoek aan Kowno. Nauwelijks hadden wij aldus de ritmeester de Duitsche grens bij Wirballen achter ons, of wij zagen de sporen van den oorlog. Wij reden via Vilkaviskis en Ma- riampole in de richting van Moskou. Deze twee steden zijn door de terug trekkende Sovjettroepen tot op het laatste fundament in brand gesto ken. Op de wegen waren de duide lijke sporen van den overhaasten te rugtocht der Sovjets, in den vorm van stukgeschoten of verbrande tanks, vrachtauto's, e.d., te zien. Kowno gespaard. Kowno zelf was geheel gespaard gebleven: een bewijs, dat de vijand de stad in overhaaste vlucht had moeten ontruimen. Men kreeg uit mededeelingen van de bewoners den indruk, dat welhaast in iedere fa milie iemand was vermoord of weg gevoerd. Evenals in Lemberg waren alle zaken gesloten. Joneva, op den weg van Kowno naar Wilna, was door de Sovjets in brand gestoken, maar Wilna zelf, de volgende pleisterplaats, was weer geheel ongerept. Den geheelen weg van Kowno naar Wilna behalve dan de stad Joneva hadden wij weinig van verwoestingen en van den oorlog gemerkt. De terugtocht van de Sov jettroepen geschiedde dan ook langs den weg van Oekmerge naar Wilna zoo snel, dat zij bijkans geen sporen na konden laten. Na een bezichtiging van de stad en het ghetto stelde men de buiten landers in de gelegenheid met een aantal Litauers en burgers van Wil na te praten in de zaal van de Feld- kommandantur. Hierbij was ook de burgemeester van Wilna tegen woordig. Spr. wil zich, wat het aan tal vermoorden en gedeporteerden betreft, de noodige reserve opleg gen, daar die getallen bij het vele ondervragen van de inwoners niet bijzonder met elkaar in overeen stemming waren en de psychose, waaronder de inwoners verkeerden, een te subjectieve schildering der gebeurtenissen met zich meebracht. Belangwekkend waren echter de mededeelingen, die de commandant van de burgerewacht van Wilna over het Sovjetleger deed. De ont wikkeling van de officieren schetste hij als zeer laagstaand. Zoo vertelde hij o.a. van een kolonel der Sovjets, die slechts 2 jaar schoolopleiding had en het bij het samenstellen van al zijn berichten en rapporten niet stellen kon zonder de hulp van een hem toegevoegden majoor. Litausche eenheden waren in het Sovjetleger opgenomen. De dienst was daar buitengewoon zwaar. Ver lof werd den Litauwers niet gege ven dagelijks werd 17 uur dienst ge daan, hoofdzakelijk bestaande uit schieten, bajonetvechten, kruipen en politiek onderwijs. Kerkgang vond niet plaats, wél een Sovjet-filmuur. Nachthemd als avondjapon. De Litausche commandant had scherpe critiek op de Sovjet-offi ciersvrouwen, die wat beschaving, kleeding en opvoeding betreft bui tengewoon laag stonden. Toen deze officiersvrouwen te Wilna kwamen, hadden zij zich eerst flink in de kleeren gezet, d.w.z. vóór alles on dergoed, schoenen en kousen ge kocht. Het moet zijn voorgekomen dat de echtgenoote van een Sovjet stafofficier bij wijze van avondja pon in nachtgewaad in den schouw burg verscheen. Voorts maakt de commandant van de burgerwacht melding van de luk rake deportaties uit Wilna. De Sov jettroepen hadden een blok huizen afgezet en daarop in het wilde weg mannen, vrouwen en kinderen weggevoerd. In Letland. Eenmaal in Letland aangekomen voelden de reizigers zich dichter bij Duitschland, hoewel zij er feitelijk verder van waren verwijderd. Men kan merken, dat dit land 750 jaren lang door generaties van ridders der Duitsche Orde en door Duitsche kooplieden is beheerd en geleid. De wegen, de huizen, de wooncultuur, ook het landschap herinneren sterk aan Oost-Pruisen. Het land, waar de tocht eerst door heen gaat, heeft een jaar onder Sovjetheerschappij geleefd. Daar is echter op het eerste gezicht voor den vluchtigen toeschouwer weinig van te bemerken, ook al omdat de uiter lijke symbolen van het Sovjetbewind blijkbaar dadelijk door de bevrijde bevolking zijn verwijderd. Via Vecmoeiza naderden wij Riga. De reizigers moesten de Düna over steken en konden dat met hun co lonne reeds doen over de brug, die de Sovjets in de lucht hadden laten vliegen. Over die brug leidt thans alleen nog maar een richtingsver keer, maar twee dagen later zouden de Duitsche genietroepen er reeds voor hebben gezorgd, dat het ver keer over deze brug in beide richtin gen kon plaats vinden, Voor zoover men tot op dat oogen- blik kon constateeren, hebben de Sovjets de bruggen buitengewoon slecht in de lucht laten vliegen. Reeds na korten tijd konden de Duit sche pioniers de groote opgeblazen spoorweg- en gewone bruggen, zon der dat er speciale noodbruggen be hoefden te worden gebouwd, in orde brengen. Riga. Op den anderen oever van de Düna ligt de eigenlijke stad Riga. De stad is-bijna geheel gespaard, maar het oude stadsplein is een beeld van barbaarsche verwoesting. Twee dn gen voor den intocht van de Duitsche troepen hadden de bolsjewisten van de grens van de stad af de huizen in de oude binnenstad systematisch met artillerievuur stukgeschoten. Al les wat hier te vinden was aan oude gebouwen, voor de Duitschers waar devolle herinneringen uit den ouden Duitschen tijd, is vernield. Doch temidden van de vernielingen staat de steenen Roland ongedeerd rechtop op zijn hooge voetstuk. Als een sym bool! Ook te Riga zijn alle zaken nog dicht. Slechts een paar hotels kon den in den korten tijd, dat Riga toen nog bezet was, in bedrijf worden ge steld. Ook de restaurants zijn op een hoogst enkele na, waar men slechts wat allerkarigsten kost te eten krijgt, gesloten. Het reisgezelschap, dat in verscheidene hotels werd on dergebracht, at in het officiers casino. De hotels waren niet vrij van ongedierte. Te Riga kreeg het gezelschap nog gelegenheid het gebouw van de GPOe, de kamers waar de gevange nen werden verhoord en de lokali teiten der executieve te bezichtigen. Volgens verklaringen van Letten hebban ook te Riga tal van moorden plaats gehad, waardoor ook hier elk gezin wel zal zijn getroffen, alsmede door arrestaties. Van Riga ging de reis via Mitau naar Schaulen. Beide plaatsen zijn tamelijk intact gebleven. Vandaar werd gereden langs de bijna volledig verwoeste plaatsen Kelme en Tau- roggen over de Duitsche grens naar Tilsit en zoo terug naar Berlijn. In een gevangenenkamp. Tenslotte laten wij hier nog van de eerste reis, naar Lemberg, eenige indrukken volgen uit een krijgs gevangenkamp. Over Lemberg zelf en over de vooral in de gevangenis sen van die stad door de Sovjets aan gerichte bloedbaden, werd indertijd breedvoerig in de pers bericht. Op den weg van Przemysl naar Jaroslaw werd een groot kamp voor Sovjetgevangenen bezichtigd. In dit kamp, dat nog niet geheel gereed was en waaraan onder Duitsche lei ding door de Sovjets zelf werd ge werkt, waren alle rangen, van den generaal tot den gewonen Sovjet soldaat, vertegenwoordigd. Ergens in het kamp bevonden zich 50 a 60 officieren, eveneens van al lerlei ras, die uiterlijk in geen enkel opzicht aan officieren van Westelijke troependeelen herinnerden. Uiteraard hadden hun uniformen in den strijd geleden, maar toch bevonden deze zich in zoo'n vuilen en gescheurden toestand, dat men daaruit bepaalde conclusies ten aanzien van de levens houding der officieren kon trekken. Velen hunner hadden hun laarzen tegen sigaretten geruild, zoodat zij alleen nog maar hun puttees hadden. De gelaatsuitdrukking van een groot deel van de officieren wees duidelijk op gebrek aan intelligentie. Een uitzondering maakte de even eens in dit kamp doch van de an deren afgescheiden onderge brachte Sovjetgeneraal Richter, die ook reeds aan den wereldoorlog had deelgenomen. Deze liet zich zeer minachtend over het Sovjetsofficiers corps uit, vooral over het lage be schavingspeil. De generaal had den rang van generaal-majoor. Een hoo- geren rang kon hij niet bekleeden, daar hij geen lid der communistische partij was. Hij was overigens, tot het laatste oogenblik strijdend, met zijn troep gevangen genomen. De overige Sovjetsoldaten maakten een zeer verschillenden indruk. Er waren frissche, aangenaam aan doende jonge kerels bij, naast bijna een animalen indruk makende Aziaten. In psychologisch opzicht was het belangwekkenden te zien, dat een groot deel der gevangenen hun blouse op oud-Russische wijze droeg en niet op Sovjetmanier in den broek gestopt. In den wereldoorlog heb ik, aldus ritmeester Freudemann, veel met Russische troepen te maken gehad en heb ik ook. duizenden gevangenen gezien. Maar wat houding en uitrusting betreft is de Russische soldaat van den wereldoorlog niet met den Sov jetofficier en -soldaat te vergelijken. Ongeveer 15000 man Sovjettroe pen zijn hier in drie gevangenkampen ondergebracht, waarvan elk een oppervlakte van ongeveer een vier kanten kilometer beslaat. Belangwekkend is de voor een deel zeer misprijzende critiek, vooral van de jongere Sovjetgevangenen, op Stalin en consorten, vooral ook, omdat zij die critiek steeds in aan wezigheid van 50 a 60 medegevange nen uitten. Interessant is ook, dat op het plein van het gevangenkamp een altaar is gebouwd voor veldgodsdienstoefe- ningen. Opvallend is het veelvuldige getui genis van gevangenen, dat zij zonder opleiding onmiddellijk naar het front werden gestuurd. Dat was b.v. het geval met zeer jonge, amper 17-jarige soldaten. De samenstelling van de kampbe volking bewees, dat de Sovjetregi menten niet uit een bepaalden volks stam worden samengesteld,, doch dat bewust Letten, Litauers, Oekrajiners met Mongolen, Tartaren enz. in één gelid staan. 's-Gravenhage, 21 Augustus. (A. N.P.) De Nederlandsche industrie ziet zich in dezen tijd voor groote moeilijkheden geplaatst, welke voortvloeien uit de bijzondere om standigheden, waaronder wij leven. Deze bijzondere omstandigheden hebben de Nederlandsche overheid en het bedrijfsleven voor tal van onverwachte problemen geplaatst, v/elke dringend om oplossing vra gen. Meer dan ooit moet thans over al de uiterste zuinigheid betracht worden en vele bedrijven moeten zich instellen op de verwerking van grondstoffen, welke tot dusverre niet gebruikt werden, op het ver vaardigen van vervangingsmateria len, of zij moeten zich aanpassen aan sterk, veranderde marktomstan digheden. Bovendien mag onze industrie niet stil blijven staan op het niveau van thans. De technische ontwikke ling gaat over de geheele wereld verder, en ook Nederland zal straks gereed moeten zijn om zijn plaats in het wereldverkeer te hernemen. Dit inzicht breekt meer en meer baan, in wijden kring wordt het wetenschappelijk research-werk op steeds hooger waarde geschat, om dat men hier de bouwstoffen hoopt te vinden voor den reëelen arbeid van later. De overheid verleent hieraan niet alleen medewerking doch wenscht ook leiding te geven op het gebied van het wetenschap pelijk speurwerk naar nieuwe mo gelijkheden en nieuwe toepassingen. Dit is op zichzelf niets nieuws. Op verschillende terreinen is reeds veel verdienstelijk werk verricht. Zoo werken o.a. op nijverheidsgebied reeds vele jaren een aantal rijks- proefstations, welke rechtstreeks onder het departement van handel, nijverheid en scheepvaart ressortee ren, t.w. voor rubber, voor leer, voor vezel en voor klei. Deze proef stations hebben c~n groote ervaring op het terrein van materiaalkeuring en voorlichting en ook op dat van het wetenschappelijk onderzoek. Centrale organisatie T.N.O. Voor de bevordering van dit on derzoek ten behoeve van de ver schillende takken van volkswel vaart in het algemeen en van de onderlinge samenwerking op dit ge bied heeft de overheid reeds voor vele jaren de Nederlandsche cen trale organisatie voor toegepast na tuurwetenschappelijk onderzoek bij verkorting genoemd centrale organisatie T.N.O. in het leven geroepen, waarvan de enkele jaren later ingestelde Nederlandsche or ganisatie voor toegepast natuur wetenschappelijk onderzoek ten be hoeve van nijverheid, handel en verkeer bij verkorting genoemd Nijverheidsorganisatie T.N.O. deel uitmaakt. Eenigen tijd geleden werd in principe beslist, dat de genoemde rijksproefstations door de Nijver heidsorganisatie T.N.O., in beheer zouden worden overgenomen. De huidige omstandigheden hebben het probleem van de verhouding van de Nijverheidsorganisatie T.N.O. tot de rijksproefstations weer naar vo ren gebracht. De wenschelijkheid bleek, dat zij in het groote geheel van den research-arbeid meer recht streeks werden opgenomen en dat het noodige contact tusschen de overheid de praclijk en de weten schap bij het beheer dier instellin gen beter tot zijn recht kon komen. Alleen op deze wijze zal de arbeid het grootst mogelijke nut kunnen afwerpen. De secretaris-generaal van het departement van handel, nijverheid en scheepvaart heeft in verband hiermede besloten de reeds eerder genomen beslis sing inzake de overdracht van deze rijksproefstations aan de Nijverheidsorganisatie T.N.O. thans zonder verder verwijl uit te voeren. De proefstations voor klei en vezel zijn reeds overge dragen en de overdracht van de beide 'andere instellingen zal binnenkort volgen. DEN HAAG HEEFT 5000 „STEMPELAARS." (Van onzen Haagschen correspondent!) Den Haag, 20 Aug. Sedert giste ren prijkte op de balie van de Haagsche "V.V.V. een fraaie opge zette vogel, glanzend mosgroen met oranje-rooden kop, een z.g. rood kop-amazone, waarbij stond ver meld: „Voor den 5000sten stempe laar." Hedenmorgen is deze 5000,ste verschenen; het was zelfs een „stempelaarster": mevr. J. de BontSenders, uit Eindhoven, die met haar man haar vacantie in het Haagje kwam doorbrengen en zich natuurlijk bij de V.V.V. liet in schrijven als deelneemster aan den stempeltocht-Den Haag, waardoor zij op gemakkelijke en goedkoope wijze en bovendien nog met de kans op een aardigen prijs, indien zij voldoende stempels verzamelt in haar V.V.V.-boekje een groot ■aantal van de meest verschillende bezienswaardigheden en mooie plekjes van onze residentiestad en naaste omgeving kan bezichtigen. Gelijk bekend krijgen deelnemers van buiten Den Haag 5 stempels vooruit. De werkelijk fraaie roodkop amazone, die, mèt een mooien bos bloemen, aan de 5000ste stempe laarster werd aangeboden, was be schikbaar gesteld door de directie van het dieren- en vogelpark Was senaar, dat mede tot de in den stempeltocht opgenomen beziens waardigheden behoort. De eerste geheel vol-gestempelde boekjes van dezen stempeltocht 1941, waaraan de deelname open staat tot 30 September a.s., werden reeds eenigen tijd geleden ingele verd door twee jongelui tót Leeuwarden; Nadien worden nog boekjes ontvangen van inwoners uit letterlijk alle grootere plaatsen van ons land: Utrecht, Groningen, Arnhem, Zwolle, den Bosch, Alk maar, enz.i; zelfs uit Twente en Zeeland! De Haagsche stempeltocht is dus wel een succes geworden. VRIJDAG. HILVERSUM I, 415,5 M. 6.45 Gra- mofoonmuziek. 6.50 Ochtendgymnas tiek. 7.Gramofoonmuziek. 7.45 Ochtendgymnastiek. 8.BNO: Nieuwsberichten. 8.15 Schriftlezing en meditatie (Voorbereid door de Christ. Radio Stichting). 8.25 Gewijde muziek (opn.). 8.45 Gramofoorfmu- ziek. 9.15 Voor de huisvfouw. 9.20 Gramofoonmuziek. 11.Gerard Lebon en zijn orkest. 11.20 Declama tie. 11.40 Gerard Lebon en zijn or kest, 12.Musiquette. 12.40 Alma nak. 12.45 BNO: Nieuws- en econo mische berichten. 1.Rovida-sextet en gramofoonmuziek. 2.Haarlem- schë orkestvereeniging, soliste en gramofoonmuziek. 4.Godsdienstige uitzending. 4.20 Sylvestre-trio. 5.15 BNO: Nieuws-, economische- en beursberichten. 5.30 Voor de jeugd. 5.45 Zang met pianobegeleiding en gramofoonmuziek. 6.15 Sportwetens- waardigheden. 6.30 Viool en piano. 7.Actueel halfuurtje. 7.30 Gramo foonmuziek. 8.Rotterdamsch phil- harmonisch orkest. 8.45 Causerie „Wat is nationaal-socialisme". 9. Zang, clavecimbel en gramofoonmu ziek. 9.30 Gramofoonmuziek. 9.45 BNO: Nieuwsberichten. 10.10.15 BNO: Eng. uitz.: Economie News from Holland. HILVERSUM II, 301,5 M. 6.45—8.— Zie Hilversum I. 8.BNO: Nieuws berichten. 8.15 Gramofoonmuziek. 10.Utrechtsch Stedelijk orkest (opn.). 10.20 Zang met pianogegelei- ding en gramofoonmuziek. 11.Voor de jeugd. 11.20 Orgelconcert. 12. Gramofoonmuziek. 12.15 Klaas van Beeck en zijn orkest. 12.45 BNO: Nieuws- en economische berichten. 1.Orgelspel (gr.pl.). 1.15 Orkest Malando en solist. 1.45 Gramofoon muziek. 2.Roemeensch orkest Gregor Serban. 2.30 Orgelconcert en zang. 3.Voor de, vrouw. 3.45 Gra mofoonmuziek. 4.30 Voor de jeugd. 5— Gramofoonmuziek. 5.15 BNO: Nieuws-, economische en beursbe richten. 5.30 Ensemble Bandi Balogh. 6.„Onder de leeslamp" (Voorbe reid door de Christ.. Radio Stichting). 6.15 Ernst van 't Hoff met zijn 15 solisten. 6.45 Gramofoonmuziek. 7.— Actueel halfuurtje. 7.30 Gramofoon muziek. 7.45 Toeristische raadgevin gen. 8.Curt Hohenberger en zijn orkest en de Romancers m.m.v. solist. 9.Gramofoonmuziek. 9.15 Rococo- octet. 9.45 BNO: Nieuwsberichten. 10.Avondwijding. 10.0510.15 Gramofoonmuziek. Ernstige muziek. De H.O.V. concer teert van 14.16.uur over Hilv. I m.m.v. Tiny Kaiser. Zij speelt het pianoconcert in D kl.t. „K.V. 466 van Mozart". Het belangrijkste orchestrale stuk is de symphonie No. 7 in A. gr.t. opus 92 van Lud- wig von Beethoven. Van 20.20.45 over Hilv. II con certeert 't R'damsch Philh. Orkest o.l.v. Prof. Schnévoigt van uit het Kurhaus te Scheveningen. Uitgevoerd worden de ouverture „Oberon" van von Weber, de Ka- relische rhapsodie van den Fin- schen componist Klami en de sym phonie Nr. 38 in D. gr. t. van Mo zart. Te 21.uur over Hilv. I zingt Helene Ludolph een solo-cantate van Handel en een tiental liederen van Lorenzo Gregorie (1688 tot 1742). Deze componist werd be kend, doordat hij het eerst den naam „concerto grosso" gebruikte. Hans Schouwman begeleidt hem op het clavecimbel. Voor de jeugd. Van 17.3017.45 uur over Hilv. I. Dr. J. H. Schuurman- Stekhoven houdt een drietal leer zame lezingen onder den titel van „Water naar land". De eerste lezing die hen vanavond houdt is getiteld: „Landaanwinning in zee: slikken en schorren". Voor de vrouw. Van 15.15.20 over Hilv. n houdt mevr. Heufke Kan delaarSchot een causerie over „De zegen van den arbeid", waar in zij op zeer warme wijze ons het gevoel geeft, dat werken iets zeer schoons is, dat men nooit met min achting op arbeiders of andere menschen die den heelen dag zwoegen, neer mag zien. DOOR FHILIPFA PRESTON 47) Audrey verroerde zich niet. „Ik ben blij, dat we elkaar hebben leeren kenrten. Ik heb er niet de minste spijt van. Als je dat maar van me aanneemt." „Daar zal ik al mijn best voor doen." Weer was het stil. Toen bewoog Audrey zich, kwam op haar knieën overeind en ging, zonder Shane aan te kijken, naar het.meertje, om haar zakdoek in het heldere water te doopen. Shane sloeg haar gade. Over een paar minuten zouden ze naar de stad teruggaan en dit was het einde XXI. Nogmaals Leonard Peters. Marash had een vaste-goederen kantoor gevonden in de nabijheid van het huis, dat stond naast dat van Leonard Peters, waarin Stanley Wilson vermoord was. Hij ging er heen op den middag, dat Elma zoo razend was over de weigering van Shane, om mee te gaan lunchen. Het kantoor was keurig gemeubi leerd en de directeur uiterst vriende lijk, zoodat Marash in een gemakke- lijken leunstoel plaats nam en een extra dure sigaar te voorschijn haal de, die hij meestal aanbood om den weg voor vesdere onderhandelingen te effenen. Hij sprak met veel overredings kracht en wist zijn zinnen zoo te wenden, dat de directeur van dat vaste-goederenbureau in de meening kwam te verkeeren, dat hij optrad voor de directie eener vennootschap, die het huis wilde koopen. Hij haalde lijsten te voorschijn, om den naam van den president te weten te komen, dien Marash zei noodig te hebben, omdat hij de lijst van aandeelhou ders wilde inkijken, die het huis hadden laten bouwen. Onder de eerste namen vond hij dien van Elma Beverly. Marash had wel willen fluiten van plezier, maar in plaats daarvan vroeg hij heel bedaard en achteloos: „Ik geloof, dat een zekere juffrouw Beverly in het bestuur zit. Ik had er geen idee van, dat zij in geldzaken of bestuursfuncties eenig belang stelde". En hij deed weer een trekje aan zijn sigaar. De makelaar in vaste goederen, James Bryan, keek hem achter dochtig aan. „Ik zou wel eens willen weten, waarvoor u het adres van dien pre sident noodig hebt. Ik vind, dat ik lang genoeg heb zitten luisteren en me heb laten afleiden door uw be weringen". Marash glimlachte. „Dat is toch wel een beetje over dreven. Op slot van zaken kan ik dat adres nog wel op een andere manier te weten komen. Ik zou zelfs naar juffrouw Beverly kunnen gaan." Zoo bracht hij Elma weer op het tapijt, zonder dat Bryan er erg in had. „En die zou er heel wat van weten! Ze was nooit in de buurt van dat huis geweest, maar ze heeft zitting in dat bestuur genomen met het idee, dat er een paar artikeltjes in de krant over haar zouden komen, u weet wel, hoe dat gaat: Schatrijke jonge erf gename begeeft zich in zaken! Ze heeft er op raad van haar advocaat wat geld in géstoken, en die weet wel, waar wat te verdienen is, en ze heeft een paar vergaderingen bijge woond met dik geverfde lippen en heeft niets gedaan, dan nu en dan eens gegicheld. Ze waren natuurlijk blij, toen ze daarmee ophield. Ik heb haar verscheidene koeren ontmoet én we hebben hoogloopende herrie ge had,- omdat ze de stoffeering van het huis niet aan een mijner vrienden wilde gunnen. Ze heeft het me nooit vergeven, dat ik me daarmee bemoeid heb." Marash had zich wel in de handen ku"*en wrijven van blijdschap. Zoo, dus juffrouw Beverly vond, dat ze zelf een soort binnenhuisarchi- tecte was; dat wil zeggen, dat zij het beheer over dat huis had." „En of, dat zal waar zijn. Zij en haar vriendin Lila Langley. Ze wa ren een poosje erg dikke vrienden en Lila publiceerde artikeltjes over badkamers in kleuren en over de vraag, of groen behang gunstig werkt op de eetlust aan het ont bijt." „Och, mijnheer, wat zal dat een in teressante tijd voor u zijn geweest, voordat die ruzie ontstond, dat u twee bekoorlijke jonge dames tel kens mocht vergezellen, als zij de kleur van de keuken veranderd wil den zien, of de tinten van de beste slaapkamers." James Bryan haalde zijn schou ders op. „Ik heb het veel te druk. Ze had den zelf de sleutels en toddelden ei rond, net als ze zin hadden en zoo lang ze wilden. En dan belden ze me hier op en vroegen of ik eens wilde komen praten over de „snoezige plannetjes" die ze nu weer gemaakt hadden." Marash knikte begrijpend. „Die deftige amateurs zijn lastig en vervelend. Maar ik zal ze niet nadoen en uw tijd verknoeien. Be dankt voor dat adres. Ik zal dien president vandaag nog schrijven. Mijn firma heeft bijzonder veel in teresse voor dat huis." Hij loog bru taalweg. maar hij wist Bryan te sussen, die graag nog een van zijn dure sigaren aannam. Marash haastte zich de straat op, want hij had nog veel te doen en nog veel draden aaneen te knoopen, voordat hij Leyton in vertrouwen kon nemen. Marash had assistentie noodig, die alleen de autoriteiten hem konden verschaffen en zijn on derzoekingen werden te ingewik keld, om het verder alleen af te kunnen. Hij trof defectieve Leyton op zijn bureau aan, warm en slaperig na een overvloedige lunch, doch hij werd klaar wakker, toen Marash binnenkwam en hem joviaal op den schouder sloeg. „Wat moet je nu weer?" gromde Leyton. Marash glimlachte innemend. „Dat is nou altijd je eerste vraag, maar tevens altijd een juiste ver onderstelling omtrent de reden van mijn bezoek. Boste vriend, ik heb heel wat van je noodig. Ik geloof, dat ik bezig ben, den moordenaar van Stanley Wilson te vinden." „Wel verdraaid, is dat zoo?" riep Leyton opspringend. Marash breidde zijn handen uit met een gebaar van blijdschap. „Luister nu maar eens, dan zal ik je de feiten voorleggen en daarna kunnen we naar je chef gaan en de zaak nog eens bekijken onder het vergrootglas van zijn reuzenver- stand. Ik heb geduld gehad en heb kans gekregen, gebruik te maken van het vertrouwen, dat mij door menschen, in deze zaak betrokken, werd geschonken, een vertrouwen dat de politie natuurlijk niet heeft weten te winnen." Leyton bracht zijn gezicht vlak bij dat van Marash. „Je bedoelt zeker, dat je juffrouw Audrey Merivale om den tuin geleid hebt?" „Om den tuin leiden is niet het juiste woord, m'n vriend, en ik moet me het recht reserveeren, niet op al je vragen te antwoorden. Ik heb langs ongewone lijnen gewerkt; jij hebt aldoor de draden van voorop gezette ideeën gevolgd. Jij bent naar Lila Langley gegaan en hebt haar ondervraagd. Ik ben ook bij haar ge weest, maar ik heb meer voorstellen dan vragen gedaan en ik heb me ook de moeite gegeven, het persoon lijke leven van Peters na te gaan, en zoodoende gevonden wat ik heb ben moest." Leyton keek hem belangstellend aan. „Daarna heb ik me door jou naar zijn kamers laten brengen-, waar ik in bezit ben gekomen van een looper, die me in de gelegenheid stelde, er later op mijn dooie gemak en op eigen houtje een onderzoek in te stellen. Ik heb den sleutel uit jouw zak gerold en er een wasaf- druk van genomen." Hiermee hield Marash op. Het verhaal over het schrijfbureau zou hij later wel eens vertellen. „Ga door", drong Leyton bij het brutale mannetje aan. (Wordt vervolgd). 143e Jaarganc Hoofdkwartier 21 Aug. (D.N.B.) van de weermach In het Z. der i formaties der Ws ven- en industi aan de monding genomen. De slag in het en ten N. van G reeds in een extr: gedeeld, geëindigc nederlaag voor c macht. Divisies i toriseerde en gep hebben in samen luchtmacht deeler divisies infanterie cavalerie, twee p gemotoriseerde twee over land gades luchtlandii slagen, vernietigd nomen. De bloedig den vijand zijn groot. Het aantal tot 84.000 gestegen nonnen tot 848. E 144 pantserwagens sertreinen in onzs Tusschen het Iln meer werd na hi welke verscheiden geduurd, een do zwaar versterkte Berlijn, 21 Aug. vulling op het w van heden verneem militaire zijde: Vandaag wordt d van den veldtocht 1 afgesloten. In deze heeft de Duitsche v Oosten letterlijk he lijke gepresteerd. Z algemeen hemelsbre tot achthonderd kili aanvangsstellingen, en voortdurende ge Sovjettroepen. Zij h maanden de in aan materiaal sterkere verscheidene groot gevechten op zooda elkaar geslagen, dat telijk in wanorde trekken en tevens oorlogsmateriaal i hoeveelheden moes Bijzonder in het oo de cijfers omtrent 1 vernietigde pantserv tuigen, die eens de van de offensieve 1 jetlegers. Volgens de vangen berichten zi pantserwagens, me stukken geschut, v, ser- en luchtafwe meer dan 11.000 v de uitwerking der vernietigd of door 1 buitgemaakt. Tegeli meer dan 1.200.000 maakt. Daar de w ten er telkens wede wezen, dat de bloed: Sovjets een veelvoi nen bedragen, kan j aangenomen, dat ro Sovjetsoldaten verlo Al deze getallen be ke vernietigende sla weermacht de. tege pa opmarcheerend* tjaaq sast: beroofd. Doch ook der Duitsche en v krachten in de' a maanden van den Galicië, Bessarabië e ne tot aan den Dnj kleine stukken n; Duitsche handen, van Wit-Roethenië landen tot aan de I is een oppervlakte schat 870.000 vierk dus meer dan het de nieuw daarbij .j den in het O. en V toraat Bohemen en gouvernement-gener Unie heeft haar b vens aan de Zwarte van haar belangri industriegebied® y

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1941 | | pagina 6