DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Hitler over het heden, het verleden en
de toekomst.
13
Barmhartigheid.
cuitjes I
De Führer spreekt in het Sportpalast ter
herdenking van de machtsaanvaarding.
Nieuwe burgemeesters.
Groote buit bij de verove
ring van Benghazi.
jed kennen*)
toch nog 'n
te maken.
zooveel als
„Wèt et van
ïag et zijn!"
ALKMAARSCHE COURANT.
144ste Jaargang No. 26.
Deze qourant wordt eiken dag, behalve Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.10;
franco door het geheele Rijk 2.63. Losse nummers 5 cents. Prqs der gewone advertentiën: Van 15 regels 1.28, elke regel meer 0.26, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N.V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. Herms. Coster Zoon, Voordam 9,
postgiro 37060. Tel. Administratie (abonn., adv.) 3320, Redactie 3330. Directeur: C. Krak. Hoofdredacteur: Tj. N. Adema, Alkmaar.
Zaterdag 31 Januari 1942.
lie geleverde stier-
welke zijn voorzien
gens het niet voldoen
uitgereikt.
dt thans alleen maar
toodanig kalf van een
1, dan moet het kalf
en op een fokvergun-
let aantal fokvergun-
ing 7 Liter melk.
dig of foutief hadden
iging ontstaan.
5ii verzonden, terwijl
rden verstrekt
en te komen gelieven
i het Bureau van den
tie te Alkmaar (ook
lijk adres, organisatie-
der melkbrief jes van
t moet blijken, dat in
en per dag moet zijn
imen, of die foutief of
genomen.
gsbon teruggezonden,
iten.
r slachtschapen.
ordholland nog niet
levering van slacht
en algemeene wijsl-
slachtschapen. Deze
srin men een aanslag
5 rubriek (schapen,
1942 in 1 September
;e rubriek (schapen,
ngsplicht minder dan
chapen, geboren vóór
nber 1942 de tijd zijn
pen, geboren in 1941)
laten loopen, daar de
de hiervoor),
ngsdata staat de rege-
:e contracten komen
vee.
hapen is deze, dat alle
n een aanslag (hetzij
n die door een andere
sze wijze kan de leve-
-angen in orde worden
en ander niet te lang
men ook eens met zijn
uhouder.
lagd bij de Landbouw-
ipen, Kerkplein 13 te
racten voor schapen
d.
s niet meer runderen
dng bedroeg, vermeer-
gedekt zijn door een
rorden, b.v. door een
bewijs van uitgestelde
oeien in voorraad had-
ïand van de inventari-
bij welke veehouders
aaruit kan worden op-
n voorraad mochten
ig voor 1941 verhoogd
ie van December 1941
leze runderen nader
de bedoeling deze run-
brengen, dan zal toch
ital alsnog op de leve-
r betrokkenen binnen-
1ISSARIS VOOR
LLAND.
a is tot dusverre ten
geweest. Er werd vrij-
opgegeven; thans i'
dere streken is dit ten-
ninder.
oot, in sommige geval"
n, heeft het den schijn,
van de Nederlandsche
van dezen onwil; niet
worden opgetreden,
wien de seheurplicW
:te niet voldeden of de
rzaak, zullen met de
1 deze gebruiksgcrech-
en gevangenisstraf van
/orden genomen, waar"
worden verricht of/en
gedragen.
mgen en bij in gebreke
rbereid.
im ook in hun eigen
ge voorbereidingen ais*
iARIS VOOR DE
:tie.
Zooals bekend is Adolf Hitler op 30 Januari 1933 door Rijkspresident
Von Hindenburg tot Rijkskanselier benoemd en vanaf dien tijd is deze
gebeurtenis elk jaar met een groote rede van den Führer herdacht.
Ook dit jaar werd de traditioneele rede niet achterwege gelaten en
in een gloedvol betoog heeft de Führer een blik in het verleden, op het
heden en in de toekomst geworpen.
Aan allen, die deze rede hebben aangehoord, moet het duidelijk
zijn geworden, dat de tijd, welke tusschen den wereldoorlog en dezen
ligt, verloren is geweest, omdat blijkt, dat men van Britsche zijde na
1918 niets heeft geleerd en ook niets heeft veranderd.
In het Sportpalast heeft Adolf Hitler gistermiddag om 5 uur zijn
groote herdenkingsrede uitgesproken. De zaal was tot de laatste plaats
gevuld en versierd met de kleuren van het Rijk en die van Duitschlands
bondgenooten. Op de eerste rijen voor het spreekgestoelte hadden bijna
alle ministers, rijksleiders, de generaliteit, alsmede de eeregasten der
Verbonden naties en gewonden der Duitsche weermacht plaats
genomen.
Van 5 tot 7.10 is Hitier onafgebroken aan het woord geweest en hij
heeft belangrijke gedeelten van zijn rede met verheffing van stem na
drukkelijk uitgesproken, waarbij zijn toehoorders bij alle passages van
beteekenis luide van hun onverdeelde instemming deden blijken.
Telkenmale werd de Führer tijdens zijn rede enthousiast toe-
gejuichd en na afloop werd hem een ware ovatie gebracht. Minutenlang
klonk deze ovatie, waarna gemeenschappelijk de volksliederen werden
gezongen. Het geheele Duitsche volk heeft aan de radiotoestellen
gezeten en deze groote betooging medebeleefd.
Rijksminister Dr. Göbbels
leidt den Führer in.
Rijksminister Göbbels, die den
Führer na afloop dank bracht, heeft
hem ook ingeleid.
„De overwinning", zoo zeide
hij ter herinnering aan den
toenmaligen dag, „was voor
ons een zaak van geloof en wel
van geloof in uw persoon.
Thans staat het geheele Duit
sche volk, aan het hoofd zijn
weermacht, in den strijd om de
verdediging der verworvenhe-
den van onze revolutie van de
veiligheid van het Rijk en van
het levensgebied der natie. Wat
toen een zaak van het geloof
was, de overwinning, dat is
thans een zaak der zekerheid
geworden".
Hitier spreekt.
Hitier begon met een blik op het
verleden. Wij hooren, aldus zeide
hij, zeer vaak de opmerking, dat de
ze oorlog eigenlijk de tweede we
reldoorlog is. Dat is niet alleen juist
in dien zin, dat ook deze strijd bij
na de geheele wereld omvat, maar
het is nog veel juister, wanneer men
bedenkt, dat er sprake Is van dezelf
de doeleinden, dat dezelfde krach
ten, die den eersten wereldoorlog
hebben ontketend, verantwoordelijk
zijn voor dezen nieuwen oorlog.
Want een ding kan niemand tegen
spreken, n.l. dat Churchill reeds
voor 1914 een der gemeenste oor
logsophitsers was, dat Roosevelt
toen de kleine man van president
Wilson was, dat de kapitalistische
mannen van thans ook toen reeds
hun gewicht in de schaal wierpen,
terwijl anderzijds niemand kan be
strijden, dat wij volkomen onschul
dig geweest zijn aan den oorlog van
toen. Wij waren allemaal slechts
neel gewone soldaten. Het Duitsch
land van toen was een monarchie,
het. was democratisch en parlemen
tair, er moeten dus motieven zijn,
met gelegen in den staatsvorm, die
■toen en thans hebben geleid tot den
aanval van die krachten, ofschoon
zij m beide gevallen voorgeven, dat
het de staatsvorm is.
Engeland, dat in den loop van
driehonderd jaar alleen door geweld
en een reeks van bloedige oorlogen
ongeveer een kwart van de aardop
pervlakte heeft onderworpen, heeft
altijd, gestreefd naar een instand
houding van het zoogenaamde Euro-
weuev®nwicht van krachten, dat
Smsel' dat Seen enkele
«"TCP^sche staat i„ kracht zou
kunnen toenemen en daardoor
wellicht een leidende rol zou
het versnipperde, het innerlijk ver
deelde Europa. Daartoe heeft het
achtereenvolgens Spanje, Nederland
en Frankrijk bestreden. Daarna be
gon de strijd tegen Duitschland, niet
uit liefde tot de volkeren, maar uit
het meest nuchtere eigenbelang,
daar achter stond het eeuwige Jo
dendom, dat aan iederen strijd tus
schen de volken weet te verdienen
en dus steeds onrust onder de vol
ken verwekt heeft.
Onder het beginsel „oorlog aan
den oorlog" verstond men in Enge
land: de macht voor dengene, die de
macht heeft en geen enkele macht
voor hem, die haar niet heeft. De
nationa^l-socialistische opvatting
daarentegen ziet in iederen toestand
en op ieder oogenblik van de we
reldgeschiedenis het resultaat van
een levensproces, dat nooit onder
broken wordt.
Het zou een prachtig gebaar
zijn geweest.
Het zou een prachtig gebaar zijn
geweest wanneer na de ontwape
ning van Duitschland, ook Engeland,
Amerika en Frankrijk zouden heb
ben ontwapend. Wij hebben he.i zoo
vaak vermaand, tijdens de republiek
van Weimar gevraagd, later ge-
eischt, dat zij dat zouden doen.
Maar de oorlogen gingen voort. Al
leen voor het Duitsche volk scheen
het onmogelijk, zijn bestaan in deze
wereld nog eens te zijnen gunste te
kunnen veranderen. Men streed toen
met gelijke middelen als thans. Men
voerde eerst den strijd door het bij
eenbrengen van coalities. Churchill
hseft jarenlang door zijn voorgan-
gers garantiebeloften laten aanbie
den. Steeds weer moet men beden
ken, dat het Britsche rijk in vier
honderd jaar nauwelijks tien pro
cent van het bloed heeft moeten
vergieten in tallooze oorlogen, dat
Duitschland vergieten moest om zijn
naakte bestaan te verdedigen. Met
de tweede Britsche methode staat de
versnippering in verband. Toen
Duitschland verscheurd werd door
godsdiensttwisten, kreeg Engeland
de mogelijkheid zich te verheffen tot
wereldmacht. Niet Duitschland is
de parvenu maar Engeland. Wij heb
ben een oudere geschiedenis en in
den tijd, dat Europa een geweldig
Duitsch keizerrijk kende, was Enge/
land een klein, onbelangrijk eiland.
In dep vorigen oorlog zag men een
mogelijkheid tot versnippering in
het tegen elkaar uitspelen van de
Duitsche partijen. Marxistische,
liberalistische en kapitalistische be
langhebbenden, achter wie de
eeuwige Jood stond, ontketenden
een gemeenen opstand, welke
Duitschland ten val bracht. Wij we
ten thans van Engelsche uitspraken,
dat Engeland in 1918 voor de ineen
storting stond. De eerste wereldoor
log kon alleen door onze eigen
schuld verloren worden. In dien tijd
verzonk het Duitsche volk in enkele
maanden in een versaagdheid, die
men zich nauwelijks kan voorstel
len, een uitgehongerd volle, dat men
ook geen levensmiddelen gaf toen
het reeds zonder wapenen was, dat
men steeds weer afperste.
Toen ben ik in het politieke strijd
perk getreden met het besluit dit
Duitschland weer op te richten. Ik
ben dezen strijd begonnen tegen de
domheid en traagheid van onze zoo
genaamde hoogere kringen,., tegen
zoovele belangen van enkelingen.
Het was toen heldendom, de eerste
nationaal socialist in een groep, een
fabriek, eert salon te zijn.
De georganiseerde tegen
standers.
Toen kwamen de georganiseerde
tegenstanders, zoo ongeveer 4ö par-
tijen. Het buitenland nam toen geen
notitie van ons. De Duitsche demo
craten werden in dien tijd werke
lijk als „Habenichtse" behandeld,
maar zij genoten tenminste de eer
in Geneve te mogen zitten. Toen de
partij na September 1930 met 107
mandaten in den Rijksdag kwam,
namen de moeilijkheden nog toe.
Hitier herinnerde aan de partij ge-
nooten, die aan sluipmoord ten offer
vielen, aan de ruim 40.000 natk)-
naal-socialistische gewonden. Uitvoe
rig besprak hij de erfenis, die hij
aantrof. Het bedrijfsleven was ver
nietigd, er waren vele millioenen
werkloozen, de financien vertoonden
een reusachtig tekort, de boeren
stand was ineengestort, ik heb toqp
gewaagd, aldus vervolgde de Führer,
en wij hebben gewonnen.
In 1935 begon de vrijheid naar
buiten zich te verwezenlijken. Wan
neer deze oorlog niet zou zijn geko
men, zou men van ons allen en ook
van mij hebben gesproken als
scheppers van de werken des vre-
des, maar wie zou dan van Churchill
gesproken hebben?
Thans echter zal men spreken aii.
van den vernietiger van een impe
rium. Hitier karakteriseerde Chur
chill als „onbekwaam om iets te
presteeren, slechts in staat om te
vernielen" zijn „rotgenoot in het
Witte Huis" noemde hij een armza
ligen dwaas. In dit verband noemde
Hitier het door Roosevelt aange
kondigde wereldprogramma, dat den
menschen vrijheid en recht op ar
beid moet geven een grap. Wat Roo
sevelt aankondigt, zijn dingen, ont
leent aan het nationaal-socialistische
programma. Om hun eigen volken
te lokken, moeten .deze kapitalisti
sche hyena's in ons partijprogram
kruipen en er enkele zinnen uit op-
visschen, de stumperds.
Het programma der buiten-
landsche politiek.
Hitier gaf nogmaals een uiteen
zetting van het programma van bui-
tenlandsche politiek, dat hij trachtte
uit te voeren: Het aanknoopen van
nauwe betrekkingen met Engeland,
Italië en Japan. Iedere poging ech
ter om met Engeland tot overeen
stemming te geraken, was volkomen
vruchteloos. Engeland en vooral
Churchill streden bij iedere gelegen
heid tegen Europa. Iedere poging
om nader tot dezen man te komen,
strandde op zijn hardnekkig: Ik wil
een oorlog. In Europa zullen niet de
arische volken worden uitgeroeid,
maar deze oorlog zal de vernietiging
van het jodendom zijn. Voor het
eerst zullen niet andere volken dood
bloeden, voor het eerst zal de echt
oudjoodsche wet v.»orden toegepast:
oog om oog, tand om tand, en hoe
verder deze gevechten zich uitbrei
den, des te meer zal, dit mag het
jodendom zich voor gezegd houden,
het anti-semitisme zich uitbreiden.
Het uur zal komen, waarop de
slechtste wereldvijand van alle tij
den wellicht voor tenminste dui
zend jaar zijn rol uitgespeeld zal
hebben.
Duitschland en Italië.
Hitier zeide voorts, dat het hem
verheugde, dat hij met Italië de be
trekkingen tot stand kon brengen,
waarnaar hij gestreefd had. Dat was
geen wonder. In 1935 begon Enge
land zich zonder aanleiding tegen
Italië te keeren, terwijl Italië Enge
land niets ontnomen had. Thans
zijn Duitschland en Italië genoopt,
denzelfden strijd te voeren en op le
ven en dood met elkander verbon
den te zijn. Men moet zich niet ver
gissen, deze strijd wordt tot de ge
meenschappelijke overwinning ge
voerd .Thans is ook de derde staat
waarmee ik steeds goede betrek
kingen wilde, aan onze zijde getre
den, Japan. Thans zijn de drie
groote Habenichtse vereenigd en wij
zullen thans zien, wie in dezen strijd
de sterksten zijn, zij, die niets te
verliezen en alles te winnen hebben,
of zij, die alles te verliezen en niets
te winnen hebben. Want wat wil
Engeland, wat wil Amerika winnen,
zij hebben zooveel, dat zij niets we
ten te beginnen met hetgeen zij heb
ben en wanneer een Britsche aarts
bisschop God bidt, dat hij het bols
jewisme over Duitschland en over
Europa moge zenden als straf, kan ik
slechts zeggen: Over Duitschland
komt het niet, maar of het niet over
Engeland komt, is een andere
kwestie.
Ik doe gaarne afstand van mijn
roem in den oorlog, die in mijn oogen
heelemaaal geen roem is. Mijn roem
■zal, wanneer de voorzienigheid mij
in het leven laat, eens toch bestaan
in de-groote werken des vredes, die
ik nog denk te scheppen. Maar ik
wil den last van den oorlog dragen
en voor geen verantwoordelijkheid
terugschrikken. Ik weet, dat dit volk
mij, vertrouwt. Het kan echter ook
van een ding overtuigd zijn: zoo
lang ik leef zal een 1918 zich niet
herhalen. Ik zal deze vlag nooit laten
ondergaan.
Hitier noemde de namen van de
bondgenooten, in het Zuiden Italië,
in het hooge Noorden Finland, daar-
tusschen alle andere naties, die hun
zonen naar het Oosten zenden: Hon
garen, Slowaken, Kroaten, Span
jaarden, ja zelfs Franschen en bo
vendien de vrijwilligers der Ger-
maansche staten in het Noorden en
het Westen. Het is reeds thans een
oorlog van Europa en dan is Japan
er bij gekomen, dat een zekeren heer
zijn belaciüijke frasen reeds heeft
afgeleerd.
De geschiedenis spreekt.
Over den oorlog zelf, aldus Üe
Führer, wil ik weinig spreken. Hier
spreekt de geschiedenis reeds. Ook
hier ben ik het lot dankbaar, dat het
mij veertien dagen of drie weken
eerder den eersten stoot in het Oos
ten heeft laten toebrengen. Wij heb
ben dat ook in Oost-Azië gezien. Wij
kunnen Japan slechts geluk wen-
schen, dat het kort en krachtig heeft
toegeslagen, in plaats van nog langer
te marchandeeren met de leugen
achtige krachten. En nu strijden
sedert 22 Juni onze soldaten in het
Oosten een strijd, die eens in de ge
schiedenis geboekstaafd zal worden
als een heldenlied van ons volk. Ter
zee zullen onze duikbooten de voor
nemens van Roosevelt te schande
maken. Het aantal duikbooten is
ontzaglijk toegenomen. Zij zullen de
schande maken wat Roosevelt voor
nemens was: ons duikbootwapen
door steeds nieuwe verklaringen be
treffende Amerikaansche souvereine
gebieden geleidelijk van den Oceaan
te verdringen en op een heel kleine
ruimte te houden, die door de Brit
sche zeestrijdkrachten beschermd
had kunnen worden. Het optreden
van Japan heeft ons van de zorg be
vrijd telkens te moeten overwegen
of ik ter wille van den lieven vrede
mij een nieuwe beperking moest la
ten opleggen. Thans zullen zij con-
vooien noodig hebben op alle Ocea
nen ter wereld en nu zullen zij zien
hoe onze duikbooten werken.
Hierbij komt onze luchtmacht.
Haar roem is overgankelijk. En
achter onze wapens waarvan de
Führer in het bijzonder weer de
Dit nummer bestaat uit 8 pagina's.
MANNEN ZONDER VREES. Nederlanders. Ook uw Vaderland is in
gevaar. Helpt mede het Bolsjewisme te vernietigen, door dienst' te
nemen bij de Waffen S.S. Voor aanmelding en inlichtingen wende men
zich tot de Waffen S.S., Stadhouderslaan 32, Den Haag.
(Fellinga-Peters)
infanterie roemde staat een reus
achtige verkeersorganisatie. Het
overgaan van een bewegingsoorlog
naar een verdediging in het Oosten
was niet gemakkelijk. Op het oogen-
blk waarop deze moeilijke overgang
noodzakelijk was, heb ik het als
mijn taak beschouwd de verant
woordelijkheid hiervoor op mijn
schouders te nemen Ik wilde nog
dichter bij mijn soldaten staan. De
winter was de groote hoop van den
vijand in het Oosten. De winter zal
deze hoop niét in vervulling doen
gaan. Over enkele' weken zal de
winter in het Zuiden reeds ten ein
de zijn en daarna zal ook verder in
het Noorden het voorjaar komen
Het uur zal komen waarop wij den
vijand zullen verslaan. Het beslis
sende is, dat de overgang van den
aanval tot de verdediging gelukt, en
ik mag zeggen, zij is gelukt. Dit
front staat en achter dit front staat
een Duitsch vaderland, dat het waar
dig is.
Een verzekering.
Ik kan op dezen dertigsten Janua
ri slechts een ding verzekeren. Hoe
dit jaar zal afloopen weet ik niet.
Of dan de oorlog voorbij zal zijn,
weet ik niet, doch een ding weet ik,
waar de vijand opduikt, wij zullen
hem in dit jaar weer verslaan, pre
cies als tot dusver. Het zal weer een
jaar van groote overwinningen zijn.
Ons blijft geen andere wëg dan de
weg van den strijd en de weg van
het succes. Niet het gebed van den
aartsbisschop, dat Europa door het
bolsjewisme gestraft worde, doch
dit gebed zal in vervulling gaan)
God geef ons de kracht, opdat
wij voor ons volk, onze kinderen
en kindskmderen de vrijheid be
houden en niet' alleen voor het
Duitsche volk, doch voor de an
dere volken van Europa, want het
is een oorlog voor geheel Europa
en zoodoende werkelijk voor de
geheele menschheid.
Spoorwegongeluk in Schotland.
(A.N.P.) - Bij een spoorwegongeluk
in Schotland zijn, volgens den Brit
sehen berichtendienst, negen^ perso
nen gedood en 32 gewod. In den ver
ongelukten trein zaten marinesol
daten.
's-Gravenhage, 30 Jan. Het Rijks
commissariaat deelt mede:
De commissaris-generaal voor be
stuur en justitie heeft op grond van
paragraaf 3 van verordening nr.
108/40 (4e verordening over bijzon
dere bestuursrechtelijke maatrege
len) in verbinding met paragraaf
4 art. 1 van verordening nr. 3/40
over de regeeringsbevoegdheden in
de Nederlanden tot burgemeester
benoemd:
Inspecteur B D. Martinus Tui
ten te Arnhem tot burgemeester van
Westkapelle.
Mr. A. J. J. de Glas te Maas
tricht tot burgemeester in Hoorn.
Brigade-majoor der rijksveld-
wacht W. A. Hetterscheid te Blerik
tot burgemeester in Baexem en
Grathem.
Gemeenteambtenaar P. J. J. Beurs-
gens te 's-Gravenhage tot burge
meester in Hoensel, Neeritter en It-
tervoort.
Italiaansch legerbericht,
Rome, 30 Jan. (Stefani). Het
608ste Italiaansohe tegenbericht luidt
als volgt:
Bij de gevechten, die tot de reeds
in een extra-bericht gemelde verove
ring van Benghasi hebben geleid,
■werden talrijke krijgsgevangenen ge
maakt en een aanzienlijke buit, die
nog geteld wordt. Bij een aanval op
een stelling in den Djebel heeft een'
geheel Indisch bataljon, zich aan
onze troepen overgegeven.
Ofschoon de Duitsch-Italiaansche
strijdkrachten hinder ondervinden
van de regen en zandstormen, blij
ven zij druk uitoefenen op den
vijand, die naar het O. terugtrekt,
achtervolgd en bestookt door de
luchtmacht.
Het- afweergeschut van onze groote
eenheden heeft twee Engelsche vlieg
tuigen neergehaald.
Ondanks de ongunstige weersge
steldheid hebben, de bommenwerpers
van de As de actie tegen Malta
voortgezet. Zij vielen met succes
vliegvelden aan en beschadigden
verscheidene geparkeerde vliegtui
gen.
De bijzondere omstandigheden
■per beide laatste weken, waarover
we met nader behoeven uit te wei
den, hebben m menig gezin doen
fey0, en wat het beteekent arm en
hulpbehoevend te zijn.
Telkenjare is in een dergelijke
.periode gebleken, hoeveel er hier
en daar geleden wordt, hoe groot
de tekorten zijn aan wat men
noodzakelijke levensbehoeften kan
noemen, en meer dan ooit vraagt
men zich in dergelijke perioden af
of het noodig is, dat aardsche goe
deren, bestemd voor allen die
daarvan moeten leven, zoo on
rechtvaardig verdeeld moeten zijn.
De eene mensch is de andere
met en zelfs al zou men op zeker
sij ..°°k' ade rijkdommen der
c e gelijkelijk verdeelen, dan zou
k01'ten tijd blijken, dat de
5' meer^en,len/e zijn bezit had ver
zoo palrf' de sPaarzame het
de S •Tge,lijk had bewaard en
Eemi v? het had verloren.
ook sWM °™en gelijk bezit is dan
gehikte een theolefeche mo-
ëeujKiiejd, maar wat wel te verwe
zenlijken is, dat is het trekken van
zekere wels'tandsgrenzen, waar
door eenerzijds het vormen van te
grooten particulieren eigendom
wordt belemmerd en anderzijds
een zekere levensruimte wordt
geschapen, waarbinnen de minst
draagkrachtigen en hulpbehoeven
den de zekerheid van een onbe
dreigd bestaan kunnen krijgen.
In de beschouwing over het
kapitalisme is er reeds op gewezen,
dat er aan het vormen van al te
groote winstpercentages een einde
wordt gemaakt en anderzijds zijn
er reeds verheugende teekenen, dat
men de armen en hulpbehoevenden
in den toekomstigen staat niet zal
vergeten.
„Oud en- arm", waartegen men
zoo lang tevergeefs heeft gestre
den, zal eindelijk een begrip wor
den, dat zij die na ons komén niet
mepr zullen kennen. De werkloos
heid, de „geesel der arbeiders
klasse" zal men niet meer onder
gaan en betere sociale voorzienin
gen zullen vele misstanden hopelijk
voor goed doen verdwijnen
De tijd, dat dit alles verwezen
lijkt kan worden is nog niet aan-
gebrokea êft fcfii te te begrijp.en,
dat in een tijdperk, waarin het
kanon het luidste woord spreekt,
niet alles zoo georganiseerd en
geregeld kan worden als men zich
dat voor de toekomst voor oogen
gesteld heeft.
Maar reeds zijn er voorteekenen,
die, om een bekende uitdrukking te
gebruiken, het morgenrood van
een nieuwen dageraad aankondi
gen. Reeds zijn er sociale voorzie
ningen van groote beteekenis ge
troffen en heeft men er voor ge
zorgd, dat de gezinnen, die in deze
zeer moeilijke tijdsomstandigheden
het dringendst hulp behoeven,
niet onverzorgd worden gelaten.
Dat is niet alleen de verdienste
van een lichaam als de Nederland
sche Volksdienst, die zich in ruime
mate het lot der ergst getroffenen
aantrekt en in ieder gezin die hulp
tracht te brengen waaraan men
daar het meeste behoefte heeft
moederschapszorg, vacantietehui-
zen enz. maar op dit oogenblik
voornamelijk van de Winterhulp
Nederland, die, dank zij veler goe
de gaven, in staat is gebleken
maatschappelijke schipbreukelin
gen zoo doeltreffend mogelijk te
kuaaea helfiêa, n»
Er zijn menschen, die door te
veel naar de boomen te kijken een
bosch niet kunnen zien en er zijn
er helaas ook nog, die zich verga
pen aan een naam en daardoor niet
willen of niet kunnen bekijken wat
daarachter is verscholen.
Winterhulp door velen als
een wat al te nauwkeurige copie
van een buitenlandsche instelling
becritiseerd is ten slotte niets
anders dan een Hollandsche instel
ling, welke profiteert van de on
dervinding welke men in Duitsch
land reeds jaren lang met een
dergelijke organisatie heeft opge
daan.
De directeur van Winterhulp
Nederland in onze provincie heeft
er onlangs in een rede in de stads
schouwburg in Haarlem op gewe
zen, dat een Hollandsche brug, in
ons eigen vaderland gemaakt,
alleszins goed en bruikbaar kan
zijn, ook al is zij gebouwd naar
buitenlandsch voorbeeld. Er is in
ons land geen enkel mensch die
daarom van zoo'n brug geen ge
bruik zou willen maken en daarom
is het zoo eigenaardigd, dat er nog
wel menschen zijn, die niet aan
W»terfeulö ivenseheq m geven,
omdat het h. i. een wat al te trou
we copie van een Duitsche instel
ling zou wezen.
Wie daarvan de dupe zijn, dat
zijn allereerst onze landgenooten,
die dringend gebrek aan hulp en
verzorging hebben. Het sprookje,
dat gelden voor Winterhulp onze
eigen armen niet zouden bereiken,
kan niet langer opgeld doen, nu
men overal heeft kunnen consta-
teeren hoezeer duizenden arme ge
zinnen reeds door financieelen
steun zijn geholpen.
Liefdadigheid is er altijd ge
weest, maar ook liefdadigheid
moet georganiseerd worden om'er
de beste vruchten van te kunnen
plukken. Waar eertijds duizen
den philantropisehe. vereenigingen
naast elkaar werkten, elkaar als
het ware beconcureerden en geza
menlijk een enorm kapitaal aan
administratiekosten verbruikten,
daar is thans de centrale organisa
tie gekomen, die niet alleen daar
door al besparing van onkosten
met zich brengt, maar bovendien
nog duizenden werkkrachten aan
zich heeft gebonden, die dit liefde
werk volkomen belangeloos doen
eg Jiun allesbehalve benijdbare
taak plichtsgetrouw en met de
grootste toewijding „verrichten.
Wie ziet hoe in duizenden arme
gezinnen doeltreffend hulp wordt
geboden en met welke discretie
ook de zoogenaamde „stille ar
men" door de moeilijkste tijden
worden heengeholpen, kan niet
anders dan respect hebben voor de
mannen en vrouwen, die hieraan
hun tijd en hun arbeidskracht
hebben gegeven.
Iedere goede daad vindt haar
belooning in zich zelve, zegt een
bekend spreekwoord en wie den
nood van armen en ongelukkigen
helpt lenigen, zal blijdschap en
voldoening in eigen hart gevoelen,
welke dan ook de naam is van de
organisatie die hem daartoe in de
gelegenheid stelde.
Laten wij altijd bedenken, dat
wij nimmer zoo kleinzielig mogen
zijn, dat wij, ter wille van persoon
lijke sympathieën of antipathieën,
armen en ongelukkigen aan hun
lot zouden overlaten.
De werkelijk barmhartige vraagt
niet naar namen en omstandig
heden, maar geeft zonder meer als
hem de behoefte aan hulp is
gebleken,