n„CHANTAGE"H
Een volksjongen werd
niillionnair
e jaar verse
•enten
a iloden,
loden,
loden.
PAYGLOP 7
TEL. 3892
itcn
en.
op de
Alkmaarse
kt
harwoude.
Hij heeft heimwee naar
zijn jeugdvriendjes
Hy gaf mlllloenen weg.
Hors d' Oeuvre
&WATER-(JE
Veerdienst
Enkhuizen-Stavoren gestaakt
Amrikanen mogen Duitse
meisjes trouwem
Stakingsgolf over Antwerpen
BONT
Wij luisteren morgen naar.
De verjaardag van den „mierenvreter"
door TJEERD ADEMA
Onbegrijpelijk.
postzegels der
Repoebliek Indonesia
FEUILLETON
ze tijd mee en we zijn
mnen der wetenschap
ten om levensmidde' *1
t meer afhankelijk van.
ar om naar believen
te kunnen eten
•ieken hebben alle
ud van haar onmisba-
verpakt en deze
en afkoeling
m zolange tijd te be-
product gevaar
en daardoor oneet-
urlijk maar om het
ndelen, dat de on-
hoe men ze dan
die verrotting of be
het ware uitge-
heeft ze door ver-
r de laatste tijd' past
procédé toe en
bevriezing
begrijpelijk, maar
dat bij dat proces
rijzen omdat het
niet houdbaar meer
iooid wordt
ie zgn diep-vries-me-
bevriest het voed
en die bij ontdooi-
hervatten
groenten en fruit-
en bij 50
waarna ze be-
met een
gr onder het vries-
3 firma Kroon de
t n dergelijke «oei-
daardoor het dieo-
andel kon brengen Hij
nstand die het arti-
anten aflevert en
van moet zijn, dat
worden af-
getroffer tus-
llisten waardoor de
niet langer dan
de koelkast blij-
ïze snelvries-produc-
en ze alleszins aan-
idéh Het fruit dat
luis krijgt is even
of het zo wordt ge
nu dus bereikt, dat
het ge-
groenten en vers
brachten Zon-
Klop „De mijn
tlieht, een toneel-
n Joh. van Doorn
dilettantenclub
je keuze van dit
akkeliik gemaakt,
de volie overgave
jekroond. De au-
it stuk een brok
werkersgezin en
a de moeiten en
ine luiden. .,De
betaald!" (Intus
voorzieningen in
g af bij andere
t onze mijnbouw
en best geoutil-
tn het gezin van
volle toewijding
Schoen, heerst
r de arme weou»
;r getroffen door
lij haar zoontje
ar dochter haar
slotte treft de
verwijt, dat zij
is geweest voor
zij bij deze de-
vorpenheid had
ien, die' zij zelf
eren betrachtte
gen in verzet,
in spanning het
net een harteHjk
i dank voor het
uden vergadering
p grondslag wer-
s het resultaat
welke het ge-
:maar genomen
althans In de
and te kunnen
lewege een zeker
stellen, waaruit
de kosten van
worden be-
deze projef üras
dér fa-
het voortbe-
oemde markt te
om dat op de
tbrieken gecon-
voornemen om
Instandhouding
is geweest
nen op verdere
rkosten en
ongetwijfeld be
een beroep
te
-t daarbij opge-
et alleen een
:t, maar van
ie noodzakelijke
itste is voor. de
enis De onge-
en buitenland
is door het
de markt van
alleen al vol-
ter markt zo
VAN
CTEN
ge-
geeft ons
van 10,000
gele kool 1934
totaal
587 wagons;
43 wagons, to-
In een rommelige, doodarme buurt
van New«York (Lower East Side) is
deze herfst een millionnair uit Lon»
den op bezoek geweest. Een geadel»
de millionnair nog wel, Sir Louis
Sterling uit Regent Street, die heim»
wee had naar zijn jeugdvriendjes uit
Grand Street.
Sir Louis Sterling is een Brits mag»
naat, die toen hij twintig jaar was,
het aloude gezegde, dat Amerika het
land is, waar men er boven op kan
komen, liet voor wat het was en naar
Engeland overstak om fortuin te ma:
ken.
„Ik ging weg" zo zegt hij thans
„omdat ik in een exportfirma de twee*
de plaats innam en de baas er niet
uitzag, alsof hij spoedig naar de hemel
zou gaan."
Hij ging dus naar Engeland en al zijn
bezittingen bestonden in een diploma
van het Hebreeuwse Technisch Insti»
tuut, zes pond sterling en een gramo»
foon.
Het was de gramofoon, die hem zijn
fortuin bezorgde.
Binnen vijf jaar was hij de vertegen:
woordiger voor Europa van de Colum:
bia Phonograph Company en binnen
vijftien jaar bracht hij een fusie tot
stand van de vier grootste maatschap:
pijen tot vervaardiging van gramofoons
onder de naam „His Masters V%ice" en
met een kapitaal van 18 millioen dollar.
Zo werd het jochie uit Grand Street
een magnaat van Threadneedle Street
(de straat waar de Bank van Engeland
is gevestigd).
Het meest treffende in de geschie»
denis van dezen man, die werd ge:
boren In een huurkazerne achter een
spoorlijn, is niet, hoeveel geld hij
bijeen heeft gebracht, maar hoeveel
hij heeft weggegeven.
Naar eigen schatting heeft hij
evenveel weggegeven als behouden;
op zijn vijftigste verjaardag schonk
hij anderhalf millioen dollar weg.
„Mijn lager personeel kreeg een half
millioen, dat ik verdeelde naar hun
dienstjaren, de bedrijfsleiders en af:
delingschefs kregen ook een half mil»
lioen en een flink bedrag ging naar
liefdadige instellingen".
Zijn opvatting is, dat men, zodra men
zijn eigen niveau heeft bereikt in de
levensstandaard, moet zorgen dat: men
genoeg heeft om zich daarop te hand:
haven en de rest van zijn geld moet
weggeven. „Al wat men meer heeft, is
maar papier voor de brandkast", zegt
hij.
Toen hij 68 was, zeide hij opgeruimd:
„Ik geef niet om geld, behalve om het
uit te geven. Ik heb genoeg voor mijn
vrouw en mezelf om er aardig van te
komen en ik heb gezorgd voor de rest
van de familie. Om iets anders geef ik
geen bliksem".
Maar in zaken zal niemand Sterling
de kaas van het brood eten.
„Ik zal altijd geld verdienen", zegt hij.
„In 1939 heb ik de gramofoons er aan
gegeven, maar thans ben ilE geïnteres»
seerd bij sommige kunststoffen (plas»
OORLOG IS DUUR.
War does not"* pay. De oorloi
levert geen voordeel op. Hoe het
ook loopt, of men wint of ver
liest, de rekening wordt ten
«lotte gepresenteerd.
Duitsland is de verliezer ge
weest en zal moeten betalen.
Maar hoe? Het heeft èl zijn bezit
aan dit verlies ten koste gelegd
Het heeft milliarden besteed aan
het vervaardigen van een ge
vechtsapparaat, dat nu nauwelijks
de waarde heeft van oud-roest.
Het is zo berooid als na de der
tigjarige oorlog; het moet, om de
bevolking ln leven te houden
klaplopen bij den vijand
Engeland is de overwinnaar
geweest. Is het er beter aan toe?
Het zit diep in de schuld en moet
wat voeding en kleding betreft
tevreden zijn met een zeer be
perkt rantsoen. De schuld, die
Engeland aan zijn bondgenoten
n®eft aan Amerika in de eer
ste plaats is bijna dubbel zo
groot als de schuld van Duits
land. Zo ongeveer vijf milliard
pond sterling, heeft Lord Inver-
chapel gezegd. Als Duitsland in
staat zou zijn de eigen schuld te
telgen, en als het dit bedrag aan
den Engelsen minister van finan
ciën gireren kon, zou deze er nog
eenzelfde bedrag bij moeten pas
sen om zich te kunnen beroe
men op een schone lel. Het is
de oorlog begonnen ter verdedi
ging van „de vrijheid der vol
ken" en het heeft ondervonden,
dat „vrijheid" een duur artikel
is.
Ook Amerika, de grote geld
schieter, weet dat nu. Want het
is wel aardig als men ettelijke
milliarden aan zijn vrienden te
vorderen heeft, maar het is min
der aangenaam wanneer men te
vens weet, dat die vrienden in
solvent zijn
En als men die vrienden nu
maar ten volle vertrouwen kon,
zodat men geen dure oorlogs
schepen meer hoefde bouwen en
geen atoom-energie hoefde ver
zamelen, men zou tenminste op
de duur enige winst hebben be
haald. Doch vertrouwen i« nog
schaarser dan.... goud
Het is toch maar gelukkig, dat
de mensen zo onbaatzuchtig en
zo weinig materialistisch zijn.
Want ware dat niet het geval,
niemand had een gulden voor de
vrijheid op het spel gezet. De qij-
fers wijzen uit, dat de idealist het
nog altijd van den materialist
wint en dat de menshheid ten
slotte toch meer hecht aan een
ideologie en aan een ideaal dan
aan materieel bezit.
Of ben ik nu zelf een verblind
idealist?
KREEFT.
De jongste brandcatastrofe ln
New York heeft wederom een groot
aantal slachtoffers geëist. Boven*
staande, per radio overgebrachte
ioto toont het toneel van de ramp
na de explosie tengevolge van brand
in een koelhuis, waardoor een be*
lendend perceel van zes verdiepin*
gen ineen stortte. A.P.*P.
HE. WATEP-ÖEMON feL'JKT &0VENNA-
TVIURL'-JK TAAI Tt ZUN EN 6MT WEE^
TOT bE AANVAL OVER,..
tics)". Hij is ook deelgenoot in een
vooraanstaand Engels bankiershuis.
Toen hij Onlangs in Amerika was
aangekomen, deelde feij mede, dat hij
zijn bibliotheek, waarvan de waarde
wordt geschat op meer dan een mil»
lioen dollar en die de kostbaarste par»
ticuliere bibliotheek in Engeland was,
aan de Londense Universiteit hade ge»
schonken.
In 1933 werd hij Brits onderdaan en in
1937 werd hij door Koning George de
Zesde bij mens kroning in de persoon»
lijke adelstand verheven.
Louis Sterling wist zichzelf op te
werken van de zoon van een armen
Russischen immigrant tot een lid van
de Engelse aristocratie, maar zijn oude
vrienden uit de New»Yorkse achter»
buurt zeggen, dat hij in wezen niet is
veranderd. Zijn accent heeft na een
verblijf van zoveel jaren te Londen een
zeker Engels vernisje gekregen, maar
het is niettemin nog onvervalst New»
Yorks.
Met ingang van gistermiddag 12 u-
Is de veerdienst EnkhuizenStavo
ren wegens Qsgang gestremd. De
treinverbindingen aan beide oevers,
dns de diénsten op de lfynen Amster
damEnkhuizen en StavorenLeeu
warden worden ongewtfzigd gehand
haafd-
Generaal McNarney, opperbevelheb»
her in de Amerikaanse zóne van Duits»
land, heeft het verbod van huwelijken
tussen Amerikaanse soldaten en Duit»
se meisjes ingetrokken, met één voor»
behoud. Door dit besluit zullen honder»
den, misschien wel duizenden Amerika»
nen in staat gesteld worden Duitse
meisjes als bruidjes mee naar huis te
nemen.
Het enige voorbehoud is, dat de hu»
welijken slechts mogen plaats hebben
als de soldaten en burgers op het punt
staan n«ar de Ver. Staten terug te
keren.
Tegelijk met de koude golf is ook een
stakingsgolf over Antwerpen gekomen-
Zoals wij reeds eerder meldden, is in
de haven van Antwerpen een staking
onder de havenarbeiders uitgebroken,
die zich snel uitbreidt. O.m. wordt een
loonsverhoging ge-eist. De vakbonden
hebben manifesten uitgegeven, waarin de
arbeiders worden aangespoord het werk
te hervatten, doch dit heeft tot nu toe
weinig gevolg gehad. De Antwerpse ha
ven ligt zo goed als stil. Sedert Maan
dagmorgen zijn ook de binnensleepdien-
sten tussen Antwerpen en Gent geheel
gestaakt. De staking op de Antwerpse
scheepstimmerwerven gaat thans reeds
haar zesde week in.
Nu het „bontseizoen" weer aan»
breekt, ontdekken we soms plotseling,
dat een leuke bontkraag, muts of mof
helemaal niet meer zo mooi is als we
graag zouden willen. Meestal is er ech»
ter wel wat aan op te knappen. Vóór
alles geldt echter, dat we uiterst voor»
zichtig dienen te zijn.
Donker gekleurd bont reinigen met
warm zand. Het zand in een schone
koekepan lauw»warm maken, met ee,n
doekje het lauwe zand door het bont
heen wrijven. Niet in één richting, daar
dan slechts de oppervlakte van het
bont schoon wordt, doch de haren goed
maar voorzichtig door elkaar wfijven.
Door de warmte neemt het zand het
vet op. Na het wrijven het tossen de
haren achtergebleven zand goed uit het
bont kloppen. Hiertoe het bont met de
haren naar beneden op de strijkplank
leggen. Met een veerkrachtig stokje het
zand er aan de achterkant uitkloppen.
Gladharig bont vervolgens met een
grove kam opkammen.
Zeer vuil bont of bont, waarvan de
haren plat zijn gaan liegen, reinigen
met een mengsel van zand en een vet»
oplossend middel (benzine, tetra of
vlekkenwater). Met een schoon doekje
gedoopt in het mengsel, de haren van
het bont goed door elkaar wrijven,
waardoor het zand tot diep in het bont
doordringt en daar zuiverend werkt.
Het vet»oplossend middel verdampt
snel; het droge zand door kloppen aan
de achterkant verwijderen. Zo nodig 't
bont nog eens behandelen met alleen
een vet»oplossend middel.
Wit bont schoon maken met een
mengsel van gemalen tarwe of magne»
sia en een vet»oplossend middel. Hier»
mede door het bont wrijven tot de_
vloeistof verdampt is. Dan het bont uit»
kloppen, zoals reeds beschreven en tot
slot voorzichtig uitkammen.
Hilversum I, 301 m. 7,8, 13,18,
20,— 23—: Nieuws. 8.45 AVRQ. Or»
kestwerken. 9.45 Arbeidsvitaminen. 11.»
Solistenconcert. 14.Voor devrouw.
17.Kaleidoscoop. 20.15 kamerconcert
21.15- „De Rode Pimpernel". 22.15 Ro»
zen in December. 22.45 Nederland in de
wereld. 23.45 „Nocturne".
Hilversum II, 415 m. 7,8,13,—
19,— 20,— 22.—: Nieuws. 8.15 KRO.
Pluk de dag. 10NCRV symphonie»
concert. 11.KRO De Zonnebloem.
12.33 lunchconcert. 14.40 NCRV Voor
de vrouw. 16.Bijbellezing. 18.— Po»
pulaire orgelbespeling. 20.05 Kerstcon»
eert. 22.30 viool en piano. 23-,Schu»
bert»programma.
Zoals bekend, heeft de regering der
Indonesische republiek altijd de ver»
antwoordelijkheid afgewezen voor de
wandaden, welke Indonesiërs in de Ar»
chipel begingen. Het heette dan steeds,
dat het ging om groepen extremisten,
welke zich aan het gezag der republiek
onttrokken.
De Stichting „Indië in Nood" Ter»
spreidt nu de afbeeldingen van de nieu»
we postzegels der republiek. Die van 60
cent draagt 't opschrift: „Bandoeng
Maret (Maart) 1946 en toont... 't door
de extremisten ln de as gelegde Zuid»
Bandoeng, welke wandaad gepaard
ging met moord en het kidnappen en
wegvoeren van talloze Nederlanders.
Een zegel van 100 cent opschrift
Ambarawa Nop (November 1945
geeft een beeld van het in brand steken
van het vrouwenkamp Ambaiawa,
waar tot de tanden gewapende Indone»
siërs weerloze vrouwen en kinderen
aanvielen en doodden. Een zegel van
200 cent symboliseert de afsluiting van
Soerabaja van water, waardoor niet al»
leen de Nederlanders in die stad gedu»
peerd werden, doch duizenden h.a sa»
wahgrond niet meer bevloeid werden,
zodat de „tani's" (landbouwers) hun
gronden braak moesten laten Hggen. En
dat terwijl de Inheemse bevolking van
het nabij gelegen Madoera en die van
Lamongan en Bodjonegoro ten Westen
van de stad sterven van honger
Ze waren arbeiders op de grote hout»
fabriek en ze zaten met z'n vijven bij
elkaar in de huiskamer van Klaas van
Dieren om te overleggen wat ze den
directeur op z'n zestigste verjaardag
zouden geven.
Het was een idee van Dirk van Hou»
ten, want die stond met de werkbazen
op een heel slechte voet omdat hij lie»
ver lui dan moe was en hij rekende er
op, dat hij zelf de aangewezen man zou
zijn om het cadeautje te overhandigen,
omdat deze attentie en het noemen
van zijn naam in de couranten van
gunstige invloed op zijn positie zou
kunnen zijn.
De fabrieksdirecteur was een izegrlm.
Hij keek altijd even zuur. Ze waren al»
lemaal bang voor hem en niemand van
het personeel had er dan ook behoefte
aan den ouwe een cadeautje te geven,
maar Dirk van Houten pleitte er zó en»
thousiast voor, dat ze besloten een lijst
te laten circuleren, waarop alle arhei»
ders konden tekenen.
Toen ze veertien dagen later weer
bijeen kwamen, hadden ze een totaal
bedrag van hopderd vijf en twintig gul»
den, zeven en 'zestig en een halve cent
bij elkaar en ze debatteerden er meer
dan een uur over wat je daar nou voor
kon kopen voor een heer op leeftijd,
die alles al had wat ze maar konden be»
denken.
Een gouden horloge, een vulpen, dat
had de directeur natuurlijk allemaal en
het voorstel van Piet Steen om een
meerschuimen pijp te geven, kwam he«
lemaal niet in aanmerking, omdat de
ouwe die ze onder elkaar heel on»
eerbiedig de „mierenvreter" noemden
nooit rookte.
Ten slotte viel de keus op een globe
en de boekhouder van het kantoor, die
ze ln vertrouwen hadden genomen,
vond het een prachtig idee en ging mee
om er een te kopen en dat was maar
goed ook, want als hij er niet bij ge»
weest was, hadden ze vast en' zeker 'n
porceleinen beeldje gekocht: een
spaarzaam geklede juffrouw voorstel»
lende, die op een fluitje blies en aan
wier voeten zich drie witte konijntjes
hadden gerttsteld.
Dirk vond het prachtig, maar de
boekhouder besliste, dat je „meneer"
geen onvolledig geklede juffrouwen kon
aanbieden, zodat ze maar bij het idee
van de globe bleven en de boekhouder
uit zijn eigen zak vier gulden tweeden
dertig en een halve cent moest bijpas»
sen, omdat de aardbol en het mahonie»
houten onderstel niet minder dan hon»
derd en dertig gulden kostte.
In de standaard bleek een barstje te
zitten, maar dat was geen bezwaar zei
de meneer Van de winkel want hij ver»
wachtte binnen enkele dagen een ande»
re en die zou hij dan dadelijk naar Piet
Steen sturen, die, als chef van de expe»
ditieafdeling het cadeautjo deskundig
zou verpakken.
Piet was altijd de man, dfe dergelijke
karweitjes moest opknappen en ze had»
den hem dan ook het cadeautje voor
Janus Pleizier toevertrouwd, die de dag
na het jubileum van den directeur zijn
zilveren feest op de fabriek zou vieren.
Janus was bootsman geweest, hij had
op alle wereldzeeën gevaren en het was
niet moeilijk een passend cadeau voor
hem te vinden, aangezien er maar drie
dingen waren waarin hij belangstelde,
namelijk een hartige slok, een beetje ta»
bak en wat warme onderkleding, omdat
hy by het zwerven over de brede wa»
teren rheumatiek gekregen had.
Enfin, dat was in orde, maar het
voornaamste moest nog voor elkaar ge»
bracht worden, want Dirk zou bij de
overhandiging van het cadeau een toe»
spraakje moeten houden en dat was
nou juist zijn zwakke punt, want als hij
den „mierenvreter" in de verte zag
aankomen, vlogen de zenuwen al naar
zijn keel en hij vreesde op het critieke
moment geen woord te kunnen uit»
brengen.
Met behulp van den boekhouder
werd er een toespraakje in elkaar ge»
zet. Dat zou Dirk wel van buiten leren,
op voorwaarde dat Piet Steen een
beetje achter hem zou staan om te
souffleren als hy onverhoopt mocht
blijven steken.
De volgende morgen kwamen twee»
honderd werklieden met het kantoor»
personeel bijeen in de grote fabrieks»
hal, waar de jubilaris in een kring van
commissarissen op een podium was ge»
zeten.
De leden van het huldigingscomité
stonden vooraan en ze duwden Dirk
vooruit, maar die was erg zenuwachtig
Omdat de „mierenvreter' al een zuur
gezicht trok, toen hij hem naderbij
zag komen.
„Zeer geachte ju..ju..bilaris", stotter»
de Dirk, „op deze blijde dag zijn wij
hier bijeen gekomen om U te^ zeggen
hoe hoog wij uw goede zorgen voor
ons allen in prijs achten".
„Op prijs stellen", souffleerde Piet.
„O ja", zei Dirk, ik bedoel natuur»
lijk op prijs stellen. Hmwij hebben
er ernstig over gedacht wat wij U op
deze voor sns zo heugelijke dag zou»
den geven en dat was niet zo gemakke»
lijk, want het moest iets zijn, dat van
onze toegenegen warmte getuigde."
„Onze warme toegenegenheid, stom»
merik", fluisterde Piet.
„Van onze warme toegenegenheid,
stomik bedoel meneer", zei Dirk
met een kleur als een gekookte kreeft.
„Zoals de zon om de aarde draait, zo
hm...zo., zo draaien wij elke tfkg om
U heen".
Piet Steen haalde machteloos zijn
schouders op. Hij zag geen kans meer
dat te verbeteren, want op 't papieftje
had gestaan: „zoals de aarde om de zon
draait, zo zijt gij het middelpunt van
ons dagelijks leven in de fabriek".
„Wij hebben", zo vervolgde Dirk,
„iets gekocht, waar U gezellig mee kunt
spelen .hm ik bedoel iets, dat U af»
leiding zal verschaffen. Aanvaard het
als een bewijs van onze steeds verflau»
wende belangstelling in uwe voorschrif»
ten" dat moest nota bene „onver»
flauwde belangstelling" zijn „en wij
hopen, dat U bij het aanschouwen van
ons cadeau met vriendelijkheid en met
waardering aan ons zult willen denken.
Wij.eh.kunnen U thans alleen
het bovenstuk presenteren, want in 't
onderstuk zat een scheurtje, maar daar
krijgt U een ander voor. Dat hebben
we nog niet ontvangen, maar dat zal
U dezer dagen wel worden thuisgezon»
den. Alstublieft meneer de jubilaris".
Dirk zuchtte van verlichting, de com»
missarissen, de heren van het kantoor
en alle werklieden applaudiseerden en
de directeur sneed bedachtzaam het
touwtje door, dat om het cadeau was
gebonden.
Deftig en afgemeten als gewoonlijk
wikkelde de „mierenvreter" het papier
van de globe en toen het er bijna af
was, zagen de leden van het huldigings»
comité, dat Dirk bleek werd, dat er
zweetdruppeltjes op zijn gezicht kwa»
men en dat hij zich aan zijn stoej vast»
greep om niet te vallen.
„Wa..wa..wat is er?", fluisterde
Piet.
Maar Dirk staarde naar den direc»
teur als een konijntje naar een nader»
bykomende giftslang.
De mond van den „mierenvreter" zakte
open van verbazing en hij keek zo ver»
nietigend naar den armen Dirk, dat al
diens collega's verwachtten, dat de man
van schrik door de vloer zou zakken.
Met een van afschuw verwrongen ge»
zicht hield de juhilaris met de linker»
hand een roodbaaien borstrok omhoog
en in zijn rechterhand had hij een
kruikje Bols, de beste jenever, die Dirk
in het hele stadje voor Janus Pleizier
had kunnen vinden!
48).
door J. S FLETCHER.
Eldrick nam de brief met verwonde
ring aan Hij had een goede memorie
en hij herinnerde zich, dat Colling-
wood hem verteld had, dat hy van
Nesta had gehoord, dai Pratt op Nor-
mandale Grange was gekomen, Esther
Mawson had gesproken en haar gezegd
had, dat hij mevrouw Mallathorpe ab
soluut moest spreken Hoewel Eldrick
niet gauw iemand verdacht, flitste 't
hem toch door zijn brein of Pratt mis
achten die middag mevrouw Mallathor
pe die brief had laten schrijven en
hem zelf meegebracht had.
„Ik geloof, dat er nog heel wat mis
verstand is in die zaak," begon hij.
„Mijnheer Collingwood zegt, dat je er
kwam en de kamenier mededeelde, dat
je mevrouw absoluut moest spreken,
zo'n beetje je zelf opdiong, Pratt
„Niets daarvan, mijnheer," weersprak
hem Pratt en liet de brief heen en
weer wapperen. „Staat er niet in die
brief, door mevrouw zelf geschreven,
dat ZÜ mij noodzakelijk wil spreken,
om drie uur? En was het dan n et
absoluut nodig voor mij, om haar te
zien te krijgen? Kom nu. Zou man
heer Collingwood niet beter doen, op
zijn eigen zaken te letten? Wat gaat
het hem allemaal aan? Hij loert op
juffrouw Mallathorpe en haar geld
denk ik."
Eldrick- suste hem nog een beetje en
ging toen naar zyn eigen kantoor te
rug Op sommige punten was hy he
lemaal gerustgesteld, op andere scheen
het hem tameiyk geheimzinnig toe In
zyn verslag over het onderhoud, dat hij
aan Robson en Collingwood deed, nam
hy het dan ook min of meer voor Pratt
op. Robson was er verstoord om, Col
lingwood echter was er uiterst vei®
baasd over.
„Je kunt toch niet ontkennen, Rob
son, pleitte Eldrick, -„dat Pratt er gis
teren heen ging op merouw Mallathor-
pe's eigen verzoek, zy schrijft' het hem
zelf. En wat hij zegt over dat aanver
wantschap, dat is ook zo vast als iels.
Ik heb de bewyzen zelf gezien. Het is
toch niet zoo vreemd, dat mevrouw
Mallathorpe Iets zou willen doen voor
den enigen zoon van haar nicht'"
„Iets? Je praat er over alsof net niet
meer ls dan dat zij hem een briefje van
•honderd had gepresenteerd. Maar het
betekent, daf hij practisch baas is
over enorme sommen. Maar je zult er
nog wel meer van horen. Wacht maar'
Hij ging veel bozer heen dan" hij ge
komen was. Eldrick keek Collingwood
vragend aan en schudde het hoofd.
„Ik weet niet wat er anders kan ge
daan worden," sputterde hy. „Zo ver
als ik zie, heeft Pratt het grootste geiyk
van de wereld. Als mevrouw Mallathor.
pe hem haar zaken wil toevertrouwen,
wat kan haar dan weerhouden? Ik zie
er niets vreemds in. Eén ding echter
ïykt me wel zonderling. Waarpm heeft
mevrouw Mallathorpe hara dochter niet
gekend in deze? Waarom weigert ze haar
uitleg te geven?"
„Dat is nu juist, waar ik over val,"
zei Collingwood. „Ik begrijp er niets
van en voor zover Ik weet, juffrouw
Mallathorpe evenmin. Het scheen hem
het beste, dat hij terug ging naar Nor-
mandale en Nesta verslag uitbracht van
de gebeurtenissen van die middag. Het
verwonderde hem niet, nadat hy de vo
rige dag gezien had, hoe ontstemd en
vastberaden zij kon zijn, haar nog meer
verstoord te vinden.
„Ik wil niet hebben, dat die Pratt hier
komt," zei ze. „Hij zal mijn moeder niet
te spreken krijgen, tenminste niet onder
mijn dak. En ik kan niet geloven, dat
zij om hem gestuurd heeft."
„Mijnheer Eldrick heeft haar eigen
brief gezien," onderbrak haar Colling
wood rustig.
„Dan heeft hij haar die brief laten
schrijven, toen hp hier was," hield zij
vol. „Wat die fanr'lierelatie aangaat, dat
kan wel zijn. Ik heb er nog nooit van
gehoord. Om 't even, wat voor relatie
hij ook van mijn moeder is, hij zal zijn
neus niet in ndjn zaken steken."
„Het eigenaardige is," zei Collingwood
met zoveel nadruk als de omstandighe
den toelieten, „dat uw moeder, tenmin
ste het schijnt zo, u niet in vertrouwen
wil of kan nemen."
Nesta keek hem enige ogenblikken
strak aan, zonder een woord te zeggen.
Toen zij eindelijk sprak was het met
grote beslistheid.
„Precies," zeide zij. „Zy houdt iets
voor mij verborgen. En als zij het me
niet wil zeggen, dan zal ik het wel ont
dekken."
Meer zeide zij niet en Collingwood
nam afscheid. Op de terugweg naar
Barford foeterde hij Linford- Pratt uit
als een geslepen en geniepigen vlegel,
die een of ander smerig zaakje aan de
hand had Maar Pratt zelf was heel
tevreden tot nu toe. Hij had de
eerste slag gewonnen en hield nog een
paar prachtige troevén in de hand. Hij
zat de spelkansen te berekenen de vol
gende morgen, toen er iemand beide en
toen hy de deur opende, stond daar
Nesta Mallathorpe, alleen
HOOFDSTUK XIV.
De kaarten op tafel.
Als er iemand aanwezig was geweest
om de ontmoeting van die twee jonge
mensen te bespieden, zou hij gezien
hebben, dat degene, voor wien het be
zoek onverwacht en onvoorbereid
kwam, uiterlijk zo rustig en bedaard
bleef alsof de ander slechts gekomen
was om een afgesproken onderhoud te
hebben. De andere evenwel, heel op een
afstand, waardig door haar diepè rouw,
v/as onrustig en geagiteerd. Pratt bleef
zo op zijn gemak alsof hy weer te
rug was in het kantoor van Eldrick en
Pascoé en een alledaagse bezoekster ont
ving. Hij zwaaide de deur wagenwijd
open en boog zoo beleefd mogeiyk, ter
wijl hij slim genoeg was om te doen
alsof hij de zenuwachtigheid van zijn
bezoekster niet opmerkte. Toch onder
de schijn van kalmte beefde hij en het
kostte hem al zijn zelfbeheersing om
niet te laten merken, hoe wild zyn
hart klopte.
„Goeden morgen, mejuffrouw Mal
lathorpe," begon hij. „Wenst u mij te
spreken? Kom in mijn privé-kantoor,
als het u belieft Ik heb nog geen klerk
op de kop kunnen tikken." ging hij door
terwijl hij haar dpor de eerste kamer
.naar zijn eigen vertrek- leidde en haar
een stoel aanbood, „hoewel ik meerde
re sollicitanten heb gehad. Maar ik moet
voorzichtig zpn, mejuffrouw Mallathor
pe, het is een vertrouwenspost. En hoe
gaat het met mevrouw Mallathorpe, van
daag? Ik hoop, dat de beterschap aan
houdt?"
Nesta gaf op al deze praatjes geen
antwoord. En in plaats van de club
fauteuil welke hij haar aart bood, nam
zy plaats op een stoel, die stijf tegen
de muur stond. Daar ging zij zitten,
even recht en onbuigzaam als de stoel
rug zelf.
„Ik wilde rechtuit met u spreken,"
ving zij aan, toen Pratt, die begreep dat
het over zaken zou gaan aan zijn les
senaar had plaats genomen. „Ik wil u
een onomwonden vraag stellen en ik'
verwacht een onomwonden antwoord.
Waarom perst u mijn moeder geld af?"
Pratt schudde zijn hoofd met een uit
drukking van treurigheid op het gelaat.
Dan keek hy afkeurend naar, zijn be
zoekster.
„Ik denk, dat u bij nader inzien spijt
zult hebben van uw woorden, mejuf
frouw Mallathorpe," antwoordde hij. „U
iszullen we maar zeggeneen
beetje nerveus? Of liever een beetje ont
stemd? Als u kalmer was, zoudt u
zulke dingen niet zeggen, zoudt u zo'n
woord als afpersing niet durven ge
bruiken. Lieve hemel, daar zou je een
proces over kunnen beginnen. Als u'
ie.mand vqor had, die gauw op zijn
tenen getrapt was en als u dat zei, waar
getuigen bij waren, dan kon er van alles
uit voortkomen. Maar al ben ik niet
zo'n soort man, toch moest u het maar
liever niet moer zeggen."
(Wordt vervolgd.)