DE JEUGDKOER
Tante Sabine
Resten van eerste
Romeinen gevonden
WIJ SPELEN BRIDGE
TIJDSCHRIFTEN
Een muizengeschiedenis
PRIJSRAADSEL
Hallo, Jongens en Meisjes
Snelle promotie
.DE WANDELAAR"
JULI
VAN
Wij luisteren naar
Zwaar gewicht
diplomatie
grijpt in
„Lieve kind" zei
moeder aan tafel, „nu
moet je eens even je
mondje houden en
eten. Anders krijgen
■we hier in huis allen
nog een nachtmerrie
over die witte muizen
van je"
„Ja, maar dat was
ook zo enig, m-oederl
Als u voor die win
kel gestaan had en
alles gezien had, zoals
ik. Nou.dan was u
ze direct gaan kopen
Het was ook zo leuk,
zoals ze
„Nu stil en geen
woord meer". Moe
ders stem en blik lie
ten geen twijfel of er
zwaaide anders wat.
Vlug at Loekie haar
bordje leeg. Direct na
tafel wilde ze weer over haar witte
muizen beginnen die ze heel toevallig
die middag in een winkel had gezien,
toen tante Tru het van haar overnam
en over bosmuizen begon.
..Het is vreselijk jammer", zei ze,
„dat het grote muizenbos achter de wa
tertoren er niet meer is. Anders ging
ik er vast eens met jullie naar toe, om
te zien of er nog van die schattige bos-
muisjes rondtrippelen zoals ik ze er
vroeger gezien heb. Neen, Loeki, dat
is nog heel wat anders dan jouw witte
muizen, al zijn die ook nog zo aardig".
„Hé, vertelt U eens iets van dat mui
zenbos, tante?" vroeg Loekie met stra
lende ogen.
„Nu? Het is bij tweeën. Dat gaat niet.
Je moet als een haas naar school. Maar
vanavond, als je huiswerk af is, zal ik
het doen".
„Heerlijk tante!" Met een harde slag
viel de voordeur dicht en Loekie hol
de weg. Fijn, dat tante Tru vanavond
over het muizenbos zou vertellen.
Daarover had ze nooit iets gehoord. Ze
zou gauw haar huiswerk afmaken als
ze thuiskwam. Na vier uur zat nie
mand van de kinderen zo ijverig aan
de sommen en thema's als Loekie. Met
een hoogrood gezichtje gooide ze om
even zeven uur alles vlug in haar
schooltas, sprong tante Tru om dé hals
en riep: „En nou over het muizenbos,
"tante".
„Ja, ja, goed, maar kalm aan, alsje
blieft".
Netjes op een stoel naast tante geze
ten luisterde ze.
,Je moet dan weten: het muizenbos
dat ik bedoel en dat je vader en moe
der ook goed gekend zullen hebben, was
een mooi groot loofbos, waar wij als
kinderen dolgraag op vrije middagen
speelden. Toen ik er eens verstoppertje
speelde met mijn vriendinnetjes en
daarbij met mijn neus plat op de grond
ging liggen achter een zware boom, zag
ik een schattig klein muisje met ron
de zwarte kraaloogjes naar me kijken.
Het leek doodsbenauwd, maar toen ik
zonder een woord te zeggen glimlach
te kwam het nieuwsgierig naar mij toe
en bekeek me van alle kanten. Even
later kwamen er nog meer aangetrip
peld. Ik bleef doodstil liggen tot ze
weggingen. Van toen af aan kwam ik
er geregeld met mijn vriendinnetjes
om plat op de grond liggend die schat
tige muisjes te bezien. Daarom noem
den wij het ook, het muizenbos; maar
een tijdje later hebben wij er zoiets
enigs beleefd. Moet je horen, Loekie!
Loekie!! Loekie?" Tante wilde het
meisje, dat met het hoofd op tafel in
slaap was gevallen, wakker schudden,
toen moeder waarschuwend haar
vinger op de mond legde. Loekie sliep
door tot ze met een angstige kreet
wakker werd.
„Ik wil hier blijven; ik wil niet
weg!"
„Natuurlijk, Loekie, blijf je hier",
zei moeder.
„O, gelukkig dat ik hier ben en niet
in het muizenbos. O tante, ik werd zo
maar het huis uitgejaagd".
„Door wie?!"
„O, door die muizenmoeder. Ze
kwam juist haar huisje uitgelopen met
een knots in haar hand en schreeuw
de: „Eruit. Je bent geen echte bosmuis,
je hoort niet thuis!" Maar ik wilde
blijven en niet weggaan. Toen werd
ze steeds kwader en toen
„En toen merkte je dat je thuis bij
moeder zo maar in slaap gevallen was
en had gedroomd. Weet je wat? Ik ga
een fijn kopje thee, zetten. En jongens,
jullie gauw naar bed. Anders krijg
ik nog meer muizengeschiedenissen te
horen en voor vandaag is het welletjes
geweest.
Hieronder volgt een zestal namen
De mensen, die deze namen dragen
hebben allen een beroep. Wat ieder
van die mannen is, kan worden aange
geven door precies dezelfde letters als
in hun naam voorkomen. Als b.v. een
van deze mannen K. E. Krab heette
zou hij Bakker kunnen zijn omdat dit
beroep precies dezelfde letters bevat als
de naam.
Wat is nu het beroep van de volgen
de zes mannen:
1. R. Dilsche.
2. N. Hagbeer.
3. A. L. Rare.
4. S. Pootbed.
5. M. Keiober.
6. P. Perak.
Om het wat gemakkelijker te maken
wil ik nog vertellen, dat nummero 1
laatst ons huis van buiten helemaal
opgeknapt heeft en dat nummero twee
dat van binnen heeft gedaan. Nummero
3 staat ^èlke dag voor de klas en num
mero 4 stopt ze nu en dan wat in onze
brievenbus. Nummero 5 vraagt elke
morgen hoeveel er nodig is en num
mero zes staat dagelijk met de schaar
in zijn hand.
Nu is het niet moeilijk meer en ik
verwacht weer vele goede oplossingen.
Zoals gewoonlijk zullen er onder de
goede oplossers weer enkele boeken
verloot worden.
De vacanties zijn nu langzamerhand achter de rug en we beginnen wéér
aan onze Jeugdkoerier. Ik hoop, dat jullie allemaal een paar prettige weken
hebt gehad. Ik ben zelf aan het zeilen geweest en daarover vertel ik later
misschien nog wel eens wat. Nu ga ik eerst nog een paar briefjes beant
woorden.
Alle nichtjes en neven dank ik hartelijk, die mij in de vacantie een kaart
hebben gezonden. In de loop van de week zal ik graag weer jullie briefjes
ontvangen. Er is weer een prijsraadsel opgegeven, dus jullie kunt allemaal
weer aan het raden gaan.
Elly de Haas, dank je wel voor de mooie kaart met de zeilboten uit Fries
land. Heb je erg veel genoten? We waren dicht bij elkaar Elly, want ik zeil
de op het Sneekermeer. Trijnie Klaas, wat heb jij me een prachtige kaart uit
Egmond gestuurd. Het is een van de mooiste die ik ken. Dank je wel meisje.
Addie Davidzon, je bent een trouwe vriend en ik dank je hartelijk. Was je
op dit plekje aan het kamperen, of er vlak bij? Jongen, wat heb jü een
heerlijke vacantie gehad. Ik zal dat plekje ook eens opzoeken. Tin! Broertjes:
Ik heb je briefkaart ontvangen. Jammer dat het te laat was, maar dan krijg
je nu een groetje. Dag Tini! Bets Half: aardig dat je schreef en postzegels en
sigarenbandjes stuurde. Ik dank je wel, Bets. Heb je een gezellige vacantie
gehad? Wat zal jij knap worden op je nieuwe school. „Het Hertejong", was
het mooi op de eilanden? Vreemd zal het zijn als je op de nieuwe school gaat
na de vacantie. Doe maar goed je best, Hertebeestje. Alida Deurloo, wat ben
jij ijverig geweest, maar nu heb je ook een mooie schoudertas. Ben je nog
in Amsterdam geweest? En was het Zondagsschoolreisje prettig? Dag Ah-
da, tot de volgende keer! Annie Appel, dank je wel voor de postzegels en ook
Astrid. Ik ben er blij mee, Annie. Lodie v. d. Wulp, ik vind het prettig, dat
je ook mee gaat doen. Tot de volgende keer dus. Astrid van Twuijver: Ik kon
je briefje goed lezen, hoor. Je schrijft zulke gezellige brieven. Rosa Vercau-
teren, dank je wel voor de sigarenbandjes. Vind je het nog steeds prettig bij
de padvindsters? Maria Vercauteren, wat denken jullie goed om de zieke kin
deren. Ik kan nu al zoveel kinderen aan sigarenbandjes en postzegels hel
pen. Dank je wel hoor. J. H. v. d. Sluis, hoe is je voornaam? Jammer, dat je
brief zo laat kwam, maar nu krijg je een antwoord. Je deed het heel goed.
Liesbeth Klingeler, je hebt goede cijfers voor je sportprestaties. Blijf je best
maar doen. Piet Pluister, dank je wel voor de postzegels en sigarenbandjes.
Aardig van je hoor, Piet. Jeanne Langebaerd, je kaart met anemoontjes is
erg mooi. Ik geniet er nog steeds van. Heb je nog gezeild? Coba Kramer, ik
ben blij, dat je in de zesde klas bent gekomen. Flink hoor meisje. Heb je ge
noten in het Gooi? Wat heb je me weer verwend met postzegels, sigaren
bandjes en zilverpapier. Dank je wel, Coba. Jettie Schenen wat aardig van
je bedacht om mij te willen opzoeken, maar ik was met vacantie in fries
land. Heb je familie in Alkmaar, Jettie? Tot weerziens, meisje. Riet Bakker,
ie hebt heel wat meegemaakt in Doorn. Gelukkig, dat je toch met blijd
schap aan die dagen terug kunt denken. Het is daar mooi he, Rietje.
Een meisje of een jongen stuurt altijd brieven zonder naam of adres. Wie
ben je? Je vraagt steeds om antwoord, maar als ik met weet hoei je heet en
waar je woont kan ik je natuurlijk niet antwoorden. Dan zoek je tever-
^Ik^ooiTdat'ik de volgende week weer veel brieven zal ontvangen. Jullie
krijgen dan allemaal weer antwoord van TANTE IEL
MEDEDELINGEN.
Mej. H. W. Mulder: Hartelijk dank voor de sigarenbandjes, die u mij heeft
gezonden. Ik ben er heel blij mee.
Mej. H. Gertenbach: Dank voor uw brief. Ik zal u spoedig weer schrijven.
Ik ben blij voor u, dat u nu in IJmuiden ligt. Een hartelijke groet van
TANTE IET.
Opgravingen onder leiding van
prof. Salvatore Puglisi hebben ge
leid tot zeer belangrijke archeologi
sche ontdekkingen.
Naar verluidt, is namelijk thans
komen vast te staan, dat men met
de ontdekking van de resten van een
hut op de Palatijn te Rome, de spo
ren heeft gevonden van de allereer
ste bewoners van de eeuwige stad
(tussen de 9de en 7de eeuw voor
Chr.). De onderzoekingen duren nog
voort.
In de provincie Pisa zijn een aantal
geraamten van buitengewone afmetin
gen gevonden, waarvan men aanneemt,
dat zij uit de Romeinse tijd stammen.
Te Arezzo heeft men opgravingen
verricht, die verscheidene vondsten
hebben opgeleverd, o.a. een loden schijf
met atruskische inscripties, een terra
cotta beeldje uit de Romeinse tijd en
verder nog voorwerpen, welke date
ren van omstreeks 1500. Daar deze
voorwerpen op een plaats werden ge
vonden, waaromheen de resten van 'n
zware muur zijn blootgelegd, neemt
men aan, met een kleine etruskische
tempel te doen te hebben.
Nauwelijks is de echo van het twee
de eeuwfeest van de opgravingen te
Pompei weggestorven, of men spreekt
reeds over nieuwe opgravingswerken
op grote schaal, die de tot nu toe uit
gevoerde verre zullen overtreffen Het
gaat hier namelijk om een „nieuw
Pompei", dat op zijn blootlegging
wacht. De ontdekking is gedaan gedu
rende de restauratiewerkzaamheden
aan het museum van Porta Marina,
gedurende welke een gehele Romein
se villa werd blootgelegd: de eerste
sporen van een tot nu toe onbekend
gedeelte van Pompei.
Keizer Paul I van Rusland reed eens
over een houten brug te Petersbrug,
die de beide oevers van de Newa ver
bond, toen een onderluitenant Mara-
now genaamd, hem eerbiedig groette.
Schertsend merkte de keizer op: „Daar
heb je iemand van mijn regiment niets-
weters".
„Maar sire", zei Maranow brutaal,
„ik weet alles". „Zo"„ antwoordde
Paul, „dat zullen wë dan eens zien.
Hoeveel spijkers zijn nodig geweest om
deze brug op te slaan?" Zonder aarze
ling klonk het: „78.391.245".
„Dat klopt precies, maar nu iets an
ders. Hoeveel vissen zwemmen in de
Newa van hier tot Kronstad?" Weer
kwam het antwoord even vlug:
„574.372.631". „Weet je dat heel zeker?"
vroeg de keizer. „Vast en zeker, sire!!"
„Zo mag ik het horen", sprak Paul
opgetogen, „een soldaat moet alles we-,
ten', „Maar de keizer ook, sire", waag
de Maranow op te merken. „Mag ik II
enkele vragen stellen?" „Ga je gang
maar".
„Hoe heet ik?"
„Graaf Waschenko".
„Welke rang heb ik in 't leger?"
„Kapitein van de garde".
„Duizendmaal dank sire".
Zo werd de onderluitenant Maranow
door zijn vrijpostigheid en de goede
luim van keizer Paul, graaf en officier
van de keizerlijke garde.
XLV.
INTERNATIONALE WEDSTRIJD.
In het internationale bridge-tournooi
te Kopenhagen is de wedstrijd tussen
Engeland en Zweden (die als eerste en
tweede eindigden beide met 16 p., maar
Engeland als eerste, omdat het van
Zweden had gewonnen) wel heel merk
waardig geweest. Aardige bijzonderhe
den vonden wij daarover in één der
Engelse weekbladen (Times Weekly).
Zoals gij misschien weet ging elke
ontmoeting tussen twee landen over,32
spellen duplicate, n de eerste 16 spellen
was Engeland zeer goed op dreef en bij
de pauze was de stand 3814, met een
voorsprong dus voor Engeland van 24
matchpunten. (Het verschil in speel-
punten op een spel behaald wordt vol
gens een bepaalde lijst omgezet in
matchpunten).
Het land, dat aan 't eind van een ont
moeting een voordeel had van 5 match
punten of meer (4 matchpunten ver
schil was remise) werd overwinnaar.
Engeland stond dus 24 m.p. voor op
de helft van de wedstrijd. En toen En
geland op het tweede spel van de twee
de 16 een winst maakte van 10 m.p.
(Engeland 6 kl. geboden en gemaakt,
Zweden 3 kl. geboden en 6 gemaakt)
leek de strijd beslist.
Maar dit liep anders! Op de volgende
11 spellen won Engeland geen enkel
matchpunt, terwijl Zweden 42 m.p.1! be
haalde. De stand was toen 4856 in 't
voordeel van Zweden. Maar omdat En
geland op de laatste drie spellen 12 m.p.
won, werd de eindstand 6056 voor En
geland dus.... remise. Was het wonder
dat men alles nog eens ging narekenen.
En toen vond men een voorsprong van
5 p. voor Engeland. Opnieuw rekenen
en toen bleek het toch remise. Maar
daar deed men plotseling een nieuwe
ontdekking. Met spel 20 had een
vergissing plaats gehad. Het was n.l.
aan beide tafels door de Zweden in de
zelfde lijn gespeeld en had de Zweden
10 m.p. opgeleverd. Deze vervielen dus
en spel 20 moest overgespeeld worden,
de stand was toen 6046, voor Enge
land.
Het nieuw gegeven spel zag er als
volgt uit:
S.: 4-2
H.: v-10-9-7-6-3
R.: h-v-9-7
Kl.: h.
S.: 9-8-3
H.: a-b
R.: 6-3
Kl.: a-v-9-8-7-6
E.: 7-6-5-4
H.: h-5-2
R.: a-I0-8-2
KL: 4-2
S.: a-h-b-10
H: 8-4
R.: b-5-4-3
Kl. b-10-5-3
In zaal I speelde Zweden N-Zuid en
bood op dit spel 2 ruiten,, die precies
werden gemaakt. In zaal II speelde
Zweden OWest en kwam op die kaar
ten tot 2 sans-atout. Dit contract ging
4 down. Engeland won op dit spel 6 m.p.
(310 score p.) en de eindstand werd 66
46 voor Engeland. Wel een ontmoe
ting met ups en downs.
Het Juli-nummer van „De Wande
laar", maandschrift voor de levende
natuur, dat wordt uitgegeven door
A. G. Schoonderbeek te Laren, ver
scheen iets over tijd, maar was daar
om weer niet minder welkom.
Het biedt weer een aantal Interes
sante artikelen. Een schets van E. de
Witt vertelt ons op boeiende wjjze
over vrijages en driehoeksverhoudin
gen inde vogelwereld. Kees van
de Watering schreef een goed artikel
over de stfflanden van de Wester-
schelde, geïllustreerd met enkele
prachtige stemmingsfoto's van het
spel van lucht en licht boven t storm
achtige donkere water van de Schel
de. Voorts bijdragen over de eenden
kooi, pijlstaarten en de sterrenwereld.
Het volgende (dubbel-) nummer zal
gewijd zijn aan de aparte schoonheid
van het najaar, dat zich zeker al
hier en daar gaat aankondigen,
W. K.
1. Daar zijn we dan weer geachte
lezer! Weet U nog hoe dat verhaal van
de Zwarte Schaduw afliep? De Chef,
een bij-de-hand knaapje, door omstan
digheden vervallen tot het plegen van
handelingen die niet door de beugel
kunnen, wil terug op het rechte pad.
Inspecteur Barendse wil hem ook op
het rechte pad brengen, maar via het
Huis van Bewaring .Zo is Barendse.
En zijn assistente, juffrouw Visser,
meer bekend als Rlkki, doet ook al
haar best om de Chef te pakken te
krijgen, hoewel ze veel aan hem te
danken heeft. Redde hij haar niet het
leven tijdens een gevecht met een
smokkelbende? Er zijn zelfs lieden»
die beweren dat het nog wel eens wat
wordt tussen die twee! Zoals die drie
mannen die U hierboven ziet, die op
een avond voor het Provinciaal Zie
kenhuis staan te wachten. Ze werken
alle drie voor een krant en wachten
daar geduldig totdat inspect. Barendse
en Rikki naar buiten komen. Wat die
twee in het ziekenhuis doen? U herin
nert zich Nelis? Een bendelid van de
Rat! Hij loste een schot uit een Mau
ser op Rikki en werd gestraft door de
Lange, die juist in de buurt was. En
wel zo grondig, dat het voor Nelis
meteen het einde van zijn aardse zor
gen betekende. Maar toch kon hij nog
een paar woorden stamelenuit
wraak dat de Rat hem in de steek had
gelaten, vertelde hij aan de Chef en
Rikki, dat er een zekere Atlantis was,
wien het vertrekken moest worden be
let. Wat er precies mee aan de hand
was, wist hij niet, maar hij had opge
vangen dat de Rat er een knoeierij
mee op het oog had.
Op dat moment kwam Barendse ten
tonele en de Chef met de Lange moes
ten de vlucht nemen. Nelis werd weg
gedragen en men bracht hem naar het
ziekenhuis waarvoor deze drie mannen
nu staan te wachten. Maar kijk, daar
komt leven in de brouwerij. Een
Blitz-licht vlamt opde pers-foto
graaf neemt zijn kans waar. Ze staan
erop, de inspecteur en zijn assistente.
En nu willen de reporters nog van al
les weten. „Maakt Nelis nog een kans
om het erdoor te halen en als hoofd
getuige op te treden?" Op die vraag
krijgen ze een rechtstreeks antwoord.
„Nelis staat al voor zijn rechters",
zegt Inspecteur Barendse.
PROGRAMMA VOOR HEDENAVOND
HILVERSUM II, 415 m Nieuwsberichten
om 6, 8 en 11 uur AVRO: 6,20 Les gars
de Paris 6,45 Sportpraatje 7,00 Avro's
Radio-filmkrant 7,30 The Skymasters
8,05 Echo van de dag 8,15 New London
String-ensemble 8,45 De Koninklijke
Marine in oorlogstijd 9,00 Muziek
9,25 Radio-muziekjournaal 10,05 Gramo-
fconplaten 10,25 ,.De Avroleans" 11,20
Fümmelodieën
HILVERSUM I, 301 m Nieuwsberichten
om 7, I en 11 uur NCRV: 6,15 Land
en tuinbouw 6,30 Voor de Strijdkrach
ten 7,15 Leger des Heils-kwartier
7,30 Het actueel geluid 7,45 De Rege-
rings-Vcrorlichtingsdienst antwoordt 8,05
Programma-proloog 8,15 Plaat-varia
8,40 Populaire orgelbespeling 9,10 „De
vaart der Volken" 9,30 In de bloeiende
tuinen van Hilversum 10,15 Wereldraad
Van kerken 10,45 Avondoverdenking
11,15 Werken van Max Reger
PROGRAMMA VOOR VRIJDAG
HILVERSUM II, 415 m Nieuwsberichten
om 7, 8, 1, 6, 8 en 11 uur VARA: 8,18
Operette-selecties 8,50 Voor de huis
vrouw 9,00 Gramofoonplaten 9,35
Suite uit „Rosamunde" VPRO: 10,00
Morgenwijding VARA: 10,20 Muziek
10,30 Voor de vrouw 10,45 Gramofoon
platen 11,00 Hoe het milüoen de bedelaar
la ellende bracht 11,20 Licht orkest
concert AVRO: 12,00 Pierre Palla (or
gel) 12,30 Weerpraatje 12,45 Boris
Lensky (viool) 1,20 Ensemble Jo Bos
2,00 Kookkunst 2,20 Musicalender
3,00 Boekenschouw 3,20 Johann Strauss-
concert VARA: 4,00 Johan Jong (orgel)
4,30 Zomer vacantietijd 5,00 Filmland
5,20 Licht klassiek-concert 6,15 De
Vara feliciteert— 6,45 Piano-duo 7,00
Denk om de bocht 7,15 Appèl voor de
ex-politieke gevangenen uit de bezettings
tijd VPRO: 7,30 Reportage van de Rally
der Nederlandse jeugd in de Apollo-hal
te Amsterdam 8,05 Liederen van Ne
derlandse componisten 8,30 „Vijftig
jaar dagelijks leven" VARA: 9,00 Men
vraagt.... en wijv-draaien 9,30 De Duc-
dalf 9,50 Wereldkampioenschappen
wielrennen 10,00 Buitenlands weekover
zicht 10,15 Swing and sweet VPRO:
10,40 „Vandaag!" 10,45 Avondwijding
VARA: 11,15 Wereldraad van kerken
11,20 Kampioenschappen wielrennen
11,35 Gramofoonplaten
HILVERSUM I, 801 m Nieuwsberichten
om 7, 8, 1, 7, 8 en 11 uur NCRV: 8,15
Gewijde muziek 8,30 Gramofoonplaten
9,15 Ochtendbezoek bij onze jonge zie
ken 9,30 Opgewekte morgenklanken
10,00 Gramofoonplaten 10,30 Morgen
dienst 11,00 Trio Knibbeler 11,45
Heinrich Schiusnus zingt 12,05 Gramo
foonplaten 12,33 Ensemble Lachman
1,15 „Vrij en blij" 1,45 Gramofoonpla
ten 2,20 Van oude en nieuwe schrijvers
2,40 Piano-duo 3,10 Residentie-orkest v
3,50 Gramofoonplaten 4,0o Voor
dracht 4,20 Maurits Frank (cello) 4,55
Gramofoonplaten 5,10 Omroep A Ca-
pella-koor 5,30 Impression de Music-
hali 5,45 Muziekvereniging „Crescendo"
6,15 Het evangelie in esperanto 6,30
Voor de Strijdkrachten 7,15 Gramo
foonplaten 7,30 Het actueel geluid
7,45 CMB-kwartler 8,05 Programma
proloog 8,15 Zomeravond-kerkconcert
8,45 Nieuwe aanwinsten van de disco
theek 9,00 Jubileumboeken 9,20 Veel
gevraagde platen 9,35 Het Rotterdamse
raadhuis heeft weer een carillon 9,45
Concert 10,30 Negro spirituals 10,45
Avondoverdenking 11,15 Wereldraad
van kerken 11,20 Avondconcert
Twee koeriers, de ene van de
Sovjet-Russische ambassade te
Ottawa en de andere van die te
Washington, zijn per vliegtuig
naar Moskou vertrokken. Zij na
men' talrijke, honderden kilo's we
gende valiezen met diplomatieke
stukken met zich mede.
ROMAN
I VAN MARIA SAWERSKY
31)
„H'm
„Maar die andere, die Beate, die er zo
bleek en onooglijk uitziet, die heeft een
goed hart. Die zou ik meneer Felix of
/neneer Schuch best durven toevertrou
wen
„Emma, Emma, je praat als een ge
boren koppelaarsterlachte juffrouw
Sabine, „Wie zegt je nu, dat die jonge
mensen zich met zulke gedachten bezig
houden
„Emma had haar bril opgezet om de
aardappelen, welke zij reeds voor de
volgende dag begon te schillen, beter
te kunnen onderscheiden. Nu keek ze
haar meesteres over de stalen randen
aan.
„Dat heeft niemand me gezegd, juf
frouw", zei ze wijs, „maar 't is nu een
maal 'een wet der natuur, dat de pop
pen aan 't dansen gaan, als jong volk
huis aan huis woont. U zult eens zien,
v/at een spul we gaan beleven, als on
ze jongensik, bedoel de jonge he
ren eenmaal hier zijn. Wanneer komen
ze nu eigenlijk?"
„Ik weet het niet. M'n neef kon nog
geen bepaalde dag opgeven".
„Dat is nu weer zo'n echte nieuwer
wetse manier van doen. vindt u ook
niet, juffrouw? Daarbij zit een mens
voortdurend op hete kolen. Dan kun
nen ze dus vanavond aankomen of
morgen vroeg of over vier weken,
nietwaar?"
Juffrouw Reuder verliet, zonder ant
woord te geven, de keuken. In werke
lijkheid mocht ze die „nieuwerwetse
manier van doen" evenmin, maar te
genover Emma wilde ze dat toch niet
toegeven. Ze wenste alleen nog maar,
dat haar logé's zo gauw mogelijk kwa
men hoe eerder, hoe liever.
Sabine's wens zou in vervulling
gaan, want op hetzelfde tijdstip, waar
op dit gesprek tussen haar en Emma
plaats vond. waren Felix Reuder en
Kareltje Schuch bezig hun koffers te
pakken, daarbij geassisteerd door Ma-
bu, die natuurlijk- eveneens mee naar
Hasselfeurde zou trekken.
„Hoe laat gaat de trein?" vroeg dr.
Reuder zijn vriend, die voor de kaart
jes had gezorgd.
„Om vijf uur zeventien".
„Mooi, dan komen we nog met licht
bij tante Sabine aan. Eigenlijk had ik
een telegram moeten sturen, maar daar
was geen tijd meer voor".
„En je tante zal het een zorg zijn
wanneer we komen al was het mid
den in de nacht", meende Kareltje,
cpgewèkt. „Om je de waarheid te zeg
gen, vind ik 't toch wel gezellig een
poosje naar Hasselfeurde te gaan
alleen al vanwege die caramelpud-
ding!"
„Je bent toch een zeldzame lekker
bek", schold Felix Reuder.
Kareltje grinnikte slechts en trok de
riemen van zijn koffer stijver aan.
Daarna kreeg Mabu opdracht de ba
gage naar het station te brengen. Reu-
c'er betaalde de hotelrekening en ver
volgens begaven de beide vrienden,
daar zij nog volop tijd hadden, zich te
voet naar het station.
Kareltje genoot voor het laatst nog
eens van het grote stadsleven en slaak
te een stille zucht.
„Vaarwel, geliefde Bimbo Bar", zei
hij weemoedig. „Vaarwel, mijn Indra
Danspaleis met al je leuke meisjes! ik
ga naar Hasselfeurde aan de boezem
der natuur. Geen vrouw zal zich daar
over me ontfermen
„Je schijnt Emma en haar caramel-
pudding alweer te vergeten te zijn",
lachte Felix Reuder. „Zoeven zei je
toch, dat je er zo graag heen ging?"
„Dat is ook zo, maar desondanks
valt het afscheid van de grote stad
me niet gemakkelijk".
Zij hadden nu het station bereikt,
v/aar Mabu hen met een lang gezicht
ontving.
„Master Schuch zich vergissen", ver
klaarde hij tragisch. „Trein niet gaan
cm vijf uur zeventien, maar om zeven
uur vijftien".
Felix Reuder keek zijn vriend ge-
ergerd aan. „Kareltje,, je bent toch een
Zeldzaam exemplaar!" zei hij nijdig.-
Wordt mijnèrzijds niet betwist. Ik
heb van m'n prille jeugd af een zekere
voorliefde gehad om vertrekuren te
verwisselen. Dat is je in Afrika alleen
maar niet opgevallen, waarde Felix,
omdat we daar geen treinverbindin
gen hadden. Maar wat doen we nu?
Zullen we nog maar een eindje gaan
wandelen, ouwe jongen?"
Een regenbui, welke plotseling los
barstte, maakte het onmogelijk aan dit
voorstel gevolg te geven.
„Ik denk er .niet aan", bromde Reu
der geërgerd.
Kareltje Schuch keek om zich heen
en wees naar een, door electrische
lampen omlijste gevel van een ge
bouw, dat tegenover het station lag.
„Laten we die twee uurtjes maar in
de bioscoop gaan zoek brengen", stel
de hij voor. „Dat is tenslotte een amu
sementsbedrijf, waar we nu verplich
tingen aan hebben. Kom mee, Felix!"
Dr. Reuder liet zich, bij gebrek aan
een beter plan, naar de bioscoop sle
pen. Zij zagen een interessant journaal
en daarna werd de hoofdfilm met het
thema „Liefde" gedraaid. Het was een
sentimentele geschiedenis, welke Ka
reltje met een genoegelijke grijns op
zijn blozend gezicht volgde en waar
van Felix maar heel weinig in zich
opnam, omdat hij met zijn gedachten
heel ergens anders was. Soezend in zijn
gemakkelijke fauteuil, dacht hij terug
aan het zonnige Afrika en het vele,
dat hij daar aanschouwd had. Slechts
een enkel tafreel van de film boeide-
hem even, maar hij wist eigenlijk zelf
niet waarom. Misschien, omdat het zo'n
schilderachtige opname was, misschien
ook, omdat er, bij het aanschouwen
van dit beeld, in zijn onderbewustzijn
iets ontwaakte.
Hij richtte zich in z'n stoel op, toen
hij het tuinhek zag en de deur van het
huis daarachter. Toen deze deur open
ging, trad een tengere meisjesfiguur
naar voren. Zij werd omstraald door
het licht, dat uit de woning naar bui
ten viel. Nu hief zij met een licht ge
baar haar hand op en haar mond
vormde woorden, die Felix Reuder
echter niet verstond, want Kareltje
Schuch zei, terwijl hij in het half
duister van de zaal op z'n horloge
tuurde:
We moeten opstappen, ouwe jongen,
onze trein gaat over vijf minuten".
(.Wordt vervolgd)