Tante Sabi ne Bernard Law Montgomery Het geld was niet erg veilig bij „Nationale Veiligheid'' De „Big Chief" van hei West-Europese leger: Hij werd in een pastorie geboren J Thee blijft nog op de bon Geen Zuidvruchten te verwachten Een opstandig kind 2337 Politieke del nog op hun Geen schending van de rechtszekerheid inquenten wachten berechting Meer subsidie voor het zoölogisch station Het Radioprogramma grijpi in J^ET IS EEN UNIEK FEIT in de wereldgeschiedenis dat een aantal landen in tijden van vrede de defensieve krachten coördineert. In oorlogstijd is deze samentrekking van legers onder één opperbevel geen bijzonderheid. Tijdens Waterloo en de beide Wereldoorlogen daarna heeft de eenhoofdige leiding van verdediging en aanval zijn doelmatigheid bewezen en daarom wil West-Europa een oorlog vóór zijn, door in vrede zijn kracht te tonen. Montgomery, de succesrijke tegenstander van de Duitsers in Afrika; de voor bereider van de invasie, de onverzettelijke overwinnaar van de legers in Noord- Duitsland, is belast met de samenvoeging van de defensie der vijf Westerse lan den. Zijn officiële functie is „voorzitter van de permanente verdedigingsraad", in feite is hij de „Big Chief" geworden over de Jantjes, de Tommies, de poilu's, de Jeans en Pierres die in de legers van de vijf landen dienen. Montgomeryde naam heeft een vertrouwde klank en achter de naam zien we de rijzige gestalte met de onafscheidelijke baret boven het intelligente gezicht. Een en zestig jaar oud is de veldmaarschalk, de held van El Alamein en Normandië, als „Monty" op de handen gedragen door zijn mannen, voor wie zijn toewijding een inspiratie en symbool werden op de zanderige en modderige slagvelden. VRIJHEID VAN VREES is een begrip, dat Roosevelt formu leerde en dat toen slechts door weinigen begrepen werd. Voor de bevrijding van vrees wordt thans één leger in West-Europa opgericht, een leger van Fran sen, Britten, Belgen en Neder landers. Het is een zeldzaam ge val, dat in vredestijd vijf landen hun defensieve krachten onder één commando samen brengen. Een zeldzame figuur is ook veld maarschalk Montgomery, die de chef van ons West-Europees leger is geworden. Met de man, die in de Afrikaanse woestijn de legende van de Prui sische onoverwinnelijkheid weer legde, wordt de lezer in dit arti kel vertrouwd gemaakt. Het is zeer onzeker geworden, of thee binnenkort bonloos verkrijgbaar ge steld kan worden. De theepositie heeft zich ongunstig ontwikkeld. De basis voor onze theevoorraad is Indonesië, doch er wordt weinig uit Indonesië ge ïmporteerd. Het is op het ogenblik ook nog niet te zeggen, of suiker spoedig van de bon zal gaan. Een gunstige factor is, dat de suikerbietenoogst overvloedig is en dat het gehalte goed is, al heeft dit niet het peil van verleden jaar be reikt. Het vrijkomen van de suiker wordt echter niet uitsluitend beslist door de binnenlandse productie, maar in belangrijke mate ook door de im portmogelijkheden. De regering ver wacht, dat het buiten de distributie brengen van suiker het verbruik daar van zal doen toenemen. Dat betekent de noodzaak van een grotere import en grotere import wil zeggen: de beschik baarstelling van onze toch al zo uiterst spaarzame deviezen. Brood gaat voorlopig nog niet van de bon. Ook België zal brood nog niet vrijgeven, zo is juist dezer dagen be kend geworden. Nederland zal het evenmin doen. Lijken de vooruitzich ten dus niet bijster gunstig, dit staat in elk geval vast zo verzekerde men onsdat suiker en brood op de nomi natie staan om het eerste van de bon te gaan en dat er alles op gezet wordt om dit te doen, zodra het maar enigs zins mogelijk is. De andere artikelen blijven vooralsnog gedistribueerd. Zuidvruchten, zo vernamen wij ten slotte, zijn behoudens de uiterst gerin ge hoeveelheid, die nog aanwezig is, niet te verwachten. Alleen tengevolge van door Nederland met andere lan den afgesloten handelsovereenkomsten zullen nog wat zuidvruchten worden ingevoerd, doch tot speciale aankopen gaat de regering niet over. J-JIJ WAS EEN DEUGNIET in zijn jeugd, Bernard Law Montgomery. Op 17 November 1887 werd hij in de pastorie van Kennington Oval bij Lon den geboren als het vijfde kind in het domineesgezin. Twee jaar later ging het hele gezin scheep naar Tasmanië.op het Australi sche eiland, waar hij werd opgevoed in streng-Christelijk milieu. Al spoedig openbaarde zich een van de bijzondere eigenschappen die hem later in zijn car rière zoveel kans tot slagen zouden bie den: onverzettelijkheid in zaken, die hij als rechtvaardig zag. Hij werd opstandig in het gezin, waar de opvoeding aan dogma's werd gebon den, moeders wil een stempel drukte op de levenshouding van haar kinderen en vaders woord wet was. Herhaalde lijk onttrok hij zich aan het ouderlijk gezag en leefde zijn sagen leventje. Hij interesseerde zich niet voor jongenslec- tuur, noch voor muziek of schilder kunst. Hij vond dit alles te weinig tast baar. Sport, dat was zijn hobby. Daar in zag hij directe voordelen voor lichaam en geest. Hij werd er een goede beoefenaar van, eerst gewoon team speler, later captain van een voetbal en zwemteam. Hij schiep er behagen in voor het publiek op te treden en door de massa opgezweept te worden. Hij vond het prettig zijn team tot de over winning te kunnen voeren. Hij werd populair als .aanvoerder. Hij kreeg in vrijwel alles de leiding op school en voelde er zich wel bij. Hij was de geboren commandant. Omzijn dertiende jaar verhuisde het gezin Montgomery weer naar Engeland en de jonge Bernard was terstond haan tje de voorste op de school St. Paul. Toen hij zeventien jaar oud was, viel 'n belangrijke beslissing. Op school was een klas gevormd, waarvan de leer lingen naar het leger wilden. „Leger- klas" werd de groep genoemd en Mont gomery koos deze. De Boerenoorlog had in hem gevoelens opgewekt, die hem naar het soldateske trokken. Hij moest en zou soldaat worden, ondanks de felle twist, die zijn vader over dit plan uitlokte. Maar de koppige zoon zette door. Automatisch ging hij naar Sandhurst over, de academie, waar de jonge offi cieren werden opgeleid. Met nieuwe energie wierp de jonge Bernard zich op de studie en veroverde weer de commando's over de sportteams. Spoedig werd hij korporaal, maar hij raakte in discrediet bij de officieren, van wie verdere promoties afhingen. Hij werd opstandig en haalde allerlei kattekwaad uit, waarmee hij een be paalde faam verwierf bij zijn jaargeno ten, maar in het zwarte boekje der tuchtelozen de rij namen opende. Na een incident, waartoe hij de klasgenoten aangezet had en dat een gesmade mede leerling in het ziekenhuis bracht, kal meerde hij wat en begon degelijk aan de studie, die hij kon besluiten met de aantekening „uitstekend" op het ge tuigschrift. „Hersenloze uniformdragers" MEN VOND MONTY echter een zon- derling. Naar meisjes omkijken deed hij niet; dansen, flirten en minnekozen noemde hij tijdverknoeien. „Je deugt eigenlijk nergens voor en in het leger zal je het nooit ver bren gen", zeiden enkele officieren bij zijn afscheid van Sandhurst. Die kleinerende toevoeging aan het getuigschrift zoog zich in Montgomery's brein vast.hij zou het ze betaald zet ten, al kwam Londen op zijn kop te staan. Hij becritiseerde de Britse leger leiding en vond de generaals hersen loze uniformdrager^, die door bluf en geluk op de hoogste plaatsen waren ge drongen. Montgomery ging als luitenant naar Indië en in 1910 werd hij in Bombay benoemd tot opperwachtmeester, een baantje, dat hem een „kruimeltje auto ritair gezag" verschafte en een sleutel betekende voor zijn ambities, weldra kapitein te zijn. Vlak voor de wereld oorlog van 1914 werd zijn regiment naar Engeland teruggeroepen.er pakten zich wolken samen boven het Engelse imperium. Monty kon het niet erg vinden, dat de theorie van Sandhurst aan de practijk getoetst zou worden en met een zeker enthousiasme scheepte hij zich met het bataljon in naar Frankrijk. Voor heel het Engelse leger was de veldtocht een bittere teleurstelling. De doorstoot van de Britten naar Berlijn liep vast in een moeizame loopgravenoorlog. Monty vuurde dapper aan en werd gewond aan rug en knie. Hij kreeg er een me daille voor en werd tot kapitein bevor derd. In Februari 1915 kwam hij terug en als tweede stafofficier van de 33ste divisie maakte hij de slagen aan Somme en Marne mee. De kruitdamp beviel hem en wat hem niet beviel was het feit, dat hij zelden een bevelvoerend officier in de voorste linies zag. De oorlog eindigde en daarmee de kans op promotie. Als tweede officier van de generale staf bleef hij in het hoofdkwartier van de bezettingstroepen in Keulen. Hij dacht reeds toen het zijne van de Duitse militaire mentali teit. In 1920 werd hij in Engeland naar de officiers-academie gestuurd in Camber- ley. Als oorlogsveteraan lachte hij om 't studieplandorre theorie zonder enig realisme. Hij worstelde zich er door heen en als commandant van de 17e in fanteriebrigade werd hij naar het op roerige Ierland gezonden. Nadat de rust was weergekeerd stond hij min of meer werkeloos, zoals zovele officieren, die in de pacifistische wereld een vals decor vormden. In 1923 werd hij leraar aan de militaire school in Yorkshire r nu begon hij pas te leven. Hij bouwde zich eigen theorieën over training en teamwork op, die de ver ouderde militaire „leesplankjes" moes ten vervangen en een soldaat werkelijk gevechtsklaar moesten maken. Hier werd de basis gelegd voor zijn toekomstige roeping. Hij legde zijn theo rieën neer in een handboek, dat buiten gewoon populair werd en dat in 1939 nog „in de mode" was. Zijn loopbaan ging verder op rolletjes. Men begon de stugge Montgomery te waarderen, terwijl zijn jonge vrouw, de weduwe Betty Carver, een nieuwe periode van geluk inluidde, toen zij in 1927 trouwden. In 1930 werd hij luitenant-kolonel, vertrok naar Palestina, later naar Egyp te, toen weer naar Indië en vervolgens in 1937 na veel bewogen jaren, waar in Monty de slagvelden van het Oos ten had leren kennen en op zijn man nen had leren bouwen, naar Engeland terug, waar de dreigingen van een snel naderende oorlog al gevoeld konden worden. Op schriftelijke vlagen van het Twee de Kamerlid de heer Burger betreffende het aantal van nog niet berechte poli tieke delinquenten heeft de minister van justitie geantwoord dat het aantal nog niet berechte gedetineerde politieke verdachten op 1 September 1948 2337 bedroeg. Dit wil dus zeggen, dat ongeveer 98% van de strafzaken van de politieke de linquenten, die na de bevrijding in de bewaringskampen werden ingesloten, inmiddels kon worden afgedaan. Gelet op het massale karakter van het onder- .havige probleem, kan het nauwelijks bevreemden, dat er thans nog omstreeks tweeduizend politieke verdachten over zijn, die op hun berechting wachten. Hoe betreuringswaardig en strijdig met een gezonde procesgang dit ook moge zijn, toch kan de minister daarin nog geen schending van de beginselen van de rechtszekerheid zien. Juist de ook bij de bijzondere rechtspleging behou den waarborgen voor de rechtszeker heid staan een verdere opvoering van het tempo van de berechting in de weg. Voorts zij er op gewezen, dat vrijwel zonder uitzondering allen, die in be- waring werden gesteld, gebruik hebben gemaakt van de hun bij de wet van 27 Juni 1947 geboden gelegenheid om een verzoek om invrijheidstelling bij het bijzondere gerechtshof of tribunaal in te dienen, zodat vrijwel niemand meer in bewaring wordt gehouden zonder dat de onafhankelijke rechter daarover heeft geoordeeld. Intussen heeft de minister bij de pro cureurs-fiscaal ten overvloede er nog eens op aangedrongen nog eens nauw keurig na te gaan of niet méér zaken voor vereenvoudigde gerechtelijke af doening in aanmerking kunnen worden gebracht. Steun aan „Oud-Edam" Teneinde de Vereniging Oud-Edam (die zich beijvert om oude uit histo risch en architectonisch oogpunt be langrijke gebouwen in dit oude Zuid- zeestadje voor ondergang te behoeden), met een subsidie te kunnen steunen, is op de Rijksbegroting voor Onder wijs, Kunsten en Wetenschappen voor 1949 een bedrag van f 1500 voor dit doel uitgetrokken. HET RIJK VERLEENT SUBSIDIES Blijkens de Rijksbegroting voor On derwijs, Kunsten en Wetenschappen voor het jaar 1949 is voor het eerst een Rijkssubsidie in het vooruitzicht ge steld voor het gymnasium in Hoorn en voor de handelsschool met vierjarige cursus in Alkmaar. Voorts is rekening gehouden met de verlening van een subsidie aan de landbouwhuishoud- school in Langedijk en zal eventueel ook een nieuwe dagambachtsschool in Grootebroek subsidie krijgen. Mens, erger je niet (2) Het beroepsgeheim van journalisten Gistermorgen heeft de advocaat-ge neraal bij de Hoge Raad, Prof. Mr. Langemeyer, geconcludeerd in de zaak tegen de heer H. A. Lunshof, hoofd redacteur van „De Nederlander". Deze zaak diende 21 September voor dit college. De heer Lunshof was in be roep gegaan tegen het vonnis van het Amsterdamse Gerechtshof, waarbij hem wegens het niet noemen van de gene, die hem de geheime notulen van Linggadjati had verstrekt, een boete was opgelegd van 10. De advocaat-generaal was van oor deel, dat nog onderzocht diende te worden, of van verdachte verlangd mocht worden, dat hij zou getuigen, zolang de Hoge Raad niet uitdrukke lijk had beslist, dat hij daartoe ver plicht was. Op die grond concludeerde Prof. Langemeyer tot verwijzing naar een ander Hof voor een nader onderzoek. De uitspraak werd bepaald op 16 No vember. Waar schu wings wimpels bij gladhe d Nu met het voortschrijden van de herfst de kans op gladde wegen steeds toeneemt, zal de ANWB-wegenwacht waar nodig overal langs de gepatrouil leerde wegen helrode wimpels met het opschrift „glad", aanbrengen. De „gele rijders" zullen zich echter als regel slechts tussen 8 en 17 uur op de Wegen bevinden, zodat gedurende de nacht en in de vroege morgenuren niet tegen plotseling optredende glad heid kan worden gewaarschuwd. De zoon van de ambtenaar en de kapotte dienstauto's Aan het verslag van de Algemene Rekenkamer over 1947 ontlenen we nog de volgende fraaiigheden: De Rekenkamer nam kennis van ac countantsrapporten betreffende het be heer bij onderafdelingen van het Bu reau Nationale Veiligheid. Daar werd aan voedsel te veel verbruikt voor een waarde van bijna f 30.000, zoekgeraakt voor een waarde van f 250 (rond), ge stolen ruim f 600. In de cantine: te weinig verantwoord ongeveer f 4500. Verder werd een hoeveelheid rookarti kelen ten onrechte uit de magazijnen van de legercantinedienst betrokken. Verder nog een paar „beleidsfouten" tot een bedrag van circa f 8000. Voor zoveel tegen bepaalde personen aan wijzingen bestonden, dat strafbare feiten waren gepleegd, is het materiaal in handen gesteld van de bevoegde ju stitiële ambtenaren. Dit leidde tot het seponeren (afleggen) van drie zaken. De twee andere zaken zijn ondertus sen ook „afgedaan". Andere frisheid: de rekeningen van een bakker waren na controle door de kwartiermeester-generaal niet juist bevonden. Hij werd dus uitgenodigd verbeterde rekeningen in te dienen. De algemene rekenkamer stelde bij haar controle vast, dat behalve het bedrag dezer nieuwe rekeningen óók dat van de afgekeurde rekeningen was betaal baar gesteld, ten gevolge waarvan de bakker f 11.982 te veel had genoten. Het bedrag is teruggevorderd. Over het geros met dienstauto's het volgende opwekkende verhaal. Bij een gehouden wegcontrole was vastgesteld, dat een hoofdambtenaar, te zamen met zijn echtgenote en 16-jarige zoon, gebruik maakte van een dienst auto, zonder dat op de voorruit het voorgeschreven kenmerk „dienstauto" was aangebracht en terwijl de tot rij den onbevoegde zoon als chauffeur op trad. Deze feiten waren naar het oor deel van de Kamer zo ergerlijk, dat van een beschikbaar stellen van een Rijksauto ten dienste van de betrokken ambtenaar geen sprake meer zou mo gen zijn. In het belang van 's Rijks schatkist deed zij een beroep op de minister van sociale zaken, tot wiens departement de auto behoorde, om een eind te maken aan zulke misbruiken. De minister verklaarde in zijn ant woord, dat de ambtenaar in verband met zijn ambtsuitoefening niet zonder dienstauto kon. Het besturen van een rijksauto door een onbevoegde was streng af te keuren. De aanwezigheid van de echtgenote in de auto hield verband met het uitzien naar een wo ning in 's-Gravenhage, waar de be trokkene in het belang van de dienst moest wonen. De Rekenkamer tekent hierbij aan, dat aan deze hoofdambtenaar op rijks kosten reeds achtereenvolgens drie auto's waren toegewezen, waarvan een na korte tijd, blijkbaar door ondoel matig gebruik, weder moest worden teruggenomen. ESTELLE BERNADOTTE zal vermoedelijk haar man op volgen als presidente van het Zweedse Rode Kruis. Estelle Ro- maine Manvill is de dochter van een Amerikaanse millionnair in New York. Vit haar huwelijk met Graaf Bernadotte werden vier kinderen geboren, waarvan twee jongens reeds vroeg stierven. Blijkens de Rijksbegroting voor On derwijs, Kunsten en Wetenschappen voor het jaar 1949 zal de subsidie aan de Nederlandse Dierkundige vereni ging ten behoeve van haar zoölogisch station in Den Helder met f 8290 ver hoogd worden. Hiervan is een bedrag van f 4900 bestemd voor wijziging van de salarissen van het personeel naar analogie van de voor de Rijkssalaris sen getroffen regeling, 1000 voor een kleine personeelsuitbreiding en de rest voor een bescheiden verhoging van enkele materiële posten. Ned. Elftalclub hervat de training De Ned. elftalclub zal haar weke lijkse training voor het komende in terlandseizoen op Dinsdagavond 12 October a.s. op het VUC-veld her vatten. Er zal geoefend worden door de volgende spelers: Kraak (Stormvogels), Landman (Nep- tunus), Schij venaar (EDO), Everse (Neptunus), Albers (Vitesse), De Vroet (Feyenoord),» Terlouw (DCV), Möring (Enschede), Koers (Xerxes), Stoffelen (Ajax), Temming (DOS), Wilkes (Xerxes), M. Clavan (ADO), Schaap ('t Gooi) en C. v. d. Tuyn (Hermes DVS). In Eindhoven zal geoefend worden door Van Bun (MVV). De Munck (Sitt. Boys), Krijgh (BW), Appel (Sittard) en Rijvers (NAC). Abe Lenstra (Heerenveen) en Roo senburg (Sneek) zullen in het noor den trainen. Onder bovenstaande namen is slechts één nieuwe: Koers (Xerxes), een pit tige linkshalf. En één is weer terug in het oude nest: Möring, die geheel hersteld is van z'n beenbreuk. De verdeling van het transitoverkeer Zoals reeds gemeld, zullen de Ne derlandse en Belgische havens worden ingeschakeld in het transitoverkeer naar de Bizone in Duitsland. Wat de verdeling van het opvarend vervoer betreft, is de volgende regeling ge troffen: Bij een hoeveelheid van 1.200.000 ton zal het aandeel van België per jaar 50 pet. bedragen. Bij 2 millioen ton 35.8 pet., bij 2'/i milioen ton 31.5 pet., bij 3 millioen ton 28.7 pet. bij 3 millioen ton 26.5 pet., bij 4 millioen ton 25 peet., bij i'A millioen ton 23.6 pet., bij 5 millioen ton 23 pet., boven 5 millioen ton be draagt het Belgische aandeel 21 pet. Het Amsterdamse aandeel in het vervoer, dat Nederland zal ontvangen, is vastgesteld op 12'/i pet. VOOR HEDENAVOND HILVERSUM I, 301 m Nieuwsberichten om 6. 8 en 11 uur VARA: .6,20 Gramo- foonmuziek 6,30 Voor de Strijdkrachten 7,00 De geest der wetten 7,15 Sil- vestri-kwartet VPRO: 7,30 Reportage van de promotie aan de Rijksuniversi teit te Groningen 8,05 Dingen van da dag 8,15 Opera-programma 8,40 The Ramblers 9,lo Maurice Chevalier maakt zijn rentree in theater Champ Elysees 9,45 Obsessies 10,25 Vrouwenkoor 10,45 in de tuin der Poëzie 11,15 Dans muziek HILVERSUM n, 415 m Nieuwsberichten om 7, 8 en 11 uur NCRV: 6,00 Onza Nederlandse koren en korpsen 6,So Wil len en kunnen 7,15 Het nieuws uit In donesië 7,30 Het actueel geluid 7,45 Engelse les 8,05 Programma-proloog 8,15 Het „Straszburger Domchor" 10,00 Vioolsonate 10,10 Hert Bach-koraal 10.15 Orgelbespeling 10,45 Avondover denking 11,15 Hawaiian-Serenade VOOR DONDERDAG HILVERSUM I, 301 m Nieuwsberichten om 7, 8, 1, 6, 8 en 11 uur AVRO: «,15 Ochtendvaria 9,30 Arbeidsvitaminen 12,00 Metropole-orkest 1,20 Ensemble Tom Erich 3,00 Voor zieken en gezon den 4,00 Assortimento 6,15 Sport- praatje 6,30 Voor de Strijdkrachten 7,00 Olleke Bolleke en Knipperdolleke 7.10 Avro's Avondschool 7,45 De Rege- Dngs-Voorlichtingsdienst antwoordt 8,15 La Belle Helène 9,30 ,,De liefde gaat langs zonderlinge wegen" 10,15 The Romancers 10,3o Franse chansons 10.45 Pijlers van Neêrlands welvaart 11,15 Licht avondprogramma HILVERSUM II, 415 m Nieuwsberichten om 7i 8, 1, 7, 8 en 11 uur KRO: 8,15 Pluk de dag 12,33 Orkest Klaas van Beeck 1,25 Orkest Klaas van Beeck (vervolg) 6,00 NCRV-kwartet 6,15 CN.V-kwartier 6,30 Gramofoonplaten 6,50 Problemen voor pientere piekeraars 7,15 Leger des Heils-kwartier 7,30 Het actueel geluid 7,45 Nederlandse organisten 8,05 Programma-proloog 8,15 „Première" 9,30 Familie-competitie 10,00 Het Nederlands Kamerkoor 10,15 De vaart der Volken 10,35 Gra mofoonplaten 10,45 Avondoverdenking 11,15 Gramofoonplaten 64) ROMAN I VAN MARIA SAWERSKY „Het geld, dat je brave nicht en haar r-.oeder van jou wegsmijten, is ook geen kleinigheid. Daarvoor had je je al lang iets moois kunnen kopen". Beate's verschijnen in de eetzaal baarde ditmaal groot opzien. Irene Larsen en haar moeder stonden een voudig perplex. Juffrouw Reuder schonk beiden slechts een genadig knikje en nam Beate mee naar haar eigen tafel. Na de maaltijd wilde Beate, zoals dat tot dusver steeds haar gewoonte was geweest, naar de tuin gaan, maar dat permitteerde Sabine Reuder niet. „Nu ga je eerst eens een poosienaar bed om een paar uur te slapen. Je moet tenslotte ook iets voor je gezond heid doen". „Maar ik kan immers toch niet sla pen Ook in dit opzicht duldde de ener gieke Sabine echter geen tegenspraak. Ze stopte het meisje zelf in bed, dekte haar toe en beloofde haar straks te zullen komen wekken. Zoveel zorg deed Beate goed Ze sloot haar ogen en wilde nadenken over zichzelf, over de toekomst en vóór alles over Felix Reuder, die nu wel spoedig zou komen. Met haar ge dachten bij Reuder viel Beate in slaap. Toen ze haar ogen opende, was ze verbaasd, dat de kamer reeds in sche mer gehuld was. Sabine Reuder stond lachend aan haar bed. „Voor iemand, die 's middags niet slapen kan, heb je een uitstekende prestatie geleverd, lieve kind" zei ze met een vergenoegd lachje. „Maar nu eruit en dan gauw aankleden De gong voor het diner is al gegaan". „Maar dat is toch niet mogelijk?" stamelde Beate. „Zó lang heb ik m'n leven nog niet geslapen, 't Is om je dood te schamen „Dwaasheid! Er is niets, waarvoor je je behoeft te schamen. Dat slaapje heeft je goed gedaan, m'n kind". Sabine Reuder verloor haar bescher melinge de eerstvolgende dagen geen moment uit het oog. De nieuwe toilet ten werden geleverd en zij kleedden Beate uitstekend. Een paar fraaie sie raden werden aangeschaft. Beate was weliswaar nog steeds geen schoonheid, maar ze maakte nu toch een veel aar diger indruk, doordat de uiterlijke aantrekkelijkheden, die ze bezat, veel beter tot haar recht kwamen De vrouwelijke hotelgasten fluisterden onderling over het wonder, dat juf frouw Reuder in zo korte tijd ten op zichte van Beate tot stand had ge bracht. En de dames Larsen waren hevig verontwaardigd, omdat zij zich uitgeschakeld zagen. Op 'n goede dag kwam het dan ten slotte ook tot een botsing tussen beide partijen. In de verlaten muzieksalon werd Sabine Reuder door moeder en dochter ter verantwoording geroepen. Mevrouw Larsen verweet Sabine, dat zij Beate van haar familie vervreemdde en Irene viel haar mama hartstochtelijk bij. „U dringt u gewoonweg aan dat meisje op!" zei ze, zich innerlijk meer en meer opwindend over juffrouw Reuders hoog hartige houding. „En de reden daarvan is nogal doorzichtig. U schijnt u bijzonder voor de rijke erfgename te interesseren!" „Ik interesseer me in de eerste plaats voor de mens, Beate Mengelberg", ant woordde tante Sabine waardig. „En van vervreemden kan hier geen sprake zijn. U zelf hebt in uw egoïsme verzuimd Beate, ondanks de familiebanden, aan u te binden „Het hele hotel kletst erover, zoals u Deslag op dat meisje legt", viel mevrouw f arsen haar in de rede. Maar nu was ook tante Sabine's ge duld ten einde. Ze meende nu eens ronduit te moeten zeggen, hoe zij over de dames Larsen dacht en daarbij nam ze waarlijk geen blad voor haar mond. „Het hotel heeft voor mijn komst hier al gekletst, omdat u, als tante en nicht, die arme Beate als een Assepoester behandelde en u geen ogenblik om haar bekommerd hebt. U hebt alleen maar aan uzelf gedacht en dat arme kind, dat zoveel steun nodig had, maar aan haar lot overgelaten. U moest u schamen!" „Beate heeft het zelf zo gewild!" riep Irene verontwaardigd. „Ze is immers in de rouw om haar oom!" „Die, naar ik meen, ook jouw oom was, als ik je daar even aan mag her inneren, m'n beste", antwoordde juf frouw Reuder koel. Die zat en mevrouw Larsen bond der halve wat in. „We zullen er verder maar niet over twisten, juffrouw Reuder", besloot ze, maar we moeten er toch op staan, dat Beate van nu af weer aan onze tafel de maaltijden ge bruikt en zich ook verder geheel bij ons aansluit". „Daar prakkezeer ik niet over!" ripos teerde tante Sabine gedecideerd. „Beate blijft 'n mijn gezelschap en in dat van mevrouw Olafsen. Ik geef toe, dat wij, oude vrouwen, het meisje misschien maar weinig kunnen bieden, maar dat zal binnenkort veranderen. Als mijn r.eef en en meneer Schuch eenmaal hier zi;i „Als de zaken zó staan, zullen wij natuurlijk onmiddellijk vertrekken", viel mevrouw Larsen haar woedend in de rede. „Ik zal Beate direct van ons besluit in kennis stellen". Irene legde haar mama met een ge baar het zwijgen op; daarna maakten zij beiden rechtsomkeert om zich naar haar kamer te begeven Sabine lachte stil voor zich heen. Ik ben een boon, als we die twee nu kwijt zullen raken, dacht ze. En tante Sabine bleek inderdaad geen boon te zi.in. Mevrouw Larsen en haar dochter bleven. Over het voor genomen vertrek werd geen woord met Beate gesproken. Kareltje Schuch stormde met wappe rende rokpanden Felix Reuder's ka mer binnen. Ze hadden de laatste voor stelling achter de rug en waren nu vrij. „Morgen vertrekken we, hoera!" schreeuwde Kareltje. Reuder was bezig zich te verkleden. Hij stak een brief van zijn tante, die hem over Beate en de omstandighe den, waaronder deze in de badplaats leefde, had ingelicht, in de binnenzak van zijn colbert. Daarbij keek hij zijn opgewonden vriend lachend aan. „Nog altijd de oude tornado, Karei? Beste kerel, je bent weer helemaal over stuur". (Wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1948 | | pagina 5