Werk van wichelroede-loper Mieremet vindt in steeds breder kring waardering NOODLOT Aardstralen: geen nieuwe ontdekking Het Radioprogramma Nieuwe avonturen van Pim, Pam en Pom Oplossing Prijsraadsel Nellie en haar kostgangers Hallo, Jongens en Meisjes De Jeugdkoerier Tekenwedstrijd AAR- 7ó GEWICHTIG ZELFS, dat van ver- schillende kanten pogingen in het werk worden gesteld om een deel van het fonds, dat het Nederlandse volk bijeenbracht voor het regeringsjubi leum van Koningin Wilhelmina, te be stemmen voor een onderzoek naar de vraag of het juist is, dat het optreden van kanker wordt bevorderd door de zogenaamde aardstralen. „Het was Zandvoort niet", zegt de burgemeester, „maar mijn gemeente kan eerlang wel als proefgebied ge noemd worden, want de heer Miere met is bezig hier een dergelijk onder zoek in te stellen." „Is er bezwaar tegen dat te vermel den, burgemeester?" „Wat mij betreft geen enkel be zwaar", zegt burgemeester Van Fenema en dan ontpopt hij zich als een groot bewonderaar van de heer Mieremet, als een man, die er ten volle van over tuigd is, dat alle gebouwen waar veel mensen samenwonen chrêches, zie kenhuizen, klinieken en in het bijzon der tehuizen voor kraamvrouwen zo spoedig mogelijk op het voorkomen van aardstralen onderzocht moeten worden. Dan blijkt, dat het grondgebied van Zandvoort reeds in diverse stukken verdeeld is, welke één voor één onder zocht zullen worden en dat de heer Mieremet met dat onderzoek reeds een aanvang gemaakt heeft. Bodem-invloeden De burgemeester herinnert aan het boek Le secret de la vie van professor Georges Lakhowsky in Pa rijs, die daarin uiteengezet heeft, dat hij een onderzoek heeft ingesteld naar verschillende aardlagen en grondsoor ten van Parijs in verband met hun terugkaatsingscapaciteit. Het is moge lijk, dat de aardstralen waarvan men nog zo weinig weet, maar welker be staan niet meer te loochenen valt, kos misch zijn en van een planeet, die ze voortbrengt of ontvangt, naar de aarde gekaatst worden, zoals de maan dat doet met de zonnestralen. Het is mo gelijk, dat de bodem, die deze -tralen ontvangt, ze hier en daar dieper laat indringen of gemakkelijker terugkaatst wat dan afhankelijk is van de grond soort. Zo kan men verklaren, dat er op bepaalde delen der aarde gezondere mensen wonen dan op andere en wan neer dit juist is, mag het ook weten schappelijk gesproken plicht genoemd worden, dat op als gevaarlijk gesigna leerde plaatsen afdoende maatregelen worden genomen om dat gevaar te be strijden. VOOE HEDENAVOND HILVERSUM I, 301 m Nieuwsberichten om 6, 8 en 11 uur AVRO: 6,15 Sport- piaatje 6,30 Voor de Strijdkrachien 7,00 Uitslag van de tekenwedstrijd „De i:ng van Rico" 7,10 Avro's avondschool 7,45 De Regenngs-Voorlichtingsdienst antwoordt 8,05 Internationale vraag stukken 8,20 Sint Nlcolaas-cantate 8.15 Historisch hoorspel 10,05 Gramo- foonplaten 10,15 Het Radio Philharmo- nisch-orkest 11,15 Amerikaanse zang sterren HILVERSUM II, 415 m Nieuwsberichten om 7, 8 en 11 uur NCRV: 6,15 Land en Tuinbouw 6,30 Sans Souci 6,45 Problemen voor pientere piekeraars 7,15 Leger des Heils-kwartier 7,30 Het actueel geluid 7,45 Nederlandse organis ten spelen 8,05 Programma-proloog 8,15 Snaren symphonic 9,30 Familie- competitie 10,00 Gramofoonmuziek 10,05 De vaart der Volken 10,25 Lie deren 10,45 Avondoverdenking 11,15 Avondconcert VOOR VRIJDAG HILVERSUM I, 301 m Nieuwsberichten om 7. 8, 1, 6, 8 en 11 uur VARA: 8,18 Operette-selecties AVRO: 12,45 Gerard van Krevelen (piano) 3,20 Platen-caba ret VARA: 6,15 De Vara feliciteert 6.30 Voor de Strijdkrachten 7,00 Denk orii de bocht 7,15 Kwartet Jan Cor- duwener VPRO: 7,30 Nederand en zijn gewesten 7,50 Tien voor acht M5 Sonate 8,30 „Midden in de wereld" HILVERSUM II, 41j m Nieuwsberichten om 7, 8, 1, 7, 8 en 11 uur KRO: 8,15 Piuk de dag 1,25 Promenade-orkest 3,36 Middagconcert 6,00 Xavier Cugat en zijn orkest 6,30 Van Troubadours tot moderne liederen (Eigen berichtgeving) IN HET GOUDEN SCHIJNSEL van de kroonlichten in de gezellige burgemees- terskamer van het fraaie Zandvoortse raadhuis staat de burgemeester, mr. H. >1. van Fenema, ons welwillend te woord als wij hem komen vragen of de plaats in Noordholland, welke de heer Mieremet in samenwerking met de plaatselijke arts „ontstraald" heeft zijn gemeente geweest is. Neen, het is Zandvoort niet geweest en een ogenblik betreuren wij onze ver geefse reis tot plotseling blijkt, dat wij toch op een goed spoor zitten. Het is Zandvoort niet geweest en de burgemeester mag ons ook niet mededelen, welke plaats het wèl was. Vanwaar die geheimzinnigheid, die angst voor suggestie, die dadelijk ondoordringbare muren opwerpt als een journalist iets meer wil weten over het onderzoek naar aardstralen, die, naar men zegt, een zo gewichtige rol bij de volksgezondheid spelen? „Gelooft u, burgemeester, dat kanker door aardstralen veroorzaakt kan wor den?" „Zover zou ik niet willen gaan", zegt mr. Van Fenema, „maar ik ben er van overtuigd, dat aardstralen de weer stand van de mens, die daarin geregeld verkeert, verzwakken zodat hij vatbaar wordt voor vele ernstige ziekten." „Dus ook voor t.b.c.?" „Ook dat is mogelijk", zegt de bur gemeester. „De aardstralen gaan in ge bouwen door alles heen en het ver weermiddel, dat misschien zou kunnen helpen is het maken van vloeren van berkentriplexdie bijzonder ondoor dringbaar genoemd worden, wat geens zins betekent, dat dit een afdoende be scherming zou zijn." Hoe er in Zandvoort ge werkt wordt „Kijk". De burgemeester tekent een willekeurig stuk Zandvoorts gebied op een vel papier uit zijn blocnote. „Dit is het eerste stuk onzer gemeente, dat thans door de heer Mieremet onder zocht wordt. Hier gaan wij langs de grens en op verscheidene punten daar van constateert de heer Mieremet met een wichelroede van messing de aan wezigheid van aardstralen. Uit de in tensiteit waarmee de wichelroede zich beweegt kan de kracht van de straal worden gemeten. Een zeeman kent windkracht in diverse cijfers, hier leg gen wij de kracht van de uitstraling vast. De cijfers lopen van 5 tot en met 9. In de stralen 5 en 6 zal niemand ge vaar lopen, de stralen 7, 8 en 9 onder mijnen het weerstandsvermogen. Waar langs de grens aardstralen geconsta teerd worden, meten wij de breedte van de baan en de kracht van de stralen en dan gaan wij na in welke richting deze zich verder op ons terrein bewegen." „Werkt de aardstraal dan niet als een fontein, die op een bepaalde plaats uit de grond komt?" „Neen", zegt de burgemeester en hij tekent op het Zandvoortse gebied al lerlei bochtige riviertjes. De aardstra len werken als 't ware als bee.kjes, die zich door het gebied kronkelen. Uit de banen van die beekjes, moet men weg blijven en voornamelijk waar ze elkaar kruisen zijn de gevaarlijke punten waar zo mogelijk alle leven geweerd moet worden." De burgemeester herinnert aan de uitdrukking „kankerhuizen". Het zijn de gebouwen waar als 't ware gehele families aan de gevreesde ziekte ten offer zijn gevallen. Men kan ze slopen en herbouwen, maar de vloek blijft er op rusten. De resultaten „Welke plannen heeft u als het on derzoek in qw gemeente voltooid is?" „Dan brengen wij de resultaten van ons onderzoek ter kennis van dokter De Groot, onze inspecteur van de Volksgezondheid, die er sceptisch te genover staat, maar bereid is ze volko men objectief te bekijken. Het is zelfs mogelijk, dat de heer Mieremet in de gelegenheid wordt gesteld onder strenge wetenschappelijke controle in de Landbouwhogeschool te Wage- ningen biologische proeven op planten en dieren te nemen. De inspecteur ont raadt proefnemingen op mensen, of schoon hij er uiteraard geen bezwaar tegen heeft wanneer men bij gebleken uitstralingen in een woning stoel of bed gaat verzetten, op conditie natuur lijk, dat eventuele „slachtoffers" zich niet willekeurig aan medische controle onttrekken." De burgemeester herinnert aan het" Friese plaatsje Rauwerd, dat destijds geheel op aardstralen onderzocht is en waar de gevaarlijke kruispunten inder daad plaatsen aangaven waarbij men kon constateren, dat theorie en prac- tijk een grote overeenstemming ver toonden; aan artikelen van Dr. Jos. Peeters uit Weert, die reeds in 1936 de zwangerschapskrampen in zijn ge meente -in het Tijdschrift voor genees kunde aan bodem-invloeden toeschreef; aan proeven met muizen in Zwitser- In een dezer dagen geplaatst ar tikel over het onderzoek naar de zogenaamde aardstralen is medegedeelddat er een gemeen te in Noord-Holland is, welke zonder dat de bevolking dat weet, door de heer Mieremet, met medewerking van de plaatselijke arts, op aardstralen onderzocht is. Ons vermoeden, dat dit Zand voort zou zijn, is niet bewaarheid, maar de burgemeester van deze badplaats, Mr. H. M. van Fenema, heejt ons medegedeeld, dat ook in zijn gemeente met dit onderzoek een aanvang is gemaakt en ons als overtuigd voorstander daar van verschillende interessante bijzonderheden over de betekenis van dit onderzoek medegedeeld, welke wij in dit artikel publi ceren. 'and genomen, waajbij het opvallend was, dat kankerverschijnselen met bo dem-invloeden gepaard gingen en op diezelfde invloeden bij het constateren van struma. Hij vertelt van zijn eigen boerderij waar de koeien in steeds weer de zelfde box ziek werden totdat door een onderzoek van de heer Mieremet bleek, dat dit de enige plaats op de boerderij was waar hij aardstralen ge constateerd had. Hoe kan men uitstraling voorkomen? Men kan door een vernuftig gecon strueerd toestel de stralen van loop doen veranderen, ze nivelleren, mis schien zelfs neutraliseren. Dat apparaat wordt „Poverni" genoemd (Potentiaal verschil-nivellering)Het wordt in put ten van beton van 1 m3 inhoud in de grond gebracht. Deze apparaten hebben een bepaalde actieradius en bevatte.i metaaldelen, welke een magnetisch veld vormen, waardoor bodemuitstralingen geneu traliseerd worden. Ze zijn nog lang niet volmaakt en zeer gevoelig voor vocht en metaal. Men mag daarbij niet over het hoofd zien, dat aardstralen in ver loop van tijd van richting kunnen ver anderen waardoor het zeker gewenst is van tijd tot tijd de werking te laten controleren. „U heeft dus alle vertrouwen in het werk van de heer Mieremet, burge meester?" „Ik sta persoonlijk voor hem in" zegt burgemeester Van Fenema, „en ik zal niets liever zien dan dat de medische wetenschap zich voor het hier te hou den onderzoek interesseert. Er is mijns inziens alleszins reden het onderzoek met kracht voort te zetten". Inderdaad kan hier van een nog nau welijks te overzien volksbelang wor den gesproken. De verborgen jongens- en meisjes namen waren: 1. Nel. 2. Gerda. 3. Alie. 4. Loes. 5. Tom. 6. Steven. 7. Piet. Sommige jongens en meisjes vonden nog andere namen in de zinnetjes en wanneer het goede namen waren wer den ze niet fout gerekend. De prijswinnaars zijn deze week: DIK LIEMAN, Dorpstraat A. 287, Oudkarspel. GRIETA VAN DER WAAL, Groene- laan 28, Beverwijk. ELS MARS, Jan van Scorelkade 78, Alkmaar. JANNIE SPAAN, Schoutenstraat 4, Hoorn. HANNIE WOLTHAUS, Janzenstraat 71, Den Helder. Allemaal gefeliciteerd! De prijzen worden toegezonden'. en de HERHALING PRIJSRAADSEL. Het prijsraadsel voor jongens meisjes van 12 jaar en ouder, is vorige keer door een correctie-fout volkomen onbegrijpelijk geworden. Wij laten het hier dus nog eens volgen: S... Nis voor .o.. en o.. Een f...t w..r ie.e...n van L T.... I.. van de JK w.t jullie a... v... p Vul in het bovenstaande rijmpje de ontbrekende woorden en letters in, op de plaats waar de puntjes staan. De oplossingen worden vóór Zondag 12 December aan het bureau van dit blad verwacht. Stel het verzenden niet uit tot de volgende week, want er ko men nog steeds zo veel oplossingen te laat binnen. ONZE MEDEDELINGEN. Familie D. Swart, in den Helder, hartelijke dank voor de mooie sigaren bandjes. Wilt U nog eens schrijven voor welke kinderen ze bedoeld zijn? Alle cyperse poesjes hebben reeds een goed tehuis gevonden. In de oplossing van het prijsraadsel stond de vorige keer een correctiefout. Het woordje roest moest roet zijn. De meesten van jullie hebben dat wel begrepen. 55. Nu, de vriendjes van Pim, Pam en Pom willen graag meedoen. Daar heb je in de eerste plaats de twee zoontjes van Teddy Beer, Tommie en Brommie. De twee beertjes willen ook graag een padvinder zijn. Ze hebben alleen nog geen» hoed, maar dat hin dert niet, heeft Pim gezegd. En dan is Kobus, het konijn, er natuurlijk ook bij. Kobus heeft zijn ijsmuts opgezet. 56. Het konijn voelt zich erg trots met zijn ijsmuts, al lijkt het dan ook helemaal niet op een padvindershoed. Hij trekt er zich niets van aan, dat de anderen hem een beetje uitlachen. „Als het winter is, dan lach ik", roept hij. „Want dan kan ik lekker mijn oren onder mijn muts stoppen. En die boeden van jullie staan toch maar op je hoofd". „Stilte" roept Pim boven al les uit. „Laten we nu niet over hoe den maarover ons clubhuis praten. „Wat heeft dat kind me nu weer meegebracht?" zei vader op een avond de keuken binnenstappend en struike lend over iets zachts en bewegelijks, dat onder zijn pantoffel wegglipte. Een jammerlijk gemauw drong tot hem door. „Vast weer zo'n beest van Nel lie!" Nellie was de oudste van de ze ven kinderen. Als ze haar moeder niet om kauwgom zeurde, was het om een kanariepietje, een konijn, een poes of een hond. Niet, dat ze bij Nellie thuis niets van dien aard hadden; dat kun je denken! Kwam je er op etenstijd de bijkeuken binnen, dan leek het wel een ark van Noach. Waar ze allemaal vandaan kwamen, kon je onmogelijk achterhalen. Twee droefgeestige taxhonden hadden het altijd aan de stok met een langharige spaniel, die overigens toch wel goedig was. Even verder dronken gulzig twee katers uit een etensbord, een zwarte en een grijsgestreepte, zo schrokkig. dat ze zich voortdurend verslikten. Ze ke ken niet op of om, Op de plaats ach ter de bijkeuken zaten een paar ko nijnen stilletjes van hun wortelloof te smikkelen. Hun bewegelijke neusjes lieten zien, dat ze niet sliepen. Die hele menagerie was er niet op één dag ver schenen, dat begrijp je wel. Langza merhand had zich deze dierenkolonie gevestigd en uitgebreid. Toen Nellie nog heel klein was, en het lang duur de eer ze broertjes of zusjes kreeg, gingen haar ouders op vriendjes voor haar uit. „Een alleen is maar verdrie tig", dachten ze. Nu, het v/as niet moeilijk, ze te vin den. Nellie wees ze zelf aan op straat. ..Neemt U dit lieve hondje voor mij mee, Mammie", wees ze op een Deense dog, zo groot als een kalf. „En dit paardje wil ik ook wel hebben"'. De oude knol, die hiermede erd aange duid, hinnikte vrolijk bij het horen van dat compliment. Toch maakte hij geen aanstalten om van zijn groente wagen los te komen. In één woord, Nellie was weg van alle dieren, die ze tegenkwam. Niets maakte haar geluk kiger, dan zich over zwervende honden Het Sint Nicolaasfeest ligt al weer achter ons en ik hoop dat jullie er van hebben genoten. Ondanks alle voorbereidingen voor het feest hebben jullie de Jeugd-Koerier toch niet vergeten, want er kwamen genoeg brieven binnen voor ons correspondentie-hoekje. Wij gaan deze week beginnen met het briefje van Grieta van der Waal. Wat fijn dat Vader je wil' helpen, Grieta. Ik heb de tekeningen goed bekeken en ik vind ze erg aardig. Bedankt voor al je werk, meisje. Annie Nijman, prettig dat je 't zo'n leuk boek vindt. Ja Annie, blijf maar meedoen. Je hebt altijd kans om weer een boek te winnen, want de boeken worden verloot onder de goede oplossers. Piet v. d. Burg, ik vond het prettig dat ik eens wat meer van je hoorde. Groet Hennie maar van mij. Jettie Scheuer, gefeliciteerd met je zwem diploma. Wat heb je aardig bij dat muziekstukje geschreven. Bedankt, meisje. Ja, ik heb in je Poësie-album geschreven hoor! Anton Mol, zijn je wensen nog vervuld? Els Mars, wat heb jij alleraardigst getekend! Ik vond het erg mooi. „Goud-Elsje", bedankt voor de sigarenbandjes en de postzegels. Ik hoop dat jouw klas een prijs heeft gewonnen met de luisterwedstrijd. Louis Sost- man, gelukkig dat het boek zo goed in je bezit kwam. Henny Scheeres, alle kleine poesjes hebben reeds een goed huis gevonden. Ik kan je dus tot mijn spijt niet meer helpen, Hennie. Rietje Balk, nog hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag! Heb je een prettig Sint Nicolaasfeest gehad? Jannie en Teunie Beets, bedankt voor de leuke Sinterklaastekening. Hoe is het feest op school geweest? Ina Klompe, dat was bij jullie dus dubbel feest op de verjaardag van Sint Nicolaas. Ik heb je mooie knipseltjes bewonderd, Ina. Ben je nu weer helemaal beter? Roland Wilkens, je bent welkom hoor! Neen, je kunt alleen een prijs winnen voor het raadsel van je eigen groep, Roland. Schrijf de oplos sing maar gewoon bij je brief hoor! Nelly Kunnen, wat gezellig dat je broer over mocht komen. Ben je nu al weer beter, Nelly? Harm Smidt, dat was een aardige tekening, die je mij stuurde. Bedankt, Harm. Gelukkig dat je het boek hebt ontvangen. Elly Rempt, ja, dat was gezellig allemaal. Wat heb jij een heerlijke tijd gehad! Nettie Timmerman, dat heb je heel mooi getekend hoor! Groet Willy maar van mij. Jannie de Graaf, bedankt voor de sigaren bandjes. Het zijn allemaal mooie cadeaux waar je over schreef. Heb je een prettige verjaardag gehad? Jannie Spaan, is je mens vervuld en heb je een pop gekregen van Sint Nicolaas? Corrle Nokkert, jij hebt veel leuke dingen gemaakt, zeg! Daar zal je wel vroeg aan begonnen zijn, denk ik. Groeten aan Henk! Truusje v. d. Kooi, Tiny Sasburg, Andries Stieltjes, Robbie Bakker, Alie Tjeertes, Dik Lieman, Wim Schot, Manda Lemette, Herman de Vries en Ariejanne Wagenaar, jullie zijn welkom in de Jeugd-Koerier. De brieven voor het volgende correspondentie-hoekje moeten uiterlijk vóór Zondag 19 December naar het bureau van dit blad worden gezonden. Dag allemaal! Een hartelijke groet van TANTE IET. en katten te ontfermen. Haar vriendenschaar werd echter steeds groter en toen kwamen de broertjes en zusjes daar nog achteraan. Vader besloot nu radicaal de bijkeuken als ont vangkamer voor de buiten- vrienden in te richten. Ook hij zelf kreeg schiik in het geval, behalve in de katten. „Met die beesten heb ik nu niets op. Misschien zou het an ders zijn, als ze naar eau de cologne roken en niet zo vals waren. Er zijn ook wel lieve bij, maar weinig hoor!" Nellie wilde daarvan echter niets horen. Als een echt moedertje zorgde ze voor al haar kornuiten. Ze mengde het honden- en katten brood aan, spoelde de afgelikte schoteltjes steeds keurig om en ieder kreeg zijn toebedeelde portie, niet meer en niet minder. Sinds een paar dagen hadden zich drie nieuwe gasten in hun clubje binnengedrongen. Het was een oude poes met twee dochter tjes, armetierige scharminkels. Op een middag hadden ze zich vreesachtig aan de achterdeur vertoond. Nellie's gevoelig hartje was direct bewogen bij het zien van die magere stumpers. Een bakje melk deed wonderen en voor het avond was, waren ze met geen stok weg te krijgen. Het waren wel de meest dankbare eters, die Nel lie tot nog toe onder haar kostgangers telde. Alles ging even vlot naar bin nen, onverschillig wat ze hun voor zette. Dadelijk na het eten sleepte Nellie, alles, wat ze aan eetbaars veroveren kon, naar de bijkeuken; soms wel iets te veel, vond haar moeder. Na enkele dagen was het drietal niet meer te her kennen. De kleintjes, glanzend en rond, begonnen al op dikke biggetjes te lij ken. Ook de poesenmoeder was aange komen, al was het veel minder dan haar kinderen. Toen Nellie met een schotel heerlijke visrestjes de bijkeu ken wilde binnengaan en de deur open deed, bleef ze verrukt staan kijken naar het tafereeltje, dat het kattenge- zin bood. De jonge poesjes deden zich ijverig te goed uit een schaal met pap, terwijl de moeder van een tafeltje met welgevallen nerzag op haar lieveringen waarvoor nu eindelijk de goede tijden waren aangebroken. Vader, die Nellie stilletjes gevolgd was, stond lachend toe te zien. „Ik geloof nu toch, dat ik me in de katten vergist heb, in jouw kostgangers in elk geval". Voor de volgende keer mogen de te kenaars van 6 tot 12 jaar, hun beste beentje eens voorzetten. Jullie weten, dat wij al weer spoedig het Kerstfeest vieren en nu zou ik zo graag een mooie Kersttekening van jullie willen heb ben. Je mag zelf iets bedenken, als het maar verband houdt met Kerstfeest. Natuurlijk moet het eigen werk zijn en mag je niet geholpen worden door vader, broer, zus of andere familie leden. Nu zal ik eens gauw vertellen hoe de tekeningen gemaakt moeten worden. Niet te groot natuurlijk. Een klein te keningetje, dat je niet behoeft te vou wen is het beste. Je kunt het bijvoor beeld tusen twee stukjes carton ver zenden. Zorg er voor dat het papier, waarop je de tekening maakt, effen wit is, dus geen lijntjes- of ruitjespa pier. Als je het hebt, is tekenpapier natuurlijk het allerbeste. De teke ningen mogen niet gekleurd worden en moeten liefst met zwarte Oost-Indi sche inkt worden gemaakt. Wanneer je dat niet hebt, is gewoon potlood ook goed, maar gebruik geen kleur potloden of andere soorten inkt dan de zwarte Oost-Indische. Nu vragen jullie je natuurlijk af, waarom dit allemaal nodig is. Dat is gauw verteld: Van de beste of aar digste tekening wordt een cliché ge maakt en dat komt dan de volgende keer in de Jeugd-Koerier. En nu maar dadelijk aan de slag. want jullie kunnen er deze keer niet zo lang over doen. De tekeningen moeten vóór Zater dag, 18 December, verzonden zijn naar bet bureau van dit blad. Je mag ze daar ook afgeven. Zorg er voor dat de inzendingen op tijd zijn, jongens en meisjes en zet vooral onder aan de tekening je naam en leeftijd. ?6 door F. Coppersmith Meer dan een uur dwaalde Claire rcnd om het huis van Egilson, toen pas keerde zij terug. In de voordeur ont moette zij Nancy, die haar kennelijk reeds had gezocht. Claire sprak haar niet aan. en Nancy zweeg onder de blik. die Missy" haar toewierp. Hoe kon zij weten, dat Claire haar daar mede wiidf? zeggen dat zij Claire 't groene poeder, dat iemand in een ge- luksroes bracht, thans gelukkig niet meer nodig had? Drie dagen na de aankomst van deze brief bracht Hussy in de loop van de avond een bezoek aan Egilson. Hussv nam, zorfÜer een uitnodiging af le wachten, een stoel, en begon te lachen. Daarmede hield hij pas op. toen Egilson tekenen Van ongeduld vertoonde. „Roep Nancy maar eens hier", zei hij teen, „en zeg dat ie haar nieuwe schoe nen meebrengt." Egilson keek verbaasd, wilde wat zeggen, bedacht zich echter en riep Nancy, die buitenshuis de was deed. Hoewel zij aanvankelijk net deed alsof 7.i, het roepen van Egilson niet hoorde, moest zij het bevel wel gehoorzamen, toen de farmer een der slaven opdracht gaf, Nancy binnen te brengen. „Waar zijn je nieuwe schoenen, Nan cy?" informeerde Hussy. Nancy trok een gezicht of zij nergens van wist. „Schoenen, m'neer Hussy?" vroeg ze met de stem van een kind, dat de on - schuld, aan elk misdrijf hardnekkig vol houdt. „Je begrijpt me heel goed", zei Hussy, „haal de schoenen, maar die je van lie voormalige acteur hebt gekregen!" Tegen wil en dank moest Nancy naar haar kamer. Even later kwam zij aar zelend de trap af, met in haar hand een paar fonkelnieuwe schoenen van zacht, geel leer, keurig afgezet met rode strikjes. Hussy nam de schoenen in de hand. bekeek ze nauwkeurig aan alle kanten en zei tegen Egilson: „Weet jij waar die hansworst het leer vandaan heeft voor do schoenen, die hij aan Nancy cadeau heeft gedaan? Van mij, kijk maar!" En hij toonde Egilson zijn merk, dat ook op de zadeltassen van zijn paard te zien was. Egilson slaagde er slechts met grote moeite in, zijn lachen te bedwingen. „Waarom heb je je deze schoenen cadeau laten doen?" vroeg hij toen aan Nancy op strenge toon, „je wist toch wel dat zij gemaakt zijn van het leer, deu aan m'neer Hussy behoort?" Nancy sloeg verlegen de ogen neer. „Ik.... ik wist het niet! Hij heeft ze me opgedrongen. Ik wilde ze niet eens hebben!" „Lieg niet", viel Hussy uit. „Ik lieg er niet om", riep Nancy ver ontwaardigd. Heb je ook niet laten merken dat een paar nieuwe schoenen je uiterst welkom waren? Dat juist een paar gele schoenen met rode strikken je hartewens was?" vroeg Egilson. Geen woord heb ik er over gezegd, m'neer Egilson, geen woord. Waarom zou ik juist gele schoenen willen heb ben?" antwoordde Nancy onschuldig. ,Je bent een kleine heks", mompelde Egilson, „maak maar dat je uit onze ogen komt!" Hij had de woorden nauwelijks ge zegd of Nancy was al verdwenen. Maar de nieuwe schoenen had ze meegeno men, dankbaar de kans benuttend dat Hussy die tijdens dit verhoor op tafel had gedeponeerd. „Ja, je kunt er nu wel de draak mee steken", aldus Hussy, „en ik moet er zelf ook om lachen, maar de zaak is in de grond toch te ernstig. Ik voel er niet veel voor mijn leer te laten gebruiken voor schoenen door een potsenmaker, dit zo gauw zwicht voor een paar mooie donkere ogen. Eigenlijk is dit diefstal, en moest de sheriff hel hem maar eens inpeperen!" Egilson haalde de schouders op. ..Stuur hem maar eens bij mij. dan zal ik hem wel eens onder handen nemen. En nu wat anders: wanneer gaan we op de buffeljacht? Dan heb je voorlo pig weer leer genoeg!" De volgende avond zag Claire de schoenmaker", die „arme Bianchi", zoals zij hem betitelde, door een der grote poorten binnenkomen. Zij stak groetend een hand omhoog, en stelde meteen niet zonder verwondering vast, dat hij zich gedeeltelijk in nieuwe kleren had gestoken. Hij droeg r. paar oude, hoge laarzen, die al verschillende keren opgelapt waren en welke hij dank zij hardnekkig poetsen nog enige'glans had gegeven. Om z'n schou ders had hij een helrode deken met gele strepen geslagen, precies zoals de Indianen die droegen, en op zijn hoed had hij een rij bonte veren gestoken. Claire liep hem tegemoet en zei ver wijtend: „Hoe kom je nu toch aan zo iets, Antonio!" Want zij had ook het een en ander gehoord over de nieuwe schoenen van Nancy. Haar woorden lieten in het midden of zij op de schoenen sloegen, dan wel op Bianchi's uiterlijk. „Wees niet boos op me, O, Konin gin", citeerde de „schoenmaker" een zijner rollen, en Claire moest zich vlug omdraaien om haar lachen te ver bergen. „Meld je maar bij mijnheer Egilson, die zal je wel wat anders zeggen!" zei ze toen. Egilson zat op een houten bankje bij het vuur, waarboven een pot met bonen hing te koken. „Ah, de schoenmaker", riep Egilson, je weet misschien dat in dit deel van de wereld de sheriff diefstallen ophel dert en de daders streng bestraft? Je mag blij zijn wanneer je niet opgehan gen wordt". Bianchi stond als een arme zondaar voor de farmer. „Ja, m'neer Hussy had inderdaad nog een tas uit het leer kunnen krijgen", merkte hij op, en zijn stem klonk uiterst deemoedig, „alleen zou die veel en veel kleiner zijn uitgevallen. En als er' straf uitgedeeld moet worden dan ben ik de enige die schuld heeft. Al leen vóel ik er niets voor om opge hangen te Worden (Wordt vervolgd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1948 | | pagina 5