Werk van wichelroede-loper Mieremet
vindt in steeds breder kring waardering
NOODLOT
Aardstralen: geen nieuwe ontdekking
Het Radioprogramma
Nieuwe avonturen van Pim, Pam en Pom
Oplossing Prijsraadsel
Nellie en haar kostgangers
Hallo, Jongens en Meisjes
De Jeugdkoerier
Tekenwedstrijd
AAR-
7ó GEWICHTIG ZELFS, dat van ver-
schillende kanten pogingen in het
werk worden gesteld om een deel van
het fonds, dat het Nederlandse volk
bijeenbracht voor het regeringsjubi
leum van Koningin Wilhelmina, te be
stemmen voor een onderzoek naar de
vraag of het juist is, dat het optreden
van kanker wordt bevorderd door de
zogenaamde aardstralen.
„Het was Zandvoort niet", zegt de
burgemeester, „maar mijn gemeente
kan eerlang wel als proefgebied ge
noemd worden, want de heer Miere
met is bezig hier een dergelijk onder
zoek in te stellen."
„Is er bezwaar tegen dat te vermel
den, burgemeester?"
„Wat mij betreft geen enkel be
zwaar", zegt burgemeester Van Fenema
en dan ontpopt hij zich als een groot
bewonderaar van de heer Mieremet,
als een man, die er ten volle van over
tuigd is, dat alle gebouwen waar veel
mensen samenwonen chrêches, zie
kenhuizen, klinieken en in het bijzon
der tehuizen voor kraamvrouwen zo
spoedig mogelijk op het voorkomen
van aardstralen onderzocht moeten
worden.
Dan blijkt, dat het grondgebied van
Zandvoort reeds in diverse stukken
verdeeld is, welke één voor één onder
zocht zullen worden en dat de heer
Mieremet met dat onderzoek reeds een
aanvang gemaakt heeft.
Bodem-invloeden
De burgemeester herinnert aan het
boek Le secret de la vie van
professor Georges Lakhowsky in Pa
rijs, die daarin uiteengezet heeft, dat
hij een onderzoek heeft ingesteld naar
verschillende aardlagen en grondsoor
ten van Parijs in verband met hun
terugkaatsingscapaciteit. Het is moge
lijk, dat de aardstralen waarvan men
nog zo weinig weet, maar welker be
staan niet meer te loochenen valt, kos
misch zijn en van een planeet, die ze
voortbrengt of ontvangt, naar de aarde
gekaatst worden, zoals de maan dat
doet met de zonnestralen. Het is mo
gelijk, dat de bodem, die deze -tralen
ontvangt, ze hier en daar dieper laat
indringen of gemakkelijker terugkaatst
wat dan afhankelijk is van de grond
soort. Zo kan men verklaren, dat er
op bepaalde delen der aarde gezondere
mensen wonen dan op andere en wan
neer dit juist is, mag het ook weten
schappelijk gesproken plicht genoemd
worden, dat op als gevaarlijk gesigna
leerde plaatsen afdoende maatregelen
worden genomen om dat gevaar te be
strijden.
VOOE HEDENAVOND
HILVERSUM I, 301 m Nieuwsberichten
om 6, 8 en 11 uur AVRO: 6,15 Sport-
piaatje 6,30 Voor de Strijdkrachien
7,00 Uitslag van de tekenwedstrijd „De
i:ng van Rico" 7,10 Avro's avondschool
7,45 De Regenngs-Voorlichtingsdienst
antwoordt 8,05 Internationale vraag
stukken 8,20 Sint Nlcolaas-cantate
8.15 Historisch hoorspel 10,05 Gramo-
foonplaten 10,15 Het Radio Philharmo-
nisch-orkest 11,15 Amerikaanse zang
sterren
HILVERSUM II, 415 m Nieuwsberichten
om 7, 8 en 11 uur NCRV: 6,15 Land
en Tuinbouw 6,30 Sans Souci 6,45
Problemen voor pientere piekeraars
7,15 Leger des Heils-kwartier 7,30 Het
actueel geluid 7,45 Nederlandse organis
ten spelen 8,05 Programma-proloog
8,15 Snaren symphonic 9,30 Familie-
competitie 10,00 Gramofoonmuziek
10,05 De vaart der Volken 10,25 Lie
deren 10,45 Avondoverdenking 11,15
Avondconcert
VOOR VRIJDAG
HILVERSUM I, 301 m Nieuwsberichten
om 7. 8, 1, 6, 8 en 11 uur VARA: 8,18
Operette-selecties AVRO: 12,45 Gerard
van Krevelen (piano) 3,20 Platen-caba
ret VARA: 6,15 De Vara feliciteert
6.30 Voor de Strijdkrachten 7,00 Denk
orii de bocht 7,15 Kwartet Jan Cor-
duwener VPRO: 7,30 Nederand en zijn
gewesten 7,50 Tien voor acht M5
Sonate 8,30 „Midden in de wereld"
HILVERSUM II, 41j m Nieuwsberichten
om 7, 8, 1, 7, 8 en 11 uur KRO: 8,15
Piuk de dag 1,25 Promenade-orkest
3,36 Middagconcert 6,00 Xavier Cugat
en zijn orkest 6,30 Van Troubadours
tot moderne liederen
(Eigen berichtgeving)
IN HET GOUDEN SCHIJNSEL van de kroonlichten in de gezellige burgemees-
terskamer van het fraaie Zandvoortse raadhuis staat de burgemeester, mr. H.
>1. van Fenema, ons welwillend te woord als wij hem komen vragen of de plaats
in Noordholland, welke de heer Mieremet in samenwerking met de plaatselijke
arts „ontstraald" heeft zijn gemeente geweest is.
Neen, het is Zandvoort niet geweest en een ogenblik betreuren wij onze ver
geefse reis tot plotseling blijkt, dat wij toch op een goed spoor zitten. Het is
Zandvoort niet geweest en de burgemeester mag ons ook niet mededelen, welke
plaats het wèl was. Vanwaar die geheimzinnigheid, die angst voor suggestie, die
dadelijk ondoordringbare muren opwerpt als een journalist iets meer wil weten
over het onderzoek naar aardstralen, die, naar men zegt, een zo gewichtige rol
bij de volksgezondheid spelen?
„Gelooft u, burgemeester, dat kanker
door aardstralen veroorzaakt kan wor
den?"
„Zover zou ik niet willen gaan", zegt
mr. Van Fenema, „maar ik ben er van
overtuigd, dat aardstralen de weer
stand van de mens, die daarin geregeld
verkeert, verzwakken zodat hij vatbaar
wordt voor vele ernstige ziekten."
„Dus ook voor t.b.c.?"
„Ook dat is mogelijk", zegt de bur
gemeester. „De aardstralen gaan in ge
bouwen door alles heen en het ver
weermiddel, dat misschien zou kunnen
helpen is het maken van vloeren van
berkentriplexdie bijzonder ondoor
dringbaar genoemd worden, wat geens
zins betekent, dat dit een afdoende be
scherming zou zijn."
Hoe er in Zandvoort ge
werkt wordt
„Kijk". De burgemeester tekent een
willekeurig stuk Zandvoorts gebied op
een vel papier uit zijn blocnote. „Dit is
het eerste stuk onzer gemeente, dat
thans door de heer Mieremet onder
zocht wordt. Hier gaan wij langs de
grens en op verscheidene punten daar
van constateert de heer Mieremet met
een wichelroede van messing de aan
wezigheid van aardstralen. Uit de in
tensiteit waarmee de wichelroede zich
beweegt kan de kracht van de straal
worden gemeten. Een zeeman kent
windkracht in diverse cijfers, hier leg
gen wij de kracht van de uitstraling
vast. De cijfers lopen van 5 tot en met
9. In de stralen 5 en 6 zal niemand ge
vaar lopen, de stralen 7, 8 en 9 onder
mijnen het weerstandsvermogen. Waar
langs de grens aardstralen geconsta
teerd worden, meten wij de breedte van
de baan en de kracht van de stralen en
dan gaan wij na in welke richting deze
zich verder op ons terrein bewegen."
„Werkt de aardstraal dan niet als
een fontein, die op een bepaalde plaats
uit de grond komt?"
„Neen", zegt de burgemeester en hij
tekent op het Zandvoortse gebied al
lerlei bochtige riviertjes. De aardstra
len werken als 't ware als bee.kjes, die
zich door het gebied kronkelen. Uit de
banen van die beekjes, moet men weg
blijven en voornamelijk waar ze elkaar
kruisen zijn de gevaarlijke punten
waar zo mogelijk alle leven geweerd
moet worden."
De burgemeester herinnert aan de
uitdrukking „kankerhuizen". Het zijn
de gebouwen waar als 't ware gehele
families aan de gevreesde ziekte ten
offer zijn gevallen. Men kan ze slopen
en herbouwen, maar de vloek blijft er
op rusten.
De resultaten
„Welke plannen heeft u als het on
derzoek in qw gemeente voltooid is?"
„Dan brengen wij de resultaten van
ons onderzoek ter kennis van dokter
De Groot, onze inspecteur van de
Volksgezondheid, die er sceptisch te
genover staat, maar bereid is ze volko
men objectief te bekijken. Het is zelfs
mogelijk, dat de heer Mieremet in de
gelegenheid wordt gesteld onder
strenge wetenschappelijke controle
in de Landbouwhogeschool te Wage-
ningen biologische proeven op planten
en dieren te nemen. De inspecteur ont
raadt proefnemingen op mensen, of
schoon hij er uiteraard geen bezwaar
tegen heeft wanneer men bij gebleken
uitstralingen in een woning stoel of
bed gaat verzetten, op conditie natuur
lijk, dat eventuele „slachtoffers" zich
niet willekeurig aan medische controle
onttrekken."
De burgemeester herinnert aan het"
Friese plaatsje Rauwerd, dat destijds
geheel op aardstralen onderzocht is en
waar de gevaarlijke kruispunten inder
daad plaatsen aangaven waarbij men
kon constateren, dat theorie en prac-
tijk een grote overeenstemming ver
toonden; aan artikelen van Dr. Jos.
Peeters uit Weert, die reeds in 1936 de
zwangerschapskrampen in zijn ge
meente -in het Tijdschrift voor genees
kunde aan bodem-invloeden toeschreef;
aan proeven met muizen in Zwitser-
In een dezer dagen geplaatst ar
tikel over het onderzoek naar
de zogenaamde aardstralen is
medegedeelddat er een gemeen
te in Noord-Holland is, welke
zonder dat de bevolking dat weet,
door de heer Mieremet, met
medewerking van de plaatselijke
arts, op aardstralen onderzocht is.
Ons vermoeden, dat dit Zand
voort zou zijn, is niet bewaarheid,
maar de burgemeester van deze
badplaats, Mr. H. M. van Fenema,
heejt ons medegedeeld, dat ook in
zijn gemeente met dit onderzoek
een aanvang is gemaakt en ons
als overtuigd voorstander daar
van verschillende interessante
bijzonderheden over de betekenis
van dit onderzoek medegedeeld,
welke wij in dit artikel publi
ceren.
'and genomen, waajbij het opvallend
was, dat kankerverschijnselen met bo
dem-invloeden gepaard gingen en op
diezelfde invloeden bij het constateren
van struma.
Hij vertelt van zijn eigen boerderij
waar de koeien in steeds weer de
zelfde box ziek werden totdat door
een onderzoek van de heer Mieremet
bleek, dat dit de enige plaats op de
boerderij was waar hij aardstralen ge
constateerd had.
Hoe kan men uitstraling
voorkomen?
Men kan door een vernuftig gecon
strueerd toestel de stralen van loop
doen veranderen, ze nivelleren, mis
schien zelfs neutraliseren. Dat apparaat
wordt „Poverni" genoemd (Potentiaal
verschil-nivellering)Het wordt in put
ten van beton van 1 m3 inhoud in de
grond gebracht.
Deze apparaten hebben een bepaalde
actieradius en bevatte.i metaaldelen,
welke een magnetisch veld vormen,
waardoor bodemuitstralingen geneu
traliseerd worden. Ze zijn nog lang niet
volmaakt en zeer gevoelig voor vocht
en metaal. Men mag daarbij niet over
het hoofd zien, dat aardstralen in ver
loop van tijd van richting kunnen ver
anderen waardoor het zeker gewenst
is van tijd tot tijd de werking te laten
controleren.
„U heeft dus alle vertrouwen in het
werk van de heer Mieremet, burge
meester?"
„Ik sta persoonlijk voor hem in" zegt
burgemeester Van Fenema, „en ik zal
niets liever zien dan dat de medische
wetenschap zich voor het hier te hou
den onderzoek interesseert. Er is mijns
inziens alleszins reden het onderzoek
met kracht voort te zetten".
Inderdaad kan hier van een nog nau
welijks te overzien volksbelang wor
den gesproken.
De verborgen jongens- en meisjes
namen waren:
1. Nel.
2. Gerda.
3. Alie.
4. Loes.
5. Tom.
6. Steven.
7. Piet.
Sommige jongens en meisjes vonden
nog andere namen in de zinnetjes en
wanneer het goede namen waren wer
den ze niet fout gerekend.
De prijswinnaars zijn deze week:
DIK LIEMAN, Dorpstraat A. 287,
Oudkarspel.
GRIETA VAN DER WAAL, Groene-
laan 28, Beverwijk.
ELS MARS, Jan van Scorelkade 78,
Alkmaar.
JANNIE SPAAN, Schoutenstraat 4,
Hoorn.
HANNIE WOLTHAUS, Janzenstraat
71, Den Helder.
Allemaal gefeliciteerd! De prijzen
worden toegezonden'.
en
de
HERHALING PRIJSRAADSEL.
Het prijsraadsel voor jongens
meisjes van 12 jaar en ouder, is
vorige keer door een correctie-fout
volkomen onbegrijpelijk geworden. Wij
laten het hier dus nog eens volgen:
S... Nis voor .o.. en o..
Een f...t w..r ie.e...n van L
T.... I.. van de JK
w.t jullie a... v... p
Vul in het bovenstaande rijmpje de
ontbrekende woorden en letters in, op
de plaats waar de puntjes staan.
De oplossingen worden vóór Zondag
12 December aan het bureau van dit
blad verwacht. Stel het verzenden niet
uit tot de volgende week, want er ko
men nog steeds zo veel oplossingen te
laat binnen.
ONZE MEDEDELINGEN.
Familie D. Swart, in den Helder,
hartelijke dank voor de mooie sigaren
bandjes. Wilt U nog eens schrijven
voor welke kinderen ze bedoeld zijn?
Alle cyperse poesjes hebben reeds
een goed tehuis gevonden.
In de oplossing van het prijsraadsel
stond de vorige keer een correctiefout.
Het woordje roest moest roet zijn. De
meesten van jullie hebben dat wel
begrepen.
55. Nu, de vriendjes van Pim, Pam
en Pom willen graag meedoen. Daar
heb je in de eerste plaats de twee
zoontjes van Teddy Beer, Tommie en
Brommie. De twee beertjes willen ook
graag een padvinder zijn. Ze hebben
alleen nog geen» hoed, maar dat hin
dert niet, heeft Pim gezegd. En dan is
Kobus, het konijn, er natuurlijk ook
bij. Kobus heeft zijn ijsmuts opgezet.
56. Het konijn voelt zich erg trots
met zijn ijsmuts, al lijkt het dan ook
helemaal niet op een padvindershoed.
Hij trekt er zich niets van aan, dat de
anderen hem een beetje uitlachen.
„Als het winter is, dan lach ik", roept
hij. „Want dan kan ik lekker mijn
oren onder mijn muts stoppen. En die
boeden van jullie staan toch maar op
je hoofd". „Stilte" roept Pim boven al
les uit. „Laten we nu niet over hoe
den maarover ons clubhuis praten.
„Wat heeft dat kind me nu weer
meegebracht?" zei vader op een avond
de keuken binnenstappend en struike
lend over iets zachts en bewegelijks,
dat onder zijn pantoffel wegglipte. Een
jammerlijk gemauw drong tot hem
door. „Vast weer zo'n beest van Nel
lie!" Nellie was de oudste van de ze
ven kinderen. Als ze haar moeder niet
om kauwgom zeurde, was het om een
kanariepietje, een konijn, een poes of
een hond. Niet, dat ze bij Nellie thuis
niets van dien aard hadden; dat kun
je denken! Kwam je er op etenstijd de
bijkeuken binnen, dan leek het wel
een ark van Noach.
Waar ze allemaal vandaan kwamen,
kon je onmogelijk achterhalen. Twee
droefgeestige taxhonden hadden het
altijd aan de stok met een langharige
spaniel, die overigens toch wel goedig
was. Even verder dronken gulzig twee
katers uit een etensbord, een zwarte en
een grijsgestreepte, zo schrokkig. dat
ze zich voortdurend verslikten. Ze ke
ken niet op of om, Op de plaats ach
ter de bijkeuken zaten een paar ko
nijnen stilletjes van hun wortelloof te
smikkelen. Hun bewegelijke neusjes
lieten zien, dat ze niet sliepen. Die hele
menagerie was er niet op één dag ver
schenen, dat begrijp je wel. Langza
merhand had zich deze dierenkolonie
gevestigd en uitgebreid. Toen Nellie
nog heel klein was, en het lang duur
de eer ze broertjes of zusjes kreeg,
gingen haar ouders op vriendjes voor
haar uit. „Een alleen is maar verdrie
tig", dachten ze.
Nu, het v/as niet moeilijk, ze te vin
den. Nellie wees ze zelf aan op straat.
..Neemt U dit lieve hondje voor mij
mee, Mammie", wees ze op een Deense
dog, zo groot als een kalf. „En dit
paardje wil ik ook wel hebben"'. De
oude knol, die hiermede erd aange
duid, hinnikte vrolijk bij het horen
van dat compliment. Toch maakte hij
geen aanstalten om van zijn groente
wagen los te komen. In één woord,
Nellie was weg van alle dieren, die ze
tegenkwam. Niets maakte haar geluk
kiger, dan zich over zwervende honden
Het Sint Nicolaasfeest ligt al weer achter ons en ik hoop dat jullie er van
hebben genoten. Ondanks alle voorbereidingen voor het feest hebben jullie de
Jeugd-Koerier toch niet vergeten, want er kwamen genoeg brieven binnen voor
ons correspondentie-hoekje.
Wij gaan deze week beginnen met het briefje van Grieta van der Waal. Wat
fijn dat Vader je wil' helpen, Grieta. Ik heb de tekeningen goed bekeken en ik
vind ze erg aardig. Bedankt voor al je werk, meisje. Annie Nijman, prettig
dat je 't zo'n leuk boek vindt. Ja Annie, blijf maar meedoen. Je hebt altijd kans
om weer een boek te winnen, want de boeken worden verloot onder de goede
oplossers. Piet v. d. Burg, ik vond het prettig dat ik eens wat meer van je
hoorde. Groet Hennie maar van mij. Jettie Scheuer, gefeliciteerd met je zwem
diploma. Wat heb je aardig bij dat muziekstukje geschreven. Bedankt, meisje.
Ja, ik heb in je Poësie-album geschreven hoor! Anton Mol, zijn je wensen
nog vervuld? Els Mars, wat heb jij alleraardigst getekend! Ik vond het erg
mooi. „Goud-Elsje", bedankt voor de sigarenbandjes en de postzegels. Ik hoop
dat jouw klas een prijs heeft gewonnen met de luisterwedstrijd. Louis Sost-
man, gelukkig dat het boek zo goed in je bezit kwam. Henny Scheeres, alle
kleine poesjes hebben reeds een goed huis gevonden. Ik kan je dus tot mijn
spijt niet meer helpen, Hennie. Rietje Balk, nog hartelijk gefeliciteerd met je
verjaardag! Heb je een prettig Sint Nicolaasfeest gehad? Jannie en Teunie
Beets, bedankt voor de leuke Sinterklaastekening. Hoe is het feest op school
geweest? Ina Klompe, dat was bij jullie dus dubbel feest op de verjaardag
van Sint Nicolaas. Ik heb je mooie knipseltjes bewonderd, Ina. Ben je nu weer
helemaal beter? Roland Wilkens, je bent welkom hoor! Neen, je kunt alleen
een prijs winnen voor het raadsel van je eigen groep, Roland. Schrijf de oplos
sing maar gewoon bij je brief hoor! Nelly Kunnen, wat gezellig dat je broer
over mocht komen. Ben je nu al weer beter, Nelly? Harm Smidt, dat was een
aardige tekening, die je mij stuurde. Bedankt, Harm. Gelukkig dat je het boek
hebt ontvangen. Elly Rempt, ja, dat was gezellig allemaal. Wat heb jij een
heerlijke tijd gehad! Nettie Timmerman, dat heb je heel mooi getekend
hoor! Groet Willy maar van mij. Jannie de Graaf, bedankt voor de sigaren
bandjes. Het zijn allemaal mooie cadeaux waar je over schreef. Heb je een
prettige verjaardag gehad? Jannie Spaan, is je mens vervuld en heb je een
pop gekregen van Sint Nicolaas? Corrle Nokkert, jij hebt veel leuke dingen
gemaakt, zeg! Daar zal je wel vroeg aan begonnen zijn, denk ik. Groeten aan
Henk! Truusje v. d. Kooi, Tiny Sasburg, Andries Stieltjes, Robbie Bakker,
Alie Tjeertes, Dik Lieman, Wim Schot, Manda Lemette, Herman de Vries en
Ariejanne Wagenaar, jullie zijn welkom in de Jeugd-Koerier.
De brieven voor het volgende correspondentie-hoekje moeten uiterlijk vóór
Zondag 19 December naar het bureau van dit blad worden gezonden.
Dag allemaal!
Een hartelijke groet van
TANTE IET.
en katten te ontfermen. Haar
vriendenschaar werd echter
steeds groter en toen kwamen
de broertjes en zusjes daar nog
achteraan. Vader besloot nu
radicaal de bijkeuken als ont
vangkamer voor de buiten-
vrienden in te richten. Ook hij
zelf kreeg schiik in het geval,
behalve in de katten.
„Met die beesten heb ik nu
niets op. Misschien zou het an
ders zijn, als ze naar eau de
cologne roken en niet zo vals
waren. Er zijn ook wel lieve bij,
maar weinig hoor!" Nellie wilde
daarvan echter niets horen. Als
een echt moedertje zorgde ze
voor al haar kornuiten. Ze
mengde het honden- en katten
brood aan, spoelde de afgelikte
schoteltjes steeds keurig om en
ieder kreeg zijn toebedeelde
portie, niet meer en niet minder.
Sinds een paar dagen hadden
zich drie nieuwe gasten in hun
clubje binnengedrongen. Het
was een oude poes met twee dochter
tjes, armetierige scharminkels. Op een
middag hadden ze zich vreesachtig
aan de achterdeur vertoond. Nellie's
gevoelig hartje was direct bewogen
bij het zien van die magere stumpers.
Een bakje melk deed wonderen en
voor het avond was, waren ze met
geen stok weg te krijgen. Het waren
wel de meest dankbare eters, die Nel
lie tot nog toe onder haar kostgangers
telde. Alles ging even vlot naar bin
nen, onverschillig wat ze hun voor
zette.
Dadelijk na het eten sleepte Nellie,
alles, wat ze aan eetbaars veroveren
kon, naar de bijkeuken; soms wel iets
te veel, vond haar moeder. Na enkele
dagen was het drietal niet meer te her
kennen. De kleintjes, glanzend en rond,
begonnen al op dikke biggetjes te lij
ken. Ook de poesenmoeder was aange
komen, al was het veel minder dan
haar kinderen. Toen Nellie met een
schotel heerlijke visrestjes de bijkeu
ken wilde binnengaan en de deur open
deed, bleef ze verrukt staan kijken
naar het tafereeltje, dat het kattenge-
zin bood. De jonge poesjes deden zich
ijverig te goed uit een schaal met pap,
terwijl de moeder van een tafeltje met
welgevallen nerzag op haar lieveringen
waarvoor nu eindelijk de goede tijden
waren aangebroken. Vader, die Nellie
stilletjes gevolgd was, stond lachend
toe te zien. „Ik geloof nu toch, dat ik
me in de katten vergist heb, in jouw
kostgangers in elk geval".
Voor de volgende keer mogen de te
kenaars van 6 tot 12 jaar, hun beste
beentje eens voorzetten. Jullie weten,
dat wij al weer spoedig het Kerstfeest
vieren en nu zou ik zo graag een mooie
Kersttekening van jullie willen heb
ben. Je mag zelf iets bedenken, als het
maar verband houdt met Kerstfeest.
Natuurlijk moet het eigen werk zijn
en mag je niet geholpen worden door
vader, broer, zus of andere familie
leden.
Nu zal ik eens gauw vertellen hoe
de tekeningen gemaakt moeten worden.
Niet te groot natuurlijk. Een klein te
keningetje, dat je niet behoeft te vou
wen is het beste. Je kunt het bijvoor
beeld tusen twee stukjes carton ver
zenden. Zorg er voor dat het papier,
waarop je de tekening maakt, effen
wit is, dus geen lijntjes- of ruitjespa
pier. Als je het hebt, is tekenpapier
natuurlijk het allerbeste. De teke
ningen mogen niet gekleurd worden en
moeten liefst met zwarte Oost-Indi
sche inkt worden gemaakt. Wanneer
je dat niet hebt, is gewoon potlood
ook goed, maar gebruik geen kleur
potloden of andere soorten inkt dan de
zwarte Oost-Indische.
Nu vragen jullie je natuurlijk af,
waarom dit allemaal nodig is. Dat is
gauw verteld: Van de beste of aar
digste tekening wordt een cliché ge
maakt en dat komt dan de volgende
keer in de Jeugd-Koerier.
En nu maar dadelijk aan de slag.
want jullie kunnen er deze keer niet
zo lang over doen.
De tekeningen moeten vóór Zater
dag, 18 December, verzonden zijn naar
bet bureau van dit blad. Je mag ze
daar ook afgeven.
Zorg er voor dat de inzendingen op
tijd zijn, jongens en meisjes en zet
vooral onder aan de tekening je naam
en leeftijd.
?6
door F. Coppersmith
Meer dan een uur dwaalde Claire
rcnd om het huis van Egilson, toen pas
keerde zij terug. In de voordeur ont
moette zij Nancy, die haar kennelijk
reeds had gezocht. Claire sprak haar
niet aan. en Nancy zweeg onder de
blik. die Missy" haar toewierp. Hoe
kon zij weten, dat Claire haar daar
mede wiidf? zeggen dat zij Claire
't groene poeder, dat iemand in een ge-
luksroes bracht, thans gelukkig niet
meer nodig had?
Drie dagen na de aankomst van deze
brief bracht Hussy in de loop van de
avond een bezoek aan Egilson. Hussv
nam, zorfÜer een uitnodiging af le
wachten, een stoel, en begon te lachen.
Daarmede hield hij pas op. toen Egilson
tekenen Van ongeduld vertoonde.
„Roep Nancy maar eens hier", zei hij
teen, „en zeg dat ie haar nieuwe schoe
nen meebrengt."
Egilson keek verbaasd, wilde wat
zeggen, bedacht zich echter en riep
Nancy, die buitenshuis de was deed.
Hoewel zij aanvankelijk net deed alsof
7.i, het roepen van Egilson niet hoorde,
moest zij het bevel wel gehoorzamen,
toen de farmer een der slaven opdracht
gaf, Nancy binnen te brengen.
„Waar zijn je nieuwe schoenen, Nan
cy?" informeerde Hussy. Nancy trok
een gezicht of zij nergens van wist.
„Schoenen, m'neer Hussy?" vroeg ze
met de stem van een kind, dat de on -
schuld, aan elk misdrijf hardnekkig vol
houdt.
„Je begrijpt me heel goed", zei Hussy,
„haal de schoenen, maar die je van lie
voormalige acteur hebt gekregen!"
Tegen wil en dank moest Nancy naar
haar kamer. Even later kwam zij aar
zelend de trap af, met in haar hand
een paar fonkelnieuwe schoenen van
zacht, geel leer, keurig afgezet met
rode strikjes.
Hussy nam de schoenen in de hand.
bekeek ze nauwkeurig aan alle kanten
en zei tegen Egilson: „Weet jij waar die
hansworst het leer vandaan heeft voor
do schoenen, die hij aan Nancy cadeau
heeft gedaan? Van mij, kijk maar!" En
hij toonde Egilson zijn merk, dat ook
op de zadeltassen van zijn paard te
zien was.
Egilson slaagde er slechts met grote
moeite in, zijn lachen te bedwingen.
„Waarom heb je je deze schoenen
cadeau laten doen?" vroeg hij toen aan
Nancy op strenge toon, „je wist toch
wel dat zij gemaakt zijn van het leer,
deu aan m'neer Hussy behoort?"
Nancy sloeg verlegen de ogen neer.
„Ik.... ik wist het niet! Hij heeft ze
me opgedrongen. Ik wilde ze niet eens
hebben!"
„Lieg niet", viel Hussy uit.
„Ik lieg er niet om", riep Nancy ver
ontwaardigd.
Heb je ook niet laten merken dat
een paar nieuwe schoenen je uiterst
welkom waren? Dat juist een paar
gele schoenen met rode strikken je
hartewens was?" vroeg Egilson.
Geen woord heb ik er over gezegd,
m'neer Egilson, geen woord. Waarom
zou ik juist gele schoenen willen heb
ben?" antwoordde Nancy onschuldig.
,Je bent een kleine heks", mompelde
Egilson, „maak maar dat je uit onze
ogen komt!"
Hij had de woorden nauwelijks ge
zegd of Nancy was al verdwenen. Maar
de nieuwe schoenen had ze meegeno
men, dankbaar de kans benuttend dat
Hussy die tijdens dit verhoor op tafel
had gedeponeerd.
„Ja, je kunt er nu wel de draak mee
steken", aldus Hussy, „en ik moet er
zelf ook om lachen, maar de zaak is in
de grond toch te ernstig. Ik voel er niet
veel voor mijn leer te laten gebruiken
voor schoenen door een potsenmaker,
dit zo gauw zwicht voor een paar
mooie donkere ogen. Eigenlijk is dit
diefstal, en moest de sheriff hel hem
maar eens inpeperen!"
Egilson haalde de schouders op.
..Stuur hem maar eens bij mij. dan zal
ik hem wel eens onder handen nemen.
En nu wat anders: wanneer gaan we
op de buffeljacht? Dan heb je voorlo
pig weer leer genoeg!"
De volgende avond zag Claire de
schoenmaker", die „arme Bianchi",
zoals zij hem betitelde, door een der
grote poorten binnenkomen. Zij stak
groetend een hand omhoog, en stelde
meteen niet zonder verwondering
vast, dat hij zich gedeeltelijk in nieuwe
kleren had gestoken. Hij droeg r. paar
oude, hoge laarzen, die al verschillende
keren opgelapt waren en welke hij
dank zij hardnekkig poetsen nog
enige'glans had gegeven. Om z'n schou
ders had hij een helrode deken met
gele strepen geslagen, precies zoals de
Indianen die droegen, en op zijn hoed
had hij een rij bonte veren gestoken.
Claire liep hem tegemoet en zei ver
wijtend: „Hoe kom je nu toch aan zo
iets, Antonio!" Want zij had ook het
een en ander gehoord over de nieuwe
schoenen van Nancy. Haar woorden
lieten in het midden of zij op de
schoenen sloegen, dan wel op Bianchi's
uiterlijk.
„Wees niet boos op me, O, Konin
gin", citeerde de „schoenmaker" een
zijner rollen, en Claire moest zich
vlug omdraaien om haar lachen te ver
bergen.
„Meld je maar bij mijnheer Egilson,
die zal je wel wat anders zeggen!" zei
ze toen.
Egilson zat op een houten bankje
bij het vuur, waarboven een pot met
bonen hing te koken.
„Ah, de schoenmaker", riep Egilson,
je weet misschien dat in dit deel van
de wereld de sheriff diefstallen ophel
dert en de daders streng bestraft? Je
mag blij zijn wanneer je niet opgehan
gen wordt".
Bianchi stond als een arme zondaar
voor de farmer.
„Ja, m'neer Hussy had inderdaad nog
een tas uit het leer kunnen krijgen",
merkte hij op, en zijn stem klonk
uiterst deemoedig, „alleen zou die veel
en veel kleiner zijn uitgevallen. En als
er' straf uitgedeeld moet worden dan
ben ik de enige die schuld heeft. Al
leen vóel ik er niets voor om opge
hangen te Worden
(Wordt vervolgd