□oor Residentie
Een verhaaltje van de Ooievaar
Letterlijk opgenomen
w nm&mzAmv tamsv»
Prijsraadsel
Herhaling Prijsraadsel
Onze mededelingen
O Q1
y> o
ttfërde oplossing;
Pim, Pam en Pom en het Afrikaanse avontuur
AVONTUUR
Het toeval als
ontdekker
Het Radioprogramma
Zo tussen Februari en April komen
da ooievaars terug van hun lange ge>
heimzlnnige reis, helemaal naar het
andere einde van de wereld. Bij het in
vallen van het gure jaargetijde zijn ze
bet vorige jaar weggetrokken naar
warme zonnige streken. Daar was voed
sel in overvloed, toen hier in Neder
land alles kaal en uitgestorven leek,
een winters sneeuwkleed het land be
dekte en wellicht sloten en plassen stijl
bevroren waren. Maar kondigt de lente
zich aan met de eerste warme dagen
dan komen de mooie wit-zwarte vogels
van verre, tot vanuit Zuld-Afrika
weer terug naar hun oude nest in het
kleine Nederland, duizenden en dui
zenden kilometers ver van hun winter
verblijf. Dan nemen ze weer bezit van
hun vertrouwde horst op een oud wa
genwiel, hoog op een dode boom of op
het dak van een boerderij. Eerst is het
mannetje aangekomen, als wilde het de
toestand eens goed opnemen, voor het
zijn vrouwtje laat overkomen. Na en
kele dagen daalt ook moeder ooievaar
op het nest en dan is het pas echt lente.
Is het niet wonderlijk, dat zo 'n vogel
zonder aarzeling precies het eigen nest,
dat kleine plekje, kan terugvinden na
die eindeloze tocht over vlakten en
steppen, door dalen en langs zeeën,
woestijnen en bergen? Wat wijst hem
de weg op reis? Dat weten we niet
Toch komt hij feilloos elk jaar naar
dezelfde plaats terug, als hij tenminste
niet op de lange gevaarvolle reis de
dood vindt. Er zijn nesten bekend, die
gedurende een eeuw, dus honderd ja
ren achtereen, elke zomer bewoond
waren. Nu kunnen ooievaars een hoge
leeftijd bereiken, een zeer hoge zelfs,
maar het is moeilijk aan te nemen, dat
in deze gevallen steeds hetzelfde paar
tje op het nest heeft gewoond.
Zo 'n '-ouwsel van takken en kluiten,
hoog in le lucht heeft vanzelfsprekend
in de lange winter heel wat te lijden
gehad. Het eerste werk na de terugkeer
is dan ook het huis wat opknappen. Het
voedsel aangedragen. Gelooft nu niet,
dat het in hoofdzaak kikvorsen zijn, die
als voedsel dienen. Kevers, sprinkha
nen, hagedissen, rupsen, muizen en vis
sen zijn een welkome buit. Natuurlijk
moeten ook wel de kwakende lang
benige springers er aan geloven. Men
is het er nog niet over eens, of de
ooievaar tot de n/.tige of tot de scha
delijke dieren moet worden gerekend.
In elk geval is deze schitterende vogel
zulk,een sieraad voor ons landschap,
dat we hem graag een enkel patrijsje
of fazantje gunnen. Ook beweert men
wel, dat hij het op jonge hazen gemunt
heeft, maar dit zal zeker tot de zeld
zaamheden behoren. Zijn de jongen
eenmaal uitgevlogen, dan komen ze
eerst nog elke dag terug op het nest.
Spoedig echter raakt het gezin uit
elkaar. In de nazomer verzamelen de
ooievaars uit een landstreek zich voor
de trek naar het zuiden. Eigenaardig is
hierbij, dat de jongen, die toch geen en
kele ervaring hebben van zo 'n lange
reis, het eerst vertrekken. De mooie
V-vormige figuren die men in de lucht
wel bij ganzen en kraanvogels kan
zien, schijnen bij de ooievaars niet
voor te komen. Deze vogels vliegen ge
heel op eigen kracht zo 'n afstand van
een tien duizend kilometer. Goede reis
dan uiver en tot ziens het volgend
voorjaar.
Van de vroegere Amerikaanse mi
nister Root wordt de volgende aar
dige anecdote verteld. Eens had hij
een nieuwe knecht, een neger, in
dienst genomen, die voor alles en al
len de grootste eerbied had. Op een
goede dag vroeg Root hem, waar de
prullemand was gebleven. „Die heeft
mijnheer Riley meegenomen" ant
woordde de negerjongen. „Mijnheer
Riley, wie is dat?" vroeg Root ver
wonderd. „Wel, de knecht hier" gaf
de jongen ten antwoord. Later vroeg
Root de neger, wie toch het raam had
opengezet b\j zulk koud weer. „Dat
heeft mijnheer Jolson gedaan" was
het antwoord. „Mijnheer Jolson; wie is
mijnheer Jolson?" „Wel, de glazen
wasser". „Hoor eens, je moet niet
alle mensen met mijnheer aanspre
ken. Noem ze bij hun voornamen. Ik
weet anders niet, wie je bedoelt"
sprak^Root Ongeveer een uur daarna
stak de jongen zfln hoofd om de deur
vqn Root's studeerkamer en riep:
„Zeg, Billy, buiten staat een dikke
kerel, die je spreken wil". Root, ver
baasd over deze onverwachte uitwer
king zijner woorden, stond op om
naar de bezoeker te gaan. Die bezoe
ker, de dikke kerel, wasPre
sident Taft
wijfje heeft hierbij de leiding, terwijl
vader ooievaar de bouwstoffen aan
draagt. Al gauw liggen nu een viertal
eieren in het zacht beklede nest; groen
achtig witte eieren, overdekt met
speldeprikken, zou je zeggen. Die prik
jes zijn echter poriën in de eischaal. Na
«en maand komen de jongen uit; kale
blauwachtige monstertjes, die snel op
drogen tot pientere geelwitte donsjon
gen met heldere kraaloogjes. Vanaf de
eerste dag moeten ze al zelf aan de
kost zien te komen. Ze worden niet
gevoerd. De oude vogels, die op de
jacht alles, wat ze vangen, dadelijk
opslokken, geven hiervan 'n deel terug
op het nest en de jonge ooievaartjes
moeten maar zorgen, hun deel van de
uitgespuwde massa te veroveren. An
ders krijgen ze niets. Ze groeien even
wel goed. Hun scherpe oogjes zien va
der of moeder al in de verte naderen
met voedsel. Dan geven ze hun vreug
de door onbeholpen geklepper te ken
nen. Hierbij leggen ze net als de ouden
hun kop plat achterover op de rug en
ratelen er lustig met de snavel op los.
Behalve het klepperen maakt de ooie
vaar slechts zelden geluid. Dat bestaat
dan uit een soort gesis, dat men echter
niet dikwijls zal horen. Na twee maan
den zijn de jongen wel zo ver, dat ze
een vliegtochtje durven wagen. Dag in,
dag uit hebben de oude vogels kilo's
Voor jongens en meisjes van 12 tot 16 Jaar
Wij beginnen vandaag met de brief van Vera Stavenuiter. Wat gelukkig dat
moeder weer zo goed opknapt, Vera. Ja, dat waren grote stenen, zeg! Hoe gaat
het met Marietje? Coba Schermer, hoe vind je het boek? Ik hoop dat het
naar je zin is, meisje. „Jackie", ik zal je nog schrijven. Bedankt voor je
brieven. Marijke Bontekoning, ik kan mij voorstellen hoe je tegen die storm
opgetornd bent. Gelukkig dat je net op het nippertje aan een nat pak bent
ontkomen. Het lijkt mij verschrikkelijk als je vierhonderd dakpannen van je
huis mist, want er zijn bijna geen nieuwe te krijgen. Gerdina Clay, je
bent nu dus geïnstalleerd bij de „Vrije Vogels". Leuk hoor! Wat borduur je op
de merklap? „Korenbloempje", ik weet niet of het andere Korenbloempje
nog meedoet, maar ik zal het er maar op wagen om jou zo te noemen. Hoe is
het nu met je. Heb je nog steeds last van de griep? Beterschap gewenst hoor
en hartelijk dank voor de aardige tekening. Andries Stieltjes, hartelijk dank
voor het zilverpapier. Heb je mijn brief ontvangen, Andries? Henk Nokkert,
allereerst hartelijk dank voor de tekening, die ik heel goed vond. Wat maken
jullie leuke dingen op school. Krijgen jullie les in handenarbeid? Kijk maar
eens naar je verzoekje onder de mededelingen. Piet Mulder, ik heb nog niet
gehoord dat er .sigarettenmerken werden gespaard. Wel lucifersmerken en
sigarenbandjes. Corrie Boeree, jij mag met de raadsels voor jongens en
meisjes van 12 tot 16 jaar meedoen. Anny van der Mey, ik zal mijn best doen
om een correspondentie-adres voor je te vinden. Kijk maar eens onder de mede
delingen, meisje. Pietje Molenaar, ja, 12 Maart was fout Het moest 6 Maart
zijn. Hoe heet die club waarvan je lid bent geworden? Je vroeg mij of ik ook
wel lid van een club ben geweest. Ja, dat is zo en ik vond het altijd erg ge
zellig. Jij ook? Adrie Smit, je kimt alleen maar met het prijsraadsel voor
jongelui van 12 tot 16 jaar meedoen. Met de raadsels voor de jongeren kun je
geen prijs winnen, beste vriend. Hilly Jeurink, toe maar, jij hebt een stuk
getippeld hoor. 15 kilometer is geen kleinigheidje. Je was zeker blij toen je
weer thuis kwam. Wel bedankt voor de postzegels, Hilly! Annie Blom, het
was keurig in orde hoor. Prettig dat je weer meedeed. Wim Bregman, har
telijk dank voor de sigarenbandjes en de postzegels. Wij geven ze weer aan
zieke kinderen, maar het is helemaal niet nodig dat je ze stuurt, hoor Wim.
Alleen als je ze over hebt en er toch niets meer mee doet, wil ik ze graag van
je hebben. Als je een postzegelverzameling hebt, kun je de dubbele zegels mis
schien wel met andere jongens ruilen. „Winnetou", ja, die raadsels van de
vorige keer waren lang niet gemakkelijk. Leuk, dat je nu zoveel kleine visjes
hebt. Dat zal binnenkort gezellig worden in het aquarium. Je zorgt er zeker
goed voor. Mia Scheepmaker, leuk waren die tekeningetjes bij je brief. Ja,
ik weet wel welk raadsel je bedoelt, Mia. Het komt in orde hoor! Betsie Koe-
leman, het raadsel was uitstekend opgelost. Hoe gaat het nu met je, Betsie?
Schrijf je nog eens? Groeten aan moeder hoor! Trijnie Kaas, jammer dat je
moeder nog steeds niet beter is, maar het is heerlijk voor haar dat jij thuis bent
om haar plaats in te nemen. Volhouden maar, meisje. Als je zo eens een poos
moeders plaats inneemt, merk je pas goed hoeveel moeder altijd moet doen.
Wat leuk dat het truitje zo mooi is geworden. Ik wens je sterkte toe, meisje.
Gonda Klitsie, jij wist zeker niet goed welke van de twee prijsraadsels je moest
oplossen. Je mag met de raadsels voor jongens en meisjes van 12 tot 16 jaar
meedoen, Gonda. Ellie van Veen, ik was ook blij met de postzegels, want wij
sparen ze voor zieke mensen. Wel bedankt hoorl Greta van Veen, wat zag
jouw oplossing er gezellig uit! Meggic Smit, dat was de vorige week dus
geen beste wedstrijd tegen de „Foresters". Hoe kwam het dat er geen enkel
doelpuntje werd gemaakt? Immie Glas, ik kan tot mijn sDijt geen ander
woord van drie letters voor het woord „bedenkelijk" vinden. Kun je voor af
zetsel soms het woordje „haag" gebruiken? Het boek was dus naar je zin. Daar
ben ik blij om. Voor de postzegels dank ik je hartelijk, Immie! Lia Room,
wat jammer dat Annie niet meer schrijft. Vraag haar nog maar eens of zij soms
geen tijd meer heeft om te corresponderen. Ik zal dan een ander adres voor
jou zoeken. Die arme Jenny heeft wel pech. Wil je haar beterschap toewensen
en de groeten van mij doen? Hjda Metzelaar, bedankt voor je gezellige brief
en de sigarenbandjes. Die verjaardag van jou was niet mis, zeg! Ik zal naar
de gevraagde postzegels uitkijken, Lijda. Schrijf je nog eens over de uitvoering?
Jongelui, de brieven voor ons volgende correspondentie-hoekje verwacht ik
graag vóór Zondag 20 Maart.
Allen hartelijk gegroet en tot de volgende keer!
TANTE IET
In het onderstaande vierkant moe
ten vier woorden worden ingevuld,
elk van vier letters.
Op de bovenste rij, van links naar
rechts: een ln zee vooruitstekend ge
bergte.
Op de tweede rij: de naam van een
bekende, Nederlandse radio-omroep
vereniging.
Op de derde rij: een ander woord
voor geneesheer.
Tenslotte op de vierde rij: een open
bare Instelling voor het vervoer van
brieven, briefkaarten, drukwerken
enz.
Wanneer de hokjes goed zijn inge
vuld, kun je dezelfde woorden ook
van boven naar beneden lezen.
De oplossingen kunnen voor Zon
dag, 19 Maart worden gezonden naar
het bureau van dit blad.
Dit prijsraadsel zal de volgende
week nog even worden herhaald.
Onder de goede oplossers worden
mooie boeken verloot.
Voor kinderen van 6 tot 12 jaar.
Vul in het volgende verhaaltje de
ontbrekende woorden in. Ieder puntje
rtaat er voor een letter..
Hier komt het verhaaltje:
Twee jongens waren in de grote stad
verdwaald. Zij kwamen langs de werk
plaats van een en zagen er een
groot paard. Een knecht nam een
van het paard tussen zijn knieën en
maakte er een onder. De jon
gens keken er naar en liepen weer
verder. Zij hadden honger gekregen
en zagen in een winkel van een
allerlei heerlijke dingen liggen. Er wa
ren zelfs bbij met krenten er
in. maar die kosten tien en zoveel
hadden de jongens niet bij zich.
Toen zagen zij plotseling het
dat voor een kar van een groentenman
was gespannen, die in hun straat
woonde. Zij mochten op de zitten
en kwamen zo gemakkelijk weer
Hun vader was erg en stuurde ze
naar omdat zij van waren
weggelopen.
De oplossingen kunnen vóór Zondag
12 Maart worden gezonden naar het
bureau van dit blad.
Er worden weer mooie boeken ver
loot onder de goede inzenders.
Annie van der Mey, Galgenweg 1,
Beverwijk, vraagt een correspondentie
adres. Zij is 12 jaar oud en haar liefste
bezigheden zijn lezen en wandelen.
Henk Nokkert, Lambertschaag, zoekt
een correspondentie-vriend van 14
jaar. Henk houdt veel van knutselen.
Bij Dinie Alberts Rozenstraat 22,
Den Helder, is een poes aan komen
lopen. Zij kan niet te weten komen
wie de eigenaar is en zoekt er nu een
goed tehuis voor. Het poesje is wit,
met grijze vlekken. Wie wil het een
tehuis geven?
Het blijkt nodig om nog weer even
iets over de prijsraadsels te zeggen. De
„Jeugdkoerier" is deze-week voor jon
gelui van 12 tot 16 jaar Alleen het
prijsraadsel voor de kinderen van 6
tot 12 jaar wordt er even in herhaald.
Het nieuwe prijsraadsel is dus natuur
lijk voor de jongens en meisjes van 12
tot 16 jaar. De volgende keer is de
.„Jeugdkoerier" voor kinderen van 6
tot 12 jaar en daarin wordt het prijs
raadsel voor de ouderen nog even her
haald. Ieder heeft kans om een prijs te
winnen met het raadsel voor de eigen
leeftijdsgroep, dus niet met het raadsel
van de kinderen beneden 12 jaar en
omgekeerd de kinderen beneden 12
jaar niet met het raadsel voor de
ouderen.
O. O o
EEN
PAK
VOL
SOP!
De twaalf woorden die onder elkaar
gezet moesten worden, waren:
1. Schipbreuk
2. Clown
3. Honing
4. Adam
5. Aardappel
6. Pachter
7. Heg (haag i
8. Echo
9. Rapport
10. Dal
11. Erker
12. Rups
De eerste letters vormden het woord
SCHAAPHERDER.
Deze week werden de prijzen ge
wonnen door:
Iefle Bos, Dorpsstraat 104, Noord-Schar-
woude (12 jaar).
Andries Stieltjes, B63, Westwoud (13 j.)
Jan Vrouwe, Burgemeester van Niene-
straat 4, Uitgeest (12-jaar).
Roelof Otten, Gladiolenstraat 17, Den
Helder.
Anne Blom, Overdiestraat 54, Alkmaar
(15 jaar).
Gefeliciteerd jongelui!! De prijzen
worden toegezonden.
7. Arme Pim! Hij is even opge
staan, omdat hij zijn naam hoorde roe
pen en.... nu hij terugkomt, ziet hij
tot zijn grote schrik, dat zijn bordje
leeg is. Het eerste wat hij denkt is, dat
zijn twee broertjes hem hebben beetge
nomen. „Kom, doe niet zo flauw!" roept
hij tegen Pim en Pom. „Geef me mijn
brood terug!" Pam en Pom, die een
eindje verderop zitten, kijken hem
verbaasd aan. „Wat bedoel je? Wij
hebben niets weggenomen". „Zo, en
wie heeft het dan weggenomen hè?"
roept Pim verontwaardigd. „De echo
misschien", zegt Pam plagend en hij
weet niet hoe dicht hij bij de waarheid
is. Maar Pim luistert al niet meer en
rent naar Moeder Woeffie. „Moeder!
Pam en Pom hebben mijn brood afge-
Fakt!" „Nietwaar, nietwaar!" roepen de
beide anderen verongelijkt". Wij zaten
hier en Pim daar". Opgewonden staan
ze alle drie om Moeder Woeffie heen.
45
IN DE
TJEERD ADEM A
Bastiaan keek zijn meester een ogen
blik verbaasd aan.
Wat denkt u er van, mijnheer?"
Ir. Steensma haalde de schouders op.
..Ik weet 't niet", zei hij nors en hij
was ontevreden op zichzelf, omdat er
daar iets gebeurde, dat hij niet kon
verklaren.
Op dat moment werd het, werk aan
de voordeur gestaakt.
..Luister!" zei Steensma.
Vanuit de verte klonk het geluid
van regelmatige, langzaam naderbij
komende stappen.
Politie", fluisterde Bastiaan.
Steensma knikte.
Ze hebben 't ook gehoord", zei hij,
„ze zullen ons wel een ogenblik met
rust laten"
7,ware, regelmatige stappen, blijk
baar afkomstig van twee mannen,
kwamen naderbij en hielden voor het
huis plotseling stil.
Een man rende als een dolle de tre
den van de stoep af.
..Ha!t!" riep een bevelende stem.
Sta of ik schiet".
Iemand rende weg in het duister. Er
klonk een hartgrondige vloek en een
paar zware laarzen beklommen da
stoep.
„Watzei Bastiaan onzeker.
Hij kon de zin niet voleindigen,
want met een forse greep werd er aan
de knop van de bel getrokken. Het
zware geluid van de grote koperen
gangbei daverde door het huis. Op de
bovenverdieping ging het pinchertje
woedend te keer.
„Zal ikzal ik de politie open
doen, mijnheer?" vroeg Bastiaan.
Waarom zouden wij verraden, dat
wij hier achter de deur staan?" zei
nij. „De politie moet ons tijd laten om
wakker te worden. Bastiaan.
Verdraaid vervelend, dat de officiële
instanties er nu toch in gemoeid wor
den. Dat kari toch ook niet in de be
doeling van onze tegenstanders liggen.
„Ik geloof dat we hun intellect toch
overschat hebben, Bastiaan".
De knecht keek hem besluiteloos
aan toen er opnieuw aan de bel ge
rukt werd.
Wat moet er gebeuren, mijnheer?"
Ik word wakker van de bel", legde
Steensma uit. „Ik ben op mijn slaap
kamer en kijk uit het raam.
Wacht het maar even af, Bastiaan".
Hij liep op zijn gemak over de dikke
Iraploper naar de eerste verdieping,
maakte daar de blinden van een vaam
■os en schoof het venster open.
Een politieagent stond op de straat
en keek naar boven. Een tweede, wie
bij juist iets had toegeroepen, stond
blijkbaar voor de voordeur.
Vijf huizen verder doken uit het
versmeltende duister de omtrekken
van een geparkeerde auto op. De in
brekers hadden blijkbaar geen tijd ge
had de wagen in veiligheid te brengen.
Steensma stak zijn hoofd buiten het
raam.
„Wat is er aan de hand?" vroeg hij
met de onvriendelijke stem van iemand,
die in een zoete droom gestoord is.
„Wie heeft er gebeld?"
„Ik mijnheer", zei een der agenten
met een zware stem. „Er zat een ver
dacht individu op uw stoep. Heeft u
niets bijzonders gehoord?"
„Niets, agent", antwoordde de in
genieur met een stem vol verbazing.
De tweede politieman daalde de
stoep af en keek naar boven.
„Men heeft geprobeerd het slot van
de deur te forceren, mijnheel-", zei hij,
„ik heb er een loper uitgehaald".
Hij stak iets naar boven, dat in het
duister vokomen onzichtbaar was.
Als u even beneden wilt komen,
kunnen we de zaak inspecteren, mijn
beer", zei de eerste agent.
„Ik kom!" beloofde Steensma, zijn
hoofd terugtrekkend.
Hij liep naar beneden om de voor
deur open te maken, maar bleef hal
verwege de trap staan..
Hü voelde, dat cr iets vreemds was
in de situatie. Er zat Iets scheef en hij
wist niet, Wat het was.
Het leek alles zo volkomen logisch.
Als hij in deze omstandigheden wei
gerde de deur te ontsluiten, zou dat
nodeloos de aandacht van de officiële
instanties trekken. Deze politieman
nen verwachtten vanzelfsprekend, dat
hij....
Hij zag hun donkere figuren in ge
dachten weer voor zich. Groot en fors
met lichte plekken op hun uniformen,
waar het maanlicht op hun uitmonste
ring viel.
Plotseling drong zich iets in zijn ge-
dachtengang naar voren.
Er was een kleine gebeurtenis, die
als een vreemd stukje in een legkaart
niet paste in de logische gang van za
ken.
De insluiper was gevlucht, de agent
had hem bevolen stil le staan, maar
ivas hem niet achterna gegaan. Hij
had gedreigd te zullen schieten, maar
had het niet gedaan.
Het zou een schot in de nacht zijn
geweest, een schot, dat tot gevolg zou
hebben, dat vele ramen in de stille
straat zouden worden opengeschoven.
Een schot, dat jonkheer Van Waar
denburg zeker niet wenste, maar dat
evenmin paste in het plan de cam
pagne van diens tegenstanders.
Dan bestond dus de kans, dat dit
geen mannen van het stedelijk corps
waren. Dan konden het handlangers
zijn van de mannen, die hier vannacht
aan het werk waren geweest en hij
Hij stond op het punt sloten, knip
pen en een ketting los te maken en
bereidwillig de deur te openen voor
hen, die geen kans hadden gezien ze
te forceren.
Wat zou Herr Doktor zich vrolijk
maken als hij hoorde, dat zijn tegen
stander als de eerste de beste school
jongen in de val was gelopen.
Hij ging geluidloos naar zijn slaap
kamer terug en stak vlug zijn hoofd
uit het raam.
De agenten stonden in afwachting
bij de stoep. Twee mannen hadden
zich in het duister tegen de gevel van
het huis gedrukt.
Haastig trok Steensma zijn hoofd te
rug. Hij had genoeg gezien en begre
non.
Een ogenblik van onbedachtzaam
heid en hij zou overmeesterd en weer
loos in zijn huis zijn, nog vóór een der
buren iets van het drama in deze af
gelegen straat had kunnen vermoeden.
In de hall vond hij Bastiaan bij de
deur.
„Zal ik nu openmaken, mijnheer?"
vroeg de knecht met zijn hand aan de
zware ketting.
.Neen!" zei Steensma haastig. „Laat
de deur dicht. Bastiaan, het is een
valstrik!"
„Denkt u, dat ze zullen schieten,
mijnheer?"
Wordt vervolgd.
TN de film en het boek „Madame Cu
rie" heeft men kunnen zien en lezen,
hoe het onderzoekers-echtpaar na ja
renlang experimenteren „op de drem
pel" van de uitvinding stond van het
radium. Maar een toeval leidde er
toe, dat het kostbare element werd
ontdekt en zijn dienstbaarheid voor de
geneeskunde aantoonde. Op een der
gelijke wijze ging het met de Rönt
genstralen. In 1896 las een jonge dok
ter in Wenen, dr. Leopold Freund, een
verhandeling over Röntgenstralen,
waarin stond vermeld, dat de Ameri
kaanse uitvinder der stralen na zijn
ontdekking zijn haar had verloren.
Hoewel dit over het algemeen een
echt-mannelijke kwaal is, besloot dr.
Freund toch eens te beproeven of de
Röntgenstralen het proces van de haar
uitval had bespoedigd. Hij nam proe
ven met het Röntgen-apparaat en kon
na enig zoeken vaststellen, dat de stra
len werkelijk invloed hadden op de
onwlkkeling der menselijke organen
en cellen en dat, bestraling een ge
neeswijze zou kunnen worden, wan
neer men de invloed kon berekenen.
Daarmee was de Röntgen-therapie ont
dekt.
Lachgas.
Ook de uitwerking van „Lachgas"
werd door een toeval ontdekt: In het
jaar 1799 was de Engelse scheikun
dige Humphry Davy aan het experi
menteren met een gas, stikstof-oxi-
duul, toen een bevriende arts eens
kwam kijken. Deze werd na inademing
der dampen zo vrolijk, dat het wel leek
of hij zich een roes gedronken had.
Plotseling viel hij bewusteloos op de
grond, maar ook toen had hl) plezier
en voelde geen enkele pijn. Hlermeer
was een nieuwe narcose-stof ontdekt,
die later in verbeterde vorm de we
reld zou veroveren. De naam „lach
gas" had het te danken aan de „mop-
pige"uitwerking.
Insuline.
Sedert enkele tientallen jaren ken
nen we het bestrijdingsmiddel van
suikerziekte: insuline. Een Canadese
dokter Evans was er de uitvinder van,
nadat reeds twee Duitse doktoren
Mehringgen Minkowski het toeval
hadden ontmoet. In 1889 deden zij de
ontdekking, dat bij dieren, waarvan
bepaalde klieren waren weggenomen
er druivensuiker in de blaas kwam en
zo ontdekten zij, terwijl ze zochten
naar andere stoffen, de aanwezigheid
van suiker. Ze wisten nu ook welke
klieren bij de mens „geprikkeld"
moesten worden om suiker in de urine
tegen te gaan.
Er fa altijd iets eigenaardige in
beroemde ontdekkingen. Vete zijn
het gevolg van jarenlange onder
zoekingen, maar andere zijn het
gevolg van toeval, een samenloop
van omstandigheden.
KoortemiddeL
Het koortsmiddel „antifebrin" dankt
zijn ontstaan aan een.... vergissing
van een apotheker. Twee Straatsbur
ger doktoren, dr. Hepp en dr. Cahn
wilden in 1887 de werking van naph-
taline op ingewands-wormen probe
ren. De apotheger, die op hun voor
schrift het middel bereiden moest,
greep naar het verkeerde flesje en
deed in plaats van naphtaline zoge
naamde acctannilide in de capsules.
Het toen geschapen middel bleek een
voortreffelijk koortsmiddel te zijn.
Het vnlcaniseren.
De Amerikaan Goodyear had al
vroeg de betekenis van caoutchouc
aangetoond en de technische mogelijk
heden daarvan ontdekt, maar nog al
tijd bleek het -rubber niet tegen de
hitte te kunnen. Tevergeefs zocht hij
naar een preparaat om de caoutchouc
te verduurzamen, totdat op een goede
dag een pan met caoutchouc in een
bak zwavel tuimelde. Toen de sub
stantie weer opgevist werd, bleek deze
voor technische doeleinden geschikt
geworden. Daarmee was 't „vulcanise-
ren" ontdekt. Goodyear deelde echter
het lot van zovele uitvinders, kon geen
financiers vinden, kwam in de gevan
genis en stierf als een arm man. Al
leen zijn naam zou later een wereld
begrip worden.
VOOR HEDENAVOND
HILVERSUM I 301 m Nieuwsberichten
om 7 8 en 11 uur NCRV: 6,15 CWV-
kwarUer 6,30 Voor de Strijdkrachten
7,15 Nederlandse organisten 7,30 Het
actueel geluid 7,45 De Regerings-Voor-
iichtingsdienst antwoordt 8,85 Program
ma-proloog 8,15 Studio-Sleravond 9,30
Familie-competitie 10,05 De vaart der
Volken 1.0,25 Schubert-cyclus 10,45
Avondoverdenking 11,15 Kopenhaags
Radio Symphonie-orkest
HILVERSUM II 415 m Nieuwsberichten
om 6 8 en 11 uur AVRO: 6,15 Sport,
praatje 6,30 „Les Gars de Paris"
7.00 Kobus kwint 7,10 Avro's avond
school 7,45 Gramofoonplaten 8.05 In
het Radio-Zoeklicht 8,15 Het Kamer
orkest 9,10 De getemde feeks (Hoor
spel) 10,15 Musicorda 10.45 Pijlers
van Neêrlands welvaart 11.15 Gramo
foonplaten
VOOR VRIJDAG
HILVERSUM I. 801 m Nieuwsberichten
om-7, 8, 1, 7, 8 en 11 uur NCRV: 8.15
Te Deum Laudamus 1,15 Met.ropoie-
orkest 6,15 Plicht en voorrecht 6,30
Voor de Strijdkrachten 7.15 Geestelijke
liederen 7,30 Het actueel geluid 7,45
CNV-kwartier 8.05 Programma-proloog
8,15 Nederlands Kamerkoor 8,45 Luis
terspel 9,30 Zigeuner-orkest 10.00 Mr
P Borst 10.30 NCRV-kwurtet - 10,45
Avondoverdenking - 11.15 Piet van Eg-
mond (orgel 11.45 Gramofocmplaten
HILVERSUM II 415 m Nieuwsberichten
om 7. 8, 1, 6. 8 en II uur - VARA: 8,18
Oklahoma AVRO: t2,00 Piano en orgel
1,20 The Avroieans VARA 6.15 De
Vara feliciteert 6.45 Muziek 7,00 Denk
om de boch» 7,15 Dr H C Oelissen
VPRO: 7,30 Nederland en <djn gewesten
7,50 Tien voor acht - 3.05 Zang en
orgel 8,30 P Belshuizen spreekt 8,55
Zo juist verschenen VARA 9,00 Men
vraagten wij draaien 9.30 ,.Het
myserie van de Prinsengracht" (hoor
spel) 10.00 Buitenlands weekoverzicht
10,15 Swing and sweet VPRO 10,40
„Vandaag" - '0.45 Avondwijding VA
RA: 11,15 Dr W F Storm 11,30 Vrijdag-
avond-condcrt