De mislukte invasie in Noord-Holland NTUUR Wereldburger no. 1 bedankt voor de Beweging die hij zelf schiep Wapenfeiten van anderhalve eeuw geleden hondse reizen» comfortabel/ FROUW Horloges I 'Onze dorpen en steden in het geweld van de oorlogvoering dier dagen Brandgevaar ZATERDAG 27 AUGUSTUS 1949. ÏT te AMSTER- in onderhoud van ■n). ur. Ver. Noordholl. 75.— 48.— 45.— 140.— 49.— 36.— 85— TGESTRAAT 18 >D. DIPL. - TALEN na onze mod. e hoogste cijfers! Ontwikkeling studie-advies. - BOTTERDAM (minim nmimmmiiiii ELIJK ONDER WIJ S nE FLUWELEN REVOLUTIE VAN 1795 had in het toen nog altijd betrekkelijk rijke Holland een Nieuwe Orde ingeleid, welke, indien al geen lege, dan toch zeer karig gemeubileerde borden op de meeste tafels had gebracht. Het magere diëet scheen niet bevorderlijk voor de groei van een kloeke overtuiging! De grootste belemmering echter voor een gezonde ontplooiing van onze jonge Bataafse Republiek sierlijke naam voor een staat, die er ternauwernood in geslaagd was, de schijn van zelfstandigheid te redden, lag op het terrein van de buitenlandse politiek. Ons gedwongen bondgenootschap met Frankrijk stortte ons in een permanente oorlogstoestand met Engeland. Zelfs de laatste, traagvloeiende bronnen van onze volkswelvaart werden door deze oorlogs voering volkomen droog. Geen wonder, dat luttele jaren na 1795 in alle lagen der bevolking doffe apathie en politieke onverschilligheid heersten. Vlak voor de drempel van de nieuwe eêüw was de situatie in dit land zodanig, dat een Tegen-revolutie, die het futloze Bataafse bewind ten val kon brengen, om gesloten moest worden geacht. nE KWESTIE of een volkomen her- stel van de oude onafhankelijkheid van buiten af mogelijk was, werd be heerst door de „grote" Europese poli tiek. Toen in de voor-zomer van 1798 de vermetele „avonturier in de loterij der revoluties", generaal Bonaparte, zijn romantische expeditie tegen Egyp te was begonnen, werd de constellatie in de Europese politiek zodanig, dat een interventie in ons kustgebied vér strekkende consequenties kon hebben. De stoot tot een dergelijke militaire onderneming kon in die dagen alleen uitgaan van Engeland. Dit land be schikte over de maritieme machtsmid delen, om een landing mogelijk te ma ken; maar voor militaire actie van be slissende betekenis had het de hulp no dig van een sterke vastelandsmogend- heid. Het liefst had Engeland deze rol toebedeeld aan Pruisen en nog in 1798 is er grote diplomatieke bedrijvigheid, om Pruisen te winnen voor Engelands alliantie-politiek. Berlijn wilde echter zijn neutraliteitspolitiek niet prijs ge ven, het oude soldatenrijk van wijlen „der alte Fritz" kende thans productie ver methodes om zijde te spinnen. Kostbare tijd ging verloren, terwijl ook de militaire plannen door Pruisens af zijdigheid ingrijpende wijziging onder gingen. Militaire samenwerking met Pruisen had de strategische mogelijk heid geschapen, een landing te onder nemen op de kust van ons gewest Zuid-Holland, en hier lagen de beste kansen. Vervolgens probeerde Engeland het Russische ijzer in het vuur te leggen en dank zij een gunstige samenloop van omstandigheden, waren de smeden der diplomatie hier gelukkiger. Het kwam tot een militair accoord tussen Engeland en het Czarenrijk en in de zomer van 1799 waren de invasie-plan nen, althans op papier gereed. Naast <ie Engelse brigades zou een Russisch Vandaag, 150 jaar geleden, op 27 Augustus 1799, landden de Engelsen bij Callanstoog. Deze oude gravure geeft een beeld van de invasie op de kust. remeisje mee naar degoed kopen voor e.... nee..." „Je de stad komen, e aan. „Wat zeg je ïske? Kom daar es wijst naar buiten. DE LANDING DER ENGELSEN legerkorps van 17.500 man optreden; deze Russische troepen zouden door Engelse schepen naar het oorlogster rein worden vervoerd. De landing zou plaatsvinden in het uiterste puntje van de kust van Noord-Holland. Pruisens neutraliteitspolitiek maakte geen be tere keuze van landingsterrein moge lijk. Wapengeweld rond de Zijpe IN DE ZOMERWEKEN van 1799 hing er een broeiende spanning over het vermoeide volk der „vrije Bataven". Engeland had van zijn grootse toe bereidselen, om ergens op de uitge strekte kust van hun grondgebied te landen, volstrekt geen geheim gemaakt. Ook in een minder geraffineerd tijd perk dan het onze wist men van een brok zenuwoorlog en politieke propa ganda, dat in deze plannen school, al handig gebruik té maken. Men hoopte de bevolking, die het geloof in het Franse parool „Heil en Broederschap" al lang had verloren een luitenant der Hoornse schutterij parodieerde het juist in deze weken tot „Heil en Beter schap" door deze propaganda snel ler te activeren. De luitenant-generaal Daendels een voormalig advocaat uit Hattem die de onversterkte kustlijn van Noord en Zuid-Holland moest verdedigen met niet zeer talrijke en slecht uitgeruste troepen, stond voor een moeilijke taak. Spoedig zou de militaire waarde van deze Gallo-Bataafse Heldenschaar, zo wilde het opgewonden taalgebruik van die dagen de onvoldoende geoefende defensie-troepen genoemd zien, in het vuur beproefd worden. Op 27 Augustus, 's morgens om vier uur begon de landing van de eerste Éngelse troepen, bestaande uit grena diers en jagers; door middel van aan elkaar vastgemaak te sloepen bereikten zij de duinkust ten Zuiden van Huis duinen, op de hoogte van de sein. paal tussen de Kleine Keet en het Weeshuis. De lan dende troepen werden gedekt door het vuur van de scheepskanonnen, de onervaren man nen van Daendels moesten zich met musketvuur te weer stellen. Hoe wel de positie der op deze wijze ge lande troepen, die op de dag der lam ding niet meer dan 6000 man sterk ge weest kunnen zijn, zo goed als zonder levensmiddelen, ook niet rooskleu rig was, durfde Daendels geen grote verliezen ris keren. Hij trok zich terug achter de polderdijken van de Zijpe; bij de toenmalige ge ografische toestand van ons gewest be tekende dit dat ook Den Helder nu over de slikken en schorren van het Koegras ontruimd moest worden. Op 28 Augustus wapperde de Prinsenvlag van de Helderse toren. De Bataafse vloot gaf zich zonder slag of stoot aan de Engelsen over. Blijkbaar voelde Daendels zich na enkele dagen rust, in de Zijpe niet op zijn gemak; geen wonder, wanneer men bedenkt, dat op de dag van de landing alle patronen verschoten wa ren en hij nog steeds geen schot kon lossen. Op 30 Augustus trok hij met zijn mannen achter de Noordelijke dijk van de Schermer; Schermerhorn werd tot hoofdkwartier gepromoveerd. De Engelse troepen nestelden zich dadelijk in de prijsgegeven stelling; Petten, St. Maarten en Schagen waren op 1 Sept. van dat onrustige jaar markante pun ten van de Engelse frontlijn geworden. Na deze voorlopige stabilisering meen den beide partijen niet beter te kunnen doen, dan versterkingen af te wachten; vooral de Engelse bevelhebber wachtte nog een grote aanvoer. De eigenlijke opperbevelhebber, de hertog van York, een zoon van de Engelse koning, was nog niet eens ter plaatse; en dan moes ten natuurlijk de Russische manschap pen nog op de Engelse transportvloot arriveren. Ook Daendels zou spoedig onder het directe bevel van zijn Franse chef, ge neraal Brune. staan; deze koos Alk maar als zijn hoofdkwartier. Verster king aan troepen en oorlogsmateriaal maakte aan deze zijde het uitzicht min der somber. Brandende vrijheidsbomen r\E MODERNE LEZER, altijd geneigd eigen lotgeval ter vergelijking met de historie aan te voeren, zal bij het overzien van de data niet licht in de verleiding komen van een bliksem- oorlog te spreken. Wel zal hij vragen: hoe reageerden deze ontnuchterde Ba taven, die na 1795 zoveel wijzer en zo veel treuriger geworden waren, op hun „bevrijding"? Krachtige, positieve ge luiden dringen nauwelijks tot ons door. Van kloekmoedig initiatief vernemen wij niets. Wat oppervlakkig vreugde betoon, een beetje straatrumoer, waar mee vooral de Municipalen, de nieuw bakken gemeenteraadsleden van 1795, getart worden. De geschiedenis heeft hier de naam bewaard van een Me- demblikker kwajongen, Jan Selder beek, dertien jaar oud. die in de Sep temberdagen zijn stoute Oranje-liedjes over de' stille straten van de oude Radboud-stad deed daveren: En waar blijven die municipalen nou Die tegen den Engelsman vechten wou? Het jongske moest zich later, toen alles weer „normaal" geworden was, voor de strenge Hoofdschout verant woorden; zijn naam en heldenfeit staan vereeuwigd in de Schoutsrol. Een pa triottisch hoofdambtenaar van het Bataafse gewestelijke bestuur heeft in 1801 de gebeurtenissen van deze veelbewogen zomerdagen vastgelegd in twee solide boekdelen van 700 pa gina's druk. Het doet enigszins amu sant aan, de waardige man in zijn overspannen taal te horen uitpakken tegen de „onverlaten" en de „muite lingen", die overal achter de Engelse linie hun „verbasterde" kleuren op de dorpstorens plantten. Eén van de eer ste plaatsen, waar dit plaats kon vin den was de Wieringerwaard; in de nacht van 31 Aug. op 1 Sept. hakte men de Vrijheidsboom, symbool van de Franse revolutie, staande voor het huis der Gemeente om en stookte er een Hollands vreugdevuurtje van. De Municipaliteit onthield de namen van de boosdoeners; als twee maanden la ter de Engelsman vertrokken is, wordt deze muitelingen een paedagogische correctie opgelegd: ze moeten een soortgelijke vrijheidsboom plaatsen op de plek, waar de vorige gestaan had. Dergelijke toneeltjes speelden zich af in Abbekerk, in Hem, in Opperdoes, in Andvjk. Een schriller geluid klinkt door in enkele doodvonnissen, b.v. dat tegen Zeger Davidson „oud sesender- tig jaren, geboren te Veenhuizen, al daar woonachtig, en thans gedeti neerd bij den' geweldigen Provoost te Velde". Hij had fourage-artikelen aan de „troupes van zijne Groot Brittan- nische Majesteit" geleverd en werd door de Krijgsraad te Alkmaar ver oordeeld, om met de kogel gestraft te worden. De militaire beslissing bij Bergen JN DE EERSTE Septemberdagen liggen de beide legermachten nog steeds achter de polderdijken van het Noordhollandse land tegenover elkan der. Een regelrechte „bataille" was en bleef een riskant geval. Maar op 10 Sept. achtten Brune en Daendels het moment gunstig, deze gevaarlijke kaart uit te spelen. Zij hebben ver sterkingen ontvangen, de Engelsen wachtten nog steeds op nieuwe trans porten over zee. Een woedende slag om het polder-bolwerk de Zijpe ont rolde zich; de Gallo-Bataven konden de gestelde doelen niet bereiken; Sehoorldam en Krabbendam waren die dag sprekende namen op de mili taire kaart en Dirkshorn genoot de eer door houwisters in brand te wor den geschoten. Later ontstond in het legerkamp van de verslagen Daendels aan de Langendijk een paniek, die echter ongegrond bleek. In de volgende dagen kreeg het En gelse leger de versterkingen en arri veerde de Opperbevelhebber York. Toebereidselen werden gemaakt, om met één militaire zet de weg naar Amsterdam open te breken; de tijd drong, een winterveldtocht was niet mogelijk. De Engelse legerleiding ont wierp een omvangrijke actie, gericht tegen het dorp Bergen en tegen Daen dels' posities aan de Langendijk, ter wijl een afzonderlijk legerkorps tege lijkertijd een omtrekkende beweging naar het Oosten zou maken, om de stad Hoorn en mogelijk Purmerend te bereiken. Gelukte dit, dan zouden de Engelse troepen in een dag of twee voor Amsterdam staan en de politieke consequenties van een bezetting van dit centrum waren niet te overzien. Achter de coulissen bestonden voor zichtige contacten tussen de centrale Bataafse regering en de Engelsen! Dat deze omvangrijke militaire en politieke acte doorkruist werd, is de grote betekenis van de „slag bij Ber gen, op 19 September 17§9. Na aanvan kelijke successen, waarbij de vers ge arriveerde Russische divisies een gro te rol speelden, Kamp, Groet, Sehoorl dam en Bergen veroverden, werden de invasie-troepen tenslotte weer achter de Zijpe-dijk teruggeworpen. Feitelijk was hiermede de veldtocht beslist. Hoe veel met bloed en tranen doorweekte bladzijden van menselijk leed onder de onbewogen beschrijving van de krijgs geschiedenis verborgen liggen, kan in dit bestek niet worden gedétailleerd. De menslievende geschiedschrijver tijdgenoot. vol van zijn 18-de eeuwse humanisme, laat ook maar liefst „het gordijn vallen voor dit akelig toneel". Hoorns perikelen De slag bij Bergen bracht ook beslis singen op beperkter toneel! De stad Hoorn, die binnen enkele weken drie maal de Princevlag van zijn torens zag wapperen enverdwijnen, is mis schien wel het meest sprekende voor beeld van de perikelen, welke deze in vasie bracht. Hoorn was wel een om muurde stad, maar had geen militair garnizoen. Toen de Engelse troepen macht dan ook in de nacht, voorafgaan de aan de slag bij Bergen, voor de stadsmuur verscheen en de luitenant der stedelijke schutterij, Pieter Mes- schaert, sommeerde zijn chefs te ver wittigen, kon men weinig anders doen, dan de Noorderpoort te openen. Op de dag van de slag te Bergen was het in Hoorn Oranje Boven! Maar men hoor de de ganse gedenkwaardige dag in westelijke richting kanongebulder. Dat was Bergen. In de late avond wisten de Engelse bevelhebbers reeds, hoe laat het was, en werd met de aftocht met een begonnen. Na een paar dagen moesten de oranje-strikken in de kast en de vlag van de toren; nog twee maal hebben de bewoners van de stad aan het Hop een dergelijk intermezzo meegemaakt. Zonderlinge 8 October Alkmaar heeft een zo snelle omslag één keer beleefd. De opperbevelhebber York wilde, na Bergen, nog eens de krijgsfortuin laten spreken. Op 2 Octo ber begon hij, met nieuwe verster kingen, een laatste, groot opgezet of fensief. Als defensieve maatregel had de Fransman de H. Hugowaard en de Beemster onder water gezet. Het Engel se offensief van 2 October slaagde aanvankelijk over een grote opper vlakte. Op 3 October werd Alkmaar bezet, ook daar ging de Vrijheidsboom in rook en vlammen op. Men zag er op Zondag 6 October zelfs de latere Ko ning Willem I, de zoon van stadhouder Willem V, die' zich ook bij het invasie leger bevond, de kerkdienst bijwonen. Ook Hoorn kwam weer in Engelse handen en zag dus de reprise van het feestbetoon in September. De hoofdmacht van het Franse leger moest zich tot Beverwijk terugtrekken, Daendels lag nu te Purmerend, enigs zins gedekt door de geïnundeerde Beemster. Op dit gevechtsterrein viel de beslissing op 6 October in de slag om Castricum, die van 's morgens ze ven tot 's avonds acht uur duurde, zoals de tijdgenoot veelbetekenend op merkt. York moest zich weer naar de Zijpe terugtrekken. Alkmaar werd door de Engelsen ontruimd op de merkwaardigste datum in zijn ste delijke historie: de ze keer moest op 8 October de Oranje vlag van zijn to rens worden geno men! Velen zullen met enige bitter heid bij deze sa menloop hebben stilgestaan. Op 9 Oct. was Daendels al in Hoorn en rukte vandaar op naar Aartswoud en de Nierop. De in vasie was nu wel definitief mislukt. Te Alkmaar onder handelden de op perbevelhebbers; op 18 Oct. was hét in Noord-Holland Staakt het vuren!' Bij de capitulatie van Alkmaar ver wierven de inval lers vrije aftocht voor de verslagen troepen. Pas op 29 Nov. scheepten de laatsten zich in Den Helder in. Lied van de week 't Is niet altijd louter vreugde, Wat de krant schrijft, vriendenschaar. In de we$k, die thans voorbij is. Bleek dat maar weer al te waar. Wie toch las niet met ontzetting Van de branden bij Bordeaux, Die zovele levens eiste. Dat vergeet men maar niet zo. Ook uit de Verenigde Staten Worden bosbranden gemeld, En al kosten die geen levens, Dan toch grote sommen geld. Maar ook in Noord-Holland's dreven, Dus niet ver bij ons vandaan Kraaide in de week die heen ging Weer geducht de rode haan. Juist nu alles zo in-droog is, Is de kans op brand zeer groot. Eén klein onvoorzichtigheidje Brengt ons vaak in grote nood. Daarom, boeren, stedelingen, Wandelaars in bos en hei, Ga niet achteloos met vuur om, Houdt er uw gedachten bij. 't Leed dat Frankrijk heeft getroffen Is er het bewijs wel van, Hoe een klein, onschuldig vuurtje Tot een staatsramp leiden kan. Werkverschaffing dat is prachtig, Dus m'n lezer, daar niet van, Maar beperkt zoveel bet kan de Arbeid van de brandweerman, 'k Breng die kerels graag mijn hulde, Werkelijk, zij zijn het waard, Want zij vechten toch belang'loos Voor 't behoud van huis en haarjd, Maar het is toch zó m'n vrinden, En dat heb ik heus niet mis Dat voorkomen toch nog altijd Beter dan genezen is. JABSON. DE AFTOCHT DER ENGELSEN Garry Davis teleurgesteld IN SEPTEMBER 1948 vergaderde dc UNO in Parijs. Aan de ingang var het Palais Chaillot is een kampeertent opgeslagen en daar zit een jonge man in, Garry Davis, voormalig piloot van de Amerikaanse luchtmacht, zoon van een rijke burger der USA. Garry Davic heeft zijn Amerikaanse staatsburgerschap vrijwillig prijsgege ven. Hij is nu statenloos. De Franse vreemdelingenpolitie zit hem op de hielen en wil hem uitwijzen. Maar Garry is niet hij het paleis Chaillot vandaan te krijgen. Voor de duur van de UNO-conferentie is het hier neu traal terrein, de Franse politie heeft daar niets te zeggen. Een mensenmassa verdringt zich om deze jongeman te zien. Eenmaal gelukt het hem zelfs door te dringen tot de zittingszaal van de UNO en daar een toespraak te beginnen. Na de eerste zinnen wordt hij buiten de deur gezet. INTUSSEN WERD toch naar Garry Davis geluisterd. Krantenmannen kwa men en gingen. Foto's verschenen in bijkans ieder dagblad. Prof. Einstein be tuigde telegrafisch zijn instemming met de plannen van het wereldburgerschap, die door Garry Davis werden gepropa geerd. Weldra vielen de politiebeper kingen voor hem weg. Hij mocht rede voeringen houden. Op 9 December van het vorig jaar gaven tienduizenden personen gehoor aan zijn oproep tot een massa-demon stratie in de Parijse wielerbaan. De we reldburger werd aan alle kanten toege juicht. Er zou een wereldregering ko men. Zeven leden van de Franse Aca demie en 87 professoren van de Sor- bonne zetten hun handtekening onder zijn plannen. Tolgrenzen, paspoorten en visa moesten verdwijnen. Eén taal en één muntsoort zou er komen. Op zijn laatst in 1950 moest er een wereldbij eenkomst plaats vinden, die alle volke ren verenigt. „Wie voor de wereldvre de is, zette zijn naam op de inteken lijst!" Onder deze leuze werden op de aanwervingskantoren honderdduizen den volgelingen ingeschreven. Jongemannen reden met een auto door West-Duitsland om handtekenin gen te verzamelen en om leden te no- GARRY DAVIS teren, die onmiddellijk hun identiteits kaart in ontvangst konden nemen. Ze spraken met en enthousiasme, alsof de hele wereld reeds hen behoorde. Iedere medewerking zo werd ver zekerd geschiedt op vrijwillige ba sis. Een vast bedrag wordt niet ver langd, evenwel hopen wij op uw begrip te kunnen r.ekenen, wanneer wij voor dekking der onkosten bij de uitgifte van de registratiekaarten eenmaal een bedrag van 2 Mark verlangen „V/ij stemmen in met de gedachte van Garry Davis, die als eerste de poging ondernomen heeft, door zijn voorbeeld voor de idee van een algemene vrede en begrip tussen de volken, en ook hier voor te werken Idee werd tot sensatie. EN NU HEEFT Garry Davis zelf be dankt. De bom is gesprongen. De be weging was hem al lang uit de handen geglipt. Kurt Kaiser, een vriend van Garry Davis, zegt over zijn zich-terugtrekken als wereldburger no. 1 in „De Welt", dat het begin van Davis' carrière reeds de kiemen van het drama in zich droeg. Met het opgeven van het Ame rikaanse staatsburgerschap had hij ruim een half jaar geleden Parijs verbaasd doen staan. Oe jonge Amerikaan, die zich vrijwillig degradeerde tot een pa ria, werd voor het op sensatie beluste Parijs een curiositeit. En de niet zeer originele journalisten maakten goedko pe grappen over de dwaas, die de bar rières van een onmenselijke bureaucra tie, die de wereld door onzichtbare mu ren stuk maakt, wilde overwinnen en slechten. De kliek, die Garry Davis al spoedig omringde, veranderde de eenvoudigè idee van de naar menselijkheid streven de wereldburger tot een Naamloze Vennootschap. Men moderniseerde het ondernemen, dat onder een tentzeil ge boren werd en maakte er een wolken krabber van met ratelende schrijfma chines, onophoudelijk rinkelende tele foons en eerzuchtige secretarissen. Gar ry Davis, wereldburger no. 1, werd een gevangene in zijn eigen omgeving, waarin gewichtigdoenden met grote ac- tetassen, waar niets in was, rondliepen om zich een positie te verzekeren. In deze omgeving ging wereldburger no. 1 onder. In diezelfde omgeving komt de hele beweging in de knel. De ge dachten zijn goed, de wil ook, maar daarmee alleen komt men er nu een maal niet.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1949 | | pagina 5