De kop van Noord-Holland is het dorado
van alle soorten hengelaars
LONDENSE
De veilingen teZwaag en Blokker
IN NOORDHOLLANDS FRUITTUIN
Een geweldig bedrijf
MET
EET U NIET DE
nheid voor meisjes
ter te worden op-
ige leiding,
en prettige werk-
e salariëring. Ook
Schermerweg 84.
spnopruimingen en
enkele stuks met'
sfoutjes.
i 7.48, 7.28
roortassen 9.92
Lederhandel
ALKMAAR.
Duizenden zoeken de waterkant op
VACAMT lE.Gifc'&C UlE.DE.Nl 9.
andere tekortkomingen moet letten,
doch men hoort of ziet zelden iets
van haar.
Meer dan vierhonderd duizend hen
gelaars betalen jaarlijks hun bijdrage
tot „verbetering van de visstand". Deze
„bijdrage" is kort geleden zo aanzien
lijk -verhoogd, dat er hengelaars zijn
r»K KOP VAN NOORD-HOLLAND is voor iedere hengelsportliefhebber het
beloofde land. De polders met hun ontelbare sloten en slootjes, waarbij in het
bijzonder het Rijk der Duizend Eilanden genoemd moet worden, de kanalen en
meren, waarbij het IJselmeer het voornaamste is en ook de nabijheid van de
zee maken Noord-Holland boven het IJ tot een dorado voor de hengelaar. Het
i, jan ook niet te verwonderen dat, op voetballen, schaatsenrijden en zwemmen
na, geen sport zo druk beoefend wordt als hengelen. Jongens van zes jaar zitten
i met een stokje, waaraan een touwtje bevestigd is, stekeltjes te vangen en de
bengelaars die de zeven kruisjes al achter de rug hebben en het dobbertje niet
joed meer kunnen zien, zitten met een paar geweldige drijvers te snoeken.
H'ist u dat ons land niet minder dan vierhonderdduizend regelmatige hengelaars
telt? En hierbij zijn de stekeltjesvissers en de z.g. Pinksterhengelaars niet mee
gerekend.
NU het hengelseizoen enkele maanden
geopend is en de gemiddelde vang-
gten van dit seizoen te overzien zijn,
hebben wij hier en daar eens een kijkje
in de provincie genomen om zodoende
een goed overzicht te krijgen. Het is
ons gebleken dat over het algemeen de
vangsten minder zijn dan verleden jaar.
Slechts een enkele plaats in de provin
cie maakt hierop een uitzondering.
„Hengelaars zijn luiaards, die met
een stok in hun handen langs de wa
terkant lanterfanten", wordt dikwijls
gezegd. De werkelijkheid is, dat als de
stadbewoner 's ochtends om drie uur
nog in Morpheus' armen ligt. op de ka
mer van de hengelaar de wekker af-
i loopt en als tegen vier uur de duister
nis voor het daglicht moet wijken,
loopt hij reeds door de polder of roeit
in een bootje naar zijn vlsplekje. En
dan is het nog geen lanterfanten, want
hengelen eist voortdurende concentra
tie. Als de hengelaar gaat snoeken, zal
hij niet in het zonnetje langs de water
kant gaan zitten, doth met zijn zware
laarzen vele kilometers in moeilijk ter
rein afleggen. Weer of geen weer, hij
gaat.
Hengelaars zijn dronkaards" zegt de
volksmond en op „spot"-plaatjes zien
we een hengelaar afgebeeld uit wiens
jaszak een fles jenever steekt, Deze in
sinuatie weerleggen zou niet de moei
te waard zijn.
Iedereen hengelt
Het mooie van de hengelsport is dat
er geen standsverschil bestaat. Artsen,
bankdirecteuren, middenstanders en
scharenslijpers vinden elkaar aan de
waterkant, bespreken samen hun kan
sen en wijzen elkaar de plekjes die, ge
zien de weersomstandigheden, die dag
waarschijnlijk de beste zijn.
Het duurt soms jaren voor een hen
gelaar zijn viswater kent, voor hij weet
welk aas de vissen er het liefst heb
ben, waar de bodem uit klei, grint of
modder bestaat, waar de overgangen
zijn, waar verrassingen als stukken
prikkeldraad of takkenbossen liggen en
waar er waterplanten groeien. Heel be
langrijk is het voor hem ook te weten
waar zich de diépe plekken bevinden
en waar de bodem oploopt.
Dat ook intellectuelen tegenwoordig
hengelen, is niet de enige ingrijpende
verandering. Er werdt tegenwoordig
geen concours meer gehouden of er zijn
enige vrouwelijke deelnemers. En haar
aantal groeit! Het is tegenwoordig heus
geen zeldzaamheid meer als men naast
de man ook „moeder de vrouw" met
een hengel aan de waterkant ziet.
Niet zo eenvoudig.
De grootste fout odie buitenstaanders
maken, is dat zij denken dat hengelen
heel eenvoudig is. Ze hebben het alle
maal zelf wel eens gedaan en er is
niets aan: je neemt maar een goeie ste
vige hengel, je bindt er een snoertje
aan en aan het eind van dat snoertje
doe je een stukje deeg of een worm. Je
gooit in en de vis is wel zo stom om
te bijten. Simple comme bonjour! De
ras-hengelaar weet wel beter. Voor
iedere vissoort heeft hij een ander
snoer en hij let er nauwkeurig op dat
ze evenredig in sterkte zijn met zijn
hengel; liefst zo licht mogelijk. Dan
gaat hij naar de plek waarvan hij door
zijn jarenlange ervaring weet dat daar
de meeste vis zit van de soort die hij
wil vangen. Hij is er bijna zeker van
dat hij slechts die vis zal vangen die hij
wil hebben. Hoe hij daar zo zeker van
is? Och, dat is ook eenvoudig: Een
snoek bijv. is een roofdier; hij leeft
vlak onder de oppervlakte van het wa
ter en hij schiet wild op zijn bewegende
prooi af, de drijvers in zijn woeste
vaart meetrekkend (dit is overigens
nog niet het teken om te „slaan"). De
karper daarentegen leeft op de bodem
van het water. Hij zal levend aas geen
blik waardig keuren en hij zal zich
bijna uitsluitend voor broodspijs inte
resseren. In tegenstelling tot de snoek
zal hij de dobber niet in woeste vaart
ondertrekken, want de karper is heel
wantrouwend. Tussen het vissen op
snoek en het vissen op karper liggen
de tientallen variaties die iedere hen
gelaar behoort te kennen. Hij moet van
iedere gewoonte een voorliefde van el
ke vissoort op de hoogte zijn. Goed
hengelen is niet eenvoudig.
Voorschriften en tekortkomingen.
In tegenstelling tot bijvoorbeeld
Amerika, waar Roosevelt een harts
tochtelijk hengelaar was, waar Truman
wat dit betreft niet voor hem onder
doet en waar de overheid zich veel ge
legen laat liggen aan het onderhoud
van het water, ondervonden de henge
laars in Nederland soms veel tegen
kanting.
Poldersloten, die eens prima viswa
ter waren, groeien dicht en worden
tot muggennesten; het water vervuilt
en de vis sterft er uit. In andere vaar
ten lozen fabrieken hun voor de vis
sen dodelijk afvalwater. Dan is er
water waar slechts weinige heng-ïaars
wogen komen of waar slechts een
enkeling in de berm mag lopen. De
voorschriften die deze kleine categorie
in acht moet nemen hebben de vorm
van een waslijst aangenomen en de
hengelaar zal niet eens verbaasd meer
zijn als hij eerstdaags hoort dat hij
langs de waterkant geen pijp meer mag
roken. Er is een Rijkscommissie die
"P de vervuiling van het water en op
die de vereiste vergunningen slechts
met de grootste moeite of helemaal niet
kunnen betalen. Het is dan ook niet te
verwonderen dat „De Hengelsport
wereld" enkele hartige artikelen aan
dit onderwerp wijdde en zich. afvroeg
waar de kapitalen, de z.g. bijdragen,
die de hengelaars jaarlijks voor ver
betering afdragen, blijven. Dit is voor
iedere hengelaar een raadsel. Wordt
het niet tijd dat de minister de oplos
sing van dit Raadsel aan de hengelaars
bekend maakt?
Een andere bron van ergernis voor
de hengelsportverenigingcn is het
pachtbesluit 1941. Dit pachtbesluit. dat
destijds door de Landstand werd inge
voerd en waaraan de bezetters streng
de hand hielden, werd nog steeds niet
Communisten 30 km
van Amoy
Sterke communistische strijdkrachten
zijn gevaarlijke nieuwe aanvallen in de
richting van Kanton en Amoy begon
nen. Volgens berichten, die te Hong
kong binnenkomen, bevinden zij zich
op ongeveer 30 km van Amoy, dat
door een derde van zijn bevolking ver
laten is. Daarentegen zou de stad vol
zijn met nationalistische versterkingen.)
Rondom Kanton is levendige guerrilla
activiteit.
Tsjiang vraagt Japanse hulp.
Volgens een correspondent van de
„Daily Graphic" te Tokioheeft Tsjiang
Kai Sjek generaal Hirpsji Nemoto „met
de leiding belast van zijn plan, waar
aan hij zich als een wanhopige aaneen
laatste grashalm vastklampt, om huur
lingen van de Japanse luchtvloot te ge
bruiken' tegen de Chinese communis
ten". De correspondent voegt er aan
toe, dat generaal Nemoto, 58 jaar oud,
een van de vooraanstaande deskundigen
voor China was van het voormalige
keizerlijke Japanse leger.
ZONDE. P. WOOftDEM
herzien. En als dan het enige antwoord
van de minister is dat de nieuwe vis
serijwet op de helling staat, dan ver-
keren de hengelsportverenigingen weer
in tweestrijd en durven zij slechts het
minimum aan jonge vis uit te zetten.
(Wordt vervolgd).
(Nadruk verboden).
Ceen loonsverhoging voor
Britse spoorwegarbeiders
Een door de Engelse regering in
gestelde verzoeningsraad heeft de eis
tot verhoging van het loon der Britse
spoorwegarbeiders met tien shilling
per week, welke door de vakvereni
gingen der arbeiders was gesteld, met
algemene stemmen verworpen. Bij de
vakverenigingen zijn 477.000 arbei
ders aangesloten. De directie der (ge
nationaliseerde) spoorwegen en de
vakverenigingen hadden bij voorbaat
verklaard zich naar de uitspraak van
de verzoeningsraad te zullen schik
ken.
Enorme hoeveelheden fruit; massa's emballage
Twaag, Blokker, Schellinkhout, Wijdenes, Wognum.Voor de meesten zullen
deze namen weinig zeggen, het zijn dorpen in West-Friesland, dat is al.
Wellicht dat enkelen begrijpen, waarom het gaat, wanneer we er aan toevoegen:
de Bangert, in het voorjaar het doel van zo menige excursie naar de bloeiende
fruitbomen. Al die dorpen samen en nog vele er bij, vormen één groot gebied,
waar de takken van de appel- en perebomen thans buigen onder een last van
rijpend fruit. Het is de vruchtenvoorraadschuur van Noord-Holland. Op som
mige plaatsen denkt men te staan in een woud van fruitbomen. De ene boom
gaard grenst er aan de andere, de bessenboompjes, die in de voorzomer hun
oogst leveren, vormen een dicht struikgewas en daartussen verheffen zich de
hogere bomen: appels, peren en pruimen.
Of de opbrengst dit jaar niet zeer
Weer een oude man beroofd
Naar eerst thans bekend wordt, is in
de nacht van Dinsdag op Woensdag jl.
om half één een aanslag gepleegd op
de 60-jarige C. J. S. uit 's-Gravenhage,
die zich bevond op een niet bebouwd
terrein aar* de Kranestraat te Den
Haag. De man werd vermoedelijk met
een steen geslagen, tengevolge waar
van hij bewusteloos in elkaar zakte.
Vijf en een half uur is S. daar blijven
liggen en toen aangetroffen. Hij miste
zijn portefeuille, waarin zich f 220 be
vond. S. is naar het ziekenhuis aan de
Zuidwal vervoerd. Zijn toestand is niet
ernstig.
POST VOOR TERUGKERENDE
MILITAIREN.
j Post, bestemd voor de naar Neder
land terugkerende militairen aan boord
van de troepenschepen, „Kota Inten"
en „Sibajak" welke in een der tussen
havens zal worden uitgereikt, moet
uiterlijk op 15 September a.s. in Ne
derland worden ter post bezorgd. In
het adres moet worden vermeld „op
thuisreis naar Nederland".
Wanneer men er in deze tijd van
het jaar komt, zijn alle handen nodig,
dan wordt er gewerkt, zolang de dag
duurt en het resultaat is, dat 'n ware
hoorn des overvloeds over Nederland
en het omringende buitenland wordt
uitgestort.
Iemand, die het niet van nabij heeft
gezien, kan zich er geen voorstelling
van maken.
Neem de enorme fruitveiling te
Zwaag.
Wie er heengaat, loopt eerst door
hele straten van emballage. De lege
kisten worden er niet geteld bij dui
zenden, maar bij tienduizenden en bij
honderdduizenden.
Die kisten vindt ge overal. Bij iede
re boomgaard staan ze hoog opgetast
langs de weg; ieder voertuig, dat ge
tegenkomt, is er mee volgeladen. Leeg
stromen ze uit de enorme opslagruim
ten van de veilingen te Zwaag en te
Blokker, vol keren ze terug naar de
reusachtige uitstalruimten.
Van die uitstalruimten kan men zich
nauwelijks een idee vormen. Zó groot
zijn ze, dat men bij hol betreden even
bevangen wordt. Die te Zwaag ls 11.200
vierkante meters groot, 160 meter lang
en 70 meter breed. De spoorwagens uit
Duitsland. Tsjecho-Slowakije en waar
al niet vandaan, die we er in aantref
fen, verzinken in het niet. En dan
weer kisten. We proberen te tellen
hoeveel er staan aan een van die sta
pels, maar we komen er niet uit en
weten niet of het er 20.000 of mis
schien 40 of 50.000 zijn.
Het is een geweldig bedrijf.
Optimistische geluiden
Intussen draait in de veilingzaal de
wijzer. De ene partij na de andere
wordt verkocht, dat gaat zo uren
door.
Hoe de prijzen zijn?
De klanken die we horen, zijn op
gewekter dan we verwacht hadden.
Maar. zo verzekert ons de heer Dui-
ves, directeur van de veiling te Zwaag.
dat is alleen toe te schrijven aan de
goede kwaliteit. Op kwaliteit wordt
hier reeds lang gewerkt, in Duitsland
en ook in Engeland is ons product
zeer in aanzien.
Bij de vroege peren, die vlug weg
moesten, mede in verband met het
warme weer was de opbrengst wel
eens wat tegengevallen, maar onver
kocht was, alleen de afval gebleven,
het „kroet". Over enkele dagen zou de
verkoop van liet latere fruit beginnen
dat go»d kon worden bewaard en ten
aanzien van de prijzen daarvan bleek
hij betrekkc'kk optimistisch.
Ongeveer dezelfde ervaring had men
opgedaan aan de veiling te Blokker.
groot was geweest?
Normaal, zo zei men ons te Blokker.
Er is meer dan verleden jaar, maar
het volgend jaar zal er weer meer
zijn.
We keken even verwonderd op.
Ja, U moet begrijpen, er komen
ieder jaar nieuwe aanplantingen bij.
De vooruitgang van dit jaar schrijven
we vooral op rekening daarvan.
Maar is er dan geen verschp,
doordat de oogst mee- of tegenvalt?
Natuurlijk, wel wat. Maar dat
blijft binnen bepaalde grenzen. U moet
niet vergeten, dat alles hier hoe lan
ger hoe moderner wordt ingericht.
Vroeger kende men de knepen niet zo
als tegenwoordig. Om een voorbeeld
te geven, voor een goede bestuiving is
't nodig, dat naast Reine Claude Reine
Victoria wordt geplant. In de oude boom
gaarden stond alles dooreen: appels,
peren, pruimen. Met het oog op een
goed bespuiten wordt dat tegenwoor
dig als een onding beschouwd. Kwali
teit en bedrijfszekerheid, dat zijn twee
kardinale dingen in het fruitkwekers-
bedrijf geworden.
In de Bangert
Bij wijze van afscheid aan Noord-
Hollands fruittuin, reden we de Ban
gert door, het oudste gedeelte er van
en misschien tegenwoordig het minst
I E ZWEEDSE KOOPVAARDIJVLOOT
De Zweedse koopvaardijvloot, waar
van de helft der tonnage de laatste
vijf jaren door nieuwbouw werd ver
vangen, mag thans tot de modernste
ter wereld worden gerekend, aldus
werd verklaard op het Congres van
de Zweedse Vakvereniging voor Zee
lieden. Ook werd gewezen op de grote
sociale verbeteringen voor het varen
de personeel, daar de lonen in de laat
ste jaren met niet minder dan 60
procent werden verhoogd.
AANKOOPMACHTIGING VOOR
NEDERLAND VERMINDERD
De ECA heeft een reeds aan Neder
land verstrekte machtiging voor de
aankoop van vliegtuigen en onderdelen
in de V.S. voor aflevering in het derde
kwartaal van 1949 verminderd met een
bedrag van 385.000 dollar.
goede. Want hier staat nog dikwijls
alles bont dooreen. Naast een boom,
waarvan de pruimen rood afsteken
legen het donkere uerfstgroen, zien
we er een, waarvan de takken zwaar
onder een last van goudgele appelen,
bij een derde zijn de grote, grauw
bruine peren nauwelijks "zichtbaar tus
sen het loof.
Maar vruchten zijn er bij massa's.
Evenals kisten, die in grote stapels
langs de weg staan.
Fruit, fruit, fruit
Het is een bloeiend bedrijf, dat zich
veilig weet onder de beschermende
hoede van een machtige kwekersorga
nisatie en dat zijn culturele centrum
vindt in Hoorn met zijn fruitbouw-
scholen en voorlichtingsdiensten.
Pim, Pam en Pom en het Afrikaanse avontuur
Stro-complex
161. Het vlot drijft snel stroomaf- sen zijn Blij, dat ze weer eens iemand
waarts. En plotseling zien de drie hond- uit de beschaafde wereld zien. Als je
jes in de verte een negerdorp opdoe hier ook zo afgelegen woont.." Pepi
men. Een vrolijk groepje negers begint geeft geen antwoord. „Oh kijk. daar
te dansen zodra ze het vlot aanzien hangen ze nog een doek op", roept Pom.
komen, en veer anderen zijn bezig een „Wat zou daar op staan?" Als de Pan-
groot doek >ver de rivier te spannen ko-negers het doek ontrollen, lezen de
met „Welkom!" er op „Wat hartelijk!" verbaasde broertjes: „Wacht niet tot
roept Pim uit „Weet je nog, dat stond straks! Wij heerlijk baks!" „Ach, ze ken-
op de tijgerkooi ook!" „Ja en zegt je nen hun taal nog niet zo goed", zegt
dat niets?" vraagt Pepi, terwijl zijn ha- Pim medelijdend „Maar ik begrijp het
ren hem te berge rijzen. „Ik begrijp toch wel. Ze willen natuurlijk een
heel goed, wat dat bord betekent", lekker maal voor ons klaarmaken!"
roept Pim verontwaardigd. „Die men-
IX.
WOLLIGE STAPELS op de
armen druppelen nieuwelingen
van het kledingpaleis naar „hun"
onderdeel. Met een finkse klap
wordt het hele zwikkie in een
hoekje van het gebouw gedepo
neerd. De volgende af te werken
order omvat het vullen van stro
zakken. Zo'n strozak schijnt niet
alleen stro te moeten bevatten, maar
ook sensatie, 'n Strozak hoort bij 't
leger, dat begrijpt iedereen, 'n Leger
zonder strozakken zou niet echt
meer zijn, de stoerigheid zou er
van af raken. Dit mag in geen ge
val gebeuren. Iedere recruut die
na lang tasten eindelijk het keurig
opgevouwen strozakken-stelletje uit
zo'n plunjezak weet fe vissen, is
blij. Blij, omdat nu datgene gebeu
ren gaat waarover vader en ieder
ander die het weten kan, zoveel
spannends verteld heeft; het vullen
van de strozak. Achter de kazerne
gebouwen bevinden zich de garages.
Om die te bereiken moet men een
groot plein oversteken. Heeft men
dit eenmaal gedaan, dan is er stro.
Stro in balen, stro in pakken, stro
op hopen en stro op stapels. Het
bulkt van het stro. De balen spitsen
bijna tegen het plafond. In deze
orgie van gele sprietjes staan hon
derden jongens met blauwe stelle
tjes die gevuld moeten worden.
Honderden handen graaien in het
losse spul en proberen het in de
zakken te stampen. Maar het gaat
niet licht. Het stro is weerbarstig
en wil overal heen, behalve in de
zakken. Er wordt wilder gegraaid
en er wordt om hulp gevraagd.
Iedereen ziet iedereen wroeten en
probeert eens diep te zuchten. Stof
hangt in dikke dodden in de garage
ruimte. T)e atmosfeer is bezwan
gerd. Het zweet gaat parelen en de
stof gaat kleven. De strozakken
vorderen maar langzaam. En steeds
komen er meer mensen die rustig
willen slapen. Maar voor hen is
geen plaats. Er kan niet meer bij.
Het losse goed raakt op. De kabels
rond de balen moeten er aan. Er
wordt getrokken en er wordt op
getrapt, maar de kabels blijven ka
bels. Totdat iemand met een stang
de verbintenis weet te verbreken.
Alles grist en grabbelt nagr die ene
baal die los is. Staaldraad en al
verdwijnt in de strozak. Overal
strozakken en overal recruten.
Welke was het ook al weer? Er
worden mysteries geboren maar
niet opgelost. Er verdwijnen re
cruten met volle strozakken en er
blijven recruten met lege, netjes op
gevouwen zakken over. En toch
hebben deze knapen de slag om het
stro soms al gewonnen.
Er wordt zwaar geketterd.
„Verdomnïe", zegt een bezweet
Rotterdammer tegen een niet be
zweet Hageneesje, „jij hebt mijn
spulletjes gegapt. Lelijke sloeber,
geef hier dat zootje of ik zal die
lichtknoppen van je verduisteren".
Het geval RotterdamDen Haag
is een mysterie dat opgelost wordt,
zij het ook na het leggen van veel
knopen. M'n buurman probeert me
de gele substantie onder de vingers
weg te ritsen. Dit lukt hem wonder
wel, want ik heb de handen vol om
nog iets geels in het blauw te prop
pen. Even later is hij echter het
touwtje kwijt waarmee de buik van
de dikzak dient te worden dicht-
geregen. Ik groei. Het touwtje is
als de naald.
Buurman is ten einde raad en
probeert een stukje te „lenen".
Hem resten slechts boze woorden.
Een stofwolk onttrekt hem aan
m'n roodgewreven ogen. Iemand
probeert z'n bolrond-gepropte
strootje een weinig vorm te geven.
Hij gaat er op liggen, maar rolt er
af. Hij gaat er op zitten, maar het
helpt niet. Niets wordt platter. Even
later priemen kwade hakken in het
broze zakkenlijf. Er wordt gedanst.
Er kraakt iets. Droge strootjes ste
ken door de nieuwe openingen. Er
wordt verder getrapt en geschopt
en de strozak rolt vadzig heen en
weer. De ttrozak blijft bol, sterker
nog, wordt steeds ronder. Het is om
te gillen.
TRIBUNE
ÏJE LONDENSE politieke arena is deze
week uitgestorven. Terwijl de La
bour-matadors Cripps en Bevin te
Washington een strijd op leven en dood
voeren tegen het sterling devaluatie-
spook, ligt -het politieke zwaarte punt
anderzijds in het doorgaans zo stille
Engelse badplaatsje Bridlington. De
afgevaardigden van acht millioen Brit
se arbeiders zijn er verzameld op het
81e jaarcongres der TUC. Daar vrijwel
alle levensgeneugten al of niet welwil
lend verstrekt worden bij de gratie van
een paar dozijn grote vakbonden, zijn
de ogen van iedere geïndexte, genum
merde en genationaliseerde Brit ge
richt op dit traditionele vakbondenfeest,
het laatste vóór de algemene verkiezin
gen. Evenals op het vorige badfestjjn,
dat verleden jaar te Margate gehouden
werd, verwacht men niet dat er zich te
Bridlington verrassingen zullen voor
doen. De machtigste vakbonden, waar
onder die der transportarbeiders de
grootste ter wereld staan wederom
solidair achter het TUC-bestuur en
daarmede achter de loonstabilisatie-po-
litiek der regering. Hoe zuur zij dit in
wendig ook mogen vinden, zij zijn er
zich van bewust, dat een openlijk con
flict met de regering tegen elke prijs
vermeden moet worden, wil Labour
nog een schijn van kans hebben in de
volgende verkiezingen. Een meerder
heid van twee millioen „blokstemmen"
ten gunste' van Cripps' stabilisatie van
lonen, prijzen en winsten, wordt dan
ook verwacht aan het einde dezer
Bridlington-kuur, die Labours verkie
zingscampagne heeft ingeluid.
TERWIJL de puffende Londenaar de
eerste oesters van het seizoen naar
binnen liet glijdengingen zijn ge
dachten terug naar die zonnige Zon
dagmorgen tien jaar geleden, toen 't
eerste valse luchtalarm door de hoofd
stad gierde en detotale Londense
luchtafweer op dat moment nog
slechts bestond uit zegge en schrijve
één museumstuk van een kanon, op
de WestminsterbrugNu, tien
jaar later, tracht hij de onlangs door
een Duitser uit het Roergebied ge
maakte opmerking te verwerken, dat
Duitsland nog slechts één nederlaag
nodig heeft om de wereld te regeren
KLEINE DAVID, de ,,wonderpredi-
ker", heeft weer een hemelreis gemaakt.
Ditmaal per vliegtuig, hals over kop te
rug naar Amerika. Hij heeft nog nooit
zo'n pech gehad. De malaise was ver
leden week al begonnen in Birming
ham. nadat die lieve telefoniste uit zijn
Londense hotel aan de pers had uitge
legd waarom zij ontslagen was. U weet
wel, dat donkere Hyde Park, die slaap
kamers en het 9-karaats armbandje.
Laat manager Hoekstra vlak daarna
in Birmingham zo'n maagpijn krijgen,
dat Kleine David op staande voet om
een gewone dokter moest telefoneren!
Aan het hele handenopleggen had hij
niet eens gedacht. Het publiek wèl.
Zondagavond liep de zaal stampvol,
tweeduizend koppen welgeteld, maar
grotendeels „ongelovigen". Het werd 'n
oproer. Van alle kanten schreeuwde
men, dat Kleine David een oplichter
was, wegens die wereldse dokter en dia
maagpijn van Hoekstra. Het was na
tuurlijk niet beleefd om zoiets hardop
te zeggen, de mooie show met orgel en
al te doen stopzetten en de „prediker"
van het toneel af te fluiten. Daafie
werd zo nijdig, dat hij Maandag meteen
zijn terugreis boekte naar New York,
hoewel hij nog een week in Birming
ham moest optreden en daarna nog
vier weken in andere Engelse steden.
Zijn vertrek ging nog geheimzinnig
ook. Zijn vliegkaartje stond op naam
van „David Hoekstra, student", in plaats
van op David Walker, zijn eigen naam.
Is er dan niets wonderlijks meer aan
Kleine David? Zeker, hij is en blijft
iets aparts. Toen hij naar het verlos
sende vliegtuig rende in een lichtblauw
swing-pak, had hij keurige witte glacé
handschoenen aan, ondanks de hittegolf.
En Hoekstra? Hij wacht in Londen op
de terugkomst van zijn broodwinner,
die volgens hem „alleen maar even op
vacantia is gegaan. Naar wij nader ver
nemen waren Hoekstra en David bei
den uit hun Londense hotel gezet, na
hun affaire met de telefoniste.
NA de ballonlanding hier van Joseph
van der Straeten en de zwemtocht van
Femand de Moulin vragen enige En
gelse nuchterlingen zich af wat de
Belgen tegen de nette Britse kanaal
boten hebben, wier diensten zij 20
omslachtig vermijden.
EIGENAREN van dure televisietoe
stellen mopperen op de BBC wegens de
vele herhalingen in de televisie-pro
gramma's. Zij zeggen, dat, als zij dub
bel willen zien, de ouderwetse methode
dan altijd nog veel aangenamer en ze
ker heel wat goedkoper is.
INGEZONDEN
(Buiten verantwoordelijkheid
van de redactie).
(Van redactiewege bekort)
Als werkend lid der N.C.V.B. voel Ik
mij verplicht te zeggen, dat ik in het
ingezonden stuk van de heer Jac. Duif
over het vraagstuk van onze jongens in
Indie iets gemist heb. Dat is het vragen
naar wat God van ons eist. Met d«
hand op de Heilige Schrift durf ik t*
zeggen, dat ons volk het zo heeft ge
wild en dat Gods straffen nu volgen.
Lees Lucas 2025 maar. Daarin staat,
dat Christus toen Hij verzocht werd 'n
penning toonde en zeide: „Geef den
Keizer wat des Keizers is en Gode, wat
Godes is". En tot die schatting, die
wij moeten betalen, behoren ook onze
jongens, onder de toelating van God*
wijs bestuur in deze Regering.
Een simpel bericht in een krant kan
een nameloos leed inhouden, maar er
kan tegelijk ook een rijke zegen uit
voortvloeien. Daarom moeten wij onz»
jongens laten gaan in de vaste overtui
ging, dat zo het grote plan van God
met deze wereld wordt volbracht. Lev*
onze vrijheid en die der jongens,
maar in nauwe gebondenheid aan
Christus.
A. DEN HARTIGH SCHUUR
Sint Pancras, Sept. 1949.
'fl