Vecht nooit met een Sinterklaas!
Er is iets veranderd
Want er is er één, die niet gestuurd
is door het Arbeidsbureau
Beroepsarbeid der vrouw kreeg
ander karakter
Koos Thomas
aatste jieuws
Motfe van vertrouwen
in Franse regering
aanvaard
Toch geen paspoort meer
voor Benelux-verkeer!
Dit verhaal komt geheel
voor de verantwoorde
lijkheid van
JEDEREEN WEET dat Sinterklaas in Spanje woont. Vroeger was dat niet zo.
Toen dacht iedereen dat hjj het wist, maar toen woonde de Sint, lekker ver
en lekker warm, in de Belgische Congo. Op den duur was dat echter toch wel
erg lastig. Zodra de maand November eenmaal over de helft was, moest Zwarte
Piet twee weer in de week met een raderboot de Nyl afzakken en dan, met een
veeboot of met een mailschip (net zoals het uitkwam) verder naar Spanje om
de post af te halen. Met het oog op de bestellingen. Op een keer woeien de post
zakken allemaal over boord (dat was in dat jaar, waarin u niets van Sinterklaas
gekregen heeft). Dat was heel vervelend. Bovendien kwam de naam des Bis-
schops vroegere woonplaats niet uit met het liedje. Probeer het maar eens: „Zie
ginds komt de stoomboot, uit de Belgische Congo..." Nee, nietwaar? Dat gaat
niet.
JYAAROM besloot Sinterklaas tenslotte
naar Spanje te verhuizen. Overigens
is het met dat liedje nóg niet in orde.
Sinterklaas komt niet met een stoom
boot. Hij komt per vliegtuig. De di
recteur van het Arbeidsbureau en ik
weten dat. En die duizend ongeregelde
mannen, die bij het Arbeidsbureau als
losse arbeiders ingeschreven staan, we
ten het ook. Een en vijftig weken van
het jaar verdienen ze hun boterham
met-zure-zult met losse arbeid. Ze
staan bij het Centraal Station en roe
pen: „De vier mooie bladen zo voor
één kwartje!", of ze schilderen ver-
keersstrepen op voorrangswegen, of ze
knippen de meidoornhagen in het villa
park. Maar zodra de vijfde December
nadert, gaan ze thuis, in de gang, ach
ter de brievenbus zitten. Totdat er een
kaartje op de gangmat valt, waarop
„KOMEN" gedrukt staat. Gewoon „KO
MEN". „Moeder", roepen de mannen
dan naar de achterkamer, „we moeten
komme". Moeder pakt vlug acht boter
hammen met zure zult in de krant van
de vorige dag en met de laconieke con
vocatie in detabaksdoos gaan de man
nen naar hét Arbeidsbureau.
De portier is van hun komst op de
hoogte. Hij Staat voor de deur van zijn
kantoortje. Handen op de rug, bulk
vooruit en hij kijkt, zoals alleen por
tiers kunnen kijken. Hij ziet nietsHij
begint pas te zien, als de mannen bin
nenkomen, aan de rubberklep van
hun pet tikken en het kaartje met
„Komen" laten zien. „ZO", zegt hij
dan, „zo". Daarop hoest hij en mn i->
pelt: „Trap op, gang door, D ie
wachtlokaal. Voeten vegen en niat
spugen". Deze inlichting is voV'w.ten
overbodig, want de mannen weten
het nog van vorig jaar, van het jaar
daarvoor en van nog vroeger. De por
tier weet dat ook, maar omdat hij er
toch staat, zegt hij het maar. Hij krijgt
geen fooitje. De mannen hebben gelen
geld. Ze komen om geld te verdie
nen.
Om diens telgen niet in de war te
brengen, verscheen hij dan in een zwart
pak, met de baard tussen zijn vestje.
Het gezin kende hem als de oudste
broer van opa. Een pijnlijk moment
was de eerste avond, nu lang geleden,
toen de pseudo-Sinterklaas de presen
tjes kwam brengen. Hij deelde links en
rechts uit, maar voor de broer van
opa kwam er niets uit de zak." Voor
die ouwe kerel is niet ingekocht," aldus
probeerde „Sinterklaas" de situatie te
redden. „Ik dacht dat hij al lang af
gepeigerd was". Hierop wist de heer
des huizes wel raad. Na die tijd was
er ook voor de jaarlijkse 5 December-
gast een pakje. Zo marcheerde het
allemaal best. Sinterklaas was tevreden
de duizend losse arbeiders waren te
vreden en de mensen waren tevreden.
niT jaar is het echter bijna misgelopen.
Dirk Jan Borstplof, die de straten
tussen de Lutherse kerk en de paarden-
slagerjj voor zijn rekening zou nemen
was daar de schuld van. Op brute wijze
heeft hij een onherroepelijke punt ge-
zet achter een briljante Sinterklazen-
loopbaan. Het geld, waarmede hij de
huur van zijn eerbiedwaardig ambts
kleed moest betalen, had hij omgezet in
Zeer Oude. „Laat die ouwe sok het zelf
maar doen" lalde hij opgeruimd tot de
ontzette collega's, die met de baard on
der de arm in hetzelfde café een kom
metje anijsmelk kwamen drinken.
Sinterklaas hoorde van de desertie,
juist toen hij aanlegde voor een moei
lijke driebandenstoot. Zijn queue ketste
en trok een rafelige winkelhaak in het
biljartlaken. Zuchtend betaalde hij de
schade, dronk zijn glaasje Coca, Cola
leeg, haalde zijn Solex uit de stalling
en begon verdrietig de pakjes weg te
brengen, die zijn saboterende asssistent
in een portiek had achtergelaten. „Daar
gaat mijn Sint Nicolaasavond", dacht
Sinterklaas spijtig.
Ondanks het feit, dat de bisschop
ongeoefend was en dat hij de wijk niet
kende, vorderde hij goed. Helaas zou
zijn onbekendheid met de wijk hem
pijnlijke parten spelen. Plofborst, de
afvallige, had tevoren een afspraak ge
maakt met Rinus Loofbrokel, wat be
treft de grillige grens van hun wijken.
Dirk Jan zou in een bepaalde straat de
benedenwoningen doen en de boven
huizen voor Loofbrokkel overlaten.
Sinterklaas, niet op de hoogte van dit
gentlemen's agreement, bediende boven
èn beneden en at hier en daar ver
strooid een stukje boterletter op, dat
de kinderen voor zijn paard neergelegd
hadden. Halverwege het huizenblok be
trapte Rinus hem. „Kijk nou es effe",
vloekte hij in zijn op de wind wappe
rende wattenbaard, „zo'n lelijke mi-
gum". ((Hetgeen in de klaverjasclub
van Rinus als een kletsende belediging
wordt aangerekend). „Hé", riep hij
schel, „onderkruiper!" Sinterklaas, die
hem niet verstond, keek op en wuifde
vriendelijk naar zijn helper. „Ja, je
zuster", schold die helper, want hij zag
W7ANT eens moet u het toch weten
ze komen om Sinterklaas te hel
pen. Toen Sinterklaas de zaak van zijn
vader overnam, heeft hij het aanvan
kelijk alleen geprobeerd, maar het eer
ste jaar kwam hij in de nacht van de
vierde op de vijfde December niet ver
der dan twee straten in Amsterdam.
Twee weken achtereen werkte hij
twintig van de vier en twintig uur. Het
nachtwerk deed hy in een geleende
overall van de stoker van het hotel
waarin hij logeerde, want hij had maar
één tabberd meegenomen en die moest
toch schoon zijn wanneer hij overdag
in de warenhuizen zat. Toen de laatste
agenda's, manchetknopen, dassen, hand
schoenen en uitgedroogde pepernoten
eindelijk bezorgd waren, zeiden de
mensen: „Hé, wat is de Kerstman dit
jaar vroeg". Want toen was het inmid
dels 20 December geworden. Zo ken
hex niet, begreep Sinterklaas. Hij vroeg
raad aan een damesweekblad. De re
dactrice van de rubriek „Tante Goosje
weet raad" schreef terug, dat een puik
middel tegen behaarde benen het schu
ren met zachte puimsteen is. Dit bleek
echter een vergissing te zijn. De loop
jongen had een verkeerde brief inge
pakt. Later kwam er een tweede, waar
in hem werd aangeraden: 1. een abon
nement op het blad te nemen en 2. de
mensen de pakjes te laten halen. Met
de groeten van tante Goosje.
Enfin, het was allemaal niets. Totdat
de directeur van het arbeidsbureau van
de zaak hoorde en sindsdien zijn de
moeilijkheden de wereld uit. Het was
het ei van Columbus Samen met de
directeur maakte Sinterklaas een inde
ling van duizend wijken. Iedere wijk
werd op een briefje geschreven, de
briefjes gingen in een doos, de direc
teur liet duizend losse arbeiders komen
en ieder van hen mocht een papiertje
uit de doos halen. Daarna kregen ze
allemaal twee zakken met cadeautjes,
een briefje van tien om een mijter, een
baard en een rode mantel te huren en
binnen drie dagen was alles bezorgd.
glNTERKLAAS kende zijn rust niet.
Overdag nam hij hier en daar de
honneurs waar, deed een spelletje bil
jart met een oude pastoor die hij al
jaren kende, voerde de eendjes in het
park en 's avonds zat hij met zijn voe
ten in een teiltje warm water Met een
kruiswoordpuzzle op de schoot Op de
avond van de vijfde December vierde
hij het Sint Nicolaasfeest ten huize van
de directeur van het Arbeidsbureau.
het vriendelijke gebaar niet als een
bisschoppelijke groet, maar als een
profane uitdaging. Overigens was Loof-
brokkels opmerking inconsequent, want
Sinterklaas heeft geen zuster. Rinus
hield een zeer korte, zeer beeldende
alleenspraak en begon toen springend
over schoorstenen en dakkapelletjes
naar de vermeende indringer op te
rukken.
TEN kwartier ter vertelde agent der
fde klasse Harmen Ribbendrager aan
de brigadier van het wijkbureau, alsdat
hij twee mannen in een rode mantel,
althans kledingstuk, vechtende, althans
doende met pogingen elkaar verwon
dingen, althans lichamelijke kwetsuren
toe te brengen, midden in de straat had
aangetroffen. De brigadier, een fan
tasieloze diender, die niet aan spoken
en Sinterklazen geloefde, liet zich om
standig uitleggen hoe dat nu met die
duizend losse arbeiders in elkaar zat.
De directeur van het Arbeidsbureau,
ten overvloede opgebeld, kon het be
vestigen. Weer eetl kwartier later ver
lieten Sinterklaas en Rinus met een
procesverbaal wegens burengerucht
(want recht is recht en. orde moet er
zijn) het politiebureau. Sinterklaas met
de mijter van Rinus op zijn hoofd. De
zijne lag vertrapt ergens in de goot.
Ik dacht zo, laat ik dit nou opschrij
ven. Het is niet onmogelijk, dat u ruzie
met een Sinterklaas krijgt. Dan moet
u niet direct gaan slaan, want het kan
per slot van rekening de echte zijn. Zo
als bij Rinus.
Werkend Nederland in cijfers
Uitkomsten der
beroepstelling 1947
Gelijk op zo menig gebied, verschaft
de laatste volkstelling ook op het ge
bied van de beroepsbevolking interes
sante bijzonderheden en gegevens.
Zo blijkt uit deze gegevens, dat op
31 Mei 1947, het tijdstip van de telling
dus, 3.867.000 personen een beroep uit
oefenden, waarvan 2.923.000 mannen en
944.000 vrouwen, hetgeen wil zeggen,
dat 40.2 proc. van de gehele Nederland
se bevolking, of wel 61 proc. van alle
mannen en 19,5 proc. van alle vrouwen
een of ander beroep uitoefenden. Op 31
December 1930 waren 61,3 proc. van
alle mannen en 19,1 proc. van alle vrou
wen in een beroep werkzaam. De om
vang van de beroepsbevolking is dUB
vrijwel gelijk gebleven,
dustrie -het aantal daarin werkende
personen, vergeleken bij 1930 is terug
gelopen van 6900 tot 1900. De achter
ons liggende oorlogsjaren zullen in dit
vak in het bijzonder hun invloed heb
ben laten gelden!! In de voedings- en
genotmiddelenindustrie waren toen 213
duizend en thans 187 duizend werk
zaam. Opmerkelijk is ook, dat in de
textielnijverheid eerst 30.000 vrouwen
en thans 23.000 vrouwen werkzaam
zijn. In de chemische nijverheid daar
entegen is het aantal werkers van 26000
tot 44000 gestegen en in de metaalnij
verheid van 237.000 tot 370.000.
In totaal werden in Mei 1947 in de
nijverheid 1.428.000 personen geteld, of
wel 196.000 meer dan in 1930. Deson
danks omvatte de nijverheid in Mei
1947 maar 36.9 proc. van de totale Ne
derlandse beroepsbevolking en in De
cember 1930 38.8 proc. Van een wezen
lijke vooruitgang van de industrialisa
tie, althans gemeten naar het aantal in
de nijverheid werkende personen, is
dus in de afgelopen 17 jaren niets te be
merken, hoewel hierbij wel aangete
kend moet worden, dat in 1947 vele be
drijven als gevolg van schaarste aan
grondstoffen enz nog niet op volle ca
paciteit werkten.
Het Centraal Bureau voor de Statis
tiek, aan welks mededelingen het bo
venstaande en het volgende is ontleend,
is verder tot do conclusie gekomen,
dat het percentage in de landbouw
werkzame personen vrijwel gelijk is
gebleven. Het is thans n.l. 19,5 proc.
Sinterklaasverhaal
voor grote mensen
AP HET MOMENT, dat bet grote schip aan de kade, die vol met wuivende
mensen stond, meerde, en de loopbrug aangeschoven werd, wist Piet de
Graaf, dat er nu een periode in zijn leven definitief voorbij was. Maar op het
zelfde ogenblik verbande hij alle sombere gedachten, toen hij, tussen de
menigte een viertal mensen zag, dat hevig met zakdoeken en handen zwaaide.
Dat was... ja, natuurlijk, daar had je Pim en zijn vrouw... en hun beide
kinderen natuurlijk. Joviaal nam hij zijn hoed af en zwaaide terug. Gelukkig,
er waren er tenminste enkelen, die hem in het vaderland verwelkomden. Een
maal van het schip af, was het een kleine moeite om hen te vinden. Pim, de
oudere broer, greep bewogen, maar desondanks blij lachend, de bruine handen
van de thuisvaarder. „Welkom in Nederland, jong, van harte welkom. En dit
zijn m'n jongens. Je zult ze wel herkennen van de foto's, die we je stuurden.
En mijn vrouw ken je natuurlijk...". „En wij zagen dadelijk, dat het oom Piet
was," klonk een heldere opgewekte stem naast hem. „Fijn, oom Piet, dat je nu
eindelijk uit dat apenland terug bent!" „Maar Gonnie.„Laat maar," weerde
de oom af, dankbaar voor zoveel hartelijkheid en ondanks al deze liefde toch
zenuwachtig. „Nou," besliste Pim, „daar staan taxi's; laten we niet langer op
de kade blijven. Er waalt een gure Oostenwind en jij, uit het warme Indie, zult
toch wel eerst terdege moeten acclimatiseren."
In het aardige huisje in Weesp pakte
Piet de geschenken uit, die hij zijn
broer, schoonzuster en hun 'beide kin
deren had toegedacht: een indische
shawl, een sierkris, een lap gebatikte
stof, allerhande kleine snuisterijen
Bert en Gonnie, de 15- en 13-jarige
kinderen, waren opgetogen, maar Pim
en zijn vrouw niet minder..
Later, toen ze rustig gedrieën 'n kop
koffie dronken en de mannen een si
gaar hadden opgestoken, vertelde Piet
van zijn veertien mdische jaren.
„Een mooi land, mensen, een prach
tig land. Maar nu.Er moet hard ge
werkt worden, heel hardEr is zo
veel vernield, eerst door de Jap, later
door de terroristenHele fabrieken
in puin, kampongs.sudah.schreeu
wend gebrek aan woningen en dan de
duurte.
„Je gaat niet meer terug?"
„Nee, dit is' voorbij. De vier jaren in
het- jappenkamp zijn me ook niet in de
kleren gaan zitten. Daarna de moeilijk
heden om het bedrijf weer op gang te
krijgen en nu...... Nee, dit is voorbij.
Indie heeft voor mü afgedaanJam
mer, ik hield van dit land en de men
sen.
„Wat ga je in Nederland doen?"
'Piet haalde de schouders op „Ik weet
het nog niet. Voorlopig maar eens uit
rusten en wat rondneuzen. Denk eens
aan- veertien jaar ben ik weg geweest.
Toen ik vertrok, was jullie Bert net
geboren.
Toen Piet 's avonds opstond om naar
zijn hotel te gaan, bedelden de kinde
ren net zo lang, tot hij beloofd had dik
wijls te komen. En op zijn stille hotel
kamer gekomen dacht hij met dank
baarheid aan het rustige gezin aan de
Herengracht, waar hij steeds welkom
zou zijn.
Op een avond, in het begin van De
cember door het stadje lopend, viel
ziir oog op de Sinterklaas-etalages en
met een schok bleef hij eensklaps mid
den op straal stil staan.
Natuurlijk, dat was een idee! Hij zou
eenr voor een leuke Sinterklaasavond
zc-rgen. De Sinterklaasavond was im
mers het familiefeest bij uitnemend
heid. Dan was ledereen thuis. Nou, ze
zouden hem wel vragen, maar dan
moest hij maar een smoesje bedenken.
En dan, onverwacht
In zijn hotel vroeg hij de eigenaar
on. inlichtingen. Een Slnterklaascos-
tuum? Ja zeker, dat was wel te huren.
En een jongen van een jaar of zestien,
zeventien voor knecht? De hotelier zou
er voor zorgen, daar kon mijnheer van
opaan. Want hij dacht: Voor een gast,
die vooralsnog wel een poosje zou blij
ven, moest je wat over hebben.
De volgende dag deed Piet zijn inko
pen: een grote leren voetbal en 'n boek
voor Bert; een boek en een jongeda
mestasje voor Gonnie, banketletters
voor de groten en de kleinen, bruine
leren handschoenen voor het viertal,
een aantal dwaze figuren van marse
pein..
O pzijn kamer sorteerde hij alles en
maakte voor elk geschenk een apart
pakje, waarop hij de desbetreffende
naam schreef. Zo, alles in een paar
grote zakken en klaar was Kees. Op
Herengracht. Een statige Sinterklaas
stapte uit, gevolgd door een grijzende
knecht, die het „gijntje" wel aardig
vond. Het duurde geruime tijd, voor er
gereageerd werd op het belletje en Piet
lachte in zichzelf, toen hij in de deur
opening zijn broer zag staan.
„Ben ik hier bij de familie de
Graaf?" vroeg Sint op deftige toon.
„Ja", antwoordde Pim onthutst, „dat
is hier.
„Nou", vervolgde de bisschop min
zaam, „dan moet ik hier zijn".
„Nog grotere verwondering in de
ogen van de bewoner. „Maarmaar,
dat moet een vergissing zijnik
eh heb geen Sinterklaas besteld".
„Maar, mijnheer, Sinterklaas laat zich
niet bestellen", antwoordde deze op
bestraffende toon. „Sint komt overal,
waar kinderen zijn. Kom, knecht!"
En Pim de Graaf was niet zo goed,
of hij moest toestaan, dat de bisschop,
gevolgd door een zwarte knecht, die
een volle zak torste, binnentrad.
Mevrouw de Graaf, verwonderd over
het feit, dat haar man zo lang bij de
deur bleef, stak haar hoofd om de deur
en begreep er evenmin wat van, toen
ze de bisschop zag binnenkomen.
„Wat zullen we nu hebben?" vroeg
ze aan haar man.
Deze haalde zijn schouders op. „Ik
begrijp er niets van", antwoordde hij.
„Hij moet bij de Graaf zijn, zegt-ie..".
In de kamer gekomen keek Sint rond
naar Bert en Gonnie. „Waar zijn de
kinderen?" vroeg hij.
Sinterklaasavond zou hy costuums
krijgen, voor hem en de knecht, die om
acht uur present zou zijn.
Om half negen ging hij de familie
verrassen. Niemand zou er natuurlijk
ook maar één ogenblik aan denken, dat
Sinterklaas zou komen. Alleen moest
hij z'n stem een beetje veranderen.
Zouden ze hem herkennen? Misschien
Gonnie, zij was toch zo'n scherpe op
merkster.
Op 5 December stopte er 's avonds
ruim half negen een glanzende auto
voor de woning aan de stille, donkere
„De kinderen zijn niet thuis", repli
ceerde Pim, die nu een beetje korze
lig werd. „En misschien wilt me ein
delijk vertellen, wat dit allemaal moet
betekenen?"
„Maar, lieve mensen", antwoordde de
Sint, nu met zijn gewone stem, „her
kennen jullie me dan niet eens?"
Pim viel zowat ondersteboven van
verbazing. „Lieve help", zei hij, naar
adem snakkend, „het is Plet! Mens,
wie had dat nu kunnen denken...."
„Waar zijn de kinderen?" vroeg de
Sint voor de tweede maal.
„Gunst", antwoordde mevrouw, „die
zijn niet thuis".
Nu was het de beurt aan haar zwa
ger om verwonderd te zijn. .Niet thuis?
En dat op Sinterklaasavond?"
„Ochmaar ga toch zitten, man,
blijf daar niet staan".
En nadat de Sint en ook zijn knecht
een stoel hadden genomen, vervolgde
Pim: „Och, Sinterklaasfeest thuis is
wel leuk voor de kinderen, zolang ze
nog klein zijn. Nu is dat wat anders.
Gonnie is op een_ zangvereniging en
Bert is op zo'n ontspanningsclub van
leerlingen van de HBS. Beide vereni
gingen hebben vanavond een feestje ge
organiseerd en daar zijn ze naar toe:
Gonnie hier in Weesp, Bert in Amster
dam. Daar hebben ze immers veel meer
plezier dan thuis.... En hun cadeau
tjes krijgen ze evengoedZe zijn
immers al zo groot
„Ja, maar", weerlegde Piet, „wij dan,
in onze jonge jaren? Zelfs toen we zes
tien waren, vonden we de Sinterklaas
avond thuis nog leuk en gezellig met
al die pakjes en verrassingen...."
Pim lachte een beetje. .Vroeger, Piet,
was vroeger. Intussen hebben we twee
wereldoorlogen gehad en sindsdien is
er iets veranderd. Dat besef jij niet zo
goed, omdat jij veertien jaren uit Ne
derland bent weggeweest. Er is iets
veranderd, Piet
„Ja", antwoordde deze, „dat merk
ik. Er is inderdaad iets veranderd. Veel
van de ouderwetse Hollandse gezellig
heid bestaat niet meer.
„Zo moet je dat niet opvatten", ant
woordde zijn broer, hem hartelijk op
de schouder kloppend. Maar komaan,
doe je maskeradepakje uit en blijf ge
zellig een paar uurtjes...."
De Sint stond haastig op. „Nee", ant
woordde hij, „dat gaat niet. Ik heb nog
een afspraak. Een andere keer mis
schien". En toen zijn oog viel op de
zak met geschenken: „Hier, een paar
kleine attenties voor jullie
„Och, kerel, dat had je niet moeten
doen
„Onzin, op zo'n dag als vandaag
Alleen, als ik het maar geweten had.
„Kom dan straks nog een uurtje...
„Misschien, als ik nog tijd heb
Anders kom ik wel een andere avond.
Terug in de auto gaf de Sint op
dracht naar het hotel terug te rijden.
En in zijn overpeinzing werd de Sint
gewekt door zijn knecht, die hem ver
schrikt wees op de tweede zak met ge
schenken. „Goeie, die hebben we hele
maal vergeten", zei hij.
„Hindert niet", antwoordde de bis
schip mat. „De wagen zal je wel thuis
brengen. Neem het maar mee, voor je
broers en zusters en voor je ouders.
„Maar", weerlegde de knecht, „dat,,
eh...."
„Het is wel goed", was het antwoord.
„En hier heb je twee rijksdaalders voor
je moeite...."
Onthutst nam de jongen het geld aan
en keek nog eens naar de welgevulde
zak. En toen kon hij niets anders uit.
brengen dan: „Nou, dank je wel dan.
Sinterklaas.
In zijn kamer ontdeed Piet zich van
zijn costuum, dat, met het geld voor
het huren, werd teruggebracht. Daar
na stak hij een sigaar op, maar na een
paar trekjes zakte zijn hand langzaam
naar het asbakje op de tafel en een
traan begon over zy'n bruine, verweer
de wang ts glijden
MAARTJE ZELDENRIJK.
van de totale beroepsbevolking tegen
in 1930 20,1 proc. Beperkt men de tel
ling tot de mannen dan zijn deze ge
tallen resp. thans 20 proc. en in 1930
22 proc., derhalve een teruggang van
2 proc.
Verzekeringswezen floreert.
Het verzekeringswezen floreert. In
1930 waren in die branche 20.000 per
sonen werkzaam en thans 38.000, dus
al bijna twee maal zoveel.
Handel en verkeer blijken aan vrij
wel evenveel mensen hun dagelijkse
bezigheid te verschaffen als in 1930,
visserij en jacht zijn sterk achteruit
gegaan (drooglegging gedeelten van
de voormalige Zuiderzee, afsluiting
daarvan van de Noordzee, enz.). Het
aantal daarin werkzame personen liep
terug van 16.000 tot 12.500.
Gelijk te verwachten was, viel de
grootste toeneming te constateren bij
de maatschappelijke diensten, waaron
der alle overheids- en semi-overheids-
diensten vallen, zoals distributiekanto
ren, rijksbureaux, enz., die op het tijd
stip van de telling vrijwel alle nog op
volle kracht werkten. Het aantal hier
in werkzame personen bedroeg in 1930
slechts 5,4 proc. van de totale beroeps
bevolking, in 1947 echter 10,5 proc.
Weinig animo voor huiselijke
beroepen.
In huiselijke diensten blijken vele
vrouwen weinig meer te „zien". Het
aantal daarin werkzame personen liep
n.l. terug van 234.000 tot 183.000, der
halve met 51.000 of wel 22 proc. Deze
teruggang, aldus het Centr. Bur. v. d.
Statistiek, wijst er op, dat de beroeps
arbeid van de vrouw een ander karak
ter heeft gekregen, vooral ook, als men
in aanmerking neemt, dat het totale
aantal in een of ander beroep werkza
me vrouwen percentsgewijs geen wij
ziging heeft ondergaan (in 1930 be
droeg dat n.l. 19,1 proc, en thans 19,5
proc.)
Het aantal werkende vrouwen, dat met
23 proc. is toegenomen (de stijging van
't bevolkingscijfer e.d. daarin uiteraard
verdisconteerd), is in de nijverheid
slechts met 10 proc. vermeerderd, ech
ter in het winkelbedrijf met maar
liefst 56 proc., terwijl tenslotte in ver
keer, crediet-, bank- en verzekerings
wezen deze toeneming 100 proc. be
draagt.
720.000 eigen baasjes.
Verder werden in 1947 in totaal 720
duizend bedrijfshoofden voor eigen re
kening geteld en 15.000 directeuren van
N.V.'s, Coöperaties, e.d, Voorts werden
152.000 echtgenoten geteld, die dage
lijks ln het bedrijf van het gezinshoofd
medewerkten. Dat laatste was even
eens het geval met 166.000 zonen en
86.000 dochters.
Het totaal der in loondienst zijnde
niet-eigen krachten bedroeg 2.472.000,
van wie 64.000 bedrijfsleiders, 1.708.000
arbeid'éfs eö" 700.000 employé's.
Interessant zijn ook de cijfers betref
fende de vrouwen die in leidinggeven
de functies werkzaam zijn. Om ons tot
Noord-Holland te beperken: als zelf
standige bedrijfshoofden waren werk
zaam 96.875 mannen en 11.720 vrouwen;
als kleine zelfstandigen in de nijver
heid 13.573 mannen en 2.115 vrouwen,
als medewerkende echtgenoten 16.121
vrouwen, als directeuren van N.V.'s,
coöperaties e.d. 4044 mannen en 191
vrouwen en als bedrijfsleiders tenslot
te 12.654 mannen en 1.179 vrouwen.
(Ongecorrigeerd)
De France Nationale Vergadering
heeft hedenmorgen vroeg, na een de
bat van drie dagen over de buiten
landse politiek, met 334 tegen 248 stem
men een door de leiders van de rege
ringspartijen opgestelde motie van ver
trouwen in de regering aanvaard.
De motie omvat een reeks punten. De
regering wordt verzocht waakzaam ta
zijn ten aanzien van het herstel van
Duitsland industrieel poteptleel. De
Assemblee, aldus de motie, beschouwt
internationalisatie van het Ruhcgebied
als een essehtiele waarborg voor de
veiligheid van Europa. West-Duitsland
moet uitgesloten blijven van het At
lantisch Pact en do vorming van een
gewapende macht op Duits grondge
bied moet absoluut verboden worden.
Wel verklaart de Assemblee zich voor
toelating Van West-Duitsland tot de
Raad van Europa als toegevoegd lid.
Zij verklaart zich verder voor gelei
delijke vrijmaking van de handel en
bevordering van de constitutie van
Europa in samenwerking met Engeland
en de Benelux.
Het Belgische Beneluxcomité ver
neemt, in tegenstelling tot in de Bel
gische pers vrschenen berichten, dat de
betrokken Nederlandse instantie» op
het ogenblik overwegen het paspoort
in het inter-Beneluxverkeer af te
schaffen. Deze maatregel zou in het
eerste kwartaal van 1950 haar beslag
krijgen.
KRUISWOORDPUZZLE
(Oplolliug)
Horizontaal: 1. Helft: 4. Pekel; 7. Hcdcl;
G Dogma; 10. Avond; 11. Noden; 12. Adre,;
13. Kanon; 18. MMC; 20. Confiscatie; 21.
XVI; 22. Kreta; 23. Oeral; 28. Slaap; 20.
Sport: 30. Acuut; 31. Extra; 32. Emmer;
33. Leeds.
Verticaal: 1. Hydra; 2. Leger; 3. Thani;
4 Plank; 5. Kroon; 6. Lijden; 8. Deden:«-
vaart; 13. Décor; 14. Emit; 16. Actie; 17.
Omega; 18. MIX; 19. COI; 22. Kaïte; »8.
Enorm; 24. Aster; 25. Opaal; 26. Route;
27. Lotus.