„The Third Nan"
3
Een pont bij Velsen: het grootste verkeersprobleem
van de provincie Noord-Holland
Chefarine 4
E
letere werking van 4
beroemde geneesmiddelen.
Bij Eylders (in de Korte Leid se'
dwarsstraat)
Jaarlijks gaan er millioenen mei wachten verloren
In 1943 werd tunnelbouw gestaakt,
wanneer volgt de hervatting?
AMSTERDAMS PODIUM
BIJ Eylders ontmoet ge op bepaalde
uren van de dag en voornacht de
crème de la crème van Neêrlands ar-
tistenbent. Vreemde lieden soms, met
ZATERDAG 4 FEBRUARI 1950
jpgET NOORDZEEKANAAL, voor Amsterdam de hoofdslagader voor het
verkeer te water, is er allerminst een voor het verkeer te land. Integen
deel, het is daarvoor een zo ernstige belemmering, dat steeds krachtiger
wordt aangedrongen op verbetering.
Daarnaast biedt dit Noordzeekanaal aan Amsterdam niet de bedrijfs
zekerheid, welke voor een belangrijke koopstad noodzakelijk is. Eigenlijk is
bet er zo mee gesteld, dat het bedrijfsleven van onze hoofdstad voortdurend
aan een zijden draadje hangt en men moet er zich daarom ten hoogste over
verwonderen, dat door hen, die nauw betrokken zijn bij de Amsterdamse
scheepvaart, handel en industrie, niet veel sterker wordt aangedrongen op
verbetering van de bestaande toestand.
Het merkwaardige daarbij is, dat zowel het verkeer te land als dat te
water gediend zijn door dezelfde oplossing: een tunnel te Velsen
Verkeer wordi belemmerd
W)1E OP DE spitsuren te Velsen komt,
wordt vaak getroffen door de ge
weldig lange files van auto's, die ge
duldig wachten op het ogenblik, waar
op hun beurt is gekomen om op een
van de ponten te rijden.
Hier hoopt zich het verkeer op tus
sen Friesland en Groningen over de
Afsluitdijk met Den Haag en Rotter
dam, tussen de kop van Noord-Holland
met het Zuiden van de provincie en
met het Zuiden van Nederland.
Het zou de moeite waard zijn een
calculatie te maken van het bedrag,
dat hier ieder jaar door wachten ver
loren gaat. Het loopt zonder twijfel in
de millioenen, maar de juiste grootte is
natuurlijk niet bij benadering te bepa
len.
Op vergaderingen van Noordhollandse
tuinders kan men geregeld horen, hoe
een bestendiging van de toestand in
Velsen de ontwikkeling van de tuin
bouw in de weg staat. Dit zich niet
kunnen ontplooien is een indirect ver
lies, nog moeilijker in cijfers te bren
gen dan de onmiddellijke gevolgen van
het wachten.
Ten aanzien van de vestiging van
nieuwe industrieën in de kop van
Noord-Holland kan ongeveer hetzelfde
worden gezegd. In verschillende ge
meenten wordt alles gedaan wat moge
lijk is, om de vestiging van nieuwe
industrieën te bevorderen. Tot dusverre
met weinig succes. Het zou natuurlijk
verkeerd zijn deze geringe resultaten
alleen op rekening te stellen van het
ontbreken van een tunnel te Velsen,
maar vast staat, dat de redenering:
„Wie zou durven?" meer en meer ge
meengoed begint te worden.
Alles bijeengenomen menen we te
mogen vaststellen, dat het Noordzee
kanaal een zodanige belemmering
vormt voor het verkeer te land, dat
hierdoor jaarlijks grote bedragen ver
loren gaan, terwijl de ontplooiing van
het economisch leven in het Noorden
van Noord-Holland er ernstig door
wordt benadeeld.
Achillespees van Amsterdam.
Wat door velen niet of nauwelijks
wordt beseft, is, dat de toestand te Vel
sen de Achillespees zou kunnen worden
genoemd van het Amsterdamse bedrijfs
leven.
Er behoeft daar slechts een kleinig
heid te gebeuren en Amsterdam is,
wanneer er sprake is van een ongeluk
kige samenloop van omstandigheden,
afgesneden van het wereldverkeer.
Deze kleinigheid bestaat uit een aan
varing van een zeeschip met de spoor
brug, zodanig, dat dit gevaarte van
ijzer en staal niet meer kan worden
opengedraaid. Voor wie weet hoe lang
is Amsterdam dan lamgeslagen, het is
onbereikbaar geworden van buiten-af
en de schepen in de haven zitten als
ratten in een val.
Hoe ver men in 1943 reeds was
Dit is geen fantasie, want het is
al meer gebeurd. O ja, in het jaar 1930,
toen het Griekse stoomschip „Amazon"
door verkeerd manoeuvreren de brug
beschadigde. Even is men toen in het
onzekere geweest of Amsterdam tijde
lijk van de lijst van havensteden moest
worden afgevoerd. Gelukkig viel de
schade mee en na enkele bange ogen
blikken hernam het zeeverkeer van de
hoofdstad zijn normale gang. Het
spoorwegverkeer was er toen de dupe
van.
Het gevaar groeide.
Dit gevaar voor een aanvaring groei
de naarmate de schepen groter werden.
Enerzijds werden ze daardoor steeds
moeilijker hanteerbaar, anderzijds
maakten de omstandigheden het nood
zakelijk, dat de weg, die juist de groot
ste schepen moesten kiezen, de minst
gemakkelijke was. Dat kwam, omdat
geregeld een nieuwe en grotere sluis
moest worden gebouwd.
De eerste, die dateert uit 1876, toen
het Noordzeekanaal werd geopend, lag
precies in de as er van. De schepen
waren in die dagen nog klein en kon
den steeds rechtuit varen. Hoe klein ze
waren, blijkt duidelijk uit de afmetin
gen van de eerste sluis, die toch geheel
voldeed aan de eisen van het jaar 1876.
Reeds spoedig werd de behoefte ge
voeld aan een grotere sluis, wilde Am
sterdam zich als zeehaven kunnen hand
haven. Toen tot de bouw was besloten,
kon de nieuwe sluis echter onmogelijk
komen op de plaats van de oude. Daar
toe zou deze tijdelijk buiten gebruik
moeten worden gesteld en dat ging na
tuurlijk niet. Zo kwam de tweede
sluis, tegenwoordig de middelste, iets
Noordelijker te liggen. Daarmee lag ze
Dit meertje is alles
wat er over bleef
niet meer in de as van het kanaal en
de grootste schepen waren genoodzaakt
zowel bij het in- als bij het uitvaren
een lichte draai te maken.
Deze tweede sluis kwam gereed in
het jaar 1896. De zeeschepen bleven'
groeien en na enkele decenniën vol
deed ook de tweede sluis niet meer aan
de eisen van de tijd. Er moest een nog
grotere komen en er is toen lang ge
discussieerd ovër de plaats, die daar
voor zou moeten worden gekozen. Er
gingen stemmen op om de eerste kleine
sluis buiten bedrijf te stellen en de
nieuwe weer te brengen juist in de as
van het kanaal.
Dit is niet gebeurd; men durfde niet.
Indien er gedurende de bouw iets
mocht gebeuren met de tweede sluis uit
1896, zo redeneerde men, zou Amster
dam afgesloten zijn van het zeever-
keer en dit risico werd te groot geacht.
Ook de kleine sluis moest dus in ge
bruik blijven en er zat weinig anders
op dan de nieuwe een plaats te geven
ten Noorden van de tweede. De draai,
die de schepen moesten nemen, werd
daardoor weer groter en het vervelen
de was natuurlijk, dat juist de grootste
schepen, die alleen konden worden ge
schut in de grote sluis, van deze om
weg gebruik moesten maken.
De toestand is op het ogenblik zoda
nig, dat tussen de grote sluis en de
spoorbrug ieder zeeschip tweemaal van
richting moet veranderen.
Tunnel de enige oplossing.
nAT EEN TUNNEL onder het Noord-
zeekanaal de enige behoorlijke op
lossing is, wordt sedert lang ingezien.
Wanneer de oorlog niet tussenbeide
was gekomen, zou die gecombineerde
auto- en spoorwegtunnel al lang wer
kelijkheid zfjn geworden.
In 1941 werd met de bouw begonnen,
bijna zeven jaar nadat wijlen minister
Januari bracht achttien
vorstdagen
(Van onze weerkundige medewerker)
De temperatuur berekend uit uur-
lijkse waarnemingen, bedroeg te De
Bilt in Januari 1.1 gr. tegen 2.3 gr. C
normaal. De Januarimaand was dus
toch aan de koude kant zoals het
K.N.M.I. reeds in begin December uit
berekeningen meende te mogen ver
wachten. Totaal 17 dagen waren aan de
koude en 14 dagen aan de warme kant
van het normale. Op 18 dagen kwam
het kwik onder het vriespunt tegen
normaal 15 keer in Januari, het aan
tal ijsdagen bedroeg 7 tegen 4 nor
maal. Onder ijsdagen verstaat men da
gen waarop ook overdag het kwik niet
boven het vriespunt komt. Globaal
viel er gemiddeld over het gehele land
35 mm. neerslag, tegen 57 mm. nor
maal.
Den Helder had in de laatste 17
jaar niet zulk 'n droge Januarimaand.
Zeer groot waren de tegenstellingen
tussen de eerste helft van" de maand
en de tweede helft waarin een sterke
vorstperiode voorkwam, met op de
30sten plaatselijk 13 graden vorst. Ook
in Noord-Holland daalde het kwik
plaatselijk tot om de 10 graden onder
nul. Het aantal uren zonneschijn te De
Bilt geregistreerd bedroeg 84 tegen 55
normaal. Van deze 84 werden er 50
gedurende de a"ht opeen volgende da
gen tijdens de vorstperiode geregis
treerd.
Kalff het denkbeeld had geopperd, de
oevers van het Noordzeekanaal met
een tunnel te verbinden. De kosten wa
ren toen geraamd op 10 a 11 millioen
gulden en men hoopte in 1946 gereed te
kunnen komen. Nadat op de Zuidelijke
oever een tunnelstuk van 40 meter was
geplaatst, moest het werk echter wor
den stilgelegd doordat de Duitsers op
het materiaal beslag legden. Waar toen
een 25 meter diepe bouwput werd ge
vonden, strekt zich nu een vriendelijk
meertje uit, op welks bodem de resul
taten rusten van de ware Hercules-
arbeid, die hier eens werd uitgevoerd.
Na de oorlog is af en toe druk ge
sproken over de hervatting der werk
zaamheden. Maar de kosten zijn gewel
dig gestegen. Op het ogenblik zal er
een bedrag mee gemoeid zijn ongeveer
vier maal zo groot als dat, wat voor
heen werd becijferd. En daarvoor ont
breken de gelden.
Er zijn wellicht niet veel dingen, die
zozeer de armoede van ons heden
daagse Nederland onderstrepen als het
feit, dat de beschikbare financiën moe
ten worden uitgetrokken voor doelein
den, die nog nodiger zijn dan de tun
nelbouw bij Velsen. Want ieder uitstel
hiervan betekent het verloren gaan van
grote bedragen en het op onverant
woordelijke wijze in de waagschaal
stellen van Amsterdams welvaart. Im
mers, ook de spoorlijn zal door een
tunnel worden geleid en op het ogen
blik, waarop deze is gereed gekomen,
zal de spoorbrug kunnen worden opge
ruimd.
Of de electrische treinen in de toe
komst inderdaad door een gecombi
neerde auto- en spoorwegtunnel zullen
rollen, staat op het ogenblik nog niet
definitief vast, daar bekend is, dat de
spoorwegen thans bezwaren aanvoeren
tegen de ligging hiervan en nu de voor
keur geven aan de bouw van een
aparte spoortunnel op de plaats van de
spoorbrug.
Geen lapwerk!
t
VOOR DIT JAAR staat op de rijks
begroting een bedrag van 1 millioen
gulden voor het in gebruik stellen van
twee meerdere ponten gedurende de
spitsuren.
Natuurlijk zal dit met zich meebren
gen, dat de wachttijden voor auto's zul
len worden verkort. Of ze geheel zullen
worden opgeheven, dienen we voorals
nog af te wachten. Het verkeer in het
Noordzeekanaal zal echter door dit
drukke heen- en weervaren zonder
enige twijfel worden gehinderd.
Velen echter vrezen een ander ge
vaar. Dit uitgebreide pontverkeer toch
zou er heel gemakkelijk toe kunnen
voeren, dat bij de betreffende over
heidsinstanties de gedachte groeit, dat
de tunnelkwestie voorlopig op andere
wijze bevredigend is opgelost. Met het
gevolg, dat de afdoende regeling, die
Een lapmiddel
J~)E TUNNELBOUW te Velsen,
waarover een onzer redacteu
ren in nevenstaand artikel
schrijft, is dezer dagen ook be
sproken door de heer S. W. Arntz,
de voorzitter van de raad van
bijstand der Kamer van Koop
handel in Noord-Holland. In zijn
jaarlijkse Nieuwjaarsrede zeide
de heer Arntz onder meerdat
het in de vaart brengen van meer
ponten nutteloos is en als een
lapmiddel moet worden be
schouwd. De hindernis in de
snelverkeersweg bij Velsen
oefent grote invloed uit op de
ontwikkeling in ons gewest en er
moet binnen niet al te lange tijd
een oplossing worden verkregen,
waarbij alle obstakels uit de
weg worden geruimd.
alleen door een tunnel wordt verkre
gen, voorshands van de baan is. Dit zou
in ieder opzicht te betreuren zijn. Wel
zou het verkeer te land door zulk een
uitgebreid pontverkeer enigszins
maar allerminst afdoende gediend
zijn, het verkeer te water zou er hinder
van ondervinden en de dreiging voor
Amsterdam blijft in volle omvang be
staan.
Het is daarom zaak voorzichtig te zijn
met de regeringsplannen.
Spoed is geboden!
Bovendien is spoed bij de uitvoering
van de tunnel geboden. Niet alleen om
dat de verkeersproblemen daardoor al
leen zo snel mogelijk worden opgelost,
maar ook omdat de vermoedelijk niet
geheel onrechtvaardige vrees bestaat,
dat zodra de Marshall-hulp ten einde
zal zijn gekomen, de uitvoering van het
tunnelplan geheel op losse schroeven
komt te staan.
Indien dit juist is, ligt hierin een
reden te meer voor al degenen, die be
lang hebben bij de uitvoering van het
plan, om met kracht aan te dringen op
een spoedige hervatting der werkzaam
heden. En dit zijn er zo velen, dat nau
welijks is aan te nemen, dat een werke
lijk krachtige actie bij voorbaat ieder
succes is te ontzeggen. We denken aan
de organisaties van veehouders, land
bouwers en tuinders uit Noord-Holland
en Friesland, we denken aan vele der
Noordhollandse gemeenten, die met zo
weinig succes aansturen op vestiging
van nieuwe industrieën. We denken
aan het hele Amsterdamse bedrijfsle
ven: scheepvaartmaatschappijen, fa
brieken, handelmaatschappijen, aan het
Amsterdamse gemeentebestuur, aan de
Kamers van Kc phandel.
De oplossing van het Velser probleem
is een levenskwestie voor een gebied
met een bevolking van enige millioe
nen. Wanneer dit overal in. voldoende
mate doordringt kan er nauwelijks
twijfel aan zjjn of deze oplossing moet
nabjj zijn.
QOED, Amsterdam mag dan geen wereldvermaarde culturele stadscentra
rjjk zijn, zoals Parijs die bezat in zfln Quartier Latin, in Montparnasse
en (voor een restantje nog) In Montmartre, het bezit ten slotte het Leidse-
plein, de Korte Leidsedwarsstraat en in die Korte Leidsedwarsstraat het aan
artistieke historie zwanger gaande café Eylders. Café's in Amsterdam komen
en gaan. Een enkel overleeft één wereldoorlog, maar practisch niet één over
leeft er twee. Niet aldus Eylders in de Korte Leidsedwarsstraat, op een
steenworp afstand van ons enige Nederlandse grotestads-plein, genaamd het
Leidse, en in de schaduw van dat oud en hecht bolwerk onzer cultuur: de
Stadsschouwburg. Van het Plein komende passeert ge eerst enkele hoog-
fijne etablissementen, met peperdure namen, ultra-peperdure neonverlichting,
astronomisch hoge prijzen voor bepaalde consumpties, micro-dansvloertjes
en portiers, die als twee druppels water gelijken op generaals uit een midden-
Amerikaanse republiek. De rij dezer taveernen wordt gesloten door Eylders.
Zónder dansvloer. Zónder neon. Zónder portier.
merkwaardige gewoonten en nóg
merkwaardiger uiterlijke verschij
ningsvorm. Bij Eylders drinkt de
Amsterdamse artist z'n kleintje koffie,
z'n kleintje pils of z'n glaasje sher
ry ('t laatste uitsluitend aan het begin
van de week of maand). Bij Eylders
rammelt de dobbelbeker, doch verwis
selen geen kapitalen maar wel stui
vers en dubbeltjes van eigenaar. Bij
Eylders komt na de vermoeiende re
petitie, de toneelspeelster even op ver
haal en met de koffie van Eylders
spoelt ze stof en schmink-nasmaak
weg, die ze meenam uit de schouw
burg.
Bij Eylders maken schilders wereld
politiek en betwisten ze eikaars mi
sère en grandeur. Bij Eylders worden
artistieke reputaties gebroken en op
gelapt. Bij Eylders wordt geroddeld en
bij Eylders hoort men de allerzonder
lingste, allerverbijsterende theorieën
debiteren op letterlijk ieder gebied
van het maatschappelijk leven. Daar
zijn schilders en toneelspelers, schrij-
Wanneer bij pijnen of griep
een ander middel faalt, neem
dan eens Chefarine „4". De 4
bestanddelen zijn elk stuk voor
stuk al wereldberoemd. Maar
samen in één tablet werken zij
nig beter. Het ene middel ver
sterkt de werking van het andere,
zodat de totale werking wel bij
zonder krachtig en weldadig is.
BEROEMDE GENEESMIDDELEN
IN EÉN TABLET
TEGEN PIJNEN EN GRIEP - 20 TABLETTEN I 0.75
JN LONDEN HEERST SINDS ENKELE MAANDEN een cither-rage. Twee
deuntjes, op een cither gespeeld, zijn de schlager-van-het-seizoen gewor
den: duizenden gramofoonplaten werden ervan verkocht en duizenden Londe-
naars trokken de laatste weken naar een der deftigste nachtclubs om er de
componist van die deuntjes, Anton Karas, zelf cither te horen spelen. Een
goed jaar geleden was die meneer Karas nog een armetierig ventje, dat met
z'n cither de kroegjes van Wenen langs trok. Uit zo'n kroegje werd hij opgepikt
door Carol Reed, de Britse regisseur die in Wenen aan een film werkte. Reed was
op zoek naar goede muziek voor zjjn film en in dat kroegje raakte hij zo
gefascineerd door het citherspel van Karas, dat hij deze de filmmuziek liet
verzorgen: een enkele either en twee muzikale thema's voor een hele film.
Die film „The third man" („De derde man") werd een meesterstuk, onderschei
den op het filmfestival-1949 te Cannes enthousiast ontvangen in Engeland en
in Nederland vervolgens uitgeroepen tot Film van de Maand.
Fascinerende thriller van Carol Reed
met cither-muziek van Anton Karas
„"JHE THIRD MAN" is een film van
na-oorlogse ontreddering, waarbij
de camera de tragiek vastlegde van een
tot chaos geslagen samenleving: het
vroeger zo luisterrijke Wenen, waar de
barokpraal tot puin is verwo'rden en
waar het lot der bevolking afhangt van
vier bezettingsmachten, wier patrouil
les als symbool van deze na-oorlogse
rampzaligheid door de stad trekken:
een Amerikaan, een Rus, een Brit en
een Fransman, zwijgend naast elkaar
zichzelf. Door dit verhaal werkt dan
nog de actualiteit in de geschiedenis
van een meisje, wier vertrouwen in
haar minnaar Harry Lyme ongeschokt
is gebleven, ook al blijkt hij haar aan
de Russen verraden te hebben. Zij zal
gedeporteerd worden, maar haar vrij
heid is te koop voor Lyme's leven.
Wanneer Martins echter tot deze prijs
besloten heeft, wijst zij de vrijheid af
als een laagheid: zelfs tegenover het
ergste verraad en levensgevaar wil zij
optredend volgens protocol, maar noch haar innerlijke zuiverheid bewaren; lie-
dat protocol noch elkaar begrijpend, ver verraden zijn, dan zichzelf redden
Heel de tragiek van de bezetting ligt door verraad.
besloten in het beeld van een derge- WRANG IS het na-oorlogse Wenen
lijke patrouille, rijdend door het nog en wrang ook is deze film. Het
statige Wenen, zonder begrip van zich- knappe scenario werd geschreven door
zelf op weg in het leven van anderen de Britse auteur Graham Greene, wiens
in te grijpen...
Dat is de achtergrond van „The third
man" en daaruit komt het eigenlijke
verhaal naar voren, al even tragisch
als die achtergrqnd en ook zonder zijn
sensationele gebeurtenissen al verbijs
terend. Holly Martins, 'n Amerikaanse
stuiversromanschrijver, is op uitnodi
ging van z'n oude vriend Harry Lyme
„The basement room" enkele jaren ge-
.eden door Carol Reed verwerkt werd
tot de aangrijpende film „The fallen
idol". De film „The third man" is geen
gewone thriller gebleven: Reed heeft
hier uit een thriller-verhaal veel meer
gemaakt dan een ordinaire sensatie
film. „The third man" ligt op een aan
zienlijk hoger peil, omdat ze niet al-
Alida Valli, Trevor Howard, Paul Hör-
biger en Ernst Deutsch een prachtige
nuancering en accentuering wist te be
reiken van het hoofdthema van deze
merkwaardige film: de tragische ont
reddering van een na-oorlogse, in een
internationaal machtsspel geringeloor-
oe, stad. Hier kreeg door Reed's regie
vol zorg ook voor details die tra
giek werkelijk gestalte en hier ook
kreeg zo de thriller een bijzondere in
houd en belangrijkheid.
VOEG DAARBIJ dan nog die cither-
muziek, die telkens weer in de film op
duikt: enkele fascinerende melodietjes,
die zoals de hele film en zoals het
Wenen zelf evenzeer wrang als ro
mantisch kunnen zijn. Een muziek, die
het beeldverhaal bijzonder krachtig on
dersteunt soms door haar aanpas
sing aan de beelden, soms ook juist
door haar onwezenlijke tegenstelling.
Die muziek ten slotte wordt tot een ob
sessie, die het macabere accent van deze
film beklemtoont...
En door dit alles is „The third man"
een wel heel buitennissige, een werke
lijk unieke film geworden: sensationeel,
maar allerminst koud, een film van
menselijke tragiek, gevat in de span
ning van ons huidige wereldgebeuren
en uitgedrukt in een prachtige, mee
slepende en dikwijls ook zeer aangrij
pende taal. LONG—SHOT
vers en journalisten, tekenaars en
studenten, modelontwerpers en regis
seurs, dansers en danseressen. In eèn
woord: bij Eylders ontmoet men alles
en iedereen, die direct of indirect iets
met kunst te maken heeft en denkt
daarmee te maken te hebben.
Het kan er stierlijk vervelend zijn
en hoogst amusant. Voor een deel
hangt zulks mede af van uw eigen in
stelling. Misschien vindt ge de dassen
van de experimentele schilders, dia
inderdaad wel wat doen denken aan
ontploffingen in kleurstoffabrieken,
opzichtig en ordinair. Misschien hebt
ge geen of weinig waardering voor
dat kwijnende meisje in de hoek, sta
rend in allerverste verten, en zicht
baar te goed voor deze wereld. Wel
licht vindt ge dat andere vrouwtje,;
met haar eindeloos lange witte haren
en de glanzende ogen, een aanstelster
met haar namaak Madeleine Sologne-
gezicht en Ingrid Bergman-manie
ren. En het is best mogelijk, dat ga
de twee heren op de rozenrode tabou-
retjes, met hun demonstratief open
Schillerkragen over de mannelijk en
ruigbehaarde borsten, met hun kana
riegele broeken en Reckit's zakje
blauw blauwe pullovers, onuitstaan
bare kwasten. En natuurlijk kan het
zijn, dat de jongeman in de hoek, die
al voor de derde maal bezig is de ad
vertentiekolommen uit Paris Soir
door te lezen, een doodgewone artis
tieke charlaten is en een waardeloze
poseur.
Maar zo is het nu eenmaal bij Eyl
ders, in de Amsterdamse Korte Leid
sedwarsstraat. Waar Frans de koffie
altijd klaar heeft en waar die koffie
(wat belangrijker is) goed is, en
(het allerbelangrijkste!) goedkoop.
Precies 20 cent. En waar ge een uur
moogt blijven zitten bij dat éne kopje
van 20 cent van Frans, zonder dat
Frans u wegkijkt. Ja, waar krijgt ge
zoiets nog gedaan, in 't oud en heer-
lyck Amsterdam?
De jaren vergaan en Eylders be
klijft. Zaken komen en zaken vertrek
ken. Eylders blijft. Bars, restaurants,
café's en cafetaria's worden geboren
en sterven. Eylders heeft iets van 't
eeuwige leven. Het hoort bij Amster
dam, zoals de Munt er bij hoort. En
het Vondelpark. En Rembrandt op het
Rembrandtplein. Het is onvervreemd
baar van Amsterdam, met zijn bur
gers uit de provincie, die nieuwsgie
rig komen kijken gedurende het week
end om te griezelen van dat rare volk
dat zo maar leeft als heidenen. De
burgers, die niet weten, dat ze in dit
gezelschap genoteerd worden als
„kunstluis", die nog nèt goed genoeg
is om een rondje weg te geven, waar
voor de andere partij dan wel zo goed
is enkele diepzinnige frasen te plegen,
die de burger als hoogste wereldwijs
heid en de puurste essence van kunst
en wetenschap opslurpt.
Het beste is daar, als ge een braaf
en rustig burger zijt en zulks ter-
wille van uw aards bezit, gezondheid
en zielerust ook wilt blijven, om bfl
Frans een kleintje koffie te bestelien
en verder het zaakje aan te zien. En
vooral niets te zeggen. Totdat men u
ongevraagd een wereldschokkende
theorie in het oor blaast. Want op dat
eigenste en meest kritieke moment
dient ge la minute, een tegen-theo
rie te lanceren, die tienvoudig meer
sterkte, zeggenskracht en allure
heeft. En die tienvoudig idioter is.
Voor het overige kunnen kleurige
dassen, exotische broeken en Made
leine Sologne-ogen hoogst genoeglijk
zijn na een week kantoorgareel, er
gens in de veilige binnenlanden onder
gaan. En voor de rest moet ge nog
maar zien, dat ge betere (èn goed
kopere!) koffie ontdekt in de wil
dernis van duur en uithuizig Amster
dam. ANTHONY VAN KAMPEN.
naar Wenen getrokken. Hij komt er nog leen maar lugubere sensaties opbrengt,
juist op tijd aan voor Harry's begrafe
nis. De plotselinge dood van zijn vriend
die in het bijzijn van twee andere
vrienden door zijn eigen auto werd
aangereden! schijnt Martins verdacht
toe en hij gaat op onderzoek uit. Een
zeer nadrukkelijke verklaring van een
toevallige ooggetuige, dat er bij het
ongeluk nog een derde man hulp ver
leend heeft wiens bestaan door de
beide anderen absoluut geloochend
werd doen Martins' nasporingen uit
gaan naar die mysterieuze derde man
Dit onderzoek voert hem tot de ont
dekking van die derde man Harry
Lyme, die niet dood is. maar slechts
zijn begrafenis heeft geënsceneerd om
des te rustiger te kunnen blijven op
treden als leider van een bende mis
dadigers en moordenaars. Martins ziet
zich dan genoodzaakt een vriend, in
wie hij geloofde, te vernietigen, daar
mee een tragisch lot voltrekkend niet
doch veel meer zich bekommert om
de tragische menselijke spanningen
achter die sensaties. Razend knap ge
maakt is deze film, zelfzaam geraffi
neerd uitgebalanceerd van spanningen.
Robert Krasker die ook voor Reed's
film „Odd man out" achter de camera
stond verzorgde een uitnemende fo
tografie, dynamisch en suggestief en vol
van de bitter-schrijnende romantiek, die
het navrante beeld van het na-oorlogse
Wenen oplevert. Met een bijzondere
trefzekerheid werd uit deze beelden het
dramatische filmverhaal gecomponeerd.
wurgend sensationeel soms door de op
bouw van spanningen, dan weer die
spanningen ontladend in een werkelijk
bevrijdende humor. Knap en geraffi
neerd is dit allemaal en niet meer.
maar Reed toont zich werkelijk geniaal
en een zeer gevoelig filmkunstenaar
door zijn krachtige en tevens diep-ge-
voelige regie, die in het spel van ac-
alleen aan die vriend, maar ook aan teurs als Joseph Gotten, Orson Welles,
Begin en einde van „The Third Man" zijn vrijwel gelijk: tweemaal wordt
de misdadiger Harry Lyme begraven. De eerste pseudobegrafenis leidt
via'een sensationele reeks gebeurtenissen tot de tweede, die tevens het
einde betekent wan vele vriendschappen.