Als honden eens konden spreken
Hr. Ms. I
verschoningen Onvoliooide symphonie
Ben Stroman over Rotterdamse
burgers en boefjes
conce
Rode
in Mandsj
L
Er zijn geen slechie honden; er zijn
alleen maar slechie eigenaars
Vele fabeltjes en veel
wanbegrip
Onze Schaakrubriek
Drie en twintig doden bij
ongeluk in Frankrijk
Voor hul|
Britse regerin
votum van L
DINSDAG 4 JULI 1950
op EEN ZEKERE DAG, nu ongeveer 80 eeuwen geleden, sloop er een wolfachtig
dier uit de bossen in de richting van een ruwe hut en vestigde door te blaffen
de aandacht van een verbaasde Neolithische familie op zich. Alleen geholpen door
een vrolijk kwispelende staart en twee zielvolle ogen maakte het dier duidelijk
wat de bedoeling was van zijn blaffen: hij wilde naar binnen. Het onderhoud
eindigde waarschijnlijk met het historische gebaar een uitgestrekte poot naar
de Neolithische huisvrouw. Na een poosje kwam de hond weer naar buiten, nu de
boezemvriend van de mens.
Geen ander dier kan op zo'n staat
van dienst terug zien als de hond,
Meer dan 8000 jaar heeft hij de mens
liefde en troost geschonken, heeft hij
voor hem gewerkt en hem bezig ge
houden: hij heeft zijn huis, zijn kinde
ren en zijn veestapel beschermd. En
geen enkel dier heeft zoveel variëtei
ten van het oude stamdier als de
hond. De 20 millioen honden in de
Ver. Staten behoren tot 11 door de
Amerikan Kennelclub erkende ras
sen. En daarnaast is er nog een on
telbaar aantal halfbloeds, die alleen
door eigenaars erkend worden.
Daarom is het ook verrassend van
dierenartsen, fokkers en dresseurs te
|ioren, dat niettegentaande de hond
buitengewoon populair is, de eigenaars
hun dieren vaak mishandelen of er
slecht voor zorgen.
Nog altijd leven er verkeerde begrip
pen over het trouwe huisdier. Francis
en Katherine Drake, twee Amerikanen,
hebben hier een studie van gemaakt.
Hun conclusies troffen wij aan in de
„Reader's Digest".
De Schoolmeester heeft eens in een
gedicht gezegd, dat „als de neus van
een hond nat en fris is, het dier zo
gezond als een vis is". Maar dit is ge
bleken een sprookje te zijn. Er zijn
honden die met een natte frisse neus
op sterven liggen en anderen, die met
een warme, droge voorgevel zo „ge
zond als een vis" zijn. De enige ma
nier om de conditie van een hond te
onderzoeken, is zijn lichaamstempera
tuur te bepalen (De normale tempe
ratuur van een volwassen hond ligt
tusen de 100,5 en de 102 graden)
Honderden honden sterven door een
onverantwoordelijke medische behan
deling. Breng daarom als de tempera
tuur van uw hond boven de 103 gra
den ligt, het dier dan naar een dieren
arts.
SLECHTE EIGENAARS
„MEN" zegt, dat de hond vals gebo
ren wordt. Maar een nauwkeurige
studie van alle soorten „gevaarlijke'
honden heeft bewezen, dat er van na
ture geen valse hond bestaat. Deze
eigenschap krijgen zij omdat ze mis
handeld worden. Clarence E. Harbison,
die in Amerika bekend staat als de dres
seur van z.g. moeilijke honden, heeft
eens aldus de mening van alle vakmen
sen weergegeven: „Er zijn geen slech
te honden, er zijn alleen maar slechte
eigenaars". De dieren worden gemeen,
wanneer zij gestraft worden om rede
nen, die ze niet begrijpen.
Honden zouden voorts werkelijk de
bevelen van hun baas begrijpen. Maar
voordat dit het geval is, moet het ge
vraagde voorgedaan worden.
De Drake's geven enkele tips van
erkende hondentrainers. Dresseer
nooit met een tuig, maar altijd met
een riem en halsband, voor grote af
standen kan de riem met een touw
verlengd worden. Laat slechts één per
soon de training leiden. Maak de les
sen kort tien minuten achter elkaar
is genoeg Hou ze geregeld en altijd
vóórdat de hond eet. Geef steeds de
zelfde orders met dezelfde woorden en
met dezelfe gebaren. Wacht altijd tot
de hond het bevel heeft uitgevoerd.
En ten slotte: hoe geduldiger de eige
naar, hoe eerder resultaten.
Toen de schrijvers van het artikel
'aan een deskundige vroegen of het
waar was, dat het vuilnisbakkenras
gezonder is dan volbloeds, zei deze:
„Als groep zijn telgen van het vuil
nisbakkenras net zo gezond als vol
bloeds en in geen geval gezonder. En
verder zijn ze net zo verstandig". De
mening van Ariton Rost, president van
het National Canine Research Founda
tion in Amerika, luidt echter, dat vol
bloeds niet alleen pieterder zijn dan
bastaarden, maar ook knapper en ge
makkelijker te dresseren. Ook is ge
bleken, dat de stadshond gemiddeld 3
jaar langer leeft dan zijn neef op het
platteland en dat de eerste beter ver
zorgd, beter gedresseerd en zorgvul
dig gevoed is.
NIET TE DOM OM TE LEREN
VERSCHEIDENE kennelijk onge
duldige eigenaars hebben het
sprookje de wereld ingezonden, als zou
den sommige honden te dom om te
leren zijn. Maar elke hond, mits zijn
eigenaar geduld heeft, is in staat al de
gewone onderdelen van een beleefd ge
drag te leren. Om een hond te leren
bij Uw hak te blijven, moet U een dres-
seer-halsband kopen. Hierbij is 'n ket
ting te preferen. Oefen nu met het
dier tien minuten per dag. En elke keer
als hij weg wil lopen, trek dan flink
aan de riem. Binneiijtwee weken zal
Soldaten op weg naar
huis
Kota Inten, passeerde gisteren
Burlings.
Sibajak, passeerde gisteren Gi
braltar;
General VV. C. Langfitt, arriveer
de gisteren te Port Said.
hij beleefd aan een slap riempje vol
gen.
De jonge hond, die de eigenaardige
begroetingsgewoonte heeft, tegen
U op te springen, kan op een heel kor
te manier naar zijn plaats verwezen
worden wanneer de eigenaar hem op
zijn achterpoot trapt, juist als het dier
wil springen. Ook kunt u de hond ach
terover buigen, zodat hij moet vallen.
Volgens Blanch Saunders, een van de
best gehoorzaamde hondendresseurs,
kan al te overdreven blaffen soms af
geleerd worden door met de ene hand
de bek van de zondaar dicht te klem
men en met de andere zijn halsband
vast te houden, dan flink te schudden
en nee te zeggen. Maar U moet Uw
hond, wil hij waakzaam blijven, wel
toestaan, dat hij een paar keer blaft
als er gebeld wordt of bij een ander
ongewoon geluid.
En om uw hond af te leren, dat hij
achter auto's jaagt moet U een kleine
ketting aan zijn halsriem doen: steeds
als hij weg wil rennen slaat deze op
de poten.
Sommige hondeneigenaars verklaren
wel eens, dat hun dier, als het enkele
maanden oud is, zindelijk is. Dit is ech
ter onzin. Een vlugge hond zal het
misschien na drie maanden zijn, maar
gemiddeld duurt dit toch 6 maanden.
Een hondenjong is niet in staat zich
zelf beter te controleren dan een baby.
Gedurende de eerste maanden moet U
het jonge dier in een kartonnen doos
of iets dergelijks houden met papier
en een stuk deken in een hoekje. Hon
den zijn van nature netjes en zij zul
len heel gauw leren, dat ze het papier
moeten gebruiken en niet de deken.
Maar het eerste wat U met Buster
's morgens moet doen, is hem uitlaten
en dit moet ook het laatste zijn, wat
er 's avonds met hem gebeurt. Daarbij
moet U hem nadrukkelijk prijzen als
hij zijn plicht heeft gedaan.
BEENKLUWEN: ONGEZOND
Ij GEEFT uw hond natuurlijk altijd
een stuk been, in de hoop, dat hij
dan zijn vrolijke bui daarop uit. Maar
dr. E. R. Blarney, een dierenarts zegt,
dat het voedsel aan een been niet te
vergelijken is met het gevaar, dat aan
het kluiven verbonden is. Want, zo
zegt hij, constant kauwen op benen
doet de emaillelaag op de kronen van
de tanden snel slijten. Geeft uw hond
nooit visgraten of benen van vogels,
konijnen of schapen.
Het is ook niet waar, dat gummibe
nen het .tandvlees gezond houden. Vol
gens dierenartsen is rubber één van
de gevaarlijkste dingen, die een hond
kan inslikken.
Als een hond een heel groot portie
voedsel krijgt, wordt gezegd, dat, wan
neer hij genoeg heeft, hij de rest wel
zal laten staan. Doch honden zijn gek
op eten en hebben heel weinig gevoel
voor wat goed en wat slecht voor hen
is. De meeste honden zijn dan ook öf
onvoldoende gevoed öf overvet. Een
hond driemaal per dag eten te geven
of hem datgene voorzetten, wat U zelf
eet, verwoest zijn gezondheid.
Het beste hondenmenu is: voor vol
wassen honden één keer per dag 50
vlees, 25 droog voedsel, zoals hon
denbrood met dan nog melk, eieren of
levertraan.
Ook bespraken de Drake's het
sprookje, dat een geschoren hond het
in de zomer heel wat koeler heeft, dan
een dier, die van zijn baas zijn vacht
heeft mogen behouden. Het eigenaar
dige is, dat een hond niet door zijn
huid, maar door zijn mond en zijn
voetzolen transpireert. Als U dus een
hond gaat scheren, krijgt hij het niet
koeler, maar hij gaat zich wel onbe-
haagleijk voelen.
ALS EEN HOND ZOU PRATEN
gOMMIGE experts geloven, dat als
honden zouden kunnen praten, het
eerste wat zij dan aan hun baas zou
den vertellen, zou zijn, dat zij lijden
en vaak flauw vallen, wanneer ze in
een dichte auto of in een pas geverfde
kamer worden gelaten, dat het vrese
lijk is, wanneer ze steeds weer in het
bad moeten (jonge honden, jonger dan
zes maanden, mogen in het geheel niet
gewassen worden) en dat dagelijks te
gen de draad in borstelen heel belang
rijk is. Zij zouden vertellen, dat nagel
lak rubber en verf snel en pijnloos
van hun huid haalt, maar dat terpen
tijn en kerosene erg pijnlijk branden en
zij zouden hun baas ook vertellen, dat
zij veel eerder verkouden zijn dan hij.
Maar de oudste vriend van de mens
zou, als hij zou kunnen spreken, hier
niets over zeggen. Hij zou kwispel
staartend naar zijn baasje gaan, zijn
kop op diens knie leggen en met ver
tederde blik alleen maar zeggen: „Ik
hou toch zoveel van een prachtkerel!"
Het Juni-nummer van De Speelwa
gen opent met een uitvoerig en goed
geschreven artikel over het zojuist ge
opende Zuiderzee-museum te Enkhui
zen. Het artikel is geïllustreerd met
twee foto's van het fraaie Peperhuis
(binnenmuseum en het kaartje
waarop men kan zien hoe de diverse
objecten over de stad Enkhuizen zijn
verspreid. Aan West-Friesland, zijn
schone landouwen en stoere bewoners
is een aardig gedicht gewijd door P.
Th. van Kampen. O. F. M. Jaap Krui-
zinga schrijft over Petten en zijn vierde
toekomst, waarbij is gevoegd een gro
te foto van het Petten, dat thans ach
ter de Hondsbosse Zeewering weer uit
het puin is herrezen. Ir. N. J. Blauw
vertelt iets over „meten eh maten".
Welk een chaos daarbij in de achttien
de eeuw bestond, tooftt het in het arti
kel opgenomen staaltje van vlaktema
ten duidelijk aan. Gelukkig dat wij ons
nu niet meer hebben te houden aan de
Huisduiner roede en de Rijper voet
Het ook nu weer interessante nummer
sluit met allerlei wetenswaardigs in de
bekende rubrieken Allemanswerk en
Op Doorreis.
De olieraffinaderijen in Engeland zullen in de toekomst worden uitgerust
met tanks, die de vorm van een ballon hebben. De eerste tanks van dit
model zijn dezer dagen op de terreinen van de nieuwe raffinaderij van de
Shell te Stanlow gereed gekomen. Ze hebben een doorsnee van ruim tien
meter en kunnen elk 635.600 liter butaangas bevatten. Op de achtergrond
de grootste koeltoren ter wereld. Zij heeft een hoogte van 104 meter.
HALSBREKENDE COMBINATIES
Hoewel er in Frankrijk naar verhou
ding lang niet zo veel en zo sterk ge
speeld wordt als in Engeland of in
Nederland, zijn er toch nog altijd een
aantal zeer goede spelers. De sterkste
meesters in Frankrijk zijn geïmpor
teerd: Tartakowr is een Pool, Rosso-
limo een Griek, en wijlen dr. Aljechin
was een Rus. De eigenlijke Franse spe
lers, als Hugot en Bouteville, zijn ge
vaarlijke tegenstanders, maar ook niet
meer dan dat. In een sterk internatio
naal tournooi kunnen zij slechts een
tweede viool spelen.
Dat neemt niet weg dat er af en toe
partijen worden gespeeld, die een
grotere bekendmaking verdienen. En
daartoe behoort de onderstaande partij
zeer zeker.
Wit: Klein Zwart: Molnar.
Scandinavische verdediging. 1. e2e4,
d7d5; 2 e4xd5, Pg8—f6; 3 d2—d4.
Een goede en soliede speelwijze. Na
3 c4 offert zwart door 3c6 een pion,
waarvoor hij dan enig tegenspel krijgt.
Pf6 x d5, 4 g2g3?
Past niet in deze open stelling. Ster
ker is 4 c4. 4Pb8c6!; 5 c2c4?
Ook na 5 c3eö! heeft zwart het beste
spel, maar na de tekstzet is de zaak
veel erger.
5 Pd5b4; 6 Lel—d2.
Wit moet reeds in pionverlies berus
ten, daar opu 6 a3 zeer sterk 6
D x d4!; 7 a x b4! volgt, terwijl 6 Le3 de
dreiging 6 Pxd4! niet pareert.
Eigenlijk is de partij thans reeds beslist,
maar de wijze waarop zwart in het
vervolg zijn aanval doorzet, is toch zeer
de moeite waard.
6Dd8xd4; 7 Pbl—c3, Lc8—f5;
8. Tal—cl, Dd4e5!; 9 Ld2—e3, Ta8—
d8; 10 Ddl—b3, Lf5—c2!
Een fraaie zet, inleiding tot de nu
volgende halsbrekende combinaties. 11
Tel x c2, Pc6—d4; 12 Db3—a4!, b7—bö;
13 c4xb5, Pd4xc2!; 14 Kei—e2, Td8—
d3ü
Dreigt 15 Txe3t; 16 fxe3,
D x e3t en mat.
15 Lfl—h3, Td3xe3t; 16 f2xe3, De5
xe3ï; 17 Ke2—fl, e7—e6!
Het merkwaardige is nu dat zwarts
aanval niet meer te stuiten is, ondanks
het verschijnen van een tweede witte
dame op het bord.
18. b5—b6t, c7—c6; 19 b6xa7, Lf8—
c5; 20 a7—a8Dt, Ke8—e7; 21 Dab—b7r,
Ke7—f6; 22 Pc3—e4r.
Indien wit het dreigende mat op f2,
dekt door 22 Pdl, volgt: 22 Delf;
23 Kg2, D x dl met de vernietigende
dreiging 24 Pe3ï' en mat.
22 De3xe4; 23 Db7xb4.
Er is niet beter.
2 3Lc5xb4; 24 Da4b3. De4
elf; 25 Kfl—g2, Del—d2t, 26 Kg2—fl.
Of: 26 Kf3, Pd4t met damewinst.
26 Pc2—e3t.
Wit geeft op.
B. Stroman: „Het Huis Carbentus".
Uitgeverij Contact, Amsterdam
Antwerpen. „Kleine Diefjes worden
Groot". A. W. Sijthoff's Uitgevers
mij. N.V. Leiden.
INE OORLOG ligt nu vijf jaren achter
ons en de behoefte om in het wilde
weg te getuigen van alles wat toen hart
en lijf beroerd heeft, een behoefte welke
uit de aard der zaak bitter weinig lite
ratuur, zij het dan wel een overvloed
van lectuur, opleverde, is allang gedoofd.
Nadat, natuurlijk!, Vestdijk de eerste
psychologisch dan vrijwel verantwoorde
en knap geconstrueerde romans over de
bezettingstijd had gepubliceerd, waren
de amateurs en de zwetsers verstomd
en geraakte het terrein vrij voor de
mensen die iets te vertellen hadden op
een manier die de moeite waard was. En
nóg blijft het een hachelijk pogen om
te schrijven over een tijdperk dat maar
heel enkelen geestelijk dan zowat ver
werkt hebben, tè hachelijker omdat het
in feite niet afgesloten is, omdat we niet
allen formeel, maar ook zeer wezenlijk
nog slechts een wapenstilstand beleven.
Doch hoe dit zij wanneer men een
„tijdroman" wil schrijven, kan men aan
de. oorlogsjaren niet voorbijgaan. De
journalist Ben Stroman, stammende uit
wat we de „Rotterdamse school" zouden
willen noemen, indien men aan die reeks
van toch tamelijk uiteenlopende letter
kundige dagblad- schrijvers: J. W. de
Boer, Wagener, Leo Ott, Stroman enz.
de naam school zou willen verbinden,
heeft binnen het tijdsverloop van een
aar twee boeken gepubliceerd, waarvan
het grootste dan toch wel een tijdroman
te noemen is. StrotÈan heeft eens be
hoord tot de voorvechters der „nieuwe
zakelijkheid" in het proza. Zijn stijl was
oorspronkelijk wat gewild, zoals in zijn
reportage-achtige Rotterdamse boek
Stad", maar allengs heeft zich bij
Stroman een zuivere, directe manier van
schrijven gevormd, zonder opzettelijk
heden en schier zo helder als een beek.
Evenals de cubisten in de schilderkunst
ten slotte tot 'n verantwoorde en duide
lijke vormgeving zijn gekomen, waarin
men hun aanvankelijke experimenten
nauwelijks meer herkent, heeft de
nieuwe zakelijkheid de waarlijk goede
auteurs tot een schier spelenderwijs aan
gewende verrijking van onze taal geleid.
gTROMAN heeft een boek over een
huis willen schrijven, 'n oud Rotter
dams koopmanshuis, gespaard in de ver
woesting van Mei '40. Hij heeft dat wil
len doen in de stijl van een klassieke
symphonie; thema tegenover thema
stellende, ze door elkaar verwerkende
dan tot een harmonie. Een schoon en
belangwekkend pogen, weliswaar niet
geheel en al geslaagd, maar aanbid
den niet jaarlijks honderdduizenden
Beethovens negende, ondanks de toch
pijnlijke fouten in de bouw van het
werk?
En al willen we „Het Huis Carbentus"
dan geen „negende" in proza noemen;
het is er dan toch zo mee gesteld dat het
zeker de moeite van het lezen waard is
geworden.
De hoekdelen van het werk zijn het
ontstaan van het huis en zijn weder
geboorte na de tweede wereldoorlog.
In de tweede helft van de achttiende
eeuw bouwde een Carbentus met het
geld dat hij met een welgeslaagde
slavenhandel verdiend had, een zeer
fraai pand aan de Binnenhaven. Er
kleefde dus bloed aan dat huis, hoewel
de bouwer zijn geweten trachtte te sus
sen, met de toenmalig in zwang zijnde
vertogen, volgens welke de slavenhandel
niet in strijd zou zijn met de Christelijke
leer. Het handelshuis-Carbentus ging
teloor, de familie verarmde; in 1940 was
het huis een kantoorgebouw geworden
waarvan de laatste afstammeling van het
geslacht de zolderverdieping bewoonde.
Het Duitse bombardement liet juist dit
éne huis intact en de jonge Carbentus,
journalist van professie, bracht er de
oorlogsjaren in door. Na de oorlog
kocht de gemeente het pand en richtte
het is als cultureel' centrum.
En met het verhaal der inwijdings
plechtigheid van het geheel gerestau
reerde gebouw begint het boek. De jonge
Martijn Carbentus woont deze inwij
dingsplechtigheid bij en tijdens de duur
daarvan bestormen hem de herinnerin
gen, niet alleen die van de jaren dat hij
er zelf woonde, maar ook die welke er
uit vroeger eeuwen zijn blijven hangen
en die hij kent uit brieven en aanteke
ningen in het familie-archief.
Uit dit alles bouwt zieh dan het geheel
op. De verscheidene stadia der inwij
dingsplechtigheid worden telkens onder
broken, zowel door Martijns persoonlijke
herinneringen als door enige bijzonder
heden uit de vroegere geschiedenis. En
men heeft het gevoel, alsof de schrijver
de keten van schuld en boete, welke dooi
de hele historie loopt, in dit huis aan
schouwelijk heeft willen maken. Vol
strekt niet door een pathetisch gebral
over een „vloek" die op dit huis (én op
de welvaartsbronnen van Rotterdam en
heel ons land) zou rusten en die dan
eindelijk bezworen zou worden door het
tover- en lapmiddeltje der „bezinning"
op cultureel bezit waaraan het huis dan
ten slotte gewijd wordt. Er murmelt
alleen een zwakke, maar schier onafge
broken onderstroom door het verhaal,
BEN STROMAN,
journalist-criticus en schrijver van
romans en novellen.
waarin iets van deze motieven door
klinkt.
HE COMPOSITIE van het boek is ech
ter niet zo klassiek evenwichtig als
de schrijver wellicht' bedoeld heeft. Het
thema der oorlogsjaren gaat tè zeer
overheersen, tezeer een zelfstandige
plaats nemen, dan dat het nog zuiver
in de„ (naar we veronderstellen bedoelde)
harmonie dezer geschiedenis van een
huis op kan gaan. Er zijn te grote brok
ken bijna journalistieke reportage in
verwerkt; ze verdrukken allengs de rest,
en zo is de „finale" van deze literaire
symphonie ook het zwakst; 't aanvangs-
thema klinkt er slechts flauw in uit,
Maarhad het wel anders gekund,
waar we er ons van dag tot dag meer
bewust van worden, dat ook de oorlog
zijn eigenlijke finale (nog) niet gehad
heeft?
Hoe dit allemaal zij Stroman heeft
knappe dingen bereikt, vooral in het
schilderen van het „kleine" oorlogsleed,
de knagende angst, de obsessie der
joodse onderduikers. De eindeloze ver
veling. het elkaar niet kunnen ontlopen
van gastheren en gasten, de eeuwig
durende bedreiging die de nabijheid
van n.s.b.-ers en andere louche indivi
duen uitoefent, en dan weer even het
verademende contrast van een kort ver
blijf tusen bossen en heide, dat en nog.
veel meer is raak en kleurig getekend.
Zo ook de reacties van verschillende
mensen op het verloop van de oorlog;
de illusies, de ontnuchteringen.
Merkwaardig is, dat Stroman heel
zwak is in het scheppen van vrouwen
figuren. Onder het vulsel in zijn boek,
allerlei mensen uit de Rotterdamse
journalistieke bohème en wat daarom
heen en daarboven verkeert, komen
natuurlijk nogal wat vrouwen voor; de
jonge Carbentus heeft enige erotische
avontuurtjes, maar werkelijk leven doen
die vrouwen niet voor de lezer. In het
psyche van zijn mannelijke personen
dringt de schrijver soms vrij diep door,
maar de vrouwen blijven zeer schets
matig Beschreven.
Alles bij elkaar een boek waarvoor
de schrijver dan wat te hoog gegrepen
moge hebben, maar dat toch zoveel
goede kwaliteiten heeft, dat het zeer de
moeite waard is.
QP EEN GEHEEL ander gebied be
weegt zich 't andere boek van Stro
man, waarop we doelden: „Kleine
Diefjes worden Groot". Literair gespro
ken kan men zeggen, dat hier de jour
nalistiek de literatuur Overheerst, maar
dan journalistiek va nde beste soort.
Hier is de oud-rechtbank-verslaggever
aan. het
woord, die wat verder gekeken heeft
dan naar het verdachten-hekje en de
groene tafel van de rechter. Hij heeft
zich in het hoe en waarom van de
drama's, die min of meer hun ontkno
ping voor de rechter (speciaal de kin
derrechter) vonden, verdiept. Destijds
deed Brusse dit met zijn prachtig-
warme „Boefje". Niemand die zich in
deze materie begeeft, kan geheel aan de
inwerking van Brusse's reportage ont
komen, en Stroman heeft dan boven
dien ook nog Rotterdam als plaats van
handeling gekozen.
Hij heeft het geval echter anders aan
gepakt. doordat hij een paar uiteen
lopende milieux op de korrel heeft ge
nomen. Bovendien hebben de kinder
rechtspraak en de reclassering sedert
Brusses dagen nogal wat verandering en
verbetering ondergaan.
Kleine en grote dieven treft men
niet alleen bij de heffe des volks aan.
Verwaarloosde opvoeding komt wel
degelijk ook bij de beter gesitueerden
voor, wanneer ouders hun kind niet be
grijpen, de tijd niet nemen om er zich
in te verdiepen, of kortweg voor de
oudertaak ongeschikt zijn. De hoofd
draden in dit boek volgen de levensloop
van een volksjongetje, een echt „boefje"
dat. door slechte kameraden op het ver
keerde pad wordt gebracht, maar in een
opvoedingsgesticht zijn betere zelf leert
vinden en dat heel goed terecht komt, èn
een veel te verwend „rijkeluiszoontje".
Dat laatste, zeer egocentrisch van na
ture lijdt onder gebrek aan begrip thuis,
wordt wegens diefstal van school ge
stuurd, belandt niét bij de kinderrech
ter maar op latere leeftijd, wanneer hij
malversaties in het groot pleegt, wèl in
de gevangenis.
Om deze beide figuren heen spelen nog
tal van andere personen. Sommige zijn
raak geschetst, andere blijven wat in de
schemering. Het boek doet soms een
beetje „braaf" aan, gaat psychologisch
niet zo heel erg diep, o.a. omdat het hele
kanten van het vraagstuk der jeugd
criminaliteit onbelicht laat, maar ver
telt wat het te zeggen heeft op zeer on
derhoudende, knappe wijze. En zeer ze
ker zal het menige lezer in aanraking
brengen met problemen die veel meer
belangstelling waard zijn dan er vaak
aan gegeven wordt.
Stroman schreef zijn in 1949 versche
nen boek tussen Maart 1940 en Decem
ber 1941; het speelt nog in het oude,
niet verwoeste Rotterdam, maar het is
toch veel meer dan een herinnering
WITSEN ELI.'
Woningperikelen van een
korporaal
Een korporaal, die uit Indonesië te
rugkeerde en toen met een meisje uit
Monster was getrouwd, was bij zija
zwager ingetrokken. Hij had geen
vestigingsvergunning en de zwager
bewoonde een gemeentewoning, die
niet voor samenwoning geschikt was.
De vestigingsvergunning werd niet
verleend en de oud-militair kwam op
straat te staan. De korporaal was het
met de beslissing van B. en W. niet
eens en deed de gemeente Monster-
een proces aan. De president van de
Haagse rechtbank heeft in kort ge
ding de vordering van de oud-militair
afgewezen, omdat naar zijn mening
de beoordeling van geschiktheid en be
schikbaarheid van woonruimte aan zijn
oordeel is onttrokken. De korporaal
werd veroordeeld in de kosten van het
geding.
Drie en twintig personen zijn om
het leven gekomen, doordat de snel
trein ParijsSt. Gervais bij een over
weg op een bus reed. De autobus ver
voerde vacantiegangers en had zes en
twintig inzittenden. Zij werd meer
dan een kilometer meegesleept en vol
komen vernield. Door onbekende oor
zaken waren de spoorbomen niet ge
sloten.
Sibajak had vertraging
De Sibajak, die met bijna dertien
honderd passagiers uit Indonesië op
weg is naar Nederland, heeft vertra
ging gekregen, omdat zij plotseling
de haven van Algiers moest aandoen.
Een dertienjarige jongen had n.l. een
gecompliceerde breuk in een zijner ar
men opgelopen, die operatief moest
worden behandeld. De jongen kon na
de operatie zijn reis met het schip
voortzetten. Het schip komt nu Don
derdag in de vroegte in Rotterdam aan.
De opvarenden zullen 's morgens na
acht uur van boord gaan.
Politieke bannelingen
krijgen eigen zender
Politieke bannelingen uit Oosteuro-
pese landen zullen van nu af bood
schappen kunnen doen uitzenden naar
hun vaderland via een geheime Ame
rikaanse radiozender, die ergens in
Europa is opgesteld. De boodschappen
zullen in New York worden vastgelegd
en per vliegtuig naar Europa gebraci.t
voor uitzending.
Nederlandse technici in
Melbourne
Meer dan tachtig Nederlandse inge
nieurs en andere technici zijn te,Mel
bourne aangekomen, waar zij zullen
werken aan de uitbreiding van de ha
ven. Aan het begin van het jaar is een
sleep van de firma L. Smit en Co naar
Melbourne vertrokken. Onder meer
vertrokken twee sleepboten met twee
bakken met als deklading een kleine
sleepboot, twee hopperzuigers en aller
lei ander materiaal.
Ook dit jaar Oogsthulp
In de afgelopen jaren deden zich in
de oogsttijd steeds tekorten aan ar
beidskrachten voor zodat men allerlei
arbeiders, vrijwilligers en militairen
moest inschakelen, de z.g. Oogsthulp.
Ook voor het komende seizoen zijn
plannen in voorbereiding, om aan even
tuele moeilijkheden het hoofd te kun
nen bieden.
Oefening „Vedette" onder
Frans en Engels commando
De oefeningen, die onder het motto
„Vedette" in het Kanaal zullen wor
den gehouden, staan deze keer onder
Franse en Engelse leiding. Zoals men
zich zal herinneren, leidde Nederland
de oefening „Activity". Het ligt in het
voornemen op deze manoeuvres nog
een oefening in het mijnenvegen te
laten volgen.
COMMANDANT ARBEIDSDIENST
ONTSLAGEN.
De Kroon heeft het beroep van L.A.C.
de Bock te Haarlem, in oorlogstijd com
mandant van de Ned. Arbeidsdienst, die
op grond van het zuiveringsbesluit ont
slag uit de militaire dienst had gekre
gen met intrekking van het hem in
1941 verleende eervol ontslag, Sage-
ond verklaard.
BUREAU
ADMINISTRAT
Voordam 9, Tel.
Postgiro 18729
RE»ACTIE
Achterd .m 20, Te
Directie:
J. BIJLSMA eD C.
Hoofdredacteui
A KAPTEIN
-üele-zee
De Nederlandse rej
dracht gegeven zich te
de wateren van Korea o
geven aan de aanbeveli
verlenen aan de republi
Commandant van H
bootjager „Evertsen" is
zee der eerste klasse 1
ninck.
De „Evertsen" is di
gelse torpedobootjager
in de plaats is gekomi
„Evertsen", welk schip
gen de Japanners in d
onderging. Zij meet 1
daard waterverplaatsing,
De Chinese communi
Mandsjoerije thans in i
zo verluidt te Hongkon
migen is dit een voo
voor het geval dat c
Korea zich mochten ui
ren echter beweren, dat
in deze verplaatsing beti
schien reeds in de tha
zijnde operaties zullen
wend tot steun van de
Ook wordt gemeld, da
aantal communistische
ten wordt teruggetrokl
bied ten Noorden van
Kwangsi, die aan Fr
grenst. Er schijnen zie
ontwikkelingen voor t<
tegenover Formosa ge
van de Chinese kust. Ir
verwacht men voorshar
op Formosa, te minder,
rikaanse zevende vloot
Formosa bewaakt. Wel
een aanval op het natii
werk Quemoy, in de
Amoy.
In Washington heeft
berichten ontvangen ov
gen van de Chinese i
Mansjoerije. Wel is beke
pen in dit gebied zijn
doch van hulpverlening
koreanen is nog niets t
Inzake steun a,
De Britse regering z
Lagerhuis verzoeken, h:
de hulpverlening tot
van de onuitgelokte a
republiek van Korea t
Het besluit, om een be
het centrum van het di
is een uitdaging aan ze!
parlementsleden, om e<
forceren.
De regering is hiertoe
advies van Winston Cl
der van de oppositie,
overzee, zo zeide hi
haar ware perspectief
Daar conservatieven e
regering in dezen zulle:
wacht men een overwe
derheid voor haar poli
aan Korea.
Israel. Italië en Per
aangesloten bij de lanc
gegeven hebben aan de
Veiligheidsraad inzake
Weerber
Verwachting, geldig t(
avond: Tijdelijk vee
met plaatselijk enkel
onweersbuien. Zwakl
wind, aanvankelijk
later hoofdzakelijk ti
Zuid. Ongeveer deze
tuur als vandaag.
Donderdag: Zon of
21.02. Maan op 23.58,
I