LS'
u zult ze in lie kost neeeei
Ook Duitsers gaan nieuwe
Australiërs worden
ALKMAARSE COURANT
De Kunst van de Plaatsvervanger
Raadselen op bodem van Oceanen
Een vrouwenleven uit de 18e eeuw
ÖERAC
Te!ef. 2585
eurmg
LOO
1-binnen
De Hollander late zijn haai in Europa
Noodzakelijke maatregel
Onze Bridgerubriek
Geen blinde-geleide hond voor
zilverpapier
Doe het vandaag nog bij het Bureau van de
Scheepvaartberichten
Van reusachtige kerkhoven en een
bewegende bodem
VRIJDAG 29 SEPTEMBER 1960
gedistilleerd
üst afgestemd
L-gehalte
i 4.85
S7V b; Zaandijk b
bZilverm. b.
-J. Holland a; CSV
iders aForesters a(
jk a.
Alcmaria d; Rei-
b; Ursem aSchoorl
ir a; Egmondia b
-Helder a; BKC a
-Schagen a; Waterv.
HRC b.
RKAFC a; Berdos
rogels a-Meerv. A. a.
eJ. Holland B;
iria f; DTS cKoe
ier aForesters b.
IAlkm. B d.; Ala
lia c; Randers c
-Reiger B. c.
■RKAFC g; Kolp. B.
-Vitesse c; RKAFC i
:AFC j—Limmen o.
f 25, ging naar de
aizen.
s liepen de punten
ar dat een herkeu-
vinden. Tenslotte
e uit Ursem de eer-
aten uit Zwaagdijk
n prachtige partij
e tweede. Als derde
ders Ruiter uit Oos-
lervolle vermelding
ans uit Heiloo. De
enkaas waren dezelf-
iekskaas. Het was
bij zoveel mooie sta-
prijs uit de bus te
argetijde in aanmer-
veel bezoekers, die
de talrijke, met zei-
s kaas doolden. On-
zich een gezelschap
rchitecten uit Duits-
Zwitserlard, din een
land maken.
Ie markt aangevoerd
iriekskaas en zeven
Voor de keuring
stapels fabriekskaas
>oerenkaas. Het totaal
0.000 kg. Er waren
te prijzen. Die voor
idroeg ongeveer 1.31
boerenkaas 1.20. Er
cht in verband met
er de komende prij-
n Woensdag 246 par-
3e prijzen waren le
0, 2e soort f 2.15
2.40. De handel was
i Gouda waren gis-
)e le kwaliteit met
rkocht voor f 2.24
feit met rijksmerk
zware tot f 2.45 met
Alles exclusief ex-
omzetbelasting.
seance VVV
iayser, die Alkmaars
i geworden' zal Maan-
Wapen van Heems-
mseance geven voor
ter gevorderden en
sbben lid te worden.
In de pauze zullen
Zilveren Dame en
:se winnaars van de
worden uitgereikt.
rsnieuws
oen Zondag a.s. M.
jelederen en willen zij
i meespreken in de
it deze ontmoeting te
S>VA is echter een
rekening mee gehou-
opstelling voor Zo.n-
H. El jon; achter: P.
midden: J. Roos, M.
voor: H. v. d. Brink,
teeg, J. Schermerts en
van de handbal-afd.
eigen terrein BGV 1
het veld:
ij bis; achter: N. dè
Boschman (Akers);
it-Hartog (aanv.), A.
Molen; voor: C. van
:d, W. Vorst, T. Stu-
handbal-afd. dames
4 uit als volgt:
achter: H. de Geus
lidden: G. Piket, A.
Dekoren; voor: J. Wij
de Graaf (aanv.), T.
en A. Boschman.
lOETTEN ELKAAR
elden Woensdag een
strijd tegen Oppositie
met eervolle cijfers.
J. Alleman—A. Holtes
Heere V2—V2; W. Ter-
W. Breeuwer—J. van
Koopman 1—0; J. Basti-
1/21/2; D. Koorn—M.
H. Franse
r 1/2V2; Pranger—A.
r—J. Stikvoort 0—1; H.
itslag 7—5 in het voor-
(Van onze correspondent te Sydney).
De zojuist door de Australische minister voor immigratie, Harold E. Holt,
afgelegde verklaring, dat de Australische regering in de naaste toekomst
ook immigranten uit West-Dultsland zal gaan halen, heeft natuurlijk on
middellijk heel wat pennen en tongen in beroering gebracht. Minister Holt,
een brilliant zowel als een zeer humaan man, heeft de noodzaak van dezei
6tap natuurlijk rustig en duidelijk uiteengezet. Hoewel het leeuwenaandeel,
van de immigranten, die in de tijd van één mensenleven de huidige bevolking
van 8 millloen tot 20 millioen zullen moeten opvoeren vanzelfsprekend zoveel
mogelijk uit Groot-Brittannie betrokken zal worden, «moet Australië toch ook
elders blijven kijken naar toekomstige „Nieuwe Australiërs".
dat zij hun oude Europese geschillen
in de oude wereld achter laten.
Alleen het Australische volk, en in
de eerste plaats de Oud-Strijders
Bond, had zijn veto over deze nieuwe
immigratie-plannen kunnen uitspre
ken. Het heeft dit niet gedaan, doch
zich integendeel achter de minister
voor immigratie geschaard. Het is voor
velen wellicht goed, dit alles van te
voren te weten en te beseffen.
Gedurende de eerste jaren na de
oorlog heeft men tienduizenden eer
ste klas werkers en werksters uit de
kampen voor ontheemden In West-
Duitsiand en Oostenrijk betrokken:
Letlanders, Estlanders, Lithauers,
Oekrainers, Polen, Hongaren en Tsje
chen. Doch deze bron is thans prac-
tisch gehepl opgedroogd.
Welke bronnen zijn er naast Enge
land nu nog meer? Alleen de met over
bevolking te kampen hebbende landen
van West-Europa. En dat zijn behal
ve Nederland en Belgie ook de twee
vroegere* As-bondgenoten Italië en
Duitsland.
Nu wonen er in Australië veel Ita
lianen, voor 99% hard werkende, zui
nige en kundige mensen: groentekwe
kers, vissers, tabaksboeren en derge-
lijken. Dat de Australische regering nu
opnieuw deze Italiaanse bron is gaan
aanboren, heeft dan ook geen enkel
commentaar opgewekt. Italië is trou
wens altijd zo'n beetje als een bijlo-
pertje van Hitier beschouwd.
Met de Duitsers, die nu ook binnen
kort naar Australië zullen komen, is
het echter anders gesteld. De Duitsers
hebben gedurende de twee wereldoor
logen meer haat opgewekt dan enig
ander volk, misschien de Japanners
in het Oosten uitgezonderd. En de
meeste mensen huldigen het principe:
Een Duitser is en blijft altijd in de
allereerste plaats een Duitser.
Nu is men hier in Australië niet on
bekend met de Duitser als immigrant.
In vroeger jaren zijn grote aantallen
Duitsers naar Zuid-Australie en naar
Queensland gekomen en hebben zich
in de landbouwstreken ten Noorden
van Adelaide en in de Suikerrietstre
ken van Bundaberg leren kennen als
eerste klas landverhuizers. Een grote
liefde voelt men hier over het alge
meen voor de Duitser niet, doch nie
mand zal willen oijtkennen, dat wat
de Duitse landverhuizers in Zuid-
Australie en Queensland gepresteerd
hebben ieder tot voorbeeld kan strek
ken.
Het opmerkelijke is nu, dat juist de
in Australië zeer machtige bond voor
Oud-Strijders zich achter de minister
voor immigratie geschaard heeft met
betrekking tot de wenselijkheid om
opnieuw Duitsers uit West-Duitsland
als immigranten toe te laten. Wanneer
iemand recht zou hebben protest aan
te tekenen, dan zou het toch wel de
Bond voor Oud-Strijders zijn. Doch
juist hij heeft zijn gevoelens achter
weten te stellen bij zijn gezond ver
stand, dat de gemiddelde Duitser als
een uitstekend landverhuizer ken
merkt.
Natuurlijk is wel een storm van pro
test opgegaan in de kringen van de
Joodse Oud-Strijders. Iedereen zal dit
volkomen kunnen begrijpen en billij
ken, doch de verstandelijke motleven
van deze kringen blijken weinig
steekhoudend.
Het protest van de Joodse Oud-
Strijders is zuiver een volkomen be
grijpelijke sentiments-kwestie. En dit
zelfde gevoel, zij het dan ook wellicht
in wat mindere mate, zullen de mees
te Hollanders koesteren. De immigra
tieplannen voor West-Duitsers is zo-
zoende niet alleen een Australische
kwestie, doch een aangelegenheid, die
ook de toekomstige immigranten van
Engeland en Nederland aangaat.
Er zijn altijd mensen genoeg, die op
het laatste ogenblik besluiten het nieu
we vaderland toch maar niet te kie
zen, omdat iets daar hun irriteert.
Maar wie eenmaal het goed en het
kwaad van het nieuwe vaderland aan
vaard heeft en besloten heeft een Aus
traliër te worden, die heeft verder zjjn
haatgevoelens thuis te laten, want hier
wordt ieder of hij Engelsman, Hol
lander, Italiaan, of Duitser is een
lid van de Australische natie.
Zonder aan deze nieuwkomers deze
eis te stellen, kan men nooit een
krachtige, eensgezinde natie opbou
wen. Wanneer men van <ie Duitse
nieuwkomers eist, dat zij voor 100%
deel zullen worden van het democra
tische bolwerk van het blanke ras in
de Stille Zuidzee, dan mag men van
andere nieuwkomers eveneens eisen,
Marktberichten
LANGEDIJKER GROENTENCENTRALE,
29 Sept. 2000 kg' blauwe Eigenheimers
S,60-8,80; 8000 kg uien 4,60-7,20, grove
3-5,60, drielingen 5,40-8,30 en nep 4,60—
7; 2000 kg slabonen 15—31,90; 1700 kg bie
ten 5—7,40; 10.000 kg groene kool 5—5,50;
7000 kg gele kool 4,50-6,30; 17.000 kg rode
kool 5—10; 150.000 kg witte kool 4—4,10;
6000 stuks bloemkool B 22—38.
XOORDERMARKTBOND, 29 Sept. 3000
kg aardappelen: blauwe Eigenheimers 8,10—
8,70 en Bintjes 8—8,90; 2000 kg uien 7,30,
drielingen 8,30—8,50 en nep 7—7,20; 350 kg
andijvie 5; 1500 kg peen B 5,30—5,50; 6000
kg rode kool 4—5; 4000 kg gele kool 3.50;
2000 kg groene kool 5—6,20; 175.000 kg witte
kool 4-4,10; 5000 kg slabonen 15—30,90.
WARMENHUIZEN/ 29 Sept. - 4600 kg
aardappelen: Eigenheimers 8,60-JO; 3800 kg
'Ode knol 3,80-9,80; 3000 kg gele kool 5-
>.10; 140.000 kg witto kool 4-4,10; 8500 kg
slabonen 15-26,10; 900 kg bieten 5,40-6,40.
DOUBLEER NIET TE^SNEL!
Reeds eerder gaf ik de lezeressen en
lezers van deze rubriek de goede raad
niet te doubleren, wanneer niet met vrij
grote zekerheid aangenomen kan worden
dat de leider down gaat. Wie over één
zekere trick beschikt dient te passen
wanneer de tegenpartij in de hoge (of
lage) kleuren een manchebod doet. Het
gaat in zo'n geval niet op, te speculeren
op vaste slagen van de partner. Vandaar
vandaag het onderstaand spel ter illustra
tie.
Sch. A, H, 9, 8
Ha. A, H, 10, 6, 5
Ru. 9
KI. A, 6, 3
Sch. B, 5, 3, 2 N
Sch. V, 7, 6, 4
Ha. V, 4, 3, 2
Ru. A, 8, 6, 4
KI. 4
Ha. B
Ru. H,B, 7,3.2 W O
KI. B, 10, 7
Z
Sch. 10
Ha. 9. 8, 7
Ru. V, 10, 5
KI. H. V, 9, 8, 5. 2
N. is gever, beide partijen zijn kwets
baar.
Laat ik u even op dreef helpen: N (met
5 tricks) opent het bieden met 1 S.A., O
past. Mag ik u thans inviteren eerst zelf
het eindbod dat volgens u verantwoord
is, te bepalen?
Reeds eerder had ik de gelegenheid er
op te wijzen dat het openen met 1 S.A.
(Van onze militaire medewerker)
gr wordt op het ogenblik zilverpapier
ingezameld voor een zo op het oog
heel mooi doel, n.l. om een geleidehond
te kunnen kopen voor militairen, die
door een ongeval of anderszins blind
zijn geworden. In buurtblaadjes, ver
enigingsorganen e.d. kan men opwek
kingen lezen om zilverpapier in te
leveren, wantals men elf kilo bij
elkaar heeft, kan een arme blinde mili
tair een geleidehond krijgen.
Nu heeft elf kilo zilverpapier een
waarde van omstreeks één gulden, ter
wijl een goed afgerichte geleidehond
honderden guldens kost. Dat klopt dus
om te beginnen al niet. Maar bovendien I
staat de zaak zó, dat elke militair, wie
het vreselijk lot treft het licht van zijn V00rgedaan' dat men
zilverpapier te gaan inzamelen voor
dit doel, al lijkt het nog zo mooi. Bo
vendien werpt men ten onrechte een
blaam op de overheid, want de indruk
wordt gevestigd, als zouden deze jon
gens in de steek worden gelaten.
Reeds heeft de communistische pro-
padanda zich van deze zaak meester
gemaakt. In de Tweede Kamer bracht
de heer Gortzak haar ter sprake. Hij
citeerde een oproep in een personeels-
blaadje van een Haagse firma, en zeide
dat hij zich schaamde over het feit, dat
oorlogsgewonden met 11 kg zilverpapier
moeten worden geholpen. Nu zou het
ook inderdaad droevig zijn, als de
overheid de oorlogsinvaliden aan hun
lot overliet. Maar het tegendeel is het
geval, en terecht heeft de Staatssecreta
ris van Oorlog, mr. W. H. Fockema
Andreae, hierop bij de beantwoording
van het debat gewezen.
ogen te moeten missen, van rijkswege
een geleidehond krijgt, zélfs indien er
geen verband zou bestaan tussen het
blind worden en de uitoefening van de
militaire dienst. Door tussenkomst van
de vereniging „Arbeid voor Onvolwaar-
digen" wordt de hond besteld. In Am
sterdam heeft het Nederlandse Geleide-
fonds een opleidingsschool gesticht,
waar hond en baas aan elkaar kunnen
wennen. Voor rijksrekening kan de
blinde militair deze opleiding, die ver
scheidene weken duurt, volgen.
Het is dus volmaakt overbodig om
Het merkwaardige feit heeft zich nog
er niet in ge
slaagd is, de militair op te sporen,
voor wie deze inzameling werd gehou
den.
En ook in een soortgelijk geval, el
ders in het land, kwam men ten slotte
op dood spoor. Na een reeks van tus
senpersonen te hebben afgewerkt
strandde men in beide gevallen op
iemand, van wie geen nader adres be
kend bleek te zijn. Hetgeen de vraag
doet rijzen, of hier wellicht met opzet
de overheid in discrediet werd gebracht
via een ketting van geheel te goeder
trouw zijnde tussenpersonen.
De Schager Markt
SCHAGEN, 28 Sept. - 13 paarden 500-
1050; 12 tijdkoeien 650—800; 35 geldekoeien
(mag.) 525—675; 72 idem (vette) 600—1000;
9 kalfkoeien 700—850; 7 pinken 275—350;
8 graskalveren 200—225; 14 nuchtere kalveren
45—85; 90 schapen (mager) 80—110; 60 idem
(vette) 80—120; 747 lammeren 50—85; 15 var
kens (magere) 50—65; 66 biggen 35—55; 10
konijnen 1—4.
een sterke kaart aangeeft (minstens 4y2
trick). Heeft de partner niets in handen,
dan dient hij 2 KI. te antwoorden, ten
minste wanneer O past. In het onderhavi
ge geval mag Z echter zijn partner niet
met 2 KI. afwijzen. Juist: hij annonceert
dus 3 KI.
Toen W gepast had, kwam N met 3 Ha
uit de bus. Na passen van O bood Z, die
3 S.A. (terecht) te onveilig vond, 4 KI.,
waarna N met 5 KI. de manche uitbood.
Persoonlijk had ik in de plaats van N
meteen het 3-Kl.-bod van Z met .5 KI.
beantwoord, juist omdat N zelf KI-Aas
in handen heeft. De vierde Aas bevindt
zich dus stellig niet bij Z. Het 3 Ha.-bod
is echter zeer goed te verdedigen, want
met 4 Ha immers mogen NZ drie slagen
verliezen.
O .was met één trick in handen
zo onverstandig het 5 Kl.-bod van N. te
doubleren. Z paste, evenals W, waarna N
met een vrij gerust hart doubleerde.
W kwam uit met Ru. 2, zodat O meteen
Ru.-Aas maakte. De enige mogelijkheid
om nog een Ru.-slag te maken, benutte
O niet. Hij had onmiddelijk KI. 4 moeten
naspelen. In de plaats daarvan speelde O
Ru. terug zodat N met troef 3 aan slag
kwam.
Ja,. ik weet üat het natrekken van KI. 4
O evenmin had geholpen; desondanks
had O tóch de troef van tafel moeten
verzwakken, teneinde te voorkomen dat
Z verliezende Ru. in zijn hand door af
troeven zou opruimen. Over het alge
meen wordt bij het tegenspelen het aan
vallen van de troeven in de blinde nog
veel te weinig gedaan, zelfs wanneer de
leider het er kennelijk op toelegt de troe
ven van de blinde voor dit doel te be
nutten. Hiermede wil ik echter geenszins
zeggen, dat men bij een renonce op
tafel altijd de troef van de blinde
moet verzwakken. Maar in veel gevallen
kan het stellig tot het beste tegenspel lei
den.
Niet minder dan 40.000 abonné's tellen
onze bladen in Noord-Holland. Ze zitten
nu letterlijk overal„Van Wadden tot IJ I"
Onze krant is een onderdeel van de N.V.
Verenigde Noordhollandse Dagbladen.
En wij dóen heus een duit in 't zakje.
Ja, U zult ze in de kost hebben, de
duizenden, die onze krant lezen en er
elke dag opnieuw begerig naar uitzien.
En wat zegt U van de krant? Heeft U
zich al als abonné opgegeven?
Voordam 9 Alkmaar
Abbedijk, Buenos Aires—New York, 27-9 van
Montevideo naar Rio de Janeiro Abbekerk,
Fremantle—R'dam pass. 27-9 Gibraltar Al
cyone, Buenos Aires—R'dam, pass. 27-9 Cas-
quts Alhena, Buenos Aires—R'dam, 27-9 te
Las Palmas Almdijk, R'dam—Vera Cruz, 27-9
van Antwerpen Amstelveen, 27-9 van New
Orleans te A'dam Arkeldijk, R'dam—New
York, pass. 27-9 Scillies Berlage, 27-9 van
Pepel te Vlaardingen Boissevain, 27-9 van
Penang naar Mauritius Cistula (t), 27-9 van
Santos naar Rio de Grande Clavella (t), Suez
Abadan, pass. 27-9 Ras al Gadd Cottica,
Demerara—A'dam, pass. 27-9 Azoren Esso
Rotterdam (t), Aruba—R'dam, pass. 17-9 Scil
lies Hector, 27-9 van Tunis té Malta
Indrapoera, R'dam—Djakarta, 27-9 van Penang
naar Be law an Johan van Oldenbarneveldt,
A'dam—Australië, 27-9 2000 mijl n.w. van Fre
mantle Jupiter, 27-9 van Brindisi naar Pa
lermo Kota Ag'oeng, R'dam—Djeddah, pass.
27-9 Kaap St Vincent Kota Gede, New York
—Djakarta, 27-9 van Aden naar Belawan
Laurenskerk, Abadan—R'dam, 27-9 van Aden
naar Port Said Lekkerkerk, 27-9 van Ham
burg naar Antwerpen Maaskerk, Lagos—A'
dam, pass. 27-9 Las Palmas Mapia, Sura-
baja—A'dam, 27-9 van Djakarta naar Bela
wan Marisa (t), 27-9 van Port Pirie te Ta-
rakan Metula (t), Singapore—R'dam, pass.
27-9 Kaap de Gata Poelau Laut, Djakarta—
A'dam, 27-9 te Suez Riouw, Djakarta—New
York, pass. 27-9 Gibraltar Prins Willem III,
27-9 van Rouaan te R'dam Roepat, Sura-
baja—A'dam, 27-9 van Port Said naar Liver
pool Rijnkerk, R'dam—Kobe, 27-9 van Suez
Stad Breda, Beira—A'dam, 27-9 van Tene-
riffe naar Antwerpen Stad Maastricht, 27-9
van Casablanca naar Nederland
(Van een bijzondere medewerker)
De GEDACHTE, dat de bodem van de Oceaan een t am olijk gelijkmatige
vlakte zou z(jn, is door de resultaten van talrijke onderzoekingen naar
de toestanden en het leven ver onder de zeespiegel volkomen weerlegd.
Integendeel: dit ons overigens geheel onbekende gebied ziet er precies een
der uit als de oppervlakte van de aarde: doorboord, door kloven uiteenge-
scheurd en door bergketens in afgesloten stukken verdeeld. Als de mens dit
onderzeese landschap zou kunnen zien, zou hy een waarlijk indrukwekkende
en bizarre wereld ontdekken. Er Is echter een belangrijk verschil tussen de
bodem van de zee en de „vaste wal": de diepte van de zee blijft niet steed*
gelijk. Op sommige plaatsen kan men een voortdurend rijzen en dalen con
stateren. Daarbjj schommelt de bodem soms tussen minus 150 en minus 5000
meter op en neer. In deze diepten borrelt een onderaardse heksenketel. De
krachten, die invloed hebben op de vorm van de aardkorst, hebben een
sterkte, die wij ons niet kunnen voorstellen.
LETTERKUNDIGE
VERSCHIJNINGEN
Siegfried E. van Praag: Caba
ret der Plaatsvervan
gers, tweede herziene druk.
N.V. Em. Querido's Uitgeversmy'.
Amsterdam. Julie de Les-
p i n a s s e, H. P. Leopolds Uit
geversmij. N.V., 's-Gravenhage.
giegfried van Praag is een veelzijdig
auteur. Een jaar geleden werd hij
vijftig jaar en toen stond hij aan het
hoofd van een oeuvre, waarop menige
oudere trots zou zijn, zowel wat de
omvang als de geaardheid betreft. Ro
mans, studies, essays vloeiden uit zijn
pen en hoewel de stroom allengs wat
trager is geworden (behalve op es
sayistisch. gebied) schijnt men in de
naaste toekomst alvast weer het een
en ander te kunnen verwachten.
Inmiddels zijn er thans twee her
drukken verschenen van eerder gepu
bliceerd werk, en er is aanleiding om
daar even bij stil te staan. Het is op
het ogenblik een beetje komkommer
tijd op de boekenmarkt. De uitgevers
wachten met hun nieuwe productie
liever tot diep in het najaar, wanneer
Sinterklaas en andere feestdagen in
het verschiet komen en de vraag toe
neemt. Zo'n rusttijd in het vooruit
zicht overigens van een niet te ver
werken vloedgolf leent er zich toe
om eens terug te zien op wat werke
lijk van waarde en betekenis was, en
daartoe behoren zonder twijfel, ieder
in hun soort, de thans in herdruk ver
schenen romans van Van Praag, waar
van „Cabaret der Plaatsvervangers"
in 1932 en „Julie de Lespinasse" in
1934 het licht zag.
yan Praag is Jood, en daarbij zeer
representatief voor zijn volk. Ht|
ervaart er ook het noodlot van. Door
twintig eeuwen noodzakelijkheid van
zich handhaven in vreemde milieux
zijn er eisen aan het aanpassingsver
mogen gesteld waaraan andere eisen
wel opgeofferd moesten worden. Zo
vindt men onder de Joden meer re
producerende dan scheppende kunste
naars. De voortdurende omgang met
anders geaarden eiste een zich ver
plaatsen in de mentaliteit van die om
geving en door de wisselkring, welke
ontstond is vooral de Joodse produc
tie beïnvloed. Men speurt er bijna al
tijd invloeden van buitenaf in of con
stateert een zich (in een perfectie)
inleven in anderer stijl of uitdrukkings
wijze. Het zal interessant zijn om waar
te nemen het nageslacht zal er pa»
toe in de gelegenheid zijn of de vor
ming van de Joodse staat, van een ge
heel eigen geestelijk, sociaal en econo
misch centrum tot de vorming van
een oorspronkelijke Joodse cultuur
leidt.
gij Daniël Silberstein, de hoofdper
soon in „Cabaret der Plaatsver
vangers" is het één doorlopende strijd
tegen het lot, slechts plaatsvervangend,
niet scheppend, te kunnen optreden.
Silberstein is een cabaret-zanger, die
uitmunt in het weergeven van ver
schillende genres, die zijn Spaanse lied
jes zingt als een Spanjaard, zijn Ita
liaanse als een Italiaan en zijn Parjjse
als een Farijse jongen van de vlakte.
Een mede-artist, Parijzenaar, verwijt
hem, dat hij zelf niets is, en zeker
geen „vertegenwoordiger" zoals hy
zichzelf eens genoemd heeft. Althans
niet iemand, die het recht zou hebben,
namens andere groepen of volkeren op
te treden omdat hij eruit zou voort
komen. Als hij dan al vertegenwoor
digt, dan is het als degeen, die komt
omdat de baas zelf verhinderd is, als
plaatsvervanger dus.
Silberstein worstelt het hele boek
door met dit lot. Als enig verweer
stelt hjj: „als ik zeg „vertegenwoor
digen", denk ik niet aan natlpen. Uw
ogen stellen u in staat na te doen.
Alleen uw bloed stelt u in staat te
vertegenwoordigen."
Aan het slot krijgt men wel het be
sef, dieper te zijn gevoerd tot het be
grip van de zielsgesteldheid van deze
zwerverde, losgeslagen Joodse ca-
baretartist (en een tikje tot die van
zijn collega's) maar men behoudt toch
het wrange gevoel, geconfronteerd te
zijn met een wereld waarin men zich
niet alleen niet thuis voelt, doch waar
van men de bestaansnoodwendighetd
moeilijk kan erkennen. Waartegenover
men voorzichzelf kan stellen, dat dit
een tamelijk provinciaals standpunt is.
en dat volgens Hegel alles wat be
staat, redelijk is. Dat kan dan verder
uitgevochten worden; de erkentenis
dient te blijven, dat Van Praag boeiend
heeft verteld over de wereld, die, of
men het nu nuttig, nodig of aange
naam vindt of niet, in elk geval be
staat, én wel degelijk haar invloed
uitoefent op de loop van zaken in het
algemeen.
gen gan§ andere uitwerking heeft de
lectuur van de roman „Julie de
Lespinasse", al komt ze juist voort
uit de geestesgesteldheid waarmee Da
niël Silberstein zo omtobt. Want Van
Praag treedt hier op als „plaatsver
vanger" van de befaamde vrouw uit
het Parjjse leven van vóór de revolu
tie, de bel esprit en grande amoureu-
se, die de grootste geesten van haar
tijd wist te boeien en die, op haar wij
ze, een steentje bijdroeg tot de voor
bereiding der Franse revolutie. Van
Praag heeft van uit het wezen van
deze vrouw zijn boek geschreven: hij
heeft zich met haar vereenzelvigd; hij
heeft zelfs de stijl van de tijd in zijn
schrijftrant overgebracht. Men krijgt
de gewaarwording, een boek uit de
tjjd zelf te lezen.
Julie de Lespinasse (17321776)
was de illegitime dochter van een
Franse edelvrouwe, Julie d'Albon; ze
kwam, na het overlijden van haar moe
der, wonen op het kasteel van haar
stief-zwager, Gaspard de Vichy
Champrond, moest ontwaren, dat deze,
die haar tyranniseerde, in feite haar
vader was, en won het hart van Gas-
pards zuster, de markiezin du Deffand,
die te Parijs woonde en er een litterai
re salon hield die door Voltaire, de
encyclopedisten en vele andere lieden
van geest en verstand bezocht werd.
De belangstelling van sommige dezer
mannen ging al spoedig sterker naar
de jeugdige Julie dan naar de be
jaarde madame du Deffand uit, wat de
naijver van de laatste natuurlijk op
wekte, zodat zij er ten slotte toe over
ging, Julie de deur te wijzen.
Met behulp van haar vriendin sticht
te Julie nu een eigen „salon". Zij
woonde er samen met de secretaris
van de Académie Frangaise, de wijs
geer en grootste wiskundige van zijn
tijd, d'Alembert, die tot haar dood
haar platonische vriend is ge
bleven. Julie heeft twee grote liefdes
in haar leven gehad, één voor do
Spaanse markies Mora, zoon van
Spanje's ambassadeur te Parijs, die
aan longtering bezweek en één voor
de krijgsman en auteur Guibert. Om
streeks 1800 is de correspondentie van
deze belangwekkende en hartstochte
lijke vrouw gepubliceerd. Ze vormt 'n
bijdrage van belang voor de kennis
van het Parijse leven onder Lodewijk
XV en Lodewijk XVI.
giegfried van Praag, die een groot
bewonderaar van Frankrijk, een
uitstekend kenner van de Franse ge
schiedenis, wijsbegeerte en kunst is,
heeft in de publicaties over Julie de
Lespinasse en in haar brieven mate
riaal genoeg gevonden om zich een
beeld van de tijd en de persoon te vor
men. Maar hij heeft dat beeld dan toch
wel voortreffelijk uitgewerkt, met veel
gevoel voor maat en verhouding. Zo
als gezegd, tracht de schrijver de tijd
te ondergaan zoals Julie hem moet
ondergaan hebben. Het eerste deel van
de roman heeft hij de vorm van mé
moires gegeven, door Julie voor haar
vriend Mora geschreven. In de volgen
de delen treedt hijzelf wel als vertel
ler op, maar last hij voortdurend brie-
Ven en uitingen van zijn heldin in. Bo
venal blijft Julie bij hem vrouw, dus
niet iemand, die met het mannelijk in
tellect van een schrijver de gebeurte
nissen van haar tijd, de wantoestan
den, de politieke en wetenschappelijke
kwesties, welke haar vrienden bezig
houden, aanschouwt en min of meer
SIEGFRIED EMANUEL VAN PRAAG,
de op 8 Aug. 1899 te Amsterdam
geboren en thans te Brussel wo
nende romanschrijver, novellist,
essayist en vertaler, van wie twee
boeken in nevenstaand artikel
besproken worden
als spreekbuis fungeert voor een
auteur, die zijn ideeën en inzichten wil
ventileren. Wèl schetst Van Praag uit
de volheid van zijn kennis een beeld
van de omgeving waarin Julie verkeer
de, van de salons, kastelen, landgoe
deren waar men destijds leefde, geeft
hij allerlei aardige kunsthistorische
bijzonderheden, maar ook dat doet hij
uitsluitend voorzover het zijn heldin
op de één of andere manier raakt.
In de beschrijving van een feest op
het landgoed Moulin jQli van Watelet
overtreft de schrijver zichzelf, het
geen in dit geval veel zegt. Het is zo
suggestief gegeven, dat men het zon
der veel moeite voor zich ziet en des
te gemakkelijker de aandoeningen van
Julie op dit feest kan meevoelen.
Maar wat ons bovenal, het hele
boek door, ontroert, dat is de spraak
van een gevoelige, tedere en liefheb
bende vrouwenziel. Zij is vervat in
een lenig en helder Nederlands dat
soms bijna Frans aandoet (en wel
eens te veel, er komen gallicismen in
voor, zoals „tevreden" waar de Ne
derlander „blij" zou zeggen). Ze ge
tuigt van het verlangen naar geluk,
naar liefde, dat van alle tijden is, en
van de angst voor het bereiken van 't
ideaal, het onderbewuste besef van 't
menselijk onvermogen.
W. E.
J7EN VAN DEZE gebieden, waar
voortdurend werking en beweging
te constateren valt, is de Oceaanbo
dem naby de Azoren. In 1858 werd
ten Westen van deze eilandengroep
een diepte gepeild van 5000 m. In 1932
vond men een diepte van 200 m. en
drie jaar laterleverden de metingen
alweer een resultaat op van 3000 M.
Dit cijfer is intussen ook al weer van
de zeekaarten geschrapt, want nu
komt men nog slechts tot 150 m. Door
het grote tijdsverschil tussen de me
tingen kan men niet zeggen, op welke
tijdstippen en met welke snelheden de
zeebodem hier op en neer is gegaan.
De bodem van de Oceaan is niet
alleen een wild landschap, wilder en
ontoegankelijker dan dat van de maan
hij is ook een groot kerkhof. Alle
zeedieren, die in de loop van duizen
den jaren gestorven zijn, alle resten van
planten en ander vuil, door de 'rivie
ren de zee ingespoeld, vormen in de
diepte een modderlaag, waarop een
laag water van vaak vele duizenden
meters hoogte een zware druk uit
oefent. Ontelbare zeedieren, van de
kleinste organismen tot de grootste
monsters, hebben hier hun laatste
rustplaats gevonden. Wat er intussen
aan mensenwerk naar de zeebodem is
gezonken, vormt in dit reuzenkerk-
hof slechts een kleinigheid.
Deze kerkhoven zijn overigens aller
minst onbekend. De geweldige kalk-
gebergten, die wij thans kennen, zijn
vaak op dezelfde wijze ontstaan, toen
de zee nog het grootste deel van de
thans bekende wereld overdekte.
Steeds is er wisseling geweest: de
zee week voor het land, het land voor
de zee. Er is nauwelijks een stukje
grond te vinden, dat niet eens door
de zee overspoeld is geweest.
Minerale olie
Hoe warmer de zee is, hoe groter
de kalkafscheiding wordt. Bijna een
lerde gedeelte van de gehele zee
bodem, een oppervlakte van bijna hon
derd millioen vierkante kilometer, ia
met een kalklaag bedekt. De kalk-
houdende modder verbindt zich in de
loop der eeuwen met de groeiende
koraalriffen en schelpenbanken tot
machtige rotsblokken. Daarbij gaat 't
inderdaad om enorme hoeveelheden.
Dat bewijst de berekening van een
Amerikaanse onderzoeker: een opper
vlakte van tienduizend vierkante ki
lometer was, zo ontdekte hij, bedekt
met een laag dode zeedieren van twee
meter dikte.
Warm water is arm aan zuurstof.
De meeste vissen kunnen er niet in
leven. Daardoor sterven op iedere
plaats, waar de warme golfstroom de
koude zeeën kruist, duizenden water
bewoners. Zonder ophouden zinken
daar cadavers naar de bodem der
zee. Op deze plaatsen hopen zij zich
op. Op deze diepte vindt geen rottings
proces plaats. De cadavers vallen uit
een. Door de grote druk van de
watermassa er boven ontstaan nieuwe
minerale producten, zoals aardolie.
Men mag dus aannemen, dat er ver
onder de zeebodem nog grote hoeveel
heden van deze zozeer begeerde stof
aanwezig zijn. Of de exploitatie hier
van nog mogelijk is, is een kwestie
van teóhnische ontwikkeling.
Wij willen hier niet spreken over de
talloze monsters, die aan de grote
druk van het water zijn aangepast en
die blijkbaar tot in de diepste diepten
leven. Deze wezens, die over de groot
ste kerkhoven ter wereld glyden, tot
dat hun cadavers zelf een kleinig
heid tot de uitbreiding ervan zullen
bijdragen, zijn de spoken van de oce
aanbodem. De ontdekkers, die dit le
ven misschien eens te zien zullen kry-
gen, zullen de mensheid nog vele ver
rassingen kunnen bereiden.
De bewering, dat er op de aardbol
geen witte plekken meer bestaan, gaat
alleen op voor de werelddelen. De bo
dem van de Oceanen is nog steeds on
bekend gebied.