f HET DAK DÉR WERELD In RODE GLOED TIBET: CORRUPT, BAR EN ONTOEGANKELIJK De zonen van hei Hemelse Rijk in hei land van de Levende Boeddha 's CULTUREEL NIEUWS Geklemd tussen India en China r y De Dalai Lama op achttienjarige leeftijd gedoemd te sterven? N MIDDEN AZIE, jj historische rechten worden naar voren gebracht en 1 jj leven, zeden en gewoonten in dit wonderlijke land 1 J P»et Bakker slaaf de plank mis Tolsioy V ZATERDAG 18 NOVEMBER 1950 „OM MA-NI PAD-ME HOEM", „heil het Juweel in de lotusbloem!" Honderdduizenden Boeddhistische monniken, ontelbare door wind, water of met de hand bewogen ge bedsmolens brengen millioenen malen daags deze groet, die tevens een magische for mule is. Hij is bestemd voor de Dalai Lama of Oceaan-Lama, die zetelt in het Potala Paleis, het Vaticaan van de Tibetaanse hoofdstad L'hasa en daar de scepter zwaait over drie millioen Tibetanen, over een land, dat in barheid en ontoegankelijkheid zijn weerga nauwelijks vindt op aarde. Hij, de „Oceaan-Lama", is de vleesgeworden Boeddha. Met hem zijn er in zijn land tal van vleesgeworden Boeddhistische heiligen, die in kloosters wonen en als hoge priesters en staatsfunctionnarissen een rol van betekenis spelen op het „Dak der Wereld", zoals Tibet soms wordt genoemd. JHANS Is het zover gekomen, dat de Zonen van het Hemelse Rijk als soldaten van het Chinese Rode Leger naar L'hasa zijn getogen om het Tibetaanse volk te herinneren aan de oude banden met China en om het gezag van het Hemelse Rijk over het Land der Levende Boeddha's opnieuw te bevestigen. Van tegen stand kon geen sprake zijn, want Tibet heeft nauwelijks een leger en de ver deeldheid des volks zou een verzetsbeweging, althans voorlopig, tot falen doemen. zerrijk tot Republiek maakte) waren er in L'hasa (dat „Verblijf der Goden'' betekent) Chinese ambtenaren en gold Tibet, althans op papier, als een Chi nese provincie. In 1912 echter wezen de Tibetanen alle Chinese ambtenaren en soldaten uit. In 1918 deed China een gewapende poging om in Tibet Chinese orde op za ken te stellen, maar zonder resultaat. Engeland poogde te bemiddelen, doch kon geen overeenstemming tussen Pe king en L'hasa bewerkstelligen. Pas in 1939 kwam er weer een permanente Chinese vertegenwoordiger in de Tibe taanse hoofdstad. En nu, in 1950, zijn de Rode Troepen der Chinese Volks republiek gekomen om het is wel een ironie der geschiedenis het vroegere gezag der Chinese keizers in volle omvang te herstellen. Gevaarlijk beroep JJE EERSTE Dalai Lama, dat „Groot Juweel van Majesteit" betekent, was een energiek heer, die met ge weld zijn gezag vestigde en steden en kloosters aan zich onderwierp. Hij liet den volke kond doen, dat hij een aard se afstraling, een incarnatie was van Boeddha. Zijn taak was niet slechts, Tibet te regeren, maar ook die van toezichthouder op de zielsverhuizing en van rechter over de doden, heette het. Deze als geïncarneerde godheid optredende priestervorst bouwde voor zich het prachtige tempel-paleis Potala. Toen hij stierf, was zijn gezag over Ti bet gevestigd. En hoe werden zijn opvolgers, de la tere Dalai Lama's, benoemd? Om dit te begrijpen, is het nodig, te weten, dat naar Tibetaanse opvatting alle la ma's (priesters, monniken) van hoge rang geïncarneerde goddelijke of hei lige wezens zijn, die kort na hun aard se dood herboren worden. De nieuwe incarnatie moet de overledene in zijn rang en waardigheden opvolgen. Het komt er dus op aan, uit te vinden, in welk kind de overleden „Boeddha" opnieuw gestalte heeft genomen. Daartoe maken de Tibetaanse pries ters gebruik van staatsorakels en ver volgens van een geheime loterij. Uit de aldus verkregen candidaten wordt een definitieve keuze gedaan door hen te laten kiezen uit gebedsmolentjes, WAAROM strekte China zijn handen uit naar Tibet? Niet, omdat het een vruchtbaar gebied is; niet, omdat het ais vestigingsgebied voor het overbe volkte Hemelse Rijk een bevolkings- débouché zou kunnen vormen; niet, omdat er bekende rijke ertslagen zijn (al rekent men m e t de aanwezig heid van uraniumertsen); maar wèl, omdat Tibet als strategisch gebied in een nieuwe oorlog van grote betekenis kan worden. Immers, het ligt tussen India en China; het kan als vliegtuig basis worden gebruikt tegen geheel Zuid- en Zuid-Oost-Azie, zoals het ook in handen van China's tegenstanders, zou kunnen worden gebruikt als vlieg tuig- en opmarsbasis tegen Westelijk China en een deel van Aziatisch Rus land. Hierin schuilt de ware grond voor China's huidige belangstelling voor het Land der Levende Boeddha's en tevens de oorzaak van de wrevel der Wester se mogendheden over die belangstel ling. India ziet evenmin gaarne, dat China's Rode Legers tot aan zijn Noord grens oprukken en heeft er in zijn nota's aan Peking geen twijfel over ge laten, dat het de Chinese opmars als een onvriendelijke daad beschouwt. Oude relaties £HINA motiveert zijn optreden met te wijzen op oude historische ban den met Tibet. Die banden hebben ook werkelijk bestaan. In de 7e eeuw was Tibet een machtige staat. Zijn koning, S'rong T'san Kampo, veroverde toen een deel van China en dwong dit land tot betaling van schattingen. Voorts ge bood hij hem een Chinese prinses als tweede gemalin hij was reeds ge huwd met een Nepalese prinses te geven. Beide vrouwen waren vurig Boeddhistisch en overreedden haar ge maal in Tibet het Boeddhisme in te voeren. De koning deed zulks en werd' in de 17e eeuw tot een vroegere incar natie van een der verschijningen van Boeddha verklaard. K'hoeblai K'han, de grote Mongolen- heerser en tevens keizer van China in ie 2e helft der 13e eeuw, erkende een der machtigste Tibetaanse geestelij- ■■en, de Opper-Lama van Sakya, tot (geestelijk heer over Tibet met tame lijk veel wereldlijk gezag, maar de nieuwe vorst moest zich verplich ten. China's sou- IWtereiniteit te er- Ikennen en dit land ■schattingen te be- talen. Twisten ble ven in Tibet niet litt. Omstreeks 1650 intervenieerde China opnieuw en erkende de eerste keizer der Mands- joe-dynastie het hoofd van de Oneloek-pa of Orde der Deugdzamen, ieneens 'n mach tig geestelijk heer geestelijk en ereldlijk heerser er Tibet onder Opperheerschappij an China. De kloosterpotentaat reeg van de Chi- se keizer de itel uan Dalai- of jpceaan-Lama en de Tibetanen noem den hem Gi-alwa Rinpo-tsje oftewel IjGroot Juweel van Majesteit". China's tBezag was opnieuw bewesfigd en er kend. Van die tijd at tot aan de Chinese revolutie van 1912 (die China van Kei- 1 rozenkransen en andere gewijde voor werpen, die de overledene toebehoor den. Is de gereïncarneerde Boeddha eindelijk gevonden, dan trekt men hem de monnikspij aan, voedt hem streng op, houdt hem voortdurend .ijn goddelijkheid voor ogenmet als resultaat, dat de Dalai Lama een stro man wordt en dat de feitelijke macht berust bij hen, die hem „kozen", te weten bij de monniken der drie mach tige bij L'hasa gelegen kloosters Sera. Dh'e-poeng en G'ahl-dan. Om de zaak eenvoudiger te maken, verklaarde men de Dalai Lama tot zijn 18e jaar in we reldlijk opzicht onmondig. Merkwaardig was het, dat in de 19e eeuw (en ook nog wel later) vrijwel alle Dalai-Lama's kort vóór of kort na hun 18e verjaardag stierven, en wel in de jaren 1816, 1837, 1855 en 1874. Aldus konden de Chinese autoriteiten en de kloosterheren via een vrijwel perma nent regentschap grote invloed op de gang van zaken in Tibet uitoefenen. Het laat zich denken, dat de geschet ste methode om de Dalai-Lama te „zoeken", zich prachtig zou lenen voor minder oirbare practijken. Aardig is het oordeel van Ekai Kawaguchi, een Ja- loofs". Zij Zijn menen de Tibetanen incarnaties van machtige demonen. Levende Boeddha's en Levende Demo nen heersen over Tibet, dat wel eens het Paradijs der Lama's is genoemd. Magie is ook het werken met de for mule „om ma-ni pad-me hoem". Dit is geen gebed, doch een echte tover spreuk, want met deze woorden wor den de Boeddha en zijn aardse afstra ling de Dalai-Lama er automatisch (beter: technisch) aan herinnerd, dat het hun taak is, de wereld te verlos- lllllllllllllllllllllllllllll!llllllllll!llllllllllll!l!llllllll!lllllllllillllllllllllllll>llllll!lllllll!lllllll>llllllllinilllillllll duizenden meters boven de zeespiegel, ligt op een 1 barre hoogvlakte bet dunbevolkte, circa 1.250.000 1 1 km2 grote land Tibet, dat na een eeuwenlang jj isolement plotseling voor het forum der wereld- 1 1 belangstelling is verschenen. De Zonen van het 1 Hemelse Rijk bezetten het land van de Levende 1 Boeddha's. Rode troepen betraden het Rijk der 1 Vleesgeworden Goden, Heiligen en Demonen. Oude 1 H ontkend. Nieuwe belangen geven evenwel de doorslag. 1 H Ook Tibet is als Korea en Formosa, als Oost- 1 en West-Duitsland geworden tot een wrijfpaal 1 1 en gevaarlijke plek in de koude oorlog tussen Oost 1 H en West, die in Azië de laatste tijd in temperatuur S is gestegen. Nevenstaand artikel geeft een beeld van 1 van de Dalai Lama. Een Lama met gebedsmolen en rozenkrans panse Boeddhistische monnik, die L'hasa bezocht en in het begin dezer eeuw schreef: Hoe het vroeger ook ge weest moge zijn, thans is de practijk der reïncarnatie een incarnatie niet van de zielen van overleden Lama's, maar van corruptie en slechtheidZij is de belichaming van omkoperij; een godsdienstige klucht, opgevoerd door orakelpriesters op instigatie van mach tige heren, die vaak hun broodheren en beschermers zijn. Wat koopt de Dalai Lama, dat „Groot Juweel van Majesteit" er voor, dat hij aangesproken behoort te worden met de woorden: „Aan de Zuivere, Reine Teennagels van Zijne Heiligheid, de Overwinnaar van de Dood, de Vervui ler van Iedere Wens, de Alwetende, de Onvergelijkbare, Weergaloze, Alziende, de Beschermer, Vriend en Schutspa troon van de Engelen en Levende We zens", als hij weet, dat de tragische leeftijd van 18 jaar voor hem hoogst waarschijnlijk het naderend einde be tekent? Neen, een prettige en aantrek kelijke functie heeft (Se figuur op de troon van Potala niet Tovenaars "piBET is, naar Europese opvatting, een echt middeleeuws land. Tovenarij en hekserij beheersen het leven der mensen. En de vele kloosters daar te lande zijn ware toverbroeinesten. De lama (d.i. de Hogere, de Waardige) is voor de Tibetaan eer magiër dan priester. Boeddha predikte weliswaar dat slechts hij juist handelt, die geen waarde hecht aan voortekenen, plane taire invloeden en dromen (want pas dan is men vrij van boze invloeden), maar aan de Tibetaanse Boeddhist! sche klooster-universiteiten kan men de doctorsgraad in de occulte weten schappen behalen. „Doctor in de Witte en Zwarte Magie" luidt die tovenaars- titel. D« grootste tovenaars dragen in Tibet de eretitel „Beschermer des Ge - sen. Iedere lettergreep van die formu le heeft betrekking op een bepaalde groep levende wezens. Het spreken of afbeelden (ook Boeddha kan zich niet onttrekken aan magische krachten!) heeft tot gevolg, dat zij verlost war den. Wie „om ma-ni pad-me hoem" zegt, schrijft, doet zeggen, doet schrij ven, laat draaien of wapperen, ver richt een daad van liefde jegens zijn medeschepselen. Iedere lettergreep kan ook met een kleur worden aangeduid en zo zien we rotsen, muren, poorten vol met witte, gele, groene, blauwe, rode en zwarte banden. Water, wind of rook houden ,.gebeds"-molentjes draai ende. Vaantjes met „om ma-ni pad- me hoem" wapperen in de wind. Staatsbedrijf 0°K waarzeggers en astrologen zijn machtige figuren in Tibet. De eer ste Dalai-Lama maakte de waarzegge rij tot een soort staatsbedrijf door de opperwaarzegger in zijn dienst te ne men. Op de Staatsorakels volgen in rang de „Goddelijke Mondstukken", die men vooral in West-Tibet aantreft. De gewone man moet zich tevreden stellen met „Bekwame Toversprekers". die werken met dobbelstenen, kaarten, gekraste beenderen en wat dies meer zij. Niet. met koffiedik, want de Tibe taan drinkt theemet yak-boter. Verzot zijn de Tibetanen ook op de sterrenwichelarij. Bij alle mogelijke gelegenheden laat de Tibetaan een horoscoop trekken. Natuurlijk doet dit een lama voor hem. De tsi-pa zo heet zo'n lama-astroloog is tot in de kleinste kloosters te vinden. Hij wordt door zijn mede-monniken in ere gehouden, ook al, omdat hij met de tovenaars behoort tot hen, die voor de inkomsten der kloosters zorgen. Want in Tibet is de Lama allesen neemt hij veel. Feest der Lichten WELDRA, in Januari 1951, viert men in L'hasa weer het Feest der Lich ten ter herdenking van T'song k'ha-pa, een groot godsdienstleraar. Dan is 'V't weer een hoogtijdag voor de „Vecht- monniken", dat zijn lama's, die geen Priesters hebben onder de kin deren van Tibet de nieuwe beli chaming van de Bodhisattwa gevonden. Gezeten in een draag stoel wordt de jonge Dalai Lama, omgeven door de hoge geeste lijkheid, naar zijn residentie, L'hasa gebracht, waar hem een vorstelijke ontvangst wacht. universitaire opleiding konden bekos tigen en geld verdienen met het ver zamelen van yak-mest (brandstof) en als oppasser van rijke lama's. Het Feest der Lichten duurt een week of twee en zowel geestelijken als leken zetten dan de bloemetjes buiten. De kloosters ontvangen ruime giften en de „Vechters" plachten zo nu gn dan iets te nemen. Kawaguchi kenschetste de tvechtlama's als afstammelingen van de bevolking van Sodom en Gomorrha, die de nachten van de heilige dienst ontheiligden door ontzettende vergrij pen. Zullen zij in 1951 nog gelegenheid krijgen daartoe? Of zouden de Chine se troepen het Feest der Lichten in L'hasa niet meer toestaan naar oude trant en het voortaan noemen „Feest der Rode Lantarentjes?" piET BAKKER beschikt over een vlotte en ook vruchtbare pen. Dat is prettig en goed, maar soms ook ge vaarlijk. Vooral als dat vlotte geschrijf leidt tot een generaliserende, afbre kende en neerdrukkende critiek, ge lijk die, welke hij in Elseviers Week blad kortgeleden meende te moeten lanceren over het Nederlandse toneel. Hij noemde dit Nederlandse toneel (in een beschouwing over dat in Parijs) verstikkend slecht, brutaal en onbe holpen, gespeend van elk vakman schap. Vrijwel alle toneelspelers en de jongere generatie zeker, zijn volgens hem, babbelaars, slissers, krom-praters en lettergreep-spugende kunstenaars, die van de planken gefloten moeter worden. Ik denk lezer, dat ge uw ogen wel even zult uitwrijven als ge dit leest. Wij deden het ook en hebben ons aan dit geklets (om in Piets stijl te blijven) uitermate geërgerd. Wij hebben ons echter getroost met de ge dachte, dat Charlotte Kohier. Albert van Dalsum, Louis Saalborn, Cor Ruys, Frits van Dijk en Jo Sternheim er heus geen minderwaardigheidscom plex van zullen krijgen. Terecht tekende Hans Tiemeyer, voorzitter van de N.V.T., in het or gaan van de Nederlandse Federatie van Beroepsverenigingen van Kunste naars tegen Piet Bakkers uitlatingen krachtig protest aan. „Denkt u werke lijk, zo vraagt hij aan Bakker, „dat het Nederlandse publiek en de kunst bijzonder gebaat zijn met dit geschrijf? Geen redelijk mens zal elke toneel voorstelling op onze planken een suc ces willen noemen> maar als ik zie hoe hier ondanks het dagelijkse reizen, te kort aan schouwburgruimte, nooit slui tende begrotingen en uitgebreid reper toire, gewerkt wordt, dan heb ik diep respect voor mijn collega's, als ik be denk hoe veel gunstiger de verhoudin gen in het buitenland liggen. Over kletskousen in een trein pleegt mes Tibetaanse pelgrims in de straten van L'haea niet veel woorden vuil te maken. Ik moest dit ook niet doen. Waarde heer Bakker, bezin u op de ernst van uw taak en schrijf voortaan als een man. „Neen, dan kunnen wij het meer eens zijn met iemand als Cor v. d. Lugt Melsert, die wèl recht van spreken heeft en dezer dagen in een recensie naar aanleiding van de opvoering van „Anna Lucasta" door Comedia over enkele medespelenden in dit stuk schreef, dat zij „opnieuw hun reputa tie van uitnemende toneel kunstenaars hadden geschraagd". 1"OEN hij 82 jaar oud was, keerde de beroemde gtaaf Tolstoi de maat schappij de rug toe. Hij de zoeker, de vechter, de man, die zich soms ver, heel ver door zijn hartstochten liet meeslepen, maar op andere ogenblik ken met niet nalatende nadruk wees op de hoogste waarden van het leven, sloeg voor de mensen op de vlucht. Hij kwam niet ver. Terwijl de sneeuw in een dichte vlindervlucht op de don kere wereld daalde, stierf hij op 20 November 1910, dezer dagen dus veer tig jaar geleden, in een afgelegen, ver laten spoorwegstationnetje. Twee maanden voor zijn dood schreef hij in een brief aan Mahatma Gandhi, toen «pis advocaat werkzaam in Zuid- Afrika: „Het vurige verlangen van de ziel naar gemeenschap met onze naaste is de hoogste levenswet. Zo is uw werk in Transvaal, dat voor ons als het ware aan het andere eind van de 'aarde ligt, toch een zaak, waarop onze gezamenlijke belangstelling is ge richt. Het is het belangrijkste werk. dat men in de wereld van vandaag kan doen".

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1950 | | pagina 7