Jan Musch, grijs maar nog vitaal „Farewell to Yesterday" AMSTERDAMS PODIUM Bij Rein Snapper in de Kerkstraat Een mensenleeftijd op de planken De zes-en-zeveniig-jarige rasacteur viert diamanten toneeljubileum De zielesmid Belangstelling voor talloze problemen OP HET MATJE DAT gesprek op zichzelf was overigens zeer merkwaardig. We hebben uren lang gesproken. Over toneel? Ja, ook nog, maar eerst over biljarten en over dromen, over het geheugen en het ont houden van gezichten, over telepathie en televisie en nog vele andere onder werpen. Het zou wellicht interessant zijn, flarden van deze gesprekken weer te geven, want het was zeer de moeite waard kennis te nemen van de gedach ten en opvattingen van de grijze acteur over al deze zaken en zeker om hem met veel verve en humor daarover te horen vertellen. Laat ik er slechts uit distilleren, dat Jan Musch voor vele zaken aandacht en belangstelling heeft en dat hij er interessant over weet te vertellen op een wijze, die getuigt van een brede opvatting en een mild oor deel. Men hoeft niet lang met hem te praten, om te weten, dat deze ras-acteur een goed mens is, met een warm klop pend hart en een edel karakter. H" zit daar in dat oude, knusse, van geheimzinnige stemmen vervulde huisje, en snijdt in hout de dingen die hij zelf mooi vindt. Bij voorkeur zijn eigen dromen, maar ook die van ande ren. Hij loopt tussen al die dingen heen en doet geforceerd onverschillig. Hij is weinig „artistiek", met dat lange schootsvel aan, maar men weet heel precies dat men thuis is bij een kunste naar. DE ZATERDAGAVOND r\E jongeren kennen hem alleen als declamator, want tijdens de oorlog is hij niet opgetreden en nadien stond hij alleen in „Vrij Volk" onmid dellijk na de bevrijding als Claudius Civilis, met een gezelschap op het to neel. De laatste jaren bepaalt hij zich tot declamatie, meestal in besloten kring. De ouderen onder ons denken echter met dankbaarheid terug aan de vele malen dat Jan Musch ons ontroer de door zijn levensecht en menselijk spel, door de perfectie waarmee hij TAN MUSCH was bijna zestien jaar toen hij voor het eerst van zijn leven op de planken stond, nu is hij bijna zes en zeventig en nog hebben Melpomene en Thalia, de toneelmuzen, hem niet in de steek gelaten, noch hij haar. In 1891 debuteerde Jan Musch als volontair aan de Salon des Variétés, dit jaar beleeft hij zijn zestig-jarig toneeljubileum, dat volgend jaar gevierd zal worden met een opvoering van Bredero's „Spaanse Brabander". Een mensenleven heeft Jan Musch op de planken gestaan. Ongelooflijk groot is het aantal rollen dat hij gespeeld heeft, onnoemelijk groot de verdienste die hij zich voor het Nederlandse toneel heeft verworven. Jan Musch is een zeer groot karakterspeler, even voor treffelijk in het komische als in het tragische. Het moge waar zijn, dat de roem van de toneelspeler spoedig verbleekt, omdat hjj geen werken nalaat, creaties van Jan Musch als Fuck in Midzomernachtsdroom, Adam in de Paradijsvloek, de Wijze Kater en Peer Gynt, zullen bü de ware toneelkenners nog zeer lang in de berinnering blijven voortleven. woord en gebaar beheerste, de gaafheid van zijn talent en zijn grote toewijding aan zijn kunst. In de rij der herschep pende kunstenaars is Jan Musch on getwijfeld een van de allergrootsten. In de meeste zijner rollen legde hij zo veel van zijn eigen persoonlijkheid, dat zijn herscheppingen creatief werden. Creatief kunstenaar TN andere kunsten is hij trouwens met terdaad creatief. Wie hem bezoekt in zijn bescheiden maar heerlijk gelegen woning aan de Koning Willem III laan in Blaricum (het „Musschennest" heeft hij verhuurd), kan het treffen, dat hij in zijn kleine atelier zit te schilderen of te boetseren, of dat hij op zijn vleu gel, welk instrument hij voortreffelijk bespeelt, een improvisatie ten beste geeft, die alleszins waard zou zijn op de notenbalk te worden vastgelegd. Toen ik hem opzocht, was hij niet thuis. Zijn charmante vrouw toonde cms huis en atelier en toen we de prachtige tuin bewonderden, met daar achter het uitgestrekte natuurreser vaat, kwam de bejaarde artist kwiek als een slagersjongen het tuinpad op gereden en sprong met zoveel jeugdige soepelheid van zijn fiets, dat het me ondanks zijn markante kop die ver gissen uitsluit moeite kostte me te realiseren, dat het een man van 75 was, die daar in een blauw sportpak voor me stond. .Toch voel ik dat ik oud begin te worden", zei hij latër tijdens ons ge sprek, „ik ben tegenwoordig wel eens moe". Stel u voor! Drie kwart eeuw beeft deze man, deze bonk vitaliteit, geleefd en gewerkt, gesjouwd en ge ploeterd en nu is hij „wel eens moe!" Uw verslaggever, die pas geboren werd toen Jan Musch al twintig jaar op de planken stond, voelde zich plotseling heel erg oud! En versleten! Zijn vitaliteit is hem overigens aan te zien. Zij straalt uit zijn hele wezen. Uit zijn levendige ogen blikt U een scherpe en heldere geest tegen, zijn karakteristieke mond heeft nog niets van zijn ferme vastberadenheid verlo ren, zijn trekken zijn krachtig, zijn borstelige wenkbrauwen geven zijn ge- WJIJLEN mevrouw De Staël, die op haar tijd een pittig 'woordje kon loslaten, heeft het mensdom tot de huidige dag bezwaard met haar stel ling, dat alles begrijpen alles vergeven is. Daar zit wat in maar in uiterste consequentie voert al dat knikkebol lende vergeven-en-vergeten naar de duivel der maatschappelijke ontwrich ting. Tedere bloemen in de cel en hansopjes met geborduurde, zachte spreuken voor moordenaars en inbre kers is nog totdddrantoe, maar waar om moet iedere viespeuk, die zich aan andermans kinderen vergrijpt, iedere schobbejak, die rijp en groen bij elkaar gapt, strijk en zet door allerhand psy chiatrische hartenkenners voor half idioot of driekwart ontoerekenbaar verklaard toorden? Dat snap ik niet. Met uw permissie: op de keper be schouwd is er aan ieder van ons wel een steekje losmaar moeten we daar om lood stelen, kwitanties vervalsen of Weduwen mollenStel je voor. Neem me derhalve niet kwalijk, broe ders van het Betere heven en zusters van de Verheffende Lijn, maar ik ben zo vrij om vast te stellen, dat een kar wats soms beter werk kan doen dan 'n zielesmid en dat een onvergetelijk pak slaag op het blote hamspek van 'n boef vaak effectiever zou zijn dan dui zend behandelingen volgens het dier baar gezever der dieptepsychologie. Wat zegt u? Allee begrijpen, alles vergeven? May be maar wie alles wéét zou soms naar zwaard of hakbijl grijpen. Er stond een schlemiel terecht, die gestolen had en alvast zestien weken voorlopige tucht had ondergaan. Het geen nog steeds geen omelette confi ture mag heten. De man zag er beroerd uit en er woei dan ook 'n bijna zicht bare walm van meelij naar hem toe. De tribune die onberedeneerde ac cumulatie van leedvermaak en huma niteit mócht 'm wel, vanwege die zestien wekenTot de officier een beetje in de papieren ging bladeren. Toen werd die bleke bibberaar met zo'n paar rake citaatjes eerst een SS-helper van superboef Hitier, ver volgens een zuiper, een speler en een moreel ploertje, daarna een schoft voor zijn vrouw en een pest voor zijn gezinnetje, een dief in de zaak van zijn vader en de verleider van meer dan tien vrouwen. Aldus de nuchtere, stinkende feiten. En naast die feiten lag het dure rap port van de psychiater, vervuld van allerhand geleerd gegons en eindigend met de conclusie, dat deze SS-plurk half ontoerekenbaar was op grond van ik weet niet wat voor knappe woorden en volzinnen. De rechten (teed er vier maanden voorwaardelijk bij, in de ongewisse hoop. dat het vuns sujet nu ein delijk eene behoorlijk voor vrouw en kinderen zal gaan werken. Ik help het hopen, allicht, maar 'k .vrees met grote vreze. Schoften van <fit kaliber verschuilen zich achter hun psychiater als roofdieren achter het riet. Zij zijn nochtans te verbeteren, veilig, vlug en voordelig; men geve hun een maand lang driemaal daags 'n ordentelijk pak rammel op d'r naakte ribbenkast. En laat de psychiaters dan maar wenend op hun vingers kluiven. Als het mis loopt kunnen ze altijd nog elkaar be- dokteren. KAREL zicht een expressie van ernst en wils kracht en zijn haren al zijn ze wit en dun geworden dwarrelen nog steeds artistiek rond zijn hoofd. Hij is maar klein van stuk, maar zijn geba ren zijn zo beslist en hij beweegt zich met zoveel zelfverzekerde vanzelfspre kendheid, dat hij toch iedereen impo neert. Zo hij dat niet zou doen door zijn uiterlijke verschijning, dan zou hij het met zijn stem bereiken, want nog steeds heeft deze stem getraind en gevormd door een lange carrière als woordkunstenaar een mooie volle klank en nog steeds weet Jan Musch ook in het gewone gesprek dat sonore geluid meesterlijk aan te wenden om in velerlei modulaties allerlei gevoelens weer te geven. Veelzijdige belangstelling Toen we over toneel spraken en wij hem vroegen zijn oordeel te geven over het tegenwoordige toneel, viel dat zeer mild uit. Eigenlijk gaf hij geen uitgesproken oordeel, „omdat hij er te weinig van wist" De man die onbe twist zestig jaar lang een onzer beste acteurs was, die met groot succes eigen gezelschappen leidde, die leraar was aan de toneelschool en het conserva torium, die mannen als Cor Ruys en Albert van Dalsum als jonge broekjes aan het toneel heeft zien komen, wist er te weinig van, zei hij, om een oor deel uit te spreken. „Ik heb veel ge zien, wat ik waarderen kan", zei hij, „alleen heb ik wel eens het gevoel dat het toneelspelen veel meer een vak is geworden, terwijl het vroeger een roe ping was. Het beroep is makkelijker dan vroeger, maar ik betwijfel wel eens of het even mooi is gebleven". En dan vertelde hij van de moeilijkheden die hij zelf gehad heeft, vanaf de strijd met zijn vader (die een café had aan de Westermarkt in Amsterdam) om aan het toneel te komen en de jaren van ploeteren en armoe lijden voor hij „er was". Toen was er inderdaad roeping en moed en opoffering voor nodig om er te komen. JAN MUSCH nog geen rust JAN MUSCH had die roeping en die moed. Hij is in het vak groot ge worden en het is hem goed gegaan. Ware het niet dat de naoorlogse duur te een streep gehaald had door zijn vóór-oorlogse berekeningen, hij zou thans op zijn lauweren kunnen rusten. We hadden hem die (welverdiende) rust graag gegund en ik bedoel er dus niets onvriendelijks mee, als ik zeg, dat kunstlievend Nederland in zekere zin dankbaar kan zijn voor deze om standigheid, omdat zij er de oorzaak van is, dat een groot talent nog niet de kans heeft gekregen in te sluimeren en Jan Musch noodzaakt nu en dan nog op te treden zo lang geest en lichaam hem dat toestaan. Zeker voor ons, maar misschien ook wel voor hem zelf, is dat onmiskenbaar een gelukki ge omstandigheid. rjIT, mijne vrienden, zijn de jaren der nivellering cn collectivering. Nietwaar, wij luisterden samen met z'n duizenden naar de radio, zoals we straks samen met z'n duizenden naar de televisie zullen kijken. We gaan samen naar voetbal wedstrijden en samen naar slagvelden. Samen dragen we dezelfde soort hoeden, Egyptisch linnen regenjassen, nylons en overhemden. Hele continenten drinken uit dezelfde soort kopjes en eten van dezelfde soort borden. Werelddelen dansen op hetzelfde rhythme van dezelfde soort muziek (of wat men muziek pleegt te noemen). Overal dezelfde vloerkleden, overal hetzelfde soort behangsel aan de wanden, overal dezelfde soort lampen, naambordjes, brievenbussen, schoenen, kousen, fietsen, auto's, vulpennen, sigarenaanstekers en asbakken. Dit is de tijd van de eenheidssmaak, het uniform en de lopende band. En van nog veel méér soortgelijke vervelende, karakterloze en onpersoonlijke dingen. Eén van de oor zaken zal wel zijn dat het ambacht teloor ging, de werkwijze, waarbij een mens nog de kans kreeg iets van zichzelf in zijn werk neer te leggen. En een andere oorzaak moeten we zoeken in de bloei van warenhuizen, eenheidswinkels en Franse bazars. CR is één straat in Amsterdam, waar de sfeer van het ambacht bewaard bleef tot vandaag: de Kerkstraat. Daar kan men boekbinders vinden, van wie elk boek dat uit hun handen komt een klein kunststuk is. Daar woont een vioolbouwer, die half-verloren zit te soezen over zijn hout en instrumenten. Daar woont nog een etui-maker. En een pottebakker. Men kan géén voorwerp noemen, of het is te krijgen in de Kerk straat. Er is géén ding denkbaar, of het is te maken in de Kerkstraat. Het is de straat der ambachtslieden, waar' van er velen kunstenaar zijn. Over één ervan, die zich nog niet zo lang ge leden vestigde, gaat dit Podium. Over Rein Snapper, Kerkstraat 100. De overgrootvader, de grootvader en de vader van Rein Snapper hadden al iets met hout te maken en deze nazaat heeft er alles mee te maken. Hij ging hier wonen, in 't roerig hart van stok oud Amsterdam, waar het hem beter lijkt dan op de Churchill-laan of Sta dionkade. Hij nam het antieke zaakje over, dat al zo'n kleine eeuw daar staat, midden tussen al die andere zeventien de eeuwse woninkjes en woningen. En hij ging aan he* werk: wat schilderen, DE FILM KAN EEN MACHTIG schiedenis en ons bewust maakt van nis van Hitiers expansiedrift: het Rijn- HULPMIDDEL ZIJN ten dienste van de onze verantwoordelijkheid voor de land, Oostenrijk, Polen en het bescha- voorlichting en de meningsvorming van toekomst. mende accoord der struisvogelpolitieK een groot publiek. De eer van de ont- „Farewell to yesterday" toont in een van Miinchen worden ons weer voor dekking dezer wetenschap komt toe aan aaneenschakeling van fragmenten uit de geest gevoerd en het falen van de de Nazileiders, die zich overigens om honderden nieuws-journaals de inter- krampachtige pogingen tot neutrali- voorlichting en meningsvorming min- nationale historie van onze tijd, te be- teit. der bekommerden dan om beïnvloeding van de massa, Daartoe hebben zij ook de film gebruikt als werktuig voor een sluipmoord op het vrije denken. Eerst Iaat heeft de vrije wereld dit gevaar onderkend en begrepen dat de film te gebruiken is ten goede zowel als ten kwade. En pas toen de oorlog tegen het aazisme eenmaal begonnen was, is men •>r in de democratische landen (en voor al Amerika) toe overgegaan, de bevol king van de betekenis der democratie 'e doordringen door middel van de film. Een film die politieke voorlichting biedt is natuurlijk nooit objectief, ze kan ech ter de objectiviteit dienen en een bij drage zijn tot het vormen van een vrij en onafhankelijk oordeel, zeker wan neer ze werkt met louter nuchtere, ob jectief vastgestelde feiten. En dit was in tegenstelling tot de nazi-propagan- da sterk het geval met de politieke voorlichtingsfilms van democratische zijde. Aangrijpende film die een beroep doet op ons verantwoordelijkheidsbesef HAT BLEEK uit de aangrijpende film serie, die Frank Capra tijdens de oorlog maakte „Where we fight for" („Waarom we vechten"); een reeks DE AMERIKAANSE BEVRIJDERS MARCHEREN DOOR PARIJS films, samengesteld uit journaals, wei- gjnnen bij het besluit van de eerste ke bijzonder veel ertoe heeft bijgedra gen de geestkracht en het doorzettings vermogen van het Amerikaanse volk te prikkelen en het geloof in de noodzakelijkheid van de strijd tegen het fascisme te versterken. Eenzelfde geest als ook uit wereldoorlog. En we zien vóór ons weer het beeld van een wereld, die met Versailles zichzelf in slaap gesust had. Een wereld waarin revoluties dreigden, depressies zich aankondigden en dictaturen konden ontstaan, zonder Capra's films spreekt dat het gevaar herkend werd. De grote „Farewell to yesterday" crisis, de opmars in Abessinie, de („Afscheid van het verleden") een machteloosheid van een Volkenbond rolprent, die ons de chaos voor die de Negus slechts een beleefd ap- ogen houdt van dertig jaar wereldge- plausje wist te schenken, de geschiede- Dan het nieuwe oorlogsdrama, waar in vrijwel heel de wereld ten slotte betrokken raakte. De film toont hoe de gezamenlijke oorlogsinspanning der geallieerden dé ondergang van Hitiers Derde Rijk kon bewerken en zelfs kon leiden naar een poging tot een geza menlijke vredesinspanning in de UNO Maar de film toont ook, hoe deze orga nisatie in twee schijnbaar onverzoen lijke kampen uiteenviel en hoe deze kloof tussen de democratische staten en het communistische blok ons ook gescheiden houdt van een duurzame vrede. Beelden van de Koreaanse tra gedie besluiten deze film, die en dat verraadt een kenmerk van de de mocratische geest! de fouten, welke de democratische wereld maakte, aller minst verdoezelt of vergoelijkt. Inte gendeel: de beelden uit deze documen taire tonen overduidelijk hoezeer de democratieën in het verleden te kort geschoten zijn en lijdelijk hebben toe gezien, dat dictaturen de vrede kort wiekten. En juist deze oprechtheid is vertrouwenwekkend, wanneer het er bij deze film om gaat, een les uit dit verleden te trekken. „Farewell to yesterday" is afge zien van het vaak slechte Nederlandse commentaar een bijzonder knap sa mengestelde, intens aangrijpende film. Ze dwingt ons tot bezinning op de fouten, die door de vrije wereld ge maakt werden en die tot een betreurde onvrijheid en een nieuwe wereldramp zouden kunnen leiden. „Farewell to yesterday" toont ons niet alleen de po litieke geschiedenis, maar vooral ook de mens. En een enkel beeld van een slagschip dat lek-geschoten in de gol ven verzinkt, terwijl duizenden men sen in doodsnood over de dekken en de flanken van dit slagzij makende schip krioelen, is niet alleen gruwe lijk ontstellend, maar ook leerzaam En dat geldt evenzeer voor de beel den van de slachtoffers der concen tratiekampen, van de soldaten in de strijd, in aanval of verdediging, of dat beeld van d!e éne man, die kronke lend sterft in het vuur dat een vlam menwerper op hem afzond. Want deze beelden, die ons ten volle de afgrijse lijkheid tonen der menselijke verdwa zing die oorlog heet, maken ons een algemeen-menselijke verantwoordelijk- beid bewust, waaraan we ons ook al schijnen we als individu machteloos niet kunnen of mogen onttrekken. LONG-SHOT wat edelsmeedwerk, wat werk van de antiquair, lijstenmaken. beeldhouwen en vooral: het vervaardigen van hout gravures. De man die daar vóór hem werkte had óók iets met hout te maken: hij maakte lijsten voor musea. Ook de mooiste en de grootste, zoals die voor De Nachtwacht. Hij moet een belang rijk man geweest zijn, zegt men. Een maal bestelde een beroemde radjah uit het allerverste Oosten een spiegellijst van ze? meter hoog. Hij moet minstens „twee étage's" halen, was de opdracht. Snapper doet het voorlopig bescheide ner, hoewel hij wacht op radjah's. Er staat een miniatuur-piano en er zijn wat stoeltjes, die men, eenmaal ge kocht, nooit meer zal willen missen. Een klein houten naakt, zo kuis, zo lief, dat men het graag ongezien zou mee nemen. Prachtige borden, tekeningen, staande klokken, Florentijnse spiegels, versierde meubelen, bronzen meubel- beslag. Langs een uitgesleten trap bereik je de zolder, de eigenlijke werkplaats. Door de ruiten valt het laatste herfst licht in balken en in draden naar bin nen. „Goed licht, best licht", mompelt Snapper en men beluistert er iets in van „ga je nóg niet weg, zonde van al dat licht, dat ik hier maar te verkletsen sta". Je kijkt uit het raam de Kerk straat in. Een hele hoogte is 't en over al zijn kinderen daar beneden. En ja ziet hoe menige gevel oud en moe ge worden is, en hard de steun van de an deren nodig heeft. „Je zit hier vlak bij de hemel, Snap per", zegt de bezoeker. En de ander antwoordt: „Ja, en weinig aanloop". pEIN SNAPPER, Kerkstraat 100, is een beetje een vreemde eend in de bijt van al die nationale en internationale vervlakking en nivellering. Omdat hij alles maar één keer maakt, en omdat ieder ding, dat vanonder zijn handen vandaan komt iets meekreeg van zijn hart, zijn ziel en zijn talent. En omdat hij plezier in dat werk heeft en omdat hij zich ganselijk wel voelt in die ouwe, nauwe, zondoorlichte en scheve Kerk straat. De straat, waar altijd gewone mensen leefden al in de lang-voorbije jaren, dat de Heren van de Herengracht daar hun stallen lieten bouwen. Onder die stallen de koetshuizen. Die koets huizen werden de werkplaatsen der ambachtslieden. Tegenwoordig noemt men zoiets: „studio". Nu ja, Rein Snapper: in een klein, nauw, huis. Maar barstensvol met mooie din gen. In staat van geboorte of gereed. Misschien komen die radjah's, mis schien niet. Maar Snapper zal wel niet verhongeren, omdat er op iedere dui zend mensen altijd nog wel één gevon den wordt, die een beetje geluk vindt aan mooie dingen. Hij is bij Snapper in de Kerkstraat goed thuis. A LS hij niet in de Kerkstraat zit, in die winkel of op die zolder, kunt ge hem vinden, vrienden, overal waar mooie dingen zijn. In Middelburg of in Veere. Bij 'n Saksische boerderij ergens in de buurt van Vriezenveen, of in een klein Fries dorp, waar de huizen zich als prenten uit een platenboek in het water staan te spiegelen. Of in Heer- hugowaard, in Noord-Holland, waar hij bezig is een café in oude boerenstijl in te richten. „De Heer van Jericho" zal het heten, naar het boek van Edmond Nicolaas. Half December gaat die her berg open en het zal niet het minst fraaie stuk handwerk zijn in Heerhugo- waar.d. Het liefst zal hij wel thuis zijn, lijkt me. Boven in dat huis, vlak bij de he mel en die zonnebalken. In de stilte van het oude, oude hart van 't goede Am sterdam. Temidden van al dat hout en al zijn eigen dromen. ANTHONY VAN KAMPEN

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1951 | | pagina 9