Georges Rouault: de schilder van de fel-bewogen expressie PINKSTER-TWEE PINKSTER-DRIE Diplomaat en ontdekkingsreiziger WIKOR begint zijn werk voor onze middelbare scholen pld mat Zeer persoonlijke vormgeving en kleur Versiaanbare kunsten subsidie Puzzle-rubriek Sowjet-Unie ontwikkelde zich meer dan het Westen denkt Culturelevorming voorde rijpere jeugd boek Belangwekkende expo sitie te Amsterdam Twee uitersten Geestelijke stromingen werken samen Twee centra Drie zuilen Het nieuwe ZATERDAG 10 MEI 1082 ALS IEDERE waarljjk grote onder de beeldende kunstenaars kan men de Franse schilder Georges Rouault eigenlijk met geen enkele richting vereen zelvigen. IIis zijn eigen kunststroming. Hij spreekt in zijn werk zijn eigen teal: ogenschijnlijk primitief in feite hartstochtelük-fel en tomeloos-heftig, maar ook innig-vroom en ten diepste bewogen door wat hij om zich heen en in zichzelf waarneemt. De thans een-en-tachtigjarige kunstenaar heeft zich in zijn schilderijen en etsen volkomen uitgeleefd. Hij heeft een waarlijk stormachtige productiviteit ontwikkeld. Steeds en steeds weer herhaalde hij bepaalde thema's, ze telkens opnieuw variërend en wijzigend en in die veranderingen telkens weer nieuwe aspecten van zijn zieleleven openbarend, keerde mens in eigen ziel ronddraagt en dat de beschouwer meer raadt dan kent uit de neergeslagen oogleden of de verzonken blik. Zo ergens dan leert men uit dit werk, dat er een zeer sterke gevoelsuiting kan liggen in het loslaten en misvormen van de uiterlijke realiteit. Rouault is in geen enkel opzicht naturalist. Het uiter lijk zichtbare is niet meer dan een aan leiding, waarvan hij zich zo gauw mo gelijk losmaakt. De felheid en geva- erdheid van zijn gevoelsuitingen ver draagt geen slaafse navolging van de natuur. Integendeel: in de bewuste ver vorming van het beeld en in het ge bruik van de kleur komt het best inner lijke gesteldheid tot uitdrukking. Die gesteldheid grenst bijwijlen aan de ra zernij maar zij overschrijdt deze grens nimmer, omdat alle spanningen in het werk kunnen worden uitgezegd en veredeld. In de loop van zijn leven is de kleur lichter en krachtiger geworden. Hij is zeer somber begonnen zijn latere werk is blonder en vriendelijker van tint. Aan de geestesgesteldheid ervan doet het gamma eigenlijk weinig toe of af. De getormenteerfdheid blijft even sterk het geloof even innig. Er treedt alleen een nieuwe plastiek in naar voren: naast die van lijn en kleur die van de verfmassa zelf, welke ijeT is geen „mooi" werk, dit werk H van Georges Rouault. Integendeel. Hij heeft het wel gemaakt in zijn eerste tijd, toen hij nog onder invloed stond van zijn geestelijke vader Gustave Moreau maar het zegt eigenlijk be trekkelijk weinig. De vormgeving is nogal traditioneel, de kleur is het zeer zterk. Niettemin is het niet aanvaard; tot twee maal toe kon het de Prix de Rome niet verwerven. Was het naar de imaak van die dagen toch nog te per soonlijk? Hij is nadien zijn eigen weg gegaan zchiep zich een steeds hardere en di rectere techniek, doorleefde bittere moeilijkheden, verbeeldde het innig- reiigieuze zo goed als het meest banale: lichtekooien, kermisreizigers, clowns. Hij ontwikkelde zich tot 'n schilder die men misschien nog wel het best „ex pressionist" zou kunnen noemen. Wat op 's herten grond leit, welt hem naar bet penseel en drijft hem tot schilderen. Zo rekent hij af met de maatschappij in werk, dat hier en daar aan Daumier doet denken in de waarlijk sarcastische wijze waarop hij rechters en advocaten uitbeeldt. Zijn diep mededogen met de verworpenen der aarde leest men af uit zijn schilderijen van allerlei achter buurtvolk. De zatte burgerlijkheid ge selt Hij in andere doeken. In zijn reek sen zelfportretten als leerling-werk man of als clown verbeeldt hij al zijn stemmingen: zijn geslagenheid, zijn trots, zijn zelfbewustzijn, zijn bitterheid. li/1 AAR nooit is hij meer bewogen dan wanneer zijn gemoed zich uitleeft in zijn Christuskoppen. In enkele penseel streken maakt hij de bovenmenselijke smart van de Man Gods voelbaar. Het is geen uitbundige klacht, zoals de Italiaanse Barokschilders die in hun kruisigingen hebben uitgeweend. Het is het stille leed, dat de naar binnen ge- WIJ ontvingen een bijzonder onduide- lijk ingezonden stuk van Arnold Reemer naar aanleiding van ons arti kel over de verstaanbaarheid van de kunst. „De discussie (Verstaanbaarheid der kunst)een taak (voor de kunste naar)?, die zoals uit een artikel van de hand van de heer Koemans in Uw krant van 12 April 1.1. blijkt in het kunstenaars Federatieblad haar podium heeft, is een gevolg van het protest, dat ondergetekende liet volgen op de uitspraak van de Burgemeester van Alkmaar: „De juiste weg voor de kun ftenaar is de kunst in de vrije tijd be oefenen naast een broodwinning uit andere arbeid, en niet: aanspraak ma ken op sociale onderstand van het Rijk". Van het verschijnen van mijn ar tikel af is de discussie geworden een debat over de eventuele noodzaak voor de kunstenaar om „verstaanbaar" te zijn in zijn werk, welk probleem direct zijn contrapunt vindt in de vraag: Wat is en volgens welke norm „verstaan baarheid in kunst". Er is dus zoals uit het bovenstaande en ook uit het artikel van de heer Koemans blijkt een verwarring ont staan. die aldus te preciseren is. het vraagstuk sociaal-economische waarde en de problematiek „verstaanbaarheid der kunst" worden als synoniem aan elkaar gesteld. Dit is in de huidige practijk echter niet het geval. Het sociale probleem: kunst en publiek is een economisch probleem, n.l. dat van het niet of wel verhandelbare. En de huidige situatie is zo, dat zelfs de meest gerenommeer de schilder, hier in Nederland, die „verstaanbaarheid" werkt voor een vrij groot publiek niet voldoende verkoopt om een redelijk bestaan te voeren (uitzonderingen daargelaten) De andere kwestie, die der verstaan baarheid, is een zuiver artistieke, die als zodanig ook dient te worden tege moet getreden. De problematiek van de kunst is, evenals die van de weten schap b.v. altijd problematisch geweest en zal dat zolang er echte kunstenaars zijn, altijd blijven." De schrijver gaat dan opnieuw op de economische kant van de kunst over en vergelijkt het bedrag op de begro ting, dat voor kunststeun wordt uitge trokken met het bedrag voor de defen sie en zegt tenslotte, dat wij dat kleine beetje nog van de hand willen wijzen. Naschrift van de redactie: De heer Reemer kan de indruk niet bij mij weg nemen, dat hij mijn artikel slecht heeft gelezen. Ik heb namelijk alleen daar om een verbinding gelegd tussen de verstaanbaarheid van de kunst en ge brek aan publieke belangstelling (dus minder verkoop, dus meer vraag om overheidssteun), omdat de kunstenaar niet alleen maar uit zijn ivoren, geslo ten toren zaken op het publiek moet loslaten, die hij als artistiek afficheert (gebrek aan begrip voor zijn sociale functie), maar omdat zijn verstaanbaar heid ten nauwste samenhangt met de vraag of het kunstgevoelige publiek zijn producten wenst af te nemen, ja dan nee. En ik stelde, dat de kunst, die zich niet uit weet-ik-welke-overwegin- gen. afwendt van het publiek, die dus verstaanbaar is, vanzelf een forum zal vinden, waarop zij ook financieel wordt gewaardeerd. Overheidssteun versterkt de kunstenaar in zijn mening, dat hij een soort „Uebermensch" is, een Niet- schiaanse Zarathustra, die deswege recht heeft op steun van overheids geld. Die tendens heb ik afgewezen. Waartoe dit alles leidt, wordt uit de situatie in de toneelwereld vandaag de dag wel zonneklaar. H. M. K. er in een zodanige hoeveelheid is opge bracht, dat het schilderij de werking van een relief begint .te vertonen. In het grafisch werk in zijn etsen en kleuretsen en steendrukken spreekt dit alles nauwelijks minder sterk. Alleen krijgt het hier bijtijden een andere toon: in de bundel „Mise rere", daterend uit de twintiger jaren, klinkt een mededogen door, dat de bij tende protesttoon van de voorgaande tijden overstemt. Er zijn platen bij van een aangrijpende schoonheid die met zeer simpele middelen is verwezen lijkt. LIET Stedelijk Museum te Amsterdam herbergt op het ogenblik een vrij grote collectie werken van Rouault, welke overigens slechts een zeer be scheiden deel is van de enorme hoeveel heid schilderijen en grafisch werk, welke deze meester heeft vervaardigd. Als overzicht is deze tentoonstelling stellig representatief, te meer, omdat zij is bijeengebracht in samenwerking met de schilder en met zijn dochter Isabelle. Zij maakt een tournée, waarvan Brus sel de primeur had en Parijs de afslui ting zal zijn. Ondanks de ruime medewerking, die de heer Sandberg en zijn Brusselse collega Giron hebben gehad, was het niet gemakkelijk, deze collectie bijeen te krijgen. Zulks te minder, omdat Rouault in 1948 een deel van zijn wer ken, dat hij na een proces tegen de erfgenamen van zijn kunstverkoper Vollard had teruggekregen, vrijwel ge heel heeft verbrand. De schilder staat bovendien zeer sceptisch tegenover zijn eigen scheppingen, zodat het moeite heeft gekost, hem tot afstand van ver schillende voor het overzicht belang rijke stukken te bewegen. Ten slotte is een collectie bij elkaar gekomen, die een waardige hulde vormt voor de grote een en tachtig jarige. Van W. PUZZLE 240. Optellen en aftrekken (Oplossting): In dg twee cijfersommen stelden de letters de volgende cijfers voor: B is 2, D is 0, H is 3, K is 6, M is 9, N is 7, P is 1, S is 4, W is 5. Z is 8. De sommen zagen er dus als volgt uit (eerst de opstelling, dan de aftrek king): 7578249306 1482614978 9060864284 Velen wisten ook 7578249306 1482614978 6095634328 thans de goede oplossing te vinden en zonden die dan ook correct ln. Na loting onder de in zenders van een juiste oplossing is de wekelijkse prijs van 5 ditmaal ten deel gevallen aan de heer H. J. A. Jolles, Bremstraat 77, Den Helder. En nu onze nieuwe opgave. PUZZLE 241. Kent gij deze plaatsen? Wij geven hieronder de namen van tien plaatsen, maar niet volledig. De letters op de oneven plaatsen van linksaf gerekend, zijn niet gegeven en moeten gezocht worden, zodat de juiste naam ontstaat. Voorbeeld: a n v 1 Negen letters. Bameveld. En nu de plaatsen, die gij zelf moet zoeken. Zij kunnen zowel in ons land als in het buitenland liggen. 1. i g p r (9 letters) 2. e s n i. (8 letters) 3. o s u n n. (10 letters) 4. a h n t n. (10 letters) 5. o e k r p 1. (12 letters) 6. a c e t r. (10 letters) 7. 1 e e d a (11 letters) 8. a c 1 n (9 letters) 9. 1 s i g n. (10 letters) 10. o e h g n. (10 letters) Welke plaatsen zijn bedoeld? Oplossingen (per briefkaart) tot en met Donderdag 15 Mei aan de redactie van dit blad. (Er wordt onder de in zenders van een goede oplossing weer een prijs van 5 verloot.) EN zijn de uitgaansdagen bij uitnemendheid. U kunt deze beide dagen mee met een prima verzorgde krantenreis onder ervaren leiding. NAAR ANTWERPEN, BRUSSEL EN LEUVEN tegen een tarief van slechts 35.kosten van hotel en maaltijden inbegrepen. Op Pinksterdrie gaan v;j voorts naar: AALSMEER, SCHIPHOL EN ALFEN a. d. RIJN. Met koffie, diner, rondleiding Schiphol en entree Avifauna.. Reissom, afhankelijk van de plaats van vertrek, variërend van 11.50 tot 13,—. Voor de Mei-maand, nu de natuur op haar mooist is en ge nog rustig reizen kunt, hebben wij voorts voor 24 Mei op het programma staan: DRIE DAGEN VALKENBURG EN ZUID-LIMBURG met verzorging 45.en op dezelfde datum deze reis doorgetrokken naar DUITSLAND. (met bezoek aan Ahr en Eifel), met verzorging 55, Tenslotte gaan wij ,op 27 Mei naar: AMSTERDAM, SCHIPHOL EN 'T GOOI met rondvaart, rondleiding Schiphol, koffie met gebak en eenvoudige lunch voor 9.50 a 11, Voor de inschrijving op deze tochten is spoed gewenst. Inlichtingen en opgave voor deelname aan het bureau van dit blad. Reisprogramma voor het a.s. Zomerseizoen gratis verkrijgbaar. EEN REISJE MET DE KRANT GEEFT EEN TEVREDEN KLANT. Dr P C. Visser zeventig jaar In zijn woning in Wassenaar hebben we ter gelegenheid van dit verjarings feest een gesprek gehad met deze zoe ker langs onbegaande wegen. En in dat gesprek hebben we de vraag opgewor pen, hoe twee uitersten de gebon denheid van de diplomatieke dienen en de vrijheid van het alpinisme hem zo sterk hadden aangetrokken. „Juist omdat het twee extremen zijn", antwoordde dr Visser. „Beide zijn interessant, wanneer men ze van de goede zijde benaderen". Zo goed in het alpinisme, als in de di plomatieke dienst heb ik hoogtepunten bereikt. Hoogtepunten. De wetenschappelijke expeditie naar de Karakorum was een hoogtepunt in- mijn leven als bergbeklimmer, mijn ge zantschap in Zuid-Afrika en daarna mijn werk als ambassadeur in Mos kou, waren voor mij hoogtepunten in mijn diplomatieke carrière. Wat dit laatste betreft, leg ik de nadruk op Moskou, omdat in het tegenwoordige Rusland wereldgeschiedenis gemaakt wordt. Van '48 tot '50 was ik in Mos kou. Na mijn vertrek uit de diploma- Onderwijs en kunst ontmoeten elkaar (Van één onzer redacteuren) UET begon op 5 Januari jongstleden met een voorstelling van Vondels Gijs- U brecht van Aemstel in de Amsterdamse Stadsschouwburg. Dat was een bijzondere gebeurtenis, aangezien deze speciaal was georganiseerd voor leer lingen van middelbare scholen en gymnasia in een groot deel van het land. Duizend jongens en meisjes uit Zeeland, Friesland en andere buitengewesten deden er de ervaring van hun leven op. Het was vaak hun eerste aanraking met de levende Vondel het eerste contact zelfs met groot toneel. Het was een openbaring voor hen, het hoogtepunt was het aan indrukken zo rijke bezoek aan de Hoofdstad. Voor het groepje leraren, dat deze voorstelling had georga niseerd, was het resultaat van hun arbeid van niet veel minder betekenis. Het stimuleerde hen tot een initiatief: de vorming van een stichting, welke zich speciaal bezig zou gaan houden met de culturele vorming der leeringen van de middelbare scholen in ons land. s- van het Onderwijs aan de Rijpere AAN de Gijsbrechtvoorstelling was reeds een diepgaand contact met allerlei organisaties voorafgegaan. In stellingen als Jeugd en Muziek, verte genwoordigers van het ministerie van O.. K. en W., en allerlei anderen, die belangstelling voor dit werk konden hebben, waren gepolst en hadden hun instemming betuigd. En zo groeide langzamerhand de definitieve vorm van de nieuwe organisatie. Er kwam een bestuur tot stand, omvattende do centen en deskundigen van protestants- christelijke, roomskatholieke en „open baren" huize. Er werd een adviesraad gevormd, die eveneens vertegenwoordi gers van de „drie zuilen" omvatte. Ten slotte kon, nadat de statuten waren opgesteld, op 13 Mei in een vergade ring te Amersfoort de nieuwe stichting worden opgericht. Ze kreeg de wat langademige naanj; Werk- en Informa tiecentrum voor Kunst, ten dienste van het Onderwijs aan jeugd, afgekort WIKOR. F\E NAAM geeft al enigermate aan, hoe deze stichting er uit zal zien. Zij omvat behalve de reeds genoemde organen welke de leiding van het ge heel hebben, een werkcentrum en een informatiecentrum. Dit is in zekere zin het belangrijkste. Het geeft aan docen ten van scholen van voortgezet onder wijs, alsmede aan verenigingen die zich met de kunstzinnige vorming van de jeugd bezig houden, alle gewenste inlichtingen over de repertoires van toneelgezelschappen, afzonderlijk op tredende kunstenaars, muziekensemb- les, balletgroepen en wat dies meer zij. Tot dat doel zijn allerlei commissies' ontworpen, welke stuk voor stuk op een bepaald terrein deskundig zijn en zich van advies kunnen laten dienen. Zij brengen bindende adviezen uit aan gaande allerlei kunstuitingen en geven daarin o.m. hun oordeel over de ge schiktheid hiervan vqpr de jeugd in het algemeen en voor die van een be- (Van onze speciale verslaggever) DHILIPS CHRISTIAAN VISSER, doctor honoris causa, diplomaat en ontdek- kingsreiziger, is Donderdag 70 jaar geworden. De leeftijd der sterken bereikte hij dus. Maar wie deze bijzondere mens ooit al eens op zijn zwerf tochten in Nederland, of enig ander land ter wereld ontmoet heeft, zal met ons willen zeggen, dat men hem nooit anders als oersterk gezien heeft. Oersterk naar lichaam en naar geest. En zijn verdienste in die zeventig jaren is dan geweest, dat hij zich over dat sterke lichaam en die sterke geest zo'n uitmuntend rentmeester getoond heeft, dat nog velen in lengte van jaren van zijn werken zullen kunnen genieten. tieke dienst, was ik van .1950 tot 1952 voor de Verenigde Naties lid van de Balkancommissie. En nu toen ik werk zaam bij en docent aan het Defensie- Studiecentrum in Den Haag. Verder had ik afgelopen maanden nog zo'n 40- tal lezingen in binnen- en buitenland op mijn program staan over mijn in drukken uit de Sowjet-Unie. Daar heb ik trouwens ook al weer een boek over geschreven, dat binnenkort van de persen komt". Hebt U het Communisme in Mos kou als gevaarlijk leren kennen voor de Westerse democratie? Het gevaar, dat er voor de Wes terse democratiën dreigt uit de Sow jet-Unie, zit niet in het feit. dat daar een chaos zou zijn maar veeleer in het feit, dat die Sowjet-Unie zich in me nig opzicht krachtiger ontwikkeld heeft dan men in het Westen denkt. Deze ontwikkeling brengt enkel mee een verhoging van het materiele wel zijn Van het overigens nog zonder eisen levende proletariaat, maar gaat ten koste van de individuele geestelij ke vrijheid, ten koste van - de onafhan kelijkheid dus van de persoonlijkheid. Die geestelijke onafhankelijkheid is het hoogste goed voor de mens. Geen sterveling hier in het Westen wie het ook zij zou dan ook ooit de ondulbare druk en inmenging van het Sowjet-Regime kunnen verdragen. De Sowjet-burgers verdragen die druk, omdat zij gewoon waren op een zeer eenvoudig niveau te leven. Is er dan wezenlijk gevaar voor het Westen? Het gevaar schuilt alleen hierin, dat de Sowjet-Unie het Westen op al le mogelijke manieren de voet dwars kan zetten, en zelfs langs de koude weg de heerschappij over andere lan den kan veroveren. Dit laatste heeft de historie al geleerd. Dat de bekwame politici der Sowjet-Unie zo ondoor dacht zouden zijn een oorlog tegen het Westen te ontketenen, wil ik niet aan vaarden, mits het Westen zijn bewa pening ontwikkelt en voor alles op politiek gebied een eenheid vormt. Eigen land primair. Staat volgens U een eenheid van West-Europa bovenaan? M.a.w. moet ons hoogste ideaal uitgaan naar een Federatief Europa? Primair moet het doel van de Nederlander zijn zijn eigen land krach tig en welvarend te maken. Dan alleen kan dat eigen land een sterke schakel worden in de zo noodzakelijke keten van een eensgezind West-Europa. Zonder ideaal gaat dat toch zeker niet? Dat ideaal ligt voor de hand. Het ideaal van vrijheid, vrede en ver draagzaamheid. Acht U deze slogan pakkend ge noeg voor het Nederlandse volk? Ja, omdat het Nederlandse volk aan den lijve heeft gevoeld gedurende de Duitse bezetting, welke waarde aan zijn vrijheid moet worden toegekend. Onze ontwikkelde massa moet vech ten voor die vrijheid. Een voortreffe lijke sociale wetgeving zal bij ons het communisme buiten de deur hou den. Maar dan alleen, wanneer het Ne derlandse volk in al zijn lagen begrijpt dat naast die eis van een hoogstaande sociale wetgeving de plicht komt om zich ieder voor zich. voor 100 pet. te geven aan zijn arbeid. Laat dat dan de manier zijn. waarop wij iets aan de Staat willen terug betalen van wat de ze ons aan prima sociale wetgeving gaf". Gezonde eerzucht. sofie terecht kwam, waarin deze di- plomaaj-ontdekkingsreiziger in 1933 honoris causa de doctorsbul verwierf van de Universiteit van Innsbruck. „De wi-ald is goed, mar de minsken koene better". (Fries spreekwoord: De wereld is goed, maar de mensen zou den beter kunnen zijn) staat er op een Delfts bord in de woning van dr Vis ser geschreven. paalde levensbeschouwelijke richting. Het werkcentrum gehouden, deze bindende adviezen op te volgen zal als een soort schoolimpressariaat op treden en met bijstand van vertegen woordigers aan allerlei scholen in het land links en rechts voorstellingen en uitvoeringen voor de schooljeugd or ganiseren. 7EER BEWUST wil de nieuwe stich- ting een nationaal orgaan zijn. Zij Is dat niet alleen hierin, dat zij het ge hele land omvat en alles tracht te bun delen, wat reeds óp dit gebied werk zaam is. Zij is dat ook in dit opzicht, dat zij alle godsdienstige stromingen tracht te bereiken en zeer sterk reke ning houdt met de opvattingen, die in de verschillende kringen leven. Zo denkt men zich de mogelijkheid, dat de prot.-chr. sectie het niet eens is mét een programma, dat b.v. voor de r.k. afdeling zeer wel aanvaardbaar is en dat dit dus uitsluitend yoor de laatst genoemde stroming wordt gebracht. Men denkt zich voor elk van de „drie zuilen" een grote mate van vrijheid en dfbrdoor voor alle tezamefc een grote mogelijkheid van samenwerking zonder dat er wrijvingen of minder aanvaardbare compromissen noodza kelijk worden. Het begin is voorlopig zeer besehel den. Zoals de voorzitter, drs. Max B. Teipe. te Alkmaar, en de secretaris, de heer J. F. H. Bresser te Wassenaar, in een persconferentie te Amsterdam me dedeelden, zijn de eerste geldmiddelen door de leraren uit eigen beurs bijeen gebracht. Men heeft hoop. dat het mi nisterie van O., K„ en W. een kleine subsidie zal verstrekken: verder zul len de bijdragen van de scholen en van sympathiserenden moeten komen. Het enthousiasme van de bestuurde- ren is echter aanstekelijk en van een soort zakelijke zekerheid, die bergen verzet. Hoewel de stichtingsaete nog gepasseerd rao^ worden, is men reeds aan het werk betogen met een vaart, die het beste voor de toekomst belooft. Een gesprek met dr Visser zou geen volledig gesprek zijn. wanneer men aan het slot nog niet even in de filo- DR. P. VISSER Zo verstaat deze zeventigjarige het leven. Want als wij hem vragen wat het leven hem geleerd heeft, en hoe hij de zin van het leven verstaat, dan zegt hij, dat het ondanks alles heerlijk is te leven. Overigens mag men zijn levensbeschouwing trachten te peilen uit zijn uitspraak, dat een gezonde eer zucht met de nadruk op gezond een van de eerste eisen is, die men aan het leven zelf mag stellen. Geen domme ijdelheid of koppigheid, maar de gezonde drang, die in ons leeft om eenmaal gesteld doel langs eerlijke we gen, en zonder schade voor anderen, te bereiken. Overigens, zo zei dr Visser ons, heeft de wereld me geleerd, dat de wereld zelf je o zo weinig leert. Een vitale zeventigjarige, met een opmerkelijk heldere geest, deze doctor Visser, die het zelfs nu nog niet zal kunnen laten bergen te beklimmen. „Twee jaar geleden heb ik de Mat- terhorn nog bestegen in precies dezelf de tijd als 44 jaar geleden. Volgend jaar ga ik weer naar het Berner Ober land. Als vierde deel in de door Het Spec trum uitgegeven werken van Charles Dickens is verschenen „Kleine Dorrit" in de vertaling van G. J. Werumeus Buning Ensink. Dickens schreef dit boek in de jaren 18551857, toen hij aan de vooravond stond van de crisis in zijn leven: de breuk met zijn vrienden en met zijn vrouw. De afschuwelijke uitzichtloos heid van het leven zoals de schrijver toen ondervond heeft hij gekristalli seerd in zijn boek. „Kleine Dorrit" is de roman van het ommuurde, ingemet selde bestaan. Het is geen vrolijke lec tuur, maar uitermate bewogen en ge tuigend van het grote meesterschap van Dickens. We maken in dit boek kennis met Amy Dorrit, het kind dat in de gevan genis geboren en opgevoed is en het is heerlijk om te lezen hoe dit merk waardige kind haar situatie accepteert, zich zelf geheel uitschakelt en doet wat de onzelfzuchtige liefde haar te doen geeft. Zij is de enige vrije mens tussen de gevangenen en ze gebruikt die vrijheid op de beste manier die denkbaar is. Een hartverwarmend boek, ondanks zijn grote tragiek. (Advertentie, Ing. JMed.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1952 | | pagina 7