Leidt industrialisatie tot onkerkelijkheid? Ouden dag van dagen worden in Nederland aan dag ouder Bestudeer dan het gezinsleven Onderzoek naar de sociale, culturele en kerkelijk, godsdienstige situatie in 120 gezinnen van hoogovenarbeiders Hoogovens' personeels beleid belangrijk geacht Om een land te leren kennen „Cerc/e de Liaison Franco-Hollandais" opgericht Fakkel dersamenwerking moet brandende blijven De zaak-Kemritz blijft verder rusteft Prijscontrole in de V-S, wordt afgeschaft Het IJmuider visserijbedrijf in 1951 Stijgende vangsten en besommingen tegenover ongekend hoge bedrijfskosten Positie trawlervloot moeilijk Gezondheid afhankelijk van voeding Oma's menu eist veel zorg en kennis Ouderdom zelden (of nooit) doodsoorzaak Er Is een populaire mening, dat in de geïndustrialiseerde gebieden onkerke lijkheid en ongodsdienstigheid groter aantallen omvat dan in de agrarische ge bieden, en dat daarbü van een oorzakelijk verband moet worden gesproken. O.a. uitgaande van deze veronderstelling, door prof. dr W. Banmnk aangestipt in een inleidend woord, heeft het Sociologisch Instituut der Ned. Herv. kerk een on derzoek opgezet naar de invloed van hetindustrialism.: op het geestelijk leven in het algemeen, het godsdienstig-kerkelijk leven meer in het bijzonder Voor dit onderzoek koos men een aantal nogal uiteenlopende gebieden en industrieën, o.a. de nog betrekkeiük jonge, bij uitstek moderne industrie, de Hoogovens, waarbij invloeden van migratie nog duidelijk waarneembaar zijn. Het rapport van dit onderzoek naar de sociale, culturele en kerkelijk-godsdienstige situatie in industriearbeidersgezinnen, waarvan de gezinshoofden bij het Hoogoven- bedrijf werkzaam zijn is samengesteld door de heer W. J. Bruyn en verschenen in een speciaal nummer van „Sociologisch Bulletin", orgaan van het Sociologisch Instituut van de Ned. Herv. kerk. streek" valt in twee gedeelten uiteen. In de beide eerste paragrafen wordt de invloed van de industriële arbeid en de dagelijkse werkomgeving op de arbeiders besproken. De volgende drie paragrafen behandelen daarentegen meer de invloed van de arbeidsom standigheden en de arbeidsvoorwaar den op het gezin. Aan het slot worden de voornaamste resultaten in een kor te samenvatting opgenomen. Van geringe invloed In zijn slotbeschouwing zegt de rap porteur, dat op de critieke momenten in de levensbeschouwing van de ge- interviewde arbeiders en hun- familie de invloeden der werkomgeving rela tief van geringe betekenis is gebleken. Voorts bleken kerkafval, geloofsover gang of rationalisering niet (meer) gebonden te zijn aan de rechtstreekse invloed van nabije industriecomplexen. Uit de gegeven voorbeelden bleek te vens, dat de kerkafval niet gebonden is aan de mannen, al of niet via hun Het rapport, 39 pagina druks omvat tend, kan beschouwd worden als een poging een bijdrage te leveren tot de ontwarring van het zo urgente en moeilijke probleem van de sociale, cul turele en kerkelijk-godsdienstige ge volgen der industrialisatie. Getracht Is de totale concrete situatie der bij de Hoogovens werkzame arbeiders en hun gezinnen zoveel mogelijk te belichten. Ter verkrijging van deze gezinsbeel den was het gezinsinterview de meest aangewezen methode. Derhalve wer den de arbeiders thuis bezocht en had de verzameling van gegevens aldaar plaats. Dit had o.m. tot voordeel, dat meer gezinsleden in het gesprek kon den worden betrokken, zodat inder daad een veelzijdig beeld van het ge zin kon ontstaan. 'Hierbij ging het geenszins om een z.g. opinieonderzoek, maar om een poging tot openlegging der achtergronden o.m. op basis van objectieve feiten en subjectieve me ningen. Vanzelfsprekend moest uit het aan tal voor dit onderzoek in aanmerking komende arbeidersgezinnen een be paalde selectie worden gemaakt. Uit gesproken a-sociale gezinnen kwamen niet in aanmerking. Verder werd al leen als eis gesteld, dat de verschillen de voor een bepaalde afdeling ken merkende functies zoveel mogelijk ln het onderzoek werden betrokken, om aldus enig inzicht te verkrijgen in de voor de Hoogovens kenmerkende ar- beidsdifferentiatie.. De ontvangst in de gezinnen zelf was in het algemeen prettig. 120 gezinnen geïnterviewd In het eerste hoofdstuk van het rapport worden de levensbeschouwe lijke aspecten, zoals deze in de inter views naar voren kwamen, behan deld. Daarbij is uitgegaan van een on derverdeling naar een zevental 'groe pen, n.l. Rooms-Katholieken, Gerefor meerden, Ned. Hervormden, kleinere kerkgenootschappen en secten, sociaal democratische en vrij socialistische ar beiders, communisten en z.g. „daklo zen". Deze indeling is vrij willekeurig en berust hoofdzakelijk op het etiket, dat de arbeider zichzelf en zijn gezin gaf. Het tweede hoofdstuk gaat ver volgens na, welke invloed de indus triële werkzaamheid op de mens en het gezinsleven heeft. Daarbij wera een onderscheid gemaakt tussen de psychische invloed van het eigenlijke werk en de werkomgeving op de ar beider zelf en de invloed van de ar beidsomstandigheden en arbeidsvoor waarden i.e. loonhoogte, arbeidstijden, ploegendiensten op het gezin. In totaal werden 120 arbeidersgezin nen geïnterviewd. De verdeling over de genoemde groeperingen was als volgt: 40 Rooms-Katholieke arbeiders, 7 Gereformeerden, 7 arbeiders uit kleinere kerkgenootschappen en sec ten, 18 Ned. Hervormde arbeiders, 18 sociaal-democratische en vrij socialis tische arbeiders, 10 communisten en 20 z.g. dakloze arbeiders. Bron van sociale contracten In de samenvatting aan het slot van het hoofdstuk „Levensbeschouwelijke aspecten" wordt het gehele gemêleerde bevolkingscomplex rond de Ymond als een belangrijke bron van sociale contacten genoemd, waarin historische en algemeen maatschappelijke invloe den sterk doorwerken. Zo is hier een ontkerkelijkingsproces gaande, dat ten dele reeds van vrij oude datum is. In dit verband moet de vroeg radicale instelling van een deel der vissersbe volking worden genoemddat later in verschillende afdelingen van de Hoogovens aan de slag ging. Het Hoogócenbedrijf werd in dit ge heel in zoverre een bron van regêne- rende invloeden op sociaal gebied, dat het door de humane arbeidsvoorwaar den, personeelspolitiek en sociale ver zorging vele aanleidingen tot sociale radicalisering wegnam of althans sterk verzwakte. Door de betere arbeids tijden en het verhoogde verzorgings niveau bouwden de Hoogovens mee aan een fundament, waarop een goed gezinsleven zich kan ontwikkelen. Niettemin is in verband met het voor gaande duidelijk, dat deze politiek op de algemeen maatschappelijke oorza ken tot radicalisering vooralsnog wei nig invloed zal uitoefenen. Zo kan men b.v. van een humane sociale politiek a pnori geen herstel van de kerkelijke verbanden verwachten. Wel dient de P!anninS en strategie zich a? met de belangrijke in de Boegen bedrijven, n.m. de Hoog- was 1 alleen maaromprac- maitL»Viereen,itemminB tussen beider m S i iav- arbeidstijden ¥en van kerkgang, gemeente avonden e.d.) te verkrijgen. sr„„- j i Taak der kerk Voor de kerk wordt gewezen op de noodzaak tot openheid op levens- en wereldbeschouwelijk gebied. Het is wellicht aan te bevelen, dat de kerk eventueel m samenwerking met de grote bedrijven van tijd tot tijd een nauwkeurig, zowel quantitatief als qua- litatief onderzoek instelt naar de im migranten (betreffende herkomst ker kelijke en politieke gezindte, vórmen van vrije-tijdsbesteding e.d.m.), zolang de streek het sterk dynamisch karak ter bewaart. Zo zou men de reacties van de mensen op de prediking, het meegebrachte geloofsbezit e.d. kunnen nagaan. werkomgeving, maar dat vele vrouwen verhaalden van jeugdervaringen die aanleiding waren tot verwijdering van de kerk, ervaringen die aan de kerkse sfeer en niet aan de woon- of werk omgeving inhaerent waren. Beschouwt men het totaal dezer gevallen, dan moeten zij uiteraard beschouwd wor den als symptomen van dieperliggende stromingen in het maatschappelijk le ven, die uit het onderhavige materiaal niet in zijn alomvattendheid zichtbaar worden. Met nadruk wordt nog gecon stateerd, dat de Hoogovens, als knoop punt van sociale contacten, tevens be last zijn met de rancune en het verzet in andere, ook niet-industriële levens sferen opgedaan. Conclusie Het belangrijke rapport bevat ten slotte de volgende conclusie: In het geheel van de maatschappelij ke positie der bezochte arbeidersgezin nen hebben de Hoogovens ongetwijfeld een stabiliserende en regenererende werking uitgeoefend. Haar humane personeelspolitiek heeft hiertoe bijge dragen. Zo hebben de Hoogovens ze ker een grote stap gezet naar apaise ring der maatschappelijke verhoudin gen voorzover dit door en binnen één bedrijf verwezenlijkbaar is. De stabiliserende werking van dit personeelsbeleid zal een groter toe gankelijkheid van 1 de desbetreffende arbeidersbevolking voor vraagstukken van levensbeschouwelijke aard tot ge volg kunnen hebben. Daartoe zal algemeen maatschappe lijk beschouwd een dynamische bena dering van het vraagstuk der levens beschouwelijke vorming op verant woorde sociaal-psychologische grond slag nodig zijn. De bijkomstige belem meringen, die deze industrie b.v. in de vorm van eigengeaarde arbeidstijden oplevert, zullen dan waarschijnlijk in dit opzicht niet van doorslaggevende betekenis zijn. „M/IE verre reizen doet, kan veel ver- ba halen", luidt een bekend gezegde en in onze tijd, waarin bet reizen een enorme vlucht heeft genomen, wordt het de toerist voortdurend gemakkelij ker gemaakt zijn indrukken van lan den en volkeren te verzamelen en zijn kennis op dit gebied te verrijken. Ech ter, in de meeste gevallen werkt men d lijst af van voorgeschreven beziens waardigheden en uitgestippelde tocht jes, doch zeiden of nooit komt men in aanraking met het hart zelf van de be volking, zoals het leeft in het gezin, in de eigen sfeer. In Amerika heeft de „Federation of American Women Organizations", waar-, bü 32.000 vrouwenverenigingen zijn aangesloten, met een ledenaantal van 6.200.000 vrouwen, het initiatief geno men, om hierin verandering te brengen en allereerst contact gezocht met Frankrijk, zodat leden bij een bezoek aan dit land, ontvangen en geholpen 1 unnen worden, dit laatste vooral inde gezinnen, om het Franse gezinsleven te leren kennen. Madame G. JaudoinProm, echtge note van een Parijs' industrieel, werd verzocht zich te belasten met het stich ten van een dergelijke organisatie in Frankrijk. Door haar bemoeiingen werd de „Union des Cercles francais de Liaison Internationale" te Parijs opge richt, een lichaam, dat reeds in twaalf steden van het land zijn vertak kingen heeft. Maar Mme Jaudoin ging nog verder: zij wilde een organisatie opbouwen, vaarin ook andere landen betrokken zouden kunnen worden. Zo heeft zij reeds binnen het jaar contac ten weten te leggen in Egypte, Grie kenland, Libanon en Nederland. Mme JaudoinProm werd in Ame rika tot „eerste moeder van Frankrijk" uitgeroepen en misschien is het in deze kwaliteit geweest, dat zij reeds een bezoek aan Nederland bracht om met Koningin Juliana, onze ..eerste moeder des vaderlands", te spreken over haar plannen. Naar aanleiding hiervan werd mevr. J. L. SeretSijthoff uitgenodigd een bijeenkomst van de „Cercle" te Parijs bij te wonen en er te spreken over een zaak, waarin vrouwen en moeders aller landen zich gewoonlijk verbonden voe len, namelijk over „de vrouw (in dit geval de Nederlandse vrouw) in de oorlog". Samenwerking. MEVROUW Seret, die gedurende haar verblijf te Parijs de gast was van onze ambassadeur en mevrouw Van Boetzelaer van Oosterhout, had bij het zich voorbereiden voor het houden van een dergelijke causerie meermalen het gevoel, alsof zij een kast opende, „die reeds lang gesloten was". Waarom eigenlijk die oude herinneringen weer óp te roepen, na zoveel jaren" En daar op wist zij i.et antwoord: „Omdat het in de oorlog juist ons solidariteitsgevoel was, dat ons in staat stelde te_ tonen, wat wij waard waren! Ook in déze tijd moeten wij ons bewust zijn van de noodzakelijkheid van samenwerking". Mevrouw Seret maakt deel uit van het hoofdbestuur van de Europese Fe deralisten en van verschillende sociale verenigingen, zoals Pro Juventute, de Juliana Kinderbewaarplaatsen, enz. Ook heeft zij zitting in het dagelijks bestuur van het Comité ,,'s-Gravenhage ontvangt". „Een organisatie in Nederland, zoals de „Union" te Parijs hier zal zij de naam dragen van „Cercle de Liaison France—Hollandais" neemt echter een geheel op zich zelf staande plaats in, néast de reeds in enkele grote ste den (Amsterdam en Den Haag) be staande ontvangstcomité's en andere vrouwenverenigingen", zo zegt mevr. Seret, „maar zeer zeker zullen de vrou wen, die hierin zitting hebben of er lid van ziin, ons van grote dienst kunnen zijn. Zij behoren uit de aard der zaak reeds tot dat legertje van vrouwen, dat er naar streeft een (internationale) band te leggen door het leren kennen van elkanders leven en levenswijze, HE „Cercles" in Frankrijk werken zeer intensief en mevrouw Seret hoopt een zelfde activiteit te zullen kunnen ontwikkelen in ons land. Daar toe zijn vele contacten nodig met ver tegenwoordigsters uit diverse kringen en alle delen van het land. „De bedoe ling is, dat wanneer er bijvoorbeeld een Franse bloemenkweker of kweek ster naar Nederland komt, ik onmiddel lijk contact kan opnemen met iemand, die met dit Vak goed op de hoogte is, die dus deze -♦mensen kan „opvangen" en bereid is hun behulpzaam te zijn, hun eventueel introducties te verschaf- f-u of alleen maar eens bij zich thuis te ontvangen met een eenvoudig kopje thee, opdat zij een indruk krijgen van huiselijk leven en milieu. En zo zal het ook wederkerig voor de Nederlanders in Frankrijk moeten gaan. We -zullen dus de beschikking moeten krijgen over een behoorlijk aantal adressen van overal in het land. We moeten dit „Liaisonwerk" systematisch opbouwen en uitbreiden. Het is belangrijk, niet alleen voor de propaganda voor eigen land. maar gezien in het licht van in ternationale samenwerking en vriend schap kan het een schrede zijn op de weg naar vrede en saamhorigheid". Tegen het eind van deze maand zal Mme Jaudoin ons land bezoeken. In Den Haag zal zü op 1 Juli in Hotel De Witte Brug spreken en het werk van de „Union" nader belichten, waarbij zij uitgaat van het standpunt, dat het ver stevigen van onderling contact tussen vrouwen uit alle landen noodzakelijk is, wil men trachten de „fakkel branden de te houden" ten behoeve van de vrede en het welzijn der volkeren. MIMI RIJPSTRA—VERBEEK. Amerikanen leveren hem niet uit De Westduitse regering zal de zaak- Kemritz verder laten rusten. Een nieuw beroep op de Amerikaanse Ho ge Commissie wordt zinloos geacht. Dr Hans Kemritz, een Berlijnse advo caat, wordt van Duitse zijde er van beschuldigd drie en twintig agenten van Hitiers geheime dienst aan de Russen te hebben uitgeleverd. Negen van deze agenten zouden dood zijn en zeven zouden nu waarschijnlijk ook niet meer in leven zijn. Volgens een Amerikaans rapport heeft Kemritz toegegeven, zeven agen ten aan de Russen uitgeleverd te heb ben. De Duitse justitie .wilde Kemritz berechten wegens „misdaden tegen de menselijkheid". De Amerikanen verbo den dit' en verklaarden, dat Kemritz aan de andere kant de geallieerden waardevolle diensten had bewezen. Het Amerikaanse Huis van Afgevaar digden heeft president Truman één van zijn grootste tegenslagen van de laat ste jaren bezorgd, door een geamen deerde wet op de defensieproductie goed te keuren, door welke in feite op 30 Juni a.s. een einde zal komen aan de prijscontrole. De wet handhaaft de controle op de lonen nog een jaar. De stemmenverhouding was 211 tegen- 185. In de vorm zoals het wetsontwerp door het Huis is aangenomen, bevat het geen enkele wan de nieuwe controlebevoegd heden, welke de president wenst te krijgen en ontneemt het hem ook veel van de bevoegdheden, welke hij bezat. Staking in een Amerikaanse vliegtuigfabriek afgewend Vakverenigingsleiders, die 25.000 ar beiders, werkzaam in fabrieken waar de Amerikaanse „Sa,bre"-straaljager wordt gebouwd, vertegenwoordigen, hebben de dreigende staking in vier fabrieken van de „North American Aircraft Corporation" afgelast. Dit gebeurde na acht en twintig uur onafgebroken onderhandelen en door de vakvereniging „met zeer veel te genzin". Ontvluchte gevangene weer gearresteerd Zondagavond ontsnapte uit het Huis van Bewaring te Winschoten de 35-ja- rige E. C. G. uit Groningen, die nog twee jaar gevangenisstraf voor de boeg had. Gisteren is G. te Bolsward gesig- naieerd. Na aanhouding door de ge meentepolitie bekende hij sedert Zon dag zijn strafregister weer te hebben verlengd. In Franeker had hij een po ging tot opiichting gedaan en te Leeuw arden een rijwiel cn een regenjas ont vreemd. G. is op. transport gesteld. NOG EEN SPECIAAL STEMPEL OP DE ITEP IN UTRECHT. In aansluiting op het bericht, dat correspondentie op het tijdelijk bij kantoor der PTT op de ITEP in Utrecht gepost van een bijzonder stempel zal worden voorzien, wordt medegedeeld, dat de stukken, die op 28 Juni aldaar worden gepost, en die voorzien zijn van postzegels van een der beide series herdenkingszegels, bovendien nog op verzoek kun. nen worden voorzien van een afdruk van een stempel met opschrifj, „Utrecht 28 Juni 1952 le dag van uit gifte". Generaal Philippe Leclerc, die in 1947 bij een vliegtuigongeval in Alge- rie om het leven kwam, is door de Franse Nationale Vergadering pos- thuum tot „Maarschalk van Frankrijk" bevorderd. Het verslag van de Haarlemse Ka mer van Koophandel en Fabrieken be vat interessante gegevens over het IJmuidens Visserijbedrijf in 1951. Wü ontlenen er het volgende aan: De IJmuider vloot, voor zover actief aan de visserij deelnemend,, bestond aan het einde van 1951 uit 22 stoom trawlers (vorig jaar 27), 14 motortraw lers (13), 7 motorloggers (8), 43 motor- kotters en botters (40), terwijl voorts nog 52 roeiboten (46) voor de visserij waren ingeschreven. Van de trawlers zijn 17 stoom- en 8 motortrawlers geëigend voor bevis sing, zowel van de Noordzee als van verder af gelegen visgronden: 5 stoom- en 6 motortrawlers zijn van een uitslui tend voor de Noordzee geschikt type. Het merendeel der reeds sinds enke le jaren opgelegde kusttrawlervloot erd in 1951 op grond van gestegen schrootprijzen voor de sloop ver kocht. Thans zijn nog elf stoom trawlers opgelegd: het merendeel hiervan zal te zijner tijd waarschijnlijk eenzelfde bestemming krijgen. Voor 't rederijbedrijf valt het te betreuren, dat de traditionele plaats van de kust- stoomtrawlervloot als aanvoerder van platvis door de na-oorlogse ontwikke ling voor hem geheel vèrloren is ge gaan; vooral de buitengewone stijging van de kolenprijs (1939 9.75, 1945 C 24.1951 61.60 per ton), die een zo overheersende betekenis heeft voor de bedrijfskosten van stoomtrawlers, heeft de exploitatie dezer schepen on mogelijk gemaakt; hun plaats is in de eerste plaats ingenomen door 'n ge moderniseerde, van sterke motoren voorziene, motorkottervloot. De trawlervloot heeft zich ook in 1951 in de eerste plaats toegelegd op vanggebieden in de Noordzee; ruime makreelvangsten in het voorjaar wa ren oorzaak, dat verschillende schepen, die anders de IJslandse wateren zou den hebben opgezocht, thans op de Noordzee bleven en op deze wijze de grote risico's, aan de uitoefening der visserij in verre wateren verbonden, konden vermijden. Toch werden nog 40 reizen naar IJsland Lofoten, Beren eiland, Barentszee en Engelse west kust gemaakt, veelal echter roet te leurstellende resultaten. Beperkte gelegenheid tot aanvoer in Engelse havens rechtstreeks van de visgronden bleef bestaan, uit welken hoofde 67 reizen op de Engelse markt werden gemaakt. Een proefneming met markten in Schotland kan als niet ge slaagd worden beschouwd. Een aantal dezer reizen op Engeland werd ge maakt ter verlichting van de situatie in de IJmuider haven tijdens het ha ringseizoen, waar tengevolge van de grote aanvoeren vaak meerdere dagen op lossing moest .worden gewacht. Voor makreel werd door vrijwillige samenwerking van de betrokken rede rijen wederom een opvangregeling in gesteld, krachtens welke belangrijke hoeveelheden makreel, die de gestelde minimumprijs niet konden behalen, voor gezamenlijke rekening werden diepgevroren of aan vismeelfabrieken werden afgeleverd; de hieruit ontsta ne diepvriesvoorraden konden in de loop van het jaar zij het niet tot be vredigende prijzen worden geruimd. Goed haringseizoen Een zo grote mate van overeenstem ming ten aanzien van de haring kon niet worden bereikt; hier moest wor den volstaan met het stellen van een minimumprijs en aflevering van over. schotten aan vismeelfabrieken. De ha ringvangsten waren ruim, zodat grote hoeveelheden aan de vismeelfabrieken toevloeiden. Waar de Overheid wegens (Van een bijzondere medewerker) VEGEN-TIENDE van het beste werk in de wereld Is gedaan door ouderen", 11 schrijft prof. dr J. G. Sleeswijk in zijn handboek „De ouderdom van genees kundig standpunt beschouwd". Wie dit in het oog houdt, zal niet met een be denkelijk hoofdschudden vernemen, dat de gemiddelde leeftijd van de Neder lander de laatste honderd jaren voortdurend is toegenomen (tussen 1880 en 1920 zelfs met 20 jaar!) en dat bijvoorbeeld het aantal boven 65-jarigen in 1935 6.5% van de bevolking bedroeg, tegen 4.7% in 1849. Voor 1955 en 1957 wordt dit aan tal zelfs op respectievelijk 8.3 en 11.5% geschat. Wellicht geeft deze algemene levensverlenging de mens gelegenheid om zich op een nieuwe manier te ont- met aanvaarding van alle beperkingen, die het leven hem nu eenmaalplooien oplegt. Het hoofdstuk „Het Hoogovenbedrijl hef uitwisselen van gedachten en ervn en zijn gevolgen voor mens, gezin en ringen en het elkaar behulpzaam zijn. TOT die beperkingen behoort een ver lies aan lichamelijke krachten, aan veerkracht en aanpassingsvermogen een verlies dat onder meer tot gevolg heeft, dat de ouder wordende mens meestal niet gesteld is op veranderin gen, die immers grote inspanning op allerlei gebied van hem zouden vergen. Toch kan men de ouderdom, al wordt hij wel officieel als doodsoorzaak opge- gegeven, niet als een ziekte op zichzelf beschbuwen. Waarschijnlijk is er nog nooit een mens regelrecht van ouder dom gestorven. Indien immers het or ganisme, dat menselijk lichaam heet, zich steeds in ideale omstandigheden zou bevinden, dan zou het misschien wel 150 jaar worden. Indirect sterven wij van ouderdom doordat ons lichaam dan steeds minder geschikt wordt om aan bijzondere eisen (bijvoorbeeld weerstand tegen infectie-ziekten) te voldoen. Het ziet er niet naar uit, dat de we tenschap er ooit in zal slagen, d mder- domsverschijnselen van de mens tot aan de uiterste grens van zijn levens mogelijkheden op te schorten. Wat mis schien wel gelukken zal, dat is het ver werven van een „gezonde, oude dag" voor het grootste deel der bevolking. De ouderdom zou zo vruchtbaar moeten zijn voor de mens zelf èn de gemeen schap, waartoe hij behoort, dat het de moeite loont om oud te worden. Een belangrijk voorwaarde daarvoor is een goede gezondheid. En de gezondheid is weer in hoge mate afhankelijk van de dagelijkse voeding. Voedingskwesties QVER de voeding van bejaarden ls nog niet ü.el veel bekend. Voe- dingsproeven immers worden bij voor keur gedaan bjj jonge mensen en die ren, omdat de groei zulke belangrijke aanwijzingen kan geven omtrent de ge schiktheid der gebruikte voeding. Wel weet men echter, dat het voor de ge zondheid van de oudere mens lang nie> onverschillig is, wat hg dagelijks eet. Weliswaar heeft de voeding, die hij in zijn jeugd en volwascnheid gebruikt heeft, zijn gezondheid ook die op la tere leeftijd, voor een belangrijk deel „gevormd". Maar daaruit volgt noj niet dat het geen men eet, wanneer men eenmaal oud is, daaraan niets meer zou kunnen bederven of goedmaken. Over het algemeen eten oudere men sen minder dan volwassenen in de kracht van hun leven. Hun spieren en organen verrichten dan ook minder ar beid al presteren zij naar verhouding soms nog heel veel, geleerd als zij heb ben om zuinig met hun krachten on. te gaan. Waarschijnlijk hebben zij ech.er zeker evenveel „beschermende stoffen" (eiwitten, vitamines en voedingszouten) nodig als de jongeren om hun lichaams weefsels zoveel mogelijk op peil te hou den. Wat zij eten, moet dan ook rijk aan deze stoffen zijn. Met het oog daarop komen voor de voeding van bejaarden in de eerste plaats in aanmerking: melk (ook kar nemelk en yoghurt) en wat daarvan al zo bereid kan worden; verder kaas, eieren, groenten, vruchten en vlees of vis of peulvruchten, Een tweede cis is, dat de maaltijden voor bejaarden niet teveel van de spijs verteringsorganen mogen virgen. Dat wil nog niet zeggen, dat men leder ouder wordende man of vrouw louter zachte kostjes moet voorzetten een dergelijke voeding zou ook licht te een zijdig worden. Wie gewend is aan bij voorbeeld grof arood en rauwe groen te, zal zich daarbij misschien tot op ho ge leeftijd wèl bij bevinden. Een overvloed van specerijen, zout, sterke koffie, enz., kan daarentegen zeer schadelijk werken. PROTE hoeveelheden koolhydraten (meel- en suikerstoffen) en vetten in het menu blijken een ongunstige uit werking op de gezondheid van bejaar den te hebben. Het is voor hen dus zaak om niet te veel brod, aardappelen, suiker, snoepjes, koekjes, zoete brood beleggingen en dergelijke te gebruiken en de spijzen niet te vet te maken. Vet te gerechten zijn trouwens ook zwaar der verteerbaar. Melk, nodig voor jong èn oud, bevat behalve eiwit van hoge kwaliteit onder meer ook de voor ouderen zo belang rijke kalkzouten. Een halve liter melk per dag en per ersoon is zeker niet te veel. - Ofschoon dus over de ideale voeding voor bejaarden nog geen zekerheid be staat, kan men aan de behoeften der ouderen toch al een goed eind tege moetkomen met al het hier genoemde rekening te houden. Op die manier kun nen de moeilijkheden van de oude dag zeker al voor een deel worden ver licht! de hieraan verbonden deviezen-belan gen blijk gaf van belangstelling voor de binnenlandse vismeelproductie en de hieraan verbonden levering van grondstoffen, terwijl bovendien de bij de vismeelbereiding verkregen haring olie een behoorlijk prijsniveau behield, kon door de vismeelfabrieken 'n naar omstandigheden redelijke, hoewel de kostprijs niet benaderende, prijs voor de grondstof worden betaald. Het haring seizoen kan dan ook in het algemeen als geslaagd worden beschouwd. Dit haringseizoen is bovendien verlengd, doordat enige schepen dit jaar na be ëindiging der haringvangst op de Noordzee overgegaan zijn tot uitoefe ning der haringvisserij in het Kanaal, een voorbeeld, dat wellicht in volgen de jaren op ruimere schaal navolging zal vinden en voor de toekomst van belang kan zijn. Export teleurstellend Teleurstellend was zeer zeker de ha ringexport, waarvan die naar Tsjecho- Slowakije een verdere aanzienlijke da ling toont, terwijl het contingent voor West-Duitsland wederom te laat af kwam om voor het trawlerseizoen nog van betekenis te zijn. De ingebruikstelling van de rondvis- fileermachine bij de door samenwer king van reders en groothandel?r»n tot stand gekomen N.V. Rehaco nad plaats in bijzijn van vele genodigden; door het gebrke aan rondvis heeft de machine in het eerste jaar niet volle dig zijn nut kunnen bewijzen; het ma chinepark van deze N.V. werd verder uitgebreid met enige machines voor het fileren van haring en makreel, uie daarna in zodanige toestand aan de ro kerijen kan worden afgeleverd, dat de consument slechts een velletje op zijn bord overhoudt; dit product zal onge twijfeld de belangstelling van net pu bliek winnen. Steen des aanstoots Voor de havenarbeiders van het vis serijbedrijf kwam op grond van een Beschikking van het College van Rijksbemiddelaars met ingang van 14 Mei 1951 een geheel gewijzigde loon regeling tot stand, op grond waarvan, het loon niet meer een percentage der besomming uitmaakt, doch wordt Be paald op grond van de hoeveelheid ge loste vis. De financiële uitkomsten dezer regeling zijn voor de werkne mers zeker niet onbevredigend. Voor de werkgever is met de nieuwe loon regeling de steen des aanstoots van de zoodvisverstrekking in de vishallen weggenomen. Uitgezien dient t> wor den naar middelen tot verbetering van de wijze van lossing, waarbij nog te weinig van moderne hulpmiddelen wordt gebruik gemaakt. De arbeidsvoorwaarden van de vis sers ondervonden geen belangrijke wij zigingen. Een kortdurende staking der trawleropvarenden had in September plaats na een arbitrale uitspraak inza ke een op zich zelf weinig belangrijk geschilpunt, welke uitspraak niet de goedkeuring van een bepaalde werk nemersorganisatie kon wegdragen. De zeer grote haringvangsten van einde September veroorzaakten een hiervoor reeds aangestipte opeenho ping van schepen in de haven, waar voor enige noodmaatregelen moesten worden getroffen, die wederom niet de instemming van dezelfde 'zijde konden verkrijgen, tengevolge waarvan de meeste trawlers enkele weken Kwa men stil te liggen. Hoge bedrijfskosten Vergeleken met voorgaande jaren vertoonden de besommingen per zee dag een stijgende tendgnz, terwijl ook de vangsten in het algemeen enige verbetering tonen. Echter tonen ook de bedrijfskosten eenzelfde tendenz; da prijzen van vele der benodigde mate rialen zijn tot ongekende hoogte ge stegen. Hoezeer het ook nu het berhfif moeilijk valt het hoofd boven water te houden blijkt wel uit het feit, dat een rederij het gehele jaar niet aan het bedrijf deelnam en twee goede schpen gschikt voor IJslandvisserij, heeft op gelegd. Aanvoer en opbrengst De aanvoer aan de Rijksvisafslag be droeg vorig jaar ongeveer 70 millioen kg., waarvan 29 millioen verse haring, tegen resp. 59 millioen kg. en 82 mil lioen in 1950. De opbrengst tegen vorig jaar tot f 28 millioen, tegen f 22.114.077 in 1950. KERKELIJK NIEUWS NED. HERVORMDE KERK Beroepen te Genemuiden: A. den Hartog te Scherpenzeel (Gld.); te Hui zen (N.-H.): H. G. Abma te Delfshaven; te Reeuwijk: C. van den Berg, candidaat te Hilversum; te Waverveen: drs. J. Kerekes, hulpprediker te Zaandam. Bedankt voor Lagevuursche (toezeg ging): D. J. v. d. Graaf te Leerbroek. GEREFORMEERDE GEM. Beroepen te Dordrecht: W. Hage, candidaat te 's-Gravenhager EXAMENS Aan de Theologische Hogeschool der Gereformeerde Kerken onderhoudende artikel 31 K.O. te Kampen is cum laude geslaagd voor het doctoraal examen ds. D. Deddens te Wetsinge-Sauwerd. Dit is het eerste doctoraal examen aan deze hogeschool. Aan de Theologische Hogeschool der Gereformeerde Kerken te Kampen zijn geslaagd voor het prop.-examen de he ren W. R. Barkema te Noorderhoge- brug (Gr.), G. W. J. van Bleek te Slie- drecht, F. de Jong te Marum (Gr) en H. Steendam te Middelstum (Gr.), en H. Steenhuis te Huis ter Heide (Utrecht). ZEEPOST VOOR OOST EN WEST Met de volgende schepen kan zeepost worden verzonden. De data, waarop de correspondentie uiterlijk ter post moet zijn bezorgd, staan tussen haakjes, ach ter de naam van het schip vermeld. Indonesië en Nieuw Guinea m.s. Oranje (30 Juni). Nederlandse Antillen m.s. Willemstad (8 Juli). Suriname s.s. Cottica (9 Juli). Canada s.s. Zuiderkruis (30 Juni): m.s .Westerdam (3 Juli). Unie van Zuid-Afrika en Zuid-West Afrika m.s. Capetown Castle (30 Juni). Argentinië, Uruguay, Bolivia, Brazi lië, Chili en Paraguay m.s. Brasil Star (30 Juni). Australië via Engeland (28 Juni).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1952 | | pagina 3