De jeugd acht zakgeld wenselijk
Parijs toont ons zijn kunstbezit
BENELUX OF MALELUX?
BIJ
GTE PUNTEN
Het bedrag is afhankelijk van
verschillende omstandigheden
£n rui de tvu-aai^de dut-zULe
Schatten uit het Petit Palais in
Beymans te Rotterdam
Kerk op wielen
De vergeten
categorie
Ervaring
Geen mijnwerkers
op hei sirand
AAN ZEE
ve uniformen
Uiterweg, Aalsmeer 220 p.,
if deling.
bs, J. v. d. Wollf, C. Stolk en
acobs, DIU, Bakkum. N.-H.,
pr.
Eensgezindheid, Egmond-
P-: 2 pr. C. Lute en A. Ad-
lensgezindheid, Egmond-Bin-
3 pr. Th. Belleman, Lamo-
Egmond, Egmond aan d%
P-; 2 pr. E. Konijn, Eensge-
216 p.; 2 pr.
s, Eensgezindheid, Egmond-
p.; 1 pr. E. Wijker, Lamó-
Egmond aan de Hoef,
pr. Jac. Belleman. Lamoraal,
Egmond aan de Hoef. 220 p.j
Lamoraal van Egmond
218 pr 2 pr. J. L. Ranzijn,
vaard, 248 p.; 1 pr. G. Bonu-
Wilhelmina, Oudorp, 191 p.;
Beverwijk, Harm.kapel,
J. Tenger, Beverw. Harm-
P: 1 pr. L. Treffers, Crescen-
?m, 191 p.; 3 pr. J. de Bliek,
Kwakel, 210. p.: 2 pr. G.
de Kwakel, 185 p. 3
Jong. Tavenu de Kwakel, 182
V Admiraal, Eensgezindheid,
240 p.; 1 pr. A. Lan-
weg, Aalsmeer, 215 p.; 2 pr.
Uiterweg, Aalsmeer, 240 p.;
Ichoone, P. Beukman, J. Kat,
Genoegen te Krom-
p.; 1 pr. G. Wijnbergen, W.
ren. H. Kops, P. Wiedijk, Wil-
Santpoort, 250 p.: 1 pr.
M. de Vries, Waterl.-
te Amsterdam. 211 r>.; 2e pr.
ter, Crescendo, Haarlem, 242 p.;
v. d. Togt, Crescendo, Haar-
p.; Ie pr. J. Koopman en P.
Zaanl. Kapel te Koog aan de
p.; 2e pr. M. Kleine, Cres-
189 p.; 3e pr. C. Wok-
Tromp en K. Blokker, Berg.
te Bergen (NH), 261 p.; Ie
d. Enden, Wilhelmina te Sant-
p.; 3e pr. G. Wijnbergen,
Santpoort, 238 p.; 2e pr. J.
Wiedijk, A. Schipper en J.
ilhelmina te Santpoort, 206 p.;
Maarser, W. de«Vries, Uiterweg,
242 p.; Ie pr. A. Rep, Con-
stzaan, 256 p.; Ie pr. B. Wes-
oncordia, Oostzaan, 206 p.; 3e
Krommenie, 270 p.j le pr.
ling- W. Kaan, Noord-Schar-
p.; Ie pr. J. Pannekoek, Uiter-
229 p.; 2e pr. J. H. Pan-
Aalsmeer, 232 p.; 2e
-Iigge en T. Moerkamp, Kunst
schap, Krommenie, 273 p.; le
K. Blokker, Berg. Harmonie
270 p.; le pr. met lof. W. de
irweg, Aalsmeer, 251 p.; le pr.
M. de Vries, Forzando te
241 p.; le pr. C. van Enk-
m. Harmonie Excelsior te Wor-
'48 p.; le pr. C. Kuiper, Wor-
p.; le pr. met lof. G. van
Politiegezelschap, 270 p.; le
G. Polderman, Crescendo,
279 p.; le pr. met lof. P. Ver
Kapel te Koog aan de Zaan,
pr. met lof. J. v. d. Zwaard,
Aalsmeer, 258 p.; le pr. F.
en N. Schoon, Ons Genoegen
252 p.; le pr.
bestond uit de heren: W.
indam; P. Joosen, Krommenie;
obs te Zaandam. Accompagna-
Joosen, Krommenie.
ZATERDAG 3 JANUARI 1953
euw procédé voor de
tie van koude rubber
7.S. is Donderdag een precedé
gemaakt waarmede „koude
een duurzame synthetische
maal sneller kan worden ge-
d dan bij de huidige metho-
ior minder geld. De president
F. Goodrich Company, John
r, verklaarde dat het nieuwe
:oude rubber van goede kwa-
worden geproduceerd in 15
aten, terwijl voor de huidige
nethodes 10 a 12 uur nodig
IMINGPN IIMUIDEN
lingen van Vrijdag: kotters:
810, 11 1 1990, 5 f 1640, KW 57
1 24 f 2390, 25 f 2340, 7 f 2020.
kg: gr. tong 3.10—2.90, grm
-2.35, kim. tong 2.65—2.60, kl.
72.10, idem II 1.641.55, tar-
—2.80. Per 50 kg: gr. schol 50
schol 6551, kim. schol 70—
ïol I 57, idem II 48—22, schar
ijting 198. Per 125 kg: gr.
188. Aanvoer in totaal 270
np VIER VRAGEN vroegen wij antwoord:
1. Moeten jonge mensen zakgeld heb
ben?; 2. Zo ja, hoeveel?; 3. Als ze zelf ver
dienen, moeten ze dan hun loon helemaal
of gedeeltelijk aan moeder overdragen?; 4.
Hoe moet je je zakgeld besteden?
Onze medewerkers lieten ons ook deze keer
niet in de steek. Ondanks Kerstmis, vacan-
tie, logeerpartijen on vriendenbezoek zonden ze ons hun mening, deze keer ge
woonlijk vergezeld van de niet traditioneel geformuleerde en zeer gemeende
wensen voor 1952 jeugd is spontaan en enkele woorden van waardering
voor de krant, die hun een forum heeft geschonken: „ik spel uw rubriek", „ik
kijk altijd vol verlangen uit naar het Donderdagavond-nummer", „het is fijn, dat
we precies mogen zeggen wat we denken en verlangen", „ik leer er ontzettend
veel van", „mogen de goede problemen weer even talrijk uit uw pen gevloeid,
ons nog vele uren bezighouden" e.t.q. Wat kan ik anders doen, dan ook hun
een helder oordeel en een warm hart toe te wensen, hen te danken voor de eer
lijke uiting van gedachten en gevoelens en hun te beloven dat wij zullen door
werken tot geen enkel probleem van betekenis onaangeroerd is gebleven? Het
is mij een wekelijks weerkerende vreugde, contacten te leggen en vooral: ze te
behouden.
selijk wanneer ons wekelijks wat zak
geld gegeven wordt door de ouders.
Hierdoor wordt het inzicht in de ma
nier van besteden reeds vroeg aange
kweekt, wat niets dan goeds ten ge
volge kan hebben. Bovendien zal een
beetje voorlichting door de ouders hier
zeker geen slechte invloed uitoefenen
indien dit natuurlijk op de goede wijze
wordt gedaan. Daarop aansluitend de
vraag met hoeveel geld wij genoegen
moeten nemen. Dit hangt van het mi
lieu thuis en van de leeftijd af. Het
beste lijkt het mij te beginnen wan
neer de jongen of het meisje de lagere
school verlaat. De leeftijd is dan wel
zo, dat het geld niet verkwist .wordt.
Bij het kiezen van de juiste hoeveel
heid moet men er vooral om denken
niet te weinig, maar ook niet te veel
te geven. Het eerste geeft slechts een
gevoel van: „Ik ben maar een arre-
moedzaaier", het tweede leidt algemeen
tot verspilling, wat niet de bedoeling
is van zakgeld. Te beginnen met bij
voorbeeld een gulden per week zal men
dan het zakgeld jaarlijks kunnen ver
meerderen met ongeveer een kwartje.
Op de achttienjarige leeftijd krijg je
zo dus een rijksdaalder, wat zeer ge
schikt is. Deze berekening geldt na
tuurlijk slechts dan, wanneer je nog
op school zit. Indien je zelf verdient
vind ik het helemaal niet gek een ge
deelte, bijvoorbeeld een kwart, van de
eigen-geplukte vruchten te smaken en
de rest thuis af te dragen.
Hoe dit geld te besteden? Van het zak
geld moet je je eigen onkosten betalen als
verenigingen, liefhebberijen, roken, ver
valdagen, vacantie, enz., echter niet de
klediifg en het schoeisel: dit zou te
hoog oplopen en dan zou er niets meer
overblijven. Van bijvoorbeeld twee
guiden vijfentwintig kan men de. Ug
cent voer verenigingen, zestig cent voor
reken, vijftig cent voor liefhebberijen
en de rest voor vacanties en andere uit
gaven besteden. Vooral voor de vacantie
zou ik willen zeggen, dat ieder moet
trachten zelf hiervoor te sparen, desnoods
in vacanties wat werken, om als het
zover is. liet thuis te hoeven aanklrv-
po" met: „Ik heb zo en zo veel nodig,
v/Ut U dat betalen?" Een eigen ge
spaarde vacantie geeft altijd tweemaal
zo grote voldoening.
HANS KAPER,
Gymnasium kl. VB, 16 jaar.
Kennemerstraatweg 153,
Alkmaar
'ing te hasting is geopend,
reert zich naar hij zegt
van zijn stoel zit.
TERST krijgt een 14-jarig meisje het
woord (neen Engeltje je bent het
deze keer niet, al heb ik nog even ge
aarzeld!)
„Of jonge mensen zakgeld moeten
hebben? Ik heb de vaste overtuiging,
dat dit zeker nodig is. Vooral voor
oudere jongens en meisjes is dit van
groot belang, daar zij de ervaring moe
ten hebben voor later, wat geld eigen
lijk is. Trouwens, hoe ouder je wordt,
des te minder wil je afhankelijk zijn
van je ouders. Het is niet prettig altijd
geld te moeten vragen als je iemand
met verjaardagen of Sinterklaas iets
geven wilt.
Wat betreft de hoeveelheid, ja, dat
hangt volkomen af van:
le. de leeftijd:
2e. of de ouders vinden, dat clubjes
en feestjes door de jongelui zelf
betaald moeten worden;
3e. of het thuis gemist kan worden.
Het lijkt mij, dat de vraag geen be
trekking heeft op kinderen beneden
de twaalf jaar en bovendien alleen op
minderjarigen slaat. Tussen twaalf en
vijftien kan het bedrag oplopen tot
drie gulden in de maand en vanaf vijf
tien tot het einde van de middelbare
school tot bijv. vijf gulden in de
maand.
Worden clubjes en feestjes door hen
zelf betaald, dan kan het zakgeld ver
hoogd worden met ongeveer één gul
den in de maand.
Wordt er standvastig gespaard voor
iets, dat nog lang niet gekocht kan
worden, bijv. een guitaar of een mooi
hoek, dan kan er misschien een beetje
door de ouders gesteund worden, aan
gezien muziek en lectuur toch ook wel
bij opvoeding behoren.
Verschil in zakgeld tussen een meisje
en een jongen kan wel degelijk nodig
zijn, bijv. met reizen. Een jongen kan
proberen te liften, hetgeen een meisje
niet kan doen en dus geld moet uitge
ven voor bus of tram.
Indien jongens of meisjes zelf ver
dienen, hangt het van de toestand van
de ouders af, of het geld afgedragen
moet worden of niet. Het is natuurlijk
een vrij gevoel om je eerst-verdiende
geld in eigen zak te kunnen steken,
maar dat is niet altijd mogelijk. Je
moet er in ieder geval afstand van kun-
nt-n doen, want tenslotte dragen ouders
nog de volle verantwoording.
Besteding van het zakgeld:
liefhebberijen,
clubjes
geschenken,
sparen
Het uitgeven aan spoepgoed is wel zeer
onverstandig. En wel, omdat je er op
hen duur niet meer buiten kunt en er
dus een groot deel van je zakgeld mee
verloren gaat. Er blijft dan niet veel
over om voor iets te sparen. Bovendien
heb je dan kans in moeilijkheden te
raken met vrienden van wie je ge
leend hebt, omdat je het zo dringend
nodig had".
MARJET VAN ZADELHOFF
14 jaar.
Ankerpark 21, Den Helder,
Nummer twee is Trudy Wytema uit
Hoorn. Ze is leerlinge van het West
fries Lyceum in Hoorn, vierde klas en
dus vermoedelijk 15, 16 of 17 jaar.
ledereen heeft zakgeld
MAM, mag ik verhoging van zak-
geld'" Hoeveel keer zal deze vraag
geklonken hebben en hoeveel keer zui
len de ouders gevraagd hebben: „Wéér
meer? Wat doe je er meeKrijg je niet
genoeg?" Vaak vergeten de ouders,
wanneer ze zulke „noodkreten" uit
stoten, dat iedereen tegenwoordig zak
geld heeft en dat de kleine uitgaven
van scholieren naarmate zij ouder
worden) méér worden. Als je een jaar
of vijftien bent zul je niet meer voor
alles waar je wat geld voor nodig hebt,
vaar je ouders gaan. Iets wat nog maar
al te vaak voorkomt.
Mijns inziens is het goed zakgeld te
nebben. Niet om er leuke luxe dingen
van te kopen, naar de bioscoc-p te lo
pen of iets dergelijks, maar om ver
antwoordelijkheid te krijgen over geld,
len en kleine uigaven te beta-
Hoeveel? Dit hangt er van af: Wordt
er van je verlangd dat je er cadeautjes
voor kennissen van koopt, reizen be-
taalt en contributies van clubs, dan
zal het zakgeld hoger en wel hoqer
moeten zyn dnn dat van diegenen die
er alleen maandelijks enkele kleine
dingetjes van moeten betalen. Jongens
die roken, kunnen niet van f 1.per
week „leven", maar betalen je ouders
ongeveer alles, dan vind ik f 1.per
week genoeg.
Als je zelf verdient, moet je dan je
loon geheel of gedeeleliik aan je
ouders afdragen? Ik kan hier moeilijk
over oordelen, immers hebben je
ouders het nodig en heb je een be
hoorlijk salaris, 'dan vind ik het niet
meer dan billijk, dat je een deel van
het verdiende geld afdraagt.
En de derde, die het woord voert, is
een 16-jarige gymnasiast.
Geen recht maar wel
wenselijk
jyjOS'J'EN jonge mensen zakgeld heb
ben? Nee, wij hebben geen recht op
zakgeld. Daarentegen is bet wel wen-
Ge'ijke motivering
QP ONZE EERSTE VRAAG antwoor
den ze dus alle drie „ja", al ver
talen ze het woord „moeten" door „ge
wenst zijn" en „goed zijn" ze laten
net récht op zakgeld niet gelden. Hun
mening wordt door alle inzenders ge-
eeld en ook de motivering van het
standpunt is overal vrijwel dezelfde
„je moet leren met ge d om te gaan",
je kunt de waarde van geld pas dp-
■/effen als je er vrij over beschikt„je
moet. je onafhankelijk kunnen voeien
en in toenemende mate zelfstandig
worden", „het is nodig, verantwoording
te dragen", altemaal redenen, die de
volwassenen zonder uitzondering kun
nen eerbiedigen.
Ria Vogelpoel meent, dat het bezit
van zakgeld „de spaarzin kan verster
ken" en „leert geld goed te besteden,
dus het niet uit te geven voor onbe
nullige dingen". Leren ze niet jong
met geld om te gaan, en het zo econo
misch mogelijk te gebruiken", aldus
Stijnie Middelkoop, kleuterleidster uit
Hoorn, „dan zullen ze in 't latere leven
vaak met de handen in 't haar zitten".
Dieuw Planting uit Enkhuizen 14
jaar en ik werk thuis bij mijn moeder"!
zegt het op de volgende manier: „Al is 't
ook nog zo weinig, het geeft je volgens
mij het gevoel, dat je al gróót begint
te woiden. Als alle kinderen zakgeld
krijgen en jij krijgt niets, dan word je
jaloers en daar kan van alles uit voort
komen Je krijgt een vervelend humeur,
je snauwt iedereen af, enz. enz. Na
tuurlijk draait dat meestal op ruzie uit.
Eindelijk komt het hoge woord woord
er uit: je wilt zakgeld hebben en je
redeneert van jouw standpunt uit:
iedereen krijgt zakgeld, waarom krijg
ik dan niets? Maar je denkt niet aan
je moeder of die zoveel geld heeft, dat
er op 't eind van de week nog wat voor
je overschiet. Als het beslist niet kan,
dan moet je je er maar bij neerleggen
en wachten tot je zelf wat verdient.
Meestal valt het echter nogal mee".
Verstandig geredeneerd, Dieuw, je kunt
nu eenmaal geen ijzer met handen
breken en jaloersheid'is een kwaad
ïng en ruzie is uit den boze! Engeltje
de Boer denkt er ook zo over: „Ais
het goed is, weet moeder wat ze ons
geven moet en dan behoren wij tevre-
xan Z1^n' om^a* moeder doet wat ze
Ten slotte nog een paar opmerkingen
van de 16-jarige Bram Beek uit Schoort:
Jonge mensen moeten leren met geld
om te gaan, deze zelfde jonge mensen
moeten later ook werketijk mensen
zijn, d.w.z, zelfstandige mensen, waar
aan de maatschappij iets heeft en die
niet bezwijken voor lokkende kroegen
en helverlichte goktenten. Een jong
mens moet weten, wat hij, met geld
kart doen, hij moet leren, zich te be
perken en geld te sparen voor iets, dat
hij graag wil hebben
■x-x&zr - -
Over vraag twee kunnen wij kort
zijn: algemeen is de opinie, dat men
rekening moet houden met de situ
atie. In verband daarmee variëren de
getallen. Men wenst een regelmatige
stijging met de leeftijd en laat het be
drag afhangen van de verplichtingen,
die de ontvanger op zich heeft geno
men en men vindt het nodig, dat deze
"erplichtingen er zijn. Merkwaardig is
hr* feit, dat men véél zakgeld schade
lijk vindt: hoor weer Bram Beek:
„Geef hem niet teveel (ik spreek
hier van hèm) anders is er geen prik
kel meer om zuinig te zijn. Jonge men
sen met veel geld geven dit vaak ver
keerd uit, omdat zij zich laten beïn
vloeden door andere personen, om
dat ze de ervaring missen met geld om
te gaan en omdat ze niet weten, wat de
waarde is van die briefjes en dat klein
geld."
„Eén gulden per week ais je 14
bent", meent Dieuw, je spaart f 0.25
voor verjaardagen en f 0.25 voor iets
dat je zelf hebben wilt. Een kwartje
noud je in je zak en dat andere kwar-
'e k. n, als t moet dienen voor collec
tes voor ijsco's, maar zorg dat je altijd
geld bij je hebt, want ik zou het schan
dalig vinden als ik een collectebus voor
eén of ander goed doel zou voorbijgaan,
omdat ik geen geld bij me had, terwijl
'k het thuis had liggen. Je kan 't ook
in geval van nood aan een vriend of
vriendin uitlenen, komt altijd te pas",
f 3.- vindt een 18-jarige. „een riks is
voor een knaap van 16 jaar genoeg"
meent een jongen van 16, „leer ze ech
ter ook, dat alleen geld geen geluk
brengt', voegt hij er bij. „Vaak zijn
r.jke mensen ongelukkig gezondheid
(Advertenhe, lng Med.)
L.n goede hersenen zijn nergens te koop
voor milliardcn niet". En Ria wil de
12—14-jarigen niet meer dan een halve
gulden per week geven, de 14lo-
jarigen f 1.-, de 16 en 17-jarigen f 2.-
en de rest f 12- als maximum per
maand".
Vraag drie: algemene opinie: loon oi
salaris gedeeltelijk afdragen, een deel
behouden in onderling overleg.
En viaag vier? Hier en daar is al dui
delijk geworden, dat men z'n zuurver
diende of met moeite bedongen geld
vooral niet wil verspillen aan luxe
aarzelend noemt men daarbij de siga
retten, met wat meer zekerheid het
snoepgoed (in de moderne jeugd-termi-
uologie algemeen betiteld als „snoep").
Bioscoopbezoek wil men beperken en
lieirt sparen voor kleding, boeken, ge
reedschap, verjaardagsgeschenken, e.d.
De jeugci uit onze streek blijkt verheu
gend solide te zijn en een vijand van
terspilling en verkwisting. „Leer in je
jeugd, dat je je geld maar éen keer
kunt -uitgeven'waarschuwt flans Rea
ders Met aeze zin kunnen we hel hele
probleem prachtig samenvatten.
1 WAT zjjn de voordelen en de nadelen van regelmatig bioscoopbezoek
l voor jonge mensen? Hoe vaak ga je er heen? Vind je het goed, dat
I sommige films voor jongeren beneden 14 en andere zelfs voor 14-, 15-,
16- en 17-jarigen verboden zijn? Waarom wel? Waarom niet?
Antwoorden uiterlijk Maandag bijtijds verzenden aan D. L. Daalder,
Komlaan 8, Bergen (N.-H.)
Ui* If
der, i
VEJA
moesten groeien. Dat van Bonnard is
er ter vergelijking bij gehangen; voor
ons gevoel wint de schets het nog
haast door de verrukkelijke spontaneï
teit van zijn toets. Verder hangen er de
vier panelen, die Vuillard voor de
familie Vaauez schilderde: monumen
tale stukken, die een voornaam inte
rieur hebben moeten opsieren. Bonnard
schilderde de kunsthandelaar Vollard
de geweldige, vriend en schrik te
vens ven vele kunstenaars met een
kat op zijn knieën temidden van de
schilderijen van vele tiidgenoten. Er is
een mooi, vrijwel geheel in kleur opge
lost „Naakt in het bad".
niT ZAALTJE mag gelden als de
tweede verrassing. Maar daarmee is
het nog niet uit. Temidden van het
vele goeds, dat ge in een reeks van
kabinetten kunt vinden, hangt, wat
weggestopt, een derde surprise: een
(Van onze redacteur beeldende kunsten)
BELANGRIJKE EXPOSITIES hebben de grote Nederlandse musea in
de jaren na de bevrijding kunnen brengen, hetzij door uitwisseling, hetzij
door de samenwerking van en de persoonlijke relaties tussen museumdirecteuren
in vele Europese landen. Dezen geven in toenemende male blijk van een juist
inzicht der onder hun hoede staande instellingen; zij werpen de deuren hunner
musea wijd open en geven aan zo veel mogelijk kunstliefhebbers de gelegen
heid, kennis te nemen van een zo gevarieerd mogelijk aantal kunstwerken.
Een museum is niet meer een stoffige opslagplaats van oudheden. Het is een
tehuis geworden, waar men een artistiek en wetenschappelijk verantwoord
beeld kan krijgen van hetgeen grote geesten aller tijden aan uitingen hebben
voortgebracht. Een gevolg van deze omstandigheidis thans, dat het Parijse publiek,
'kennnis kan maken met de prachtige collectie van de kunstverzamelaar D. G.
van Beuningen uit Vierhouten, en Holland in ruil hiervoor een keur uit het
kunstbezit van de stad Parijs onder ogen krijgt. De schilderijen uit het Petit
Palais zijn namelijk voor enkele weken ondergebracht m het Museum Boymans
te Rotterdam, tezamen met enkele beeldhouwwerken. De tentoonstelling „Hon
derd meesterwerken" in het Stedelijk Museum te Amsterdam gaf ons reeds een
voortreffelijke indruk van een bloeiperiode in de Franse schilderkunst .Pp.'
mans geeft ons deze opnieuwzij hetdat de collectie hier minder veelzijdig
en volledig is.
Indrukken van een eeuw
schilderkunst
INE COLLECTIE van het Petit Palais
is namelijk allerminst een volledige
weerslag van 11 .geen Frankrijk in de
afgelopen honderd jaar aan belangrijke
scmlders heeft voortgebracht. Van de
beroemde impressionisten is er maar
zeer weinig, van sommigen zelfs niets,
ook van de na hen optredende stromin
gen en persoonlijkheden is er lang niet
altijd werk voorhanden. Van anderen is
er daarentegen veel. Maar alles, wat in
deze verzameling is opgenomen, is van
zeer grote schoonheid. Het ene zal
misschien meer aantrekken dan het
ander, maar de kwaliteit ervan is on
miskenbaar.
Het is nauwelijks uit te maken, wat
het belangrijkste aeel van deze ten
toonstelling is. Al dadelijk, wanneer
men de eerste zaal binnentreedt, is er
een grote verrassing die u in stille
verrukking brengt: er hangt een groep
kostelijke Courbets, die op zijn hoogst
wordt geëvenaard, maar nimmer over-
troflen door wat er verder naar Rotter
dam is gezonden. Courbet mocht ouder
wets zijn hij wist wat schilderen was.
Om dat te ervaren behoeft men slechts
dat prachtige zelfportret te zien, waar
hij, de pijp in de hand en een zwarte
hond naast zich, tegen een rotswand
zit. Zijn door een breedgerande hoed
overschaduwd en door lang krullend
haar omlijst gelaat ziet u niet recht
streeks aan. Eigenlijk ziet deze wat
languissante man met zijn sterk besef
van eigenwaarde min of meer langs
de beschouwers van zijn conterfeitsel
heen. Hij mag dat doen ook, want zijn
v/erk, hoe weinig revolutonnair ook, is
van een noblesse, die zijn trots volko
men wettigt. Zie maar eens dat prach
tige portret van zijn zusje Juliette, of
zijn fraaie „Baadsters", of het mooie
portret van Proudhon. Hij heeft zich
zelf steeds als de vertegenwoordiger bii
uitstek van het realisme beschouwd.
Dat hij er één van de béste represen
tanten van is, zal niemand betwisten,
die deze groep schilderijen heeft ge
zien en ingedronken.
Het Petit Palais dankt zijn kostelijk
bezit aan schenkingen als deze fraaie
groep. Daardoor is het niet geheel af
gerond, we zeiden het reeds. Aan dc
andere kant echter verwierf Parijs
daardoor stukken, die uniek zijn. Zo
heeft Boymans thans een zaal vol van de
kleurigste en mooiste stukken van Bon
nard en Vuillard, de twee kunstbroe
ders, die jarenlang zo bevriend waren
dat men hun werken nauwelijks uit
elkaar kon houden.
Van Vuillard vinden we er die
prachtige schetsen met hun beheerste
kleurigheid, waaruit portretten van
Beoawd) Maillol, Roussel en Denis
(Van onze correspondent te Brussel)
■pWEE MANNEN zitten samen in de gevangenis en kijken naar buiten door het
nauwe raampje. Het heeft geregend en gesneeuwd. De één zegt: „Kijk eens hoe
mooi de zon nu schijnt op de velden". „Bah", zegt de andere, „wat een smerige
natte wegen". Zij zien alle twee precies hetzelfde landschap, maar terwijl de
een er heerlijkheid in ziet, kan de andere niets anders dan druilerigheid en misè
re aanschouwen. Een verschijnsel niet ongelijk aan dit, doet zich de laatste tijd
voor ten opzichte van Benelux en de economische toenadering tussen België en
Nederland. Door sommigen wordt dit instituut hemelhoog geprezen, door an
dere tot in de diepste diepten verdoemd en veracht. Ik heb er lofliederen op ho
ren zingen, die mij niet geheel vrü van overdrijving en sentimentaliteit voorkwa
men, maar de vloekpsalmen die men in sommige Belgische kringen op het ogen
blik tegen Benelux hoort aanheffen, vormen toch wel zulk een afschuwelijke
kakofonie, dat het mij gewenst lijkt er hier op te wijzen.
fabrieken, welke de onze de dood
steek geven. Waarom? Omdat in Hol
land een arbeider slechts 100 franken
verdient, terwijl gij er 200 wint".
Men zou voor de vermoedelijke in.
vloed, die dit pamflet op de grote
massa heeft, niet zo bevreesd behoe
ven te zijn. als het niet „versierd" was
met talrijke illustraties die, uit een
oogpunt van reclame,, meesterlijk aan
gebracht zijn en onmiddellijk tot de
Belg zullen spreken. Het visuele pakt
hem. Wilt gij ingang bij hem hebben,
neem dan uw penseel, doop het in de
felste kleuren van uw palet, en schil
der ermee op het ragfijne doek van
zijn geest. Welnu, dat hebben deze on
tevreden heren uit de kledingnijver-
heid, uit de schoennijverheid, uit da
tabakswereld, uit de voedingsnijver
heid, uit de papiernijverheid en de
drukkersbedrijven gedaan. Zij hebben
het felste rood en het gemeenste geel
en het donkerste zwart uitgekozen om
er mee te schilderen. Het resultaat is,
dat zij een schilderii ontwierpen, waar
in al het licht aan de kant van Neder
land is en al het duister aan de kant
van België, een schilderij, dat door zijn
overdrijving bii de kritische beschou
wer onmiddellijk de indruk wekt, dat
hier teveel wordt bewezen juist door
dat er te weinig bewezen wordt. Maar
aangezien het Belgische volk in zijn
brede volkslagen weinig kritisch inge
steld is, zijn wij van mening, dat dit
pamflet niet nalaten zal invloed uit te
oefenen en de toch al niet hoog op
laaiende vlammen van de liefde voor
Benelux te doven.
De jammerlijke zijde van deze actla
is haar eenzijdigheid. Een aangelegen
heid als Benelux, die waard is nage
streefd te worden, maar waaraan min
stens evenveel moeilijk on te lossen
problemen zijn als er partners in zijn
vertegenwoordigd, wordt in dit pam
flet aan e«n critiek onderworpen, dia
al te goedkoop en simplistisch is en
daarom-verwarrend werkt. Alles wordt
geperst in een wit-zwart schema: „Dit
in Holland, ten koste van dat in Bel
gië". Er is in het geheel geen oog voor
schakeringen en nuances. Dit wekt de
indruk, dat de samenstellers van dit
onwaardige stuk door één ding slechts
gedreven werden, hun eigen belang,
dat veilig gesteld moet worden. Dit
moeten die heren zelf weten. Maar
wanneer m»n hieraan de schijn geeft
van op te komen voor een algemeen
Belgisch volksbelang, is het goed, dat
deze heren weten, dat er in België een
groot deel weldenkende mensen is, die
hun actie als demagogie van de goed
koopste soort afkeuren en, hoewel zij
misschien zelf ook bezwaren hebben
tegen de gang van zaken, met veront-
waard'm'ng een ..Non tali auxilio" (niet
met of door zulke hulp) aan hun adres
laten horen.
Minderwaardig pamflet
dieigt de Belgen te
miseiden
KEN AANTAL vertegenwoordigers
*-* van groepen, die zich bijzonder be
nadeeld achten door de Nederlandse
concurrentie, hebben hier in Belgie
een pamflet de wereld ingezonden. In
alle brievenbussen hebben zij een vel
papier, ter grootte van een dagblad
pagina, laten bezorgen, waarop de fel
ste en minderwaardigste bestrijding
van Benelux voorkomt, die ooit in dit
land is verschenen.
Het pamflet richt zich tot de burgers
van het iand met de woorden m dikke
kopletters bovenaan gedrukt: „Door
Benelux wordt gij rechtstreeks be
dreigd". Voorbeelden van deze zoge
naamde bedreiging worden aangehaald:
een Belgische fabriek met 100 arbei
ders geeft aan ieder van hen 10,75
francs méér dan een Nederlandse fa
briek van gelijke omvang. Ziedaar de
voorsprong, welke de Nederlandse fa-
briek door haar lage lonen automatisch
op de Belgische onderneming krijgt.
Besluit Benulux betekent: sabotage
van uw hoge lonen. „Wist gij", zo gaat
het pamflet verder, „dat, sedert de be
vrijding, België 4 milliard franken aan
Holland geleend heeft? Met ons geld
kon Holland zijn havens uitrusten, zijn
zakenleven uitbreiden. Het bouwde
klein doek dat Henri de Toulouse Lau-
trec als zestienjarige jongen te Nice
schilderde, namelijk De Mailcoach. We
kennen Toulouse Lautrec als de ver-
beelder van het fin-de-siècle in Parijs,
de schilder en tekenaar van de mannen
en vrouwen, die tussen 1890 en zijn door
de alcohol verhaaste dood in 1901 de
bars en de circussen in de Lichtstad
bevolkten. Als zodanig is hij geniaal.
Minder rijp misschien, maar frisser en
zeker niet minder knap is dit kleine
doek met die voortjagende paarden
voor die koets. Het heeft een vaart en
een spanning, die u diepe bewondering
afdwingen voor de meesterlijke wijze,
waarop deze schilder als knaap reeds
zijn middelen beheerste.
Men ontdekt er dan Corots kostelijke
naakt „Mariette" en betreurt het, dat er
van deze meester van het Franse land
schap niet meer te vinden is. Het ene
doek, dat er van Picasso hangt, is aller
minst een bewijs van zijn grootheid,
maar de twee hier voorhanden plastie
ken van zijn hand zi.in beide uiterst ge
voelig gemaakte beeldjes, die veel meer
dan veie latere, voor een snobistisch
publiek vervaardigde doeken, een be
wijs zijn voor zijn kunnen.
Er is veel meer goede plastiek. Van
Bourdelle en Carpeaux, van Rodin en
Degas, van Maillol ook ten dele uit
het Parijse bezit, ten dele uit dat van
Boymans een gevaar, waarvoor we
het Rotterdamse museum hartelijk dank
weten, omdat daardoor een zeer mooi
groepje op deze expositie ontstond. Wij
voor ons kennen nauwelijks mooiere
beelden dan de trotse naakten van
Maillol en dat danseresje van Degas:
dat kleine meiske met haar gespannen
houding en haar naar binnen gekeerde
blik, in het omhoog geheven gelaat.
Laten we dadelijk de bewonderaars
van Rodin geruststellen: dat houdt geen
miskenning van hun idool in. Wat tr
van hem op deze expositie staat, heeft
mede de rijkste herinneringen bij ons
achtergelaten. Van W.
Courbet: Portret van zijn zuster Juliette,
F)E honderdduizenden die 's zomers
Sydney's blonde stranden bezoeken,
hebben zich ongerust gemaakt over het
feit, dat langs grote stukken van het
Australische zeestrand naar zeldzame
zware mineralen wordt gedolven.
Zij hebben thans echter de verzeke
ring gekregen, dat er elders strand ge
noeg is, zodat het genoegen van de
badgasten niet behoeft te worden ver
stoord door de dorst naar zeldzame mi
neralen als rutiel, zircon, ilmeniet en
monaziet.
De opbrengst van deze aan het strand
gedolven mineralen wordt dit jaar op
meer dan zeven millioen gulden ge
schat.
Het rutiel wordt gebruikt voor de
vervaardiging van de bij de straalvlieg
tuigenindustrie onmisbare iitanium-al-
Iiages. Zircon is hoofdzakelijk voor de
emaille-industrie bestemd.
Het monaziet bevat radio-actieve
thorium en cerium, dat aangewend
wordt bij de vervaardiging van lonten.
Het delven naar deze zeldzame mi
neralen aan de Australische stranden
is plotseling een grote industrie gewor
den. Reeds zes maatschappijen delven
van de grens tussen Queensland en
Nieuw Zuid Wales tot aan het histo
rische Port Macquarie en van de zijde
van vacantiegangers zijn reeds talrijke
angstige protesten vernomen.
De natuurliefhebbers kunnen echter
rustig zijn. Alle mijnbouwmaatschap-
pijen die thans aan de stranden delven,
moeten een aanzienlijke garantie stor
ten teneinde de zekerheid te hebben,
dat zij het strand na het delven in zijn
oude staat zullen terug brengen.
AUSTRALIë is door zijn enorme af-
standen reeds sinds geruime tijd
rijk aan talrijke vliegende instellingen,
Het oude spelletje van „alle vogel3
vliegen" wordt hier tenminste met vlie
gende dokters, vliegende tandartsen,
vliegende ambulances, vliegende vee
artsen, vliegende dominees en hele vlie
gende huizen nogal moeilijk.
Een vliegende kerk is Australië nog
niet rijk, doch wel zal nog deze maand
Australië's eerste rijdende kerk haar.,
nee, niet deuren, doch haar zijwanden
voor de gelovigen openen.
Deze eeiste rijdende kerk van de An-
glikaanse Kerk zal dienen om zich snel
ontwikkelde gebieden waar nog geen.
kerken zijn, te voorzien van Godsdienst
oefeningen, Zondagsschool en religieu
ze films.
De kerk bestaat uit een grote aan
hangwagen, waarvan de zijwanden
opengeslagen kunnen worden. Hieraan
kan een dak van zeildoek worden be
vestigd, dat plaats biedt aan een hon
derd kerkgangers.
De grote aanhangwagen is volledig
uitgerust als het schip van een kerk,
zodat alle diensten, ook de toediening
van de Heilige Communie kunnen wor
den uitgevoeid.