Regering wacht voorstellen van
Stichting van de Arbeid af
Huisbrand
Motieven voor
verlichting van
belastingen
DÉBRALINE
goed en lekker
r
PERSONELE BELASTING
1 grote
tube
CasteU® landpasla
Bescherming Burgerbevolking
nadert zijn voltooiing
Ook in 1954
naar 65000
woningen
Loonsverhoging en andere compensaties
Tegemoetkoming
vergeten groepen
Kleine investeringen
DIVIDENDBEPERKING
i voor
8 een
DE TROONREDE
DINSDAG 13 SEPTEMBER 1953
95
HET STANDPUNT, in het Voorlopig Verslag tot uitdrukking gebracht,
dat in beginsel moet worden gestreefd naar een volledige compensatie
van de huurverhoging voor allen, die deze verhoging niet kunnen dra
gen, kan de Regering niet onvoorwaardelijk delen. Met name doet zij
dit niet voorzover dat standpunt zou medebrengen, dat compensatie te
allen tijde ten laste van de Staat zou moeten geschieden, indien zij niet
op andere wijze mogelijk is. De Regering toch acht het niet verantwoord
ernaar te streven elke stijging van de kosten van levensonderhoud,
welke voortvloeit uit een soepeler beleid op het stuk van de beheersing
van de prijzen, voor rekening van de Staat te doen komen. Dat de
Regering niettemin voor de komende huurverhoging tot voor ongeveer
de helft ervan compensatie door belastingverlaging voorstaat, vindt zijn
grond in de omstandigheid, dat zij het met het oog op de belangen van
die groepen der maatschappij die zich anders dan bijv. de loontrek-
kenden en de ondernemers niet op andere tvijze een tegenwicht
tegenover de huurverhoging kunnen verschaffen, evenmin verantwoord
acht elke compensatie achterwege te laten.
70ALS bekend is, heeft over de loons-
t- varhoging in verband met de huur
verhoging overleg plaats in de Stich
ting van den Arbeid, terwijl het over
leg, in aansluiting daarop, binnenkort
in de erkende ambtenarenorganisaties
gal worden geopend.
Ten aanzien van de werkingssfeer
van een loonsverhoging en het even
tuele bindend voorschrijven daarvan
zullen uiteraard de voorstellen van de
Stichting van den Arbeid moeten wor
den afgewacht. De Regering acht het
mogelijk, dat ten tijde van het aanbie
den van de onderhavige Memorie van
Antwoord het overleg met de Stichting
van den Arbeid inmiddels is afgeslo
ten. De Regering is van oordeel, dat
eerst daarna definitieve mededelingen
kunnen worden gedaan nopens het
standpunt, dat zij inneemt met betrek
king tot de problemen, die hier aan de
orde bomen.
Met betrekking tot het vraagstuk
van het te/rugnemen van de consump-
tiebeperking is de Regering van oor
deel dat dit mede in verband met de
noodzaak van ficale compensatie
voor de a.s. huurverhoging beter
van niet-fiscale zijde kan worden be
naderd. Zij acht het vraagstuk verbon
den o.a. met het probleem van de lonen
en verwacht dat het bij de in over
weging zijnde verhoging van de lonen
vanzelf aan de orde zal komen. Tegen
over eventuele voorstellen ter zake,
die bij het overleg met de Stichting
van den Arbeid naar voren mochten
komen, staat de Regering niet afwij
zend.
Omtrent een eventuele verhoging van
Zoals bekend is heeft de Tweede
Kamer in haar Voorlopig Verslag
terzake van het belastingplan van
de regering vele uiteenlopende
suggesties gedaan, terwijl al eerder
naar aanleiding van de belasting-
nota van de minister-president een
reeks van 134 vragen bij de rege
ring was ingekomen. In de Memo
rie van Antwoord op het gehele
complex van fiscale voorzieningen
gaat de regering thans vele punten
uitvoerig na.
Zij erkent aanvankelijk de overtui
ging te hebben gehad, dat maatregelen
in het belang van de werkgelegenheid
op langere termijn en de compensaties
in verband met de huurverhoging voor
rang moesten hebben boven een meer
algemene verlichting van de belasting
druk.
In de sindsdien verstreken maanden
is meer zekerheid verkregen over de
financiële vooruitzichten. De in de
Millioenennota verstrekte gegevens to
nen aan, dat de budgetaire vooruit
zichten voor 1954 op zichzelf gezien
geen aanleiding geven om tot verdere
vermindering van de middelen over te
gaan. Echter dient daarbij in aanmer
king te worden genomen, dat dit beeld
ongunstig is beïnvloed door een factor
van tijdelijke aard, namelijk de lasten
van het herstel van de watersnood-
schade, welke zich slechts uitstrekken
over 1953 en 1954. Voorts is de mone
taire toestand bij voortduring als gun.
stig aan te merken, terwijl de betalings
balans ook gedurende het voorjaar en
de zomer nagenoeg aanhoudend een
overschot vertoont.
Het hier in enkele trekken geschet
ste financieel-economisch beeld en de
overweging, dat op iets langere ter
mijn met een vermindering van de las
ten van de oorlogsschadevergoedingen
mag worden gerekend, hebben de Re
gering aanleiding gegeven na te gaan
of het, alles tezamen genomen, verant
woord zou zijn, met handhaving van
de reeds voorgestelde fiscale voorzie
ningen, aan het alom levende verlan
gen naar een meer algemene belasting
verlichting te voldoen. Haar aandacht
Is daarbij aanstonds uitgegaan naar
een verlaging van het tarief van de in
komstenbelasting en de loonbelasting,
aangezien zij het matigen van de zware
druk van die belastingen, in het bij
zonder op de middeninkomens, als een
van de naastliggende maatregelen van
urgente aard beschouwt. Na nauwge
zette overweging is de Regering tot de
slotsom gekomen, dat een zodanige al
gemene verlichting van belastingdruk
niet langer mag worden uitgesteld.
de kinderbijslag en een versterking van
de progressie naar het aantal kinderen,
wacht de regering eveneens in eerste
aanleg de voorstellen van de Stichting
van den Arbeid af.
Met betrekking tot de zg. vergeten
groepen merkt de regering op, dat voor
hen, die van rijkswege pensioen genie
ten of sociale uitkeringen ontvangen,
een zekere compensatie voor de huur
verhoging zal moeten worden gegeven.
Voor de andere groepen acht de rege
ring het een gelukkige omstandigheid,
dat zij een verlichting van lasten zul
len verkrijgen ten-cvolge van de ver
laging van de inkomstenbelasting.
ontsieren Uw gelaat. Ze verdwij.
nen dikwijls in 24 uur.evenals
vuile poriën en vetwormpjes,door
het beroemde huidgeneesmiddel
(Advertentie Ing. Med.)
Tegen de voorgestelde regeling tot
teruggaaf van omzetbelasting op bij le
veranciers aanwezige voorraden brand
stoffen, verband houdende met het plan
om huisbrand van omzetbelasting vrij
te stellen, zijn in het Voorlopig Ver
slag, ook op aandrang van de organi
saties van belanghebbenden bezwaren
geuit met het oog op de nadelen, die
aan het te volgen systeem verbonden
zijn. De Regering erkent, dat deze na
delen, bestaande uit een moeilijker
worden van de liquiditeitspositie en uit
een vergroting van de administratieve
beslommeringen zwaar zijn. Een sy
steem, waarbij de genoemde nadelen
zo min mogelijk optreden, verdient in
derdaad de voorkeur.
In de desbetreffende nota van wijzi
gingen is dan ook in grote lijnen het
in het Verslag geprojecteerde stelsel,
alhoewel ook hieraan een nadeel ver
bonden is, in een wettelijke vorm neer
gelegd. Het komt in het kort hierop
neer, dat voor zover de fabrikant of
importeur niet aan ondernemers levert,
bij aflevering van de brandstoffen door
de fabrikant aan handelaren en bij in
voer van die goederen ten behoeve van
handelaren, vrijstelling van omzetbe
lasting c.q. invoerbelasting wordt ge
noten, mits aan bepaalde eisen wordt
voldaan. Levert echter de handelaar de
met vrijstelling betrokken brandstoffen
aan ondernemers, dan is terzake van
die levering die handelaar omzetbelas
ting verschuldigd, als ware hij „fabri
kant" van die brandstoffen.
De vraag, welke maatregelen de rege
ring voor ogen staan met betrekking
tot degenen, die een sociale uitkering
ontvangen en hen, die van overheids
wege zijn gepensionneerd, kan nog niet
exact worden beantwoord. De regering
geeft te kennen, dat zij beslist afwij
zend staat tegenover de suggestie om
de gevolgen van de te verwachten ver
hoging van de lonen op te vangen door
een verlaging van de verevenings-
heffing.
£EN van de fiscale voorzieningen in
het belang van de werkgelegenheid
op langere termijn houdt een aftrek in
voor de inkomstenbelasting en de ven
nootschapsbelasting, terzake van inves
teringen in de vorm van bedrijfsmid
delen of van verbetering daarvan.
Deze faciliteit zou volgens het aan
vankelijke voorstel echter alleen toe
passing vinden voorzover de totale aan-
schaffings. of voortbrengingskosten in
een bepaald jaar f 10.000 te boven zou
den gaan.
Naar aanleiding van de terzake ge
maakte opmerkingen, wijst de Rege
ring onder meer op de technische moei
lijkheden, die voor de uitvoering van
de faciliteit aan een verlaging van deze
grens verbonden zijn. Niettemin is zij
van mening, dat aan de in het Voor
lopig Verslag geopperde bezwaren zou
kunnen worden tegemoetgekomen, in
dien de toepassing van de faciliteit ten
aanzien van allerlei kleine, ook uit een
oogpunt van werkgelegenheid onbete
kenende uitgaven uitdrukkelijk zou
Kunnen worden uitgesloten.
Bij nota van wijziging wordt thans
voorgesteld de rfiinimumgrens aan in
vesteringen tot f 3.000 te verlagen en
voor de toepassing van de bepaling niet
als bedrijfsmiddel te beschouwen de
„voorwerpen van geringe waarde, wel
ker aanschaffing of voortbrenging ge
woonlijk tot de lopende bedrijfs- of
beroepsuitgaven wordt gerekend". Door
de aldus bepaalde begrenzing wordt
bereikt, dat de faciliteit niet alleen
voor de industrieële bedrijven, maar
ook voor de andere sectoren van het
bedrijfsleven, in het bijzonder ook voor
middenstandsbedrijven, een veel bre
der en ruimer toepassingsmogelijkheid
heeft verkregen. Aan de andere kant
is daarmede, zij het dan in mindere
mate dan volgens de aanvankelijke op
zet, rekening gehouden met de aan de
uitvoering van de maatregel verbon
den administratieve bezwaren en in
ieder geval vermeden, dat voor onbe
langrijke bedragen moeilijkheden wor
den geschapen.
In tegenstelling met het door de
Sociaal-Economische Raad uitge
bracht advies om de dividendbe
perking met nog één jaar te ver
lengen, waarbij de regeling gewij
zigd zou moeten worden, is de
regering van oordeel, dat zulks niet
gewenst is. Zij is niet voornemens
een voorstel tot handhaving van
de dividendbeperking in te dienen.
hp< he, Kche(rPaPfer verpa^'n9
PRODUCT VAN 0E NOORD-HOLLANDSE MARGARINEFABRIEKEN ZAANDIJK
(Advertentie, Ing. Med.)
MAAR AANLEIDING
van de voorgenomen
verlaging van de persone
le belasting is de vraag
gesteld of die belasting
niet kan worden afge
schaft. De Regering deelt
terzake mede, dat zij niet
voornemens is daartoe
een voorstel te doen.
Tegen de afschaffing van
deze gemeentelijke belas
ting rijst allereerst deze
bedenking, dat daarmede
in het bijzonder voor vele
kleinere gemeenten een
belangrijke bron van in
komsten verloren gaat,
waardoor tevens het eigen
belastinggebied der ge
meenten zou inkrimpen
en daarmede aan een
grondslag van de gemeen
telijke autonomie afbreuk
zou worden gedaan.
Met betrekking tot het
voorstel tot verlaging van
de personele belasting is
in het Voorlopig Verslag
verder o.a. het bezwaar
geopperd dat de ongelijk
heid in de gemeentelijke
en provinciale opcenten
een gelijke druk van de
personele belasting illu
soir zou maken. Naar
aanleiding hiervan wordt
in de Memorie van Ant
woord opgemerkt, dat in
de grote meerderheid dei-
gevallen het aantal ge
meentelijke en provincia
le opcenten gelijk is (res
pectievelijk 150 en 50).
Voor zover echter de ge
meenten een progressief
opcentenstelsel kennen, is
de Regering van mening
dat, wil ook in deze geval
len een belastingverlich
ting van circa 40 pCt.
worden bereikt, de rege
ling inzake deze opcenten
met ingang van het be
lastingjaar 1954-1955 - het
eerste jaar waarin de
nieuwe huren grondslag
voor de heffing van de
belasting zijn - bij de
huurverhoging dient te
worden aangepast. De in
diening van een daartoe
strekkend wetsontwerp
zal door de Minister van
Binnenlandse Zaken wor
den bevorderd.
Uit de overige beschou
wingen in de Memorie
van Antwoord met be
trekking tot de personele
belasting blijkt verder,
dat in het kader van de
algemene herziening van
de belastingwetgeving
door de vereenvoudi
gingscommissie een nieuw
ontwerp van wet op de
personele belasting wordt
voorbereid, waarbij te
vens de regeling van de
klassenindeling van de
gemeenten en de kinder
aftrek opnieuw wordt be
zien.
aankoop
l hebt u
V<?
Gastella-spe"
••••v.
■V.V.V.V.V.V c
V.V.V.V.V.V.V.V.VtV.V.V.VAW.'
(Advertentie Ing. Med.)
(Vervolg van pag. 1)
In de worsteling om een snel herstel
van de geteisterde waterkeringen en
een spoedige drooglegging van de
overstroomde gronden te verwezen
lijken zijn de beste tradities van ons
volk gehandhaafd. Met dankbaarheid
kunnen wij constateren, dat thans de
dijken op één uitzondering na gedicht
zijn. Er bestaat goede hoop, dat vóór
dé najaarsstormen de sluiting voltooid
zal zijn. Dit ware de schoonste belo
ning voor de onvermoeide arbeid van
velen.
Alle krachten worden ingespannen
voor het herstel der getroffen gebie
den, ook op het gebied van landbouw
en wederopbouw. Tevens is het oog
gericht op de noodzakelijkheid om
voor de toekomst grotere veiligheid
te verzekeren.
De ramp stelt hoge eisen aan de
schatkist en heeft verschillende takken
van de agrarische productie ernstig
getroffen. De wijze waarop de schok
is opgevangen getuigt echter van de
economische weerstandskracht, waar
over ons volk thans weer beschikt.
INE WIJZIGING ten goede, die reeds
eerder in het buitenlands betalings
verkeer was opgetreden, zette zich
voort. De goud- en deviezenreserve
nam gestadig toe. Dientengevolge was
het mogelijk enkele verzachtende
maatregelen ten aanzien van het de-
viezenbeleid te treffen. De regering
gaat na of verdere verruiming moge
lijk is. Productie en werkgelegenheid
liggen op een hoog niveau. De hulp,
die ons land in de jaren 1949 tot en
met 1952 van de Verenigde Staten van
Amerika ontving en die tot het eco
nomisch herstel in zo belangrijke mate
heeft bijgedragen, kon worden beëin
digd.
Het behoud van het verkregen even
wicht en de voortzetting van de nor
male groei der economische bedrijvig
heid eisen bij voortduring aandacht.
De sterke toeneming van onze bevol
king maakt het nodig de totstandko
ming van nieuwe en de uitbreiding
van bestaande welvaartsbronnen met
kracht te blijven bevorderen. De aan
hangige voorstellen in zake verlaging
van de belastingdruk op het bedrijfs
leven zullen daartoe kunnen bijdragen.
Onmisbare voorwaarde voor een
blijvend gunstige ontwikkeling is een
verdere vergroting van de export en
een zo ruim en vrij mogelijk inter
nationaal handels- en betalingsverkeer.
De regering is voortdurend bedacht
op het stimuleren en steunen van
maatregelen in die richting. Het ligt
in het voornemen op korte termijn
een ontwerp van wethoudende regelen
omtrent de economische mededinging
bij de Staten-Generaal aanhangig te
maken ter vervanging van het op
dit gebied nog steeds geldende bezet
tingsrecht.
Een nota over het middenstands-
vraagstuk zal u dit zittingsjaar berei
ken. Op grond van met het bedrijfs
leven gevoerd overleg heeft de rege
ring goede hoop, dat de door haar
gewenste verwezenlijking van de pu
bliekrechtelijke bedrijfsorganisatie op
basis van vrijwilligheid zal kunnen
geschieden. Op korte termijn zal zij
naar aanleiding van door de Sociaal-
Economische Raad uitgebrachte advie
zen de instelling van een aantal be-
drijfslichamen bevorderen. Het vraag
stuk van de bezitsvorming is in stu
die, in samenwerking met de commis-
ie bezitsspreiding.
LIET STREVEN der regering blijft
gericht op het scheppen van zodani
ge economische voorwaarden, dat de
landbouw en de visserij in staat wor
den gesteld de grootst mogelijke bij
drage aan de nationale welvaart te
leveren. Hiertoe bevordert zij krachtig
het landbouwonderwijs, de voorlich
ting en het onderzoek. Was in de
jaren na de laatste wereldoorlog de
markt voor producten van de land
bouw en de visserij gunstig, thans
moet met een dalende tendens reke
ning worden gehouden. Het streven
naar verlaging van kostprijzen en het
voeren van een actief afzetbeleid vor
men dan ook nog meer dan tevoren
een belangrijk onderdeel van de land
bouwpolitiek. Maatregelen tot verbe
tering van de toestand in de zeevis
serij zijn in voorbereiding.
TER VOORZIENING in het nog
steeds nijpende gebrek aan woningen
bevordert de regering verwezenlijking
van een bouwprogramma van 65000
woningen. Daarbij zal zij bijzondere
aandacht schenken aan de bouw ter
vervanging van de door de oorlog en
de watersnood verloren gegane hui
zen. Het ligt in de bedoeling in dit zit
tingsjaar een ontwerpwoningwet en
een ontwerp-ruimtewet in te dienen.
De regering overweegt of wijzigin
gen in het systeem of in de organisa
tie van de tot dusver gevolgde loon
politiek gewenst zijn. Hierbij zijn het
werkgelegenheidsaspect en het behoud
van de arbeidsvrede. die tot dusver zo.
voorbeeldig gehandhaafd bleef, van
veel belang.
De uitvoering van de werkloosheid,
de ziektewet en de kinderbijslag door
de bedrijfsverenigingen verloopt in het
algemeen bevredigend. In' overweging
is thans een voorstel om ook de land
en tuinbouwongevallenverzekering ter
uitvoering aan de bedrijfsverenigingen
over te dragen. De indiening van een
wetsontwerp tot het verbod van ar
beid in de Industrie voor 14-jarige
meisjes is te verwachten.
De gezondheidstoestand van ons
volk blijft zich gunstig ontwikkelen.
De over het gepubliceerde vooront
werp-ziekenfondswet ontvangen ad
viezen hebben de noodzaak aangetoond
dit ontwerp nader in beschouwing te
nemen. De verbreding en verdieping
van het maatschappelijk werk. ge
richt op individu en gezin, zal de re
gering zoveel mogelijk .bevorderen. Bij
zondere aandacht zal zij besteden „aan
die gebieden in Nederland waar ach
terstand aanwezig is op maatschappe
lijk. cultureel en hygiënisch terrein.
Voorstellen in de geest van het rap
port van de commissie achterstallige
betalingen zullen u bereiken. Ten aan
zien van de maatschappelijke moeilijk
heden. waarin een aantal Nederlanders
in Indonesië verkeren, worden maatre
gelen voorbereid, welke tot een meer
gecoördineerd beleid kunnen leiden.
De in 1951 aangenomen vervoerswet-
ten, die het mogelijk maken krachtiger
dan tot dusver een goede vervoers
voorziening na te streven, zullen spoe
dig tot een begin van uitvoering ko
men.
De organisatie Bescherming Bevol
king zal in de loop van het aanstaande
zittingsjaar haar voltooiing naderen,
mede dank zii de gebleken bereidheid
van velen zich vrijwillig hiervoor be
schikbaar te stellen. De regering is
voornemens een ontwerp-politiewet
aanhangig te maken. Zii zal .binnenkort
haar standpunt bepalen ten aanzien
van de Friese taal in het rechtsverkeer.
Op het gebied der Justitie zal. zowel
bij de wetgeving als daarbuiten het
beleid gericht blijven op vernieuwing
en op aanpassing aan de maatschappe
lijke behoeften.
MEDE ALS gevolg van de uitgaven
voor het Rijk, voortvloeiend uit de
stormramp, sluit de begroting 1954 met
een aanzienlijk tekort. Het beeld van
deze begroting, op zich zelf genomen,
is dan ook zeker niet gunstig. De kos
ten van de rampschade zijn echter uit
gaven voor eenmaal, terwijl de uit
gaven voor herstel van de oorlogsscha
de binnen afzienbare tijd zullen ver
minderen. Rekening houdend met deze
omstandigheden en met de algemene fi-
nancieel-economische toestand van het
land, acht de regering het verantwoord
het complex van ingediende belasting
maatregelen aan te vullen met een
wetsontwerp betreffende de Inkomsten
en loonbelasting, waardoor een gelei
delijker verloop van de progressie
wordt verkregen. Dit zal een voelbare
vermindering van de druk betekenen,
in het bijzonder ook voor de lagere
inkomstenklassen en de middengroe-
pen.
De voorstellen zullen u bereiken in
zake de compensatie voor van over
heidswege gepensionneerden en voor
degenen, die bij de wet vastgestelde
sociale uitkeringen ontvangen. Daarbij
zullen ook verschillende vraagstukken,
die met de kinderbijslag verband hou
den een oplossing moeten vinden. Het
ligt m het voornemen der regering
daarbij aan een relatief achterblijven
van de positie der grote gezinnen een
eind te doen komen. Zij zal voorstel
len indienen tot wijziging van de pen
sioenwet 1922 op punten, waarover in
het interim-rapport der desbetreffende
staatscommissie is geadviseerd.
TEN AANZIEN van het televisiebe-
stel hoopt de regering binnenkort haar
plannen aan de Staten-Generaal voor
te leggen. Tijdens de overgangsperiode,
aanvangende op 1 October 1953, zullen
de televisieuitzendingen met steun van
de overheid voortgang vinden.
Op het gebied van het onderwijs zal
veel van uw werkkracht worden ge
vergd, met name door de wetsontwer
pen op het kleuteronderwijs, het voor
bereidend hoger onderwijs en het ho
ger onderwijs. Daarnaast zullen u wets
voorstellen tot wijziging der regelingen
voor school en collegegelden en voor
het toekennen van studiebeurzen be
reiken, terwijl een ontwerp tot wijzi
ging van de nijverheidsonderwijswet in
voorbereiding is. Ook overigens zal gro
te aandacht vereist zijn voor de geeste
lijke en lichamelijke vorming van de
jeugd in en buiten schoolverband.
Daarnaast hoopt de regering door een
krachtige steun aan de wetenschap en
door de bevordering en spreiding van
de kunst bij te dragen tot de verstevi
ging van de geestelijke waarden van
ons volk.
In het komende jaar wacht u een
veelomvattende arbeid, met grote ver
antwoordelijkheid voor de te nemen
beslissingen. Moge de wetenschap bij
te dragen aan voor de toekomst van
ons volk belangrijke besluiten u in uw
werk stimuleren. Dat God u wijsheid
en sterkte moge schenken om uw taak
te verrichten als goede vertegenwoor
digers des volks. Met deze bede ver
klaar ik de zitting van de Staten-Gene
raal voor geopend.
(Vervolg van pag. 1)
De totale bedragen gemoeid gaand
met de bouw van kerken wordt voor
1954 geraamd op f 25 millioen, met de
bouw van instellingen voor gezondheids
zorg en hygiene op f 37 millioen.
Weg- en waterbouwkundige kapitaals-
werken zullen in 1954 een som van f 232
millioen vragen. Hiervan is bestemd
voor Rijkswaterstaat f 114 millioen, voor
de Noord Oost Polder f 1 millioen. voor
de Cultuur Technische Dienst f 20 mil
lioen en voor mijnen, Ned. Spoorwegen,
provincies, wateschappen en gemeen
ten tezamen f 150 millioen.
Volgens een globale schatting zullen
weg- en waterbouwkundige werken in
verband met het herstel van de schade
van de watersnood in 1954 een bedrag
van f 115 millioen vragen. Voor wonin
gen is f 20 millioen uitgetrokken,voor
herstel van gebouwen eveneens f 20
millioen plus f 5 millioen. Voor herstel
watersnoodschade dus totaal f 160 mil
lioen.
De totale begroting voor het bouw
programma 1954, uitgezonderd o.a. wer
ken voor Oorlog en Marine loopt tot een
som van f 1946 millioen. De minister
hs er zich van bewust, dat met het voor
gestelde programma dekans op span
ningen in de bouwwereld niet is
uitgesloten, vooral indien het in 1954
geljjk in het voorjaar van 1953 met het
weer tegenloopt. Hij heeft daarbij over
wogen, dat men weliswaar het pro
gramma lager zou kunnen stellen om
zich tegen spanningen op de arbeids
markt in de zomermaanden veiliger te
stellen, doch dat daartegenover zou
staan, dat buiten de zomermaanden
meer werkloosheid zou voorkomen.