Hobby van mr Maas Geesteranus
bezorgde hoge onderscheiding
Agenda
Selskip Friso stak van wal
met toneelavond
Fraude bij Sociale Zaken
Bevolking van Tanger kreeg
interesse in de historie
VERKEERDE AFLEIDINGSMANOEUVRE
Dames!
Donderdagmorgen
DE BOER
Rijkdom aan oude
cultuurresten
Variété-avond voor
de militairen
Jeugdige dief aangehouden
Hervormde filmclub komt
met „de Raaf"
BURGERLIJKE STAND
Kunt u zich dit nog
herinneren?"
Joun praters kwamen
met een drama
Ambtenaar werd
gedetineerd
Prijsvraag voor de reclame
Zevenhonderd jaar Stad
WIJ GEVEN:
10 pCt KORTING op
Corsettenhuis
School der Dapperen door
de Toneelvereniging
Wolhandél organiseert
cabaretavonden
Aanwinsten Leeszaal
Dragline in het water
WOENSDAG 14 OCTOBER 1958
„De Arabieren zijn verdraaid nonchalant en wat monumentenzorg betreft weten ze
van toeten noch blazen", valt mr H. C. J. Maas Geesteranus uit als wij hem tijdens
een kort verblijf in Heiloo net even te pakken krijgen. De heer Maas
Geesteranus, die sinds 1931 in de internationale stad Tanger woont en één
dezer dagen benoemd werd tot officier in het Franse Legioen van Eer is
zowel In zijn eigen land als in Marokko een autoriteit op oudheidkundig
gebied geworden. Afkomstig uit Heiloo interesseert hij zich in de eerste
plaats voor de historie van Alkmaar en omgeving, maar daarnaast heeft hij
zo'n dikke twee duizend kilometer van die plaats vandaan, in Tanger, een
archaeologisch werkterrein gevonden, dat wel zo rijk is aan geschiedkundige
vondsten, dat het in geen enkel opzicht te vergelijken is met onze eigen,
bijna uitgegraven ontdekkingenvoorraad. „Je kunt in Tanger geen schop in
de grond steken" zegt de hobby-onderzoeker met zijn markante gelaatstrekken,
„of je vindt iets wat de moeite waard is. En als je dan nog even verder
gaat...." De liee Maas Geesteranus maakt een gebaar om daarmee uit te
drukKcn dat het volslagen onmogelijk is om in de korte tijd die hij tot zijn
beschikking heeft te vertellen wat er zo'n tien meter onder de krotten- en
sloppenverzameling, die Tanger heet, te vinden is.
Romeinse grafsteen, waarschijnlijk uit de tweede eeuw na Christus. Hij
werd opgegraven door het door mr Maas Geesteranus gestichte historische
genootschap te TangerVolgens de inscriptie lag onder de steen begraven
de 21-jarige Quintus Caecilius Saturnianuszoon van een regent. Zijn
moeder heette Masonia Ismirnia. De geslachtsnaam Ismirnia - die men zou
kunnen vertalen met: van Smyrna herinnert aan de duizenden jaren oude
relaties tussen Klein-Azië en Tanger, die voor een belangrijk, deel de
goudhandel tussen beide streken betroffen.
Want in de loop der eeuwen vielen
de steden die Tanger heëttèn door de
felle zon in puin én boven déze ver
pulverde en verpüinde restanten ver
rezen dan weer nieuwe bouwsels, jaar
na jaar, eeuw na eeuw.
Het is dan ook niet zo verwonderlijk
te horen, dat zich onder de huidige
stad duizenden overblijfselen moeten
bevinden van de Phocnicische, Romeinse
Portugese en andere beschavingen; dat
zich onder de huidige oppervlakte een
igroot njollennest van straten, gangen
en holen bevindt, gangen die op last
van machtige despoten waren aange
legd, alleen met het merkwaardige doel
om er met paard en al in rond te kun
nen galopperen. Zo maar!
Talrijke holen zijn reeds bloot ge
legd. Zij dienden voor het opbergen van
(christen) slaven die er alleen uitge
haald werden om bij een of andere an
tieke grondbezitter te werken. Enorme
schatten liggen echter nog op ontdek
king te wachten.
„Het merkwaardige is echter", gaat
de heer Maas Geesteranus voort, „dat
de Arabische bevolking zich tot nu
toe niet in het minst voor de onverge
lijkelijk interessante archgologie van
haar eigen stad geïnteresseerd heeft.
Sterker nog, zij schuwt alle initiatieven
die er op gericht zijn opgravingen door
gang te doen vinden. Een merkwaardig
staaltje hiervan beleefde ik tijdens re
paratiewerkzaamheden aan de vloer
van een huis. Toen de werklui aan ae
betegeling bezig waren ontdekten zij
opeens, dat zich onder deze vloer een
gat bevond met een trap die naar be
neden leidde. Blijkbaar was het huis
gebouwd op het dak van een vorige
woning.
Bang als de huiseigenares was, dat
deze ontdekking aanleiding zou zijn
haar woning, voor een nader in te stel
len onderzoek af te breken of te ont
eigenen, bezwoer zij de werklui niet
verder te vertellen wat zij ontdekt had
den. En dus werd de zaak dichtgegooid
en er verder over gezwegen.
Eén ander voorbeeld, dat de onver
schilligheid van de Arabieren voor his
torische bouwwerken vertegenwoordigt
is bijvoorbeeld het feit, dat zich in de
buurt van Tanger aan de kust een
Mr H. G. J. Maas—Geesteranus,
in 1947 oprichter van de Tangerse
Societé d Histoire et d'Archaeologie
Werd wegens zijn verdiensten door
de Franse regering benoemd tof
Officier in het Franse Legioen
van Eer.
enorm Phoenicisch kasteel bevindt,
waar de omgeving de bouwstoffen voor
zijn huizen van betrekt. Het is niet
de tand des tijds geweest, die dit kas
teel tot een ruïne heeft gemaakt, maar
de Arabieren zelf, die gespeend van
alles wat zweemt naar „monumenten
zorg" er hun beitels en hamers in heb
ben gezet".
In deze streek, onder deze bevolking
is de beer Maas Geesteranus een werk
begonnen, dat in de geschiedenis van
Tanger historisch mgg worden genoemd.
Hij is de eerste geweest die een se
rieuze poging heeft gedaan tot het op
richten van een historisch genootschap,
een streven dat met succes bekroond
schijnt te worden, een daad, die blij
kens het benoemen van de heer Maas
Geesteranus in het Legioen van Eer
ook door de Franse regering hoog aan
geslagen is.
„Hoe heeft U dat in die omgeving
klaargespeeld?"
..Och, eigenlijk heel eenvoudig" is
het antwoordde.
„Ik ben maar de afstammeling van de
Profeet toegestapt de zogenaamde Ché-
rif d'Ouezzan, die tot het oudste e-
slacht van Marokko behoort. Ik werd
door zijn vertegenwoordiger, de „Men-
doeb" ontvangen. Hij wist natuurlijk
niet waar ik voor "kwam en toen ik
vroeg of hij mij een gunst wilde bewij
zen antwoordde hij mij hoffelijk dat
geen moeite hem te veel zou zijn. Wie
beschrijft echter zijn ontsteltenis toen
hij vernam dat ik zijn medewerking
wilde hebben bij het verrichten van
opgravingen. Kennelijk dacht hij, dat ik
hem wilde verplichten een paar mil-
lioen uit zijn zak te trommelen om eens
flink in de onderaardse ruimte van zijn
voorouders te grasduinen.
Ik stelde hem gerust en verklaarde
dat il? alleen maar enige Marokkaanse
vertegenwoordigers in het bestuur van
mijn genootschap wilde hebben. Toen
was hij ineens verschrikkelijk opgelucht
en begon stralend te glimlachen.
Hij drukte op een knop, waarop door
een slaaf een man in bruine kaftan en
met rode fez werd binnengebracht.
Donderdagavond zal in het Wapen van
Heemskerk de 2e maandelijkse contact
avond van de Dienst Welzijnszorg Le
ger voor het Alkmaarse garnizoen wor
den gegeven.
Deze avond zal verzorgd worden
door het R.A.O.-variété, hetwelk onder
leiding van de Kapitein J. W. F. van
F-wijlt een tourneée langs de troepen
maakt.
De medewerkenden zijn allen mili
tair en het is de grote verdienste van
de kapitein van Ewijk dat hij nu reeds
meer dan vier jaren zij het met steeds
wisselende artisten, w,o. vele beroeps-
artisten, de jongens laat zien en horen
wat er in hun midden schuilt.
Het gevarieerde programma omvat
o.m. een accordeon-duo, een uitstekende
zanger van Napolitaanse liederen, een
mondorgel-trio enz., terwijl de conferen
ce wordt verzorgd door Renée Slees-
wijk Jr.
Deze avond is behalve voor militairen
ook toegankelijk voor burger-introdu-
cé's en speciaal voor de ouders wier zoon
momenteel onder de wapenen is.
De politie heeft een 15-jarige jonge
man aangehouden, die enige tijd ge
leden uit een motorboot in een boten
huis aan het Zeglis een verrekijker
heeft gestolen.
Schrijf je in als lid van het genoot
schap van deze mijnheer" zei hij en
wees op mij. De hoveling deed wat hem
opgedragen werd en schreef in. Hij wist
niet eens voor wat.
Toon dat spelletje zich zo nog een
paar keer herhaald had zei de Men-
doeb: „Alstublieft, de eerste Marok
kaanse leden van Uw genootschap zijn
er. Wat wenst U nog meer".
Ik antwoordde dc vertegenwoordiger
van de sultan, dat ik zijn baas zelf in
het bestuur wilde hebben, wetend dat
dit voor mijn initiatief ontzaggelijk be
langrijk zou zijn. Dat bleek echter niet
mogelijk, maar hij stuurde me wel naar
een familielid van de sultan, ook zo'n
Cherif d'Ouezzan. Na lang zoeken. (De
straten in Tanger hebben geen namen
of nummers) vond ik hem. Zelfs bedank
te de grijze heer voor de eer, naar hij
zeide omdat hij te oud was, maar hij
wees zijn neef aan om als erevoorzitter
de bestuursvergadering bij te wonen.
Voor Tanger, waar nog geen sprake
was van deelname der hogere Marok
kaanse autoriteiten aan zoiets als een
cultureel leven, is dit een unicum ge
weest. Hoewel ik momenteel weinig be
moeienissen met het genootschap heb
tellen wij toch al zo'n kleine 1500 leden,
en wel uit alle lagen der bevolking. Dc
voornaamste opdracht zien wij in het
vormen van een equipe van jongeren,
die wij enthousiasme proberen bij te
brengen voor hun eigen cultuur. En het
lukt!
De buitenlandse verdiensten van de
heer Maas Geesteranus krijgen eon bij
zonder accent als men .bedenkt dat de
archaelogie geenszins zijn beroep is.
maar „slechts" een hobby. Als jurist
speelt hij zijn rol in de politiek en in
het internationale recht.
Ieder ogenblik kan hij Alkmaar en
omgeving weer verlaten, om terug te
keren tot dat verre land, waar hij van
ons, niet vervreemd is. maar waar hij
wel zijn levensvervulling heeft gevon
den.
Dc Hervormde Filmclub vertoont
morgenavond in Cinema Americain de
boeiende Franse film ,.Le Corbeau"
(De Raaf), waarin de Franse speler
Pierre Fresnay een hoofdrol vervult.
De maker van de film, Henry Georges
Clouzot, heeft in deze film als onder
werp het uitermate verwerpelijke ver
schijnsel van „de anonieme brief" uit
gewerkt.
In een kleine Franse slad wordt de
vrede plotseling verstoord doordat de
bewoners plotseling anonieme brieven
ontvangen, die met „de Raaf" onder-
lekend zijn. Langzaam eerst, maar dan
in steeds sneller tempo ontstaat in de
stad een grote onrust die zich tenslotte
ontlaadt in een complete paniek.
Oppervlakkig gezien heeft de film
dus hef karakter van een thriller,.waar
in, de schuldige gevonden moet wor
den. Maar de psychologische uitwer
king is zo knap, dat deze rolprent ge
rekend moet worden tot het beste wat
de Franse filmindustrie de laatste tijd
geleverd heeft. Het zien van deze film
is de moeite dan ook zeker waard.
Geboren: Alida M. J. d.v. P. C. Kruijs-
sen en H. M. Beers; Carolina R. M„
d.v. A. C. Commandeur en E. A. Smit;
Josephina G. M„ d.v. A. M. van den
Bosch en G Klaasse; Frederikus J. M„
z.v. F. Weel en M. Bellm.
Gehuwd: Hendrik J. Bloemraad en
Walburga Geiger; Marinus G. Hendrik
man en Theodora van Raalten; Arie
Knook en Grietje Hartog.
Overleden: Anna M. Karstens, 81 j„
wed. v. J. Klugt.
WOENSDAG.
HARMONIE THEATER, 2.30 en 8 u.:
Studentenliefde (18 j.)
CINEMA AMERICAIN. 2.30 en 8 u.:
De avonturen van kapitein Clark (18 j.)
REX THEATER, 2.30 en 8 u.: Melodie
immortalie (14 j.)
VICTORIA THEATER, 2.30 en 8 u.:
De dief van Venetië (18 j.)
PAVILJOEN KINHEIM, 7.30 u.: Bij
eenkomst Ned. Ver. voor Suikerzieken.
GULDEN VLIES. 8 u.: Filmavond
passagebureau Hesta, Crans en Co.
WAPEN v. HEEMSKERK, 8 uur:
Jan Cottaar spreekt over Tour de
France.
BERGEN, Rustende Jager, 8 uur:
O. K. Nero (18 j.)
donderdag.
HARMONIE THEATER. 8 u.: Stu
dentenliefde (18 jaar).
CINEMA AMERICAIN, 8 u.: De Raaf
(18 j.) onder ausp. van Herv. Jeugd
raad.
REX THEATER. 2.30 en 8 u.: Melo
die immortalie (14 jr.)
VICTORIA THEATER. 8 u.: Verbijs
tering (18 j.)
GULDEN VLIES, 8 u.: Showavond
met Malando.
WAPEN v. HEEMSKERK, 8 uur:
Contactavond militairen.
BAPTISTENKERK, 8 uur: Voordracht
J. W. Kaiser.
DIENST APOTHEKEN.
Voor spoedgevallen is geopend apo
theek Wanna, Mient C 13.
HOOG WATER TE BERGEN AAN ZEE.
Woensdag 7.14 19.38
Donderdag 8.04 20.27
Te CAMPERDUIN,
hoog laag
Woensdag 7.19 19.38 1.09 13.38
Donderdag 8.09 20.32 2.09 14.32
moet uw oplossing van onze
prijsvraag
bij, ons in de bus zijn!
Twaalf plaatjes, voorzien van de
opjossing en u dingt mee naar
één der prijzen!
De leden van het Selskip Friso hebben veel voldoening gehad van de avond,
die hun ter opening van het winterseizoen werd aangeboden. De zaal van het
Gulden Vlies was op enkele plaatsen na geheel gevuld met Friezen uit
Alkmaar en omgeving toen het doek openschoof en het toneelgezelschap de
Jounpraters met het dramatische „Huis op 't Zand" voor het voetlicht kwam.
De titel doet reed.s vermoeden waar het in dit geval om ging: om iets wat
hecht en stevig leek en dat toch als een kaartenhuis in elkaar zakte, omdat
het slechts op materialistische grondslagen was opgebouwd. Want alles wat
menselijk was bleek de fabrieksdirecteur Reinder Wening, op gave wijze
vertolkt door L. Popma, vreemd te zijn. Dit was dus de moraal, die het vrij
ongecompliceerde stuk met zich meedroeg. De zaal heeft met volle teugen
van het Friese toneel genoten, ook al bood het stuk betrekkelijk weinig actie.
„Huis op 't Zand" was wat men
een praatstuk pleegt te noemen. Dat
impliceert, dat o.a. aan de mimiek
van de spelers hoge eisen worden ge
steld en aan deze voorwaarde hebben
niet alle spelers kunnen voldoen.
Het gevolg was, dat enkele types on
voldoende werden gekarakteriseerd.
We denken bijvoorbeeld aan de secre
taresse Tini Winters. Het was de
Jounpraters in zoverre niet kwalijk
te nemen, dat zij in hun concentratie
op enkele rollen ten achter bléven
omdat alle spelers één of zelfs meer
dubbelrollen hadden te vervullen.
Hun bezetting was „aan de krappe
kant". L. Popma was een acteur aan
wie deze moeilijkheden voorbijgingen.
Hij zette een keiharde fabrieks
directeur op de planken, die zich
onverschillig welke methode hij daar
voor moest toepassen een weg
trachtte te banen naar rijfcdom en
macht. Dat zijn krachtfiguur Tini
Winters imponeerde was begrijpelijk
en dat zij de voorman Sjoerd op een
duidelijke manier de bons gaf even
zeer. Het Lot wilde echter anders. Di
recteur Wering, de gewetenloze,
kwam te weten, dat er in de wereld
nog andere zaken bestaan dan geld en
macht.
Het drama heeft op het publiek on
getwijfeld indruk weten te maken,
al zal het naar wij aannemen meer tot
de ouderen hebben gesproken dan tot
de jongere leden van de vereniging.
Een van de oorzaken daarvan waren
de twee eerste bedrijven, waarin de
actie traag verliep. In het laatste be
drijf was deze er volop en daardoor
kreeg het stuk een goede climax, die
door Popman, J. Oreel als de kan
toorklerk Lok en T. Zuidema als de
Bij de dienst van Sociale Zaken
is een fraudegeval geconstateerd,
waaraan een der ambtenaren, J.
B. uit Alkmaar, zich heeft schul
dig gemaakt. Dit is binnen korte
tijd de derde fraude van beteke
nis, die de politie in behandeling
lieeft gekregen. Nog slechts enkele
weken geleden werden malversa
ties ontdekt bij het Wit-Gele Kruis
en de Sociale Raad, waar de dader
zich bedragen toeeigende, die voor
kleine lieden waren bestemd.
De ambtenaar van Sociale Zaken,
die thans tegen de lamp is gelopen,
werd aanvankelijk na zijn verhoor op
vrije vloeten gesteld, maar is nu in het
Huis van Bewaring opgesloten in af
wachting van de behandeling van zijn
zaak door de arrondissementsrechtbank.
Het bedrag, dat hij onder zijn berus
ting had en dat niet door hem werd
afgedragen, bedroeg ongeveer negen
honderd gulden.
Het welslagen van het feest „Alkmaar
700 jaar stad", dat wij volgend jaar
zullen vieren, zal mede voor een zeer
belangrijk deel afhankelijk zijn van de
welgerichte, doeltreffende reclame,
welke voor de festiviteiten in onze
stad zal worden gevoerd. Een zeer voor
naam onderdeel van deze reclamecam
pagne zullen de folder, affiche, fiets
en autowimpel en de sluitzegel wor
den. Teneinde hiervoor de beste ont
werpen te krijgen, roept het hoofdco
mité van de stichting „Alkmaar 700
jaar stad", gegadigden op voor het ont
werpen van een folder, affiche, fiets
en autowimpel en sluitzegel. Eventuele
gegadigden, waaronder ook ontwerpers
van buiten de stad, wordt verzocht
zich binnen veertien dagen aan het
kantoor van de stichting in de Lange
straat te melden. Het hoofdcomité zal
hun dan meer exacte gegevens over de
te ontwerpen affiches e.d. verstrekken.
Oliemans was zo'n jaar
of dertig geleden machinist
bij de spoorwegen te Alk
maar. Het was geen kwaaie
kerel, daar niet van, maar
in zijn magere corpus borg
hij een dermate grote hoe
veelheid spraakwater, dat
men stapelgek werd als hij
de sluizen hiervan open
zette. En dat was practiscli
zonder uitzondering altijd
Als Oliemans in de vroege
dienst om vijf uur in de
loods kwam en tussen de
wijde kier van de grote
ijzeren deuren naar binnen
schoof, dan trokken zich
hier en daar een paar mond
hoeken op, er schudde
iemand een hoofd en de
nachtploeg die afgekomen
was vluchtte naar buiten,
de stilte tegemoet.
Want zoals een normaal
machinist van de vroege
ochtend tot de late namid
dag pruimtabak kauwde, zo
was het Oliemans die prac
tised aan één stuk door
kwebbelde. Daar kon nié
mand tegen. „Goeie morgen,
jongens, hebben jullie lek
ker gewerkt. Ik ook. Maar
ik had het een beetje warm
- (Willem heb je de vuurkist
al schoon gemaakt) en ik
zeg zo tegen m'n vrouw,
Marie zeg ik, dat haalt je de
donder, maar of jij d'r uit,
of die vijfde deken eraf. Ik
stik.j
„Ken je begrijpen' zegt
Marie, (Willemkolen
op het vuur, 't gaat uit en
de kar moet over een kwar
tier de deur uit)" ik heb
het zo best naar m'n zin" en
je begrijpt, toen hadden
toe de poppen aan het dan
sen
Oliemans klom op de ma
chine. Z'n maats die al in
hun jassen geschoten waren,
met dikke dassen om d'r
spierige zwartberoete nek.
ken, stonden hem half ge
amuseerd, half geërgerd aan
te kijken, zeiden geen Woord
maar staarden overigens met-
gefronste voorhoofden naar
Oliemans hoofd dat nu uit
het kapelletje hing.
Oliemans slikte, veegde
z'n tong langs z'n lippen en
praattte door. Hij schreeuw
de nog, toen de machine
met lanzame zuchten de
loods uitreed en het empla
cement ophobbelde om voor
de trein naar Hoorn gereden
te worden. Dat was Olie
mans. Je kwam niet van
hem af.
Eén keer is hij me nood
lottig geworden. Ik was be
trekkelijk nog maar een
broekie en hoewel ik er als
leerling pront op was als een
baas zich op straat met me
bemoeide) was dat niet liet
geval met Oliemans.
„Ha die Gerrit, riep hij
vrolijk, toen hij me op ze
kere dag ontmoette, 'k Heb
een vrije dag vandaag. Zal
ik een eindje met je mee
lopen? Ik heb toch niets te
doen. Moet jehoren"En
Oliemans was al niet meer
te stuiten.
Ratelend, schuimend in
niet te stuiten vloed borrel
de de nimmer ophoudende
Oliemanse bron zijn inhoud
over mijn hoofd uit. Ik voel
de me bijna verslagen, maar
al wandelend piekerde ik
over een mogelijkheid de
man kwijt te raken.
Plotseling schoot mij een
idee te binnen. Een pracht
idee: De tandarts! De tand
arts zou mij redding en uit
komst brengen.
Wel legde zich even een
wurgende angst om mijn
keel als ik aan de tandarts
dacht. Het woord Was voor
mij een begrip geworden.
Een begrip waarin glim
mende chroom tangen, ve
nijnige gaspitjes en een
snijdende lucht van forma
line in innige samenwerking
met de allésverschrikkende
hoor ijverden om mij verre
te houden van een huis
ook, waarin met deze dingen
werd gewerkt.
Maar och, ik hoefde immers
alleen maar de wachtkamer
inRe zou zeggen: „Olie
mans, ik ga links af, want ik
moet naar de tandarts" en
dan zou Oliemans wel zeg
gen: O, eh nou, de groe
ten dan maar en tot ziens
hè?",... En als ik dan ze
ker wist dat Oliemans uit het
gezicht was, nou. dan zou ik
gewoon de wachtkamer Weer
uit de straat oplopen.
„Oliemans" zei ik dus, „ik
moet links af. Ik moet naar
de tandarts".
Het was even stilHet
enige wat ik nu zag waren
onze voeten die regelmatig
over het trottoir schoven. „Ik.
heb hem" dacht ik, „hij is
natuurlijk net zo bang voor
een tandarts als ikzelf".
Maar Oliemans zou Olie
mans niet geweest zijn als
hij zich hierdoor uit het
veld had laten slaan. En toen
begon het.
„Nou weet je wat, ver
brak hij de stilte, dan ga ik
met je mee. Je zal toch wel
niet direct aan de beurt zijn,
en dan kunnen we gezel
lig nog even kletsen".
Toen was het mijn beurt
om stil te worden. En
warmIk begon aan te
lopen als een electrische
gloeidraad en toen ik de ge
volgen van mijn uitvlucht
begon te overzien sloegen
de vlammen me uit. Dat
Oliemans met me mee naar
binnen zou gaan betekende
dat ik hem dus niét kwijt
was, maar wat nog erger
was
„Och Oliemans" zei ik
bijna smekend, „dat hoéft
toch niet. Ik kan heus wel
alleen in die wachtkamer
zitten".
Maar Oliemans zei: „Klets
niet en ga mee naar bin
nen", pakte me bij m'n arm
en duwde me op een bank.
De kamer was leeg.
„Moet je horen", zei Olie
mans, „die vrouw van
me,..." Maar ik hoorde al
niets meer. Doof en blind
voelde ik me. Ik staarde
ontzet op de grond. Dat
kwam er nu van als je loog.
Achter de deur van de
wachtkamer hoorde ik een
hoog zoemend geluid, er
slaakte iemand een zwak
ke kreet en dan was
er weer het geruis van
stromend water, het getut-
ter van het na-boerende
gootsteentje en tenslotte
weer het wespachtige ge
luid van de boor. Die boor,
die boor,
„Oliemans" stootte ik
plotseling uit, „Oliemans".
Maar Olierpans praatte en
hoorde niets.
„Wie volgt" klonk het
toen. De deur zwaaide open,
ik kneep m'n neusvleugels
tegen elkaar vanwege de
lucht die binnenstroomde en
in de deurpost zag ik een
witte schemering van
waaruit het klonk „Wie
volgt?
„Vooruit", besloot Olie.
mans rijn conversatie en hij
gaf mij een por waarop ik
wezenloos de deur van de
praktijkkamer inliep en in
de behandelstoel ging zit
ten.
Het spel was verloren. Ik
wil het niet hebben over de
tandarts die ontsteld in de
grot van mijn mond staar
de, dat meer op een prae-
historisch kerkhof leek dan
op een mechanisch spijsver
teringsapparaat. Ook wil ik
niet meer denken aan het
feit, dat er die eerste keer
drie totaal vermolmde kie
zen uit m'n gebit getrokken
werden en dat ik meer dood
dan levend een kwartier la.
ter de straat opwankelde.
Mijn enige genoegdoening is
geweest, dat Oliemans drie
kwartier tevergeefs op me
heeft gewacht en dat hij de
volgende dag geen woord
tegen me probeerde te zeg
gen.
Zo verontwaardigd was
die Oliemans
voorman Sjoerd goed werd benut.
Aan het begin van de avond, waar
mee Friso het seizoen op waardige
wijze is begonnen, had de voorzitter
de heer M. v. d. Ploeg de aanwezigen
welkom geheten en tevens een leden
werfactie in het vooruitzicht gesteld,
die bedoeld is om ook de laatste lege
stoelen in de zaal nog door Friezen te
doen bezetten. Het zijn er trouwens
maar een paar -en als goed boniseur
zou de heer Van der Ploeg hepben
moeten roepen„Haast U. Er zijn nog
enkele kaarten aan de kassa". Tussen
de bedrijven door zongen de leden
uit volle borst hun Friese liederen.
Het is haast onnodig te zeggen, dat
de avond werd geopend met het zin
gen van het Volkslied, dat speciaal de
Friezen buiten hun provincie zo na
aan het hart ligt. Met een gezellig
dansje na werd deze bijeenkomst ge
sloten.
DOET DEZE WEEK UW
VOORDEEL
Flanellen NACHTHEMDEN
Flanellen PYAMA'S
Wollen HEMDJES
Wollen DIRECTOIRES en
KOUSEN
LANGESTB. 117.
TEL. 3880
(Advertentie Ing. Med.)
Door de opheffing van het Amster
dams Toneelgezelschap is een nieuwe
groep „De Toneelvereniging" ontstaan
onder de beproefde artistieke leiding
van A. Defresne. Deze combinatie, die
dit seizoen al enige belangwekkende
premières gebracht heeft, presenteert
zich Zondagavond in het Gulden Vlies
aan het Alkmaarse publiek met de op
voering van „School der Dapperen" een
toneelspel van Arthur Laurents in de
vertaling van Albert van Dalsum. Deze
voorstelling wordt gegeven in het kader
van de goedkope volksvoorstellingen.
Wolhandél Schipper op de Laat heeft
na het succes van de cabaretavonden,
die verleden jaar voor de klanten
werden gegeven, opnieuw een derge
lijke actie op touw gezet. In Januari
zullen de eerste avonden worden ge
geven en het aantal kaarten, dat tot
nu toe werd verstrekt is reeds zo
groot, dat het oorspronkelijk vast
gestelde aantal voorstellingen zal moe
ten worden verhoogd. Het vorige jaar
werden de avonden verzorgd door het
Alcmaria-cabaret. Nu komt Andrê
Carrell met zijn gezelschap op de
planken.
130 J 12 Jacobi: De psychologie van D.
G. Jung. 133 T17 Teillard: De droom.
136 A33.11e AndelRipke, Van: Le
vensverwachting. 201 A 27 Allen: De
souvereiniteit Gods; en: Het woord Gods.
(Karl Barth). 230 S57 Selms, Van:
Licht uit licht. 240 H72 Hohlenberg:
.Sören Kierkegaard. 270 R23 Raymond,
E.In het voetspoor van Sint- Franciscus.
270 S63 Sizoo: (Uren met) Augustinus.
282 B34 Beekman, A.Het leven van
de Heilige Benedictus. 300 B20m Ban
ning: Moderne maatschappij-problemen.
338.1 Z34 w ZischkaDe wereld blijft
rijk. 347 V36 Verdoorn: Kleine juri
dische vraagbaak. 364 043 Oursler, W.
en F. Oursler: Boys town- 371.9 K84
Krabbe: Beelddenken en woordblindheid.
570.1 038 Oskam: Moderne aquarium-
inrichting. 580 Z20 ZeeKruseman, van
der, en Wittop Koning: Paddestoelen zoe
ken en-eten. 590 P73w Fortielje: Welk
dier deze week? 627.9 T39w Toxopeus:
Woest water. 640 B96 Burger en Ha
genbeek: Onderhoud van huis en huis
raad. 646 L36 LeferenzVavra: Het
leerboek der naaikunst. 646 L46 Leu-
penDe kunst van het breien. 746
L46 b Leupen: Borduren. 746 L46s
Leupen: Smocken. 646 S27s Scheep-
jes-breiboek; shownummer, 2 dln. 658
M87 Muiswinkel, Van: Bedrijfsleer voor
de ondernemer in het kleinbedrijf.
Gistermorgen om half elf is op de
Heilooërdijk een dragline van de fa.
Twisk en Bosman te Castricum van de
weg afgeraakt en in de sloot gekanteld.
Het ongeval gebeurde doordat een wiel
van het voertuig vastliep en het ge
vaarte omsloeg. De machinist kon zich
tijdig in veiligheid stellen. Het verkeer
op de Heilooërdijk is enige tijd ge
stremd geweest. Tot het vallen van de
duisternis heeft men getracht met een
zware kraanwagen de dragline uit de
sloot te trekken. Echter nog zonder
resultaat.