Zorg, dat de A-bom niet barst LAXEERAKKERTJE5 Zolang de atoomenergie wordt gebruikt ten dienste van mensheid is het goed r NERVA NOVA DE VERGETEN CATEGORIE AAN HET WOORD Twee doeleinden Na de vernietiging de productie De robot met de stofzuiger Overige meningen Pim, Pam Pom en de wonderlamp BOEKEN BULLETIN En nu de volgende kwestie Een stad en haar boeren Schrijven zonder fouten VERKOUDHEID EN 6RIEP Aspirin Reinig Uw ingewanden Tussen Amsterdam (door F. DE SINCLAIR*) en Mm Parijs Een oude*oeiEen stoel Luister eens naar: Radioprogramma DONBEBDAG 29 OCTOBER 19S3 ,£EN DOODEENVOUDIG VRAAGSTUKzegt eert lid van ons dispuutcollege. ,,Een uitgebreid ant woord is niet nodig", meent een ander, „zelfs geen overtuigende betogen, omdat ieder mens, die werkelijk „mens" is, geen overtuigende woor den nodig zal hebben om. het antwoord te we ten." En hij voegt er aan toe: „Voor het eerst kun- - - - - - - - - - - nen. we kort zijn, zonder de vraag op enige wijze tekort te doen", waarop de oplossing volgt: Zolang iets wordt aangewend ten dienste van de mensheid is het goed, zodra het ivordt gebruikt om diezelfde mensheid op de afschuwelijk ste manieren uit te roeien, is het verkeerd, altijd en overal! Dat geldt voor alles en iedereen." En een derde: „Er zijn mensen, die deze energie als iets vre selijks beschouwen, maar ik meen, dat ook deze ener gie energie is, die goed kan ivorden gebruikt. Ook al ontleent de atoombom zijn enorm vernietigings- vermogen aan dezelfde energie, nok al maakt men in de toekomst nog vreselijker ivapens, die dank zij de atoom- energie tienduizenden mensen zullen kunnen doden. Immers, dit heeft niets met het ivezen van de energie te maken. De energie kan net zo goed voor vredelievende doeleinden gebruikt worden". Dit is het Leitmotiv bij ongeveer alle beschouwin gen. Men hoort het ook klinken uit de drie volgende getuigenissen HE belangrijke vraag, hoe de vergeten categorie over het gebruik van atoomenergie denkt, kunnen we in twee delen verdelen: le. gebruik voor verkeers- en industriële doeleinden: 2e. gebruik voor oorlogsdoeleinden. Bij het weg-, water- en luch.verkeer zal de atoomenergie in de toekomst een zeer belangrijke plaats innemen. Hoe vaak worden er al proeven genomen met atoomaandrijving voor vliegtuigen en schepen en binnenkort met auto's! Het gevolg hiervan zal zijn, dat het be grip afstand nog maar een geringe be tekenis zal krijgen. Steeds sneller zal de mens zich kunnen verplaatsen. Waarom steeds sneller? Ik weet het niet. Het begrip sneller is iets, waar tegen men niet kan ingaan. Natuurlijk is een snelle verbinding tussen landen en werelddelen van groot belang, maar wanneer de snelheden voor men selijke begrippen opgevoerd worden tot schrikaanjagende hoogten, dan kan dit mijns inziens nergens anders toe leiden dan tot ondergang van de men selijke geest. Het mens-zijn verdwijnt en daarvoor stelt zich een machine mens in de plaats. Is dit nu de be doeling van de wonderbaarlijke tech niek? Tegenover het begrip snelheid staat natuurlijk ook nog een ander doel. De eeuw der electriciteit en thans staan we aan het begin van een nieuw tijd vak, n.l. dat der atoomenergie. We leven niet meer in een tijd, waarin we kunnen wachten met het gebruik van deze krachtbron, ons door de natuur geschonken, we moeten beseffen, dat we nieuwe wegen moeten inslaan om het veelal gecompliceerde dagelijks bestaan in nieuwe banen te leiden. Eens vervaardigde de mens zijn atoombom ter vernietiging, nu echter dienen we de handen ineen te slaan en dienen we te begrijpen, dat de atoomenergie vele andere mogelijkheden biedt, waar mede we moeten werken. Het gebruik van atoomenergie voor de opbouw en instandhouding van het maatschappe lijk bestaan is van niet te onderschat ten waarde. Hij, die nu echter over deze krachten kan beschikken, zal zich bewust dienen te zijn van de grote verantwoordelijkheid, die op hem rust. Hij zal zich moeten geven in dienst der gemeenschap tot opbouw dier ge meenschap en met zijn atoomenergie bijdragen tot de vervolmaking van ons bestaan, zonder daarbij de kracht aan te wenden tot de vernietiging van anderen. Eens zal het atoomtijdperk zijn volledige intrede doen; dat de mens van dan wijs moge zijn en de kracht zal gebruiken tot het scheppen van vrede en welvaart tot heil der mensheid! Want dan pas is het ge bruik van de atoomenergie geworden tot ^tgene, wat ons leven kan dienen. dige brandstoffen, die veel plaats inne men, vervangen. Dit levert natuurlijk grote economische voordelen op. Een vliegtuig zal bijvoorbeeld met een kleine hoeveelheid brandstof enorme vluchten kunnen maken. Naar mijn mening zal de atoom energie in de industrie, wanneer deze energie op verstandige wijze wordt toegepast, en geen aanleiding zal geven tot onzinnige opvoering van de pro ductie, een goede toekomst tegemoet gaan. Hoe heel anders is het gebruik voor eorlogsdoeleinden. Ik heb alle respect voor de geleerden, die in staat zijn, de atoomenergie op te wekken, maar ik verafschuw de vreselijke wapens, waarop deze energie wordt toegepast. Een atoombom, een waterstofbom en een atoomkanon zijn allemaal dingen, die bij werkelijke toepassing zouden leiden tot mensenuitroeiïng. Wanneer men werkelijk met deze wapens zou gaan oorlogvoeren, zou dat het einde van de mensheid betekenen. Er zijn mensen die zeggen, dat juist atoom wapens de oorlog tegenhouden. Voor een deel hebben ze gelijk, maar wan neer een oorlog móet komen, dan komt hij. De mens is een wezen, dat door macht bezield is en daarom zal hij er in het uiterste geval niet voor te rugdeinzen, ook atoomwapens te ge bruiken. Hoe is dit menselijk tekort te verklaren? Welnu dat is gauw en kern achtig gezegd; „De techniek is de geest van de mens jaren en jaren vooruit." En daardoor ontstaan er van die on menselijke dingen. Laten we hopen, dat de mens in de toekomst in staat zal zijn, de haar geboden kansen op het gebied van de techniek doeltreffend en verantwoord toe te passen. P. B. S. KAT, Soestdijkse Kade 469. Den Haag. QP de vraag van Simon Boeder, hoe de vergeten categorie over het ge bruik van atoomenergie denkt, zou ik een kort antwoord kunnen geven. Het ?®hruik van atoomenergie, mits voor allerhande vredesdoeleinden aange wend, is mijns inziens zeer toe te jui chen. De wetenschap en de techniek zijn thans zover gevorderd, dat we naast de atoombom, als de meest weer zinwekkende vernietigingskracht, ook de atoomenergie kennen als bron van kracht tot het aandrijven van machi nes etc. Het is met vele dingen als met deze atoomenergie, eerst gebruikt de mens het om gr een helse machine, de atoombom, mee te vervaardigen met het doel anderen te vernietigen en pas later ontdekt men, dat de energie ook gebruikt kan worden voor andere doeleinden. Ik geloof wel, dat naar mate de wetenschap en techniek zich ontwikkelen zifllen, de atoomenergie als krachtbron aan waarde zal winnen. Is de verkrijging van deze energie thans nog een zeer dure geschiedenis, in de toekomst zal dat zeker anders worden. Is het niet als met de eerste trein, de eerste auto en het eerste vliegtuig? Eerst stond de mens vreemd tegenover deze uitvindingen, naarmate de tijd voortschreed, werden het heel gewone dingen. Eens zal ieder spreken over atoomenergie zoals we nu over water of electriciteit praten. In de oud heid kenden we het stenen, het bron zen en het ijzeren tijdperk, later de BRENGT UW ZENUWEN TOT RUST (Advertentie, lag. Med. Wim Kooiman, A 105, Hensbroek. liet was de scheikundige Hahn, die ontdekte, dat door bestraling van uranium met neutronen van bepaalde snelheid kernsplijting atoomsplitsing kan optreden, een splijting, die, indien zij eenmaal op gang is, een duizeling wekkende snelheid kan bereiken en waarbij een zeer grote hoeveelheid (atoom) energie vrijkomt; daarna slaagden andere geleerden erin, met uraan een gewoon splijtingsproces te verkrijgen, dat niet explosief verloopt en waarvan men de snelheid naar wil lekeur kan regelen, waardoor de moge lijkheid is gegeven, deze energie nut tig te gebruiken en deze aan te wenden overal, waar energie en beweging no dig is, dus bij machines, voertuigen, krachtcentrales, lichtcentrales etc. Over plm. een eeuw, indien kolen mijnen en petroleumbronnen geheel zijn geëxploiteerd, indien dus alle ener giebronnen zijn uitgeput, zal het nut tig aanwenden van atoomenergie de oplossing van dit probleem vormen; men zal echter begrijpen, dat er hier voor de Wetenschap nog een zeer groot terrein ongeëxploiteerd ligt. Maar de tijd komt, dat atoomraketten 't ver keer onderhouden, de machines in de fabrieken door atoomenergie worden voortgedreven, waarmee de fabrieks schoorstenen en de vuile fabriekssteden zullen verdwijnen, atoomcentrales de electrische centrales zullen vervangen en ons van licht voorzien en wij op atoomfornuizen ons eten koken en zelf moordplannen d.m.v. de gasslang ver ijdeld worden(l). De tijd komt, dat on ze door atoom voortgedreven „dienst- robottin" met de atoomstofzuiger de kamer doet, de atoomradio de ruimte met oorverdovende muziek vult en de melk op het atoomstel overkookt, als de atoomboer komt vragen, hoeveel „atoom" het wezen mag vandaag(l). Maar helaas, de oorlog die ons de atoombom deed uitvinden (dr R. Op- penheimer) leerde ons ook de nega tieve zijde kennen, nog klinkt Hiroshi ma ons in de oren als een gewelddadige vrede, die millioenen 't leven kostte. De atoombom is de twistappel van de om de wereldmacht strijdende natiën geworden! Het feit, dat een of ander land in een afgelegen woestijn atoom- proeven neemt, is allengs een dagelijk se gebeurtenis geworden. Nieuwsbla den schreeuwen in lange frontartikelen met grote, zwarte koppen over de on gehoorde milliardenbedragen, die deze proeven eisen en in diezelfde couran ten verschijnen de foto's van de van vijandelijke atoomspionnage beschul digde scheikundigen. Doodstraffen worden uitgesproken en voort gaat het onderzoek, op welke wijze men één of twee millioen „vijanden" zo voordelig mogelijk van het leven kan beroven; zolang echter beide opponenten de ba lans in evenwicht houden, dus zolang er geen beslissende voorsprong komt, zal de vrede, ondanks de voortdurende, zenuwslopende dreiging blijven be staan. Zou het daarom niet nuttiger zijn, de verschillende onderzoekingen te leiden in een richting, welke de mensheid nuttige resultaten zal geven; of zal een verslapt onderzoek op het gebied van de atoombom een oorlog tengevolge hebben? Het is een vraag, waarop de toekomst 't antwoord ver bergt en mettertijd zal geven! Het is een feit, helaas, dat nu de doorsnee mens het begrip atoom vereenzelvigt met „atoombom" en een getal met vele nullen, nl. geld en mensenlevens! Ja. there is something rotten in this world. BRAM BECH, Heerenweg 46, Schoorl. QNZE vriend Kat voert en passant een nieuwe puzzle in: „waarom is de mens zo verzot op snelheid" en daarnaast een tweede: „wordt hij op den duur niet vervangen en verdreven door de machine-mens, de robot?'* Maar ook hij erkent het nut van deze nieuwe energiebron en verfoeit het gebruik ervan bij oorlogshandelingen. Hij heeft evenwel de stille hoop, dat het zover niet komen zal: juist de vrees voor de ontzettende en vernie lende kracht van de moderne wapens zal de rivalen w-erhouden er ooit gebruik van te maken. Aan de andere kant is er twijfel in hem: hij ziet de oorlog als een der vormen van het noodlot en de mens als een machts type, wiens zedelijk besef ver ten achter staat bij zijn verstandelijke vermogens. Bram B e.ck heeft zijn hoop gevestigd op een wankele even wichtstoestand; zolang geen van de beide partijen de zekerheid heeft, dat zij veel verder is geschreden op de weg der vernietigingsmogelijkheden dan de andere, zal geen van tweeën dur ven beginnen. En ook hij beseft de enorme betekenis van deze nieuwe bron van energie, nu de mensheid bezig is, de oude bronnen uit te put ten. In levendige kleuren en met de nodige ironie schildert hij de toekomst maatschappij, waarin de atoomenergie de voornaamste zal zijn. Wim Kooi man is als hij overtuigd van de evo lutie in deze richting hij wenst de mens de wijsheid toe, die bij ':et gebruik van de bovenmenselijke kracht der atoomenergie behoortlaat hij geen kind zijn, dat speelt met lucifers en de wereld in brand steekt Veel méér hebben de andere inzen ders ook niet te vertellen. Attie Kappen onderstreept met kracht de verkondigde meningen, Simon Boe der, die de vraag stelde, herinnert aan het feit, dat de piloot, nadat hij zijn bom had gegooid, „in het zwaar ste gesticht van bewaring moest wor den gebracht" en hij stelt vast, dat de mensheid de keus heeft tussen „vernietiging en een paradijs". Dick A1 b e r t z constateert, „dat de atoom energie ons misschien tot nu "toe uit een derde wereldoorlog heeft gehou den en het dus tot zover een geluk is, dat wij met dit begrip kennis hebben kunnen makoi". Bovendien* „de aanwending van atoomenergie is, vooral als de olie- en kolenvoorraden der aarde uitgeput raken, zeer belang rijk en het gebruik moet bevorderd worden, mits voor vredesdoeleinden." Jacob Balder: „Men mag het gebruik van deze energie pas veroor delen, als men het overtuigende be wijs geleverd heeft, dat de mens die energie nooit zal kunnen beheersen, dat ze de ondergang van het mens dom betekent, als men doorgaat n.et het ontwikkelen van d*» mogelijkheden, die de atomen biedt Ik geloof ech ter stellig, dat men op den duur ook de kernreacties zal regelen". Hans Reinders: „Zolang een stuk steen gebruikt wordt om er zich een bestaan mee te verschaffen, is die steen een nuttig en belangrijk voorwerp. Gebruikt men datzelfde stuk steen echter om er anderen mee te doden, dan is het een onding, dat groot gevaar oplevert. Dit is een grondprincipe, dat altijd opgaat. Voor die steen kunnen we alles in de plaats stellen: Gas, electriciteit, atoomenergie. Hij die zich van iets bedient om er een eerzaam bestaan mee te leiden, is verstandig, maar hij die zich ervan bedient om anderen te doen lijden en sterven, is geen mens, maar een beest. Er is een spreekwoord, dat zegt: „De een zijn dood is de ander zijn brood", maar hij die er aan gelooft en vooral hij die het in praktijk brengt, is het zelf1 niet waard, dat hij leeft". Soortgelijke antwoorden zijn er van een aantal anderen. Het heeft geen zin, telkens hetzelfde geluid te horen. Ver moedelijk zullen de meeste lezers het wel met de vergeten categorie «.ens zijn. We wenden ons daarom tot een nieuwe en in werkelijkheid veel een voudiger kwestie ingezonden door Dick Albertz'. Let wel, deze week moeten de antwoorden niet gezonden worden aan het gewone adres en liefst nog vroeger dan anders 158. Pim, Pam en Pom hadden al gauw ontdekt, dat de wonderlamp hen het leven heel wat gemakkelijker kon maken. De waarschuwingen van AU .sloegen zij in de wind. „Baassies laten mij veel te veel doen," zei Ali telkens weer. „Het is niet, dat ik lui ben, maarrr...." „Nou, hou je er dan buiten," zei Pom brutaal. „Je hebt maar te doen wat ik zeg, anders niet!" Ja, ja, Pim, Pam en Pom werden drie vervelende akelige jongetjesen dat alles doordat al hun wensen prompt door Ali vervuld werden. Zo ging het niet alleen thuis, maar ook op school! „Vooruit," commandeerde Pom verder. „Zorg, dat ik voor Aard rijkskunde een tien krijgZiezo, dat bespaart m ij de moeite mijn les te leren. Ennetover mijn boeken even naar de maan en geef me daar voor in de plaats een boekje met strips. In kleuren hoor, denk er om!" Pim zat heel brutaal klapkauwgum te blazen, welke Ali voor hem te voor schijn had moeten toveren. AU deed zijn werk niet meer met plezier. Dat was duidelijk. Om vier uur, als ze uit school kwamen en met hun vriendjes gingen knikkeren, moest hü er voor zorgen, dat hun stuiter altijd raakte, ook al stonden ze op twintig meter af stand. „Bah," mompelde AU, „wat worden ze onsportief die Pim, Pam en Pom. Dat gaat nooit goed! Maar ze willen helemaal niet meer naar mij luisteren MOET ieder jongmens, meisje of jongen leren dansen Waarom teel? Waarom niet? En welke soort van dans ver dient de voorkeur: volksdans, paardans: klassiek of modern? Antwoorden zo spoedig mogelijk aan D. L. Daalder, Kin- kerstraat 137, Amsterdam-W. gu J. H. Kok N.V. te Kampen ver scheen onder deze titel van de hand van dr G. Hendriks een socio grafische studie over de beide agrari sche groepen, welke de gemeente Kampen binnen haar territoir her bergt. In de eerste plaats zijn dit de z.g. Eilandboeren en daarnaast de iets grotere groep, welke te midden van de burgerbevolking in de stad en in Brunnepe woont. Beide sociale groe peringen naast elkaar wonende in een geografisch gezien beperkt gebied, worden hier in een even uiWoerige als gedegen studie onder de loupe geno men, waarbij niet slechts de sociale en economische structuur wordt beUcht, doch waarbij uiteraard ook aan het ontstaan en de ontwikkeüng van bei de groepen de nodige aandacht wordt gewijd. Uit het omvangrijke materiaal heeft dr Hendriks ongetwijfeld een zeer lezenswaardige studie geput, waarbij het ons persoonlijk deugd deed, dat bij een beschrijving van de oude familie- gebruiken ook nog iets van de folk lore aan de oppervlakte is gekomen. ("1NZE Nederlandse taal op de juiste U wijze in velerlei geval te schrijven, is lang niet gemakkelijk. De fouten die nog in diverse correspondentie worden gemaakt, zijn groot in aantal. Wie graag ook in zijn brieven op taalkun dig gebied zo weinig mogelijk fouten maakt, vooral geen ernstige, zal na het doorwerken van dit practische boekje zeker tevreden over zijn schrijven der Nederlandse taal zijn. De vele oefenin gen zijn met vee] overleg gekozen. De „sleutel" op de oefeningen is zeerprac- tisch. Het werd geschreven door H. J. Scheepens en M. B. Teipe en uitgege ven door de Bunte in Overveen. Met een paar Aspitin-tabletten (alléén echt met het Bayexkruis) per dag bestrijdt U doeltreffend A*usf r g BAYER/I en voorkom verstopping. Neem eens per week 1 of 2 (Advertentie Ing. Med.) 13) „U zult toestemmen, dat het signa lement niet wat men noemt volledig is! Een waarschijnlijk blonde dame, maar ze kan ook wel niet blond zijn, met een grasgroene mantel. Maar nog eens: U weet niet. dat de óVofessor vijanden had?" „Nee". „Of dat er mensen bestaan, die be lang kunnen hebben bij zijn dood?" „Nee". Ze hoorde nu zelf de lichte hapering in haar stem. Hij glimlachte andermaal. „Uw tweede „nee" klonk niet zo overtuigend als het'eerste. Maar en fin. Juffrouw de Wilde! Met welk doel is u naar Parijs gegaan?" Het antwoord op die vraag, welke ook van andere dan politionele zijde kon gesteld worden, had ze al vast gelegd in haar brein en ze zei dan ook vlot, maar het klonk dat hoorde ze zelf wel een beetje als een van buiten geleerd lesje: „Ik ging daarheen in opdracht van professor de Raat. Ik was in Delft twee jaar zijn assistente en nu werkte ik mee aan een uitvinding van hem op het gebied van de chemische technologie en daar moest ik in Frankrijk verschillen de bibliotheken, fabrieken en labora toria voor bezoeken". „O juist", zei de inspecteur knik kend, maar cr was iets in zijn toon, waaruit zijn ongeloof duidelijk sprak. „En heeft u mooie resultaten bereikt?" vroeg hij. „Ja, ja, dat gaat wel". ,Dan had u ook zeker veel contact met. technici op uw gebied." „Natuurlijk „Wie waren dat?" De vraag werd zo a bout portant ge steld en kneep haar zo onaangenaam, dat ze even moest slikken, voor ze antwoord gaf, want meteen flitste het door haar geest, dat die inspecteur misschien wel een heleboel meer wist of althans vermoedde en nu bezig was te trachten langs allerlei sluipwegen tot de waarheid door te dringen. Op deze laatste vraag was ze zeker niet verdacht geweest, maar ze poogde haar verwarring te camoufleren door een vertoon van onverschilligheid. „Ja, wie waren dat?' herhaalde ze met een schouderophalen de vraag. „In de fabrieken werd ik meestal dadelijk verwezen naar de contre- maitre, zoiets als een bedrijfsleider, maar die veel meer vertrouwd was met de praktijk dan de patroons of de ingenieurs en zulke practici moest ik juist hebben". „Ach ja, natuurlijk. Maar u kent c.e namen niet van die bedrijfsleiders?" „Nee. Ze zijn terloops wel aan me voorgesteld en dan volgde een tech nisch gesprek, maar meer niet. De naam versta je bij zo'n voorstelling niet en eerlijk gezegd interesseerde me die ook helemaal niet." ,Dat begrijp ik. U dacht ook: what's in a nameMaar u bezocht meer fabrieken?" „En laboratoria en bibliotheken; ja zeker". „In Parijs?" „Ja en in Clermond-Ferrand". Ze noemde maar een plaats op, wel ke haar zo inviel. „Och, daarook? Interessant zo'n stu diereis Maar juffrouw de Wilde" -n hij stond op, zette een stoel voor een schrijftafel. „Weest u zo vriendelijk en gaat u hier even zitten"; hij gaf haar pen en papier, „schrijft u hier even de namen op van de fabrieken en de laboratoria die u zo al bezocht. Dat kan, meer dan u kunt begrijpen, voor het onderzoek naar de moorde naar van professor de Raat van bete kenis zijn!" Ze begreep de opzet niet, maar ze kende gelukkig heel wat namen van fabrieken en laboratoria, zowel in Pa rijs als in Clermont-Ferrand, doch heur hand beefde toch toen ze begon te schrijven en ineens zag ze dat hij met elkaar geklemde lippen op dat schrijven lette. „Ja, ja," sprak hij, toen hij het be schreven vel, dat ze hem toereikte van haar aannam en hij zag haar nu strak aan: „U is blijkbaar wel erg geschokt door het gebeurde van gisteravond, juffrouw de Wilde". „Dat spreekt toch vanzelf", zei ze zacht. „NatuurlijkEnfin, juffrouw de Wilde, nog een paar vragen en dan zal ik u niet langer van uw tijd be roven Blijft U voorlopig in Amster dam?" „Ja dat is wel mijn voornemen". „Aan hetzelfde adres bij uw zwa ger?" „Voorlopig, ja". „Goed. Ik vraag dat, omdat het mogelijk is dat we u nog eens no dig. zouden hebben. En dan dit: U werkte mee aan e'en uitvinding van professor de Raat. Kunt u mij meer gedetailleerd meedelen van welke aard die uitvinding was?" Ze aarzelde even. „Nee", antwoordde ze dan. Ik acht me niet gerechtigd dat te doen. Het was het geestelijk eigendom van pro fessor de Raat". „O juist. Enfin, dat antwoord ver wachtte ik ook eigenlijk wel. En dan nog dit: U kreeg de indruk dat degeen die uw suitcase tijdelijk tot zich nam, speciaal belangstelling getoond had voor de inhoud van dat couvert. Wat bevatte dat eigenlijk?" „Aantekeningen die ook betrekking hadden op die uitvinding, waar ik van sprak". „O ja, natuurlijk. Dank u wel, dan ben ik voldoende ingelicht. Tenminste voorlopig, juffrouw de Wilde." Hij trad naar de deur, opende die voor haar, boog hoffelijk toen ze heenging. Toen Marta buiten kwam wist ze zeker, dat de inspecteur geen woord geloofd had van de leugens, welke ze hem had verteld. Ze had barstende hoofdpijn. (Wordt vervolgd.) (Advertentie Ing. Med.) (Advertentie Ing. Med.) HEERLENS MANNENKOOR Pan- cratius. Voor Zondag kondigden we reeds een uitzending aan dit koor gewijd aan. Thans kan men ook de tweede helft var het ere- concert beluisteren Ditmaal wordt de tweede Symjonia Sacra van Marius Monnikendam, voor mannenkoor, kinderkoor en or kest, uitgevoerd. VOORDRACHT VOOR TWEE VLEUGELS. Andrê de Raaf en Jacques Schutte kan men in een ander genre dan het gewone be luisteren. Zij zullen enige dansen van Franz Schubert uitvoeren. Vierhandige pianomuziek was in een ver verleden een geliefd hui selijk vermaak. Zo zal men Schu berts Walsen, Laendler en Ecos- saises moeten zien als een poging, om in een behoefte aan muziek voor dit doel te voorzien. Ze zijn er niet minder mooi om. (Vrijdag 2010 over Hilversum II, 298 m). VRIJDAG 30 OCTOBER HILVERSUM I, 402 m.: 7.00—24.00 NCRV. 7-00 Nieuws. 7.13 Gewijde mu ziek. 7.45 Medidatie. 8.00 Nieuws en. weer berichten. 8.15 Gram. 8-30 Tot Uw dienst. 8.35 Gram. 9.00 Voor de zieken. 9-30 Voor de vrouw. 9.40 Gram. 10.30 Morgendienst; 11-00 Gram. 11.45 Idem. 12-30 Land- en Tuinbouwmededelingen. 12.33 Gram. 12.59 Klokgelui. 13.00 Nieuws. 13.15 Metropole- Orkest. 14-00 Schoolradio. 14.35 Omroep orkest. 15.20 Voordracht. 15.50 Gram. 16.00 „De aanleg van een kleine sier- tuin", causerie. 16.15 Gram. 17.20 Zang recital. 17.45 Fries programma, 18.00 Gram. 18.30 Viool èn Mozart-yleugel. 19.00 Nieuws en weerberichten. 19Ü0 Re geringsuitzending.: „Verklaring en toelich ting". 19.30 Gram. 20.00 Radiokrant 20.20 Kamerorkest en solist. 21.00 „Herdenking der Reformatie", causerie. 21.15 Cantate „Maarten Luther", 22.00 Gevar. muziek, 22.30 Vioolrecital. 22.45 Avondoverden king. 23.00 Nieuws en S.O.S.-berichten. 23.1524.00 Gram-muziek. HILVERSUM U, 298 m.: 7.00 VARA, 10-00 VPRO. 10.20 VARA, 12.00 AVRO, 16.00 VARA, 19.30 VPRO, 21.00 VARA, 22.40 VPRO, 23.00—240 VARA. 7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.15 Gym. 7-30 Gram. 8.00 Nieuws. 8.18 Gram. 8-45 Voor de huisvrouw. 9.00 Gym. voor de vrouw. 9.10 Gram. 9.40 Schoolradio. 10.00 „Kinderen en mensen", causerie. 10-05 Morgenwij ding. 10.20 Voor de kleuters. 10.40 Cello en piano. 11.00 Radiofeuilleton. 11.20 Gram. 11.85 Orgelspel. 12.00 Gevar. mu ziek. 12.30 Land- en Tuinbouwmedede lingen. 1.".33 Sport en prognose. 12.48 Gram. 13.00 Nieuws. 13-15 Mededelingen of gram-muziek. 13.20 Wereldspaardag. 13.25 Promenade-Orkest. 14.00 Kook- praatje. 14.20 Pianorecital. 14.50 Boek bespreking. 15.10 Mannenkoor. 15.30 Mu- sette-Orkest. 19.00 Gram. 16.30 Muziek- couserie (met illustr). 17.10 Voor de jeugd. 17.40 Gitaarmuziek. 18.00 Nieuws. 18.15 Felicitaties. 18-45 „De Haverkist", hoorspel. 19,00 Voor de jeugd. 19.10 Ge mengd koor. 19.30 „Hoe ik tot mijn geloof '-.wam", causerie. 19.50 Berichten. 2000 Nieuws. 20.05 Boekbespreking 20.10 Twee plano's. 20.30 „Europa één", causerie. 20.40 „De zorg voor het bedreigde kind", causerie. 21.00 Voor de jeugd. 21.35 Lichte muzitk. 22.00 Buitenl; nds overzicht. 22.15 Rhythm, muziek. 22.40 „Vandaag", cau serie. 22.45 Avondwijding. 23-00 Nieuws. 23.±524.00 Kamerorkest. Televisie-programma. VARA. 20,15— 21-45: 1. Actualiteiten; 3. Weeroverzlchtj 3. „Glazen Speelgoed". TV-spel.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1953 | | pagina 9