Zorg, dat de A-bom niet barst
LAXEERAKKERTJE5
Zolang de atoomenergie wordt gebruikt ten
dienste van mensheid is het goed
r
NERVA NOVA
DE VERGETEN CATEGORIE
AAN HET WOORD
Twee doeleinden
Na de vernietiging
de productie
De robot met de
stofzuiger
Overige meningen
Pim, Pam Pom en de wonderlamp
BOEKEN
BULLETIN
En nu de volgende kwestie
Een stad en haar boeren
Schrijven zonder fouten
VERKOUDHEID
EN 6RIEP
Aspirin
Reinig Uw ingewanden
Tussen Amsterdam
(door F. DE SINCLAIR*)
en Mm Parijs
Een oude*oeiEen
stoel
Luister eens naar:
Radioprogramma
DONBEBDAG 29 OCTOBER 19S3
,£EN DOODEENVOUDIG VRAAGSTUKzegt
eert lid van ons dispuutcollege. ,,Een uitgebreid ant
woord is niet nodig", meent een ander, „zelfs geen
overtuigende betogen, omdat ieder mens, die
werkelijk „mens" is,
geen overtuigende woor
den nodig zal hebben
om. het antwoord te we
ten." En hij voegt er aan
toe: „Voor het eerst kun- - - - - - - - - - -
nen. we kort zijn, zonder
de vraag op enige wijze tekort te doen", waarop de
oplossing volgt: Zolang iets wordt aangewend ten
dienste van de mensheid is het goed, zodra het ivordt
gebruikt om diezelfde mensheid op de afschuwelijk
ste manieren uit te roeien, is het verkeerd, altijd en
overal! Dat geldt voor alles en iedereen." En een
derde: „Er zijn mensen, die deze energie als iets vre
selijks beschouwen, maar ik meen, dat ook deze ener
gie energie is, die goed kan ivorden gebruikt. Ook al
ontleent de atoombom zijn enorm vernietigings-
vermogen aan dezelfde
energie, nok al maakt
men in de toekomst nog
vreselijker ivapens, die
dank zij de atoom-
energie tienduizenden
mensen zullen kunnen
doden. Immers, dit heeft niets met het ivezen van de
energie te maken. De energie kan net zo goed voor
vredelievende doeleinden gebruikt worden".
Dit is het Leitmotiv bij ongeveer alle beschouwin
gen. Men hoort het ook klinken uit de drie volgende
getuigenissen
HE belangrijke vraag, hoe de vergeten
categorie over het gebruik van
atoomenergie denkt, kunnen we in
twee delen verdelen: le. gebruik voor
verkeers- en industriële doeleinden:
2e. gebruik voor oorlogsdoeleinden.
Bij het weg-, water- en luch.verkeer
zal de atoomenergie in de toekomst een
zeer belangrijke plaats innemen. Hoe
vaak worden er al proeven genomen
met atoomaandrijving voor vliegtuigen
en schepen en binnenkort met auto's!
Het gevolg hiervan zal zijn, dat het be
grip afstand nog maar een geringe be
tekenis zal krijgen. Steeds sneller zal
de mens zich kunnen verplaatsen.
Waarom steeds sneller? Ik weet het
niet. Het begrip sneller is iets, waar
tegen men niet kan ingaan. Natuurlijk
is een snelle verbinding tussen landen
en werelddelen van groot belang,
maar wanneer de snelheden voor men
selijke begrippen opgevoerd worden tot
schrikaanjagende hoogten, dan kan
dit mijns inziens nergens anders toe
leiden dan tot ondergang van de men
selijke geest. Het mens-zijn verdwijnt
en daarvoor stelt zich een machine
mens in de plaats. Is dit nu de be
doeling van de wonderbaarlijke tech
niek?
Tegenover het begrip snelheid staat
natuurlijk ook nog een ander doel. De
eeuw der electriciteit en thans staan
we aan het begin van een nieuw tijd
vak, n.l. dat der atoomenergie. We
leven niet meer in een tijd, waarin we
kunnen wachten met het gebruik van
deze krachtbron, ons door de natuur
geschonken, we moeten beseffen, dat
we nieuwe wegen moeten inslaan om
het veelal gecompliceerde dagelijks
bestaan in nieuwe banen te leiden. Eens
vervaardigde de mens zijn atoombom
ter vernietiging, nu echter dienen we
de handen ineen te slaan en dienen we
te begrijpen, dat de atoomenergie vele
andere mogelijkheden biedt, waar
mede we moeten werken. Het gebruik
van atoomenergie voor de opbouw en
instandhouding van het maatschappe
lijk bestaan is van niet te onderschat
ten waarde. Hij, die nu echter over
deze krachten kan beschikken, zal zich
bewust dienen te zijn van de grote
verantwoordelijkheid, die op hem rust.
Hij zal zich moeten geven in dienst
der gemeenschap tot opbouw dier ge
meenschap en met zijn atoomenergie
bijdragen tot de vervolmaking van ons
bestaan, zonder daarbij de kracht aan
te wenden tot de vernietiging van
anderen. Eens zal het atoomtijdperk
zijn volledige intrede doen; dat de
mens van dan wijs moge zijn en de
kracht zal gebruiken tot het scheppen
van vrede en welvaart tot heil der
mensheid! Want dan pas is het ge
bruik van de atoomenergie geworden
tot ^tgene, wat ons leven kan dienen.
dige brandstoffen, die veel plaats inne
men, vervangen. Dit levert natuurlijk
grote economische voordelen op. Een
vliegtuig zal bijvoorbeeld met een
kleine hoeveelheid brandstof enorme
vluchten kunnen maken.
Naar mijn mening zal de atoom
energie in de industrie, wanneer deze
energie op verstandige wijze wordt
toegepast, en geen aanleiding zal geven
tot onzinnige opvoering van de pro
ductie, een goede toekomst tegemoet
gaan.
Hoe heel anders is het gebruik voor
eorlogsdoeleinden. Ik heb alle respect
voor de geleerden, die in staat zijn, de
atoomenergie op te wekken, maar ik
verafschuw de vreselijke wapens,
waarop deze energie wordt toegepast.
Een atoombom, een waterstofbom en
een atoomkanon zijn allemaal dingen,
die bij werkelijke toepassing zouden
leiden tot mensenuitroeiïng. Wanneer
men werkelijk met deze wapens zou
gaan oorlogvoeren, zou dat het einde
van de mensheid betekenen. Er zijn
mensen die zeggen, dat juist atoom
wapens de oorlog tegenhouden. Voor
een deel hebben ze gelijk, maar wan
neer een oorlog móet komen, dan
komt hij. De mens is een wezen, dat
door macht bezield is en daarom zal hij
er in het uiterste geval niet voor te
rugdeinzen, ook atoomwapens te ge
bruiken. Hoe is dit menselijk tekort te
verklaren? Welnu dat is gauw en kern
achtig gezegd; „De techniek is de geest
van de mens jaren en jaren vooruit."
En daardoor ontstaan er van die on
menselijke dingen.
Laten we hopen, dat de mens in de
toekomst in staat zal zijn, de haar
geboden kansen op het gebied van de
techniek doeltreffend en verantwoord
toe te passen.
P. B. S. KAT,
Soestdijkse Kade 469. Den Haag.
QP de vraag van Simon Boeder, hoe
de vergeten categorie over het ge
bruik van atoomenergie denkt, zou ik
een kort antwoord kunnen geven. Het
?®hruik van atoomenergie, mits voor
allerhande vredesdoeleinden aange
wend, is mijns inziens zeer toe te jui
chen. De wetenschap en de techniek
zijn thans zover gevorderd, dat we
naast de atoombom, als de meest weer
zinwekkende vernietigingskracht, ook
de atoomenergie kennen als bron van
kracht tot het aandrijven van machi
nes etc. Het is met vele dingen als met
deze atoomenergie, eerst gebruikt de
mens het om gr een helse machine, de
atoombom, mee te vervaardigen met
het doel anderen te vernietigen en pas
later ontdekt men, dat de energie ook
gebruikt kan worden voor andere
doeleinden. Ik geloof wel, dat naar
mate de wetenschap en techniek zich
ontwikkelen zifllen, de atoomenergie
als krachtbron aan waarde zal winnen.
Is de verkrijging van deze energie
thans nog een zeer dure geschiedenis,
in de toekomst zal dat zeker anders
worden. Is het niet als met de eerste
trein, de eerste auto en het eerste
vliegtuig? Eerst stond de mens vreemd
tegenover deze uitvindingen, naarmate
de tijd voortschreed, werden het heel
gewone dingen. Eens zal ieder spreken
over atoomenergie zoals we nu over
water of electriciteit praten. In de oud
heid kenden we het stenen, het bron
zen en het ijzeren tijdperk, later de
BRENGT UW ZENUWEN TOT RUST
(Advertentie, lag. Med.
Wim Kooiman,
A 105, Hensbroek.
liet was de scheikundige Hahn, die
ontdekte, dat door bestraling van
uranium met neutronen van bepaalde
snelheid kernsplijting atoomsplitsing
kan optreden, een splijting, die, indien
zij eenmaal op gang is, een duizeling
wekkende snelheid kan bereiken en
waarbij een zeer grote hoeveelheid
(atoom) energie vrijkomt; daarna
slaagden andere geleerden erin, met
uraan een gewoon splijtingsproces te
verkrijgen, dat niet explosief verloopt
en waarvan men de snelheid naar wil
lekeur kan regelen, waardoor de moge
lijkheid is gegeven, deze energie nut
tig te gebruiken en deze aan te wenden
overal, waar energie en beweging no
dig is, dus bij machines, voertuigen,
krachtcentrales, lichtcentrales etc.
Over plm. een eeuw, indien kolen
mijnen en petroleumbronnen geheel
zijn geëxploiteerd, indien dus alle ener
giebronnen zijn uitgeput, zal het nut
tig aanwenden van atoomenergie de
oplossing van dit probleem vormen;
men zal echter begrijpen, dat er hier
voor de Wetenschap nog een zeer groot
terrein ongeëxploiteerd ligt. Maar de
tijd komt, dat atoomraketten 't ver
keer onderhouden, de machines in de
fabrieken door atoomenergie worden
voortgedreven, waarmee de fabrieks
schoorstenen en de vuile fabriekssteden
zullen verdwijnen, atoomcentrales de
electrische centrales zullen vervangen
en ons van licht voorzien en wij op
atoomfornuizen ons eten koken en zelf
moordplannen d.m.v. de gasslang ver
ijdeld worden(l). De tijd komt, dat on
ze door atoom voortgedreven „dienst-
robottin" met de atoomstofzuiger de
kamer doet, de atoomradio de ruimte
met oorverdovende muziek vult en de
melk op het atoomstel overkookt, als
de atoomboer komt vragen, hoeveel
„atoom" het wezen mag vandaag(l).
Maar helaas, de oorlog die ons de
atoombom deed uitvinden (dr R. Op-
penheimer) leerde ons ook de nega
tieve zijde kennen, nog klinkt Hiroshi
ma ons in de oren als een gewelddadige
vrede, die millioenen 't leven kostte.
De atoombom is de twistappel van de
om de wereldmacht strijdende natiën
geworden! Het feit, dat een of ander
land in een afgelegen woestijn atoom-
proeven neemt, is allengs een dagelijk
se gebeurtenis geworden. Nieuwsbla
den schreeuwen in lange frontartikelen
met grote, zwarte koppen over de on
gehoorde milliardenbedragen, die deze
proeven eisen en in diezelfde couran
ten verschijnen de foto's van de van
vijandelijke atoomspionnage beschul
digde scheikundigen. Doodstraffen
worden uitgesproken en voort gaat het
onderzoek, op welke wijze men één of
twee millioen „vijanden" zo voordelig
mogelijk van het leven kan beroven;
zolang echter beide opponenten de ba
lans in evenwicht houden, dus zolang
er geen beslissende voorsprong komt,
zal de vrede, ondanks de voortdurende,
zenuwslopende dreiging blijven be
staan. Zou het daarom niet nuttiger
zijn, de verschillende onderzoekingen
te leiden in een richting, welke de
mensheid nuttige resultaten zal geven;
of zal een verslapt onderzoek op het
gebied van de atoombom een oorlog
tengevolge hebben? Het is een vraag,
waarop de toekomst 't antwoord ver
bergt en mettertijd zal geven! Het is
een feit, helaas, dat nu de doorsnee
mens het begrip atoom vereenzelvigt
met „atoombom" en een getal met vele
nullen, nl. geld en mensenlevens! Ja.
there is something rotten in this world.
BRAM BECH,
Heerenweg 46,
Schoorl.
QNZE vriend Kat voert en passant
een nieuwe puzzle in: „waarom is
de mens zo verzot op snelheid" en
daarnaast een tweede: „wordt hij op
den duur niet vervangen en verdreven
door de machine-mens, de robot?'*
Maar ook hij erkent het nut van deze
nieuwe energiebron en verfoeit het
gebruik ervan bij oorlogshandelingen.
Hij heeft evenwel de stille hoop, dat
het zover niet komen zal: juist de
vrees voor de ontzettende en vernie
lende kracht van de moderne wapens
zal de rivalen w-erhouden er ooit
gebruik van te maken. Aan de andere
kant is er twijfel in hem: hij ziet de
oorlog als een der vormen van het
noodlot en de mens als een machts
type, wiens zedelijk besef ver ten
achter staat bij zijn verstandelijke
vermogens. Bram B e.ck heeft zijn
hoop gevestigd op een wankele even
wichtstoestand; zolang geen van de
beide partijen de zekerheid heeft, dat
zij veel verder is geschreden op de
weg der vernietigingsmogelijkheden dan
de andere, zal geen van tweeën dur
ven beginnen. En ook hij beseft de
enorme betekenis van deze nieuwe
bron van energie, nu de mensheid
bezig is, de oude bronnen uit te put
ten. In levendige kleuren en met de
nodige ironie schildert hij de toekomst
maatschappij, waarin de atoomenergie
de voornaamste zal zijn. Wim Kooi
man is als hij overtuigd van de evo
lutie in deze richting hij wenst
de mens de wijsheid toe, die bij ':et
gebruik van de bovenmenselijke kracht
der atoomenergie behoortlaat hij
geen kind zijn, dat speelt met lucifers
en de wereld in brand steekt
Veel méér hebben de andere inzen
ders ook niet te vertellen. Attie
Kappen onderstreept met kracht de
verkondigde meningen, Simon Boe
der, die de vraag stelde, herinnert
aan het feit, dat de piloot, nadat hij
zijn bom had gegooid, „in het zwaar
ste gesticht van bewaring moest wor
den gebracht" en hij stelt vast, dat
de mensheid de keus heeft tussen
„vernietiging en een paradijs". Dick
A1 b e r t z constateert, „dat de atoom
energie ons misschien tot nu "toe uit
een derde wereldoorlog heeft gehou
den en het dus tot zover een geluk
is, dat wij met dit begrip kennis
hebben kunnen makoi". Bovendien*
„de aanwending van atoomenergie is,
vooral als de olie- en kolenvoorraden
der aarde uitgeput raken, zeer belang
rijk en het gebruik moet bevorderd
worden, mits voor vredesdoeleinden."
Jacob Balder: „Men mag het
gebruik van deze energie pas veroor
delen, als men het overtuigende be
wijs geleverd heeft, dat de mens die
energie nooit zal kunnen beheersen,
dat ze de ondergang van het mens
dom betekent, als men doorgaat n.et
het ontwikkelen van d*» mogelijkheden,
die de atomen biedt Ik geloof ech
ter stellig, dat men op den duur ook
de kernreacties zal regelen".
Hans Reinders: „Zolang een
stuk steen gebruikt wordt om er
zich een bestaan mee te verschaffen,
is die steen een nuttig en belangrijk
voorwerp. Gebruikt men datzelfde
stuk steen echter om er anderen mee
te doden, dan is het een onding, dat
groot gevaar oplevert. Dit is een
grondprincipe, dat altijd opgaat. Voor
die steen kunnen we alles in de plaats
stellen: Gas, electriciteit, atoomenergie.
Hij die zich van iets bedient om er
een eerzaam bestaan mee te leiden,
is verstandig, maar hij die zich ervan
bedient om anderen te doen lijden en
sterven, is geen mens, maar een beest.
Er is een spreekwoord, dat zegt: „De
een zijn dood is de ander zijn brood",
maar hij die er aan gelooft en vooral
hij die het in praktijk brengt, is het
zelf1 niet waard, dat hij leeft".
Soortgelijke antwoorden zijn er van
een aantal anderen. Het heeft geen zin,
telkens hetzelfde geluid te horen. Ver
moedelijk zullen de meeste lezers het
wel met de vergeten categorie «.ens
zijn. We wenden ons daarom tot een
nieuwe en in werkelijkheid veel een
voudiger kwestie ingezonden door
Dick Albertz'. Let wel, deze week
moeten de antwoorden niet gezonden
worden aan het gewone adres en liefst
nog vroeger dan anders
158. Pim, Pam en Pom hadden al
gauw ontdekt, dat de wonderlamp
hen het leven heel wat gemakkelijker
kon maken. De waarschuwingen van
AU .sloegen zij in de wind. „Baassies
laten mij veel te veel doen," zei Ali
telkens weer. „Het is niet, dat ik lui
ben, maarrr...." „Nou, hou je er dan
buiten," zei Pom brutaal. „Je hebt
maar te doen wat ik zeg, anders niet!"
Ja, ja, Pim, Pam en Pom werden drie
vervelende akelige jongetjesen
dat alles doordat al hun wensen
prompt door Ali vervuld werden. Zo
ging het niet alleen thuis, maar ook
op school! „Vooruit," commandeerde
Pom verder. „Zorg, dat ik voor Aard
rijkskunde een tien krijgZiezo,
dat bespaart m ij de moeite mijn les
te leren. Ennetover mijn boeken
even naar de maan en geef me daar
voor in de plaats een boekje met
strips. In kleuren hoor, denk er om!"
Pim zat heel brutaal klapkauwgum te
blazen, welke Ali voor hem te voor
schijn had moeten toveren. AU deed
zijn werk niet meer met plezier. Dat
was duidelijk. Om vier uur, als ze uit
school kwamen en met hun vriendjes
gingen knikkeren, moest hü er voor
zorgen, dat hun stuiter altijd raakte,
ook al stonden ze op twintig meter af
stand. „Bah," mompelde AU, „wat
worden ze onsportief die Pim, Pam en
Pom. Dat gaat nooit goed! Maar ze
willen helemaal niet meer naar mij
luisteren
MOET ieder jongmens, meisje of jongen leren dansen
Waarom teel? Waarom niet? En welke soort van dans ver
dient de voorkeur: volksdans, paardans: klassiek of
modern?
Antwoorden zo spoedig mogelijk aan D. L. Daalder, Kin-
kerstraat 137, Amsterdam-W.
gu J. H. Kok N.V. te Kampen ver
scheen onder deze titel van de
hand van dr G. Hendriks een socio
grafische studie over de beide agrari
sche groepen, welke de gemeente
Kampen binnen haar territoir her
bergt. In de eerste plaats zijn dit de
z.g. Eilandboeren en daarnaast de iets
grotere groep, welke te midden van
de burgerbevolking in de stad en in
Brunnepe woont. Beide sociale groe
peringen naast elkaar wonende in een
geografisch gezien beperkt gebied,
worden hier in een even uiWoerige als
gedegen studie onder de loupe geno
men, waarbij niet slechts de sociale en
economische structuur wordt beUcht,
doch waarbij uiteraard ook aan het
ontstaan en de ontwikkeüng van bei
de groepen de nodige aandacht wordt
gewijd.
Uit het omvangrijke materiaal heeft
dr Hendriks ongetwijfeld een zeer
lezenswaardige studie geput, waarbij
het ons persoonlijk deugd deed, dat bij
een beschrijving van de oude familie-
gebruiken ook nog iets van de folk
lore aan de oppervlakte is gekomen.
("1NZE Nederlandse taal op de juiste
U wijze in velerlei geval te schrijven,
is lang niet gemakkelijk. De fouten die
nog in diverse correspondentie worden
gemaakt, zijn groot in aantal. Wie
graag ook in zijn brieven op taalkun
dig gebied zo weinig mogelijk fouten
maakt, vooral geen ernstige, zal na het
doorwerken van dit practische boekje
zeker tevreden over zijn schrijven der
Nederlandse taal zijn. De vele oefenin
gen zijn met vee] overleg gekozen. De
„sleutel" op de oefeningen is zeerprac-
tisch. Het werd geschreven door H. J.
Scheepens en M. B. Teipe en uitgege
ven door de Bunte in Overveen.
Met een paar Aspitin-tabletten
(alléén echt met het Bayexkruis)
per dag bestrijdt U doeltreffend
A*usf
r g
BAYER/I
en voorkom verstopping.
Neem eens per week 1 of 2
(Advertentie Ing. Med.)
13)
„U zult toestemmen, dat het signa
lement niet wat men noemt volledig is!
Een waarschijnlijk blonde dame, maar
ze kan ook wel niet blond zijn, met
een grasgroene mantel. Maar nog eens:
U weet niet. dat de óVofessor vijanden
had?"
„Nee".
„Of dat er mensen bestaan, die be
lang kunnen hebben bij zijn dood?"
„Nee".
Ze hoorde nu zelf de lichte hapering
in haar stem.
Hij glimlachte andermaal.
„Uw tweede „nee" klonk niet zo
overtuigend als het'eerste. Maar en
fin. Juffrouw de Wilde! Met welk doel
is u naar Parijs gegaan?"
Het antwoord op die vraag, welke
ook van andere dan politionele zijde
kon gesteld worden, had ze al vast
gelegd in haar brein en ze zei dan ook
vlot, maar het klonk dat hoorde ze
zelf wel een beetje als een van
buiten geleerd lesje:
„Ik ging daarheen in opdracht van
professor de Raat. Ik was in Delft twee
jaar zijn assistente en nu werkte ik mee
aan een uitvinding van hem op het
gebied van de chemische technologie en
daar moest ik in Frankrijk verschillen
de bibliotheken, fabrieken en labora
toria voor bezoeken".
„O juist", zei de inspecteur knik
kend, maar cr was iets in zijn toon,
waaruit zijn ongeloof duidelijk sprak.
„En heeft u mooie resultaten bereikt?"
vroeg hij.
„Ja, ja, dat gaat wel".
,Dan had u ook zeker veel contact
met. technici op uw gebied."
„Natuurlijk
„Wie waren dat?"
De vraag werd zo a bout portant ge
steld en kneep haar zo onaangenaam,
dat ze even moest slikken, voor ze
antwoord gaf, want meteen flitste het
door haar geest, dat die inspecteur
misschien wel een heleboel meer wist
of althans vermoedde en nu bezig was
te trachten langs allerlei sluipwegen
tot de waarheid door te dringen. Op
deze laatste vraag was ze zeker niet
verdacht geweest, maar ze poogde
haar verwarring te camoufleren door
een vertoon van onverschilligheid.
„Ja, wie waren dat?' herhaalde ze
met een schouderophalen de vraag.
„In de fabrieken werd ik meestal
dadelijk verwezen naar de contre-
maitre, zoiets als een bedrijfsleider,
maar die veel meer vertrouwd was
met de praktijk dan de patroons of
de ingenieurs en zulke practici moest
ik juist hebben".
„Ach ja, natuurlijk. Maar u kent c.e
namen niet van die bedrijfsleiders?"
„Nee. Ze zijn terloops wel aan me
voorgesteld en dan volgde een tech
nisch gesprek, maar meer niet. De
naam versta je bij zo'n voorstelling
niet en eerlijk gezegd interesseerde
me die ook helemaal niet."
,Dat begrijp ik. U dacht ook: what's
in a nameMaar u bezocht meer
fabrieken?"
„En laboratoria en bibliotheken; ja
zeker".
„In Parijs?"
„Ja en in Clermond-Ferrand".
Ze noemde maar een plaats op, wel
ke haar zo inviel.
„Och, daarook? Interessant zo'n stu
diereis Maar juffrouw de Wilde" -n
hij stond op, zette een stoel voor een
schrijftafel. „Weest u zo vriendelijk
en gaat u hier even zitten"; hij gaf
haar pen en papier, „schrijft u hier
even de namen op van de fabrieken
en de laboratoria die u zo al bezocht.
Dat kan, meer dan u kunt begrijpen,
voor het onderzoek naar de moorde
naar van professor de Raat van bete
kenis zijn!"
Ze begreep de opzet niet, maar ze
kende gelukkig heel wat namen van
fabrieken en laboratoria, zowel in Pa
rijs als in Clermont-Ferrand, doch
heur hand beefde toch toen ze begon
te schrijven en ineens zag ze dat hij
met elkaar geklemde lippen op dat
schrijven lette.
„Ja, ja," sprak hij, toen hij het be
schreven vel, dat ze hem toereikte van
haar aannam en hij zag haar nu strak
aan: „U is blijkbaar wel erg geschokt
door het gebeurde van gisteravond,
juffrouw de Wilde".
„Dat spreekt toch vanzelf", zei ze
zacht.
„NatuurlijkEnfin, juffrouw de
Wilde, nog een paar vragen en dan
zal ik u niet langer van uw tijd be
roven Blijft U voorlopig in Amster
dam?"
„Ja dat is wel mijn voornemen".
„Aan hetzelfde adres bij uw zwa
ger?"
„Voorlopig, ja".
„Goed. Ik vraag dat, omdat het
mogelijk is dat we u nog eens no
dig. zouden hebben. En dan dit: U
werkte mee aan e'en uitvinding van
professor de Raat. Kunt u mij meer
gedetailleerd meedelen van welke
aard die uitvinding was?"
Ze aarzelde even.
„Nee", antwoordde ze dan. Ik acht
me niet gerechtigd dat te doen. Het
was het geestelijk eigendom van pro
fessor de Raat".
„O juist. Enfin, dat antwoord ver
wachtte ik ook eigenlijk wel. En dan
nog dit: U kreeg de indruk dat degeen
die uw suitcase tijdelijk tot zich nam,
speciaal belangstelling getoond had
voor de inhoud van dat couvert. Wat
bevatte dat eigenlijk?"
„Aantekeningen die ook betrekking
hadden op die uitvinding, waar ik van
sprak".
„O ja, natuurlijk. Dank u wel, dan
ben ik voldoende ingelicht. Tenminste
voorlopig, juffrouw de Wilde."
Hij trad naar de deur, opende die voor
haar, boog hoffelijk toen ze heenging.
Toen Marta buiten kwam wist ze
zeker, dat de inspecteur geen woord
geloofd had van de leugens, welke ze
hem had verteld. Ze had barstende
hoofdpijn.
(Wordt vervolgd.)
(Advertentie Ing. Med.)
(Advertentie Ing. Med.)
HEERLENS MANNENKOOR Pan-
cratius. Voor Zondag kondigden
we reeds een uitzending aan dit
koor gewijd aan. Thans kan men
ook de tweede helft var het ere-
concert beluisteren Ditmaal
wordt de tweede Symjonia Sacra
van Marius Monnikendam, voor
mannenkoor, kinderkoor en or
kest, uitgevoerd.
VOORDRACHT VOOR TWEE
VLEUGELS. Andrê de Raaf en
Jacques Schutte kan men in een
ander genre dan het gewone be
luisteren. Zij zullen enige dansen
van Franz Schubert uitvoeren.
Vierhandige pianomuziek was in
een ver verleden een geliefd hui
selijk vermaak. Zo zal men Schu
berts Walsen, Laendler en Ecos-
saises moeten zien als een poging,
om in een behoefte aan muziek
voor dit doel te voorzien. Ze zijn
er niet minder mooi om. (Vrijdag
2010 over Hilversum II, 298 m).
VRIJDAG 30 OCTOBER
HILVERSUM I, 402 m.: 7.00—24.00
NCRV. 7-00 Nieuws. 7.13 Gewijde mu
ziek. 7.45 Medidatie. 8.00 Nieuws en. weer
berichten. 8.15 Gram. 8-30 Tot Uw dienst.
8.35 Gram. 9.00 Voor de zieken. 9-30 Voor
de vrouw. 9.40 Gram. 10.30 Morgendienst;
11-00 Gram. 11.45 Idem. 12-30 Land- en
Tuinbouwmededelingen. 12.33 Gram. 12.59
Klokgelui. 13.00 Nieuws. 13.15 Metropole-
Orkest. 14-00 Schoolradio. 14.35 Omroep
orkest. 15.20 Voordracht. 15.50 Gram.
16.00 „De aanleg van een kleine sier-
tuin", causerie. 16.15 Gram. 17.20 Zang
recital. 17.45 Fries programma, 18.00
Gram. 18.30 Viool èn Mozart-yleugel.
19.00 Nieuws en weerberichten. 19Ü0 Re
geringsuitzending.: „Verklaring en toelich
ting". 19.30 Gram. 20.00 Radiokrant 20.20
Kamerorkest en solist. 21.00 „Herdenking
der Reformatie", causerie. 21.15 Cantate
„Maarten Luther", 22.00 Gevar. muziek,
22.30 Vioolrecital. 22.45 Avondoverden
king. 23.00 Nieuws en S.O.S.-berichten.
23.1524.00 Gram-muziek.
HILVERSUM U, 298 m.: 7.00 VARA,
10-00 VPRO. 10.20 VARA, 12.00 AVRO,
16.00 VARA, 19.30 VPRO, 21.00 VARA,
22.40 VPRO, 23.00—240 VARA. 7.00
Nieuws. 7.10 Gram. 7.15 Gym. 7-30 Gram.
8.00 Nieuws. 8.18 Gram. 8-45 Voor de
huisvrouw. 9.00 Gym. voor de vrouw. 9.10
Gram. 9.40 Schoolradio. 10.00 „Kinderen
en mensen", causerie. 10-05 Morgenwij
ding. 10.20 Voor de kleuters. 10.40 Cello
en piano. 11.00 Radiofeuilleton. 11.20
Gram. 11.85 Orgelspel. 12.00 Gevar. mu
ziek. 12.30 Land- en Tuinbouwmedede
lingen. 1.".33 Sport en prognose. 12.48
Gram. 13.00 Nieuws. 13-15 Mededelingen
of gram-muziek. 13.20 Wereldspaardag.
13.25 Promenade-Orkest. 14.00 Kook-
praatje. 14.20 Pianorecital. 14.50 Boek
bespreking. 15.10 Mannenkoor. 15.30 Mu-
sette-Orkest. 19.00 Gram. 16.30 Muziek-
couserie (met illustr). 17.10 Voor de
jeugd. 17.40 Gitaarmuziek. 18.00 Nieuws.
18.15 Felicitaties. 18-45 „De Haverkist",
hoorspel. 19,00 Voor de jeugd. 19.10 Ge
mengd koor. 19.30 „Hoe ik tot mijn geloof
'-.wam", causerie. 19.50 Berichten. 2000
Nieuws. 20.05 Boekbespreking 20.10 Twee
plano's. 20.30 „Europa één", causerie.
20.40 „De zorg voor het bedreigde kind",
causerie. 21.00 Voor de jeugd. 21.35 Lichte
muzitk. 22.00 Buitenl; nds overzicht. 22.15
Rhythm, muziek. 22.40 „Vandaag", cau
serie. 22.45 Avondwijding. 23-00 Nieuws.
23.±524.00 Kamerorkest.
Televisie-programma. VARA. 20,15—
21-45: 1. Actualiteiten; 3. Weeroverzlchtj
3. „Glazen Speelgoed". TV-spel.