NAVO-bolwerk van de
de Kaukasische bergen
Noordkaap tot
Naguib breekt de schatkamers
van Faroek open
In drie jaar nam de veiligheid van
West-Europa aanzienlijk toe
De koninklijkepaleisschatten
komen in veiling
Gans west-europa zit op de Europese Defensie Gemeenschap
Jaarlijks Overzicht
stelt 200.000 vragen
per jaar
Drie milliard voor de Egyptische staatskas
Eerste verkopingen
duren zes weken
DONDERDAG 28 JANUARI 1954
(Van een bijzondere medewerker)
te wachten als op de geboorte van een lang verbeid koningskind
en het is daarom niet te verwonderen, dat de eerder ter wereld
gekomen Noord-Atlantische Verdrags Organisatie, welke de facto èn
de jure bestaat, wat jalours is op deze belangstelling. Er wordt inder
daad weinig aandacht geschonken aan de NAVO, omdat het nu een
maal een lichaam is, dat in zijn organisatievorm geen openbaarheid
Het Palais de Chaillot aan de Seine-ocver te Parijsin welks houten
zijvleugels het centrale zenuwstelsel van de NAVO is gehuisvest.
kent, al schuwt het deze volstrekt niet. Veertien landen werken samen
is de NAVO. Dit betekent in de practijk onder meer het dag in, dag
uit bestuderen van lijvige rapporten en nog eens rapporten, het samen
stellen van nieuwe rapporten uit de vorige en het onderling bespreken
en in overleg veranderen van <jie rapporten. Kortom, het betekent een
enorme hoeveelheid saai werk, welke voornamelijk wordt verzet in
het Palais de Chaillot te Parijs. Neen, de NAVO-officier van heden
heeft maar bitter weinig meer gemeen met de romantische Garde-
Offizier uit de operette.
f)E PARIJZENAARS ergeren zich
v blauw over het feit, dat de twee
smakeloze houten vleugels van het
Palais de Chaillot, opgetrokken in de
lomer van 1951 om de staf van Trygve
Lie tijdelijk onderdak te verschaffen,
nog steeds niet zijn afgebroken. Maar
Lord Ismay, vice-voorzitter en secre
taris-generaal van de NAVO-Raad, die
daar zijn bolwerk heeft, verheugt zich
over het feit, dat die houten vleugels
er nog staan. Hij heeft de ruimte hard
nodig, want hoe groot de Franse hoofd
stad ook moge zijn, zij legt een ont
stellend gebrek aan kantoorruimte aan
de dag. Voorlopig is het nog zo, dat,
terwijl de regeringen in de nationale
Ijoofdsteden in indrukwekkende bouw
werken zijn gehuisvest, het NAVO-
secretariaat-generaal in niet veel meer
dan een houten keet zetelt.
JhE 66-JARIGE Lord Ismay, die ove-
rigens dit jaar zal aftreden, is een
levenslustige, opgeruimde man van
fedrongen gestalte, die met de beslist-
éid van een goed officier (met front-
érvaringen in de eerste en tweede we
reldoorlog en voorts in de jBritse ko
loniën) en de charme van een groot
diplomaat het omvangrijke NAVO-
lichaam leidt. Er is maar zelden een
voorzitter in de NAVO-raad, welke
egnmaal of tweemaal per week verga
dert om de lopende zaken te behan
delen. Die Raad bestaat uit vertegen
woordigers van de veertien regeringen
(lie indertijd het NAVO-verdrag heb
ben getekend, en is een geheel ander
lichaam dan de Raad van Europa te
Straatsburg, welke een parlementair
karakter draagt zonder parlementaire
bevoegdheden. De NAVO-Raad heeft
meer van een regering, van een minis
terraad, heeft de bevoegdheid beslis
singen te nemen en doet dat ook ge
regeld.
TN TEGENSTELLING tot de gangbare
opvatting houdt de NAVO zich
geenszins uitsluitend bezig met mili
taire aangelegenheden. Men onder
scheidt de volgende, niet strikt mili
taire afdelingen: a. Jaarlijks Overzicht:
een afdeling, welke jaarlijks tot in de
kleinste bijzonderheden de militaire
plannen der veertien regeringen be
studeert: b. Infrastructuur: een afde
ling met een onvertaalbare naam, wel
ke zich bezig houdt met de eenmaking
en de vervolmaking van tal van dien
sten, die noodzakelijk zijn voor een
hechte samenwerking tussen de land-,
zee- en luchtmachten der veertien; c.
Burgerlijke Samenwerking: een afde
ling, welke zich bezig houdt met voor
lichting en culturele aangelegenheden
enerzijds en het uitwisselen van ar
beidskrachten anderzijds; d. Noodtoe
stand: een afdeling, welke met het oog
op een eventuele volgende oorlog plan
nen ontwerpt voor de Oceaanscheep
vaart, het Europese binnenlandse ver
voerswezen, de olietoevoer, de agra
rische samenwerking, de verdeling van
kolen en staal, de industriële grond
stoffen, de burgerlijke verdediging en
de vluchtelingen; e. Begroting: f. Be
veiliging; g. Voortbrenging: een afde
ling, welke een zekere coördinatie
tracht te scheppen tussen de produc
tieschema's der veertien landen; g.
Een aantal ad hoc-comité's.
op,T MENIGE deur 'in de houten
NAVO-keet te Parijs leest men het i
opschrift „Annual Review" (jaarlijks
Overzicht), een weinig zeggende aan
duiding voor een karwei van reusach
tige omvang. Ieder jaar gaat van
achter deze deuren een lange vragen
lijst naar alle veertien regeringen. Elke
lijst bestaat uit driehonderd formulie
ren en op ieder formulier moeten
vijftig antwoorden worden ingevuld.
Men verzamelt dus jaarlijks ruim twee
honderdduizend militaire gegevens.
Vooral tegen het einde van het jaar
heeft de afdeling Jaarlijks Overzicht
het buitengewoon druk. In bijna elk
land verschijnen de begrotingen in het
najaar en deze begrotingen zijn in
hoofdzaak de bronnen, waaraan de
gegevens worden ontleend voor de be
antwoording der vragenlijsten. In het
Palais de Chaillot, waar men de ant
woorden ontvangt, wordt bij uitstek
internationaal gewerkt. Daar zitten
bijvoorbeeld een Griekse, een Noorse
en een Amerikaanse militaire deskun
dige over de Belgische antwoorden ge
bogen en een deur verder bestuderen
een Nederlander ,een Italiaan en een
Portugees de Deense gegevens. Men
beschikt thans over alle gedetailleerde
plannen voor 1954, over plannen-in-
grove-trekken 'voor 1955 en over vage
plannen voor 1956.
QAT DIT alles geschieden kan, Is op
zichzelf al een verbazingwekkend
verschijnsel. Vóór 1940 zou geen enke
le regering er aan hebben gedacht
haar defensie-begrotingen plus een
aantal niet-openbare bijzonderheden
nopens de militaire plannen voor de
naaste toekomst ter bestudering te ge
ven aan buitenlandse officieren. In de
kringen der NAVO-Ianden is dit ech
ter een normale gedragslijn geworden,
hetgeen een belangrijke stap vooruit
is op het gebied der internationale sa
menwerking.
Het is duidelijk, dat de analyse,
welke getrokken wordt uit de verge
lijking der talloze gegevens, de grond
slag vormt voor het militaire program
ma, dat de NAVO van jaar tot jaar
samenstelt. Bovendien is aan de hand
van die analyse reeds menige ondoel
matigheid weggewerkt, menige bezui
niging doorgevoerd en menige samen
werking tot stand gebracht.
DEN DER belangrijkste onderdelen
van het werk der afdeling Infra
structuur is het zogenaamde pijplei
dingprogramma, waaraan op het ogen
blik wordt gewerkt. Men is namelijk
begonnen de honderdtwintig vliegvel
den, die zo juist op het Europese vaste
land binnen de grenzen der NAVO-
landen gereed zijn gekomen .onderling
èn met een aantal havens door middel
van een aantal pijpleidingen te ver
binden.
Infrastructuur is als het ware doen
de het NAVO-lichaam aderen en ze
nuwen te geven en zo de voorwaarden
te scheppen voor een goede function-
nering van militaire samenwerking.
De kracht van het aantal verbonden
legers, ligt nu eenmaal niet in 't optel
sommetje van de gezamenlijke divisies,
maar in de hechtheid van de samen
werking. En die hechtheid berust op
twee dingen: wederzijds begrip en ver
binding. Met het begrip is men al een
heel eind opgeschoten, hoe groot de
contrasten ook zijn. (Om een klein
voorbeeld van zo'n tegenstelling te
noemen: een Turkse soldaat kost per
jaar aan voedsel en kleding f 700., een
Amerikaanse daarentegen f 35.000).
Behalve aan de pijpleidingen werkt
Infrastructuur momenteel verbeten
aan de opbouw van één Westeuropees
telefoonnet. Want daarmee was het tot
dusver maar droevig gesteld.
Pijpleidingen en telefoonlijnen, de
bloedaderen en zenuwen. En er is nog
veel meer. De coördinatie der produc
tie behoort er ook toe, althans van de
militaire productie.
QE AFDELINGEN van de NAVO zoals
Infrastructuur en Jaarlijks Over
zicht, grijpen hoe langer hoe verder in
in de maatschappelijke structuur van
West-Europa. Voedselvoorziening en
brandstofdistributie, brand weerurtrus-
ting en werkverschaffing, binnenvaart
en radioprogramma's behoren reeds
lang tot. de invloedssfeer van de NAVO-
Raad.
Hierin schuilt een gevaar. De NAVO-
Raad treedt namelijk op als een rege
ring zonder parement, welke supra
nationale maatregelen neemt, al heeft
zij geen supranationaal gezag. De con
trole hierop geschiedt slechts indirect
door middel van de summier ingelichte
nationale parlementen, die in feite met
in staat zijn het NAVO-beleid om te
buigen, omdat zij alleen staan. Er gaan
dan ook stemmen op, die een NAVO-
parlement in het leven willen roepen,
althans een algemene vergadering, waar
in de grote lijnen van het beleid open
lijk in bespreking komen.
De NAVO-Raad in het Palais de
Chaillot is dus een internationaal
lichaam van wel bescheiden omvang,
maar met een grote invloed achter de
schermen der veertien regeringen. Cy
nici willen beweren, dat de NAVO in
vloed oefent op dertien regeringen en
dat de veertiende de NAVO beïnvloedt.
Dat zijn de cynici van de cijfers, die
uitrekenen, dat de Verenigde Staten
voor tachtig procent de NAVO finan
cieren en er dus alles in te vertellen
hebben. Dit is niet helemaal waar. Ten
slotte is lord Ismay een Brit en zijn
plaatsvervanger, jhr H. L. F. K. van
Vredenburgh, een Nederlander.
IN DE MILITAIRE sector echter is het
Amerikaanse overwicht waar
neembaar. De militaire opperbevelheb
ber van West-Europa is een Amerikaan,
de kleine, resolute en uiterst correcte
generaal Alfred M. Gruenther. Deze
vreemde toestand is uiteindelijk te wij
ten aan de Europese verdeeldheid.
Door West-Europa wordt een net van pijpleidingen aangelegd.
Het hoofdkwartier van generaal
Gruenther, de SHAPE (Supreme Head
quarters Allied Powers in Europe), is
gevestigd in de kleine Franse gemeente
Rocquencourt, enkele tientallen kilome
ters buiten Parijs en bestaat uit een
sober, weinig imponerend gebouwen
complex ergens op een open stuk land.
Het maakt een zeer tijdelijke indruk
en biedt plaats- en werkruimte aan ter
nauwernood vierhonderd officieren.
De militaire sector staat evenals de
civiele onder oppertoezicht van de
NAVO-Raad te Parijs en wordt geleid
door het zgn. militaire comité, dat ver
scheidene keren per jaar te Washington
bijeenkomt en bestaat uit officieren-van
de veertien landen. Dit militaire comité,
waarin een Amerikaan, een Brit en een
Fransman het dagelijks bestuur vormen
(men noemt hen de Drie Wijzen), heeft
onder zich generaal Gruenther met zijn
SHAPE, de geallieerde opperbevelheb
ber op de Atlantische Oceaan, wiens
marinehoofdkwartier is gevestigd te
Norfolk in de Verenigde Staten, en
voorts een groot aantal militaire colle
ges en commissies voor lucht-, land- en
zeemacht in het gebied tussen de Noord
kaap en de Kaukasische bergen (een
Lord Ismay, de Britse secretaris
generaal van de NAVO.
boog van zevenduizend kilometer leng
te) tot over de Atlantische Oceaan.
Vier commandanten ressorteren weer
onder generaal JOruenther, nl. die over
de geallieerde strijdkrachten van Nrd.-
Europa te Oslo, die over de geallieerde
strijdkrachten van Centraal Europa te
Fontainebleau (de Franse generaal
Juin), die over de geallieerde strijd
krachten van Zuid-Europa te Napels,
en die over de geallieerde strijdkrach
ten in de Middellandse £ee °P Malta.
P)RIE JAAR geleden, toen de NAVO
nog maar pas in haar kinderschoe
nen stond, vroeg een politicus: „Wat
hebben de Sovjets nodig om naar de
Atlantische kust te kunnen oprukken?"
Er de militaire deskundigen antwoord
den: „Slechts schoenen!" Maar op 31
Augustus van het afgelopen jaar kon
generaal Gruenther te Kopenhagen ver
klaren:
„Ik geef u de verzekering, dat op
het ogenblik de N.AVO-strijd-
krachten van het geallieerde op
perbevel in Europa zóveel kracht
kunnen ontwikkelen, dat de Sov
jet-strijdkrachten niet voldoende
strijdkrachten in bezet Europa
hebben om zeker te zijn van een
goede afloop, indien zij zouden
aanvallen. Zij zouden versterking
uit Rusland zelf moeten laten
komen om een succesvolle aanval
op het Westen te kunnen doen. J)it
betekent een geweldige vooruit
gang, omdat het inhoudt, dat wij
tijd zoudep hebben om onze
reserve-krachten te mobiliseren."
Als het Kremlin in 1949 aanvalsplan
nen gekoesterd had, zou West-Europa
machteloos 'geweest zijn, want er was
geen verdediging. Een Duits leger was
et- niet, de Franse en Nederlandse legers
waren voor een groot deel in het Verre
Oosten, de geallieerde bezettingslegers
in Duitsland waren niet strijdvaardig,
Noorwegen en Denemarken betekenden
hoegenaamd niets, België had een be
hoorlijk leger, dat echter veel te klem
was, en Italië was nog aan het reorga-
Generaal Alfred M. Gruenther,
Amerikaans opperbevelhebber van
West-Europa.
niseren. Kortom, West-Europa was mili
tair gezien waardeloos. Juist echter al
die tekortkomingen tezamen in een tijd.
waarin Rusland een politiek vol oorlogs
dreiging voerde, leidden tot het overleg,
dat zou voeren tot de oprichting van
de NAVO.
VELE leidende figuren te Rocquen
court, ook generaal Gruenther, heb
ben het werk van de SHAPE van het
begin af meegemaakt'. Zij tonen zich
thans tevreden over de gemaakte vor
deringen, maar voegen er dan aan toe,
dat het nog lang niet voldoende is.
Vooral de luchtstrijdkrachten schieten
nog te kort, is het eenstemmig oordeel
te Rocquencourt, en dan in het bijzon
der wat betreft de all weather-fighters.
En de zomer-manoeuvres in Duitsland
van de mobilisabele eenheden der Euro
pese legers zijn onvoldoende. Het kan
moeilijk anders, maar dat blijft een
lastig punt.
Overigens heeft de NAVO de drie
moeilijkste jaren, achter de rug en de
vrees, waaruit deze organisatie is gebo
ren, is voor een belangrijk deel verdwe
nen. De doelstellingen van de NAVO
veranderen langzamerhand. Maar niet
temin blijft het van grote waarde, dat
elke gewapende man, van de Kaukasus
tot de Noordkaap, thans weet wat hem
te doen staat, indien het onverhoopt
toch nog mis mocht gaan.
DE KLEINE NARRIMAN, de voormalige echtgenote van ex-koning
Faroek van Egypte, schreide dezer dagen bittere tranen toen er een
paar politiemannen aan de deur van haar villa te Cairo verschenen,
teneinde haar kostbare nerz-mantel in beslag te nemen. Maar er mocht
geen pardon gelden. Generaal Naguib had, na een zitting van vijf uur
met de raad van officieren, besloten de zwakke staatsfinanciëën te
spekken door een der grootste onteigeningen van vorstelijke eigendom
men sedert de bolsjewistische revolutie op touw te zetten. W aren de
bezittingen van Faroek reeds direct na zijn vlucht door de staat in be
slag geryomen, het nieuwe decreet laat ook het bezit van alle nog
levende nakomelingen van de Egyptische dynastie niet ongemoeid. Dit
betekent dus dat allen, die afstammen van Mohammed Ali want hij
was het, die na 1805 de Egyptische troon besteeg y- hun eigendommen
onteigend zullen zien. Voorzichtige ramingen spreken van 600 millioen
tot bijna 3 milliard gulden, welke de staatskas door deze onteigening
zullen kunnen toevloeien. Het vermogen van Faroek is hierbij inbe
grepen. Niet minder dan 344 personen worden de dupe van deze
grootscheepse onteigening.
DEEDS veertien dagen nadat het
decreet was uitgevaardigd leidde de
ten uitvoerlegging tot een minder pret
tig politiek intermezzo. De villa van de
Turkse ambassadeur Fouad Toegai
werd plotseling in beslag genomen,
daar zij het eigendiom was van Toegai's
vrouw, een nicht van Faroek. De am
bassadeur diende een protest in. Het
gevolg \vas dat hij stante pede kon
vertrekken, daar hij, door openlijk cri-
tiek te leveren op een regeringsdecreet
van het land, waar hij als gast ver
bleef, geacht werd in strijd gehandeld
te hebben met de diplomatieke eti
quette
Zestig Turkse families, die eveneens
geparenteelnd zijn aan het vroegere
koningshuis werden hierna het slacht
offer. Als een wervelwind trokken de
soldaten, die met de uitvoering van de
onteigeningsprocedure zijn belast hun
villa's binnen: 's nachts worden de Tur
ken uit hun l.uis gejaagd en slechts het
allernoodzakelijkste mochten zij mee
nemen. Tenminste zo luiden de be
richten, ie Toegai bekend maakte.
gCHATTEN uit Duizend en Een Nacht
komen aan het licht bij deze om
vangrijke liquidéringsmaatregelen. In
de villa van prinses Faiza b.v. één
van Faroeks zusters, de voormalige
schoonzuster van de Sjah van Perzië
werd een tweetal tot aan de rand "ge
vulde koffers met edelsteenen in be
slag genomen. In het Toesson-paleis in
Alexandrië wist de onteigeningscom
missie voor een waarde van tien mil
lioen aan diamanten en juwelen tot
staatseigendom te verklaren, zo vertelt
het Duitse weekblad „Der Spiegel".
Wie zal het aantal luxe jachten en
renpaarden schatten, dat bij de in totaal
285 paleizen en rijke villa's behoort,
welke alle onder het scherpe decreet
vallen. Naguib maakt zich inmiddels in
het geheel geen illusies, dat bij deze
omvangrijke actie niet een belangrijk
deel aan de strijkstok zal blijven hangen
naar goed-Egyptische zede
De Egyptische bevolking heeft de af
kondiging van het decreet en de uit
voering er van Siberisch gelaten. Och
ja, dat de geestige prins Joesseph Ke-
mal al zijn landgoederen met ruim 64
honderd bunder grond in de steek
moest laten vond men toch wel wat
sneu. Hij stond als een Maecenas be
kend.
Ook prinses Faiza, die haar juwelen-
koffertje moest uitpakken, mocht zich
in enige populariteit verheugen, maar
voor de rest is er geen reden tot erger
nis. Is de val der groten geen dankbaar
onderwerp van vele Oosterse sprookjes.
En tenslotte: het rad van het fortuin
is de andere kant opgedraaid Allah
is groot!
p^AGLTB heeft met zijn decreet die
Egyptenaren wakker gemaakt, die
op een of andere wijze trachten aan te
tonen dat zij indertijd door „Faroek en
zijn familie werden beroofd". De aan
spraken en terugbetaling van deze be
roofden belopen al een slordige 200
millioen Men houdt er nu reeds re
kening mee dat het nog jaren kan du
ren voor alle schatten van Mohammed
Ali's nakomelingen van de hand zijn
gedaan. De eerste grote veiling is ech
ter bereids aangekondigd. Hij wordt in
vakkringen als dè veiling van de twin
tigste eeuw beschouwd en zal duren
van half Februari tot eind Maart.
De verzameling uit de Egyptische pa
leizen, zo heet het in een brochure van
de Londense firma Sotheby, welke met
deze verkoop is belast, roept herinne
ringen op aan de veiling, welke ten
tijde van Cromwell van de kunstschat
ten van de onthoofde Karei I werd ge
houden of aan die van Versailles in
1793, Het is de grootste en merkwaar
digste veiling welke ooit werd gehou
den.
Hoewel men in de grote handels
centra als Londen, Parijs of Nejü York
ongetwijfeld hogere prijzen zou Ont
vangen wil men om politieke redenen
de verkoop in Cairo houden. Immers
hier grijpt Faroek er naast, terwijl hij
bij een veiling in een van eerder ge
noemde plaatsen op gerechterlijke wij
ze waarschijnlijk een deel van zijn
schatten zou kunnen opeisen. Nu heeft
de ex-koning geen enkel protest laten
horen noch bij het Foreign Office in
Londen noch bij de Londense Vendu
huis.
In de gewelven van het Koebbeh-
paleis waar de veiling zal plaatsvin
den heeft men ook de uitgebreide
munten en postzegelverzameling van
Faroek opgespoord, collecties, welke
huns gelijke nergens ter wereld hebben.
Zijn verzameling kunstvoorwerpen uit
de 18e en 19e eeuw zou een museum
van een wereldstad alle eer aandoen!
Het doet meer dan dwaas aan dat
de catalogus, waarin de ten verkoop
aangeboden goederen worden vermeld,
nergens spreekt over de voormalige
eigenaar van de schatten. Alleen in de
catalogus van de munten staat heel
klein een portretje van Faroek afge
beeld, overigens is er slechts sprake
van de „collecties uit de Egyptische pa
leizen
Onder de munten er zijn er niet
minder dan 8500, w.o. vele gouden
medailles vallen vooral de exem
plaren van platina op. Het merendeel
stamt uit Rusland, waar deze munten
in het begin van de 19e eeuw in omloop
werden gebracht, (Platina had toender-
tijd niet veel meer waarde dan goud).
Er zijn er 164, waarvan een met de
beeldenaar van Faroek zelf een gro
ter aantal dan ooit in eenmaal werd
geveild.
Wat de postzegels betreft legde Fa
roek een speciale voorliefde voor Egyp
te aan de dag. Maar ook de zeldzame
rose 2 cent zegel van Brits Guyana be
vindt zich in een van de vele honder
den albums. Er zijn tot dusver slechts
een stuk of tien exemplaren van deze
postzegels opgespoord. Men schat de
waarde van deze katoènspoelzegel
zo genoemd naar de typische ronde
vorm der tandingen op circa f 20.000.
BH het bezichtigen van Faroeks
kunstvoorwerpen valt men van de ene
verrassing jn de andere. Zij dateren
goeddeels uit de 18e en de 19e eeuw.
Vooral de vele .speeldozen vallen op
Er zijn fraaie exemplaren bij met zin
gende vogels. Voor grof geld heeft hij
zich indertijd de beroemde Zwitserse
toverdoos (uit het begin van de vorige
eeuw) aangeschaft. Op deze doos taat
een tovenaar met een gouden punt
muts, die de moeilijkste vragen beant
woordt Hoe echter Faroek in het
bezit van de generaalsstaf van de vroe
gere Duitse generaal Van Brauchitz is
gekomen weet zelf de Zwitserse tover
doos niet te vertellen. Ook het Londen
se venduhuis heeft dit raadsel niet op
kunnen lossen, hoezeer men er ook in
Cairo naar heeft geïnformeerd. Deze
staf is met goud en zilver ingelegd en
draagt de datum 19 Juli 1940Om
de verkoop te Cairo geen politiek bij
smaakje te geven, wordt deze praalstok
in de cati'r-jus heel onopvallend onder
nummer 902 weggestopt