In slibwoestijn slaan Zeeuwen de band aan de ploeg Snelle vooruitgang m anifesteert zich in huizen- en De eerste slag op Tholen al op 6 Februari gewonnen In één jaar tijds werd de herstelbare schade in Zeeland getaxeerd Het Landbouwherstel wacht een bijzonder zware taak Op 1 Februari 1954 gereed De wapenspreuk Luc tor et Emergo" wordt niet verloochend Welvaart vanKruiningen kreeg gevoelige klap Van Poortvliet begon de victorie Gebruikte materialen in het rampgebied Medewerking was groot (Van een speciale verslaggever) EVEN BUITEN KERKWERVE staat een boer bij de resten van zijn vernield huis. Zijn oog gaat over de troosteloze, bruin-grauwe vlakte: Het land, dat het zijne is. Een vruchtbare grond, waaruit elke zomer opnieuw de sterke korenaren opschoten, om de mens brood te verschaffen nu bedekt met modder en zand. En duizenden stinkende mosselen. Daarboven krijsende meeuwen, die in die slik-woestenij altijd nog wel een visje vinden, dat door het water werd achtergelaten. Dit is Zeeland na een jaar van totale verwoesting, een jaar, waarin een satanische vijand een eens bloeiende provincie tot een vallei des doods heeft gemaakt. Een angstaanjagende steppe, die de adem doet stokken, omdat er niets meer is, dat her innert aan de vroegere rijkdommen, die duizetfden stoere werkers bijeengaarden. Wij schrokken van het geweld, waarmee de Noordzee haar vernietigend werk verrichtte. Wij zijn opnieuw geschrokken, nu de zwarte kolkende massa is weggevloeid en Zeeland als een gedoofde krater aan de voet van de nauwelijks herstelde dijken ligt uitgestrekt. Want wij waren weer bijna vergeten. Toen wij vernamen, dat het laatste gat bij Ouwerkerk dicht was en Neerlands vruchtbaarste provincie veilig voor een nieuwe aanval meenden we, dat alle ellende, alle angst tot het verleden behoorde. We beseften eigenlijk niet, dat van de Zeeuwen nog meer dan vroeger een schier onmogelijke daad wordt gevraagd. Een luide kreet om herstel echoet over de kille slibwoestijn. Een kreet, die de stem van het nameloos leed, dat in een bange nacht over honder den families werd gebracht, overdondert. „Luctor et emergo." „Ik worstel en kom boven." Zeeland verloo chent zijn wapenspreuk niet. Achter de herstelde dijken klinkt tussen de zielige staketsels van verniel de huizenblokken het ontstuimige lied van denderen de draglines, gekromde ruggen buigen over naar de dikke sliblagen om de vruchtbare bodem weer te voorschijn te brengen. Even buiten Kerkwerve staat een boer bij de resten van zijn huis. Maar naast de ruïne van de boerderij staat de schuur, die er toeval lig wat beter afkwam. Die heeft de boer alweer op geknapt en hij heeft er zijn werktuigen, schoonge maakt en hersteld, in opgeborgen. Want straks moet hij ze weer gebruiken. De boer ploegt immers voort gEWONDERING moet men allerwege hebben voor hetgeen Dijkherstel in het achter ons liggende jaar heeft ge presteerd. In de eerste plaats op Schouwen-Duiveland. Tientallen mil- lioenen heeft het gekost. Maar wat vooral bewondering afdwingt, is de taaie volharding en de verbeten wil om door te zetten. Het eiland is droog. Dijkherstel heeft zijn belangrijkste taak volbracht. Het woord is aan Landbouwherstel. Een lichtere taak? Het ziet er niet naar uit. Zover het oog reikt, een bruine moddervlakte. Van de duinen tot Bruinisse en van Zierikzee tot de polder van Zonne- maire en Dreischor, die gespaard ble ven. Grond, waarvan de structuur grondig bedorven is. Die men na de bewerking met gips heel voorzichtig met de eg moet open „krabben" om er het eerste gewas op te zaaien. De natuur zal de mens moeten helpen. De wortels van het eerste gewas zul len de grond verder moeten openen en doorlaatbaar maken en zo zal, heel langzaam, de structuur van de bodem zich kunnen herstellen. En dan spre ken we nog niet over de zandlaag, die op sommige plaatsen het land be dekt. Vaak anderhalve tot twee meter dik. Dan zijn er verder woningproble men. Kijk in Zierikzee en zie rond in de dorpen. In Kerkwerve, waar de verwoestingen aangrijpend zijn en toch de eerste gezinnen reeds zijn terug gekeerd. Herstellen als het huis voor minder dan 75 pet. vernield is. Ten minste, als het geen „krotwoning" was. Daar staat er zo een, wijst de burgemeester van Eeten. Het staat als op palen boven de troosteloze resten van ingestorte muren. HerstellenBe gin er maar eens aan. Maar we mogen niet negatief zijn. Met de hulp van anderen is reeds veel gebeurd. Schou wen-Duiveland is daar dankbaar voor. En het zal voortgaan op de ingeslagen weg. Om zijn ontwortelde gemeen schap te herstellen, gezonder en ster ker nog dan zij was. ■yyE richten de blik op Noord- en Zuid-Beveland. Ook hier wordt met een bewonderenswaardige verbe tenheid gewerkt aan de opbouw. Op talloze punten verrijzen nieuwe wo ningen en scholen. Aansluiting van de waterleiding op de huizen en oprui ming van krotten kan binnenkort ver wezenlijkt worden. In Kortgene op Noord-Beveland wordt de onderwijs voorziening op grootse wijze aange pakt. Veel dank is men voorts ver schuldigd aan de adoptiegemeenten. Een bibliotheek met een 1300 boeken is in gebruik genomen om de inwoners de nodige ontspanning en gelegenheid tot ontwikkeling te geven. Het dijk herstel werd overal tegelijk op het eiland aangepakt. Eind November werd medegedeeld, dat in totaal 5146 1 meter dijk was hersteld. Een dag of tien werd er in het begin geïmprovi seerd, omdat er geen rijswerkers wa ren. Teleurstellingen bleven toen niet uit. Zinkstukken spoelden er uit, zand zakken met klei hielden het niet. Na tuurlijk kent Noord-Beveland nog tal van problemen. De wensen blijven vele. Gelukkig trad er geen grondver- lies opr, hoewel Noord-Beveland toch 2300 tot 7000 ha geïnundeerd zag. Het herstel van de gronden zal nog wel enkele jaren vergen. gij het bezoeken van Zuid-Beveland vraagt men zich af, of hier wel een stormvloed geweest is. Neem nou bij voorbeeld Rilland-Bath. Op de akkers staan de groene sprietjes van de win tertarwe weer boven en de huisvrouw veegt er als vroeger haar straatje aan. In het gemeentehuis waar timmerlie den en schilders de laatste hand leg gen aan de grondige restauratie, laat Burgemeester Jobse ons een luchtfoto van zijn gemeente zien. „Kijk, zo was het in de ramptijd". Een torenspits en een reeks huisjes „drijvend" in een grote watervlakte. Dat was Rilland. Maar kom er nu eens! Neen, in verge lijking met gebieden als Kruiningen en Schouwen-Duiveland heeft Rilland- Beth geen reden meer tot klagen. Het herstel van de woningen is practisch afgelopen. Met Pasen zullen de be woners wel weer thuis kunnen zijn. De zeedijk verkeert weer in uitste kende conditie, met het herstel van de landbouwgronden gaat het ook goed. Maar dan Kruiningen. Hier heeft de zee zo vreselijk huisgehou den, dat de sporen nog lang niet zijn uitgewist. Tientallen draglines, lange treinen met kipkarren en een groot aantal vrachtauto's ronken dagelijks door de polder om de millioenen ku bieke meters zand. welke de landbouw gronden overspoelden, af te voeren. Zal de grond uiteindelijk zijn oude vruchtbaarheid herkrijgen? We kun nen gerust aannemen, dat de welvaart in Kruiningen een gevoelige klap heeft gekregen. Met het herstel van de woningen verloopt alles vlot. Meer dan 500 van de 850 gezinnen konden reeds terugkeren. ^jAAR ook in St. Pliilipsland worden de handen uit de mouwen gestoken. Dit gedeelte van het rampgebied her stelt zich in sneltreinvaart. Een respectabele lyst van te bouwen wo ningen en scholen is reeds afgewerkt, waarbij men van alle kanten hulp heeft ontvangen. St. Phillpsland draagt zo langzamerhand een interna tionaal karakter, want hier en daar verryzen huizen van Oostenrijkse en Deense makelij. Veel medewerking ondervond de gemeente in het kader van de adoptie. Zo kreeg zij van Stad- en Ambt-I)elden een noodgemeente- huis. Uit Hengelo wordt binnenkort, dank zij Stork, een complete brand spuit verwacht met nog 2000,als bydrage voor een trekker. En zo is er meerEnige vooraanstaande inwo- Kerkwerve kwam droog. De vernielde kuisen boden een trieste aanblik. ners van de Anna-.Iacobapolder sta ken de hoofden bijeen, een stichting werd opgericht en thans ligt een plan van een architect uit Veere gereed voor een pracht van een dorpshuis. Het zal enkele zaaltjes bevatten, waarin de kleuterschool kan worden ondergebracht, terwijl niet behulp van schotten grotere zalen geformeerd kunnen worden. Er komt een podium, een keuken, een Groene Kruisafdellng: een magazijn, een spreekkamer en een wachtkamer voor de dokter, school arts enz. In Zeeuwsch-Vlaanderen voelt men zich veilig. Het herstel der zeewe ringen heeft goede voortgang gevon den en er is geen enkele reden tot on tevredenheid. In Oost-Zeeuwsch-Vlaan- deren kwamen de kustverdedigings- werken In October gereed. „Een uit zondering moet echter' gemaakt wor den ten aanzien van de algemene te vredenheid", aldus de dijkgraaf van „Het Vrije van sluis". Deze uitzonde ring geldt voor het Zwin. Naar de me ning van de dijkgraaf zal slechts alge hele afsluiting van de zwengeul vol doende waarborgen tegen calamiteiten bieden, doch tot op heden is over deze aangelegenheid nog geen enkel besluit genomen. Het betreft hier een kwestie waarmee ook Belgische belangen ge moeid zijn. Afsluiting van het Zwin. Dat ls de enige wens ten aanzien van de beveili ging tegen de erfvijand, welke nog leeft in Zeeuwsch-Vlaanderen. Qe slag, die Vlissingen in de ramp nacht trof, onderscheidde zich in zoverre van de gevolgen van de storm vloed in andere delen van de provincie, dat hij hier in de eerste plaats de wln- keldrijvende middenstand raakte, om dat de overstroming nu eenmaal haar meest fatale afmetingen aannam ln het oude winkelcentrum van de stad. Niet alleen gingen Inboedels verloren, maar ook zeer veel winkelvoorraden en kostbare inventarissen. De midden stand leek lamgeslagenNu, een jaar na de ramp, luidt het algemene oordeel: „Meegevallen". Het feit, dat het Rijk niet kinderachtig is geweest met het verstrekken van voorschotten heeft veel voldoening gewekt en het enige, wat nu nog overblijft, ls de hartgrondige wens, dat men het van officiële zijde nu niet weer met terug vorderingen achteraf zal gaan beder ven. Want dat was bij de oorlogs schadevergoeding voor sommigen een zeer onaangename ervaring. Ple Vlissingse zaken staan er In het algemeen gesproken niét slechter voor dan vóór de ramp. En daartoe heeft het feit, dat men min of meer gedwongen is tot versnelde investe ring, nieuwe Inrichting en dientenge volge tot een frisse aanpak veel bijge dragen. De Vlissingse zaken kunnen op het ogenblik zeker weer concur reren met wie ook in Zeeland „Luctor et Emergo". Zeeland zal herrijzen, schoner dan ooit tevoren. Dat is uit het bovenstaande wel diu- delijk geworden. Mannen en vrouwen van een stoer volk, generaties lang op de bres om de oude erfvrijheid te ver drijven, hebben de kaken opeen ge klemd, de hand aan de ploeg geslagen om opnieuw te bewijzen, dat een Zeeuw niet wijkt voor de zee, die reeds zoveel ellende heeft veroor zaakt. Hy zal worstelen en overwin nen. Herstelde zeedijk bij Cadzand. „I/V STAVENISSE is algemene tevredenheid over de wijze, waarop het herstel werd aangepakt", zo verzekert ons burgemeester L. A. Verburg van deze zwaar getroffen gemeente op het eiland Tholen. ,J£r waren 120 woningen totaal verwoest. Honderd zijn er thans in aanbouw en dertig al onder de kap. Ook over de uitkering inzake de huisraadschado toont iedereen zich voldaan." De burgemeester van Sint Annaland, de heer J. van den Bos, laat al even optimistische klanken horen. „Men is eigenlijk verbaasd over het vlotte herstel hier. Maar wij hebben er veel profijt van gehad, dat do aannemers hier voor weg- en waterbouw, direct hun materiaal en man schappen konden inzetten, hetgeen bevorderlijk was voor een goeds gang van zaken." J^EN kan de schade in geld uitge drukt voor Stavenisse op negen ton stellen, waarvan al 3% ton werd uit betaald. Voor Sint Annaland zijn deze cï,ifers resp. 2 en 1 ton. In Stavenisse had men 381 gevallen van totaal herstel, waarvan er 179 zijn afgewikkeld en in Sint Annaland is dit resp. 311 en 176. Uit Stavenisse valt voorts te melden, dat de wegen daar wel zijn openge steld, maar dat zij toch nog moeten worden opgeknapt In Sint Annaland waar men druk bezig ls geweest met opknappen van de wegen, werden 1076 vierkantemeter met nieuwe klinkers bestraat, 2602 m2 herbestraat, 1325 m2 aan keien gelegd, 656 m2 aan nieuwe tegels en 222 m2 met oude tegels weer in orde gemaakt. Het enige, wat deze actieve gemeen tebesturen uiteraard zorg geeft, is de financiële nasleep van al deze herstel- maatregelen, maar dit ls een probleem, dat men in zijn algemeenheid dient te bezien. Op 6 Februari reeds werd de eerste slag op Tholen gewonnen. Zesduizend ha, méér dan de helft van het eiland was ten prooi gevallen aan het op dringende water. Men herinnert zich dat van Poortvliet de victorie begon. Met 3400 man werd een gigantisch of fensief ingezet. Vóór 16 Februari was de situatie voor Tholen gered. Op 20 Februari volgde de aanval op het gat bij Sint Annaland met 1200 man, dit maal zonder militairen. De grota stroomgaten bij Stavenisse werden op 25 en 26 Februari gedicht, waarbij men het geluk had, dat een felle Oosten wind een lage waterstand bracht, zo dat de polderwegen plaatselijk droog liepen. Op 10 Maart werd het offensief tot een succesvol einde gebracht met de inzet van duizend man op de dijk annex Stavenissepolder. Het middelbaar technisch personeel van Rijkswaterstaat, dat hier zijn kun nen toonde, bleek de juiste strategie gevolgd te hebben. Er werden 2.3 mil- lioen 'zakken verwerkt, dat wil dus zeggen voor 2.3 millioen gulden. Op 14 Maart waren de dijken dicht en kon begonnen worden met het definitieve herstel. De bevolking van Stavenisse kon later terug keren en reeds in De cember verkreeg het eiland welhaast weer het aanzien van weleer, met uit zondering dan natuurlijk van de zwaar getroffen plaatsen als Stave nisse. Vijftien km dijk was beschadigd door het watergeweld, waarvan 10 km zwaar en 5 km lichter. Van die 10 km zwaar beschadigde dijklichamen werd 5 kg practisch vernieuwd door een nieuw profiel. Daaronder valt dan ook de dichting van de acht stroomgaten. AI met al zal de redding van Tholen een 8.5 millioen kosten, maar de re sultaten wettigen deze uitgaven ten volle. „MEDE NAMENS mijn ambtgenoten kan ik nadrukkelijk de verzeke ring geven, dat de wet op de watersnood niet alleen snel zal worden uitgevoerd, maar ook met de grootst mogelijke soepelheid." Deze woor den, gesproken door minister Van de Kieft tijdens het in October ge houden debat in de Tweede Kamer over de Watersnoodwet, werden volledig bewaarheid door de practijk van de taxatie in Zeeland van de herstelbare schade.. Op 6 Februari, vrij kort na de ramp dus, werd dit werk op alle punten in Zeeland tegelijk aangevat. Nu, een jaar later, kan gemeld worden, dat er ruim 12.000 gevallen werden bezien, waarbij voor 98 procent een accoord met de getroffenen kon worden bereikt. Natuurlijk zijn dit globale cijfers, terwijl er ook nog aangiften binnendruppelen, maar dit doet aan de prestaties van de honderd des kundigen, uit verschillende delen van het land naar Zeeland gekomen, niets af. Het waren ervaren mensen, deze taxateurs, gewapend met de erva ring van de schattingen van de oor logsschade. Maar het merkwaardige was hier, dat er niet alleen met an dere normen, veelal soepeler, gewerkt kon worden doch bovendien gearbeid onder omstandigheden, die zeer zwaar waren. Zij deden hun werk in de modder en in de trieste omgeving van dit door de watersnood getroffen land. Hun huisvesting was vaak een pro bleem op zichzelf. Werden zij aan vankelijk ontvangen met enig wan trouwen, later veranderde de houding van de bevolking, toen men merkte, dat hier inderdaad gesproken kon worden van een soepele beoordeling en snel werken. Er is dag en nacht geploeterd om zo snel mogelijk klaar te komen. Niet alleen door de taxateurs maar ook door de mensen op de administratie van de rampschadebureaux, in nauwe samenwerking met de departementale afdelingen en de gemeentebesturen, i.e. gemeentewerken of de herstelcom missies. Veel steun werd ondervonden van het ministerie van Wederopbouw. In een gesprek met de heren A. Meeuwsen, hoofd afdeling vaststelling oorlogs- en waterschade, provincie Zeeland en H. F. Bijl, hoofd-deskundi- i ge, rayon Zeeland, werd ons duidelijk, dat hier niet alleen het uiterste is gevergd van de medewerkende ambte naren, maar dat ook successen konden worden geboekt in een doelbewuste opzet met een en ander snel gereed te zijn. Op Zaterdag 13 Juni werd het gat bij Kruiningen gedicht, de Maan dag daarop werd er een sub-bureau gevestigd en togen de taxateurs aan het werk. Enkele cijfe s. J^EEDS is opgemerkt, dat alle cijfers in dit verband genoemd, beschouwd dienen te worden als globale cijfers. Maar zij geven toch een indruk van de hoeveelheid werk, welke is verzet en van de omvang van de schade in de provincie Zeeland, al betreft het dan alleen de herstelbare schade en niet die van de totaal verwoeste pan den of de schade aan de boerderijen. Bij het rampschadebureau Goes (om vattend Noord- en Zuid-Beveland) zijn in dit jaar 3600 gevallen aangegeven met in geld uitgedrukt een schade van f 6.345.489. Voor het rampschade bureau Middelburg (omvattend Wal cheren) waren deze cijfers resp. 1100 gevallen en f 559.253. Voor Oostburg (omvattend West Zeeuws-Vlaanderen) 200 gevallen met f 62.091 en Terneu- zen (Oost Zeeuws-Vlaanderen777 ge vallen met f 219.686. Voor Tholen (omvattend Tholen en St. Philipsland) ruim 1900 gevallen met f 2.191.682. Het rampschade-bureau Zierikzee moest in dit jaar 4800 herstelbare schadegevallen noteren met in geld uitgedrukt rond 10 millioen gulden.... Hierbij dient te worden opgemerkt, dat er hier nog een 200 gevallen in bewerking zijn, hetgeen niet eerder kon geschieden door de moeilijke be reikbaarheid. De regeling ten aanzien van de voorschotten werkte zó, dat men zo dra het herstel gereed was, dit liet bevestigen door het betrokken ge meentebestuur. Dit gaf een verklaring af, waarna er door het rampschade bureau een voorschot kon worden verstrekt. In dit ene jaar waren dit 5.158 gevallen met in totaal f 4.832.604. „WANNEER zich onverhoopt wéér een dergelijke ramp zou voor doen, zoudt U dan op dezelfde wijze te werk gaan?" zo vroegen wij. „Voor een herhaling van een dergelijke taak zouden wij niet terugschrikken", al dus het antwoord. Vol lof waren deze deskundigen over de medewerking van de betrok ken ambtelijke instanties, niet alleen in Den Haag maar ook in de Zeeuw se gèmeenten. Van de bevolking werd ook veel medewerking ondervonden. Hetgeen in tegenstelling tot de oorlogsschade de taak vergemakke lijkte, was de omstandigheid, dat men taxeerde in het bijzijn van de belang hebbenden, die alles precies konden aanwijzen. „Daér heeft een schuur ge staan en daar...." „In de oorlog en daarna begon men met de schade aan de huizen van bo ven af in vele gevallen", zo vertelde ons de heer Bijl. „Maar hier was het meestal andersom. Een typisch ver schil voor de schade, veroorzaakt door de oorlogsomstandigheden en deze schade, ontstaan door de watersnood". Het is in ieder geval verheugend, dat bij alle problemen, waarvoor een getroffen provincie als Zeeland zich gesteld ziet, een snel herstel en een vlotte wederopbouw bevorderd kon worden door de wijze, waarop deze taxateurs en de rampschadebureaux met hu administratieve krachten hier hebben gewerkt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1954 | | pagina 12