Logementbewoners fiere, maar
vergeten categorie
enda
Stad en omgeving
Hu-Hu geboren in het goud,
leeft in de houten lepel
Dameskoor Consonant maakte
goede vorderingen
„Tramspecialist" veertig jaar
bij de spoorwegen
Amsterdamse Comedie speelde
thriller voor DVV
De Óverijselaren genoten van
cabaret door eigen leden
Avonturiers en kramers
uit een stervend ras
In het goud
Geen muziek meer
Uitstervend ras
Een uitstekende
concertavond
De heer Moorman over
Bello pessimistisch
Geslaagde opvoering van
griezelverhaal
Twee predikanten
overkwam ongeval
Mary Dresselhuys In
„Hart tegen Hart"
De uniform-actie van
Soli Deo Gloria
Taal mag niet worden
verwaarloosd
JIMMY BROWN EN DE BLOEDBOEF-BEREN
BURGERLIJKE STAND
MAANDAG 22 FEBRUARI 1954
£IGENLIIK leven ze aan de zelfkant van de maatschappij, die hen
niet meer gebruiken kan of wil en hen als minderwaardigen be
schouwt. En eerlijk gezegd halen veel „fatsoenlijke" mensen voor hen
een beetje hun neus op. Niet dat zij hen nu bepaald als een ongewens
te groep beschouwen, maar men vindt hen toch wel erg arm, een beetje
vies soms en intiemere connecties knoopt men niet graag aan. Vaak
zijn zij oud en gebrekkig en als .ze op straat komen, och dan vallen ze
met hun eenvoudige plunje nauwelijks op. 's Zomers zitten ze op een
bankje in de Hout, een andere keer ontmoet je er één op een land
weggetje met een kistje garen en band, en soms zie je hem, gebrekkig
ter been, over straat lopen, door een paar kinderen nagejouwd. Eigen
lijk zijn het eenzamen die door ons allen vergeten zijn. In de kerk
komen zij niet meer en de kerk komt niet meer tot hen. He enife band
die zij met deze maatschappij nog hebben is de „steun" die zij genieten
en wekelijks mogen incasseren. Maar daar houdt het dan ook mee op.
Ze hebben alleen.... elkaar nog, deze logementbewoners.
|n Alkmaar zijn nog vijf logementen.
Officieel heten ze burgerhotels en
naar schatting geven ze aan ongeveer
75 van de allerarmsten en alleroud-
sten onderdak. Het is avond, een har
de Noordooster blaast tegen de gevel
en doet de ramen van het logement
rammelen. Het is koud en zij zijn nu
allemaal binnen. Wanneer we de deur,
die door de hevige wind bijna uit onze
hand vliegt, openen, stappen we in
een wel heel sober ingericht lokaal.
En daar zitten ze. Onder het vale
licht dat hun gegroefde gezichten som
berder doet schijnen dan zij in wer
kelijkheid zijn, leggen ze een kaartje,
lezen een krant of doenniets en
staren voor zich uit. Het zijn de oud
sten die niet meer voldoende kunnen
zien om te lezen, te hardhorend zijn
om een gesprek te kunnen voeren en
die hun tijd doorbrengen met terug te
staren op de lange, lange weg die zij
in hun leven hebben afgelegd en die
nu bijna dood-gelopen is. Nog een
poosje, een maand, een jaar misschien
en zij hebben de finish bereikt. Dan
zal de dood hen vinden. Misschien op
straat, misschien ook in het armelijke
vertrekje waar zij vele nachten wak
ker liggen.
Zijn ze allemaal zo deze mensen?
Neen, dat niet. Want tussen dat groep
je daar aan tafel zit een stelletje dat
helemaal niet zo geduldig zit te wach
ten en als wij met hen aan de praat
raken, dan leggen deze mensen een
persoonlijkheid aan de dag die je he
lemaal niet zou hebben vermoed.
Neem „Hu-hu" nou eens. (Hu-hu is een
man die je diep vanonder zijn pet met
scherpe ogen aankijkt. Hij zal een jaar
of zestig zijn maar hij ziet er jonger
uit
Hu-hu !s geboren in 't goud, zegt hij.
Zijn vader was een schatrijke boer en
Hu-hu was voorbestemd om de plaats
van zijn vader in te nemen. Maar Hu-
hu had zo zijn eigen opvattingen en
zei: „Jij liever dan ik vader, ik be
dank" en de vrijbuiter Hu-hu kocht in
het jaar 1927 een café voor f 60.000.
Op de dag van de koop brandde het
pand als een fakkel. „Dat heeft Hein
de Dunne gedaan", zegt Hu-hu en
even trekken zijn smalle lippen een
dunne lijn in zijn gezicht.
„Afijn, ik kon niet bij de pakken
blijven neerzitten" vervolgt hij en dus
solliciteerde ik voor stalknecht bij de
Koninklijke stallen. Daar ben ik van
1926 tot 1928 geweest. Als je me niet
gelooft dan vraag je het maar na.
Maar ik wilde m'n eigen baas zijn.
Op de plaats van m'n vader had ik
nog een paar renpaarden staan, ik
verkocht ze en begon in Den Haag
een lunchroom, maar ik kon daar in
de stad niet wennen. De zaak liep
goed, maar ik was te rusteloos en sol
liciteerde toen bij een verzekerings
maatschappij. Tot en met de oorlog
heb ik een portefeuille gehouden en
opgebouwd en ik kan je zeggen dat
het me geen windeieren heeft opgele
verd. Toen ik het welletjes vond deed
ik hem voor een bom duiten aan
iemand anders over en trok hier in
de „houten pollepel". Af en toe voer
ik een baggerwerkie uit en voor de
rest zit ik hier met de lui aan tafel
en leg een kaartje.
Even valt een stilte <»ls Hu-hu zijn
fantastische verhaal heeft gedaan. De
bewoners van het logement kijken ons
aan en zeggen dat het allemaal zo in
zijn werk is gegaan en waarom zou
den zij er om liegen?
Of de avonturier Hu-hu met dat al
een gelukkig mens geworden is?....
„Ik ben van m'n vrouw af", zegt hij.
Als een kleurige porceleinen vaas die
op de grond aan scherven valt zo
eindigt het bonte levensverhaal van
Hu-hu en verder doet hij er die avond
het zwijgen toe.
gNKELEN van dit groepje waarmee
we om de gloeiende kachel zitten
zijn hun leven lang logementbewoners
geweest. Jaar in, jaar uit, sommigen
veertig zomers en winters achter el
kaar, hebben ze met galanterieën of
huishoudelijke artikelen langs de deu
ren gelopen. In de kop van Noord-
Holland kennen zij iedere boer en
zij zouden er blindelings het kleinste
landweggetje weten te vinden. „De
boerenmensen zijn vrijwel zonder uit
zondering hartelijk en gastvrij ge
weest", is hun oordeel, „de mensen
in de stad waren meestal erg kortaf".
„De kramershandel heeft echter zijn
tijd gehad. Niet dat er ooit een gouden
periode in dit wonderlijke beroep is
geweest, maar sinds de oorlog bijna
alles gereglementeerd is en je voor
alles diploma's moet hebben is de
muziek eruit", valt er eentje in. „Een
paar jaar geleden 'kwam ik nog eens
in een dorpje hier in Noord-Holland
en toen vroeg de burgemeester mij
nota bene of ik aangesloten was bij de
Kamer van Koophandel...."
Een luid gp'a-'h klinkt op en het is
aan alles te merken dat deze eenvou
dige maar fiere mensen stammen uit
een tijd waarin zij nog van de vrijheid
als van een royale maaltijd konden ge
nieten en zij leefden in een maat
schappij waar nog niet iedere stap die
zij op hun weg zetten, wettelijk ver
antwoord moest zijn.
Schamper lachen zij om de thans
bestaande toestanden en misschien
hebben zij wel gelijk.
Kramershandel en logementen zijn
altijd van elkaar afhankelijk geweest
en zo is het ook niet te verwonderen
dat zich in ons gezelschap een mars
kramer bevindt wiens vader enige
tientallen jaren geleden zelf een loge
ment dreef.
„Zo'n logementhouder van vroeger,"
vertelt hij, „kwam wel eens voor moei
lijke dingen te staan. Als er bijvoor
beeld een bewoner ziek werd dan kon
je hem, omdat hij geen geld had, toch
moeilijk op straat zetten. En omdat
er in die dagen nog geen sprake was
van wettelijke steunregelingen ging
dit ziek-zijn op kosten van de loge
mentsbaas".
„Mijn vader is indertijd ook eens
zo'n gevalletje overkomen", vervolgt
hij, „en je snapt dus wel, dat m'n
Omdat je in een logement je eigen
baas bent, nooit hoeft te vragen of je
weg mag en hoe laat je terug moet zijn,
vind je er ook nogal eens zeelui. Ze
hebben vaak geen familie meer waar
ze hun oude dag zouden kunnen door
brengen en omdat zij er niets voor voe
len zich in een tehuis voor ouden van
lagen te laten opsluiten, is voor hen het
burgerhotel wel de meest voor de hand
liggende „woning".
Gerrit, die wij op een andere dan
bovengenoemde keer aan de praat kre
gen, heeft zijn leven lang op de grote
vaart gezeten. Over alle oceanen heeft
hij gezwalkt en er is geen havenplaats
of hij kent hem.
Gerrit is nu aan het eind van zijn
reis en zit bij een flesje bier aan één
van de tafeltjes in het lokaal. Hij heeft
zijn schoenen uitgetrokken en zijn pet
opgehouden, want als je 40 jaar met
een pet op hebt geleefd, dan is die na
tuurlijk onafscheidelijk geworden.
Een van de mooiste tijden die Gerrit
heeft meegemaakt was de „wilde
vaart". Maar toen daar de klad in
kwam moest ook hij naar ander werk
omzien, en ging hij in de handel, de
marskramerhandel
Een keer belde hij in de buurt van
Zeist bij een mooie villa aan en wat
keek hij op toen daar de deur werd
opengedaan door een vroegere kapi
tein met wie hij had gevaren. „M'n
ogen schoten er van vol", zegt Gerrit.
„jawel compleet vol, want daar stond
de ouwe in levende lijve voor me. „Kom
binnen", zei de oude, „kom binnen
Gerrit", zei d' ie en toen moest ik de
hele middag blijven.
„Het was er een deftige boel, bij die
gepensionneerde zeekapitein, vertelt
Gerrit verder, maar toen er bezoek
voor de kapitein kwam, vond ik toch
dat ik weer weg moest gaan. Maar
niks hoor, de ouwe stond er op dat ik
blijvep zou.
Maar je moet nooit b\j de mensen
blijven plakken. Daar houden ze niet
van, ook niet in de „handel". Dus stond
ik op. En hoe ik ineens aan de woor
den kwam weet ik niet, maar ineens
hoorde ik mezelf zeggen: „Kapitein, ik
moet weg. Noodzakelijke bezigheden
roepen mij elders". Ik heb nog nooit
zoiets deftigs gezegd. Dat doe je als
matroos niet, maar toen was het er uit.
Zo maar. En laat ie me nou aan de
||V11 j '»*-■*» V.V.V tiiutt 1 uil laui *V v-
ouwe heer dat nou niet zo bar leuk 1 deur nog een tientje geven? Dat
vond. Hij klopte bij de gemeente aan
om steun voor zijn gast, maar lauw
kans hoor.... Onverrichterzake kwam
hij terug. Razend was ie en toen kon
het hem niks meer schelen ookHij
huurde een handkar, stopte die vol
met dekens en kussens stapte naar
de zieke toe en zei „Jan, we brengen
je naar de burgemeester. Schokken
zullen ze...."
Nou, Jan vond dat lang niet leuk,
dat begrijp je, maar omdat hij wel
inzag dat er wat gedaan moest wor
den ging hij met dit demonstratie
transport accoord en liet zich in de
kar leggen, waarop het in optojcht van
alle bewoners naar het huis van de
burgemeester ging. Woedend was die
burgemeester. Of we maar als de blik
sem wilden maken dat we weer weg
kwamen en hij sloeg de deur met een
klap voor onze neus dicht. Maar vanaf
de volgende dag kwam Jan voor steun
in aanmerking en nog wel met terug
werkende kracht".
„Zo moest je vroeger op de betere
gevoelens der mensen een beroep
doen", besluit de verteller lachend.
was heel wat in die tijd. Het was de
mooiste belevenis uit mjjn marskra
mersloopbaan
Over de gehele linie bekeken zijn de
echte logementen in ons land aan het
verdwijnen. Niet dat dit op zichzelf zo
erg is. maar men krijgt de indruk dat
sinds het leven der mensen in onze
Westerse Maatschappij steeds meer
wordt geregeld, ook dit merkwaardige
geslacht van avonturiers aan het uit
sterven is. En daar zit iets spijtigs in.
Ook de overheidszorg neemt voort
durend in omvang toe en de tijd is
waarschijnlijk niet meer veraf dat de
tehuizen voor ouden van dagen het
zullen „winnen" van de logementen.
Misschien heeft dit ook wel een goede
kant. Want hoewel veel logementen
aan redelijke eisen van bewoning vol
doen, zijn er ook veel waar de omstan
digheden erg armelijk zijn. En juist
deze mensen zou men toch zo graag
een goed verzorgde oude dag gunnen!
Voor het concert van het dameskoor „Consonant" was er Zaterdagavond in
het Gulden Vlies een zeer goede belangstelling en deze was om de goede muzi
kale resultaten van deze avond zeker verdiend. Afgaande op de herinnering
van een vorig optreden, was het ons een genoegen te kunnen constateren, dat
dit vocale ensemble inzake koorzang grote vorderingen heeft weten te maken.
De dirigent P. J. Potgieser, musicus te Beverwijk, gaf blijk, dat hem de leiding
van een vocaal ensemble wel is toevertrouwd.
Het programma was nogal hetero
geen samengesteld en vol variaties.
Over de keuze van de nummers zou
men in artistiek opzicht van mening
kunnen verschillen. Bijvoorbeeld over
de verouderde liedjes van Frans Abt,
maar de verantwoorde uitvoering van
al deze liederen maakte weer veel
goed. Al de nummers te bespreken
zou ons te ver voeren, daarom zullen
we onze keuze tot de best geslaagde
bepalen. Perfect werd begonnen met
„Sanctus" uit de mis van Caplet. Zeer
muzikaal gezongen. De moeilijke in
tonaties werden zuiver getroffen. Ons
compliment voor deze prestatie. De
overige gezongen koren o.a. Psalm 23
van Schubert, O-Isis und Osiris van
Mozart hadden te lijden onder een iets
onzuivere stemming. De oorzaak hier
van moet voor een groot deel worden
toegeschreven aan een al te beschei
den en te weinig steungevende klavier
begeleiding. Zeer goed werd ook ge
zongen „Vor der Klosterpforte" van
Grieg, voor koor, sopraan en alt-solo.
De zeer gevoelige vertolking van de
sopraanpartij door mevr. Piepenbroek
Langeveld verdient extra vermel
ding. Tenslotte leverde het dameskoor
een lofwaardige prestatie met het
Spinnelied van Richard Wagner. Men
zal het ten zeerste gewaardeerd heb
ben, dat voor een uiterst beschaafde
en passende afwisseling op dit concert
werd gezorgd. Daar was dan ten eerste
de declamatie door mevr. Narold-Bas,
die er in slaagde het beroemde „Hek-
senlied" van Wildenburch boeiend voor
te dragen. Ondanks het gemis van de
bijpassende muziek van dit declama-
torium werd het voor de declamatrice
een doorslaand succes. Het Zaans
Vocaal Quintet, leidster mevr. M. de
MieTerwei, heeft de luisteraars wel
zeer muzikale en aangename ogen
blikken geschonken door de uitste
kende voordracht van enkele lieder-
tafelnummers zoals „Der Fremden-
legionar" van Wengert, „Sur les rem-
parts" van Saintis e.d. De meer komi
sche liederen na de pauze vormden
een zeer welkome en hoogstaande mu
zikale ontspanning. Het goede stem-
materiaal en de uitnemende samen
zang van deze vijf zangers verhoogden
in belangrijke mate het muzikale ef
fect. Door vlotte afwerking en goede
prestaties vergat men als het ware de
lengte van het programma, dat wel iets
korter had kunnen zijn. Het dames
koor „Consonant" kan terugzien op
een geslaagde concertavond, die zeer
alle toehoorders heeft kunnen bevre
digen.
W. SCHREURS.
8 uur: De
8 u.: Cala-
uur: Ver.
Feestavond
9.30
uur:
voor
uur:
MAANDAG.
CINEMA AMERICAIN, 8 u,: Het
loon van de angst (18 jr.X
REX THEATER, 2.3U en 8 u.: Maske
in Blau (a l.)
VICTORIA THEATER,
Troubadour (14 jaar).
HARMONIE THEATER,
mity Jane (a.l.)
GULDEN VLIES, 1.30
Oud-leerlingen; 8 uur:
Mannenkoor Orpheus.
WAPEN VAN HEEMSKERK,
uur: Verg. Varkensstamboek: 8
Braziliaanse pianist Lucy Salles
Jeugd en Muziek.
BERGEN, Rustende Jager, 8
De zeven hoofdzonden (18 jaar).
NOORD-SCHARWOUDE, Tivoli, 8
uur: Sterren stralen overal (a.l.)
DINSDAG.
BIOSCOPEN als Maandag.
WAPEN VAN HEEMSKERK. 2.30
uur: Bijeenkomst Ned. Ver. v. Huis
vrouwen; 7 uur Kapconcours.
BERGEN, Rustende Jager, 8 uur:
als Maandag.
DIENST APOTHEKEN
Voor spoedgevallen is geopend apo
theek Wanna, Ritsevoort 5.
HOOG WATER TE BERGEN AAN ZEE
Maandag 18.37 6.48
Dinsdag 19.09 7.21
TE CAMPERDUIN
hoog laag
Maandag 18.42 6.53 12.42 0.53
Dinsdag 19.14 7.26 13.14 1.26
Morgen is de heer M. Moorman veertig jaar bij de spoorwegen en hoewel
zoiets wel meer voorkomt is dit jubileum toch betrekkelijk zeldzaam gewor
den. Want de meesten zijn, wanneer het zo ver is, gepensionneerd. Maar omdat
Moorman op zijn vijftiende jaar al bij de spoorwegen gekomen is, heeft hij, met
zjjn vijf-en-vijftig jaren, zelfs nu nog een hele „ruk" in het vooruitzicht.
De heer Moorman is zijn N. S. loop
baan in Zwartsluis begonnen, waar hij
tot zijn achttiende jaar als leerling
bankwerker gestationneerd was. Dat
heeft drie jaar geduurd en toen ging
het naar Zwolle waar Moorman leer
ling machinst op het trammetje Zwol
leBlokzijl werd. Wat lag dan ook
meer voor de hand dan dat toen hij in
1937 naar Alkmaar werd overgeplaatst,
tenslotte „Bello" te rijden kreeg?
Als „tramspecialist" heeft de heer
Moorman dan ook een meer dan ge
wone belangstelling voor alle pogingen
die ondernomen worden om „Bello"
weer tot leven te wekken. Toch zijn
zijn verwachtingen hieromtrent niet
zo erg optimistisch.
„Toen ik met zo'n ouderwetse vier
kante „blokkendoos" m'n vroegere
lijntje Zwartsluis, Zwolle, Blokzijl reed
had ik ook al te concurreren met de
bus" vertelt de heer Moorman. „Ook
toen was het zo dat alles en iedereen
praatte en pleitte voor de tram. Maai
de meest enthousiaste voorstanders
voor de tram warenbuspassagiers.
BE AMSTERDAMSE COMEDIE onder leiding van Rien van Nunen heeft Zater
dagavond in het Wapen van Heemskerk, voor de in feeststemming bijeen
gekomen leden van de buurtvereniging „Door Vrijheid Verenigd", een geslaagde
opvoering gegeven van de spannende thriller „Wraak", geschreven door Rien
van Nunen. Na een kort openingswoord door de voorzitter, de heer Fr. Mein-
ders, ging het doek open voor dit stuk, dat met vaart en enthousiasme werd ge
bracht en, daar ook de vrolijke noot niet ontbrak, afwisselend een huivering
en een lach deed gaan door de zaal, welke het zeer gecompliceerde verhaal ge
boeid volgde.
De thriller speelt zich af in een af
gelegen landhuis, dat in vroegere
eeuwen als klooster voor een monni
kenorde diende en vol geheimzinnige
geluiden is. Dit huis wordt door ko
lonel Redmayne en zijn dochter Mary
geëxploiteerd als een pension en onder
de pensiongasten bevindt zich de schurk
O'Shea, vermomd als de rustige oude
heer Goodman. Deze heeft kolonel
Redmayne in zijn macht, daar hij hem
een groot bedrag aan geld heeft ge
leend. De kolonel, die arts is, behan
delt O'Shea, wanneer deze in een van
zijn steeds terugkerende vlagen van
waanzin vervalt, en verbergt hem dan
telkens in de gewelven onder het land
huis, waar O'Shea ook een door hem
geroofde voorraad goud heeft opge
slagen. Wanneer twee mannen, Con
nor en Marx, die als handlangers van
Twee predikanten van de Ned. Her
vormde kerk zullen enige dagen het
bed moeten houden tengevolge van
een ongeval dat hun is overkomen.
Ds J. Dikboom liep een gebroken
rib op toen hij thuis op ongelukkige
wijze kwam te vallen. Hij zal een week
volkomen rust moeten houden.
Ds A. G. van Wijk kreeg een lichte
hersenschudding doordat hij met zijn
bromfiets slipte en tegen de weg smak
te.
De Nederlandse Comedie onder di
rectie van Johan de Meester, Guus
Oster en Bentz v. d. Berg, geeft op
Donderdag 25 Febr. in het Gulden
Vlies een voorstelling van het verma
kelijke Franse blijspel „Hart tegen
Hart" (Bataille de dames) van Eugène
Scribe. Het spel vertoont een vernuf
tige intrige, heeft veel charme en
esprit en is door Bert Voeten uitste
kend vertaald. Van de spelers excel
leert vooral Mary Dresselhuys. Zij
maakt weer iets van haar rol veel
meer dan alleen maar spitse vrouw
om wie zich een vermakelijk roman
tische geschiedenis afspeelt.
ZAANSE ORKESTEN NAAR
ALKMAAR.
Op het jaarlijkse concours van de
Alkmaarse Jazz Society zal de Zaan
streek vertegenwoordigd zijn door de
Micro-Solisten. Bovendien wordt nog
onderhandeld met de King Slam Spots
en het Footlight Quinted.
O'Shea destijds tezamen met hem dit
goud hebben gestolen, doch door de po
litie zijn gegrepen en tien jaar in de
gevangenis hebben doorgebracht, naar
het landhuis komen om hun aandeel
in de buit op te eisen, worden beiden
door O'Shea vermoord. Inspector Hal
lick van Scotland Yard en zijn assis
tent Fane slagen er echter in de moor
denaar in de gewelven te volgen en
te arresteren.
Het stuk werd gedragen door Rien
van Nunen, die zowel de rol van de
vlotte, steeds dronkenschap simule
rende politiemain Fane als die van de
schurk O'Shea in zijn vlagen van
waanzin en in zijn vermomming als
de kalme oude heer Goodman op knap
pe wijze vertolkte en daardoor onge
twijfeld nauwelijks tijd had om adem
te halen. Hij werd terzijde gestaan door
Tilly van Vliet, overtuigend als de
doodsbange Mary Redmayne, die op
bevredigende wijze invallende Hanny
Simons als de pensiongaste mevrouw
Elvery, Chris Postma als de onver
stoorbare huisknecht Cotten, Bertus
Botterman in een dubbelrol als de
spitse politie-inspecteur en de boef
Connor en Jan Blok als de tweede
boef, Marx. Janine Maas was wat
overdreven aanstellerig als de dochter
van mevrouw Elvery en de door Char
les Gebhardt gespeelde kolonel Rad-
mayne had wel wat erg weinig hou
ding en persoonlijkheid.
Een speciale attractie was, dat de
zaal mocht raden, wie de moordenaar
was, en op verschillende van de brief
jes, die na het zesde bedrijf (het stuk
telt zeven bedrijven) moesten worden
ingeleverd, stond inderdaad de juiste
naam vermeld, hoewel dit niet eenvou
dig was. Na de gebruikelijke verloting
volgde tot besluit nog een zeer genoe-
gelijk bal.
M. MOORMAN
Veertig jaar Spoorwegen
En de tram legde het loodje
Ongelukken heeft de heer Moorman
niet veroorzaakt. Wel meegemaakt.
Zoals die keer toen de .blokkendoos da
vrijheid verkoos, de rails verliet, het
weiland intuinde en daar op z'n zij
ging liggen. Het trammetje blies
stoom at ensliep. Grote conster
natie onder de reizigers: De machinist
was niet te vinden, lag onder de ma
chine
Een slagersjongen die dacht hierme
de een goede daad te verrichten fietste
in ijltempo naar het huis van mevrouw
Moorman en riep luidkeels: Mevrouw
Moorman, uw man is dood, Hij ligt
onder de machine
Gelukkig bleek deze mededeling
enigszins van de feiten af te wijken.
Moorman was van de machine ge
sprongen en had direct maatregelen
getroffen het onwillig locomotiefje
weer op de rails te zetten.
„Een andere keer" vervolgt de jubi
laris „moesten we op een bruggetje
stoppen. Maar het was erg mistig, en
wist ik veel dat we op een bruggetje
stonden. Ik stapte op de grond en val
in hetzelfde vaartje door op een be
vroren sloot, zak door het ijs en ga
bijna kopje onder
Nu men de heer Moorman zijn Bello
heeft moeten ontnemen is hij wagen
voerder in de gewone dienst gewor
den. Een hele overgang natuurlijk,
want de snelheden zijn in vergelijking
met vroeger en vooral ten opzichte
van het tramverkeer zo groot, 'dat
thans het uiterste van een treinbe
stuurder verlangd wordt.
Maar met zijn officiële gezondver-
klaring voor de eerst volgende vijf
jaar is de heer Moorman voorlopig
nog niet uitgerangeerd
In de afgelopen week werd er op
nieuw een flinke ruk gegeven naar het
eindbedrag voor de Uniformen van
Soli.
De rekening bij De Twentsche Bank
steeg nl. met f 436.75 en geeft thans
een stand aan van f 3009.40. Met aller
medewerking hoopt Soli Deo Gloria
eind Februari halverwege de actie te
zijn.
De sinds een 13-tal jaren in Alkmaar
verenigde Óverijselaren waren tegen
Zaterdagavond bijeengeroepen- voor een
cabaretavond in het café Tom. Groot
was de opkomst niet. Een zeventigtal
personen was aanwezig, toen de voor
zitter een welkomstwoord sprak tot le
den en genodigden. Gezamenlijke zang
van het clublied was het volgende
programma-nummer en het bleek dat
dit het enige zou zijn wat in de Over-
ijselse spreektaal vanaf het toneel zou
klinken. Of een dergelijke verwaarlo-
84, Jimmy Brown moest wel even
wennen aai de gedachte, dat hij pro
fessor Propjos hier hoog in het Hi-
malaja-gebergte moest achter laten.
Hij had zich op de lange reis aan de
oude heer gehecht en was hem als
een goede vriend gaan beschouwen
Toch moest hij toegeven, dat oom
Pepie best in dit milieu zou passen
Eigenlijk leek hij enigszins op een
Boelwoeghono. Alleen was hij een
beetje kleiner. Bewogen drukte Jim
my de 'professor de hand. „U is de
vreemdste man, die ik ooit ter we
reld ben tegengekomen", zei Jimmy.
„Ik geloof wel, dat u het hier best
naar uw zin zult krijgen, maar toch
iaat ik u hier met tegenzin achtei
U kunt er echter blindelings op re
kenen. dat ik nooit met iemand over
dit land der Boelwoeghomo's zal spre
ken Nooit met één woord. En ik zal
er ook voor zorgen, dn; Jackie zwijgi
als het graf. U weet, dat als ik hem
zo iets op het hart bindt, hij precies
zal handelen zoals ik dat wens". De
professor knikte. „Laten wij naar'ïem
toegaan", zei hij. „De brave jongen
is er niet al te best aan toe en hij
weet nog niet, dat hij binnen oen
paar dagen met jou, Jimmy, zal kun
nen vertrekken". Jimmy was wel
verlangend zijn pleegzoon eindelijk
weer eens te zien. Hij was van me
ning. dat Jackie zich op deze tocht
nu niet zo heel moedig had gedra
gen. maar tenslotte was het toch zijn
pleegzoon en aan de andere kant was
het toch wel een heel brave jongen, met G. van der Sluiis.
zing van het eigen dialect ter bewa
ring waarvan de vereniging toch is
opgericht in het belang is van de
vereniging of van de Overijselse taal,
wagen wij te betwijfelen. Laat men
zich in deze spiegelen aan het voorbeeld
van de andere hier ter stede bestaande
(en bloeiende) regionale verenigingen,
die juist in het spreken van de eigen
taal op de bijeenkomsten een der
voornaamste doelstellingen zien.
Overigens kunnen de organisatoren
van deze avond tevreden zijn. Een half
dozijn leden dames en heren en
een paar „buitenstaanders" hebben
door zang, voordracht en zeer goede
accordeonmuziek zowel als door gui-
taarspel bij een paar vrolijke zang
nummers het hunne bijgedragen tot
het welslagen van de avond. De ver
schillende nummers werden door de
heer H. v. d. Kuit op soms originele
wijze aan elkaar geregen. Het optreden
van de heer Jean Robert uit Heiloo als
gast verdient apart te worden vermeld.
Hij „speelde" op sublieme wijze alleen
door verandering van mimiek hele
scènes, waarop verschillende personen
„optraden". Zijn spel, waarin hij als
de vrek" een hoogtepunt behaalde,
heeft sterk geboeid en hij heeft getoond
de lof, welke hem elders al eerder Is
toegezwaaid, volkomen te verdienen.
Het bal na afloop hield de aanwezi
gen nog geruime tijd bijeen.
Geboren Henricus T„ z. van H.
Schra en C. Michels. Ger-rdus J. M„
z van H. J. Dolle en E J. Stevens.
Franciscus M„ z. van H. H. Brugman en
M. J. Venneker. Engelbertha P. M„
d van G. H. Spekman en M. T. H. Schob
ben. Anton R„ z. van P. Bakker en
A. Loots. Margaretha J. M., d. van G.
G Schii per en A. C. J. Kramer.
Overleden: Theodorus J. Lucas-
sen, 79 jaar. wedn. van M. Bille. Ger
hard us J. Parmentier, 91 jaar, gehuwd
met M. olij. Hendrik Snaterse, 44 jaar,
gehuwd met J. B. van Seuren. Pieter
Hartog, 79 jaar. wedn. van G. Hille.
Jacob E. Tebbertman, 56 jaar. gehuwd