Logementbewoners fiere, maar vergeten categorie enda Stad en omgeving Hu-Hu geboren in het goud, leeft in de houten lepel Dameskoor Consonant maakte goede vorderingen „Tramspecialist" veertig jaar bij de spoorwegen Amsterdamse Comedie speelde thriller voor DVV De Óverijselaren genoten van cabaret door eigen leden Avonturiers en kramers uit een stervend ras In het goud Geen muziek meer Uitstervend ras Een uitstekende concertavond De heer Moorman over Bello pessimistisch Geslaagde opvoering van griezelverhaal Twee predikanten overkwam ongeval Mary Dresselhuys In „Hart tegen Hart" De uniform-actie van Soli Deo Gloria Taal mag niet worden verwaarloosd JIMMY BROWN EN DE BLOEDBOEF-BEREN BURGERLIJKE STAND MAANDAG 22 FEBRUARI 1954 £IGENLIIK leven ze aan de zelfkant van de maatschappij, die hen niet meer gebruiken kan of wil en hen als minderwaardigen be schouwt. En eerlijk gezegd halen veel „fatsoenlijke" mensen voor hen een beetje hun neus op. Niet dat zij hen nu bepaald als een ongewens te groep beschouwen, maar men vindt hen toch wel erg arm, een beetje vies soms en intiemere connecties knoopt men niet graag aan. Vaak zijn zij oud en gebrekkig en als .ze op straat komen, och dan vallen ze met hun eenvoudige plunje nauwelijks op. 's Zomers zitten ze op een bankje in de Hout, een andere keer ontmoet je er één op een land weggetje met een kistje garen en band, en soms zie je hem, gebrekkig ter been, over straat lopen, door een paar kinderen nagejouwd. Eigen lijk zijn het eenzamen die door ons allen vergeten zijn. In de kerk komen zij niet meer en de kerk komt niet meer tot hen. He enife band die zij met deze maatschappij nog hebben is de „steun" die zij genieten en wekelijks mogen incasseren. Maar daar houdt het dan ook mee op. Ze hebben alleen.... elkaar nog, deze logementbewoners. |n Alkmaar zijn nog vijf logementen. Officieel heten ze burgerhotels en naar schatting geven ze aan ongeveer 75 van de allerarmsten en alleroud- sten onderdak. Het is avond, een har de Noordooster blaast tegen de gevel en doet de ramen van het logement rammelen. Het is koud en zij zijn nu allemaal binnen. Wanneer we de deur, die door de hevige wind bijna uit onze hand vliegt, openen, stappen we in een wel heel sober ingericht lokaal. En daar zitten ze. Onder het vale licht dat hun gegroefde gezichten som berder doet schijnen dan zij in wer kelijkheid zijn, leggen ze een kaartje, lezen een krant of doenniets en staren voor zich uit. Het zijn de oud sten die niet meer voldoende kunnen zien om te lezen, te hardhorend zijn om een gesprek te kunnen voeren en die hun tijd doorbrengen met terug te staren op de lange, lange weg die zij in hun leven hebben afgelegd en die nu bijna dood-gelopen is. Nog een poosje, een maand, een jaar misschien en zij hebben de finish bereikt. Dan zal de dood hen vinden. Misschien op straat, misschien ook in het armelijke vertrekje waar zij vele nachten wak ker liggen. Zijn ze allemaal zo deze mensen? Neen, dat niet. Want tussen dat groep je daar aan tafel zit een stelletje dat helemaal niet zo geduldig zit te wach ten en als wij met hen aan de praat raken, dan leggen deze mensen een persoonlijkheid aan de dag die je he lemaal niet zou hebben vermoed. Neem „Hu-hu" nou eens. (Hu-hu is een man die je diep vanonder zijn pet met scherpe ogen aankijkt. Hij zal een jaar of zestig zijn maar hij ziet er jonger uit Hu-hu !s geboren in 't goud, zegt hij. Zijn vader was een schatrijke boer en Hu-hu was voorbestemd om de plaats van zijn vader in te nemen. Maar Hu- hu had zo zijn eigen opvattingen en zei: „Jij liever dan ik vader, ik be dank" en de vrijbuiter Hu-hu kocht in het jaar 1927 een café voor f 60.000. Op de dag van de koop brandde het pand als een fakkel. „Dat heeft Hein de Dunne gedaan", zegt Hu-hu en even trekken zijn smalle lippen een dunne lijn in zijn gezicht. „Afijn, ik kon niet bij de pakken blijven neerzitten" vervolgt hij en dus solliciteerde ik voor stalknecht bij de Koninklijke stallen. Daar ben ik van 1926 tot 1928 geweest. Als je me niet gelooft dan vraag je het maar na. Maar ik wilde m'n eigen baas zijn. Op de plaats van m'n vader had ik nog een paar renpaarden staan, ik verkocht ze en begon in Den Haag een lunchroom, maar ik kon daar in de stad niet wennen. De zaak liep goed, maar ik was te rusteloos en sol liciteerde toen bij een verzekerings maatschappij. Tot en met de oorlog heb ik een portefeuille gehouden en opgebouwd en ik kan je zeggen dat het me geen windeieren heeft opgele verd. Toen ik het welletjes vond deed ik hem voor een bom duiten aan iemand anders over en trok hier in de „houten pollepel". Af en toe voer ik een baggerwerkie uit en voor de rest zit ik hier met de lui aan tafel en leg een kaartje. Even valt een stilte <»ls Hu-hu zijn fantastische verhaal heeft gedaan. De bewoners van het logement kijken ons aan en zeggen dat het allemaal zo in zijn werk is gegaan en waarom zou den zij er om liegen? Of de avonturier Hu-hu met dat al een gelukkig mens geworden is?.... „Ik ben van m'n vrouw af", zegt hij. Als een kleurige porceleinen vaas die op de grond aan scherven valt zo eindigt het bonte levensverhaal van Hu-hu en verder doet hij er die avond het zwijgen toe. gNKELEN van dit groepje waarmee we om de gloeiende kachel zitten zijn hun leven lang logementbewoners geweest. Jaar in, jaar uit, sommigen veertig zomers en winters achter el kaar, hebben ze met galanterieën of huishoudelijke artikelen langs de deu ren gelopen. In de kop van Noord- Holland kennen zij iedere boer en zij zouden er blindelings het kleinste landweggetje weten te vinden. „De boerenmensen zijn vrijwel zonder uit zondering hartelijk en gastvrij ge weest", is hun oordeel, „de mensen in de stad waren meestal erg kortaf". „De kramershandel heeft echter zijn tijd gehad. Niet dat er ooit een gouden periode in dit wonderlijke beroep is geweest, maar sinds de oorlog bijna alles gereglementeerd is en je voor alles diploma's moet hebben is de muziek eruit", valt er eentje in. „Een paar jaar geleden 'kwam ik nog eens in een dorpje hier in Noord-Holland en toen vroeg de burgemeester mij nota bene of ik aangesloten was bij de Kamer van Koophandel...." Een luid gp'a-'h klinkt op en het is aan alles te merken dat deze eenvou dige maar fiere mensen stammen uit een tijd waarin zij nog van de vrijheid als van een royale maaltijd konden ge nieten en zij leefden in een maat schappij waar nog niet iedere stap die zij op hun weg zetten, wettelijk ver antwoord moest zijn. Schamper lachen zij om de thans bestaande toestanden en misschien hebben zij wel gelijk. Kramershandel en logementen zijn altijd van elkaar afhankelijk geweest en zo is het ook niet te verwonderen dat zich in ons gezelschap een mars kramer bevindt wiens vader enige tientallen jaren geleden zelf een loge ment dreef. „Zo'n logementhouder van vroeger," vertelt hij, „kwam wel eens voor moei lijke dingen te staan. Als er bijvoor beeld een bewoner ziek werd dan kon je hem, omdat hij geen geld had, toch moeilijk op straat zetten. En omdat er in die dagen nog geen sprake was van wettelijke steunregelingen ging dit ziek-zijn op kosten van de loge mentsbaas". „Mijn vader is indertijd ook eens zo'n gevalletje overkomen", vervolgt hij, „en je snapt dus wel, dat m'n Omdat je in een logement je eigen baas bent, nooit hoeft te vragen of je weg mag en hoe laat je terug moet zijn, vind je er ook nogal eens zeelui. Ze hebben vaak geen familie meer waar ze hun oude dag zouden kunnen door brengen en omdat zij er niets voor voe len zich in een tehuis voor ouden van lagen te laten opsluiten, is voor hen het burgerhotel wel de meest voor de hand liggende „woning". Gerrit, die wij op een andere dan bovengenoemde keer aan de praat kre gen, heeft zijn leven lang op de grote vaart gezeten. Over alle oceanen heeft hij gezwalkt en er is geen havenplaats of hij kent hem. Gerrit is nu aan het eind van zijn reis en zit bij een flesje bier aan één van de tafeltjes in het lokaal. Hij heeft zijn schoenen uitgetrokken en zijn pet opgehouden, want als je 40 jaar met een pet op hebt geleefd, dan is die na tuurlijk onafscheidelijk geworden. Een van de mooiste tijden die Gerrit heeft meegemaakt was de „wilde vaart". Maar toen daar de klad in kwam moest ook hij naar ander werk omzien, en ging hij in de handel, de marskramerhandel Een keer belde hij in de buurt van Zeist bij een mooie villa aan en wat keek hij op toen daar de deur werd opengedaan door een vroegere kapi tein met wie hij had gevaren. „M'n ogen schoten er van vol", zegt Gerrit. „jawel compleet vol, want daar stond de ouwe in levende lijve voor me. „Kom binnen", zei de oude, „kom binnen Gerrit", zei d' ie en toen moest ik de hele middag blijven. „Het was er een deftige boel, bij die gepensionneerde zeekapitein, vertelt Gerrit verder, maar toen er bezoek voor de kapitein kwam, vond ik toch dat ik weer weg moest gaan. Maar niks hoor, de ouwe stond er op dat ik blijvep zou. Maar je moet nooit b\j de mensen blijven plakken. Daar houden ze niet van, ook niet in de „handel". Dus stond ik op. En hoe ik ineens aan de woor den kwam weet ik niet, maar ineens hoorde ik mezelf zeggen: „Kapitein, ik moet weg. Noodzakelijke bezigheden roepen mij elders". Ik heb nog nooit zoiets deftigs gezegd. Dat doe je als matroos niet, maar toen was het er uit. Zo maar. En laat ie me nou aan de ||V11 j '»*-■*» V.V.V tiiutt 1 uil laui *V v- ouwe heer dat nou niet zo bar leuk 1 deur nog een tientje geven? Dat vond. Hij klopte bij de gemeente aan om steun voor zijn gast, maar lauw kans hoor.... Onverrichterzake kwam hij terug. Razend was ie en toen kon het hem niks meer schelen ookHij huurde een handkar, stopte die vol met dekens en kussens stapte naar de zieke toe en zei „Jan, we brengen je naar de burgemeester. Schokken zullen ze...." Nou, Jan vond dat lang niet leuk, dat begrijp je, maar omdat hij wel inzag dat er wat gedaan moest wor den ging hij met dit demonstratie transport accoord en liet zich in de kar leggen, waarop het in optojcht van alle bewoners naar het huis van de burgemeester ging. Woedend was die burgemeester. Of we maar als de blik sem wilden maken dat we weer weg kwamen en hij sloeg de deur met een klap voor onze neus dicht. Maar vanaf de volgende dag kwam Jan voor steun in aanmerking en nog wel met terug werkende kracht". „Zo moest je vroeger op de betere gevoelens der mensen een beroep doen", besluit de verteller lachend. was heel wat in die tijd. Het was de mooiste belevenis uit mjjn marskra mersloopbaan Over de gehele linie bekeken zijn de echte logementen in ons land aan het verdwijnen. Niet dat dit op zichzelf zo erg is. maar men krijgt de indruk dat sinds het leven der mensen in onze Westerse Maatschappij steeds meer wordt geregeld, ook dit merkwaardige geslacht van avonturiers aan het uit sterven is. En daar zit iets spijtigs in. Ook de overheidszorg neemt voort durend in omvang toe en de tijd is waarschijnlijk niet meer veraf dat de tehuizen voor ouden van dagen het zullen „winnen" van de logementen. Misschien heeft dit ook wel een goede kant. Want hoewel veel logementen aan redelijke eisen van bewoning vol doen, zijn er ook veel waar de omstan digheden erg armelijk zijn. En juist deze mensen zou men toch zo graag een goed verzorgde oude dag gunnen! Voor het concert van het dameskoor „Consonant" was er Zaterdagavond in het Gulden Vlies een zeer goede belangstelling en deze was om de goede muzi kale resultaten van deze avond zeker verdiend. Afgaande op de herinnering van een vorig optreden, was het ons een genoegen te kunnen constateren, dat dit vocale ensemble inzake koorzang grote vorderingen heeft weten te maken. De dirigent P. J. Potgieser, musicus te Beverwijk, gaf blijk, dat hem de leiding van een vocaal ensemble wel is toevertrouwd. Het programma was nogal hetero geen samengesteld en vol variaties. Over de keuze van de nummers zou men in artistiek opzicht van mening kunnen verschillen. Bijvoorbeeld over de verouderde liedjes van Frans Abt, maar de verantwoorde uitvoering van al deze liederen maakte weer veel goed. Al de nummers te bespreken zou ons te ver voeren, daarom zullen we onze keuze tot de best geslaagde bepalen. Perfect werd begonnen met „Sanctus" uit de mis van Caplet. Zeer muzikaal gezongen. De moeilijke in tonaties werden zuiver getroffen. Ons compliment voor deze prestatie. De overige gezongen koren o.a. Psalm 23 van Schubert, O-Isis und Osiris van Mozart hadden te lijden onder een iets onzuivere stemming. De oorzaak hier van moet voor een groot deel worden toegeschreven aan een al te beschei den en te weinig steungevende klavier begeleiding. Zeer goed werd ook ge zongen „Vor der Klosterpforte" van Grieg, voor koor, sopraan en alt-solo. De zeer gevoelige vertolking van de sopraanpartij door mevr. Piepenbroek Langeveld verdient extra vermel ding. Tenslotte leverde het dameskoor een lofwaardige prestatie met het Spinnelied van Richard Wagner. Men zal het ten zeerste gewaardeerd heb ben, dat voor een uiterst beschaafde en passende afwisseling op dit concert werd gezorgd. Daar was dan ten eerste de declamatie door mevr. Narold-Bas, die er in slaagde het beroemde „Hek- senlied" van Wildenburch boeiend voor te dragen. Ondanks het gemis van de bijpassende muziek van dit declama- torium werd het voor de declamatrice een doorslaand succes. Het Zaans Vocaal Quintet, leidster mevr. M. de MieTerwei, heeft de luisteraars wel zeer muzikale en aangename ogen blikken geschonken door de uitste kende voordracht van enkele lieder- tafelnummers zoals „Der Fremden- legionar" van Wengert, „Sur les rem- parts" van Saintis e.d. De meer komi sche liederen na de pauze vormden een zeer welkome en hoogstaande mu zikale ontspanning. Het goede stem- materiaal en de uitnemende samen zang van deze vijf zangers verhoogden in belangrijke mate het muzikale ef fect. Door vlotte afwerking en goede prestaties vergat men als het ware de lengte van het programma, dat wel iets korter had kunnen zijn. Het dames koor „Consonant" kan terugzien op een geslaagde concertavond, die zeer alle toehoorders heeft kunnen bevre digen. W. SCHREURS. 8 uur: De 8 u.: Cala- uur: Ver. Feestavond 9.30 uur: voor uur: MAANDAG. CINEMA AMERICAIN, 8 u,: Het loon van de angst (18 jr.X REX THEATER, 2.3U en 8 u.: Maske in Blau (a l.) VICTORIA THEATER, Troubadour (14 jaar). HARMONIE THEATER, mity Jane (a.l.) GULDEN VLIES, 1.30 Oud-leerlingen; 8 uur: Mannenkoor Orpheus. WAPEN VAN HEEMSKERK, uur: Verg. Varkensstamboek: 8 Braziliaanse pianist Lucy Salles Jeugd en Muziek. BERGEN, Rustende Jager, 8 De zeven hoofdzonden (18 jaar). NOORD-SCHARWOUDE, Tivoli, 8 uur: Sterren stralen overal (a.l.) DINSDAG. BIOSCOPEN als Maandag. WAPEN VAN HEEMSKERK. 2.30 uur: Bijeenkomst Ned. Ver. v. Huis vrouwen; 7 uur Kapconcours. BERGEN, Rustende Jager, 8 uur: als Maandag. DIENST APOTHEKEN Voor spoedgevallen is geopend apo theek Wanna, Ritsevoort 5. HOOG WATER TE BERGEN AAN ZEE Maandag 18.37 6.48 Dinsdag 19.09 7.21 TE CAMPERDUIN hoog laag Maandag 18.42 6.53 12.42 0.53 Dinsdag 19.14 7.26 13.14 1.26 Morgen is de heer M. Moorman veertig jaar bij de spoorwegen en hoewel zoiets wel meer voorkomt is dit jubileum toch betrekkelijk zeldzaam gewor den. Want de meesten zijn, wanneer het zo ver is, gepensionneerd. Maar omdat Moorman op zijn vijftiende jaar al bij de spoorwegen gekomen is, heeft hij, met zjjn vijf-en-vijftig jaren, zelfs nu nog een hele „ruk" in het vooruitzicht. De heer Moorman is zijn N. S. loop baan in Zwartsluis begonnen, waar hij tot zijn achttiende jaar als leerling bankwerker gestationneerd was. Dat heeft drie jaar geduurd en toen ging het naar Zwolle waar Moorman leer ling machinst op het trammetje Zwol leBlokzijl werd. Wat lag dan ook meer voor de hand dan dat toen hij in 1937 naar Alkmaar werd overgeplaatst, tenslotte „Bello" te rijden kreeg? Als „tramspecialist" heeft de heer Moorman dan ook een meer dan ge wone belangstelling voor alle pogingen die ondernomen worden om „Bello" weer tot leven te wekken. Toch zijn zijn verwachtingen hieromtrent niet zo erg optimistisch. „Toen ik met zo'n ouderwetse vier kante „blokkendoos" m'n vroegere lijntje Zwartsluis, Zwolle, Blokzijl reed had ik ook al te concurreren met de bus" vertelt de heer Moorman. „Ook toen was het zo dat alles en iedereen praatte en pleitte voor de tram. Maai de meest enthousiaste voorstanders voor de tram warenbuspassagiers. BE AMSTERDAMSE COMEDIE onder leiding van Rien van Nunen heeft Zater dagavond in het Wapen van Heemskerk, voor de in feeststemming bijeen gekomen leden van de buurtvereniging „Door Vrijheid Verenigd", een geslaagde opvoering gegeven van de spannende thriller „Wraak", geschreven door Rien van Nunen. Na een kort openingswoord door de voorzitter, de heer Fr. Mein- ders, ging het doek open voor dit stuk, dat met vaart en enthousiasme werd ge bracht en, daar ook de vrolijke noot niet ontbrak, afwisselend een huivering en een lach deed gaan door de zaal, welke het zeer gecompliceerde verhaal ge boeid volgde. De thriller speelt zich af in een af gelegen landhuis, dat in vroegere eeuwen als klooster voor een monni kenorde diende en vol geheimzinnige geluiden is. Dit huis wordt door ko lonel Redmayne en zijn dochter Mary geëxploiteerd als een pension en onder de pensiongasten bevindt zich de schurk O'Shea, vermomd als de rustige oude heer Goodman. Deze heeft kolonel Redmayne in zijn macht, daar hij hem een groot bedrag aan geld heeft ge leend. De kolonel, die arts is, behan delt O'Shea, wanneer deze in een van zijn steeds terugkerende vlagen van waanzin vervalt, en verbergt hem dan telkens in de gewelven onder het land huis, waar O'Shea ook een door hem geroofde voorraad goud heeft opge slagen. Wanneer twee mannen, Con nor en Marx, die als handlangers van Twee predikanten van de Ned. Her vormde kerk zullen enige dagen het bed moeten houden tengevolge van een ongeval dat hun is overkomen. Ds J. Dikboom liep een gebroken rib op toen hij thuis op ongelukkige wijze kwam te vallen. Hij zal een week volkomen rust moeten houden. Ds A. G. van Wijk kreeg een lichte hersenschudding doordat hij met zijn bromfiets slipte en tegen de weg smak te. De Nederlandse Comedie onder di rectie van Johan de Meester, Guus Oster en Bentz v. d. Berg, geeft op Donderdag 25 Febr. in het Gulden Vlies een voorstelling van het verma kelijke Franse blijspel „Hart tegen Hart" (Bataille de dames) van Eugène Scribe. Het spel vertoont een vernuf tige intrige, heeft veel charme en esprit en is door Bert Voeten uitste kend vertaald. Van de spelers excel leert vooral Mary Dresselhuys. Zij maakt weer iets van haar rol veel meer dan alleen maar spitse vrouw om wie zich een vermakelijk roman tische geschiedenis afspeelt. ZAANSE ORKESTEN NAAR ALKMAAR. Op het jaarlijkse concours van de Alkmaarse Jazz Society zal de Zaan streek vertegenwoordigd zijn door de Micro-Solisten. Bovendien wordt nog onderhandeld met de King Slam Spots en het Footlight Quinted. O'Shea destijds tezamen met hem dit goud hebben gestolen, doch door de po litie zijn gegrepen en tien jaar in de gevangenis hebben doorgebracht, naar het landhuis komen om hun aandeel in de buit op te eisen, worden beiden door O'Shea vermoord. Inspector Hal lick van Scotland Yard en zijn assis tent Fane slagen er echter in de moor denaar in de gewelven te volgen en te arresteren. Het stuk werd gedragen door Rien van Nunen, die zowel de rol van de vlotte, steeds dronkenschap simule rende politiemain Fane als die van de schurk O'Shea in zijn vlagen van waanzin en in zijn vermomming als de kalme oude heer Goodman op knap pe wijze vertolkte en daardoor onge twijfeld nauwelijks tijd had om adem te halen. Hij werd terzijde gestaan door Tilly van Vliet, overtuigend als de doodsbange Mary Redmayne, die op bevredigende wijze invallende Hanny Simons als de pensiongaste mevrouw Elvery, Chris Postma als de onver stoorbare huisknecht Cotten, Bertus Botterman in een dubbelrol als de spitse politie-inspecteur en de boef Connor en Jan Blok als de tweede boef, Marx. Janine Maas was wat overdreven aanstellerig als de dochter van mevrouw Elvery en de door Char les Gebhardt gespeelde kolonel Rad- mayne had wel wat erg weinig hou ding en persoonlijkheid. Een speciale attractie was, dat de zaal mocht raden, wie de moordenaar was, en op verschillende van de brief jes, die na het zesde bedrijf (het stuk telt zeven bedrijven) moesten worden ingeleverd, stond inderdaad de juiste naam vermeld, hoewel dit niet eenvou dig was. Na de gebruikelijke verloting volgde tot besluit nog een zeer genoe- gelijk bal. M. MOORMAN Veertig jaar Spoorwegen En de tram legde het loodje Ongelukken heeft de heer Moorman niet veroorzaakt. Wel meegemaakt. Zoals die keer toen de .blokkendoos da vrijheid verkoos, de rails verliet, het weiland intuinde en daar op z'n zij ging liggen. Het trammetje blies stoom at ensliep. Grote conster natie onder de reizigers: De machinist was niet te vinden, lag onder de ma chine Een slagersjongen die dacht hierme de een goede daad te verrichten fietste in ijltempo naar het huis van mevrouw Moorman en riep luidkeels: Mevrouw Moorman, uw man is dood, Hij ligt onder de machine Gelukkig bleek deze mededeling enigszins van de feiten af te wijken. Moorman was van de machine ge sprongen en had direct maatregelen getroffen het onwillig locomotiefje weer op de rails te zetten. „Een andere keer" vervolgt de jubi laris „moesten we op een bruggetje stoppen. Maar het was erg mistig, en wist ik veel dat we op een bruggetje stonden. Ik stapte op de grond en val in hetzelfde vaartje door op een be vroren sloot, zak door het ijs en ga bijna kopje onder Nu men de heer Moorman zijn Bello heeft moeten ontnemen is hij wagen voerder in de gewone dienst gewor den. Een hele overgang natuurlijk, want de snelheden zijn in vergelijking met vroeger en vooral ten opzichte van het tramverkeer zo groot, 'dat thans het uiterste van een treinbe stuurder verlangd wordt. Maar met zijn officiële gezondver- klaring voor de eerst volgende vijf jaar is de heer Moorman voorlopig nog niet uitgerangeerd In de afgelopen week werd er op nieuw een flinke ruk gegeven naar het eindbedrag voor de Uniformen van Soli. De rekening bij De Twentsche Bank steeg nl. met f 436.75 en geeft thans een stand aan van f 3009.40. Met aller medewerking hoopt Soli Deo Gloria eind Februari halverwege de actie te zijn. De sinds een 13-tal jaren in Alkmaar verenigde Óverijselaren waren tegen Zaterdagavond bijeengeroepen- voor een cabaretavond in het café Tom. Groot was de opkomst niet. Een zeventigtal personen was aanwezig, toen de voor zitter een welkomstwoord sprak tot le den en genodigden. Gezamenlijke zang van het clublied was het volgende programma-nummer en het bleek dat dit het enige zou zijn wat in de Over- ijselse spreektaal vanaf het toneel zou klinken. Of een dergelijke verwaarlo- 84, Jimmy Brown moest wel even wennen aai de gedachte, dat hij pro fessor Propjos hier hoog in het Hi- malaja-gebergte moest achter laten. Hij had zich op de lange reis aan de oude heer gehecht en was hem als een goede vriend gaan beschouwen Toch moest hij toegeven, dat oom Pepie best in dit milieu zou passen Eigenlijk leek hij enigszins op een Boelwoeghono. Alleen was hij een beetje kleiner. Bewogen drukte Jim my de 'professor de hand. „U is de vreemdste man, die ik ooit ter we reld ben tegengekomen", zei Jimmy. „Ik geloof wel, dat u het hier best naar uw zin zult krijgen, maar toch iaat ik u hier met tegenzin achtei U kunt er echter blindelings op re kenen. dat ik nooit met iemand over dit land der Boelwoeghomo's zal spre ken Nooit met één woord. En ik zal er ook voor zorgen, dn; Jackie zwijgi als het graf. U weet, dat als ik hem zo iets op het hart bindt, hij precies zal handelen zoals ik dat wens". De professor knikte. „Laten wij naar'ïem toegaan", zei hij. „De brave jongen is er niet al te best aan toe en hij weet nog niet, dat hij binnen oen paar dagen met jou, Jimmy, zal kun nen vertrekken". Jimmy was wel verlangend zijn pleegzoon eindelijk weer eens te zien. Hij was van me ning. dat Jackie zich op deze tocht nu niet zo heel moedig had gedra gen. maar tenslotte was het toch zijn pleegzoon en aan de andere kant was het toch wel een heel brave jongen, met G. van der Sluiis. zing van het eigen dialect ter bewa ring waarvan de vereniging toch is opgericht in het belang is van de vereniging of van de Overijselse taal, wagen wij te betwijfelen. Laat men zich in deze spiegelen aan het voorbeeld van de andere hier ter stede bestaande (en bloeiende) regionale verenigingen, die juist in het spreken van de eigen taal op de bijeenkomsten een der voornaamste doelstellingen zien. Overigens kunnen de organisatoren van deze avond tevreden zijn. Een half dozijn leden dames en heren en een paar „buitenstaanders" hebben door zang, voordracht en zeer goede accordeonmuziek zowel als door gui- taarspel bij een paar vrolijke zang nummers het hunne bijgedragen tot het welslagen van de avond. De ver schillende nummers werden door de heer H. v. d. Kuit op soms originele wijze aan elkaar geregen. Het optreden van de heer Jean Robert uit Heiloo als gast verdient apart te worden vermeld. Hij „speelde" op sublieme wijze alleen door verandering van mimiek hele scènes, waarop verschillende personen „optraden". Zijn spel, waarin hij als de vrek" een hoogtepunt behaalde, heeft sterk geboeid en hij heeft getoond de lof, welke hem elders al eerder Is toegezwaaid, volkomen te verdienen. Het bal na afloop hield de aanwezi gen nog geruime tijd bijeen. Geboren Henricus T„ z. van H. Schra en C. Michels. Ger-rdus J. M„ z van H. J. Dolle en E J. Stevens. Franciscus M„ z. van H. H. Brugman en M. J. Venneker. Engelbertha P. M„ d van G. H. Spekman en M. T. H. Schob ben. Anton R„ z. van P. Bakker en A. Loots. Margaretha J. M., d. van G. G Schii per en A. C. J. Kramer. Overleden: Theodorus J. Lucas- sen, 79 jaar. wedn. van M. Bille. Ger hard us J. Parmentier, 91 jaar, gehuwd met M. olij. Hendrik Snaterse, 44 jaar, gehuwd met J. B. van Seuren. Pieter Hartog, 79 jaar. wedn. van G. Hille. Jacob E. Tebbertman, 56 jaar. gehuwd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1954 | | pagina 5