Het fooienstelsel is ongewenst
maar onvermijdelijk
WACHT
Mij
Het VBLPON zie je er geen barst van!
Zomerprogramma van De Haaf
met vele mogelijkheden
Chr. Bouwlx
pionier in
Een onoplosbaar probleem
r
Viervoudige werkin
Lezers sprekei
Toon dankbaarheid
Schuld van publiek
Taak van overheid
Noodzakelijk kwaad
Geen fooien
Ongewenst, maar,,
En nu de volgende kwestie
BOEKEN
BULLETIN
Het weer in de practijk
GEESTELIJK LEVEN
Verloof den weekend op
De Haaf te Bergen
Pim, Pam Pom en de graafmachine
Veel oude bekenden
OP
door SYLVIA SARK
Luister eens naar:
Radioprogramma
Veertig jaar van
organisatie
Pessimisme
Het Fotoboek
DONDERDAG 15 APRIL 1954
HET IS tie leden van de vergeten categorie al schrijvende duidelijk ge-
u-orden, dat het fooienstelsel samenhangt met ons economisch systeem
en daarom het probleem op zichzelf vrijivel onoplosbaar is. Onder de
vele inzenders is er maar één, die de handschoen opneemt voor deze
gratificatie: ze heeft als loopmeisje met een al te klein salaris de
vreugde ervaren van een goedgemeende gift, die bedoeld was als erken
ning van haar verdienstelijke' arbeid. De anderen zijn principieel tegen
het geven van fooien, al zijn er maar een paar, die dat in de practijk
consequent toepassen; de meesten zien liet als een noodzakelijk kwaad:
een kuoad, omdat het de menselijke verhouding van gever en ontvan
ger schaadt, noodzakelijk, omdat in de lonen van bepaalde categorieën
de fooi als onmisbare aanvulling is gecalculeerd. Enkelen redeneren;
deze calculatie is ongeoorloofd, liet loon moet door de werkgever wor
den verhoogd: maar zij ontdekken, dat dit aanleiding wordt tot prijs-
stijging, waardoor we toch iveer geplaatst worden voor het vraagstuk
van lonen en prijzen en daardoor voor het. probleem van vrijheid of
overheidsbemoeiing, één van de politieke strijdpunten uit onze dagen.
eerste krijgt de verdedigster het
woord:
„Mijn antwoorc. is wel zeer kort,
maar wie het kleinste niet eert, is het
grote niet weerd. Ik vind het fooien-
stelsel iets goeds. Ik neem een voor
beeld bij mij zelf. Ik moest altijd pak
jes wegbrengen en geld ontvangen. Nu,
ik moet eerlijk zeggen, ik was blij als
een klant zei: „A.u.b., dit is voor jou",
Nu bert je in een cafetaria; er komt
een kellner naar je toe en vraagt
beleefd, waar hij je mee van
dienst kan zijn. Hij komt met het ge
vraagde en rekent af. Nu moet U het
gezicht eens zien van de kellner! Met
een dankbaar gebaar verlaat hij uw
zitplaats. Ik vind het fooienstelscl niet
altijd geschikt bij kleine bedragen.
Maar ik heb altijd gedacht: als een me
vrouw o. meneer je een fooitje gaf. dat
het uit dankbaarheid voor hot bren
gen of bezorgen gegeven Werd. Of an
ders: ..Nu ja, de rest is de moeite niet,
laat maar zitten". Ik neem ook nog als
voorbeeld een conductrice in de bus.
Die is dankbaar, als je haar een fooitje
geeft. Nu, ik zal zeggen: ga door met
fooien ge-ven, veeg het fooien geven
niet van de kaart, betoon je dankbaar-
beid." L„ 19 jaar.
Den Helder.
Hierop volgen verscheidene stemmen
van principiële en aarzelende bestrij
ders.
„pOOIENSTÊLSEL waarom, iets,
dat het publiek heeft ingesteld,
vrijwillig, zo te hekelen? Een om koek
jes bedelende hond is te vergelijken
met een kellner, portier of kappers
bediende; het is hun eenmaal geleerd
en ze leren het niet meer af. Doch
meen nu niet, dat ik de kellners, etc.
aanval, néé, in het publiek schuilt'do'
wortel van het kwaad. Het salaris van
deze mensen is hierop gebaseerd en het
uprloon van een veelal 12 uur per dag
werkende kellner ligt niet hoger dan
dat van een werkman; zijn beroeps
kosten bijn vendien veel hoger, keu
rige verschijning, kleding („ieder jaar
een pak van f 300," zei een kellner
tegen me), bovendien wordt zijn loon
„rechtgetrokken" (zg. gemiddelde) en
dan nog de morele kant, de hand open
te moeten houden, als U voelt wat ik
bedoel. Och, indien het publiek voor
f 0.46 kotfie (inclusief 15%) nog eens
4 of 14 of zelfs meer cent legt, daar dat
publiek geïmponeerd is door de vrien
delijke kellner en de omgeving en
royaal wil doen (kellners kennen deze
mensen zeer goed, hun op jarenlange
ervaring rustende bedrijfspsychologie
leert ze dat), jJ^dan is het hek van de
dam. En, vraagt de kellner om die
„overtip", hij geeft U slechts service en
zijn vak eist een correcte en beleefde
behand'ling van „koning klant". Heus.
hoewel de kellners (etc.) vooreeii
mijnheer, die royale fooien geeft, logi
scherwijze harder lopen, zij glimlachen
fijntjes om deze heer en om zijn stum
perigheid, „dik te willen doen". Ook
de kellners zeggen, net zo als de ver
geten categorie, maar dan om andere
redenen, (en omdat ik zelf ook wel
eens met dergelijke „fooienbijltjes" heb
gehakt begrijp ik 't des te meer):
fooienstelsel afschaffen, geheel en ra
dicaal, de lonen nivelleren en ook een
8-urige werkdag, een portier van een
exclusieve nachttent in A'dam, die
f 1000,— per maand aan zijn patroon
toe geeft (historisch) natuurlijk niet
meegerekend. En eerlijk is eerlijk
ook de V.C.-schrijvers, de zg. vaste
medewerkers, zijn vaak niet van
kellnerspolitiek verschoond, met een
buiging voor U, mijnheer Daalder en
ih de hoop van een postwissel (foei!)".
A. BEEK,
Heerenweg 46, Schoorl.
„HOEVEEL is dat?"
„Twee gulden, zeventig, meneer, in
clusief", antwoordt de keurig geklede
man, die men ober of kellner pleegt te
noemen.
Het klinkt erg beleefd en we zijn er
helemaal aan gewend, maar is het in
de gvond van de zaak niet onbeschoft
om meer geld te vragen, dan waar men
recht op heeft? Stel je voor, dat ik er
gens op kantoor ben, dat men mij we
kelijks beloont met f 25.— en dat ik
dan 's Zaterdags ijskoud om f 27.50
vraag „inclusief". Ja, maar jij hebt je
accoord verklaard met een loon van
f 25.— en die kellner verdient veel te
weinig". Juist daar hebben we het:
ieder die gewend is fooien te ontvan
gen verdient te weinig. Wie is daar de
bet aan? Het lijkt me nogal voor de
hand liggend, dat de schuld bij de pa
troon te zoeken en te vinden is. Dus
moet ook de patroon dit tekort aanzui
veren. Maar als daardoor zijn verdien
sten te veel dalen? Dan moet hij dood
eenvoudig zijn prijzen verhogen met
10 of 12Va°/o, met het bedrag van de
fooi dus. Vermoedelijk zal dit niet
gaan, zonder dat de regering er zich
mée moet bemoeien. Hier ligt dan ook
een taak voor de overheid om een stel
sel, dat gegrond is op misplaatste mens
lievendheid en dat een bepaalde cate
gorie mensen noodzaakt tot het aanne
men van „aalmoezen" omdat ouder
wetse woord maar eens te gebruiken,
door een afdoende regeling de wereld
uit te helpen. Ik weet wel, dat er men
sen zijn,_ die op fooien azen, maar dat
neemt niet weg, dat het toch eigenlijk
minderwaardig is, geld aan te nemen,
ciat men strikt genomen niet verdiend
heeft. Laten we daarom beginnen met
overal, waar de fooien „exclusief" zijn,
met deze gewoonte te breken".
JACOB BALDER, 17 jr.
R.H.B.S. Klasse B V,
Bovenweg 24,
St. Pancras.
£)E eerste gedachte, die in mij op
kwam, toen ik dit onderwerp las,
was: Natuurlijk ben ik er tegen.
Waarom? zult u vragen. Wel, omdat ik
het misselijk vind iemand een fooi te
geven. Als je iemand een fooi geeft,
heb je het gevoel, dat hij geen mede
mens van je is. Als je hem een fooi
geeft, weet je nooit, of hij daardoor
beledigd wordt of niet! En als je hem
geen fooi geeft, heb je het gevoel, dat
hij. denkt: Wat een krenterige vent is
dat! Maar hoe langer ik er over denk,
des te meer zie ik daar (afschaffing
van het fooienstelsel) het onmogelijke
Van in. Het fooienstelsel komt nergens
t'er wereld zo gecompliceerd voor als
in Nederland. Laatst las ik in een tijd
schrift, dat alle buitenlanders, die ons
land bezochten, wel vol lof waren over
ons land, maar klaagden over het
fooien-geven. Ik vind dat dit toch wel
iets zegt.
Ik vraag mij af: Is dit fooienstelsel
nu werkelijk zo nodig, dat iemand
(b.v. een kellner) niet van zijn loon
kan leven zonder de fooien, die hij
ontvangt? Ik zou zeggen: Schaf het
fbèiënstelsel t'af ep laat de werkgever,
méér loon geéën!" ïitaar hierdoor stui
ten we alweer op een grote moeilijk
heid jen Wei; Waar moet de werkgever
dit vandaan halen? Moet hij de prijzen
verhogen of meer schulden maken?
Onmogelijk. Als we alles bij elkaar
nemen, zien we wel, dat we niet buiten
het fooien-geven kunnen. Maar waarom
dan niet 'één systeem ingevoerd, dat
afdoende werkt, dat geen reden tot
klagen geeft en dat iedereen kan be
grijpen! Uit het voorgaande blijkt, dat
ik tegen het fpoien-systeem ben. Maar
ik zie geen mogelijkheid om hier van
af te komen!
ARIE VISSER,
Oude Haven 48. Oostburg.
15 jaar. Kon. Wilhelm
Lyceum
„2EER tot onze schande moeten wij
toegeven, dat in ons land het fooien-
stelsel een omvang heeft aangenomen,
die in vele opzichten begint te gelijken
op een verkapte vorm van bedelarij.
We kunnen gerust zeggen, dat vrijwel
overal waar we ons begeven, iemand
gereed staat om onze goede gaven in
ontvangst te nemen. Mij persoonlijk
geven deze gevallen altijd een onbe
haaglijke indruk, terwijl ik er zeker
van ben, dat dit alles zeker geen recla
me is voor ons land.
Dat men in bepaalde gevallen bedie-
ningsgeld e.d. in rekening brengt, kan
ik begrijpen, maar dat men het boven
dien nog waagt, zijn hand op te hou
den voor een fooi, vind ik betreurens
waardig.
Het is onnodig hierover lang te spre
ken. Wij kunnen ons eraan ergeren; ws
kunnen ook net doen of we gek zijn.
Mijn mening is, dat ik, wanneer ik
voor iets betaald heb, niemand verder
een cent schuldig ben. Daarom is er
geen haar op mijn hoofd, die er over
denkt, daarnaast nog eens met kwisti
ge hand fooien uit te delen aan bios
coopportiers. stuurlieden van rond
vaartboten, buschauffeurs, toiletjuf
frouwen, kappersbedienden, tramcon
ducteurs en noem ze verder maar alle
maal °p.
Laat ze gerust maar kwaad kijken,
en als ze helemaal niet op zij wensen te
gaan; nou. loop ze dan desnoods maar
omver, maar geef deze rotte plek in
onze maatschappij geen voedsel!"
HANS REINDERS,
Geelvinckstraat 92, Castricum
„2IJN fooien noodzakelijk en onver
mijdelijk? Om hier een juist ant
woord op ie geven zal niet meevallen.
Ik denk wel, dat de fooien in de huidi
ge maatschappij onvermijdelijk zijn. Of
ze noodzakelijk zijn, is een tweede
zaak. In restaurants is de fooi al
vastgesteld door middel van een per
centage. En toch zijn er nog velen, die
boven die fooi nog een extraatje ge
ven. Het wordt langzamerhand zo. dat
ze je kwaad aankijken, wanneer je nog
geen extra fooi geeft ook. In vind het
gewoon belachelijk. Het fooienstelsel
behoeft in het algemeen niet zo veel
kwaad in te houden, wanneer het maar
met mate gaat. Als het echter buiten
de perken gaat, vind ik het verderfe
lijk. De man met geld en weinig ener
gie zal meer gedaan kunnen krijgen
dan een energiek iemand met weinig
geld. Het is onbillijk, maar het is nu
eenmaal zo. Een fooitje in de tram of
bus op Zon- en feestdagen vind ik best,
want zelf ben je dan heerlijk vrij, ter
wijl een ander maar moet werken. O
ja nog iets. Je gaat naar de bioscoop
en je zegt „Twee stalles alstublieft".
„Twee stalles juffrouw", zegt dan zo'n
man in een mooi glimmend blauw pak
je. Ik weet het: hij wacht op een fooi,
maar die zal hij van mij nooit krijgen.
Ik ben heus niet krenterig maar ik
denk er niet over, voor zoiets belache
lijks een fooi te geven. Wat denkt zo'n
kerel wel, dat je zelf niet praten kan?
Nu ga je bijvoorbeeld samen eens
een avondje uit. Je denkt bij je zelf:
laat ik het nu niet te duur maken. Je
meent goedkoop uit te zijn, maar dan
zonder fooien, want als die er dan weer
bijkomen, wordt het toch weer duur.
Waarom organiseren ze het niet zo,
dat ze de fooien niet meer verplicht
stellen? Zou dit zo onbillijk zijn? Ik
dacht het niet. Wij willen van ons zak
geld ook wel eens uit, maar het kan
vaak niet. omdat alles zo schreeuwend
duur is door die fooien. Waarom be
taalt de directie van een goede zaak de
leden van het personeel niet meer
en laat de fooien vervallen? Dit zal
helaas wel nooit gebeuren, want de
directie weet maar al te goed, dat het
personeel hier niet mee in zal stem
men, want met die fooien verdienen ze
bergen geld.
Heeft U voor de aardigheid wel eens
op het gezicht van een kellner gelet,
wanneer hij zegt: „Even afrekenen ne
ren", dat is dus f 2.exclusief. Met
een uitgestreken en tot alle spieren ge
spannen gezicht kijkt hij je aan. Met
angstige oogjes ziét hij, hoe je je por-
temonnaie te voorschijn haalt. Geef je
DE VRAAG is ingezonden door CORRY VAN N1MWEGEN,
Tienenwal 17, Alkmaar.
Wat zijn de voordelen en de nadelen om door bemiddeling
van internationale uitwisseling naar bet buitenland te gaan?
Is het verantwoordook voor meisjes?
Brieven uiterlijk Maandagmiddag zenden aan D. L. Daalder,
Komlaan 8, Bergen (N.-H.).
Er zijn welhaast geen mensen denk
baar, die niet in mindere of meerdere
mate met het weer hebben te maken
en vooral ook in het agrarisch bedrijf
vormt het een factor van niet te on
derschatten belang. Het valt dus niet te
verwonderen, dat in de loop der jaren
talloze publicaties over het weer het
licht hebben gezien, wisselend van
streng wetenschappelijk tot populair-
beschouwend. Aan deze lange reeks is
thans onder de titel „Het weer in de
practijk" weer een nieuwe uitgave
(van de N.V. Erven P. Noordhoff te
Groningen) toegevoegd, waarvoor we
wel de bijzondere aandacht vragen. Dit
boekje namelijk, dat is van de hand
van J. J. G. de Jong en dat tot doel
heeft de practische weerkennis te bren
gen voor land- en tuinbouw, is wel
dermate interessant, dat het ook in de
brede kringen buiten deze sector de
volle belangstelling verdient.
Tal van vragen, op het weer be
trekking hebbende, zoals „Wat is een
depressie?" „Wat betekent heiig?",
„Waar te schuilen bij onweer?" en
„Heeft de maan invloed op het weer?"
worden hier op even bevattelijke als
verantwoorde wijze behandeld.
De waarde van deze uitgave, waarin
tevens een kalender is opgenomen, wel
ke aanwijzingen geeft over de werk
zaamheden in elke maand, wordt in
niet geringe mate verhoogd door een
honderdtal foto's en tekeningen, o.a.
van blikseminslag, windhozen, ther
miek en prachtige wolkenpartijen. Dit
illustratieve gedeelte werd op voor
treffelijke wijze verzorgd door de heer
J. H. Pelleboer, assistent van het
KNMI.
Wij gaven dit boekje, dat als no 50
verscheen in de bekende E.L.T.O.-
serie, gaarne een woord van aanbeve
ling mee.
Op het vormingscentrum De Haaf te
Bergen, uitgaande van de Ned. Herv.
Kerk in Noordholland, zal op Zater
dag 24 en Zondag 25 April een weekend
voor verloofden en jonggehuwden wor
den gehouden. Het is de bedoeling, dat
de Zaterdagavond zal worden besteed
aan bezinning op de inrichting van de
woning. Zondagmorgen zullen gespreks
groepen zich bezig houden met de
plaats van het werk van man en
vrouw in het huwelijk. Mevrouw Zee
spreekt Zondagmiddag over Het Ge
zin. Tenslotte is er een sluitingsdienst
over het thema Hoe wordtons leven?
Tussen al deze besprekingen is er
ruimte voor sport en spel en voor een
gezellige Zondagavond, De leiding be
rust bij Wika en mevrouw Groeneveld.
xgaveti. 'aan De Haaf. NSttew.eg 9r
irgeri.
f 2.50 dan straalt z'n gezicht van mate
rieel 'geluk. Geef je f 2.10 dan zie ]e
z'n ogen flikkeren van ingehouden
woede. Zachtjes bevend neemt hij het
geld in ontvangst, Arme man. Vlug
pink ik een traan weg om deze kleine,
arme slaaf van grote fooien".
PIET KAT
DEN HAAG.
92. Toen Piet Pakkum wilde weg
rijden, bemerkte hij, dat zijn ach
terband leeg stond. Verbaasd krabde
hij zich in het haar. „Misschien ge
beurd, toen ik tegen die wagen met
stro opreed", dacht hij. Hij zag ook,
dat het ventiel helemaal verdwenen
was, maar vond het even later terug
op het pad naast het huis. „Heel
merkwaardig", zei de brigadier,
maar omdat er niets anders op zat,
nam hij de pomp van zijn fiets en
begon de band weer op te pompen.
De zak met de honderd rijksdaal
ders zette hij naast zich op de tegels.
En op dat moment had Billie in
spanning gewacht. Een lichte bewe.
ging van blaadjes in de heg. En
daar verscheen een geldzak. Precies
zo'n geldzak als er op de tegel stond.
Het enige verschil bestond hierin,
dat de geldzak van Billie gevuld
was met stenen. Voorzichtig schoof
hij de geldzak tussen de bladeren
door. Ze hing aan een stok met een
haakje er aan.... Brigadier Piet
Pakkum pompte onverdroten ver.
der. Tenslotte was de achterband
weer hard!
J^ET ZOMERtVERK van het Ned.
Herv. Vormingscentrum De Haaf
te Bergen heeft naar het zich laat
aanzien zijn vorm gevonden. We ont
vingen althans een folder, waarin een
reeks gaslendagen, „weken" en week
ends wordt opgpsomd, waaronder we
verschillende vinden, die al eerder zijn
gehouden en die dus in de smaak zijn
gevallen. Steeds wordt er naar ge
streefd, een zo groot mogelijke ruimte
te laten voor eigen activiteit van de
gasten. Nieuw is wel, dat er gesloten
groepen van elders uit het land enige
tijd op de Haaf zullen komen door
brengen. Drie van dergelijke weken
zijn reeds in het programma opgeno
men.
Begonnen wordt met een groep
Pinkstergastendagen van 5 tot 8 Juni.
Hierop sluit aan een vierdaagse cur
sus onder leiding van rnr d£ J. Dik-
boom uit Alkmaar, onder de titel „Wij
zijn niet zo jong meer". Van 14 tot 19
Juni komt er een groep huisvrouwen
uit Rotterdam, van 21 tot 26 Juni een
dergelijke groep uit Leeuwarden. Daar
tussen in vinden we dan nog een week
end- aangekondigd, onder de titel Mu
ziek in ons levieri. waarin -onder leiding
van Wika M. J. Groeneveld enkele wcr
ken uit de muziekliterratuur worden
besproken.
„Ontdek Noordholland" is denaam
van een zesdaagse samenzijn onder lei
ding van Wika Groeneveld en ds C.
Petri, waarin de deelnemers door ons
gewest zullen zwerven, bossen, duinen,
polderland zullen doorkruisen en oude
stadjes en historische plaatsen zullen
zien. De grote veertiendaagse trip naar
Frankri.ik in Juli kondigden wij reeds
eerder aan.
Onderbroken door een vacantieweek
van een groep personeelsleden van Ten
Kate te Almelo begint dan een reeks
vacantiedagen. Van 17 tot 24 Juli is
er een onder leiding van Wika Groene
veld, dan volgen er nog van 1 tot 7
en van 7 tot 14 Augustus. Van 14 tot
21 Augustus is er een week onder de
titel „De Open Deur". Negen dagen
worden vervolgens besteed aan kerk
en huismuziek onder leiding van de
organist Adriaan C. Schuurman en
Wika Groeneveld. Verder werken mee
Gerard Kremer en Kantor Meyer uit
Hannover met een groep leerlingen.
Verwacht worden cantores, koorleden
en liefhebbers.
Tenslotte dan nog van 4 tot 11 Sep
tember een vacantieweek voor huls
vrouwen en van 20 tot 25 September
een najaarsgastenweek onder leiding
van ds R. Hensen, te Bovenkarspel.
PAUS ZAL PAASZEGEN GEVEN
Paus Pius de Twaalfde zal op Paas
zondag in de loggia aan de voorkant
van de Sint Pieter verschijnen om de
zegen Urbi et Orbi te geven. Men ver
wacht, dat de Paus, alvorens voor de
menigte te verschijnen, voor de radio
een Paasboodschap zal uitspreken.
VRAAfl
DE JUISTE
SOORT
(Ongecorrigeerd)
3)
Anna had geluk gehad. Door de tus
senkomst van tante Bee had zij een
kleine hut op het A-dek gekregen, die
zij met nog een dame deelde. Onwille
keurig begon zij zich af te vragen, wie
haar reisgenote wel zijn zou.
Op het dék staande, dacht zij er over,
waar haar bagage wel zijn zou; wat
men aan boord van een schip het eerst
deed; hoe men zijn hut vond; kortom,
hoe men zich in deze vreemde en op
windende wereld eigenlijk wel gedroeg.
Opwindend zeer zeker. De vreemde
luchtjes en geluiden, de zeemeeuwen,
die boven haar hoofd rondvlogen, de
scheepsofficieren, de andere passagiers,
het waren allemaal onderdelen van het
vreemde en opwindende van dit avon
tuur.
Anna begon moed te scheppen.
Plotseling voelde zij zich in haar wel
gekozen kleren even chiek en zelf
verzekerd, als die jongeman in die
raglanjas. Haar kastanjebruin haar
glansde onder haar zachtgroene hoed.
Haar nieuwe ruime handtas een duur
afscheidscadeau van tante Barbara,
harmonieerde geheel met haar costuum.
Het cadeau van haar vader had zij
om haar hals een enkelvSudig parel
snoer. Hij moest enkele van zijn aan
delen verkocht hebben, om haar dit te
kunnen geven. Op Anna's verschrikte
prptesten had hij geantwoord. „Je
moeder droeg altijd parels, Anna. Maar
toen moesten zij verkocht worden. Nu
heb ik ze weer teruggekocht. Parels
passen even goed bij jou, als ze dat bij
haar deden".
Hij keek haar met liefdevolle blikken
aan. Toen zij haar armen om zijn hals
geslagen had, had hij brommend ge
zegd:
„Wacht er niet te lang mee, om die
jas van oppossumbont en die wattle-
bloesem te krijgen!"
„Bent u miss Trail?" Er stond een
meisje naast Anna. Een nogal aardig
meisje met een goed gevuld figuur,
blond haar en gewapend met een z.g.
uilcnbril. „Ik ben Joan Grey", ging zij
voort. „Wij delen samen een hut ik
heb het héle dek naar u afgezocht, om
dat ik eenvoudig verging van nieuws
gierigheid om le weten met wie ze mij
opgezadeld hadden!"
„Ja, ik ben Joanna Trail. En ik heb
dezelfde gevoelens gekoesterd, mij af
vragend, hoe u er wel uit zou zien".
„Wel dat valt nogal mee. Ik had ver
wacht, dat ik met een of andere oude
dame opgeknapt zou worden Maar
hebben we even geboft? Ik bedoel, dat
we op het A-dek zitten. Vraag me niet
hoe ik dat voor elkaar gekregen heb,
ik heb eeuwen op mijn passage moeten
wachten. Ik ben getrouwd met een
Australiër en ga nu naar hem toe. Ik
zal hem in Syaney ontmoeten. Ik ver
onderstel, dat u in hetzelfde schuitje
zit". Zij zweeg even en begon toen te
giechelen. „Dat is nogal grappig, hè?"
Anna glimlachte.
„Neen, ik ben niet getrouwd. Ik ga
Uit, naar een familie, waar ik als
moader's hulp...."
„Och, neen toch!" Joan's ogen sperden
zich open achter haar brilleglazen.
„Maar waarom niet?"
„Nou, mij niet gezien! Je weet op die
manier totaal niet, wat je te wachten
staat. Heeft u al eens eerder als moe-
der's hulp gewerkt?"
Neen, dat heb Ik niet", zei Anna.
„Ik was thuis en hielp mijn vader, die
een dokterspractijk uitoefent. Ik ga
..aar vrienden van mijn tante, die drin-
..id hulp nodig hadden. Ik geloof, dat
het wel aardig zal zijn; tenslotte ben
ik al zo lang vader's hulp geweest".
De twee meisjes leuden naast elkaar
over de railing en Joan begon hartelijk
te lachen.
„Ik kan niet zeggen, dat ik het ooit
uit die gezic' tshoek bekeken heb", zei
zij. „En dus ben ik nu al die duizenden
mijlen onderweg, om een hulp voor
een echtgenoot te worden". Zij gie
chelde weer even, „Ik hoop dat het u
bevallen zal", voegde zij er een beetje
twijfelend aan toe. „Laten we naar be
neden gaan en onze hut eens bekijken,
hè? We kunnen beter bij elkaar blij
ven. Het is prettiger, weet u, om op
een lange reis gezelschap te hebben".
Anna, wie Joan's vriendelijke ge
zichtje wel aanstond, stemde toe. Zij
gingen naar beneden en werden door
een steward naar hun hut verwezen.
Die was klein en fris. De bedden
want ze zagen er als bedden uit, al
waren ze dan ook in de vloer vast
geschroefd stonden tegenover elkaar
Alles kastjes, waskom, hangkast
was op de meest hardi.'e manier weg
gewerkt.
„Geen wonder", zei Joan, „zeelui zijn
uiterst punctueel. Mijn vader was zee
man en moeder zei altijd, dat hij meer
hulp voor haar was, dan een van ons
meisjes."
Zij bleef doorbabbelen terwijl zij
hun bagage uitpakten en hun koffers
onder de bedden schoven.
„Dat is een mooi mantelpakje, dat u
daar draagt", zei ze. „Ik heb niet de
moeite genomen om kleren te kopen.
Om maar één ding te noemen, het is
nu koud, maar het zal wax-m zijn, als
we daar aankomen hun seizoenen
zijn tegenovergesteld aan de onze".
„Zult u uw familie niet missen?"
vroeg zij toen zij zich weer gereed
maakten om voor de lunch aan dek te
gaan. „Ik bedoel, het is nu niét zo,
dat u naar uw man gaat. Ik heb het
vooruitzicht van een tweede huwelijks
reis maar u gaat bordenwassen en
de hemel weet, wat nog meer!"
Anna lachte.
„EexTijk gezegd, kijk ik gr heel an
ders tegenaan. Ik zal tot de familie
behoren en hun leven delen en alles
doen, wat er gedaan moet worden en
dat kén doen. Net zoals ik thuis ook
altijd gedaan heb. Maar het zal even
goed een avontuur zijn ik zie er
van mijn kant even verlangend naar
uit. als u naar uw toekomst!"
„Wel, als u het niet uit kan houden,
dan denk ik wel, dat Bill en ik u zou
den kunnen herbergen. Bill zou u best
bevallen hij had voor de orlog een
kapperszaak en daardoor is hij er aan
gewend geraakt, om goed met mensen
om te springen. Help me onthouden,
dat ik u mijn adres geef!"
Anna bedankte haar voor haar wel
willendheid.
„En laten we nu een rondje over het
dek maken, om eetlust op te doen voor
de luch".
Maar de 1 1 stak hier een „.okje voor
Een beetje verlegen gingen de twee
meisjes naar de eetzaal voor de lunch
en kwamen tot de conclusie, dat zij
een tafeltje voor hun bëiden hadden.
tWordt vervolgd)
PASSIEMUZIEK. Op de avond
van Goede Vrijdag worden twee
werken uitgezonden, waaraan
over het algemeen niet zoveel
aandacht wordt besteed. Zo is
er van de Duitser Heinrich Schütz,
een componist die precies een
eeuw vroeger leefde dan Bach
en voor de muziek in de Lutherse
kerk zeker niet minder belangrijk
is geweest, een werkje uitgezon
den, getiteld „Die Sieben Wortte
unsers lieben Erlösers und See-
ligmachers Jesu Christi so Er am
Stamm des Heiligen Creutzesge-
sprochen" de zeven kruiswoor
den dus uit de verschillende
evangeliën bijeen gezocht en op
muziek gezet. Ondanks het feit,
dat er een vrij ver doorgevoerde
verdeling van taken voor ver
schillende stemmen valt op te
merken het werk is geschre
ven voor enige solostemmen, ge
mengd koor en strijkers doet
het geheel toch vrij stroef en
primitief aan. (Vrijdag 22.10 over
Hilversum II, 298 m). Van Bach
kan men de Johannes-Passion
horen, het op muziek gezette lij
densverhaal naar het evangelie
van Johannes dus. Het werk is
misschien minder groots en Om
vangrijk dan de overvloedig uit
gevoerde Matthduspassion, maar
in betekenis stellig niet geringer
Het zal dan ook wel een eeuwig
raadsel blijven, Waarom dit werk
zo zelden te beluisteren valt.
(Vrijdag 20,30 over Hilversum I,
402 meter).
VRIJDAG 16 APRIL 1954
HILVERSUM I 402 m. 7.00—24.00 NCRV
NCRV: 7.00 Nws. 7.13 Gram. 7.30
Idem. 7.45 Een woord voor de dag. 8,00
Nws. en weerber. 8.15 Gram. 8.30 Tot
Uw dienst, caus. 8.35 Gram. 9.00 Voor de
zieken. 9.30 Voor de vrouw.. 9.35 water-
st. 9.40 Gram. 10.30 Passiedienst. 11.45
Gram. 12.00 Kamerork., vocaal kwartet
en sol. 12.30 Land. en tuinb. meded. 12.33
Gevar. muz. 12.59 Klokgelui. 13.00 Nws.
13.15 Koorzang. 13.35 Gram. 14.00 Voor
de jeugd. 14.30 Gram. 15.15 Voordr. 15.45
Gram, 16.00 „Het kweken van middel-
grootbloemige Chrysanten", caus. 16.15
Vocaal ens. en solisten. 16.50 Gram. 17.00
Jeugdkoor. 17.15 Gram. 17.45 Fries pro-
gr. 18.00 Jarmonle-ork. 18.20 Lichte muz.
18.45 Gram. 18.50 Nieuws en weerber.
19.00 Ned. Herv. Kerkdienst. 20.30 „Ka
merork., voc. en instr, koor en sol 23.00
Nws. en SOS-ber. 23.15 Nat. Schaakkamp.
23.20—24.00 Gram.
HILVERSUM II 298 m. 7.00 VARA.
10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00 AVRO.
16.00 VARA. 19.30 VPRO. 21.00 VARA.
22.40 VPRO. 23.00—24.0'0 VRA. VARA:
7.00 Nws. 7.10 Gram 7.15 Gym. 7.30
Gram. 8.00 Nws. 8.18 Gram. 8.45 Voor de
huisvr. 9.00 Gym. v. d. vrouw. 9.10
Gram. VPRO: 10.00 „Kinderen en mep*
sen", caus, 10.05 Morgenwijding. VARAi
10.20 Gram. 10.30 Voor de kleuters. 10.5#
Orgel en sopr. 11.20 Voordr. 11.40 Viola
da gamba en clavecimbel, AVRO: 12.00
Orgel, viool en alt. 12.30 Land- en tuinb.
meded. 12.33 Sport en prognose. 12.48
C-ram. 13.00 Nws. 13.15 Meded. of gram.
13.20 Promenade-ork. 14.00 Voor de
vrouw. 14.20 Orgelconc. 14.50 „Eenheid
door en rondom de Gekruisigde", caus.
15.05 Strijkkwart. 15.40 Gram. 16.00
Gram. 16.30 Muzikale caus. 17.10 Voor
de jeugd. 17.40 Orgelspel. 18.00 Nws.
18.15 Verz. progr, 18.45 „De haverkist",
hoorsp. 19.00 Voor de jeugd. 19.10 Zang
en gitaar. VRO: 19.50 Avondmaalsdienst
20.40 Kamerkoor. 20.50 Nws. VARA:
21.00 Radio Philharmonisch ork. en so
list. 21.55 Buitenl, weekoverz. 22.10 Dtib-
belkwart. en sol, VPRO: 22.40 „Van
daag", caus. 22.45 Avondwijding. VARA:
23.00, Nws. 23.15—24.00 Gram.
TELEVISIE.
KRO.: 20.15 Progr over Amsterdam'
20.45 Weerber. 20.48 Religieuze beeld
houwkunst. 21.00 Kruiswegmeditaties.
Het Langcdijker Cabaretgeze
zaal van café Tom de leden van
Christelijke Bouwbedrijfsbond
ches en de operamelodieën, di
gramma vormen. Er was alle r
de afdeling vierde baar veertig
grole figuur van de afdeling de
tot aan 1917 het voorzitterseha
voorzitter is, speciaal naar vore;
Hem werd namens het bondsbesl
een vulpen met inscriptie aangebo
waarna zijn opvolger, de heer J. H.
zes, die van 1947 tot 1951 de afde
leidde, namens het districtsbestuur
asbak met het embleem van het 1
overhandigde. Het woord werd ve:
nog gevoerd door de bondssecret;
de heer Bakker, en de voorzitter va
Chr. Besturenbond in Alkmaar, de 1
A. C. Wallast. Na dit officiële gede
betraden de Langedijkers hef to
met hun cabaretprogramma. Ook
Christelijke bouwbedrijfsbond heef
de beginperiode zeer moeizame ji
doorgemaakt. Toen was het nog zo,
de plaatselijke afdeling alles wat
voorviel had te regelen, nu gebeurt
door het hoofdbestuur en kunnen g
menlijke acties landelijk worden on
nomen. De jaren vlak vóór de oo
toen de afdeling Alkmaar een ei
werklozenverzekering had en een ei
kas beheerde, waaruit de arbeiders
zonder werk kwamen konden trek]
brachten tal van nieuwe leden, tr
toen de bezetter de organisatie verb
en de band tussen de leden kwam
vervallen, moest van voren af aan v
De vier beroemde geneesmiddel
in één labiet Chefarine „4" werk
beier dan één middel afzonderli
Na een enkel tabletje bij pijn
griep - voelt U zich een ander men
4in1t loet wonderen
(Advertentie, Ing. Med
Plaatsing van deze stukken betek
met, dat de redactie met de tnn<
instemt, ztj acht kennisneming en
echter van algemeen belang en
ziet ze gaarne zoveel mogelijk r
volle naam ondertekend.
Geachte Redactie,
In de courant van Maandag heb
het verslag gelezen van de commii
„Alkmaar 700 jaar stad", waarin
comité zich beklaagt over het pe:
misme van de buurtverenigingen i
het feest onzer stad aangaat.
Ik ben één van deze pessimist
maar dat hebben ze van mij gema.
„Hoe?" zult u vragen. Zoals de A
maarders wel weten is het Hofpl
altijd het middelpunt van de stad
i weest op de feestviering van 7 er
October, en dat al meer dan 30 jó
1 Maar nu het om het 700-jarig best:
|aat' °en feest dat drie weken dui
bestaat de vereniging Hofplein ine:
niet meer, want de burgemeester,
commissaris en de verkeersinspec
kunnen het plein niet missen als p
keerterrein (voor hoogstens 30 tot
wagens). En dat in het middelpt
van de stad het oudste plein! W;
wordt dan het feest wel gehouden?
wat moeten wij nu doen? Ik zelf w
net. wel: Geef 'de buurtvereniging H
Plein zijn plein. Dan wordt ik w<
een optimist en komen wij met i
goeds.
Met dank voor plaatsing, teken ik
DE PESSIMI
(Naam en adres van de Inzender z
ons bekend. Red.)
Geachte Redactie,
Mr D. Zijlstra alias Eric van c
hteen, oud-administrateur van de a
Noordholland van de KNVB en sed
enkele jaren redacteur „Onderwi
van „Het Parool", is ook ongetwijfi
een goed auteur, hoewel de mening
daarover uiteen lopen.
Of hij echter de meest aangewen
persoon is, om de tekst van het Fo
boek te vervaardigen, is echter e
geheel andere kwestie.
Het is niet duidelijk waarom Al
hiaarse schrijvers debekwaamhi
zouden missen.
Men moet niet vergeten, dat de 1
mende feestelijkheden allereerst vc
en door de Alkmaarse burgerij dien
te woi-den georganiseerd. Indien da:
bij al te zeer (zoals o.a. uit het inj
zonden stuk van de heer T. Bonsei
bleek) ook nog de belangen van Al
maarse ingezetenen worden verwa:
loosd, zou het opschrift in Uw cc
rant van Maandag j.I. „Leeft Alkmt
700 jaar stad niet in de harten van
Alkmaarders" op de duur wel eens n:
een ontstellend „ja" kunnen word
beantwoord.
Laat Alkmaars feest ook waarl:
een Alkmaars feest blijven en de bi
gerij in al haar geledingen daar zovi
mogelijk in worden betrokken
ALKMAARD!
(Naam en adres van inzender z
bij de redactie bekend.)
L