Het fooienstelsel is ongewenst maar onvermijdelijk WACHT Mij Het VBLPON zie je er geen barst van! Zomerprogramma van De Haaf met vele mogelijkheden Chr. Bouwlx pionier in Een onoplosbaar probleem r Viervoudige werkin Lezers sprekei Toon dankbaarheid Schuld van publiek Taak van overheid Noodzakelijk kwaad Geen fooien Ongewenst, maar,, En nu de volgende kwestie BOEKEN BULLETIN Het weer in de practijk GEESTELIJK LEVEN Verloof den weekend op De Haaf te Bergen Pim, Pam Pom en de graafmachine Veel oude bekenden OP door SYLVIA SARK Luister eens naar: Radioprogramma Veertig jaar van organisatie Pessimisme Het Fotoboek DONDERDAG 15 APRIL 1954 HET IS tie leden van de vergeten categorie al schrijvende duidelijk ge- u-orden, dat het fooienstelsel samenhangt met ons economisch systeem en daarom het probleem op zichzelf vrijivel onoplosbaar is. Onder de vele inzenders is er maar één, die de handschoen opneemt voor deze gratificatie: ze heeft als loopmeisje met een al te klein salaris de vreugde ervaren van een goedgemeende gift, die bedoeld was als erken ning van haar verdienstelijke' arbeid. De anderen zijn principieel tegen het geven van fooien, al zijn er maar een paar, die dat in de practijk consequent toepassen; de meesten zien liet als een noodzakelijk kwaad: een kuoad, omdat het de menselijke verhouding van gever en ontvan ger schaadt, noodzakelijk, omdat in de lonen van bepaalde categorieën de fooi als onmisbare aanvulling is gecalculeerd. Enkelen redeneren; deze calculatie is ongeoorloofd, liet loon moet door de werkgever wor den verhoogd: maar zij ontdekken, dat dit aanleiding wordt tot prijs- stijging, waardoor we toch iveer geplaatst worden voor het vraagstuk van lonen en prijzen en daardoor voor het. probleem van vrijheid of overheidsbemoeiing, één van de politieke strijdpunten uit onze dagen. eerste krijgt de verdedigster het woord: „Mijn antwoorc. is wel zeer kort, maar wie het kleinste niet eert, is het grote niet weerd. Ik vind het fooien- stelsel iets goeds. Ik neem een voor beeld bij mij zelf. Ik moest altijd pak jes wegbrengen en geld ontvangen. Nu, ik moet eerlijk zeggen, ik was blij als een klant zei: „A.u.b., dit is voor jou", Nu bert je in een cafetaria; er komt een kellner naar je toe en vraagt beleefd, waar hij je mee van dienst kan zijn. Hij komt met het ge vraagde en rekent af. Nu moet U het gezicht eens zien van de kellner! Met een dankbaar gebaar verlaat hij uw zitplaats. Ik vind het fooienstelscl niet altijd geschikt bij kleine bedragen. Maar ik heb altijd gedacht: als een me vrouw o. meneer je een fooitje gaf. dat het uit dankbaarheid voor hot bren gen of bezorgen gegeven Werd. Of an ders: ..Nu ja, de rest is de moeite niet, laat maar zitten". Ik neem ook nog als voorbeeld een conductrice in de bus. Die is dankbaar, als je haar een fooitje geeft. Nu, ik zal zeggen: ga door met fooien ge-ven, veeg het fooien geven niet van de kaart, betoon je dankbaar- beid." L„ 19 jaar. Den Helder. Hierop volgen verscheidene stemmen van principiële en aarzelende bestrij ders. „pOOIENSTÊLSEL waarom, iets, dat het publiek heeft ingesteld, vrijwillig, zo te hekelen? Een om koek jes bedelende hond is te vergelijken met een kellner, portier of kappers bediende; het is hun eenmaal geleerd en ze leren het niet meer af. Doch meen nu niet, dat ik de kellners, etc. aanval, néé, in het publiek schuilt'do' wortel van het kwaad. Het salaris van deze mensen is hierop gebaseerd en het uprloon van een veelal 12 uur per dag werkende kellner ligt niet hoger dan dat van een werkman; zijn beroeps kosten bijn vendien veel hoger, keu rige verschijning, kleding („ieder jaar een pak van f 300," zei een kellner tegen me), bovendien wordt zijn loon „rechtgetrokken" (zg. gemiddelde) en dan nog de morele kant, de hand open te moeten houden, als U voelt wat ik bedoel. Och, indien het publiek voor f 0.46 kotfie (inclusief 15%) nog eens 4 of 14 of zelfs meer cent legt, daar dat publiek geïmponeerd is door de vrien delijke kellner en de omgeving en royaal wil doen (kellners kennen deze mensen zeer goed, hun op jarenlange ervaring rustende bedrijfspsychologie leert ze dat), jJ^dan is het hek van de dam. En, vraagt de kellner om die „overtip", hij geeft U slechts service en zijn vak eist een correcte en beleefde behand'ling van „koning klant". Heus. hoewel de kellners (etc.) vooreeii mijnheer, die royale fooien geeft, logi scherwijze harder lopen, zij glimlachen fijntjes om deze heer en om zijn stum perigheid, „dik te willen doen". Ook de kellners zeggen, net zo als de ver geten categorie, maar dan om andere redenen, (en omdat ik zelf ook wel eens met dergelijke „fooienbijltjes" heb gehakt begrijp ik 't des te meer): fooienstelsel afschaffen, geheel en ra dicaal, de lonen nivelleren en ook een 8-urige werkdag, een portier van een exclusieve nachttent in A'dam, die f 1000,— per maand aan zijn patroon toe geeft (historisch) natuurlijk niet meegerekend. En eerlijk is eerlijk ook de V.C.-schrijvers, de zg. vaste medewerkers, zijn vaak niet van kellnerspolitiek verschoond, met een buiging voor U, mijnheer Daalder en ih de hoop van een postwissel (foei!)". A. BEEK, Heerenweg 46, Schoorl. „HOEVEEL is dat?" „Twee gulden, zeventig, meneer, in clusief", antwoordt de keurig geklede man, die men ober of kellner pleegt te noemen. Het klinkt erg beleefd en we zijn er helemaal aan gewend, maar is het in de gvond van de zaak niet onbeschoft om meer geld te vragen, dan waar men recht op heeft? Stel je voor, dat ik er gens op kantoor ben, dat men mij we kelijks beloont met f 25.— en dat ik dan 's Zaterdags ijskoud om f 27.50 vraag „inclusief". Ja, maar jij hebt je accoord verklaard met een loon van f 25.— en die kellner verdient veel te weinig". Juist daar hebben we het: ieder die gewend is fooien te ontvan gen verdient te weinig. Wie is daar de bet aan? Het lijkt me nogal voor de hand liggend, dat de schuld bij de pa troon te zoeken en te vinden is. Dus moet ook de patroon dit tekort aanzui veren. Maar als daardoor zijn verdien sten te veel dalen? Dan moet hij dood eenvoudig zijn prijzen verhogen met 10 of 12Va°/o, met het bedrag van de fooi dus. Vermoedelijk zal dit niet gaan, zonder dat de regering er zich mée moet bemoeien. Hier ligt dan ook een taak voor de overheid om een stel sel, dat gegrond is op misplaatste mens lievendheid en dat een bepaalde cate gorie mensen noodzaakt tot het aanne men van „aalmoezen" omdat ouder wetse woord maar eens te gebruiken, door een afdoende regeling de wereld uit te helpen. Ik weet wel, dat er men sen zijn,_ die op fooien azen, maar dat neemt niet weg, dat het toch eigenlijk minderwaardig is, geld aan te nemen, ciat men strikt genomen niet verdiend heeft. Laten we daarom beginnen met overal, waar de fooien „exclusief" zijn, met deze gewoonte te breken". JACOB BALDER, 17 jr. R.H.B.S. Klasse B V, Bovenweg 24, St. Pancras. £)E eerste gedachte, die in mij op kwam, toen ik dit onderwerp las, was: Natuurlijk ben ik er tegen. Waarom? zult u vragen. Wel, omdat ik het misselijk vind iemand een fooi te geven. Als je iemand een fooi geeft, heb je het gevoel, dat hij geen mede mens van je is. Als je hem een fooi geeft, weet je nooit, of hij daardoor beledigd wordt of niet! En als je hem geen fooi geeft, heb je het gevoel, dat hij. denkt: Wat een krenterige vent is dat! Maar hoe langer ik er over denk, des te meer zie ik daar (afschaffing van het fooienstelsel) het onmogelijke Van in. Het fooienstelsel komt nergens t'er wereld zo gecompliceerd voor als in Nederland. Laatst las ik in een tijd schrift, dat alle buitenlanders, die ons land bezochten, wel vol lof waren over ons land, maar klaagden over het fooien-geven. Ik vind dat dit toch wel iets zegt. Ik vraag mij af: Is dit fooienstelsel nu werkelijk zo nodig, dat iemand (b.v. een kellner) niet van zijn loon kan leven zonder de fooien, die hij ontvangt? Ik zou zeggen: Schaf het fbèiënstelsel t'af ep laat de werkgever, méér loon geéën!" ïitaar hierdoor stui ten we alweer op een grote moeilijk heid jen Wei; Waar moet de werkgever dit vandaan halen? Moet hij de prijzen verhogen of meer schulden maken? Onmogelijk. Als we alles bij elkaar nemen, zien we wel, dat we niet buiten het fooien-geven kunnen. Maar waarom dan niet 'één systeem ingevoerd, dat afdoende werkt, dat geen reden tot klagen geeft en dat iedereen kan be grijpen! Uit het voorgaande blijkt, dat ik tegen het fpoien-systeem ben. Maar ik zie geen mogelijkheid om hier van af te komen! ARIE VISSER, Oude Haven 48. Oostburg. 15 jaar. Kon. Wilhelm Lyceum „2EER tot onze schande moeten wij toegeven, dat in ons land het fooien- stelsel een omvang heeft aangenomen, die in vele opzichten begint te gelijken op een verkapte vorm van bedelarij. We kunnen gerust zeggen, dat vrijwel overal waar we ons begeven, iemand gereed staat om onze goede gaven in ontvangst te nemen. Mij persoonlijk geven deze gevallen altijd een onbe haaglijke indruk, terwijl ik er zeker van ben, dat dit alles zeker geen recla me is voor ons land. Dat men in bepaalde gevallen bedie- ningsgeld e.d. in rekening brengt, kan ik begrijpen, maar dat men het boven dien nog waagt, zijn hand op te hou den voor een fooi, vind ik betreurens waardig. Het is onnodig hierover lang te spre ken. Wij kunnen ons eraan ergeren; ws kunnen ook net doen of we gek zijn. Mijn mening is, dat ik, wanneer ik voor iets betaald heb, niemand verder een cent schuldig ben. Daarom is er geen haar op mijn hoofd, die er over denkt, daarnaast nog eens met kwisti ge hand fooien uit te delen aan bios coopportiers. stuurlieden van rond vaartboten, buschauffeurs, toiletjuf frouwen, kappersbedienden, tramcon ducteurs en noem ze verder maar alle maal °p. Laat ze gerust maar kwaad kijken, en als ze helemaal niet op zij wensen te gaan; nou. loop ze dan desnoods maar omver, maar geef deze rotte plek in onze maatschappij geen voedsel!" HANS REINDERS, Geelvinckstraat 92, Castricum „2IJN fooien noodzakelijk en onver mijdelijk? Om hier een juist ant woord op ie geven zal niet meevallen. Ik denk wel, dat de fooien in de huidi ge maatschappij onvermijdelijk zijn. Of ze noodzakelijk zijn, is een tweede zaak. In restaurants is de fooi al vastgesteld door middel van een per centage. En toch zijn er nog velen, die boven die fooi nog een extraatje ge ven. Het wordt langzamerhand zo. dat ze je kwaad aankijken, wanneer je nog geen extra fooi geeft ook. In vind het gewoon belachelijk. Het fooienstelsel behoeft in het algemeen niet zo veel kwaad in te houden, wanneer het maar met mate gaat. Als het echter buiten de perken gaat, vind ik het verderfe lijk. De man met geld en weinig ener gie zal meer gedaan kunnen krijgen dan een energiek iemand met weinig geld. Het is onbillijk, maar het is nu eenmaal zo. Een fooitje in de tram of bus op Zon- en feestdagen vind ik best, want zelf ben je dan heerlijk vrij, ter wijl een ander maar moet werken. O ja nog iets. Je gaat naar de bioscoop en je zegt „Twee stalles alstublieft". „Twee stalles juffrouw", zegt dan zo'n man in een mooi glimmend blauw pak je. Ik weet het: hij wacht op een fooi, maar die zal hij van mij nooit krijgen. Ik ben heus niet krenterig maar ik denk er niet over, voor zoiets belache lijks een fooi te geven. Wat denkt zo'n kerel wel, dat je zelf niet praten kan? Nu ga je bijvoorbeeld samen eens een avondje uit. Je denkt bij je zelf: laat ik het nu niet te duur maken. Je meent goedkoop uit te zijn, maar dan zonder fooien, want als die er dan weer bijkomen, wordt het toch weer duur. Waarom organiseren ze het niet zo, dat ze de fooien niet meer verplicht stellen? Zou dit zo onbillijk zijn? Ik dacht het niet. Wij willen van ons zak geld ook wel eens uit, maar het kan vaak niet. omdat alles zo schreeuwend duur is door die fooien. Waarom be taalt de directie van een goede zaak de leden van het personeel niet meer en laat de fooien vervallen? Dit zal helaas wel nooit gebeuren, want de directie weet maar al te goed, dat het personeel hier niet mee in zal stem men, want met die fooien verdienen ze bergen geld. Heeft U voor de aardigheid wel eens op het gezicht van een kellner gelet, wanneer hij zegt: „Even afrekenen ne ren", dat is dus f 2.exclusief. Met een uitgestreken en tot alle spieren ge spannen gezicht kijkt hij je aan. Met angstige oogjes ziét hij, hoe je je por- temonnaie te voorschijn haalt. Geef je DE VRAAG is ingezonden door CORRY VAN N1MWEGEN, Tienenwal 17, Alkmaar. Wat zijn de voordelen en de nadelen om door bemiddeling van internationale uitwisseling naar bet buitenland te gaan? Is het verantwoordook voor meisjes? Brieven uiterlijk Maandagmiddag zenden aan D. L. Daalder, Komlaan 8, Bergen (N.-H.). Er zijn welhaast geen mensen denk baar, die niet in mindere of meerdere mate met het weer hebben te maken en vooral ook in het agrarisch bedrijf vormt het een factor van niet te on derschatten belang. Het valt dus niet te verwonderen, dat in de loop der jaren talloze publicaties over het weer het licht hebben gezien, wisselend van streng wetenschappelijk tot populair- beschouwend. Aan deze lange reeks is thans onder de titel „Het weer in de practijk" weer een nieuwe uitgave (van de N.V. Erven P. Noordhoff te Groningen) toegevoegd, waarvoor we wel de bijzondere aandacht vragen. Dit boekje namelijk, dat is van de hand van J. J. G. de Jong en dat tot doel heeft de practische weerkennis te bren gen voor land- en tuinbouw, is wel dermate interessant, dat het ook in de brede kringen buiten deze sector de volle belangstelling verdient. Tal van vragen, op het weer be trekking hebbende, zoals „Wat is een depressie?" „Wat betekent heiig?", „Waar te schuilen bij onweer?" en „Heeft de maan invloed op het weer?" worden hier op even bevattelijke als verantwoorde wijze behandeld. De waarde van deze uitgave, waarin tevens een kalender is opgenomen, wel ke aanwijzingen geeft over de werk zaamheden in elke maand, wordt in niet geringe mate verhoogd door een honderdtal foto's en tekeningen, o.a. van blikseminslag, windhozen, ther miek en prachtige wolkenpartijen. Dit illustratieve gedeelte werd op voor treffelijke wijze verzorgd door de heer J. H. Pelleboer, assistent van het KNMI. Wij gaven dit boekje, dat als no 50 verscheen in de bekende E.L.T.O.- serie, gaarne een woord van aanbeve ling mee. Op het vormingscentrum De Haaf te Bergen, uitgaande van de Ned. Herv. Kerk in Noordholland, zal op Zater dag 24 en Zondag 25 April een weekend voor verloofden en jonggehuwden wor den gehouden. Het is de bedoeling, dat de Zaterdagavond zal worden besteed aan bezinning op de inrichting van de woning. Zondagmorgen zullen gespreks groepen zich bezig houden met de plaats van het werk van man en vrouw in het huwelijk. Mevrouw Zee spreekt Zondagmiddag over Het Ge zin. Tenslotte is er een sluitingsdienst over het thema Hoe wordtons leven? Tussen al deze besprekingen is er ruimte voor sport en spel en voor een gezellige Zondagavond, De leiding be rust bij Wika en mevrouw Groeneveld. xgaveti. 'aan De Haaf. NSttew.eg 9r irgeri. f 2.50 dan straalt z'n gezicht van mate rieel 'geluk. Geef je f 2.10 dan zie ]e z'n ogen flikkeren van ingehouden woede. Zachtjes bevend neemt hij het geld in ontvangst, Arme man. Vlug pink ik een traan weg om deze kleine, arme slaaf van grote fooien". PIET KAT DEN HAAG. 92. Toen Piet Pakkum wilde weg rijden, bemerkte hij, dat zijn ach terband leeg stond. Verbaasd krabde hij zich in het haar. „Misschien ge beurd, toen ik tegen die wagen met stro opreed", dacht hij. Hij zag ook, dat het ventiel helemaal verdwenen was, maar vond het even later terug op het pad naast het huis. „Heel merkwaardig", zei de brigadier, maar omdat er niets anders op zat, nam hij de pomp van zijn fiets en begon de band weer op te pompen. De zak met de honderd rijksdaal ders zette hij naast zich op de tegels. En op dat moment had Billie in spanning gewacht. Een lichte bewe. ging van blaadjes in de heg. En daar verscheen een geldzak. Precies zo'n geldzak als er op de tegel stond. Het enige verschil bestond hierin, dat de geldzak van Billie gevuld was met stenen. Voorzichtig schoof hij de geldzak tussen de bladeren door. Ze hing aan een stok met een haakje er aan.... Brigadier Piet Pakkum pompte onverdroten ver. der. Tenslotte was de achterband weer hard! J^ET ZOMERtVERK van het Ned. Herv. Vormingscentrum De Haaf te Bergen heeft naar het zich laat aanzien zijn vorm gevonden. We ont vingen althans een folder, waarin een reeks gaslendagen, „weken" en week ends wordt opgpsomd, waaronder we verschillende vinden, die al eerder zijn gehouden en die dus in de smaak zijn gevallen. Steeds wordt er naar ge streefd, een zo groot mogelijke ruimte te laten voor eigen activiteit van de gasten. Nieuw is wel, dat er gesloten groepen van elders uit het land enige tijd op de Haaf zullen komen door brengen. Drie van dergelijke weken zijn reeds in het programma opgeno men. Begonnen wordt met een groep Pinkstergastendagen van 5 tot 8 Juni. Hierop sluit aan een vierdaagse cur sus onder leiding van rnr d£ J. Dik- boom uit Alkmaar, onder de titel „Wij zijn niet zo jong meer". Van 14 tot 19 Juni komt er een groep huisvrouwen uit Rotterdam, van 21 tot 26 Juni een dergelijke groep uit Leeuwarden. Daar tussen in vinden we dan nog een week end- aangekondigd, onder de titel Mu ziek in ons levieri. waarin -onder leiding van Wika M. J. Groeneveld enkele wcr ken uit de muziekliterratuur worden besproken. „Ontdek Noordholland" is denaam van een zesdaagse samenzijn onder lei ding van Wika Groeneveld en ds C. Petri, waarin de deelnemers door ons gewest zullen zwerven, bossen, duinen, polderland zullen doorkruisen en oude stadjes en historische plaatsen zullen zien. De grote veertiendaagse trip naar Frankri.ik in Juli kondigden wij reeds eerder aan. Onderbroken door een vacantieweek van een groep personeelsleden van Ten Kate te Almelo begint dan een reeks vacantiedagen. Van 17 tot 24 Juli is er een onder leiding van Wika Groene veld, dan volgen er nog van 1 tot 7 en van 7 tot 14 Augustus. Van 14 tot 21 Augustus is er een week onder de titel „De Open Deur". Negen dagen worden vervolgens besteed aan kerk en huismuziek onder leiding van de organist Adriaan C. Schuurman en Wika Groeneveld. Verder werken mee Gerard Kremer en Kantor Meyer uit Hannover met een groep leerlingen. Verwacht worden cantores, koorleden en liefhebbers. Tenslotte dan nog van 4 tot 11 Sep tember een vacantieweek voor huls vrouwen en van 20 tot 25 September een najaarsgastenweek onder leiding van ds R. Hensen, te Bovenkarspel. PAUS ZAL PAASZEGEN GEVEN Paus Pius de Twaalfde zal op Paas zondag in de loggia aan de voorkant van de Sint Pieter verschijnen om de zegen Urbi et Orbi te geven. Men ver wacht, dat de Paus, alvorens voor de menigte te verschijnen, voor de radio een Paasboodschap zal uitspreken. VRAAfl DE JUISTE SOORT (Ongecorrigeerd) 3) Anna had geluk gehad. Door de tus senkomst van tante Bee had zij een kleine hut op het A-dek gekregen, die zij met nog een dame deelde. Onwille keurig begon zij zich af te vragen, wie haar reisgenote wel zijn zou. Op het dék staande, dacht zij er over, waar haar bagage wel zijn zou; wat men aan boord van een schip het eerst deed; hoe men zijn hut vond; kortom, hoe men zich in deze vreemde en op windende wereld eigenlijk wel gedroeg. Opwindend zeer zeker. De vreemde luchtjes en geluiden, de zeemeeuwen, die boven haar hoofd rondvlogen, de scheepsofficieren, de andere passagiers, het waren allemaal onderdelen van het vreemde en opwindende van dit avon tuur. Anna begon moed te scheppen. Plotseling voelde zij zich in haar wel gekozen kleren even chiek en zelf verzekerd, als die jongeman in die raglanjas. Haar kastanjebruin haar glansde onder haar zachtgroene hoed. Haar nieuwe ruime handtas een duur afscheidscadeau van tante Barbara, harmonieerde geheel met haar costuum. Het cadeau van haar vader had zij om haar hals een enkelvSudig parel snoer. Hij moest enkele van zijn aan delen verkocht hebben, om haar dit te kunnen geven. Op Anna's verschrikte prptesten had hij geantwoord. „Je moeder droeg altijd parels, Anna. Maar toen moesten zij verkocht worden. Nu heb ik ze weer teruggekocht. Parels passen even goed bij jou, als ze dat bij haar deden". Hij keek haar met liefdevolle blikken aan. Toen zij haar armen om zijn hals geslagen had, had hij brommend ge zegd: „Wacht er niet te lang mee, om die jas van oppossumbont en die wattle- bloesem te krijgen!" „Bent u miss Trail?" Er stond een meisje naast Anna. Een nogal aardig meisje met een goed gevuld figuur, blond haar en gewapend met een z.g. uilcnbril. „Ik ben Joan Grey", ging zij voort. „Wij delen samen een hut ik heb het héle dek naar u afgezocht, om dat ik eenvoudig verging van nieuws gierigheid om le weten met wie ze mij opgezadeld hadden!" „Ja, ik ben Joanna Trail. En ik heb dezelfde gevoelens gekoesterd, mij af vragend, hoe u er wel uit zou zien". „Wel dat valt nogal mee. Ik had ver wacht, dat ik met een of andere oude dame opgeknapt zou worden Maar hebben we even geboft? Ik bedoel, dat we op het A-dek zitten. Vraag me niet hoe ik dat voor elkaar gekregen heb, ik heb eeuwen op mijn passage moeten wachten. Ik ben getrouwd met een Australiër en ga nu naar hem toe. Ik zal hem in Syaney ontmoeten. Ik ver onderstel, dat u in hetzelfde schuitje zit". Zij zweeg even en begon toen te giechelen. „Dat is nogal grappig, hè?" Anna glimlachte. „Neen, ik ben niet getrouwd. Ik ga Uit, naar een familie, waar ik als moader's hulp...." „Och, neen toch!" Joan's ogen sperden zich open achter haar brilleglazen. „Maar waarom niet?" „Nou, mij niet gezien! Je weet op die manier totaal niet, wat je te wachten staat. Heeft u al eens eerder als moe- der's hulp gewerkt?" Neen, dat heb Ik niet", zei Anna. „Ik was thuis en hielp mijn vader, die een dokterspractijk uitoefent. Ik ga ..aar vrienden van mijn tante, die drin- ..id hulp nodig hadden. Ik geloof, dat het wel aardig zal zijn; tenslotte ben ik al zo lang vader's hulp geweest". De twee meisjes leuden naast elkaar over de railing en Joan begon hartelijk te lachen. „Ik kan niet zeggen, dat ik het ooit uit die gezic' tshoek bekeken heb", zei zij. „En dus ben ik nu al die duizenden mijlen onderweg, om een hulp voor een echtgenoot te worden". Zij gie chelde weer even, „Ik hoop dat het u bevallen zal", voegde zij er een beetje twijfelend aan toe. „Laten we naar be neden gaan en onze hut eens bekijken, hè? We kunnen beter bij elkaar blij ven. Het is prettiger, weet u, om op een lange reis gezelschap te hebben". Anna, wie Joan's vriendelijke ge zichtje wel aanstond, stemde toe. Zij gingen naar beneden en werden door een steward naar hun hut verwezen. Die was klein en fris. De bedden want ze zagen er als bedden uit, al waren ze dan ook in de vloer vast geschroefd stonden tegenover elkaar Alles kastjes, waskom, hangkast was op de meest hardi.'e manier weg gewerkt. „Geen wonder", zei Joan, „zeelui zijn uiterst punctueel. Mijn vader was zee man en moeder zei altijd, dat hij meer hulp voor haar was, dan een van ons meisjes." Zij bleef doorbabbelen terwijl zij hun bagage uitpakten en hun koffers onder de bedden schoven. „Dat is een mooi mantelpakje, dat u daar draagt", zei ze. „Ik heb niet de moeite genomen om kleren te kopen. Om maar één ding te noemen, het is nu koud, maar het zal wax-m zijn, als we daar aankomen hun seizoenen zijn tegenovergesteld aan de onze". „Zult u uw familie niet missen?" vroeg zij toen zij zich weer gereed maakten om voor de lunch aan dek te gaan. „Ik bedoel, het is nu niét zo, dat u naar uw man gaat. Ik heb het vooruitzicht van een tweede huwelijks reis maar u gaat bordenwassen en de hemel weet, wat nog meer!" Anna lachte. „EexTijk gezegd, kijk ik gr heel an ders tegenaan. Ik zal tot de familie behoren en hun leven delen en alles doen, wat er gedaan moet worden en dat kén doen. Net zoals ik thuis ook altijd gedaan heb. Maar het zal even goed een avontuur zijn ik zie er van mijn kant even verlangend naar uit. als u naar uw toekomst!" „Wel, als u het niet uit kan houden, dan denk ik wel, dat Bill en ik u zou den kunnen herbergen. Bill zou u best bevallen hij had voor de orlog een kapperszaak en daardoor is hij er aan gewend geraakt, om goed met mensen om te springen. Help me onthouden, dat ik u mijn adres geef!" Anna bedankte haar voor haar wel willendheid. „En laten we nu een rondje over het dek maken, om eetlust op te doen voor de luch". Maar de 1 1 stak hier een „.okje voor Een beetje verlegen gingen de twee meisjes naar de eetzaal voor de lunch en kwamen tot de conclusie, dat zij een tafeltje voor hun bëiden hadden. tWordt vervolgd) PASSIEMUZIEK. Op de avond van Goede Vrijdag worden twee werken uitgezonden, waaraan over het algemeen niet zoveel aandacht wordt besteed. Zo is er van de Duitser Heinrich Schütz, een componist die precies een eeuw vroeger leefde dan Bach en voor de muziek in de Lutherse kerk zeker niet minder belangrijk is geweest, een werkje uitgezon den, getiteld „Die Sieben Wortte unsers lieben Erlösers und See- ligmachers Jesu Christi so Er am Stamm des Heiligen Creutzesge- sprochen" de zeven kruiswoor den dus uit de verschillende evangeliën bijeen gezocht en op muziek gezet. Ondanks het feit, dat er een vrij ver doorgevoerde verdeling van taken voor ver schillende stemmen valt op te merken het werk is geschre ven voor enige solostemmen, ge mengd koor en strijkers doet het geheel toch vrij stroef en primitief aan. (Vrijdag 22.10 over Hilversum II, 298 m). Van Bach kan men de Johannes-Passion horen, het op muziek gezette lij densverhaal naar het evangelie van Johannes dus. Het werk is misschien minder groots en Om vangrijk dan de overvloedig uit gevoerde Matthduspassion, maar in betekenis stellig niet geringer Het zal dan ook wel een eeuwig raadsel blijven, Waarom dit werk zo zelden te beluisteren valt. (Vrijdag 20,30 over Hilversum I, 402 meter). VRIJDAG 16 APRIL 1954 HILVERSUM I 402 m. 7.00—24.00 NCRV NCRV: 7.00 Nws. 7.13 Gram. 7.30 Idem. 7.45 Een woord voor de dag. 8,00 Nws. en weerber. 8.15 Gram. 8.30 Tot Uw dienst, caus. 8.35 Gram. 9.00 Voor de zieken. 9.30 Voor de vrouw.. 9.35 water- st. 9.40 Gram. 10.30 Passiedienst. 11.45 Gram. 12.00 Kamerork., vocaal kwartet en sol. 12.30 Land. en tuinb. meded. 12.33 Gevar. muz. 12.59 Klokgelui. 13.00 Nws. 13.15 Koorzang. 13.35 Gram. 14.00 Voor de jeugd. 14.30 Gram. 15.15 Voordr. 15.45 Gram, 16.00 „Het kweken van middel- grootbloemige Chrysanten", caus. 16.15 Vocaal ens. en solisten. 16.50 Gram. 17.00 Jeugdkoor. 17.15 Gram. 17.45 Fries pro- gr. 18.00 Jarmonle-ork. 18.20 Lichte muz. 18.45 Gram. 18.50 Nieuws en weerber. 19.00 Ned. Herv. Kerkdienst. 20.30 „Ka merork., voc. en instr, koor en sol 23.00 Nws. en SOS-ber. 23.15 Nat. Schaakkamp. 23.20—24.00 Gram. HILVERSUM II 298 m. 7.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00 AVRO. 16.00 VARA. 19.30 VPRO. 21.00 VARA. 22.40 VPRO. 23.00—24.0'0 VRA. VARA: 7.00 Nws. 7.10 Gram 7.15 Gym. 7.30 Gram. 8.00 Nws. 8.18 Gram. 8.45 Voor de huisvr. 9.00 Gym. v. d. vrouw. 9.10 Gram. VPRO: 10.00 „Kinderen en mep* sen", caus, 10.05 Morgenwijding. VARAi 10.20 Gram. 10.30 Voor de kleuters. 10.5# Orgel en sopr. 11.20 Voordr. 11.40 Viola da gamba en clavecimbel, AVRO: 12.00 Orgel, viool en alt. 12.30 Land- en tuinb. meded. 12.33 Sport en prognose. 12.48 C-ram. 13.00 Nws. 13.15 Meded. of gram. 13.20 Promenade-ork. 14.00 Voor de vrouw. 14.20 Orgelconc. 14.50 „Eenheid door en rondom de Gekruisigde", caus. 15.05 Strijkkwart. 15.40 Gram. 16.00 Gram. 16.30 Muzikale caus. 17.10 Voor de jeugd. 17.40 Orgelspel. 18.00 Nws. 18.15 Verz. progr, 18.45 „De haverkist", hoorsp. 19.00 Voor de jeugd. 19.10 Zang en gitaar. VRO: 19.50 Avondmaalsdienst 20.40 Kamerkoor. 20.50 Nws. VARA: 21.00 Radio Philharmonisch ork. en so list. 21.55 Buitenl, weekoverz. 22.10 Dtib- belkwart. en sol, VPRO: 22.40 „Van daag", caus. 22.45 Avondwijding. VARA: 23.00, Nws. 23.15—24.00 Gram. TELEVISIE. KRO.: 20.15 Progr over Amsterdam' 20.45 Weerber. 20.48 Religieuze beeld houwkunst. 21.00 Kruiswegmeditaties. Het Langcdijker Cabaretgeze zaal van café Tom de leden van Christelijke Bouwbedrijfsbond ches en de operamelodieën, di gramma vormen. Er was alle r de afdeling vierde baar veertig grole figuur van de afdeling de tot aan 1917 het voorzitterseha voorzitter is, speciaal naar vore; Hem werd namens het bondsbesl een vulpen met inscriptie aangebo waarna zijn opvolger, de heer J. H. zes, die van 1947 tot 1951 de afde leidde, namens het districtsbestuur asbak met het embleem van het 1 overhandigde. Het woord werd ve: nog gevoerd door de bondssecret; de heer Bakker, en de voorzitter va Chr. Besturenbond in Alkmaar, de 1 A. C. Wallast. Na dit officiële gede betraden de Langedijkers hef to met hun cabaretprogramma. Ook Christelijke bouwbedrijfsbond heef de beginperiode zeer moeizame ji doorgemaakt. Toen was het nog zo, de plaatselijke afdeling alles wat voorviel had te regelen, nu gebeurt door het hoofdbestuur en kunnen g menlijke acties landelijk worden on nomen. De jaren vlak vóór de oo toen de afdeling Alkmaar een ei werklozenverzekering had en een ei kas beheerde, waaruit de arbeiders zonder werk kwamen konden trek] brachten tal van nieuwe leden, tr toen de bezetter de organisatie verb en de band tussen de leden kwam vervallen, moest van voren af aan v De vier beroemde geneesmiddel in één labiet Chefarine „4" werk beier dan één middel afzonderli Na een enkel tabletje bij pijn griep - voelt U zich een ander men 4in1t loet wonderen (Advertentie, Ing. Med Plaatsing van deze stukken betek met, dat de redactie met de tnn< instemt, ztj acht kennisneming en echter van algemeen belang en ziet ze gaarne zoveel mogelijk r volle naam ondertekend. Geachte Redactie, In de courant van Maandag heb het verslag gelezen van de commii „Alkmaar 700 jaar stad", waarin comité zich beklaagt over het pe: misme van de buurtverenigingen i het feest onzer stad aangaat. Ik ben één van deze pessimist maar dat hebben ze van mij gema. „Hoe?" zult u vragen. Zoals de A maarders wel weten is het Hofpl altijd het middelpunt van de stad i weest op de feestviering van 7 er October, en dat al meer dan 30 jó 1 Maar nu het om het 700-jarig best: |aat' °en feest dat drie weken dui bestaat de vereniging Hofplein ine: niet meer, want de burgemeester, commissaris en de verkeersinspec kunnen het plein niet missen als p keerterrein (voor hoogstens 30 tot wagens). En dat in het middelpt van de stad het oudste plein! W; wordt dan het feest wel gehouden? wat moeten wij nu doen? Ik zelf w net. wel: Geef 'de buurtvereniging H Plein zijn plein. Dan wordt ik w< een optimist en komen wij met i goeds. Met dank voor plaatsing, teken ik DE PESSIMI (Naam en adres van de Inzender z ons bekend. Red.) Geachte Redactie, Mr D. Zijlstra alias Eric van c hteen, oud-administrateur van de a Noordholland van de KNVB en sed enkele jaren redacteur „Onderwi van „Het Parool", is ook ongetwijfi een goed auteur, hoewel de mening daarover uiteen lopen. Of hij echter de meest aangewen persoon is, om de tekst van het Fo boek te vervaardigen, is echter e geheel andere kwestie. Het is niet duidelijk waarom Al hiaarse schrijvers debekwaamhi zouden missen. Men moet niet vergeten, dat de 1 mende feestelijkheden allereerst vc en door de Alkmaarse burgerij dien te woi-den georganiseerd. Indien da: bij al te zeer (zoals o.a. uit het inj zonden stuk van de heer T. Bonsei bleek) ook nog de belangen van Al maarse ingezetenen worden verwa: loosd, zou het opschrift in Uw cc rant van Maandag j.I. „Leeft Alkmt 700 jaar stad niet in de harten van Alkmaarders" op de duur wel eens n: een ontstellend „ja" kunnen word beantwoord. Laat Alkmaars feest ook waarl: een Alkmaars feest blijven en de bi gerij in al haar geledingen daar zovi mogelijk in worden betrokken ALKMAARD! (Naam en adres van inzender z bij de redactie bekend.) L

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1954 | | pagina 2