Hedennacht, een kwart eeuw geleden, brandde het
Paleis voor Volksvlijt af
I
«tem kinderbriefje redde het circus van Bever
In de tijd van enkele uren ging het glorieuze
industrie-paleis ten onder
Dr Sarphati de grote Amsterdammer
Gebouw speelde lange
tijd voorname rol in
leven van hoofdstad
H9? was dr Sarphati op het grootse
idee gekomen, in de rommelige om
geving aan het eind van de Utrechtse
straat een cavaleriekazerne, bestaan
de uit verschillende barakken, een dril-
veld en een ossenmarkt vormden de
naaste buren van de Utrechtse poort
HK 'I was midden in dc nacht, dat de
brand voor zover wjj ons herin
neren, door onbekende oorzaak uit
brak. Toen wij, door de brandweer uit
ons bed gebeld, op het Frederiksplein
aankwamen, brandde het Paleis als een
houtmijt over dc volle breedte en
diepte, dc volledige hoogte. Nu nog
hoorden wij dezer dagen de opmerking
maken, dat dit gebouw van ijzer en
glas toeli wel wonderlijk snel opbrand
de. Maar men moet niet vergeten, dat
er inwendig heel wat hout in verwerkt
was. Men denke alleen maar aan de
toneelzaal.
DOOR
D. Kouwenaar
OPENT 000DT R*dcjs 90
Sympathie
k Neer lands oudste
circus herrezen
Ilonka Karoly het circusprinsesje
HET IS vandaag 2!5 jaar
geleden, dat in de
nacht van 17 op 18 April
1929 te Amsterdam
het Paleis voor Volksvlijt
door brand werd ver-
Woest.
Een kwart eeuw! Men
behoeft dus niet tot de
ouderen en of oudsten te
behoren, om zich die
ramp, welke alom in den
lande diepe indruk
maakte, nog te herinne
ren.
Voor mijn geestesoog
rijst het gebouw op, zo
als het op het scherm
van de schouwburgzaal
geschilderd was ik
denk door de bekende
décorateur van het Pa
leis, Jan Maandag, die
lustige grappenmaker. Er
is een tijd geweest, dHt
de ene Amsterdammer aan de andere placht te vragen: „Heb je de nieuwste mop van Jan Maandag al
gehoord?"
De stichting van het Palcis voor Volksvlijt was naar bekend is te danken aan het initiatief van dr
S. Sarphati (18131866) naar wien terecht de brede, royale, bij het Frederiksplein aansluitende, verkeers
weg genoemd is (èn het park in de Pijp). Hij was een Amsterdammer van schitterend vernuft en nooit-
aarzelend doorzettingsvermogen. Op velerlei gebied De meesten kennen hem alleen als de stichter van het
Paleis voor Volksvlijt. Maar dr Sarphati was ook, naar Witkamp schrijft in zijn bekende boek „Am
sterdam in schetsen", „stichter der bloeycnde Maatschappij van Landbouw en Landontginning, der schoone
Inrighting voor Onderwijs in Koophandel en Nijverheid, der loffelijke Vereeniging voor Volksvlijt, der
Maatschappij voor Meel- en Broodfabrieken". En van het Amstel-hótel, mogen wij er aan toevoegen.
D« SARPHATI is dus de hefboom, de motor, geweest van veel goede.
nuttige en schone werken, omstreeks het midden van de 19e eeuw, te
Amsterdam en elders in den lande. Hij was de wekker van de heilzame
kruchten, die toentertijd te Amsterdam ontwaakten. Want de tijd tvas
er ook rijp voor. Men heeft wel eens gezegd, dat elke tijd de mensen
voortbrengt, die hij nodig heeft. Dr Sarphati was er toen zo een. Am
sterdam begon zijn wedloop naar de kroon van wereldstad, waarvan de
grote Koloniale Tentoonstelling van 1118.'}, de enige echte wereldtentoon
stelling die de hoofdstad ooit heeft gehad, een spfekeiid*'VoorÏÏéei
vormde. En de trits: Paleis voor Volksvlijt, Hoge Sluis en Amstel-hótel.
heel de omgeving trouwens van het Frederiksplein, legde daarvan een
andere getuigenis af.
een glorieus Industrie-paleis te stich
ten? Zijn voornaamste inspiratie daar
toe kreeg hij op de door hem bezochte
Eerste Wereldtentoonstelling te Lon
den, in 1851. Sterk onder de indruk
daarvan richtte hij, na terugkomst, te
Amsterdam, de reeds genoemde Ver
eniging voor Volksvlijt op, met het
doel hier geregeld tentoonstellingen op
het gebied der Nederlandse nijverheid
te houden. Eerst begon hij uiteraard
op kleine schaal, en wel in de z.g.
Apollozaal bij de Hogesluis. Maar toen
de regering ook in dergelijke tentoon
stellingen belang bleek te stellen, ver
volgde hij alras de uitwerking en de
voorbereiding van de uitvoering, van
zijn plan geweldig en ontzagwek
kend project een groot tentoonstel
lingsgebouw voor de nijverheid te
stichten, in de trant van het befaam
de, wereldberoemde Chrystal Palace
te Londen, waarmede het Paleis voor
Volksvlijt, naar bekend is wat de voor
naamste daarbij gebruikte bouwmate
rialen: glas en ijzer, betreft, veel over
eenkomst vertoonde.
Het Koninklijk Huis: Koning Willem
III, en diens oom prins Frederik, zoon
van Willem I, schonken dadelijk hun
bescherming aan het plan. Laatstge
noemde verleende niet alleen zijn mo
rele, maar ook zjjn financiële steun
aan de uitvoering daarvan. Terecht is
daarom het plein bij de Utrechtse
poort later het Frederiksplein ge
noemd. Maar nog treffender, althans
van nog groter practischc betekenis,
was dat, toen de inschrijving werd
opengesteld, het benodigde millioen in
enige uren voltekend was.
]\JADAT de prijsvraag voor het ge
bouw min of meer mislukt was
althans van de 10 plannen die in Ja
nuari 1857 waren ingekomen, werd er
geen de eerste prijs waardig gekeurd
werden het maken van het ontwerp
en de uitvoering daarvan opgedragen
aan de architect-ingenieur Cornelis
Outshoorn, die zich hier te lande reeds
een goede naam had verworven o.m
door de bouw van het Hoofdp ;an-
toor te Amsterdam, de voorganger van
de huidige .Perenburg", om het op
zijn Amsterdams te zeggen. (Dit „Pa
ren" duidt op de vorm der torens)
En men moet zeggen, men mag erken
nen. dat hij zichzelf met zijn ontwerp
voor het Paleis voor Volksvlijt over
troffen heeft. Witkamp getuigde ervan:
,,'t Genie van Cornelis Outshoorn
spreekt zowel in den harmonischen
samenhang, als in alle lijnen, de plaat
sing van ramen, pilaren en torens, van
spanten en karbeelen, van koepels en
bogen, van balkons en vensters. Alles
is met elkander in harmonie, alles
verhoogt den verheven indruk, dien het
eerste gezigt van den kolossalen bouw
bij den beschoufver opwekt. Geen der
Industriepaleizen te Londen en Parijs,
te Miinchen en Dublin, te Manchester
en New York paart zoo groote archi
tectonische schoonheden aan eene zoo
voortreffelijke en doelmatige inrig-
ting geen boeit zoo door edele vor
men". Ook al kan het latere geslacht
niet meer woord voor woord dit oor
deel van Sarphati's tijdgenoot onder
schrijven, toch is het ook voor de vol
gende generatie een zeer bijzonder
bouwwerk van geheel eigen schoonheid
gebleven. Haal het U nog eens voor
de geest, zoals het zich op het Frede
riksplein verhief een gelukkige af
sluiting vormend van de Utrechtse
straat met zijn hoge koepel, be
kroond door het Victoriabeeld, zijn
volle breedte tussen Oost- en West
einde, zijn rond glazen dak van het
hoofdgebouw, zijn peristyle aan het
Frederiksplein, heel dit „kristallen"
paleis van Amsterdam, met zijn luch
tige vormen, ondanks zijn kolossale af
metingen. Zelfs in zijn nadagen, toen
het slecht onderhouden was, en het
vooral zijn noodzakelijk kwastje verf
ontbeerde, leverde het nog een glorieu
ze aanblik. Althans naar mijn smaak!
Maar misschien spelen mij daarbij
oude, persoonlijke herinneringen par
ten.
£)E plechtige en feestelijke opening
van het Paleis op 16 Augustus 1864
was uiteraard een grote gebeurtenis in
het Amsterdam van die dagen. De
hoogste autoriteiten van stad en land,
met vooraan Prins Frederik, als ere-
voorzitter van de Raad van Toezicht,
en honderden genodigden waren aan
wezig. Na de „jubel-ouverture" van
Weber, hield dr Sarphati een lange
rede, waarin hij de voorgeschiedenis
van de totstandkoming schetste en hul
de bracht aan de nagedachtenis van
zijn medewerkers en medestanders van
wie er hem tijdens de totstandkoming
verschillende ontvallen waren. Dat hij
bouwmeester Outshoorn zeer in de
noogte stak sprak wel vanzelf. Later
zou hij deze ook de bouw van het Am-
stel-hötel opdragen. Dat is dus van
dezelfde architect, maar diens ontwerp
is slcchls gedeeltelijk uitgevoerd; het
was veel groter van opzet. Dr Sarphati
werd, naar prins Frederik meedeelde,
door de Koning tot Ridder in de Orde
van de Nederlandse Leeuw benoemd.
Het koor zong Handels „Halleluja" en
tenslotte het „Lobgesang" van Mendels-
sohn-Bartholdy, vertaald door dr J. P.
Heije. De zangers en zangeressen wa
ren leden van „Toonkunst" en Amstels
Mannenkoor, onder leiding van Johan
nes Verhulst. Wat al oude bekende
namen doemen hierbij voor ons op!
Des avonds werd weder in het Pa
leis een muziekfeest gegeven, onder
een verlichting van „duizenden gas
vlammen". door de Stafmuziek van de
Grenadiers en Jagers, onder Dunkier.
en het Park-strijkorkest, onder leiding j
van W. Stumpff. Om het Paleis bewo- j
gen zich duizenden cn zij bewonderden
in het bijzonder de thans „toover-
agtig" verlichte koepel. Te half elf die
avond werd op de Amstel een groot
vuurwerk afgestoken.
[)IT was het luisterrijk begin van het
Paleis voor Volksvlijt. Maar die
glorie ging haast over, om met Vondel
te spreken. Het meest tragische hier
van is misschien in de eerste plaats
voor de stichter zelf (die reeds in 1866
overleed, nog vóór de opening van het
Amstel-hótel) dat de stichting niet
aan het doel dat dr Sarphati zich had
voorgesteld en dat uitdrukking vond
in de naam, heeft beantwoord. Van
stonde af aan heeft ze daarbij met
geldgebrek te worstelen gehad. Toch
heeft het gebouw jarenlang in het
Amsterdamse gemeenschapsleven een
rol van "betekenis vervuld. Wij mogen
in dit verband allereerst herinneren
aan de „klassieke" concerten onder
Joh. M. Coenen. onder Richard Hol en
anderen, die in het gebouw de grote
zaal met haar vermaard orgel plaats
vonden. Later zijn verschilli ..de in
wendige verbouwingen uitgevoerd, om
het gebouw meer rendabel te maken,
o.m. van eep afzonderlijke toneelzaal,
een café, een 'olschaatsenbaan en nog
andere. Tentoonstellingen, kermesses
d'été, bal-masqué's en andere divertis
sementen volgden elkaar in bonte rij.
Natuurlijk zijn die verbouwingen
wij bedoelen vooral de bouw van een
afzonderlijke schouwburg daarin,
waardoor de grote zaal, die als 't ware
het schip van een kerk vormde, vrij
wel gehalveerd werd aan de bouw
kunstige eenheid van het Paleis, de
grootse opzet van de architect, niet ten
goede gekomen. Maar wel werd het
Zo gebeurde het, zo moest het ge
beuren, dat in no time het Paleis voor
Volksvlijt n vuurzee was. Het toneel,
de loges, de kleedkamers brandden, de
galerijen en het podium in de concert
zaal stonden in vuur en vlam; heel dit
wonderwerk stond over de gehele
lengte in licl* -laaie. Het was uiter
aard met donderend geraas, en dit was
zeker het hoofdmoment, hier zat zelfs
symboliek in, dat de hoge koepel, die
lang het gebouw of liever het ge
hele stadsbeeld, beheerst had, instort
te. En toen de volgende morgen de
Amsterdammers wakker werden was
het Palijs voor Volksvlijt welhaast ver
dwenen, opeens als 't ware, gelijk een
droompaleis uit Duizend-en-één-
Nacht.
Het was de gemeente Amsterdam,
die zich al spoedig de eigendom ver
zekerde van het vrijgekomen Paleis
terrein en de daarbij behorende tuin
en galerij. Hier zou het nieuwe stad
huis van Amsterdam verrijzen! Maar
nog altijd vindt men op die plek niets
anders dart een vriendelijk plantsoen
tje. En men is, nu juist dezer dagen,
bezig de Galcry-winkels en de daar
boven gelegen woonruimten weer wat
on te kalefateren. Ziehier een spre
kend voorbeeld van de verschillende
belangr,,ke vraagstukken, waarvoor
Amsterdam tegenwoordig geen oplos
sing schijnt te kunnen vinden.
"pENSLOTTE nog iets over twee
merkwaardige onderdelen van het
Paleis van Volksvlijt, die bij de ramp
geweldige gebouw er natuurlijk, zoals niet vernield zijn. In de eerste plaats
gezegd, lucratiever door. En after all ]lej prachtige orgel, Frans kunstwerk
zouden wij, zouden de duizenden Am
sterdammers die ervan genoten, zeker
niet de schitterende toneelvoorstellin
gen van Royaards en Saalborn, die er in
plaats vonden, hebben willen missen.
Een bijzonder en zeer noodzakelijk
doel vervulde de overgebleven con
certzaal daarbij als vergadergelegen
heid voor 'zéér grote bijeenkomsten,
massale volksvergaderingen, zo gezegd.
Wij herinneren ons daarvan vooral
goed de ledenvergaderingen van de Al
gemeen Nederlandse Diamantbewer-
kersbond, onder leiding van Henri
Polak en Jan van Zutphen, als er dui
zenden aanwezig waren.
van internationale bekendheid, dat
gelukkig moet men nu zeggen tien
jaar vroeger, in 1919 dus, uit armoede
verkocht was, verkocht om het te doen
opstellen als wü ons niet vergissen
in dc concertzaal van de sociëteit
Vereniging te Haarlem. En in de twee
de plaats de klok van het Paleis. Daar
zat een geschiedenis aan vast.
Ze werd geplaatst ter vervanging
van de klok van de Utrechtse poort,
toen die poort werd afgebroken, even
als de meeste andere poorten, bij het
Tot de historische branden
in Nederland behoort die van
liet Paleis voor Volksvlijt te
Amsterdam. Het is ons een
bijzondere eer een artikel
over het Paleis en zijn onder
gang te publiceren van de
hand van de heer David Kou-
wenaar, een van de be-
kwaamste journalisten welke
Amsterdam heeft gekend. De
heer Kouwenaar was jaren-
lang chef van de Amsterdam-
se redactie van de Nieuwe
Rotterdamse Courant.
De redactie i
slechten van de wallen van Amster
dam. Het was nu Jacob van Lennep,
die er de aandacht op vestigde, dat de
verdwenen stadsuurwerken door ande
re vervangen moesten worden. Nu was
de toestand zo lach niet! dat de
nachtwachts, wanneer zij het uur
moesten rondroepen, eerst ergens moes
ten gaan vragen hoe laat het was. Het
gemeentebestuur zelf zorgde voor een
ander uurwerk in een openbaar ge
bouw in de Leidsebuurt ter vervanging
van de klok in de Leidsepoort. Maar
de klok in het Paleis voor Volksvlijt
was een geschenk van een burger dezer
stad. De gever was een vereerder van
de destijds algemeen gevierde dichter
en toneelschrijver. Daarom heeft de
klok voor de eerste maal zijn slagen
doen horen „ten zeven uur in den
avond van 25 Augustus 1875, zijnde d»
dag en het uur waarop Jacob van
Lennep In 1868 de geest had gegeven".
Dit ging met enige plechtigheid ge
paard. Op het Frederiksplein had z'ch
een menigte verzameld. Zodra de klok
haar zeven slagen had doen horen, wer
den krachtige fanfares geblazen. In het
Paleis is die avond een buitengewoon
concert gegeven, onder leiding van
Joh. M. Coenen. Daarbij werd Schiller's
„Lied von der Glocke", op muziek van
Lindpüntner, uitgevoerd en het dicht
stuk in de vertaling van Jacob van
Lennep, door de heer Hedden voorge
dragen. Deze Van Lennep-klok dus, is,
uiterlijk onbeschadigd, na de brand
teruggevonden te midden der treurigs
overblijfselen der peristyle. Waar ze
nu uithangt weten we niet. Ze is, voor
zover wij weten, niet herplaatst!
Bergen (N.H.), April 1954
D. KOUWENAAR
KINDERBRIEFJE heeft Nederlands oudste circus gered. Toen circus
Van Bever in vlammen was opgegaan en de directie twijfelde tussen de
beslissing met de gespaard gebleven dieren bij anderen in engagement te
gaan of het eigen circus weer op te bouwen, ontving zij een briefje van een
jongetje uit het Brabantse plaatsje Made. Dit ventje had zijn spaarpot om
gekeerd en de f 5.die hij stuurde, gingen vergezeld van een onbeholpen,
maar spontaan schrijven. „Ik hoop dat U van de zomer toch weer zal spelen
bij ons", stond er in. „In de vacht dat mijn circus verbrandde, heb ik geen
traan gelaten", zei directeur Guus van Bever. „Ik wist dat de dieren gered
waren en dat was voor mij het voornaamste. Maar toen ik dat briefje met
die spaarcenten in handen kreeg, heb ik zeker wel een uur met de zakdoek
aan mijn ogen gezeten zo pakte me dat aan. En 's nachts wist ik het ineens:
We zouden doorzetten!"
terkwartier heeft) verzekeren. Hij
kwam een paar dagen geleden
even langs met een paar smeed
ijzeren staven ter versteviging van
een paar wagenhoeken. De «iaat
was goed maar ze moesten nog even
gebogen worden. „O", zei Macofek-
de-geweldige, „geef ze maar even
hier". En voor de smid wist wat er
gebeurde had hij het' metaal, rond
de nek, keurig in de goede vorm
gebogen!
y AN BEVER is nooit een "circus
geweest dat erg aan de weg tim
merde. Het liet zich niet voorko
men als het „grootste" of „beste",
maar bij een groot deel van het
Nederlandse publiek stond het aan
geschreven als „het gezelligste". En
daar hebben de Van Bevers altijd
wél bij gevaren.
In feite was het ook het „oudste"
Nederlandse circus. Toen Lena en
Guus van Bever in 1920 voor het
eerst hun 2-master opbouwden aan
de Dordtsche Straatweg in Rotter
dam, had papa Harry van Bever
(„de koning der clowns") er al een
goede veertig jaar circusdirecteur
schap op zitten. Door hard werken
er waren dagen van twintig
voorstellingen per dag! is „Van
Bever" in de loop der jaren van
een paradetent-op-de-kermis uitge
groeid tot een toonaangevende zaak
op circusgebied. Terwijl anderen
het Amerikaanse showelement hun
tent binnenhalen is Van Bever
steeds het oude paardenspel trouw
gebleven. En in die goede, oude,
houten kiosk, waar alles tot in de
puntjes verzorgd was en Victor
iedere avond voor een kleurig
za'ndtapijt in de piste zorgde met
het woord „welkom" in het mid
den, hebben jaar-in jaar-uit dui
zenden trouwe bezoekers hun hart
aan de échte, ouderwetse circus
kunst op kunnen halen!
In deze kiosk is ook het klein
dochtertje opgegroeid, Ilonka Ka-
roly, het volbloed circusprinsesje.
Een kind dat al op de paardenrug
zat vóór het kon lopen. Later kocht
ze van haar zakcentjes toffees en
tracteerde er alle paarden op. Bij
papa Emile ging ze op de „hope
school". Haar begaafdheid was op
vallend. Zódanig zelfs, dat Rivgling
(btp-boss van 'the greatest shotv on
earth', alias Ringlinp Bros, Barnum
en Bailey Circus, USA) haar per se
naar Amerika moest halen. Voor
drie jaar zelfs! Sinds een dag of
tien rijdt zij er een Lipizzaner in
de midden-piste: hetgeen vele gro
ten in het vak dit vijftien-lentes
oude meiske benijden!
yy,S Leenlje (zo heet ze thuis)
over drie jaar voorgoed terug
komt, heel wat ervaring rijker, dan
lijdt het geen twijfel of binnen af
zienbare tijd zal de leiding over het
circusgemeenschapje op haar jonge
schouders gelegd worden. Voor haar
grootouders staat dit vast. Hélène
en Guus van Bever hebben tegen
die tijd zeer beslist de „pensioen
gerechtigde leeftijd" bereikt en dat
zij zich nu de moeite getroosten
om het familiecircus weer in oude
luister op te bouwen, doen zij voor
namelijk in de wetenschap dat zij
in hun kleinkind (twee-druppels
water Hélène, Mme van Bpver) een
ideale opvolgster zullen vinden.
Maar inplaats van de houten
kiosk, die gans en al in de vlam
men is opgegaan, zal er dan voor
Mile Ilonka een grote zes-masts-
tent zijn om er de scepter over te
zwaaien. Een chapiteau van 36 me
ter die ruim duizend mensen méér
kan bergen dan de oude zaak: een
pracht stuk werk van de firma
Ribbens uit Bergen op Zoom, waar-
jnee Van Bever zich met één slag
ónder de grootste circussen van
Nederland plaatst.
Vandaag wordt de splinternieu
we tent in Venlo feestelijk in ge
bruik genomen. Ook het pogramma
dat Van Bever dit jaar presenteert
is groots van allure. Marffa la
Corse komt met haar leeuwen en
tijgers uit Frankrijk, een beroemd
komisch reknummer komt regel
recht van Ringling, er zijn knappe
en vaardige freuletjes in de lucht
en op de rolschaats, kunstwielrij-
ders, een groot jongleur. En dan
komt Opa Wilke met zijn gezin en
vier jockey-paarden. Iedere circus
vriend weet dat met deze mensen
het puikje van de Europese dres-
seurs en circusbouwers zich ach
ter de Van Bevers hebben ge
schaard. Als de Wilke's ergens hun
medewerking aan geven is dat niet
voor £én enkel seizoen. „Ik was
vijftien jaar bij mijn schoonbroer
Gleich, 14 jaar bij Strassburger en
in het circus van Guus zal ik mijn
ogen wel sluiten", zegt de zestig
jarige opa. Hijzelf nam de super
visie over de nieuwe tent en de
dressuur der paarden (40 in getal)
op zich. Zijn kinderen Bubbi en
Valesca brengen hun fraaie acro
batiek te paard. En Valesca rijdt
de hogeschool.
Voor het eerst sinds lange tijd
zal het Nederlandse publiek ten
slotte ook weer geconfronteerd
worden met een „sterke man". Dal
hier geen sprake is van humbug
kan de smid uit Terheij'den (in
Brabant, waar Van Bever zijn win-
j^LS vanavond in Venlo van Bever
voor het eerst weer „opendoet"
zal deze smid met zijn gezin op de
voorste rij zitten. Ja, er rijden zelfs
bussen uit Terheijden naar de
Limburgse première. In de loop
der jaren is er een warme band
gelegd tussen de dorpsbewoners en
de circusmensen. Onderduikers slie
pen in de bezetting tussen de cir-
cuspaarden en toen de watersnood
vorig jaar ook Terheijden bedreig
de heeft Guus met zijn wagens vee
tot achter Tilburg gereden. Hij
wou er toen niets voor hebben. En
nu hij in de brandnacht al het hooi
en stro voor zijn dieren in de
vlammen zag opgaan, zijn deze
boeren naar hèm gekomen met
volle karren voer. „Wij krijgen van
jou hetzelfde als jij van ons kreeg"
zeiden ze en Guus kon zijn porte-
monnaie laten zitten. Van de zomer
gaan ze in Terheijden (het dorp
van de bouwvakken) het winter
kwartier opbouwen in de avond
uren, zonder er een cent voor te
vragen. De gemeentearchitect
maakte gratis de tekeningen.
Het was ook de Terheijdense bo
venmeester die de stoot heeft ge
geven tot de landelijke hulpactie.
Van begin af aan heeft Guus van
Bever er echter op gestaan om
niet voor hem te gaan collecteren.
Hij wist ook dat, met de talrijke
acties van vundaag-de-dag, de fi
nanciële steun niet groot zou kun
nen zijn. Maar het is de sympathie
van het hele Nederlandse circus-
publick geweest die hij achter deze
acties voelde. En met vertrouwen
in de toekomst is hij dan ook weer
begonnen. Aan een nieuw circus,
met jong goed bloed in reserve.
Maar toe zijn er van overtuigd dat
in die grote, lichte tent de oude
sfeer van de Van Bever's zal blij
ven. De sfeer van het échte paar
denspel
FRITS VAN DIXHOORN.
I
V
I
I
I
(Advertentie, Ing. Med.) NXXX\XXXXXXVY\\\\XXXXXXXX\\XXXXXX\\\XX\XX\\\\X\XXX\W///////X//////////////////X///////yVO - -