VOOR CALLANTSOOG
I
I
1
I
(B onceAt
(mui de ^xun.eA^xui^eAeniqüi(}
No 7.
ZATERDAG 9 Aug. 1947
Seizoen 1947.
De uitgave heeft p
)laats onder auspiciën der V. V. V. Callantsoog.
Callantsoog
en de Walvisvaart.
Onze zangvereniging „Zanglust", die kortgeleden zo'n mooi
succes boekte op het concours te Nieuwe Niedorp, biedt onze
gasten en de ingezetenen van het dorp op MAANDAG 11 Aug.
een concert Jian in de N.-H. Kerk.
De heer Van Andel, één van onze oude getrouwe badgasten,
zal tussen de zangnummers het orgel bespelen.
Wij hopen, dat er veel belangstelling zal zijn de zang en
de muziek zijn het ten volle waard.
De toegang is gratis Aanvang 8 uur.
M-
Wat onze gasten schrijven.
Inzicht en Uitzicht.
BADBODE
REDACTIE
A. M. J. MOL
Abonnement fl 1,— per seizoen
bij vooruitbetaling, franco per post.
Druk s
Fa. K. VAN LOENEN Zn.
(SLOT.)
Gelukkig zou nu spoedig aan al het lijden
en ploeteren een einde komen.
Na nog één nacht vol ontzetting doemde
uit het halfdonker de klippen van Noor
wegen op. Een lantaarn werd achter op
gestoken Zaterdag, 30 December kwam
een loods aan boord en 's middags twee
uur ging de „Frankendaal" in de haven
van Bergen voor anker.
Commandeur Mooy ging onverwijld naar
de Hollandse Consul, bracfyt verslag uit en
■verzocht hulp voor de reparatie en de
voedselvoorziening.
's Avonds werd de behouden aanlanding
lustig gevierd.
Mooy zorgde er natuurlijk voor, dat zijn
rederij en zijn vrouw bericht kregen.
Om kosten te sparen werd de „Franken
daal" met eigen volk opzijde gehaald en
zo goed mogelijk hersteld. Toen na drie
weken werken het schip nog water maakte,
besloot men toch de tocht naar Luis te aan
vaarden.
In de derde week van Januari kwam de
bode krantzwaaiend het doodstille Callants
oog binnengesneld, luidkeels roepend: „De
Frankendaal" is aan De „Frankendaal" is
aan"
Iedereen stormde naar buiten, al vragende
meehollende naar de woning van Maarten
Mooy. De bode gaf Aagtje een pakje
kranten en een brief.
Aagtje kon niet lezen, de letters dansten
voor haar ogen. „Jan, lees voor," zei ze en
zonk neer in haar stoel. De deur stond
open, kamer en gang opgepropt met volk.
Het was een brief van mijnheer Gilde-
meester, die meldde dat volgens het relaas
van de Engelse Tijding Commandeur Mooy
met zijn equipage behouden waren,
„Loof de Heer mijne ziel en vergeet geen
van Zijne weldaden riep Aagtje „Amen",
klonk het van aller lippen.
Nadat nog het bericht uit de Engelse
Tijding was voorgelezen stoof alles joelend
uiteen en klonk de blijdschap over het dorp.
De rouwkleren gingen uit. De vlaggen
kwamen te voorschijn.
25 Januari voer de „Frankendaal" uit de
haven van Bergen.
De reis verliep niet zonder zorgen, maar
na vier weken liepen zij op de 28e Februari
1787 bijna een jaar na het vertrek
het oude Lands-Diep bij Texel binnen.
I
1
Tot zover fcet verhaal van de „Franken
daal". Wij besluiten deze artikeltjes met
een woord vfen dank aan „de schipper",
Maarten Mooij, afstammeling van Comman
deur Mooy, die ons zo welwillend zijn
exemplaar van het door Henriëtte Mooy
geschreven boekje „Naar Groenland met
de Frankendaal" in bruikleen afstond.
i.
Peinzend over hetgeen Callantsoog steeds
weer zoo aantrekkelijk maakt, gaan onze
gedachten onwillekeurig van het heden naar
't verleden maar van het heden naar de
toekomst.
Het is bijna twintig jaar geleden dat we
hier neerstreken. We kenden het dorp al
veel langer, nog uit de tijd van de mobili
satie 1914 en uit verhalen van nog veel
vroeger. Nog onlangs schreef een kennis
uit Bloemendaal ons, dat zijn twee groot
moeders allebei in Callantsoog waren ge
boren. Het waren nota bene zusters. We
kenden ze bij geruchte want het was de
tijd dat een zekere Mijs Mooi „mooie Mijs"
genoemd werd en van haar nazaten zijn
ons velen bekend en lief. Maar dat is zolang
geleden dat Maarten de schipper het zich
nauwelijks zal herinneren, hoewel hij al 83 is.
Toen was er tussen Callantsoog en Huis
duinen één kale vlakte met hier en daar
een boerenplaatsje. Het land was zoo weinig
vruchtbaar en sommige Callantsogers waren
zo arm, dat ze graag naar Huisduinen
tippelden om Nieuwjaar te wensen en meteen
hier en daar een maaltje op te pikken.
Sindsdien is,er veel veranderd. De heide
vlakten zijn in weilanden herschapen en
langzamerhand is de bevolking toegenomen
in aantal en vermogen. De wegen zijn ver
beterd en waar eens alleen een zandpad
was met diepe wagensporen waar geen
fiets doorkon daar rijdt nu de Naco
veilig en vlug door lachende landouwen.
Een wereldreiziger heeft eens gezegd, dat
men naar verre streken reizend het aardrijk
zich ziet veranderen evenals de kleur van
de menselijke huid. Wat niet verandert
dat is het hart.
^Zoiets moet ook wel gelden voor deze
kleine gemeenschap aan de Noordzee
Callantsoog.
Als ge komt in Renesse of ter Heide of
Wijk aan Zee of de Koog ge treft er
goede mensén aan. Maar het zijn geen
Callantsogers. Die spannen in vele opzichten
de kroon. Voor hen zelf verborgen, maar
voor wie het gezien heeft meer dan