Dit w/as dus Callantsoog!
Onze reisclub „uit"
(VERVOLG)
Belangrijk
In 1950 was het nog slechts een
zandwoestijn
Foto H. ROTGANS
Het leek ons aardig, dit artikeltje in de
Badbode onder de aandacht van de lezers
te brengen, want al heeft de schrijver on
getwijfeld veel mooiere en grotere tuinen
in zijn blad beschreven, het is toch prettig
dat de vakman oog heeft voor de moeilijk
heden die het "opfokken" van een bloemen
tuin in deze winderige streken met zich
meebrengt en zijn waardering uitspreekt
over de bereikte resultaten.
Ook ter aanmoediging van hen, die toch
ook eens een bloementuintje willen aan
leggen, plaatsen we dit stukje.
Hier en daar witte huizen met rode
daken, een kerktoren, met op de achter
grond, als een drommedaris-in-rust, twee
duinruggen waartegen deze woongemeen
schap in een vriendelijk zonnetje scheen
te soezen. Heel in de verte een groene
vlek, zoals later bleek, een aanplant van
Oostenrijkse dennen. Maar dat was ook al!
Daarna zaten we vol aandacht te luis
teren naar wat de heer Rotgans ons te
vertellen had over de tuin bij zijn gezel
lig huis. In 1950 was dit nog slechts een
zand- en grintwoestijn. Natuurlijk werd
dadelijk begonnen met het zaaien van
gras, maar toen wist de heer Rotgans nog
niets van die "snorrelingen", zoals de val
winden in Callantsoog genoemd worden.
"Hup" over de duinenrij en dan pal in de
tuin. En dan de droogte. Er helpt geen
sproeien aan. Daarom is die tuin vanaf
September op z'n mooist en is het in
hoofdzaak de nazomer die het daar moet
doen. Toen kwam er een vriendelijke buur
man te hulp. Hij plantte de gebruikelijke
helm en daartussen werd gezaaid.
Foto H. ROTGANS
Zoals het nu is
En zo is, na lang worstelen een dragelijk
groen grastapijt ontstaan.
Het volgend succes is bereikt met de om
lijsting.
Wilgen, populieren, meidoorn en boksdoorn
zijn de aangewezen struiken er voor.
Maar, dat ging ook zo maar niet. De zee
wind en het zout deden geducht hun werk.
Wat ging dat langzaam en wat een teleur
stellingen! Telkens opnieuw geplant tot na
vijf jaar de familie heerlijk beschut achter
groen gebladerte kan "zonnen" en in de
luwte zitten, ongezien en vrij.
Toen ging het naar het derde succes.
De bloemen. Natuurlijk het gewone genre
zoals GoudsbloemenOost-Indische Kers,
Papavers en Afrikanen. Dit ging ook niet
zonder tranen, want als je Afrikanen en
Oost-Indische Kers tot moes gewaaid zijn,
dan moet je „taai van geduld" en „hard als
glas" zijn, om er de boel niet bij neer te
gooien. Vooral als je dan van de zijde der
gewaardeerde dorpelingen niets anders
hoort dan: „Dat wordt toch nooit wat met
die eeuwige zeewind!" Dan moet je toch
wel heel veel van bloemen en een tuin
houden, als je blijft zeggen: „Het moet
goed worden!" Toch heeft de heer Rotgans
dat gedaan. Volhouden, jaar in jaar uit
en het resultaat ziet U op de foto's.
Foto H. ROTGANS
Het artistieke trapje bij de voordeur
De Cerastium tomentosum is hier wel goed
op haar plaats. Ze kan er tegen en begroeid
uiteraard hele stukken van de tuin en de
muur. Maar het staat goed in dat lichte
land met het wijde uitzicht.
En dan zijn er nog de paden, die rond
het huis zijn gelegd. Bekijkt U die foto van
het trapje maar eens. Het leuke stoepje met
de vierkante stenen, plat gelegd tussen de
afgeronde koplaag en dan de grijze tegels
onderbroken door rode klinkers. Een ar
tistiek patroon met weinig kosten gemaakt
tot een geheel, waarvan vooral de trap bij
de voordeur als „het meesterstuk" wordt
beschouwd.
En nu nog een merkwaardigheid over die
populieren. Bij de trap staat een tweejarige
populier. Het is een beschut plekje en je
snapt eerlijk gezegd niet, dat hij niet veel
hoger is. (inmiddels is ook deze populier
gesneuveld-red. Badbode). Hoe hard kunnen
populieren immers groeien? Maar als U
weet, dat het een gewoon (geworden) ver
schijnsel is, dat die boompjes daar 2 a 3
maal per seizoen nieuwe blaadjes krijgen en
de vorige dan totaal verschroeid zijn door
de zeewind, dan begrijpt U wel, dat dit
geen drie-lentes-in-één-jaar betekent! En als
U weet, dat wilgen, die bij een natte zomer
en weinig wind geweldig kunnen groeien en
bij deze zeewind in 1953 tot 4 meter hoog
werden, dode boomtakken hadden van twee
meter,dan is het wel duidelijk, dat ze eer
der lager dan hoger worden.
Toch blijft de heer Rotgans geladen met
enthousiasme en al moet in Callantsoog
ieder bekennen, dat die door groen inge
sloten bloementuin daar bij de wegsplitsing
's zomers vol kleur' en fleur is, het zal
wel lang duren, eer elk huis in het dorp
door een leuke tuin zal zijn omgeven.
S Bovenstaand artikel met foto's hebben wij over-
J genomen uit Floralia (Huis en Hof) een veertien-
i daags blad voor tuinliefhebbers. Dit met toe-
S stemming van de redactie, waarvoor wij haar
C hartelijk dank zeggen.
Met enige schroom begin ik aan het tweede
deel van deze reis, onze redacteur heeft mij
een „pen" op mijn neus gegeven, dat ik niet
zo langdradig mocht zijn, dit met het oog op
de vele copie, die voor de Badbode gereed
ligt. Maar maakt het nu maar eens kort als
je een reis maakt van ruim 20 uur. Welnu
we hebben dan een goede koffietafel genut
tigd in het Golfslagbad te Doorwerth, waar
we inderdaad de golven in het zwembasin
hebben gezien en dit ons deed denken aan
zwaar weer langs de kant.
Verder dus naar Loeneri aan de Vecht, waar
de waterval werd bezichtigd. Alles verliep
vlot, allen Anna van Klaas maakte even een
dwarse stap en gaf een daar staand hekje-
een „kopstoot"; hekje niet beschadigd,
hoofdje niet van gehoord. Geen tranen
gezien, of misschien varo het lachen. René
ging even pootje baden, mocht wel niet,
maar toch even wagen, een goede Hol
lander eigen. Dan naar Apeldoorn, Juliana-
toren, lachspiegels, ik begrijp niet dat de
dames daar nog gaan kijken, want die zijn
toch altijd zo op haar figuur gesteld. Met
Jaap uit de Keeten en Dirk een lekker glas
bier gedronken, Dirk wat mopperig over
de prijs, had geen bier maar van dat prik-
keltjesgoed. Ab deed daar zijn correspon
dentie af. Oude Gert was nogal rustig, had
een goed momentje met aan iedere arm een
lieftallige dame uit het gezelschap. Klaas
bestuurde nog even een autootje, ik bedoel
Klaas uit Callantsoog, die op 4 Juli altijd
jarig is, ook een rare., gewoonte, daarom
gingen we nu maar in Mei. Hij moest altijd
rondjes geven, gaat ook het mooie af.
Dan naar Hilversum. Even een critiek mo
ment, een minder nadenkende tegenligger
zou de oorzaak kunnen worden van een
aanrijding,door zonder daartoe gerechtigd
te zijn een voorligger te willen passeren,
terwijl onze bus hem tegemoet reed. Dank
zij René's bekwaamheid geen schrammetje.
In Hilversum goed gegeten, al sprak men
over groene erwten i.p.v. doperwtjes.
Amsterdam, magisch woord en* stad, maar
wat viel dat tegen. Zouden als echte boeren-
mensjes naar de bioscoop^ film uitgezocht,
meenden van een goede, draaide voor de
derde week, wat een. sof, of wij begrepen
het niet, maar 'dat geloven we niet. Het
werd twaalf uur, toen we Amsterdam ver
lieten. Eerst onze reisleider, die de dag
weer uitstekend had uitgekiend, naar huis
gebracht. Vlug rijden gaat niet, want in dc
binnenlanden waar Klaas woont, houden
ze nog erg veel van slingerweggetjes.
Benzine op, geen nood. Dik na midder
nacht slaapt men te St.Maartensbrug met
een „losse" deur. Zeken nooit geen inbre
kers geweest, zal hier in Callantsoog niet
meer gebeuren.
Wel werd het laat, maar onze dames Jopie
en Gaath en allen die een aardig stemmetje
hebben, kweelden dat het een lieve lust was,
zo zelfs, dat enkele mannen er van in slaap
vielen. Konden jullie niet helpen dames.
Over het geheel genomen kunnen we zeg
gen, dat het een prachtige dag was.
Wat is ons vaderland rijk aan natuurschoon
en dan juist in deze tijd, met al het/jonge
groen. Nu maar weer tot volgend jaar, we
rekenen weer op alle reisgenoten.
K.
Het komt dikwijls voor, dat onze gasten
hier bezoek krijgen van vrienden, familie
of bekenden en dan weten deze wel dat
hun vrienden hier tijdelijk verblijven, maar
weten niet hun adres. Natuurlijk gaat men
dan naar het secretariaat van de V.V.V.,
waar veel adressen bekend zijn, maar he
laas niet allen. Nog| zijn er onder onze leden
verhuurders in gebreke gebleven de adres
sen van hun gasten door te geven, om maar
niet te spreken over hen die buiten de
V.V.V. om verhuren, daar is helemaal niets
van bekend. Het is voor de bezoekers ver
velend, maar ook voor de secretaris, dat
hij hun niet de gewenste inlichtingen kan
verstrekken. Wij menen dat onze gasten het
zeer zeker ook op prijs stellen, dat men
aan het secretariaat weet, waar zij verblij
ven. Wij vragen allen hun volle medewer
king, alsnog de adressen op te geven. Het
seizoen is nog jong,1, maar nu reeds heeft
de secretaris bezoekers moeten! teleurstellen.
Dit is niet in, het belang van het V.V.V.
De Secretaris.