CALLANTSOOG
Zaterdag 10 juni 1961, no. 2.
Redactie: Mevr. C. H. KLOOSTERBOER-ISAKSSON - Zeeweg 12
AbonnementenA. DE VROOM, p/a V.V.V kantoor, tel. 02248-338
Uitgave: Vereniging voor Vreemdelingenverkeer - CALLANTSOOG.
Tel. 02248-323
Druk: Fa. K. VAN LOENEN 6 Zn. - Schagerbrug - Tel. 02247-272
Een „hap en een snap"»
De Callinghers hebben het niet rustig gehad
op hun eiland. Gedurende verscheidene
eeuwen is hun veel leed en schade be
rokkend door de hoge stormvloeden.
Trouwens niet alleen de Callinghers, maar
alle kustbewoners hebben ruimschoots hun
deel gekregen.
De eerste Allerheiligen-vloed verwoestte het
dorp Callinghe.
Men neemt aan dat de bewoners van het
Oghe de eerste inpoldering in het Noorder
kwartier tot stand hebben gebracht. Een oud
privilege dat hun (de Callinghers) in 1328
„sonnendaeghs nae Paeschen" 10 april door
Hendrik van Brederode en zijn vrouw Isa-
bella de Fontaines werd verleend, brengt
aan het licht dat zij toen al een dijk hadden
aangelegd van wier en slik. Deze dijk, die
de tegenwoordige Zandepolder omringt,
mochten zij laten beweiden.
In 1325 en wel de 17e augustus van dat
jaar gaven Brederode en zijn vrouw aan
hun „getrouwe luden in den Oghe'' „den
Wavel totten lampe mede te lichten", waar
mede bedoeld werd, dat de baten van de (toen
nog onbedijkte) Jewelgronden aan de Kerk
ten goede zouden komen.
Reinoud van Brederode verklaarde in 1388
op „Donredags na Pincxterendach" (21 mei)
dat alle bewoners gelijk zouden gelden in
alle „onrecht, scattinge en bede".
Walraven van Brederode gaf op 19 april
1415 aan de bewoners een windmolen „tot
behoef der heyliger Kercke". Maar aan een
windmolen alleen had men nog niet veel in
die dagen, want de Heer der Heerlijkheid
bezat ook het recht van de wind. Hij gaf
er dus ook nog de wind bij„den wint-
molen en den wint". Kerkmeesters moesten
de molen elk jaar ten bate van de kerk ver
pachten.
Een volgende grote vloed was de Sint Eli-
sabethsvloed in 1421, ook deze heeft het
dorp geteisterd.
Volgens verklaringen van Pastoor Jan de
Veent was Callinghe in 1494 een dorp van
150 haardsteden, hetgeen in 1514 ook nog
het geval was. We kunnen dit lezen in de
„Informaecie upt Stuck der Verpondinghe"
van dat jaar. Deze informatie strekte zich
uit over Holland, en Westfriesland en had
fiscale redenen. In de dorpen werd een on
derzoek ingesteld naar het aantal haardsteden
(woningen), communicanten (bewoners), hun
belasting en financiële verplichtingen, midde
len van bestaan, enz. Een commissie, met
dit onderzoek belast, reisde de gewesten af
en ondervroeg regenten en geestelijken, die
daarover onder ede of op priesterwoord ge
tuigden. Zo kwam deze commissie ook op
't Oghe (Tooge - staat er in dat geschrift)
vermoedelijk vanaf Schagen, waar een veer
over de Zipe was op 't Oghe, Pethem en
Huusdunen.
In 't Oghe werd door de commissie gehoord
Anteunis Viselaar, oud 32 jaren, pastoor;
Heindrick Bouwenszoon, oud 36 jaren, sche
penen Adriaen Heindricxzoon, oud 42 ja
ren, buyere, die verklaarden dat er 150
haertsteden „cleyn en de groot" waren en
dat was 20 minder dan voorheen door
„tstuyven vander duyn". De pastoor ver
klaarde dat hij 500 communicanten had. De
bewoners „geneerden hemluyden ter zee mit
visschen alleenlick". Het dorp lag rondom
in zee en was ongeveer 200 morgen groot,
waarvan 8 morgen bezit van de kerk, 4 van
de pastorie, 9 van de „cappelrie" van mees
ter Andries IJsbrantszoon, wonende te Am
sterdam en 4 van ,,'theylich cruysgilde". Het
land dat bij hun dorp lag, was een rond
poldertje (Zandepolder?) „dat up deen zijde
leyt upte zee ende dander zijde es een dijck
en hebben twee watermolenen
We noemden pastoor Viselaar. Zijn naam
treffen we ook aan in een schenkbrief van
Walraven van Brederode, gedateerd 8 april
1505, waarin deze schenkt „aan heer Anthonis
Anthonisz, anders genaemd Viseler" levens
lang ..alsulke kerk en pastoirscap dair Sunte
Johan Baptista (Johannes de Doper) patroon
van is, gelegen in th' Oige". Het randschrift
van de torenklok luidt ook „Sanctus-johan-
nes-baptista-is-mijn-naam-mijn-gheluut-sy-
gode-bequaem."
Heeft U, lezer, nog kaarten of artikelen
over dit onderwerp? Wij zouden ze gaarne
eens inzien.
Dongedijk - Callantsoog.
Wij willen hier geen voetbal-verslag geven
van een mogelijke wedstrijd tussen Callants
oog en de bemanning van de Dongedijk.
Trouwens dat kan ook niet, want deze lie
den zijn al weer sinds enige weken naar zee.
De jongens en meisjes van de 5e en 6e klas
zullen U kunnen vertellen waar dit artikel
over gaat. Zij corresponderen met de Don
gedijk, dat wil zeggen met de bemanning
van dat schip. Toen de heer van der Haar
in 1959 in Callantsoog kwam, heeft hij door
contact met de N.E.V.A.S. voor de school
in Callantsoog een schip kunnen adopteren.
In een gesprek dat wij onlangs hadden met
de secretaresse van de N.E.V.A.S. verna
men wij dat deze vereniging door contacten
te leggen tussen scholieren en scheepsbe
manning de jeugd ,,see minded" wil maken.
Het ligt echter geenszins in de bedoeling
hierdoor ook zeelieden te verkrijgen. Deze
worden immers „geboren".
Door correspondentie van de Callantsoger
jeugd met de Dongedijk is een vriendschaps
band ontstaan, die vrijdag 2 juni j.1. tot
uitdrukking kwam in het aanbieden van een
anker voor het schoolplein. Dit anker werd
in of bij de wateren van Canada opgevist
door de Dongedijk en men besloot het mee
naar Holland te nemen om het de jeugd in
Callantsoog cadeau te doen. Hoe een en
ander toeging bij de officiële overdracht,
heeft U uitvoerig in de plaatselijke pers
kunnen nalezen. Wij willen U alleen ver
tellen dat dit anker een zogenaamd „Porter"
anker is. dat het slechts weinige jaren ge
maakt werd en ongeveer 100 jaar oud moet
zijn. Voorts willen we niet nalaten de jeugd
van Callantsoog er attent op te maken dat
deze gave in ere gehouden moet worden.
Daarom lijkt het ons verstandig, in tegen
stelling met een bericht dat we in een der
dagbladen lazen, alle jongens en meisjes er
op te wijzen dat de schelpen, het roest en
wat er meer aan het anker mocht zitten, er
niet is om door jongens of meisjes vernield
te worden. Juist schelpen en dergelijke tonen
de omstanders, die vaak geen flauwe notie
hebben van de ouderdom, te doen te heb
ben met een „oud" anker. Als jullie, jonge
lui. wat willen, maak dan gezamelijk voor
de bemanning van de Dongedijk iets speci
fieks Callantsoogs. Daar heb je meer aan
en je behoudt je anker in ere.
Indien U ze nodig hebt.
Dokter: J. F. W. G. Verheul, arts, 't Zand,
telefoon 02249-223.
Dierenarts: W. van der Sluis, 'tZand,
telefoon 02249-312.
Wijkverpleegster: Zuster Boendermaker.
Zeeweg 35, telefoon 310.
Postkantoor: geopend op ma., di., wo., do.,
vr. van 9-10.30, 14.30-15.30, 17.30-18.30 en
za. 9.30-13.uur.
Voor telefoon geopend van 9-12 uur.
Bibliotheek: iedere avond van 7-8 uur, in
de O.L. school (zaterdag en zondag gesloten).
Boerenleenbank: geopend ma., wo. en vr.
van 14-16 uur.
Enkele kleine berichten moesten door ruimtegebrek
wachten tot het volgende nummer.